DE AFGELOOPEN WEEK IN HET BUITENLAND De Slavin van het Zwijgen ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1930 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 13 Om te weten. De dorst naar ken nis is bij den mensch onleschbaar. Reeds ontelbaren zijn ten offer gevallen aan dien geheimzinnigen drang naar we tenschap, naar meer kennis, en iederen keer probeeren weer anderen door te drin gen in de afgesloten, ontoegankelijke gebie den, om te weten, wat daar is. Zoo is dezer dagen het lijk gevonden van den Poolonderzoeker Andrée, die zoo als men weet, meer dan 30 jaar geleden in een ballon naar de Noordpool wilde vliegen en omkwam met zijn twee metge zellen in de witte velden van het eeuwige ijs. Na jaren van verstijvende omhelzing in doodskou geeft de Pool zijn prooi terug. Thans wordt weer melding gemaakt van het vinden van een andere expeditie, althans van sporen. De beide kampen van de Franklin-expeditie, die 85 jaar geleden in de Noordelijke IJszee verdween, zijn n.l. door den Canadeeschen natuurvorscher Burkards op het Koning Willem-eiland te ruggevonden. In 1845 vertrok de door zijn ontdek kingsreizen beroemd geworden Britsche zeeman sir John Franklin met twee sche pen, de „Erebus" en de „Terror", bemand met 13S koppen, teneinde de z.g. Noord westelijke doorvaart d.w.z. de verbin ding tusschen Atlantischen en Stillen Oceaan langs de Amerikaansche Noord kust te vinden. Het laatste wat men van de expeditie hoorde, was, dat zij op 26 Juli 1845 de Melville-baai op 77 graad Noorderbreedte had. bereikt. Daarna verdween zij temid den van het eeuwige ijs. Tallooze hulp expedities werden in den loop der jaren uitgerust, die inderdaad enkele lijken van leden der rampzalige expeditie vonden, zonder dat men er echter ooit in slaagde nauwkeurig vast te stellen, hoever de laatste overlevenden zich hadden voort gesleept. Reeds eenmaal vond men op het King William-eiland enkele aanduidingen; thans schijnt men dus ook de laatste kam pen der ongelukkigen te hebben ontdekt. Zou men ooit iets ontdekken van de verdwenen ballon-groep der verongelukte Nobile-expeditie? Dezer dagen werd ge meld, dat wetenschappelijke instrumenten waren ontdekt, die vermoedelijk aan deze ballon-groep hebben toebehoord. De vrees van nimmer terug te komen behoeft prof. Piccard nooit te hebben. Deze professor wil in een aluminium-kogel onder een luchtballon omhoog stijgen tot 16.000 M. hoogte. Hoe hij het er ook van afbrengt, hij komt in ieder geval wel weer naar de aarde terug. Alles is te München in gereedheid gebracht; het wachten is nog slechts op mooi weer. San Domingo. Het weer kan grillig zijn, daar weten wij van mee te praten. Maar zelden zullen wij meer van zijn nukken te lijden hebben dan in San Domingo. Daar heeft een wervelstorm op een verschrikkelijke manier huis gehouden. De stad. San Domingo is bijna geheel ver woest; alleen het centrum der stad en de moderne gebouwen bleven gespaard. Vol gens een telegram van de „Arend", een van onze oorlogsbodems, welke ter assis tentie is gezonden, bedraagt het aantal dooden 3000, terwijl 23.000 personen wer den gewond. Stapels lijken werden ver brand. De kerken zijn ingericht voor hen, die dakloos zijn en voor de gewonden. De stad moet een allerdroevigsten aan blik bieden. Overal liggen stukken van de gegolfd ijzeren dakbedekkingen verspreid, welke als scheermessen door de lucht zijn gevlogen. Door deze stukken ijzer zijn de meeste slachtoffers gevallen. Onrust. Tegelijk met de natuur is ook de politieke toestand in Amerika'wat onrustig, vooral in Zuid-Amerika, waar de revolutaekoorts als een besmettelijke pa pegaaienziekte den eenen staat na den anderen aansteekt. Eerst begon het in Peru; daarna sloeg het over naar Argen tinië en vervolgens lazen we van opstan den in Brazilië, in Bolivia en in Panama. Van al deze revoluties schijnt de oor zaak dezelfde te zijn, n.l. het dictatorisch optreden van den president, die aan de op positie niet de plaats en de rechten toe kende, waarop deze aanspraak maken mocht. Dat was in Argentinië ook het geval met Irigoyen, die trouwens krachtens de grondwet een bijna dictatoriale macht bezat. In een brief aan het „Vad." wordt hij geschetst als een geheimzinnige fi guur. Voor het Argentijnsche volk was hij langen tijd de „legendarische held op den achtergrond", een soort „deus ex machi na", die slechts te verschijnen had om recht te maken wat krom was. Nooit sprak hij een redevoering uit. Vóór hij presi dent der republiek werd, had hij nimmer actief aan het politieke leven deelgeno men. Hij was nooit afgevaardigde geweest, noch senator, noch minister. Altijd leefde hij in de schaduw en het meerendeel zij ner geestdriftigste aanhangers had hem zelfs nooit gezien. Met trots droeg hij den bijnaam „peludo" het dier, dat zich altijd verbergt. Thans, nu hij ten val gebracht is, schijnt hij nog altijd even geheimzinnig te zijn, want men leest allerlei tegenstrijdige be richten over hem. Nu eens is hij gevangen genomen, dan weer vrijgelaten, soms is hij gestorven, dan weer doodelijk ziek. In ieder geval wordt hij nu door het Argen tijnsche volk uitgejouwd, dat hem tot voor kort toejuichte en op de handen droeg. Generaal Uriburu zal het op zijn beurt eens gaan probeeren. Tot hoelang? Gandhi halsstarrig. In Indië is men ook nog steeds niet tot overeen stemming gekomen. De actie van burger lijke ongehoorzaamheid, door Gandhi in gezet met het onwettig scheppen van zout uit de zee, duurt thans een half jaar. De Britsche regeering, die met dit Indische avontuur leelijk in d'r maag zit, heeft zich verwaardigd om met Gandhi en de andere Indische leiders onderhandelingen aan te knoopen of zij soms bereid bleken met dat geduvel op te houden. Zij bleken daartoe inderdaad bereid, doch op de volgende voorwaarden: Allereerst de erkenning van het recht van Indië om zich van het Britsche Rijk af te scheiden. Verder -verlangden ze een volledige nationale regeering die aan het volk verantwoordelijk zou zijn en die zoo wel ten aanzien 'van de verdediging des lands als op economisch terrein volle zeggenschap zou hebben. Dan eischten de nationalistischen leiders het recht om alle Britsche aanspraken, ook wat betreft de Indische Schuld, aan het oordeel van een onafhankelijk tribunaal te onderwerpen. Als de Britsche regeering bereid was aan deze voorwaarden te voldoen, zou men de campagne der burgerlijke ongehoor zaamheid willen staken, maar sommige maatregelen, zooals het posten in verband met den boycot van buitenlandsche klee- dingstoffen, het posten van drankhuizen en de vervaardiging van „onwettig" zout zouden worden voortgezet. Echter de staking van de ongehoor zaamheidscampagne zou slechts dan kun nen geschieden, als ook nog alle gevan genen,. die niet aan daden van geweld deelnamen, in vrijheid zouden worden ge steld, beslaglegging op him eigendommen zou worden opgeheven en geheven boeten zouden worden terugbetaald. Dat beteekende niets meer of minder dan dat een volkomen capitulatie van de Britsche regeering werd geëischt. Hierop zijn de onderhandelingen afge broken. P a n-E uropa. Woensdag zijn te Genève eveneens onderhandelingen be gonnen, n.l. die van den Volkenbond. De vergadering is daar wederom bijeen ge komen en heeft Donderdagochtend een in teressante rede aangehoord van Briand, die zijn pan-Europeesch plan ontvouwde en verdedigde. Briand deed dat op uitnoodi- ging van de conferentie, welke Maandag over dit onderwerp was gehouden. Men had toen de wenschelijkheid uitgesproken van een nauwere Europeesche samenwer king (wat tusschen haakjes een erg pla tonische wensch is, welke iedereen met een gerust geweten kan uitspreken), doch Briand stelde het in de Volkenbonds zitting zóó voor, alsof deze conferentie algemeen van oordeel was geweest, dat zijn plan, de Europeesche Unie, er abso luut noodzakelijk moest komen. Daarte gen kwam de Engelsche minister van bui tenland sche zaken Henderson op, door met nadruk de juiste tekst van de reso lutie voor te lezen. Hierna herinnerde vHenderson aan de voornaamste gedeelten uit de antwoorden der Engelsche regee ring op de vragenlijst van Briand waarbij hij met nadruk weer herhaalde, dat de organen van de Europeesche samenwer king zullen moeten vallen onder het mechanisme van den Volkenbond. Hij ein digde met te verklaren, dat iedere defi nitieve beslissing zal moeten genomen wor den door den Volkenbond en dat het voor zijn regeering van het hoogste belang is, overtuigd te worden omtrent de volgende twee punten: 1. dat de definitieve plannen volkomen in overeenstemming zijn met de interna tionale verplichtingen van den Volken bond en 2. dat het plan de ontwapenings- politiek van den Volkenbond zal verge makkelijken. Vrijdag heeft Henderson nogmaals aan gedrongen op een spoedige bijeenroeping van de wereld-ontwapeningsconferentie. Mooie toekomstmuziek 1 Wij zullen zien. SPORT SP0RTC0PIE! Wij herinneren er correspondenten en vereenigingssecretarissen wederom uit drukkelijk aan, dat Sportcopie voor het Zaterdagnummer des Vrijdags op ons bu reau moet zijn. Copie van des Zondags ge speelde wedstrijden moet uiterlijk Maan dagmorgen in ons bezit zijn. Sportredactie. VOETBAL KON. NED. VOETBALBOND. BELG IE—NEDERLAND. In het Eeuwfeeststadion. Daar staat het weer: BelgiëHolland, wel geen officieele landenwedstrijd in de juiste beteekenis, omdat het een jubileum wedstrijd is ter gelegenheid van de Belgi sche onafhankelijkheidsfeesten, maar des niettemin 'n interessante opening van het nieuwe voetbalseizoen. Men had waarlijk geen beter middel kunnen uitvinden, om ineens weer de volle belangstelling van al wat zich voor voet bal interesseert, op het nieuwe voetbal seizoen te concentreeren! Dus BelgiëHolland in het nieuwe Brus- selsche Stadion, het Stade du Centenaire! Een feestwedstrijd van bijzondere beteeke nis, wijl de strijd alweer dadelijk gaat te gen onze Zuiderburen. De belangstelling zal zeker niet gering zijn. De Belgen toch verkeeren in feeststemming en vele dui zenden zullen bovendien het nieuwe Sta dion willen bezichtigen. Voor ons is het sportief resultaat het meest belangrijk. Op den jubileumwed strijd, vorig jaar in het Stadion te Amster dam tusschen beide landen gespeeld, won Nederland. Zal België nu op haar feest als overwinnaar uit den strijd komen? 't Is voor velen een open vraag. Immers de spe lers die tegenover elkaar zullen komen te staan, zijn voor het grootste gedeelte oude bekenden, maar er valt bij den aanvang van een seizoen zoo weinig van te zeggen. Toch lijkt ons de Belgische ploeg danig verzwakt in dien zin althans, dat oude rot ten als Raymond Braine, die naar men weet beroepsspeler ia geworden, Pierre Braine en Adams niet zoo gemakkelijk te vervangen zijn. De verliezen aan Hollandsche zijde kun nen niet zoo zwaar zijn. Weliswaar is het niet uitkomen van v. d. Broek een tegen valler, maar Strijbosoh kan hem, vooral in aanmerking genomen, dat hij naast zijn clubgenoot van R eenen uitkomt, wellicht goed vervangen. Voorts lijkt ons de we- der-opname van v. Heel niet slecht. We hopen dat de jeugdige Rotterdammer zich zijn herbenoeming waardig zal toonen. Overigens telt iedere ploeg slechts één debutant, toevallig bij beide de linksbin nen. De volgende ploegen zullen tegenover elkaar komen te staan: België i Badjou Nouwens Hoydonckx Van Poucke Hellemans Moeschal Verhoof Vander'bauwheden Seoretin Versijp Ba-stin Scheidsrechter Cejnar (Tsj. Slowakije) v. d. Heijden Landaal Strijbosch Van Reenen Tap Van Heel v. d. Wildt Kools Van Kol Vermetten Van der Meulen Nederland Voetbal en Athletiek. Het K. N. V. B.-bestuur bezit een zeer bekende Hollandsche eigenschap: voor zichtigheid. Op 4 Mei van dit jaar moch ten de athleten bij de HollandBelgië- ontmoeting in het stadion hun kunnen niet demonstreeren voor het publiek en op de laatste bondsvergadering kon een bedrag van duizend gulden aan het financieel zwakke zusje, de K. N. A. U. niet gevo teerd worden, daar gevreesd werd, dat er voor de toch werkelijk niet ongefortuneer de beurs van den K. N. V.B. een preoedent zou worden geschapen. Anderszins kunnen we echter niet aannemen, dat ons voetbal- parlement ontkent, dat athletiek en voet bal „zusjes" van elkaar zijn en dat zooals het familieleden nu eenmaal betaamt, zij elkaar in alle opzichten behooren te steu nen. In België denken ze er intusschen anders over. Oaar heeft men om den feestwedstrijd heen een programma in elkaar gezet, dat klinkt als een klok, komt de Koninklijke familie, speeches van autoriteiten, zang- hulde, sportdemonstraties van scholieren enz. Een Landen-athletiekwedstrijd Frankrijk 200 Meter estafettewedstrijd zal het pu bliek wel in spanning houden, voorts vindt nog een 1000 Meterloop plaats, een sprint- wedstrijd over 100 Meter enz. De groote massa van het sportlievend Belgisch publiek (en die komt alleen bij voetbalwedstrijden) zal dus kennis kunnen maken met de Nederlandsche cracks als een Berger, Van der Berge, Paulen enz. Typisch is, dat de groote massa van het Hollandsche publiek (en die komt toch ook alleen maar bij voetbalwedstrijden!) van deze kennismaking nog verstoken is ge bleven! Laat het K. N. V. B.-bestuur in den ver volge bedenken, dat het hier een kleine maar niettemin belangrijke taak heeft te vervullen. Verdere bijzonderheden. De „Sprt.kr." geeft verder nog de vol gende bijzonderheden. De wedstrijd wordt geleid door den ons onbekenden Tsjech Cejnar, die echter al verschillende internationale ontmoetingen onder zijn berusting heeft gehad. De opening gaat met velerlei feestelijk heden gepaard. Vooral de atletiekwed strijden zijn voor de Hollanders wel aar dig, daar onze crack Berger, o.m. van de partij is en tooral daarom is het zeer te betreuren, dat het grootste deel van het athletiek-programma, o.m. de 100 meter, pas na den voetbalwedstrijd gehouden wordt. Vele landgenooten zullen daarbij dus niet meer tegenwoordig kunnen zijn, omdat zij zich tamelijk zullen moeten haasten om een geschikten trein huis waarts te halen. De Hollandsohe spelers vertrekken, als altijd, op Zondagmorgen pas naar Brussel, waar zij om 1.01 uur aan het Noordstation aankomen. De receptie, welke het gemeentebestuur van Brussel ter gelegenheid van de offi cieele opening van het Eeuwfeest-stadion ten stadhuize zou houden, zal niet plaats hebben door het plotseling overlijden van baron Lemonnier, 1ste schepen van de stad Brussel, die tijdens den wereldoorlog burgemeester Max heeft vervangen. Hoewel de belangstelling van Holland sche zijde, zooals te begrijpen is, minder groot is dan bij den jaarlijkschen wedstrijd te Antwerpen, zijn door bemiddeling van den K. N. V. B. toch nog ruim 1000 kaar ten aan Hollanders verkocht. Men kan er voorts van op aan, dat talrijke landgenoo ten speciaal in het Zuiden ditmaal kaarten rechtstreeks in België gekocht hebben, zoodat in totaal nog wel enkele duizenden Hollanders in het Stadion aan wezig zullen zijn. Grensrechter voor Holland is de heer v. d. Heide te Assen. Inplaats van Van Kesteren, die verhin derd is, gaat Barendregt (Feijenoord) als reserve mee. De andere reserves zijn: De Boer (Ajax) en De Bruin (Hermes-D.V.S.). DE COMPETITIE. Overzicht De officieele inzet van de competie be- teekent nog geenszins, dat daardoor alle vereenigingen voor de competitie in het veld zullen komen. Vooreerst is daar de landenwedstrijd, die verschillende spelers uit diverse ver eenigingen naar Brussel voert. Dan wor den in Rotterdam de jaarlijksche keur- wedstrijden gespeeld en de finale om den Zilveren Bal, zoodat er voor de eerste klassers nog niet aan de competitie ge dacht kon worden en de lagere goden dus slechts tegenover elkaar komen te staan. Er valt nog weinig over te zeggen of ie voorspellen, maar alleen het feit, dat we de oude concurrenten weer tegenover elkaar zien staan, is voldoende om da aandacht op de competitie te vestigen. En daar vinden we weer in Afd. I: Zeeburgia, D. E. C., Haarlem, V. V. A., Hercules ea zoovele andere oude bekenden. In afd. II: Quick, V. O. O., Unitas,D. H. C. enz. Bijzonder interessant evenwel belooft de strijd te worden in de derde klasse A, waarin bijkans alle vereeniging6n uit Lei den en Omgeving zijn ondergebracht. Vroeger waren de diverse vereenigingen verdeeld over minstens twee klassen. Waarom dit nu veranderd is, weten we waarlijk niet. En we betreuren het, want al moge deze indeeling dan ook zöo goed als zeker een spannend verloop waarbor gen, waardoor wellicht alleen de kas der betrokken vereenigingen wat gespekt wordt, zeker is toch ook, dat weer geen enkele vereeniging redelijke kans op pro motie maakt. De practijk toch der laatste jaren heeft uitgewezen, het vorig seizoen nog tusschen A. S. C., U. V. S. en L. F. C. dat plaatselijke vereenigingen elkaar ge woon „afmaken", om een vereeniging van buiten de kans op promotie te laten. Te meer is zulks nog het geval nu alle ver eenigingen in één klasse zijn bijeenge bracht. De competitie vangt morgen voor U. V. S. aan met een thuiswedstrijd tegen T. H. B., terwijl L. F. C. op bezoek gaat bij de Zeemeeuwen en Alphen thuis den strijd aanbindt tegen Lugdunum. We zullen het eerste treffen maar rustig afwachten. Verder gaat Alphia op bezoek bij Zeist, Leidsche Boys trekt naar Archipel, D. V. S. naar H. D. V., R. C. L. ontvangt be zoek van Celeritas en U. V. S. II zal de gast zijn van de A. D. O.-reserven. FEUILLETON Uit het Engelsch van FRED. M. WHITE. 41) „Dat doen we zeker", gaf Beatrice op kouden toon toe. „Dus jij denkt dat ik jou, na wat je me verteld hebt, die kost bare juweelen geef? Ik denk er niet aan. Ik zal ze voor de crediteuren bewaren en aan den curator, die natuurlijk zal worden benoemd, afgeven. Niets zal me van dat besluit afbrengen." Sen vloek kwam over Richford's lippen. Hij strekte zijn hand uit alsof hij Beatrice bij de keel wilde grijpen. „Spot niet met me", gromde hij heesch „houd me niet voor den gek, anders ver geet ik mezelf. Geef me die diamanten als je leven je lief is." Maar Beatrice maakte geen aanstalten om ze te gaan halen. Zo zag doodsbleek, maar op haar gezicht was een trek van on- verwrikbare vastberadenheid. „Ale je denkt dat je me met de dreige menten vrees aanjaagt, vergis je je", zei ze kalm. „De steenen zijn veilig opgebor gen en ze blijven waar ze zijn tot ik ze aan den curator kan geven." „Dus je geefb ze niet?" Beatrice schudde energiek het hoofd. Richford stond voor haar met een hand op haar arm en de andere om haar blanke hals. Er was een moorddadige uitdrukking in zijn gezicht, maar de oogen, waarmee Beatrice hem aankeek, knipten niet. Toen duwde hij het meisje ruw van zich af en liep naar de deur. „Moed bezit je", grauwde hij, ondanks zichzelf was hij geimponeerfd. „Ik geloof dat ik je, als je bang geweest was, den ne komgedraaid had. Enfin loop maar met je hoofd tegen den muurHij dacht, toen hij dat zei, aan den brief van Berrington. „Ga je eigen gang maar, ik ga de mime". Daarop liep hij de kamer uit en sloeg de deur met een smak achter zich dicht. In de hall van het hotel ging hij in een ge makkelijke stoel ziten alsof hij op iemand wachtte, maar in werkelijkheid trachtte hij wat orde te brengen in zijn dooreenwoelen- d© gedachten. Dat was een heele toer in die druk-pratende, zenuwachtige menigte, waarvan de meesten zijn naam op de lip pen hadden. HOOFDSTUK XXVI. Reggie en Cora. De onschuldig en eerbiedwaardig uit ziende oude geestelijke bleef een klein uur zitten in de geduldige houding van iemand, die op een vriend wacht, maar hoe hij zijn listig brein ook inspande, hij zag geen weg uit de moeilijkheden. Hij had niet voldoende geld om zich in het buiten land schuil te houden en de politie zat hem op de hielen Hij wist heel goed dat hij zijn ondergang aan Satoris te danken had, met wien hij een hoog spel gespeeld had, dat hij had verloren. Ineens begon hij een lichtpunt te zien. Hij zag Beatrice uit het kantoor van rie; hotel komen, met een pakje onder den arm. Richford's oogen glinsterden; daar was een uitweg 1 „Zoo zeker als wat de diamanten", zei "hij bij zichzelf. „Ze is blijkbaar bang dat ze in het hotel niet veilig zijn en gaat ze hier of daar verbergen. Ik zal haar maar eens achterna lqopen. Moed, ouwe joncen spel is nog niet heelemaal verloren Richford had het bij het rechte eind. Beatrice had het veiliger geoordeeld om de diamanten, waarvan Richford kon we ten dat ze in het hotel waren, naar een andere plaats over te brengen, want ze was niet gerust op wat haar echtgenoot in zijn wanhoop misschien ondernemen zou. Ze wilde voortmaken, want ze had nog niets anders te doen. Nadat ze Berrington's brief gelezen had, was ze van plan zoo gauw mogelijk naar Wandsworth te gaan. Ze was blij dat ze een levensteeken van haar vriend had ge kregen en vermoedde geen kwaad. Ze was er zelfs zoo verheugd over dat ze in haar blijdschap er niet aan dacht dat haar in het huis op Audley Place, waarover Field haar toch gesproken had, wel eens een val strik kon gespanne worden. Maar ze zou eerst naar den ouden familiejuwelier in Bondstreet gaan om bij hem de steenen te laten opbergen. Een veiliger bewaarplaats kon ze zich niet denken. Beatrice had het hotel juist verlaten toen Mary terug kwam. Ze liep naar bo ven en vond Adeline op de kamer van haar mesteres. Het meisje kreeg een kleur toen Mary haar vroeg of ze de boodschap had overgebracht. „Het spijt mij vreeselijk, juffrouw", sta melde het meisje, „maar ik heb de bood schap en den brief heelemaal vergeten. Ik heb den brief op tafel laten liggen en me vrouw is juist uitgegaan." „Heeft ze den brief gelezen voor ze weg ging?", vroeg Mary haastig. „Ik denk het wel, juffrouw, de brief ligt tenminste niet meer op tafel. En de enve loppe ligt in den haard". Mary was het eerste oogenblik te ont daan om iets te zeggen. „Het spijt me dat je zoo vergeetachtig bent geweest", zei ze eindelijk. „Is me vrouw alleen uitgegaan?" „Ik geloof van wel", zei de berouwvol le Adeline. „Ze had straks iemand bij zich, een oude geestelijke, die...." Maar Mary luisterde niet, ze dacht al leen maar aan het gevaar waarin Beatrice zich bevond. Ze herinnerde zich dien ouden geestelijke, hij was haar voorbijgeloopen toen ze straks het hotel was uitgegaan. Ze ging weg; het was inmidedls donker geworden en ze wilde een taxi nemen, maar er was er geen in de buurt en ze liep in de richting van de dichtsbijzijnde standplaats. Op den hoek van de straat bleef ze even staan; ze aarzelde een oogenblik voor ze overstak omdat het er heel druk was. Vlak bij haar stond het keurig gekleede tweetal, dat zich aan Bea trice had opgedrongen als Gravin de la Moray en Generaal Gastang en dat ze meermalen in de villa op Audley Place had gezien. Wat deden die op het oogen blik hier? vroeg Mary zich af. Een mo ment veronderstelde zij dat ze haar soha- duwen waren. Ze liet dat vermoeden va ren toen ze zag dat de oude geestelijke, dien ze eerder gezien had cn die, volgens Adeline's zeggen, straks bij Beatrice op bezoek geweest was, het tweetal aan sprak. Ze zag dat Reggie beleefd zijn hond af nam toen hij door den ouden heer aange sproken werd, waarop ze hem zag schrik ken en onmiddellijk begreep zij wie de oude geestelijke was „Het is Stephen Richford, vermomd", zei ze bij zichzelf. „Hij is bij zijn vrouw geweest Het trio was in ernstig gesprek. Eerst leek het alsof Cora en Reggie niet veel van Richford moesten hebben, maar nadat hij even met ze gepraat had, veranderde dat. Ze wandelden met hun drieën weg en gin gen een einde verder een klein restaurant binnen. In een opwelling, die zij niet nader zou hebben kunnen verklaren, volgde Mary. Ze had het vage vermoeden dat dit onderhoud iets met Beatrice te maken had. Het res taurant was van binnen in aparic hokjes verdeeld. Mary ging in een daarvan zitten, naast dat waar de drie samenzweerders hadden plaats genomen en bestelde een kop thee. en tot haar groote voldoening merkte ze dat ze, al spraken de anderen zacht, door de dunne afscheiding het gesprek van het drietal uitstekend volgen kon. Blijkbaar had het nobele trio er geen idee van dat het zoo gehoorig was. Mary hoorde 'n plof van een champagnekurk. „Van zoo'n paar slokken leef je heele maal op", hoorde ze Richford even later zeggen. „En het geeft jc een tong ook", lachte Reggie. „Kom Richford, we zijn allebei erg verlangend om te weten hoe we geld in onze zak kunnen krijgen." „En niet zoo'n klein beetje ook", zei Richford. „O, jullie hoeven je niet onge rust te maken over dien krommen kleinen duivel in Wandsworth, want die hoeft er niets van te weten. Wat zeggen jullie van 10.000 pond ieder? Komt het water jc niet in den mond, hè?" ([Wordt vervolgd). n

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 13