DE AFGELOOPEN WEEK IN HET
BUITENLAND
De Slavin van het
Zwijgen
ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD PAG. 13
Om te weten. De dorst naar ken
nis is bij den mensch onleschbaar.
Reeds ontelbaren zijn ten offer gevallen
aan dien geheimzinnigen drang naar we
tenschap, naar meer kennis, en iederen
keer probeeren weer anderen door te drin
gen in de afgesloten, ontoegankelijke gebie
den, om te weten, wat daar is.
Zoo is dezer dagen het lijk gevonden
van den Poolonderzoeker Andrée, die zoo
als men weet, meer dan 30 jaar geleden
in een ballon naar de Noordpool wilde
vliegen en omkwam met zijn twee metge
zellen in de witte velden van het eeuwige
ijs. Na jaren van verstijvende omhelzing
in doodskou geeft de Pool zijn prooi
terug.
Thans wordt weer melding gemaakt
van het vinden van een andere expeditie,
althans van sporen. De beide kampen van
de Franklin-expeditie, die 85 jaar geleden
in de Noordelijke IJszee verdween, zijn
n.l. door den Canadeeschen natuurvorscher
Burkards op het Koning Willem-eiland te
ruggevonden.
In 1845 vertrok de door zijn ontdek
kingsreizen beroemd geworden Britsche
zeeman sir John Franklin met twee sche
pen, de „Erebus" en de „Terror", bemand
met 13S koppen, teneinde de z.g. Noord
westelijke doorvaart d.w.z. de verbin
ding tusschen Atlantischen en Stillen
Oceaan langs de Amerikaansche Noord
kust te vinden.
Het laatste wat men van de expeditie
hoorde, was, dat zij op 26 Juli 1845 de
Melville-baai op 77 graad Noorderbreedte
had. bereikt. Daarna verdween zij temid
den van het eeuwige ijs. Tallooze hulp
expedities werden in den loop der jaren
uitgerust, die inderdaad enkele lijken van
leden der rampzalige expeditie vonden,
zonder dat men er echter ooit in slaagde
nauwkeurig vast te stellen, hoever de
laatste overlevenden zich hadden voort
gesleept. Reeds eenmaal vond men op het
King William-eiland enkele aanduidingen;
thans schijnt men dus ook de laatste kam
pen der ongelukkigen te hebben ontdekt.
Zou men ooit iets ontdekken van de
verdwenen ballon-groep der verongelukte
Nobile-expeditie? Dezer dagen werd ge
meld, dat wetenschappelijke instrumenten
waren ontdekt, die vermoedelijk aan deze
ballon-groep hebben toebehoord.
De vrees van nimmer terug te komen
behoeft prof. Piccard nooit te hebben.
Deze professor wil in een aluminium-kogel
onder een luchtballon omhoog stijgen tot
16.000 M. hoogte. Hoe hij het er ook van
afbrengt, hij komt in ieder geval wel weer
naar de aarde terug. Alles is te München
in gereedheid gebracht; het wachten is
nog slechts op mooi weer.
San Domingo. Het weer kan
grillig zijn, daar weten wij van mee te
praten. Maar zelden zullen wij meer van
zijn nukken te lijden hebben dan in San
Domingo.
Daar heeft een wervelstorm op een
verschrikkelijke manier huis gehouden. De
stad. San Domingo is bijna geheel ver
woest; alleen het centrum der stad en de
moderne gebouwen bleven gespaard. Vol
gens een telegram van de „Arend", een
van onze oorlogsbodems, welke ter assis
tentie is gezonden, bedraagt het aantal
dooden 3000, terwijl 23.000 personen wer
den gewond. Stapels lijken werden ver
brand. De kerken zijn ingericht voor hen,
die dakloos zijn en voor de gewonden.
De stad moet een allerdroevigsten aan
blik bieden. Overal liggen stukken van de
gegolfd ijzeren dakbedekkingen verspreid,
welke als scheermessen door de lucht zijn
gevlogen. Door deze stukken ijzer zijn de
meeste slachtoffers gevallen.
Onrust. Tegelijk met de natuur is
ook de politieke toestand in Amerika'wat
onrustig, vooral in Zuid-Amerika, waar de
revolutaekoorts als een besmettelijke pa
pegaaienziekte den eenen staat na den
anderen aansteekt. Eerst begon het in
Peru; daarna sloeg het over naar Argen
tinië en vervolgens lazen we van opstan
den in Brazilië, in Bolivia en in Panama.
Van al deze revoluties schijnt de oor
zaak dezelfde te zijn, n.l. het dictatorisch
optreden van den president, die aan de op
positie niet de plaats en de rechten toe
kende, waarop deze aanspraak maken
mocht.
Dat was in Argentinië ook het geval
met Irigoyen, die trouwens krachtens de
grondwet een bijna dictatoriale macht
bezat. In een brief aan het „Vad." wordt
hij geschetst als een geheimzinnige fi
guur.
Voor het Argentijnsche volk was hij
langen tijd de „legendarische held op den
achtergrond", een soort „deus ex machi
na", die slechts te verschijnen had om
recht te maken wat krom was. Nooit sprak
hij een redevoering uit. Vóór hij presi
dent der republiek werd, had hij nimmer
actief aan het politieke leven deelgeno
men. Hij was nooit afgevaardigde geweest,
noch senator, noch minister. Altijd leefde
hij in de schaduw en het meerendeel zij
ner geestdriftigste aanhangers had hem
zelfs nooit gezien. Met trots droeg hij den
bijnaam „peludo" het dier, dat zich
altijd verbergt.
Thans, nu hij ten val gebracht is, schijnt
hij nog altijd even geheimzinnig te zijn,
want men leest allerlei tegenstrijdige be
richten over hem. Nu eens is hij gevangen
genomen, dan weer vrijgelaten, soms is hij
gestorven, dan weer doodelijk ziek. In
ieder geval wordt hij nu door het Argen
tijnsche volk uitgejouwd, dat hem tot
voor kort toejuichte en op de handen
droeg. Generaal Uriburu zal het op zijn
beurt eens gaan probeeren. Tot hoelang?
Gandhi halsstarrig. In Indië
is men ook nog steeds niet tot overeen
stemming gekomen. De actie van burger
lijke ongehoorzaamheid, door Gandhi in
gezet met het onwettig scheppen van zout
uit de zee, duurt thans een half jaar. De
Britsche regeering, die met dit Indische
avontuur leelijk in d'r maag zit, heeft zich
verwaardigd om met Gandhi en de andere
Indische leiders onderhandelingen aan te
knoopen of zij soms bereid bleken met
dat geduvel op te houden.
Zij bleken daartoe inderdaad bereid,
doch op de volgende voorwaarden:
Allereerst de erkenning van het recht
van Indië om zich van het Britsche Rijk
af te scheiden. Verder -verlangden ze een
volledige nationale regeering die aan het
volk verantwoordelijk zou zijn en die zoo
wel ten aanzien 'van de verdediging des
lands als op economisch terrein volle
zeggenschap zou hebben. Dan eischten de
nationalistischen leiders het recht om alle
Britsche aanspraken, ook wat betreft de
Indische Schuld, aan het oordeel van een
onafhankelijk tribunaal te onderwerpen.
Als de Britsche regeering bereid was
aan deze voorwaarden te voldoen, zou men
de campagne der burgerlijke ongehoor
zaamheid willen staken, maar sommige
maatregelen, zooals het posten in verband
met den boycot van buitenlandsche klee-
dingstoffen, het posten van drankhuizen
en de vervaardiging van „onwettig" zout
zouden worden voortgezet.
Echter de staking van de ongehoor
zaamheidscampagne zou slechts dan kun
nen geschieden, als ook nog alle gevan
genen,. die niet aan daden van geweld
deelnamen, in vrijheid zouden worden ge
steld, beslaglegging op him eigendommen
zou worden opgeheven en geheven boeten
zouden worden terugbetaald.
Dat beteekende niets meer of minder
dan dat een volkomen capitulatie van de
Britsche regeering werd geëischt.
Hierop zijn de onderhandelingen afge
broken.
P a n-E uropa. Woensdag zijn te
Genève eveneens onderhandelingen be
gonnen, n.l. die van den Volkenbond. De
vergadering is daar wederom bijeen ge
komen en heeft Donderdagochtend een in
teressante rede aangehoord van Briand,
die zijn pan-Europeesch plan ontvouwde en
verdedigde. Briand deed dat op uitnoodi-
ging van de conferentie, welke Maandag
over dit onderwerp was gehouden. Men
had toen de wenschelijkheid uitgesproken
van een nauwere Europeesche samenwer
king (wat tusschen haakjes een erg pla
tonische wensch is, welke iedereen met een
gerust geweten kan uitspreken), doch
Briand stelde het in de Volkenbonds
zitting zóó voor, alsof deze conferentie
algemeen van oordeel was geweest, dat
zijn plan, de Europeesche Unie, er abso
luut noodzakelijk moest komen. Daarte
gen kwam de Engelsche minister van bui
tenland sche zaken Henderson op, door
met nadruk de juiste tekst van de reso
lutie voor te lezen. Hierna herinnerde
vHenderson aan de voornaamste gedeelten
uit de antwoorden der Engelsche regee
ring op de vragenlijst van Briand waarbij
hij met nadruk weer herhaalde, dat de
organen van de Europeesche samenwer
king zullen moeten vallen onder het
mechanisme van den Volkenbond. Hij ein
digde met te verklaren, dat iedere defi
nitieve beslissing zal moeten genomen wor
den door den Volkenbond en dat het voor
zijn regeering van het hoogste belang is,
overtuigd te worden omtrent de volgende
twee punten:
1. dat de definitieve plannen volkomen
in overeenstemming zijn met de interna
tionale verplichtingen van den Volken
bond en 2. dat het plan de ontwapenings-
politiek van den Volkenbond zal verge
makkelijken.
Vrijdag heeft Henderson nogmaals aan
gedrongen op een spoedige bijeenroeping
van de wereld-ontwapeningsconferentie.
Mooie toekomstmuziek 1
Wij zullen zien.
SPORT
SP0RTC0PIE!
Wij herinneren er correspondenten en
vereenigingssecretarissen wederom uit
drukkelijk aan, dat Sportcopie voor het
Zaterdagnummer des Vrijdags op ons bu
reau moet zijn. Copie van des Zondags ge
speelde wedstrijden moet uiterlijk Maan
dagmorgen in ons bezit zijn.
Sportredactie.
VOETBAL
KON. NED. VOETBALBOND.
BELG IE—NEDERLAND.
In het Eeuwfeeststadion.
Daar staat het weer: BelgiëHolland,
wel geen officieele landenwedstrijd in de
juiste beteekenis, omdat het een jubileum
wedstrijd is ter gelegenheid van de Belgi
sche onafhankelijkheidsfeesten, maar des
niettemin 'n interessante opening van het
nieuwe voetbalseizoen.
Men had waarlijk geen beter middel
kunnen uitvinden, om ineens weer de volle
belangstelling van al wat zich voor voet
bal interesseert, op het nieuwe voetbal
seizoen te concentreeren!
Dus BelgiëHolland in het nieuwe Brus-
selsche Stadion, het Stade du Centenaire!
Een feestwedstrijd van bijzondere beteeke
nis, wijl de strijd alweer dadelijk gaat te
gen onze Zuiderburen. De belangstelling
zal zeker niet gering zijn. De Belgen toch
verkeeren in feeststemming en vele dui
zenden zullen bovendien het nieuwe Sta
dion willen bezichtigen.
Voor ons is het sportief resultaat het
meest belangrijk. Op den jubileumwed
strijd, vorig jaar in het Stadion te Amster
dam tusschen beide landen gespeeld, won
Nederland. Zal België nu op haar feest als
overwinnaar uit den strijd komen? 't Is
voor velen een open vraag. Immers de spe
lers die tegenover elkaar zullen komen te
staan, zijn voor het grootste gedeelte oude
bekenden, maar er valt bij den aanvang
van een seizoen zoo weinig van te zeggen.
Toch lijkt ons de Belgische ploeg danig
verzwakt in dien zin althans, dat oude rot
ten als Raymond Braine, die naar men
weet beroepsspeler ia geworden, Pierre
Braine en Adams niet zoo gemakkelijk te
vervangen zijn.
De verliezen aan Hollandsche zijde kun
nen niet zoo zwaar zijn. Weliswaar is het
niet uitkomen van v. d. Broek een tegen
valler, maar Strijbosoh kan hem, vooral in
aanmerking genomen, dat hij naast zijn
clubgenoot van R eenen uitkomt, wellicht
goed vervangen. Voorts lijkt ons de we-
der-opname van v. Heel niet slecht. We
hopen dat de jeugdige Rotterdammer zich
zijn herbenoeming waardig zal toonen.
Overigens telt iedere ploeg slechts één
debutant, toevallig bij beide de linksbin
nen.
De volgende ploegen zullen tegenover
elkaar komen te staan:
België i
Badjou
Nouwens Hoydonckx
Van Poucke Hellemans Moeschal
Verhoof Vander'bauwheden Seoretin
Versijp Ba-stin
Scheidsrechter Cejnar (Tsj. Slowakije)
v. d. Heijden Landaal
Strijbosch Van Reenen Tap
Van Heel v. d. Wildt Kools
Van Kol Vermetten
Van der Meulen
Nederland
Voetbal en Athletiek.
Het K. N. V. B.-bestuur bezit een zeer
bekende Hollandsche eigenschap: voor
zichtigheid. Op 4 Mei van dit jaar moch
ten de athleten bij de HollandBelgië-
ontmoeting in het stadion hun kunnen niet
demonstreeren voor het publiek en op de
laatste bondsvergadering kon een bedrag
van duizend gulden aan het financieel
zwakke zusje, de K. N. A. U. niet gevo
teerd worden, daar gevreesd werd, dat er
voor de toch werkelijk niet ongefortuneer
de beurs van den K. N. V.B. een preoedent
zou worden geschapen. Anderszins kunnen
we echter niet aannemen, dat ons voetbal-
parlement ontkent, dat athletiek en voet
bal „zusjes" van elkaar zijn en dat zooals
het familieleden nu eenmaal betaamt, zij
elkaar in alle opzichten behooren te steu
nen.
In België denken ze er intusschen anders
over. Oaar heeft men om den feestwedstrijd
heen een programma in elkaar gezet, dat
klinkt als een klok, komt de Koninklijke
familie, speeches van autoriteiten, zang-
hulde, sportdemonstraties van scholieren
enz.
Een Landen-athletiekwedstrijd Frankrijk
200 Meter estafettewedstrijd zal het pu
bliek wel in spanning houden, voorts vindt
nog een 1000 Meterloop plaats, een sprint-
wedstrijd over 100 Meter enz.
De groote massa van het sportlievend
Belgisch publiek (en die komt alleen bij
voetbalwedstrijden) zal dus kennis kunnen
maken met de Nederlandsche cracks als
een Berger, Van der Berge, Paulen enz.
Typisch is, dat de groote massa van het
Hollandsche publiek (en die komt toch ook
alleen maar bij voetbalwedstrijden!) van
deze kennismaking nog verstoken is ge
bleven!
Laat het K. N. V. B.-bestuur in den ver
volge bedenken, dat het hier een kleine
maar niettemin belangrijke taak heeft te
vervullen.
Verdere bijzonderheden.
De „Sprt.kr." geeft verder nog de vol
gende bijzonderheden.
De wedstrijd wordt geleid door den ons
onbekenden Tsjech Cejnar, die echter al
verschillende internationale ontmoetingen
onder zijn berusting heeft gehad.
De opening gaat met velerlei feestelijk
heden gepaard. Vooral de atletiekwed
strijden zijn voor de Hollanders wel aar
dig, daar onze crack Berger, o.m. van de
partij is en tooral daarom is het zeer te
betreuren, dat het grootste deel van het
athletiek-programma, o.m. de 100 meter,
pas na den voetbalwedstrijd gehouden
wordt. Vele landgenooten zullen daarbij
dus niet meer tegenwoordig kunnen zijn,
omdat zij zich tamelijk zullen moeten
haasten om een geschikten trein huis
waarts te halen.
De Hollandsohe spelers vertrekken, als
altijd, op Zondagmorgen pas naar Brussel,
waar zij om 1.01 uur aan het Noordstation
aankomen.
De receptie, welke het gemeentebestuur
van Brussel ter gelegenheid van de offi
cieele opening van het Eeuwfeest-stadion
ten stadhuize zou houden, zal niet plaats
hebben door het plotseling overlijden van
baron Lemonnier, 1ste schepen van de
stad Brussel, die tijdens den wereldoorlog
burgemeester Max heeft vervangen.
Hoewel de belangstelling van Holland
sche zijde, zooals te begrijpen is, minder
groot is dan bij den jaarlijkschen wedstrijd
te Antwerpen, zijn door bemiddeling van
den K. N. V. B. toch nog ruim 1000 kaar
ten aan Hollanders verkocht. Men kan er
voorts van op aan, dat talrijke landgenoo
ten speciaal in het Zuiden ditmaal
kaarten rechtstreeks in België gekocht
hebben, zoodat in totaal nog wel enkele
duizenden Hollanders in het Stadion aan
wezig zullen zijn.
Grensrechter voor Holland is de heer v.
d. Heide te Assen.
Inplaats van Van Kesteren, die verhin
derd is, gaat Barendregt (Feijenoord) als
reserve mee. De andere reserves zijn: De
Boer (Ajax) en De Bruin (Hermes-D.V.S.).
DE COMPETITIE.
Overzicht
De officieele inzet van de competie be-
teekent nog geenszins, dat daardoor alle
vereenigingen voor de competitie in het
veld zullen komen.
Vooreerst is daar de landenwedstrijd,
die verschillende spelers uit diverse ver
eenigingen naar Brussel voert. Dan wor
den in Rotterdam de jaarlijksche keur-
wedstrijden gespeeld en de finale om den
Zilveren Bal, zoodat er voor de eerste
klassers nog niet aan de competitie ge
dacht kon worden en de lagere goden dus
slechts tegenover elkaar komen te staan.
Er valt nog weinig over te zeggen of ie
voorspellen, maar alleen het feit, dat we
de oude concurrenten weer tegenover
elkaar zien staan, is voldoende om da
aandacht op de competitie te vestigen. En
daar vinden we weer in Afd. I: Zeeburgia,
D. E. C., Haarlem, V. V. A., Hercules ea
zoovele andere oude bekenden. In afd. II:
Quick, V. O. O., Unitas,D. H. C. enz.
Bijzonder interessant evenwel belooft
de strijd te worden in de derde klasse A,
waarin bijkans alle vereeniging6n uit Lei
den en Omgeving zijn ondergebracht.
Vroeger waren de diverse vereenigingen
verdeeld over minstens twee klassen.
Waarom dit nu veranderd is, weten we
waarlijk niet. En we betreuren het, want
al moge deze indeeling dan ook zöo goed
als zeker een spannend verloop waarbor
gen, waardoor wellicht alleen de kas der
betrokken vereenigingen wat gespekt
wordt, zeker is toch ook, dat weer geen
enkele vereeniging redelijke kans op pro
motie maakt. De practijk toch der laatste
jaren heeft uitgewezen, het vorig seizoen
nog tusschen A. S. C., U. V. S. en L. F. C.
dat plaatselijke vereenigingen elkaar ge
woon „afmaken", om een vereeniging van
buiten de kans op promotie te laten. Te
meer is zulks nog het geval nu alle ver
eenigingen in één klasse zijn bijeenge
bracht.
De competitie vangt morgen voor U. V.
S. aan met een thuiswedstrijd tegen T. H.
B., terwijl L. F. C. op bezoek gaat bij de
Zeemeeuwen en Alphen thuis den strijd
aanbindt tegen Lugdunum. We zullen het
eerste treffen maar rustig afwachten.
Verder gaat Alphia op bezoek bij Zeist,
Leidsche Boys trekt naar Archipel, D. V.
S. naar H. D. V., R. C. L. ontvangt be
zoek van Celeritas en U. V. S. II zal de
gast zijn van de A. D. O.-reserven.
FEUILLETON
Uit het Engelsch van
FRED. M. WHITE.
41)
„Dat doen we zeker", gaf Beatrice op
kouden toon toe. „Dus jij denkt dat ik
jou, na wat je me verteld hebt, die kost
bare juweelen geef? Ik denk er niet aan.
Ik zal ze voor de crediteuren bewaren en
aan den curator, die natuurlijk zal worden
benoemd, afgeven. Niets zal me van dat
besluit afbrengen."
Sen vloek kwam over Richford's lippen.
Hij strekte zijn hand uit alsof hij Beatrice
bij de keel wilde grijpen.
„Spot niet met me", gromde hij heesch
„houd me niet voor den gek, anders ver
geet ik mezelf. Geef me die diamanten als
je leven je lief is."
Maar Beatrice maakte geen aanstalten
om ze te gaan halen. Zo zag doodsbleek,
maar op haar gezicht was een trek van on-
verwrikbare vastberadenheid.
„Ale je denkt dat je me met de dreige
menten vrees aanjaagt, vergis je je", zei
ze kalm. „De steenen zijn veilig opgebor
gen en ze blijven waar ze zijn tot ik ze aan
den curator kan geven."
„Dus je geefb ze niet?"
Beatrice schudde energiek het hoofd.
Richford stond voor haar met een hand op
haar arm en de andere om haar blanke
hals. Er was een moorddadige uitdrukking
in zijn gezicht, maar de oogen, waarmee
Beatrice hem aankeek, knipten niet. Toen
duwde hij het meisje ruw van zich af en
liep naar de deur.
„Moed bezit je", grauwde hij, ondanks
zichzelf was hij geimponeerfd. „Ik geloof
dat ik je, als je bang geweest was, den
ne komgedraaid had. Enfin loop maar met
je hoofd tegen den muurHij dacht, toen
hij dat zei, aan den brief van Berrington.
„Ga je eigen gang maar, ik ga de mime".
Daarop liep hij de kamer uit en sloeg
de deur met een smak achter zich dicht.
In de hall van het hotel ging hij in een ge
makkelijke stoel ziten alsof hij op iemand
wachtte, maar in werkelijkheid trachtte hij
wat orde te brengen in zijn dooreenwoelen-
d© gedachten. Dat was een heele toer in
die druk-pratende, zenuwachtige menigte,
waarvan de meesten zijn naam op de lip
pen hadden.
HOOFDSTUK XXVI.
Reggie en Cora.
De onschuldig en eerbiedwaardig uit
ziende oude geestelijke bleef een klein uur
zitten in de geduldige houding van
iemand, die op een vriend wacht, maar
hoe hij zijn listig brein ook inspande, hij
zag geen weg uit de moeilijkheden. Hij had
niet voldoende geld om zich in het buiten
land schuil te houden en de politie zat
hem op de hielen Hij wist heel goed dat
hij zijn ondergang aan Satoris te danken
had, met wien hij een hoog spel gespeeld
had, dat hij had verloren.
Ineens begon hij een lichtpunt te zien.
Hij zag Beatrice uit het kantoor van rie;
hotel komen, met een pakje onder den
arm. Richford's oogen glinsterden; daar
was een uitweg 1
„Zoo zeker als wat de diamanten", zei "hij
bij zichzelf. „Ze is blijkbaar bang dat ze
in het hotel niet veilig zijn en gaat ze hier
of daar verbergen. Ik zal haar maar eens
achterna lqopen. Moed, ouwe joncen
spel is nog niet heelemaal verloren
Richford had het bij het rechte eind.
Beatrice had het veiliger geoordeeld om
de diamanten, waarvan Richford kon we
ten dat ze in het hotel waren, naar een
andere plaats over te brengen, want ze
was niet gerust op wat haar echtgenoot in
zijn wanhoop misschien ondernemen zou.
Ze wilde voortmaken, want ze had nog
niets anders te doen.
Nadat ze Berrington's brief gelezen had,
was ze van plan zoo gauw mogelijk naar
Wandsworth te gaan. Ze was blij dat ze
een levensteeken van haar vriend had ge
kregen en vermoedde geen kwaad. Ze was
er zelfs zoo verheugd over dat ze in haar
blijdschap er niet aan dacht dat haar in
het huis op Audley Place, waarover Field
haar toch gesproken had, wel eens een val
strik kon gespanne worden. Maar ze zou
eerst naar den ouden familiejuwelier in
Bondstreet gaan om bij hem de steenen te
laten opbergen. Een veiliger bewaarplaats
kon ze zich niet denken.
Beatrice had het hotel juist verlaten
toen Mary terug kwam. Ze liep naar bo
ven en vond Adeline op de kamer van haar
mesteres. Het meisje kreeg een kleur toen
Mary haar vroeg of ze de boodschap had
overgebracht.
„Het spijt mij vreeselijk, juffrouw", sta
melde het meisje, „maar ik heb de bood
schap en den brief heelemaal vergeten. Ik
heb den brief op tafel laten liggen en me
vrouw is juist uitgegaan."
„Heeft ze den brief gelezen voor ze weg
ging?", vroeg Mary haastig.
„Ik denk het wel, juffrouw, de brief ligt
tenminste niet meer op tafel. En de enve
loppe ligt in den haard".
Mary was het eerste oogenblik te ont
daan om iets te zeggen.
„Het spijt me dat je zoo vergeetachtig
bent geweest", zei ze eindelijk. „Is me
vrouw alleen uitgegaan?"
„Ik geloof van wel", zei de berouwvol
le Adeline. „Ze had straks iemand bij zich,
een oude geestelijke, die...."
Maar Mary luisterde niet, ze dacht al
leen maar aan het gevaar waarin Beatrice
zich bevond. Ze herinnerde zich dien ouden
geestelijke, hij was haar voorbijgeloopen
toen ze straks het hotel was uitgegaan.
Ze ging weg; het was inmidedls donker
geworden en ze wilde een taxi nemen,
maar er was er geen in de buurt en ze liep
in de richting van de dichtsbijzijnde
standplaats. Op den hoek van de straat
bleef ze even staan; ze aarzelde een
oogenblik voor ze overstak omdat het er
heel druk was. Vlak bij haar stond het
keurig gekleede tweetal, dat zich aan Bea
trice had opgedrongen als Gravin de la
Moray en Generaal Gastang en dat ze
meermalen in de villa op Audley Place
had gezien. Wat deden die op het oogen
blik hier? vroeg Mary zich af. Een mo
ment veronderstelde zij dat ze haar soha-
duwen waren. Ze liet dat vermoeden va
ren toen ze zag dat de oude geestelijke,
dien ze eerder gezien had cn die, volgens
Adeline's zeggen, straks bij Beatrice op
bezoek geweest was, het tweetal aan
sprak.
Ze zag dat Reggie beleefd zijn hond af
nam toen hij door den ouden heer aange
sproken werd, waarop ze hem zag schrik
ken en onmiddellijk begreep zij wie de oude
geestelijke was
„Het is Stephen Richford, vermomd",
zei ze bij zichzelf. „Hij is bij zijn vrouw
geweest
Het trio was in ernstig gesprek. Eerst
leek het alsof Cora en Reggie niet veel van
Richford moesten hebben, maar nadat hij
even met ze gepraat had, veranderde dat.
Ze wandelden met hun drieën weg en gin
gen een einde verder een klein restaurant
binnen.
In een opwelling, die zij niet nader zou
hebben kunnen verklaren, volgde Mary. Ze
had het vage vermoeden dat dit onderhoud
iets met Beatrice te maken had. Het res
taurant was van binnen in aparic hokjes
verdeeld.
Mary ging in een daarvan zitten, naast
dat waar de drie samenzweerders hadden
plaats genomen en bestelde een kop thee.
en tot haar groote voldoening merkte ze dat
ze, al spraken de anderen zacht, door de
dunne afscheiding het gesprek van het
drietal uitstekend volgen kon. Blijkbaar
had het nobele trio er geen idee van dat
het zoo gehoorig was. Mary hoorde 'n plof
van een champagnekurk.
„Van zoo'n paar slokken leef je heele
maal op", hoorde ze Richford even later
zeggen.
„En het geeft jc een tong ook", lachte
Reggie. „Kom Richford, we zijn allebei erg
verlangend om te weten hoe we geld in
onze zak kunnen krijgen."
„En niet zoo'n klein beetje ook", zei
Richford. „O, jullie hoeven je niet onge
rust te maken over dien krommen kleinen
duivel in Wandsworth, want die hoeft er
niets van te weten. Wat zeggen jullie van
10.000 pond ieder? Komt het water jc niet
in den mond, hè?"
([Wordt vervolgd).
n