BINNENLAND
I VRIJDAG 10 OCTOBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
TOEVERTROUWING.
Dit niet algemeen gebruikelijke woord
is ontstaan door de practijk der kinder
wetten. 't Is zooiete als inbewaargeving,
maar dan met betrekking tot kinderen.
Dit zit zoo:
Met het onderzoek betreffende een ver
zoek tot ontzetting uit de ouderlijke macht
is tijd gemoeid. De beslissing kan echter
dikwijls niet worden afgewacht zonder
dat direct maatregelen ten behoeve van
de kinderen genomen worden. De ouder
lijke maaht of oudervoogdij wordt dan
geschorst door rechtbank of officier van
justitie; ook kan deze officier de kinderen
onttrekken aan de ouderlijke maoht of
owdervocvgdij. In beide gevallen kunnen de
kinderen alvast toevertrouwd worden aan
den Voogdijraad, welke handeling nu be
stempeld wordt met den naam toever
trouwing.
Begrijpelijkerwijze kan de Voogdijraad
zich niet zelf belasten met de zorgen
voor dusdanige kinderen; zij behoeft
daarbij de medewerking eener voogdij-
vereeniging. Wie intusschen meenen
mocht, dat het verkrijgen dier medewer-
king altijd even vlot gaat, heeft het mis.
In de Statistiek over 1928 betreffende de
toepassing der Kinderwetten vonden we
toch ten aanzien der voorloopige toever
trouwing volgende passage overgenomen
uit het jaarverslag van een Voogdijraad:
„Het is niet altijd eenvoudig, de toe
vertrouwing langs normalen weg beëin
digd te krijgen; meer dan eens immers
blijkt het niet mogelijk een voogdij-ver-
eeniging bereid te vinden, de voogdij over
een toevertrouwde minderjarige op zich
te nemen.
Daardoor behoort het niet tot de uit
zonderingen, dat de toevertrouwing langer
blijft loopen dan van een der gel ijken voor-
loopigen maatregel de bedoeling is. Men
komt dan ook vaak voor 'het dilemma:
ingrijpen door het vragen van toevertrou
wing, op gevaar af, geen voogdijvereeni-
ging te zullen vinden of niet ingrijpen door
toevertrouwing voordat zekerheid is ver
kregen over de voogd ij voorziening, maar
dan op gevaar af van te laat te zijn en
den ondergang van de(n) minderjarige
niet meer te kunnen weerhouden.
Hoewel een vast principe in deze ma
terie van onbegrensde verscheidenheid
niet vol te houden is en ieder geval afzon
derlijk moet worden beoordeeld, zoo
streeft de Baad ernaar, om eerst de voog
dij voorziening te verzekeren, alvorens toe
vertrouwing aan te vragen."
Deze mededeeling doet op het eerste
gezidht wel een beetje vreemd aan. Men
zou zoo zeggen: is het niet de taak der
voogdij vereenigingen, om zoo vlot moge
lijk mede te werken bij maatregelen in
't belang der misdeelde jeugd?
De oorzaak der traagheid, waarover de
geciteerde Voogdijraad klaagt, ligt wel
licht in plaatsgebrek in de voogdijge
stichten waarvan ons land er anders
heel wat telt of in huivering om rijp en
groen op te nemen, waarvoor de gestich
ten niet altijd veilig genoeg zijn inge
richt, Ook het matige bedrag der Rijks
subsidie in 1928 gemiddeld f 246.— per
kind kan een reden wezen.
Hoe 't zij, in 't belang der jeugd is 't
te hopen, dat bovenstaande Voogdijraad
klacht tot de verdwijnende soort moge
behooren.
N.V. TER BESTRIJDING VAN DE
WERKLOOSHEID.
Amsterdam neemt voor 40.000 deel.
Gedurende de laatste jaren is getracht
de werkloosheid te bestrijden, oun. door
de z.g. werkverschaffingen.
B. en W. van Amsterdam zijn van oor
deel, dat deze werkverschaffingen in den
strijd tegen de werkloosheid van groote be-
teekenis zijn en zij hebben daarom reeds
geruimen tijd overwogen, wat ten dezen
van Gemeentewege zou kunnen worden
gedaan, wanneer de bemoeiingen van de
Regeering met de werkverschaffingen een
einde namen en hoe werbgelegenhed in de
nabijheid van Amsterdam zou kunnen wor
den geschapen voor hen, die om sociale
of medische redenen niet ver van huis kun
nen worden te werk gesteld.
Met den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw zijn zij in overleg ge
treden over „het stichten van een naam-
looze vennootschap der groote steden en
der Regeering, in den trant als de naam-
looze vennootschappen in de drie Noor
delijke Provinciën. De Naamlooze Vennoot
schap, met een grondkapitaa-1 van b.v.
500.000, koopt minnelijk of zoo noodig na
onteigening, grond en brengt dien met
werkloozen in cultuur. De gecultiveerde
grond wordt verkocht of verhuurd en de
opbrengst daarvan moet dienen om nieuwe
objecten aan te vatten; het geheel op te
zetten en te leiden als een commercieel
bedrijf."
De bedoeling is, dat bij de oprichting,
behalve de Provincie en Amsterdam, ook
Haarlem en Zaandam als aandeelhouders
tot de vennootschap zullen toetreden en
dat daarnaast de mogelijkheid zal worden
geopend, dat ook andere Noord-Holland-
sche gemeenten desgewenscht in het aan
deelenkapitaal zullen deelnemen.
Dit kapitaal zal worden gesteld op
100.000, waarin Amsterdam naar onze
meening voor een bedrag van 40.000 zou
kunnen deelnemen. De provinvie Noord-
Holland zal voor een bedrag van ƒ30.000
deelnemen.
De financiering van de venootschap zal
aldus geschieden, dat de gemeenten, welke
werkloozen bij een door de naamlooze
vennootschap uit te voeren werk wen-
schen fce plaatsen, in evenredigheid aan
het aantal door hen bedongen „manwe-
ken" de voor aankoop, onteigening, ont
ginning en eventueele tijdelijke exploitatie
KAPITEIN ROY W. AMMEL is van plan met zijn vliegtuig do
„Lockheed Sirius", van New York naar Parijs te vliegen en het
toestel staat bereids startklaar. „De Loc-kheed Sirius" op het vliegveld
Roosevelt Field
DE LIJKEN DER SLACHTOFFERS VAN DE ONTZETTENDE
RAMP DER R. 101 zijn in Engeland aangekomen. Een groote menigte
sloeg dé overbrenging eerbiedig gade
DE KLEINE PRINS BOUDEWIJN, zoontje van PrinsesAstrid, die, IN BBAZlLiE IS DE ttEVOLUUE UITGEBROKEN en grijpt snel
zooals men weet, Zaterdag a.s. gedoopt zal worden. Dit de eerste om zich heen. Een gezicht op de hoofdstad, Rio de Janeiro. Inzet:
foto, welke van den kleinen prins gemaakt werd Dr. Julia Presters, wien door de rebellen belet wordt, het president
schap in November over te nemen
van het desbetreffende complex benoodig-
de gelden zullen verstrekken, terwijl deze
gemeenten naar gelijken maatstaf voor
haar rekening zullen moeten nemen het ge
raamde tekort op de uit te voeren wer
ken. De vennootschap als zoodanig heeft
dus slechts bij te passen, indien de wer
ken een grooter tekort oplevert dan is
geraamd.
FEDERATIE VAN BEDRIJFS-^^
VEREENIGINGEN.
Ziektewet en Invaliditeitswet.
Dezer'dagen hield het bestuur van de
Federatie van Bedrijfsvereenigingen zijn
achttiende vergadering.
Besloten werd opnieuw bij den Minis
ter van Arbeid, Handel en Nijverheid in
vloed uit te oefenen, teneinde te bevorde
ren, dat'de Rijksverzekeringsbank zou af
zien van het opeischen van tweederde van
het ziekengeld voor niet-kost winners, die
op grond van de Invaliditeitswet ver
pleegd worden in een ziekenhuis of sanato
rium.
Eveneens werd besloten aan de aange
sloten bedrijfsvereenigingen in overweging
te geven ter voorkoming van onaangena
me verrassingen tweederden van het zie
kengeld te reserveeren; indien een opge
nomen patiënt niet als kostwinner kan
worden aangemerkt en niet vaststaat, dat
zijn verpleging geheel voor eigen reke
ning geschiedt. Deze reserveering hoe
onaangenaam ook voor den betrokkene
zelf is noodig om gedekt te zijn tegen
eventueele vorderingen ex art. 47 van de
Ziektewet.
Ter voorbereiding van de maatregelen
ter uitvoering van de vrijwillige verzeke
ring werd ingesteld een commissie, be
staande uit de heeren A. C. de Bruyn,
voorzitter van het R.-K. Werkliedenver
bond in Nederland mr. P. W. J. H. Cort
van der Linden, algemeen secretaris van
het Verbond van Nederlandsche Werkge
vers; J. Ratté, lid van het hoofdbestuur
van den Oentralen Bond van Transportar
beiders mr. B. J. M. van Spaendonck, se
cretaris van het R.-K. Verbond van Werk-
geversvakvereenigingen en een vertegen
woordiger van de Directie der Federarie
van Bedrijfsvereenigingen.
Besloten werd voorts bij de eerstvol
gende herziening van de Ziektewet er op
aan te dringen, dat in deze Wet een be
paling zou worden opgenomen in den trant
van artikel 95, eersten zin van de Ongeval
lenwet, ten einde buiten twijfel te stellen,
dat de bedrijfsvereenigingen gesubrogeerd
worden in rechten van verzekerden tegen
derden, die de ziekte veroorzaken.
Besloten werd gevolg te geven aan de
uitnoodiging van den Minister van Ar
beid, Handel en Nijverheid, om de Fede
ratie te doen vertegenwoordigen door 3
personen in een door den .Minister in te
stellen commissie ter voorbereiding van een
technische herziening van de Ziektewet.
DE VERKLARING VAN WIJNKOOP.
Het partijsecretariaat der C. P. Holland
neemt er geen genoegen mee.
Het partijsecretariaat der C. P. H. kan
geen genoegen nemen met de verklaring
door Wijnkoop in de Tweede Kamer afge
legd. De oorzaken van dien politieke ca
pitulatie houden een belangrijke les in
voor de Nederlandsche arbeidersklasse en
deze heeft daarom het recht te eischen,
dat het niet bij een formeele en algemeen
gestelde verklaring in de Tweede Kamer
blijft, doch dat over deze oorzaken en
hare consequenties volledige klaarheid
wordt gebracht.
Nader zet het partij-secretariaat in de
Tribune" uiteen, waarom deze ver
klaring in het openbaar noodzakelijk was
en waarom ze o.a. van de zijde van Wijn
koop nadere uitwerking behoeft.
„Hij (Wijnkoop) erkent in het algemeen
dat de door hem gevolgde politiek op bijna
ieder terrein juist zou zijn te spreken
van elk terrein van den klassenstrijd
van het commimisme afvoerde: hij noemt
de vraagstukken van Indonesië, de vakbe
weging, de werkloozenbeweging en de sta
kingsconflicten, het revolutionnaire een
heidsfront, den strijd tegen het imperia
lisme, oorlog en het fascisme.
Met een dergelijke onvolledige in het al
gemeen gestelde verklaring kan geen ge
noegen worden genomen.
Waar ligt de grondslag voor zijn oppor
tunistische politiek, vraat het Partij-secre
tariaat. Op deze vraag behoort de partij,
de arbeidersklasse en in de eerste plaats
zij, die de politieke leiding van Wijnkoop
hebben gevolgd een duidelijk antwoord
te hebben. Waarom voerde deze politiek
van het communisme af?
In het bijzonder eischt deze vraag be
antwoording bij een zoo uiterst belangrijk
punt als de vakbewegingpolitiek en de lei
ding van economische conflicten. Vooral
hierbij mag niet en kan niet worden vol
staan met de algemeene mededeeling, dat
„de taktiek ten opzichte van de massale
vakbeweging, den strijd der werkloozen
en de stakingsconflicten van het interna
tionale communisme af en objectief naar
het reformisme toe leidde".
„De vraag zóó stellen, beteekent gron
dige zelfcritiek ontgaan, omdat de ge
volgde taktiek niet alleen „objectief" naar
het reformisme toevoerde, doch wortelde
in een opportunistische leiding tegenover
de Internationale".
In dit verband acht het Par tij secreta
riaat het ook een groote tekortkoming, dat
in de verklaring met geen woord wordt
gerept over de mislukte manoeuvres om
bij de arbeiders de bedriegelijke voorstel
ling te wekken, dat de politiek, die thans
als verkeerd verworpen wordt de politiek
zou geweest zijn van de Communistische
Internationale in Nederland, en dat Wijn
koop de eenige zou geweest zijn, die deze
politiek en taktiek in Nederland verde
digde.
De verwarring, hierdoor ontstaan in de
rijen van de arbeidersklasse, moet open
lijk worden erkend.
Verder moet Wijnkoop duidelijker laten
blijken, in hoeverre hij bereid is de poli
tiek van de C. P. H. volledig door te voe
ren en de bolsjewistische methode van de
zelfcritiek in toepassing te brengen, ook
voor zoover afwijkingen van de politiek
der Comintern niet door hem persoonlijk
zijn gemaakt, doch door hem zijn gedekt
(poenale sanctie; Moskou, een nieuw Rome,
door v. Ravesteijn, het kali-verdrag-vraag
stuk door v. Burink). Ook moeten duide
lijk worden de verschillen van politiek,
gevolgd in de vraagstukken van Indone
sië (sabotage verkiezing van Darsono), het
noemen als een daad van wijs beleid wan
neer de rechtsche leiders der Indonesche
nationalisten capituleerden en een Gandhi-
politiek van verzet overgave verdedigden
(de Liga-kwestie) en in vraagstukken
als de propaganda van het pacifisme (Am
sterdam).
„Want alleen door een bosjewistische
zelfcritiek krijgt de Ekki het noodige ma
teriaal, waarop het voor zoover het de
persoon van Wijnkoop betreft zijn be
slissing kan namen".
De partij verwacht dan ook van Wijn
koop een serie artikelen, waarin de Parle-
mentsverklaring nader wordt uitgewerkt
en gepreciseerd.
PERSONEEL DER NED. SPOORWEGEN
Uitstel herziening dienstvoorwaarden
en loonregeling.
Dinsdag heeft een bespreking plaats ge
had tusschen de directie der Ned. Spoor
wegen en den Personee-lraad ter bespre
king van eventueel uitstel der herziening
van het reglement dienstvoorwaarden.
Daarbij kwam vast te staan, dat de gang
van zaken in het bedrijf allerminst bevor
derlijk is om voor den tijd van vijf jaren
een bevredigende herziening van R.D.V. en
loonregeling te verkrijgen.
Na langdurige uitwisseling van gedach
ten vereenigden zich de partijen met een
voorstel om het tegenwoordige R. D. V.
tot en met 31 December 1931 te handha
ven en de herziening dus één jaar uit te
stellen, waarbij echter bereikt werd, dat
de in het bekende rapport aanbevolen wij
zigingen in den standplaats-aftrek met in
gang van 1 Januari 1931 zullen worden in
gevoerd.
Bij deze bespreking heeft de Raad te
vens verzocht om evenals vorige jaren om
streeks Kerstmist aan het personeel een
gratificatie toe te kennen.
Ofschoon de Directie verklaarde in be
ginsel tegen dit verzoek niet afwijzend te
staan, kon zij met het oog op den terug
loop der ontvangst-en geen toezegging
doen. Deze vraag zal in den loop van De
cember opnieuw onder het oog gezien wor
den.
Na afloop dezer conferentie vergaderden
de vijf voltallige hoofdbesturen onder lei
ding van den Personeelraad. De hoofdbe
sturen bekrachtigden unaniem de .hande
lingen van den Personeelraad en verklaar
den het door den Raad met de Directie
voorloopig getroffen accoord omtrent uit
stel der herziening bij hun leden aan te
bevelen en te verdedigen.
Beslot er werd, dat elke Organisatie
deze aangelegnheid in de eerste helft der
maand November in een daarvoor te be
leggen buitengewoon Congres zal behande
len.
WAAR IS LIEBERMANN?
Bij de Uitgeversmaatschappij „De Com
binatie" te Rotterdam is, naar de „Voor
waarts' meldt, een brochure verschenen
van „Peregrinus", getiteld: „Waar is Lie-
bermann?"
De schrijver noemt Davos als de tegen
woordige verblijfplaats van Liebormann.
Hij schrijft hieromtrent: „Het gaat wer
kelijk niet om het feit, of Liebormann in
Davos of elders zit, bet gaat. om ,het feit of
er recht is in dit alles. Zeker, wij weten,
dat de medici, ook in de gevangenissen,
„menschen" zijn, dat zij meer dan eens in
het belang der gedetineerden tot opzen
ding naar een ziekenhuis advisooren en
meewerken. Doch of als Liebermann
inderdaad naar een Kur-ort is men in
zulke gevallen de vrije „luxueuze" omge
ving in een buitenlandsch sanatorium zou
voorschrijven, is aan gegronden twijfel on
derhevig".
Het geheele verhaal schijnt intusschen
verzonnen te zijn. Want, naar de „Residen
tiebode" van bevoegde zijde verneemt, be
vindt Liebermann zich nog steeds in de
strafgevangenis te Soheveningen, welke hij
na zijn veroordeeling nog niet heeft verla
ten.
Koninklijke besluiten.
Gemeenten.
Bij Kon. besluit is benoemd tot burge
meester van Drunen en Oudheusden mr.
R. J. T. van der Heyden.
R.-K. Jeugdwerk en volkstelling.
Wijl bij het secretariaat der Interdioce
sane Jeugdcommissie nog niet alle ant-
woorden op de verzonden circulaires zijn
binnengekomen, moge langs dezen weg er
aan herinnerd worden, dat het antwoord
op 10 October moet zijn verzonden. An
ders is het onmogelijk aan de regeering
een goede opgave te verstrekken. Over
tuigd dat alle voor deze, door het Door
luchtig Episcopaat warm aanbevolen aan
gelegenheid, hun medewerking zullen ge
ven, verzoekt ondergeteekende beleefd nog
heden het gevraagde adres op te zenden.
G. J. SUETENS,
Secr. Interdiocesane Jeugdcommissie.
Plebanie, Den Bosch.
Bij de firma Van Gelder en Zoon, pa
pierfabrikanten te Renkurn, is
slapte in het bedrijf, waarvan ontslag en
loonsverlaging de gevolgen zijn.
De directie der N. V. Gans K n o o-
penfabriek te Nijkerk deelt mede,
dat haar bedrijf naar Engeland zal wor
den verplaatst.
De Gemeenteraad van Amsterdam
heeft benoemd tot Geneesheer-Di
recteur van het Binnengasthuis den
heer G. van der Reyden, arts, geneesheer
directeur van het TesselschaclcziV'.enhnis.