'AME5 RUBRIEK OPRECHTHEID. Als wij iemand eens toonen, dat wij aan zijn eerlijkheid twijfelen, o, wat ziet hij ons dan boos aan! Toon nooit, dat ge aan de oprechtheid van iemand s woord, van iemand's karakter twijfelt, want dan is het met U gedaan! Dat kan de mensch niet verdragen, doorzien te worden door den mensch! Dan schuwt hij den menschenkenner, die zoo diep in zijn ziel keek en daarin ontdekte wat hij meende, dat als on kruid veilig op kon schieten en voort- teelen. Eén derde van het menschdom is strikt waarheidslievend, eerlijk en be trouwbaar. Dit zijn de bevindingen van verscheidene geleerden, die ernstig en volhardend hebben gewerkt aan dit onderzoek en menige proef hebben ge nomen aangaande eerlijkheid en be trouwbaarheid van het menschdom. De oneerlijkheid en leugenachtigheid nemen toe met het voornaamheids cachet der menschen. In de volksbuur ten is men oprechter dan in deftige wijken. Door weken achtereen proef nemingen te doen onder arm en rijk is men tot deze conclusie gekomen. Het is wel eens aardig dergelijke be vindingen te lezen en eens te hooren hoe lichtvaardig er met de waarheid wordt omgesprongen. Maar toch, ge loof ik niet, dat zulke proefnemingen een betrouwbare basis vormen om on ze menschenkennis te verrijken. Want hoeveel factoren dragen er niet toe bij om iemand eerlijk of oneerlijk te doen zijn? Om één leugèn alleen, behoe/t men niet als leugenaar gebrandmerkt te worden. Maar waar is het, dat één leugen het begin kan worden van een reeks onwaarheden, die als een vurige lijn door het leven heenloopen. ALEX. DE HERFSTMODE. Na een natten zomer, zooals we in jaren niet hebben gehad, laat het zich aanzien, dat we een prachtige herfst zullen krijgen. Het is waar dat deze, mooi, zonnig, getooid met de prach tigste kleuren, altijd de voorbode is van den winter, maar we willen de gedachte aan koude, sneeuw en alles wat daaraan vast zit, liefst zoo lang mogelijk uit ons hoofd bannen, van daar dat de herfst toch altijd iets op wekkend heeft. Men zou het een laatste opleving van het jaar kunnen noemen, als de natuur zich tooit in haar bontste toiletten, dat ze maar be denken kan. Ook H.M. de Mode geeft haar vol len aandacht aan het derde seizoen. Op de verschillende Parijsche mode shows van de grootste modehuizen waren de herfsttinten in alle nuan ceeringen rijkelijk terug te vinden. De lange rok, de hooge taille-lijn, de volants, de klokken, de Berthe- kraag, de pellerines en bolero-effec ten, het zijn goede bekenden gewor den en ook nu in het herfstseizoen geven ze de hoofdlijnen van de cos- tuums en japonnen aan. Er wordt veel crêpe georgette en georgette de laine gedragen, ook crêpe de chine en een zeer gewilde stof, nl. een nieuwe soort kunstzijde, veel gelijkend op zijden jersey. Een der grootste Parijsche mode huizen heeft een soort toile de soie ontworpen, dat een veel grovere draad heeft dan het gewone soort. Deze stof heeft enkele groote voor deden, nl. ze is niet duur, in verschil lende kleuren verkrijgbaar, ook met gedrukte dessins, kreukt niet en is kleur-, licht- en waschecht. Zooveel goede hoedanigheden in één stof ver- eenigd vinden we zelden. Deze zelfde stof is ook verkrijgbaar in een fijner weefsel en alsdan uiterst geschikt voor middag- en avondjapon. Tevens is er een nieuw weefsel op de markt gekomen, geheel uit wol vervaardigd. Het is zóó fijn en de kleuren zóó warm en verschillend, dat er een groote toekomst voor open ligt. Deze wollen voile, zooals wij het zouden kunnen noemen, valt mooi zwaar en golvend naar beneden en doet niet voor de kostbaarste zijde onder. Het is opmerkelijk, dat behalve voor sportcostuums er bijna geen eenvoudige japonnen op de nieuwe modeshows te bewonderen waren, in tegendeel de eene japon is al bewer kelijker en kostbaarder dan de andere. Er is veel geschitter en geglinster, vooral bij de avondtoiletten en niet zelden draagt men een dubbele „strass"-collier. Ons plaatje laat U zoo'n halsket ting zien, waardoor U een indruk krijgt van het genre. Veel ringen met groote half-edelsteenen ziet men te vens. Droegen de vrouwen vroeger soms twee of drie ringen aan één hand, ja zelfs aan één vinger, nu over- heerscht één ring, maar dan zeer mo dern gezet en opvallend, hetzij door de manier waarop bv. een diamant geslepen is, waardoor de lichtstralen op de facetten breken en alle moge- lijke kleuren uitschieten, hetzij door de grootte van den steen. Schitterende gespen ziet men veel dragen, alsmede armbanden geheel van „strass". Men kan echter niet genoeg gewaarschuwd worden voor overdaad, want dan is het dragen van juweelen niet smaakvol meer. De japonnen waren dezen zomer vrij lang, doch de meeste liepen van voren op. Nu zijn ze allen tot bijna op den grond. De werkende vrouw doet echter goed zich er rekenschap van te ge ven, dat als ze zich naar haar werk begeeft, zij gekleed behoort te zijn, zooals een ernstige vrouw betaamd en dat ze \&pel beter een eenvoudige kantoorjapon of desnoods een spor tief japonnetje kan dragen, dan een japon, waarin zij er uitziet, alsof ze naar een tea moet. Juist tijdens onzen arbeid is eenvoud sympathiek en te vens gedistingeerd. Verder waren op de modeshows te bezichtigen kostbare en eenvoudige pyama's. Ons prentje toont U hier een pyama van effen roze wollen stof, gebor duurd met kleurige dikke wol. Het lijfje is een kimono-model met een V-vormige hals, aan den zoom en manchetten, rijkelijk geborduurd. De wijde pijpen der pantalon zijn even eens bewerkt met dikke wol, in het zelfde patroon, alleen iets verkleind. Er bij passend zagen wij de kamerjas of zoogenaamde „happy-coat", een kort modet kimono. Deze is van de zelfde stof en kleur als de pyama, met dezelfde kleuren wol bewerkt. De sjaalvormige halsgarneering, die tot onder aan den zoom doorloopt, be staat uit een geborduurde reep stof, waarin alle kleuren der gebruikte wol verwerkt zijn. De „happy-coat" is gevoerd met een iets donkerder tint satijn. Het ge heel'is zeer eenvoudig zelf te maken en staat origineel.. Het ondergoed voegt zich geheel naar de japon, die er over wordt gedra gen. De onderjurken zijn recht zonder garneering of strooken, plooien en dergelijke en bijna zoo lang als de japon. Het bovenstuk wordt afgezet met fijne kant en opgehouden door twee smalle schouderbandjes. Over het algemeen zijn de kousen, zooals van den zomer reeds te zien was, donkerder getint. Heel donker grijs, de zgn. loodkleur, of bruin bij zwart af zijn zeer chique, waarbij vanzelf sprekend donkerder tinten schoenen gedragen worden. Tenslotte volgt hieronder een af beelding van een „robe-manteau", uitstekend geschikt voor het komen de seizoen, vooral voor ons fietsende Holland. Japon 494 is gemaakt van grove tweedstof, liefst in een grijze tint. Het lijfje bloust lichtelijk over, terwijl de rechte mouw afgewerkt is met een witzijden manchette. Tevens is er een los vestje in van witte zijde, versierd met een eveneens witte strik. De re vers loopen tot aan de taille. De ONS ONTBIJT. Gaven we vaak een recept voor lunch of diner, ons ontbijt schiet er meestal bij in. Vandaar dat we U hieronder een zeer voedzaam, doch zeer licht ver teerbaar recept laten volgen, dat juist voor gebruik op den nuchteren maag het voordeel heeft, dat de verschil lende maagsappen vrij komen en mee helpen met de spijsvertering. At men in vroeger tijden 's mor gens een drietal sneedjes brood met kaas, een eitje of wat jam, tegenwoor dig v/ordt het meer en meer gewoonte het ontbijt heelemaal zonder brood te nuttigen. We kennen allen het zeer voedzame yoghurt. Inplaats van dit met enke bruine suiker te eten, neme men eens de volgende samenstelling. Op een soepbord doet men de yoghurt, raspt een zure appel, afge- wasschen met schil en al, natuurl'jk niet het klokhuis, dan twee eetlepels rauw snelkokende havermout, al of niet geweekt, een eetlepel sunmaiJ rozijnen, een eetlepel honing en een paar gemalen noten. Dit alles roert men door elkaar. Meestal is de spijs zoet genoeg, doch voor hen, die veel suiker noodig hebben, is het uitste kend er een eetlepel donkerbruine suiker bij te voegen, vooral geen wit te suiker! Is het geheel te zoet, dan heeft het lichaam dus behoefte aan /uur en doet men verstandig aan het geheel een paar druppels citroen of een halve sinaasappel (uitgeperst) toe te voegen. Het ontbijt is op deze manier klaar gemaak.t een beetje meer werk dan het snijden van drie boterham men, doch probeert U het eens een week achter elkaar en gij zult ver steld staan over het frissche en even wichtige gevoel, dat U den heelen dag bijblijft. rechterrever heeft een slip van de sjaal aan zich bevestigd, terwijl deze laatste verder los is en om den hals kan worden geslagen. De rok heeft een heupstuk, dat van voren langer is dan aan de zijkanten en puntsgewijze afgewerkt wordt. Als versiering komen aan ieder zijde twee zwarte knoopen. Het voorpand be staat uit een diepe plooi, terwijl aan iederen zijkant eveneens een plooi wordt aangebracht. De ceintuur is van dezelfde stof, heel smal en wordt gesloten met een eenvoudige zwarte gesp. Nu iets over de hoeden. De kleine hoedjes hebben vrijwel afgedaan en daarvoor in de plaats zijn de groote hoeden gekomen. Eenvou dige, van zwart strak gespannen flu weel zullen binnenkort het meest ge zien worden, maar ook vilthoeden in STRAFFEN. „Straf een kind nooit in drift" wordt ons van alle kanten voorge houden. Natuurlijk niet, maar er is anders geen prettiger moment om onze boosheid te luchten, dan juist „dat" oogenblik. Straf een kind ook niet uit humeurigheid, zou ik er aan toe willen voegen, want er is niets wat ons zoo verkleint, als een bij her haling voorkomende, willekeurige be straffing. Ge ontneemt U zelf het respect, daar een beetje scherpzinnig kind U al heel gauw „door" heeft. „Oh, moeder, tante of de onderwijze res heeft weer een booze bui, niets mee te beginnen, niets van aantrek ken' zijn ongeveer de gedachten van zulk een kind. Wanneer we kregelig of kortaange bonden zijn is het wel erg verleidelijk, ons gemoed bij de minste aanleiding eens even te lachten tegen een men- schelijk wezen, waarvan we geen diverse kleuren, sommige bewerkt met gespen, linten en bloemen wor den in alle collectie s gelanceerd. Voor dagelijksch gebruik is zoo'n groote hoed echter te lastig en daar niet iedere vrouw een baret of muts kan dragen, geven wij U hieronder een tweetal hoeden, die juist voor dit doel zoo uitstekend geschikt zijn. De hoed links is met een herfstmo tief gegarneerd. Hij is van lichtbruin vilt, de druiven en het blad in de zelfde kleur, eveneens van vilt. De rechtsche hoed is van heel lichtgrijs vilt, versierd met plisseemotieven, en met een „strass"-gesp afgewerkt. tegenspraak verwachten. Inderdaad verleidelijk is het wel, maar in den grond van ons goede hart moeten we het toch ook laf vinden om zoo iets te doen. „Want", zegt het spreek woord, „Wie een hond wil slaan, kan altijd wel een'stok vinden". Laten we ons niet overgeven aan stemmingen van boosheid, geen on vruchtbare drift in ons laten opvlam men, welke ons aanzet tot daden, waarvan we later spijt moeten heb ben. Laat eerst de boosheid wegzin ken en straf, zoo dit noodig is, na rijp overleg. Dit overleg behoeft niet lang te duren, maar moet gebaseerd zijn op onze volle rede, zoodat het kind de straf moet aanvaarden als een wel verdiende. TRIX. DE DAMESTASCH. Iedere damestasch bevat een roman. Ik bedoel geen boek, want niet iedere damestasch is zóó groot, dat ze een boek kan bevatten. Maar ik bedoel: een geschiedenis. Iedere tasch van een dame draagt de ge schiedenis in zich om van de bezit ster, minder of meer volledig, vaag of duidelijk aangetoond. „Zeg me hóè en wat de inhoud van Uw tasch is en ik zal U zeggen wie ge zijt", zou men tegenwoordig met ge mak kunnen beweren, want het is een groot zwak van de vrouw om haar tasch te vullen met de ingrediënten, waarvan ze het meest houdt, die ze het meest noodig heeft en waarmede ze graag pronkt! IJdelheid! Zoo'n Ja- mestasch is soms een waar broeinest van ijdelheid en bij anderen weer een verzameling van de meest practische zaken, zooals naaigerei, manicure, enz. Het aantal dames, die schoonheids middelen in haar tasch bergt, is steeds grooter geworden en daaren tegen is het aantal dames, die er de neus voor optrekken, minder gewor den. We hebben bijna allemaal wel zoo'n klein poederdoosje in ons taschje, een dun cigarettenkokertje en een plat étui voor lucifers. Och, we doen aan dal alles zoo'n beetje mee, we wedijveren niet, we kunnen maat houden. Erger wordt het, wanneer we een volledige rookinstallatie in onze tasch meedragen! Dat verraadt, dat we ge- woonte-rooksters geworden zijn en het is een feit, dat een gewoonte rookster spoedig een vrouw of een meisje wordt, dat verslaafd is aan cigaretten-rooken. En dat behoort niet bij een vrouw en, wat nog erger is, het is nadeelig voor een vrouw. Zoo nu en dan een cigaretje, vinden we zoo erg niet meer, ook daarin is de algemeene opinie veranderd. Maar een vrouw, die het cigaretten-rooken noodig heeft als een prikkel, vinden we een „on natuurlijk verschijnsel". Veronderstel dat zij de borden staat te wasschen met een cigaret in den mond! En er zijn er die dat doen! De damestasch is de „loopende" ziel van de vrouw al moet men niet al te zeer in gaan op haar inhoud, en de gevolgtrekkingen niet al te spoedig vaststellen. Een damestasch is een onmisbaar ding, en ik zou den man wel een wil len vinden, die ons beletten zou, onze tasch als een dierbaar kleinood, voort durend met ons mee te dragen! Van alles kunnen we afstand doen, maar van onze tasch: nooit. Zeer en vogue is heden ten dage eert tasch te dragen van hetzelfde leer en met dezelfde bewerkingen of voor den avond van dezelfde brocaatstof als onze schoenen. Wij geven U hier een tweetal voorbeelden. Fig. 1 is een tasch van echt kroko dillenleer, met een overslag, die tevens sluiting is. Ditzelfde vinden we bij den schoen, die eveneens van dit leer ge maakt is en versierd met een gesp. Fig. 2 toont U een brocaat-tasch in zilver en zwart en dito avondschoentje. De sluiting der tasch is van zwart cel luloid, terwijl de kruisbandjes der schoen van zwart lakleer zijn gemaakt, waardoor toch hetzelfde effect wordt verkregen. ANGELIQUE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 7