STADSNIEUWS
De Slavin van het
Zwijgen
WOENSDAG 24 SEPTEMBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
GEMEENTERAAD.
Aan de agenda van a.s. Maandag zijn als
nog te behandelen punten toegevoegd:
Begrooting van den Keuringsdienst van
Waren voor het district Leiden, voor het
dienstjaar 1931.
Voorstel
a. tot het verleenen van medewerking
aan de tusschentijdsche beëindiging van de
overeenkomst met P. J. den Ambtman, in
zake de verhuring van de woning aan de
Heerenstraat no. 48;
b. tot verhuring van de sub a genoemde
woning aan C. ten Haken.
Voorstel tot 'beschikbaarstelling van
gelden ten behoeve van de verbetering van
de bestrating van het Hawenplein en het
onmiddellijk aan de Groote Havenbrug
aansluitende gedeelte van de Haven, be
nevens het doen uitvoeren van eeni'ge
daarmede samenhangende werken.
Verhuur winkel.
In hun voorstel van 27 Juni jl. betreffen
de de verlaging van de 'huur van het per
ceel Heerenstraat Nb. 48 van 625.tot
500.deelden B. en W. mede, dat op
de basis van den verminderden huurprijs
getraoht zou worden zoo spoedig mogelijk
een nieuwen huurder te vinden.
Thans heeft zich als gegadigde voor de
huur van de woning aangemeld de heer 0.
ten Haken, alhier, die voornemens is in
heb perceel een winkel* in vischwaren te
Belanghebbende gaat met den vastge-
stelden huurprijs van 500.accoord en
kan zich ook vereenigen met de aan de
verhuring te verbinden voorwaarden.
In overeenstemming met het advies der
Commissie van Fabricage geven B. en W.
den Baad mitsdien in overweging te be
sluiten :i
a. medewerking te verleenen aan de
tusschentijdsche beëindiging van de over
eenkomst met P. Ambtman inzake de
verhuring van de woning aan de Heeren
straat no. 48, zulks met ingang van een
nader door hun College te bepalen datum;
b. de woning aan de H'eerenstraat no. 48,
ingaande op een nader door het College
te bepalen datum, tot 1 Mei 1931 te verhu
ren aan C. ten Haken, te Leiden, tegen
een huurprijs van 500.per jaar, met
dien verstande, dat de huur verder geacht
wordt telkens voor den tijd van één jaar
tegen denzlfden huurprijs en onder dezelf
de voorwaarden te zijn verlengd, indien
zij niet drie maanden tevoren door één
der partijen is opgezegd, zullende de huur
in elk geval eindigen op 30 April .1941, zon
der dat eenige opzegging wordt vereischt,
en voorts onder de in de Leeskamer ter
visie liggende voorwaarden.
DE BOUW VAN DE HAVENBRUG.
De bestrating van het Havenplein.
Bij besluit van 17 October 1927 stelde de
Baad de noodige gelden ter beschikking
voor het vernieuwen van de Groote Haven-
brug c.a. In dit werk waren begrepen de
onmiddellijk daaruit voortvloeiende straat
werken op de aan de brug grenzende
straatgedee'lten, derhalve het herstellen,
en, waar noodig, verbeteren van de aan
wezige keibestrating ter plaatse. De vraag
rijst echter, of het niet wensohelijk is, om
in aansluiting aan de totstandkoming van
de nieuwe brug thans over te gaan tot het
aanbrengen van een meer moderne, bestra
ting op het Havenplein en het op de brug
uitkomende gedeelte van de Haven,
B. en AV. meenen, met de Commissie van
Fabricage, deze vraag bevestigend te moe
ten beantwoorden. H. i. toch behoort op
deze uit verkeersoogpunt zeer «belangrijke
straatgedeelten een modern, aan de eischen
van het verkeer beantwoordend wegdek
aanwezig te zijn, terwijl bij behoud van de
bestaande bestrating, gezien het verkeer,
algeheele vernieuwing toch niet lang zal
kunnen uitblijven. Voorts past een nieuwe
bestrating bij de nieuiwe brug en bij de ver
betering van den Lagen Rijndijk, de om
geving van de Zijlpoort en de Haven, wel
ke binnenkort zal tot stand komen en het
onmiddellijk aan de groote
aansluitende gedeelte niet omvat.
Als wegdek komt voor de onderhavige
gedeelten naar de meendng van B. en AV.
in aanmerking een bestrating van koper
slakkeien met voegvulling. Om de in de
overgelegde stukken aangegeven redenen
zou hier tegen een asphaltdek overwe
gend bezwaar bestaan.-
Het verdient aanbeveling, tegelijk met
deze verbetering op het Havenplein eeni
ge voorzieningen te treffen met het oog
óp de regeling van het verkeer. Dit plein
toch is een belangrijk verkeersknooppunt:
uit niet minder dan zes richtingen stroomt
het verkeer daar samen. Ten einde een be
vredigende regeling van het verkeer ter
plaatse mogelijk te maken, zullen eenige
verkeersheuvels, met de noodige stoplijnen
moeten worden aangebracht, terwijl voor
de verkeersregeling op drukke uren een
verkeersagent op het plein zal moeten wor
den geposteerd, waarvoor een standplaats
noodig is.
Voorts is het wenschelijk, dat de tram
sporen van het 'plein verdwijnen. Met de
N.V. Gemengd Bedrijf Haagsche Tramweg-
Maatschappij is hieromtrent overleg ge
pleegd, met het resultaat, dat deze maat
schappij zich bereid heeft verklaard hier
toe mede te werken, op voorwaarde, dat
de daaruit voortvloeiende kosten voor re
kening van de gemeente komen. Met de
Commissie van Fabricage meenen B. en
AV., dat deze voorwaarde i.e. kan worden,
aanvaard.
Vermits derhalve de tramsporen van
het Havenplein zullen verdwijnen, zal de
meest nabij de Oude Vest ontworpen
vluchtheuvel kunnen worden vergroot.
De kosten van een en ander zijn als
volgt geraamd. De bestrating (imet inbe
grip van den trottoiraanleg) van het Ha
venplein zal een uitgaaf vorderen van
pl.m. 12.500.die van het desbetreffen
de gedeelte Haven van pl.m. 7300.in
het geheel derhalve van 19.800.
Zooals in den aanhef reeds is opge
merkt, waren in het ontwerp van de Nieu
we Havenbrug begrepen eenige bestratings
werken, waarvoor van het voor de brug
c. a. beschikbaar gestelde bedrag een be
drag van 6000.was gereserveerd. De
thans voorgestelde bestratingswerken zul
len dus meer kosten pl.m. 13.800.
Hierbij komt dan nog een bedrag van pl.m.
1350.voor de verkeersvoorzieningen op
het Havenplein, terwijl het verwijderen
van de tramsporen van het Havenplein een
uitgave van 2400.zal vergen. Een ge
deelte van de voor dit laatste noodige
werkzaamheden, van welk gedeelte de kos
ten bedragen 250.was reeds begrepen
in het plan voor den bouw der nieuwe Ha
venbrug, zoodat nog noodig is een bedra-g
van 2150.
In totaal zal thans mitsdien beschikbaar
gesteld moeten worden 13.800.plus
1350.— plus 2150.— is 17.300.—, welk
bedrag wij zouden willen putten uit het
„Fonds voor Stads verbetering, AVerkver-
sohaffing en andere Sociale Do el eind em
Aangezien het, gelet op den stand der
werkzaamheden over de nieuwe brug,
wensohelij'k is met de verbetering van de
onderhavige straatgedeelten ten spoedig
ste een aanvang te maken, geven B. en AV.
met verwijzing naar de ter visie gelegde
stukken en in overeenstemming met de
Comm. van Fabricage, den Raad in over
weging, door vaststelling van den bijge
voegde begrootingsstaat, model D, dienst
1930, alsnog en bedrag van 17.300.te
hunner beschikking te stellen voor de ver
betering van de bestrating van bet Ha
venplein en bet onmiddellijk aan de Groo
te Havenbrug aansluitende gedeelte van
de Haven, het maken van vluchtheuvels
c.a. op het Havenplein en het verwijderen
van de tramsporen van dat plein.
VEERTIG-JARIG BESTAANSFEEST.
Morgen bestaat de bekende slagerszaak
der firma AV. Th. A. Bergers, Haarlemmer
straat 216, thans bestuurd door den heer
Arn. Bergers, den zoon vati den oprichter
d?r zaak, 40 jaar.
Dat dit veertig arbeidzame jaren zijn
geweest, moge de groei van deze zaak ge
tuigen, die eenvoudig opgezet, weldra moest
worden uitgebreid en zoo allengs een goe
den naam in Leiden gekregen heeft.
Op 25 Sept. van het jaar 1890 werd de
zaak opgericht door den heer AV. Th. A.
Bergers in het perceel Haarlemmerstraat
180, dat echter spoedig te klein bleek voor
het snel groeiend sla-gersbedrijf.
Merkwaardig i9 intusschen het verschil
in de outillage der zaak van toen en nu.
Toen was de zaak verstoken van hulpmid
delen, die wij nu zelfs primitief zouden noe
men.
Toen geen fietsen, telefoon, ijskasten,
koelmachines, snijmachines, toen echter
ook geen keuring, geen arbeidswet,
geen abattoir, die groote veranderin
gen noodzakelijk maakten. Nu zijn al die
dingen tot in de fijnste perfectie present,
tot zelfs het allernieuwste kasregister toe,
dat niet alleen bedragen registreert, maar
bovendien ook automatisch in één secon
de schriftelijk optelt.
Intusschen werd reeds na 1 jaar ligt
perceel verkocht, zoodal? de heer Bergers
naar een andere gelegenheid moest om
zien.
De zaak werd toen voortgezet in perceel
Haarlemmerstraat 218, waar de zaak 7 jaar
lang gedreven werd.
Door het gestadig uitbreiden der zaak
werd dit perceel echter te klein en toen
daarnaast op no. 216 een gesloten Tiuis vrij
kwam, werd dit aangekocht en verbouwd
om daar het bedrijf voort te zetten.
Hier werd het bedrijf keurig ingericht.
Niet alleen een winkel werd er ingericht,
maar ook een werkplaats, zouterij en slach
terij, van welke laatste de heer Bergers
evenwel slechts kort pleizier had door de
spoedige oprichting van het abattoir.
Hier onderging het bedrijf de grootste
verandering, het werd gemoderniseerd, en
van de beste machines voorzien, zoodat het
nu reeds jaren lang prachtig geoutilleerd is.
Geen wonder dat de producten der fir
ma, vooral de worst, meermalen bekroond
werd.
Sinds 1928 wordt, zooals gezegd, de zaak
bestuurd door den heer Arn. Bergers, toen
de oprichter welverdiende rust geniet-en
ging.
Ter gelegenheid nu van het 40-jarig be
staan is door den heer Bergers een aar
dige reclame bedacht, terwijl ook den kin
deren een verrassing te wachten staat.
Hiervoor verwijzen wij naar een adver
tentie der firma in dit nummer.
Bij dit 40-jarig jubileum wenschen wij
de firma ook verder weer goed succes.
INTREEREDE
VAN PROF. DR. J. DROSTE.
De eenheid der wiskunde.
Dr. J. Droste, benoemd tot hoogleeraar
aan de Leidsche Universiteit als opvolger
van prof. dr. J. 0. KI u ijver om onderwijs
te geven in de hoogere stelkunde, de dif
ferentiaal- en integraalrekening, de theo
rie der functiën en de waarschijnlijkheids
rekening, heeft hedenmiddag in het groot
auditorium dezer universiteit zijn ambt
aanvaard met het houden van een rede
getiteld: „De eenheid der wiskunde".
Spreker stelt de vraag, waardoor zich
de wiskunde van de overige wetenschap
pen onderscheidt en wat de gemeenschap-
UIT DE RADIO WERELD
Programma's voor Donderdag 25 September
Huizen. Tot 6 uur 298 M.
8.009.15 KRO. Gramofoonpl.
10.0010.30 NCRV. Zang door Dameskoortje
10.3011.00 Ziekendienst.
11.3012.00 KRO. Godsdienstig halfuurtje.
12.01—1.30 Concert. KRO-Trio.
I.302.00 Gramofoonpl.
2.002.45 NCRV. Cursus Fraaie Handwer
ken.
2.45 ca. Opening van de Zeehaven te Dor
drecht door H.M. de Koningin, Spreker: bur
gemeester P, L. de Gaay Fortman.
6.30 Concert.
4.005.00 Ziekenuurtje.
5.006.30 Concert. Mevr. R. Stern-Frank,
sopraan, Mej. L. Lauenroth, piano, W. Wester-
houd, orgel.
6.306.40 Koersen.
6.406.45 Gramofoonpl.
6.457.00 Knipcursus.
7.007.30 Gramofoonpl.
7.308.00 Cursus Malei$ch.
8.0010.10 Uitz. vanuit de „Domkerk" te
Utrecht. Sprekers: Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers
van Rozenburg, ds. K. J. v. d. Berg, ds. L. J.
v. Leeuwen, prof. dr. J. R. Slotemaker de
Bruine. Muzik. medew.: Mevr. A. Noordewier-
Reddingius, sopraan, A. v. d. Horst, orgel,
Chr. Oratoriumvereen. te Utrecht.
10.10—10.20 Persber.
10.2011.30 Gramofoonpl.
Hilversum, 1875 M.
Uitsluitend AV.R .O.-uitzending.
8.019.45 Granupfonpl.
10.0110.15 Morgenwijding.
10.2012.00 Concert. AVRO-Kwintet. Inter-
8.019.45 Gramofoonpl.
12.152.00 Concert. Nieuwe Amsterd. Or-
kestvereen, W, Sasbach, cello.
2.303.30 Gramofoonpl.
3.304.00 Half uur voor de dames.
4.005.00 Ziekenuurje,
5.005.30 Gramfoonpl.
5.306.45 Concert. De Huiskapel van het
Theater Tuschinsky te Amsterdam.
6.457.15 Sportpraatje door H. Hollander.
7.157.45 Radio-Volks Universiteit L. J.
Jordaan: „Van lantaarn-plaat tot talkie".
8.01Ï8.45 Concert. Omroeporkest.
8.459.30 AVRO-Radio Tooneel. „Het won
derlijke avontuur".
9.3010.00 Vervolg concert.
10.00 Persber.
10.1511.00 Vervolg concert.
II.0012.00 Gramofoonpl.
D a v
entry, 1354.4 M.
dj ding,
10.35 Morgem
11.05 Lezing.
12.20 Concert.
1.202.20 Orgelspel door R. Foort.
2.30 Uitz. voor scholen.
3.20 Kerkdienst.
4.25 Lezing.
4.50 Orkestconcert.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Lezing en Nieuwsber.
7.00 Koorzang.
7.20 Lezingen.
8.05 Liederenvoordracht door A. Cranmer,
bariton.
8.20 ConcerJ. Orkest. H. Cohen, piano, ko:r.
10.05 Berichten en Lezing.
10.4512.20 Dansmuziek
12.2012.25 Televisie.
„R a d i o - P a r i s", 1725 M.
12.502.20 Gramofoonpl.
4.05 Dansmuziek.
8.20 „lTnfidèle". Blijspel van Porto-Riche.
9.05 Concert. Koor, piano, strijkkwartet en
solisten.
Langenberg, 473 M.
7.257.50 Gramofoonpl.
7.508.50 Orkestconcert,
10.3511.35 Gramofoonpl,
12.30 Gramofonpl.
1.252.50 Orkestconcert.
5,506.50 Orkestconcert.
8,209.15 Orkestconcert.
9.20 Concert. Orkest en violist. Daarna tot
12.20: Orkestconcert.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Orkestconcert.
3.205.20 Orkestconcert en voordracht.
8.209,35 Orkest en solistenconcert,
10.0010.15 Piano-recital.
10.3511.30 Orkest en solisten-concert.
Brussel, 508.5 M.
5.20 Trio-concert.
6,55 Gramofoonpl.
8.35 Orgelconcert.
9.35 Dansmuziek (gramofoonpl.).
Zeesen, 1635 M.
6,057.20 Lezingen.
7.20—7.50 Gramofoonpl.
10.2012.20 Lezingen.
12.201,15 Gramofoonpl.
1.152.20 Lezingen.
2.202.50 Gramofoonpl.
2*504.50 Lezingen.
4.50—5.50 Concert.
5.508.15 Lezingen.
8.20 Orkestconcert. H. Depser, zang,
9.20 Concert. Orkest, koor en solisten. Daar
na tot 12.50: Dansmuziek.
Het Pauselijk Radio-station.
Reeds deden berich'ben de ronde, dat Z.
H. de Paus, zoodra het Vaticaansche ra
diostation gereed is voor in gebruikneming,
voor de microfoon zal spreken.
Naar verluidt, zou heb in het voornemen
liggen, zeer dikwijls de gelegenheid te baat
te nemen, om via de radio tot de christen
heid en de geheele wereld het woord te
richten.
Verschillende Europeesohe stations zou
den 's Pausen inwijdingstoespraak bij de
opening van het Pauselijk radio-station op
nieuw uitzenden.
pelijke grondslag is harer onderdeelen. Het
antwoord op de eerste vraag is, dat de
wiskundige kennis kan worden verkregen
door denken alleen, zonder waarnemingen.
Bij de meetkunde', waarbij men dit het
makkelijkst zou kunnen betwijfelen, is dit
evengoed het geval als bij de rekenkunde.
De verschillende soorten meetkunde, zijn
axiomatische stelsels; de voornaamste
eisoh, waaraan zoo'n stelsel heeft te vol
doen is, dat het vrij is van innerlijke te
genspraak. De meetkundige overtuigt zich
door de meetkunde op de rekenkunde af
te beelden, terwijl de wijsgeer in den trant
van Kant de zuivere aanschouwing te hulp
roept. De getallenleer is zoodoende voor
de wiskundige de groildslag voor de ge
heele wiskimde.
Bij de verdere ontwikkeling der wiskun
de is in de negentiende eeuw de verzaime-
lingenleer op den voorgrond getreden en
is de hoop gewekt, dat het begrip verza
meling een nog eenvoudiger en bevredigen
der grondslag voor de geheele wiskunde
zou blijken. Maar de omstreeks 1900 be
kend geworden antinomieën hebben die
verwachting den bodem ingeslagen. Te
genwoordig zijn er drie opvattingen over
de fundeering der wiskunde. De intuitio-
nisten stellen de oerintuitie van het tellen
op den voorgrond en verwerpen de stelling
van het uitgesloten derde; de logica gaal
niet aan de wiskunde vooraf, maar heeft
deze noodig. De logicisten staan juist op
het tegengestelde standpunt. De derde
richting is de aniomatische, die de geheele
wiskunde aniomatisch wil opbouwen; om
zeker van een niet strijdig stelsel te zijn,
behoeft zij een zoogenaamde bewijstheorie,
waardoor toch eigenlijk het tellen weer als
grondslag binnengehaald wordt. Van het
intuitionisme verschilt zij zoodoende min
der in het punt van uitgang dan in de uit
werking; zij hoopt de onaangename con
sequenties van het intuitionisme echter te
kunnen vermijden.
A'l is er dus verschil van meening over
de grondslagen der wiskunde en verwer
pen de intuitionisten vele uitkomsten van
anderen zinloos, de wiskundigen zijn het
nochtans in zooverre met elkaar eens, dal
zij nooit verschillende antwoorden geven
"op vragen, waarvan zij allen den zin er
kennen.
Spreker besloot zijn rede met de gebrui
kelijke toespraken.
FEUILLETON
Uit het Engelsch van
FRED. M. WHITE.
50)
Maar er was geen enkel kenteeken,
waaraan hij zien kon op welke manier
dat gedaan werd. Berrington zette de bloe
men weg die op de tafel stonden, nam het
tafelkleed af en monsterde de tafel met
de grootste aandacht van bovenen van
onderen, maar vond niets verdacht. Tot hij
eindelijk iets ontdekte 1
Met den achterkant van zijn zakmes
klopte hij op de stevig-uitziende pooten, en
hoorde een helder geluid. Met een glim
lach van voldoening opende hij het mes.
Hij ging op de knieën liggen en schrapte
aan een van de pooten. De punt van het
mes verboog en een smalle reep metaal
kwam onder de houtkleurige verf te voor
schijnt. Dat wist hij dusde pooten van de
tafel waren van hol metaal
Dat was in elk geval heel eigenaardig.
Eetkamertafels hebben gewoonlijk geen
holle metalen pootenBerrington trachtte
de tafel opzi] te schuiven, zoodat hij haar
kon omkantelen en deze poging had tenge
volge dat hij ontdekking nummer twee deed.
te fel zat aan den vloer vast.
Asws. den vloer velf was niets bijzonders
te bespeuren, aan het Turksche tapijt even
m/in. Berrington sloeg het zoover mogelijk
om, maar er was niets verdachts te zien.
Toen hij het kleed weer liet vallen, stoot
te zijn voet tegen de omlijsting van den
haard en de eene kant gleed plotseling
weg. Die kant van de eikenhouten omlijs
ting van den haard scheen dus op een spil
te werken en hij duwde den rand verder op
zij tot hij stuitte. Een moment later sprong
de kolonel met een onderukten vloek tot
vlak op den haard. Het was op het laat
ste nippertje geweest, want de heele vloer
zakte langzaam was, over een oppervlakte
van den omvang van het karpet, terwijl de
houten randen op hun plaats bleven. Door
'n gelukkig toevad had Berrington het my
sterie van de eetkamer ontsluierd.
De druk van een voet op den haardrand
had een of anderen hefboom in werking
gesteld en het verder wegschuiven der hou
ten omlijsting, dat waarschijnlijk eveneens
snel met den voet kon geschieden, bracht
de verdere vernuftige machinerie in bewe
ging.
Berrington keek nieuwsgierig omlaag.
De vloer zonk weg; hij scheen om een
spil te draaien want hij kantelde zachtjes
om.
De andere kant kwam weer naar boven
er was precies zoo'n karpet op bevestigd
als op de keerzijde en de tafel die er op
stond vastgeschroefd was eveneens een
duplicaat van de andere. De beide tafels
bleken de eigenaardigheid te hebben dat
door een ingenieus samenstel van veeren
en beugels, het blad steeds in horizontalen
stand werd gehouden, zoodat er niets kon
afvallen bij het omdraaien van den vloer.
„Het lijkt wel op een sprookje uit de dui
zend-en-een-nacht", mompelde Berrington.
„Ik wou dat ik het zaakje halverwege kon
laten stilstaan, dan kon ik de ruimte daar
beneden eens onderzoekenHij besloot
het eens te probeeren door den houten
haardrand halverwege terug te duwen.
Zijn veronderstelling was juist geweest,
toen hij dat gedaan had, bleef de vloer in
derdaad op zijn kant atil staan. De kolonel
boog zich over den rand van het vloerge
deelte dat was blijven staan en hij ont
dekte een soort kelder, die met tegels be
dekt was. Het electrische licht uit de eet-'
kamer wierp er een vaag lichtschijnsel in.
Met een sprong was Berrington beneden.
In een hoek lag een hoop oude kleeren,
Berrington haalde ze overhoop en er viel
een boord uit, een gewone witte boord,
die gedragen was geweest. De kolonel kreeg
een schok toen zijn oog viel op den naam
die met merkinkt in den binnenkant van
den boord geschreven stond.
„Groote hemel", mompelde hij. „Dat is
een boord van Sir Charles Darryll
HOOFDSTUK XXXII.
Beatrice in het nauw.
Berrington was het niet direct met zich-
zelf eens, of zijn ontdekking van belang
was of niet. Het was mogelijk dat hij een
sleutel had gevonden tot de vo]ledige op
lossing van het raadsel van Sir Charles'
verdwijning, maar het kon best zijn, dat
het niet meer was, dan een bevestiging
van iets, dat vrijwel voor hem vaststond,
namelijk het feit dat het lichaam van den
edelman hierheen was gebracht. Het was
blijkbaar een nieuwe boord dien hij gevon
den had, hij maakte den indruk van nog
niet gewasschen te zijn er stond ook geen
merk van een wasscherij op. Maar hij was
erg vuil, vuiler dan men van een boord van
een zoo goed-verzorgd man als Sir Char
les zou verwachten.
Verder was er in de kelderruimte niets
bijzonders te vinden en in gedachten ver-
i zonken klom Berrington er weer uit. Hij
bracht den vloer weer in den oorspronkelij-
ken toestand terug, want hij wenschte geen
sporen van zijn onderzoekingen achter te
laten. Hij wilde nu op Beatrice wachten <en
zorgen dat ze veilig en wel dit huis weer
verliet.
Hij opende de deur van' de eetkamer en
luisterde. Hij hoorde dat het discours nog
al opgewonden klonk en besloot Beatrice
een teeken te geven van zijn aanwezigheid.
Geruischloos opende hij de deur die naar
den wintertuin voerde en keek naar bin
nen. Op hetzelfde oogenblik zette Beatrice
voor den spiegel haar hoed recht en hun
oogen ontmoeten elkaar. Berrington was
tevreden: hij had Beatrice doen weten dat
hij in de nabijheid was en dat ze op zijn
hulp kon vertrouwen als die noodig mocht
blijken. Toen sloop hij' stil weer terug.
Hel was goed dat hij dat deed, want de
straatdeur ging open, twee bezoekers kwa
men binnen en hij kon zich nog juist bij
tijds in de eetkamer terugtrekken. De ko
lonel herkende het tweetal dat binnenge
komen'was, onmiddellijk; hij had ze in de
zelfde kamer ontmoet, toen het lichaam van
Sir Charles hier op tafel had gelegen.
Dat het edel duo veel goed in den zin
had, geloofde Berrington geen oogenblik
en hij wenschte zichzelf geluk met het feit
dat Satoris hem van een bruikbaar vuur
wapen had voorzien. Hij zou niet ver weg
gaan, maar hij wilde toch het spoor vol
gen dat Sir Charles' boord hem gewezen
had en hier en daar in huis nog eens goed
rondkijken of hij het verdwenen lichaam
ook kon ontdekken. Als er in den winter
tuin iets gebeurde, als Beatrice om hulp zou
roepen of wanneer hij andere verdachte ge
luiden hoorde, zou hij in staat zijn om de
noodige assistentie te verleenen. En als
I hij zijn onderzoekingstocht had geëindigd
moest hij zien in contact met Field te ko
men; er zou buiten wel politie-hulp zijn.
Beatrice stond nog steeds tegenover het
drietal in den wintertuin; zij had een sen-
sationeele ontdekking gedaan en de an
deren waren zich van dat feit bewust. Het
gaf haar een groot gevoel van veiligheid
te weten dat Berrington bij de hand was.
„Ik ben niet van plan hier langer te blij
ven", zei het meisje kalm. „Ik heb den in
druk dat ik hier overbodig ben. Gaat u als
tublieft opzij en laat me door. Verstaat u
me
Reggie grijnsde gemeen. Hij maakte niet
de minste beweging om opzij te gaan eti
de deur, die hij achter zich gesloten had,
vrij te laten en hij zou Beatrice hebben
aangegrepen als deze niet haastig een stap
achteruit had gedaan.
„Ik wensch u niet op te houden", zei hij,
„maar u hebt een opmerking gemaakt, die
eenige toelichting van uw kant vereischt.
U meende dat deze dame en ik
„U weet heel goed wat ik bedoel", ant
woordde Beatrice uit de hoogte. Ze werd
boos bij het onbeschaamde optreden van
den man en de hoonende glimlach op het
gezicht van Satoris droeg er niet toe bij
om haar stemming te verbeteren. „Uit uw
eigen mond heb ik zooeven iets gehoord,
dat me »og niet bekend was namelijk na
melijk dat u een paar gevaarlijke dieven
bent."
„Zoo meent u dat? AVeet u wel dat het
strafbaar is wat u daar zegt
„Ik geloof niet dat u een aanklacht zou
durven riskeeren", was het koele ant
woord. „Ik weet wat ik zeg de waarheid is.
Die foto's daar bewijzen genoeg. Dat hebt
u daarnet immers zelf erkend Ik ben u
j hoogst dankbaar voor de inlichting."
I (AVordt vervolgd).