WEEK-END
LIED VAN DEZEN TIJD
ZATERDAG 30 AUGUSTUS 1930
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 6
AFDEELING LEIDEN R. K. DIOC. VROUWENBOND
Deze rubriek verschijnt des Zaterdags om de veertien uagen. Brieven, vragen
en mededeelingen te richten aan één der redactieleden: Mejuffrouw Jo van der
Laan, Kijnsburgerweg 20, Leiden; Zr. 1. van den Abeelen, Willem de Zwijger
laan 25, üegstgeest; Mevr. FehmersBoer Knottnerus, Warmonderweg 37
ZATERDAG 30 AUGUSTUS 1930.
Feestdag van de H. Rosa van Lima.
het jaar 158(3 werd de H. Rosa in Lima ge
boren. Zij is de eerste vrouwelijke heilige
geworden in Amerika. Lima is de hoofd
stad van Peru, 'n deel van Zuid-Amerika,
gelegen aan de Stille Oceaan.
Op vijfjarigen leeftijd legde zij de gelofte
van zuiverheid af, was tot in het kleinste
haar overheden gehoorzaam; in geheel
haar boetvaardig leven volgde zij heb voor
beeld van dc H. Catharina van Sienna. Zij
ging zelfs zoo ver, dat zij gezicht cn han
den bewerkte met een zeker mengsel, zoo
dat haar blanke en gave huid absoluut be
dorven werd. En dat alleen, opdat zij an
deren zou bewaren, verboden begeerten to
koesteren. Wel 'n scherpe tegenstelling
met de vrouwen en meisjes van tegenwoor
dig, die alles in het werk stellen zoo gaaf
en blank mogelijk te zijn, juist om te be
hagen en daardoor oorzaak zijn van veler
val.
De H. Rosa stierf- op een-en-dertig-jari
gen leeftijd als Derde Ordeling van den H.
Domiüicus in het jaar 1617. In 1676 werd
zij reeds heilig verklaard.
MISSIE NAAIVEREENIGING
ST. FRANC ISCUS XAVERIUS.
Onclerafd. v. d. R.. K. Vrouwenbond
Afd. Leiden.
De Missie-naaivereeniging „St. Francis-
cus Xaverius gaat 25 September wederom
haar jaarlijksehe tentoonstelling houden ia
de kleine Stadsgehoorzaal.
Er is dit jaar door de ijverig-werkeride
leden heel wat gemaakt voor de verschil
lende Missies:
Voor de Missie van Father Buys te
Borneo.
Voor de Missie van Father van Ocvrle
in Oeganda.
Voor hel Seminarie St. Anne der witte
Paters te Jeruzalem.
Voor de weeskinderen van Pater van 't
Westeinde in Zuid-Afrika.
Om eenig idee te geven met hoeveel
vreugde het werk onzer naaiclub in de
Missie ontvangen wordt, volgt hier een
gedeelte van het schrijven, dat wij dezer
dagen ontvingen van Father Simons uit
de Congo:
„Dat ik zeer in mijn schik ben met de
superplies en do kleedingstukken, zult u
zóó goed begrijpen, daar u de zoo groote
armoede van onze arme menschen kent.
Maar de blijdschap waarmede de kleeding
stukken werden ontvangen door hen die
daarvoor het meest in aanmerking kwamen,
overtrof nog de mijne. De zwarte moeders
s-chenen nu echt trotsch op hunne kleinen,
in zoo'n mooi broekje gestoken en de
vriendjes bewonderden, met humie groote
schitterende zwarte oogjes, de gelukkigen.
Er waren er verscheidene, die ter H. Com
munie niet durfden komen, vanwege hun-
me al te schaarsche kleeding en een
missionaris heeft niet veel weg te geven".
Moge bovenstaande de oude vrienden
van de missie-naaikring weer naar de ten
toonstelling roepen en moge het voor an
deren een aansporing zijn met het sc-hoone
en nuttige werk eens kennis te maken.
Op verschillende wijzen kan iedereen
aan het goede doel onzer vereeniging mede
werken b.v. door een prijsje te zenden voor
de loterij of tombola, door een of meer
dere loten te koopen, door donateur, dona
trice of werkend lid te worden^ door onze
tentoonstelling te bezoeken enz.
Moge het voorbeeld van onze groote Mis
sie-patroon Franciscus Xaverius veler har
ten bewegen tot daadwerkelijken steun.
B. v. OERLE-SPIEREXBURG,
Secretaresse.
„SANCTA VERONICA".
We staan aan 't begin van ons winter
seizoen. Al lijkt 't op 't oogenblik meer op
zomer, dan op winter, toch moeten we den
datum niet uit 't oog verliezen; de kalender
wijst aan September.
Met frisschen moed en vol van verwach
ting beginnen we onze taak. Wie maakt 't
schoone voornemen ons dezen winter te
helpen? Wie wil het bestuur van Sancta
Veronica in de gelegenheid stellen, stil
gedragen leed te verzachten?
Evenals 't vorige jaar rekenen we op
veler medewerking. Maakt- een kleeding-
stuk en stuurt het ons op het zittingsuur,
iedere 1ste Donderdag van de maand, van
35 uur, Pieterskerkkoorsteeg 15.
VAN 'S LEVENS WERKELIJKHEID.
31 Aug. 1880 beierden de klokken, om do
geboorte te melden van Prinses Wilhel-
mina, onze tegenwoordige Koningin. Met
hoeveel zorg zal dat koninklijk wiegje om
geven zijn, wat zal er in het hart van de
toenmalige koningin zijn omgegaan, hoe
dikwijls zullen Haar oogen in de verte ge
staard hebben, over de rose weerschijn dei-
wieg heen, naar een toekomst, die, zooals
alles in dit leven, onzeker cn vaak moei
lijk zijn zou. Hoe menig gebed zal er bij
dat Koninklijk wiegje gestort zijn, om
kracht te vragen en het juiste inzicht om
de opvoeding zoo te doen zijn, dat liet prin
sesje beantwoorden zou aan de hooge
eischen die haar gesteld zouden worden.
We omgeven zoo graag het Koninklijk
huis met een wondere schijn en toch is het
i er in de moeilijke oogenblikken des levens,
juist zoo, als in elk ander gezin, vreugde
om dat Gdosgeschenk in de wieg. zorg, om
1 de groote verantwoordelijkheid. Want wel
ke plaats we ook innemen in de maat
schappij, op ons allen rust de verplichting
onze kinderen zoo op te voeden, dat het
nuttige leden der maatschappij worden.
Juist in dezen tijd van arbeidsonwil mag
daar wel eens op gewezen worden. Doet
liet niet belachelijk aan, dat, wanneer een
dienstmeisje of werkster zich komt ver
huren, deze zegt:. „Ja ziet u, eigenlijk be
hoef ik niet te werken, ik doe het zoo maar.
Is het een schande om voor geld te moe
ten arbeiden? Staan we hooger aange
schreven in de wereld, als we luieren kun
nen, staan we dan misschien ook hooger
aangeschreven bij Onze Lieve Heer?
Niet voor niets heeft Jezus de schamele
timmermanswerkplaats als tehuis gekozen.
Volgen we toch niet die groep menschen
na, die zich verbeelden dat er arbeid is
die hen niet past, waarvoor ze te goed zijn,
zonder dat ze ook maar een poging wagen
om zich te bekwamen voor iets beters. Elke
arbeid, hoe gering ook, is nuttig en noodig
en wanneer hij goed verricht wordt, kun
nen we met opgelicht hoofd door het leven
gaan, wetende dat we een noodzakelijk
onderdeel zijn van het groote geheel. De
positie van anderen lijkt ons zooveel beter
en mooier, maar als we de gave bezaten
door muren heen te zien, of in harten te
lezen, hoe menigeen greep dan met oen
blos op liet gelaat, naar eigen arbeid,
eigen levensstaat.
Dat koninklijk wiegje van vóór 50 jaar
leek enkel zonneschijn, wie zal zeggen hoe
veel tranen daar gestort zijn, hoevele wen-
schen opgeofferd aan het algemeen wel
zijn, hoeveel plichten daar waren, waar
genoegen zoo welkom zou geiveest zijn.
Het woord „benijden" konden we rustig
uit ons Woordenboek schrappen, maar zoo
ergens, is het hier misplaatst.
Hier kunnen we alleen bewonderen en
waardeeren.
Vijftig jaar waarvan er 32 doorgebracht
zijn, gevuld met plichten, met opzijde stel
len van eigen wenschen.
Zondag a.s. onder het Tc Deum zullen
wij God smceken onze geëerbiedigde Ko
ningin nog lang te sparen, Haar kracht te
geven de Haar opgelegde taak naar beste
weten te vervullen en Haar ten allen tijde
de blijde voldoening te geven, die volgt
op zoo goed mogelijk verrichtte arbeid.
Z. VAX DEX ABEELEX.
ST. MELANIA WERK.
Iets over het Melaniahuis te Djocja cp
Java, zooals het stond in het Melaniablad.
Ieder die het Melaniahuis tegenwoordig
bezoekt, krijgt den indruk, dat het daar
een klein kostschooltje geworden is.
Wat een lange tafel in de eetgalerij, wat
een bedjes in de kamers, wat een schriften
en boeken in het studeervertrek, wat een
gelach en gepraat en gestoei, als de jonge
katholieke Javaansche onderwijzeresjes
thuis komen van haar school.
De onontbeerlijke pajong tegen zon en
regen in de hand, met oen stapel schriften
onder een arm, keeren zij blij en voldaan
huiswaarts, want een inspannend gedeelte
van den dag ligt achter haar, als ze van
's morgens 7 uur liet Melaniahuis verla
tend, er tegen half twee in terugkeeren,
en in dien tusschentijd kleine peuters de
eerste beginselen der wetenschap hebben
ingepompt.
Dan wordt er gretig aan tafel gegaan
en gesmuld van de rijsttafel met de noo-
dige sajors en pa«dis, om weer na afloop
stapels schriften te corrigeeren, zich voor
te bereiden op volgende lessen, handwer
kend, studeerenden ook huiselijk werk
te verrichten als wasschen en strijken
Ook bestaat er nog gelegenheid typen
te leeren, zich verder te bekwamen in het
Hollandsch, een verband-cursus te volgen,
zoodat. ze bij een bezoek aan de schoolkin
deren, waar het te pas komt, 7n eerste hulp
kunnen verleenen. Enkelen geven ook al
godsdienstonderricht aan niet-Katholieken,
maar dat zijn nog uitzonderingen, de aller-
besten en puiksten natuurlijk.
Een prettig zitje om vrije uurtjes door
te brengen is op de treden van de koele
achtergalerij. Daar leent de omgeving zich
zoo genoegelijk voor een praatje. Een niet
minder amusant, zitje biedt een omgewaai
de boomstam, die plotseling in 'n zware
regenbui op 't erf ontworteld neerlag
Oh, wat was het daar fijn, 's avonds
bij maneschijn, of als een onnoemelijk aan
tal sterren zich aan den donkeren hemel
geplant had. Dan waren zij niet naar bed
te krijgen, omdat het daarbuiten zoo heer
lijk koel en in de kamers zoo warm was.
Ditwijls ook zijn er boodschappen te
doen, en de Javaansche meisjes houden al
net zooveel van inkoopen doen als de Hol-
landsche vrouwtjes. Dan wordt de slendang
over den schouder geslagen, en welgemoed
gaan ze op stap, om allerlei benoodigdhe-
den voor school en huis in te slaan. Wat
zijn ze rijk met. het eerst verdiende geld,
en hoe absoluut noodzakelijk is het met
iedere nieuwe maand een nieuw baadje te
koopen
'n Aangename verpoozing blijft altijd
voor de Javaansche vrouw het batikken!
Dan wordt er een groote mat op den stee-
nen vloer uitgespreid, in de angio's wordt
een klein areng-vuurtje ontstoken, waarop
de was gesmolten en verhi' wordt. De was
is voor de batikster, wat de inkt is voor
den schrijver, en de z.g. fcjanting is 4e stift.
Pas als men de tj an ting in de hand ge
houden heeft en zijn kunde op het witte
katoen heeft beproefd, beseft men wat
oen kunst het sierlijke batikken is. Dan
voelt men pas hoe lenig de arm, hoe vast
de hand, hoe vaardig de vingeren zijn moe
ten, die de met was gevulde stift moeten
lianteeren.
Het zou zeker de moeite waard zijn wat
dieper op de batikkunst in te gaan. Wel
licht dat van Javaansche zijde eens wat
meer over die voorname Inlandsche indus-
tire verteld zal worden.
w.g. M. HERBERMAXX.
„DE KATHOLIEKE VROUW".
Dit weekblad, het officïeele orgaan van
de R. K. Vrouwenbonden in Xederland,
heeft bij onze leden nog lang met genoeg
bekendheid. Het kleine aantal abonné'S
bewijst dit genoeg. Zoo gaarne zouden we
zien, dat in veel meer katholieke huisge
zinnen dit blad op tafel kwam. Zegt u nu
niet: „alweer een blad er bij", want dit is
het eigenlijke weekblad, dat door een katho
lieke vrouw gelezen moest worden. En niet
alleen voor de vrouw, ook de man zal, er
interessante gedeelten in vinden. Ver
schillende verhaaltjes zijn ook zeer ge
schikt om de kinderen voor te lezen.
Om u iets van den inhoud te vertellen,
zal ik een paar grepen doen. De nieuwste
rubriek is die voor medisch advies: men
kan kosteloos vragen inzenden omtrent hy
giëne, kinderverzorging, enz., die dan door
een arts beantwoord -worden. Een andere
rubriek gaat ever opvoeding; ook hiervoor
kunnen vragen worden ingestuurd; zijn er
soms niet moeilijkheden met de kinderen
in heb eigen gezin, waaromtrent men wel
Dan krijgt u rubrieken voor adverten
ties waar toelichtingen bij gegeven wor
den; over huishoudelijke onderwerpen;
over kleeding; over handwerken, enz. Daar
het geen blad is, waarvan de nieuwtjes ver
ouderen kunt u het ook best met twee of
drie gezinnen lezen. De abonnemetnsprijs
bedraagt 2 per halfjaar of ƒ20.10 per
week. Ik heb eenige jaargangen bewaard
en wil ze gaarne ter inzage zenden, als u
mij even opbelt no. 1354 of een berichtje
zendt. Ook kunt u z_ich om proefnummers
wenden tot de administratie: Emmaplein
2, Den Bosch.
J. Fehmers-Boer Knottnerus.
WAAR DE VROUW BELANG IN STELT.
Gehakt-variaties.
Gehakt kan toch niet veel anders dan gehakt
zijn: is dèar nu nog variatie in aan te brengen?
Als wij gehakt in de letterlijke beteekenis van
het woord nemen, zeer zeker, Want dan kunnen
naast gehakt vleesch evengoed bestaan gehak
te visch of gehakte aardappelen of boonen of
andere groente of wat ook; het is waar, dat
de gewoonte het publiek heeft ingeprent, dat
gehakt enkel in de beteekenis van „vleesch-
gehakt" zou bestaan. Als wij daarvoor een an
dere opvatting in de plaats stellen en als wij
onder gehakt bedoelen, een samenhangende
massa van fijnverdeelde substantie, kruidig ge
maakt met verschillende smakelijke toevoegsels
en dan tenslotte tot een ronden of ovalen vorm
samengebracht en op de manier van vleesch
gebradendan kunnen wij ons een overvloed
van variaties op het gehakt-gebied voorstellen.
Bijna onmisbaar in dergelijke mengsels is het
geweekte brood, dat met het ei bijdraagt tot
den samenhang van het geheel. Om dat naar
behooren te kunnen doen, wordt het brood
overgoten met wat warm water (of warme
melk), tot het gehèel doortrokken is; daarna
wordt (b.v. op een zeefje) het overtollige vocht
er goed uitgedrukt, daar anders de gehaktbal
kans zou hebben te slap te worden. Het ei
behoeft niet bepaald geklopt te worden; het
wordt in zijn geheel bij het mengsel gevoegd
on dan met al de verdere bestanddeelen flink
door elkaar gewerkt. He? resultaat is dan,
dat tijdens het braden de hitte zal zorgen voor
het stollen van al de eideeltjes, die in het ge
hakt verspreid zijn. zoodat tenslotte een vast
geheel ontstaat, dat zich zonder bezwaar in
plakken laat snijden. Behalve brood en ei heb
ben wij nog noodig verschillende toevoegsels,
die den geur en den smaak van ons gerecht
verhoogen; zout, peper en nootmuskaat geven
ons een goede kans op een smakelijken ge
haktbal. Bereiden wij echter ons gehakt van
lesten vleesch (van soepvleesch b.v., wat heel
goed mogelijk is), dan kan een grootere varia
tie van aromatische stoffen wel gewenscht
zijn; in dat geval hebben wij o.a. nog tot onze
beschikking een zeer fijn gehakt uitje, wat
fijngehakte peterselie, een theelepeltje kerry
of wat dikke tomatenpuree, e.d.
UIT HET ROODE RUK
Eenigen tijd geleden werd in de Ame-
rikaansche pers een polemiek gevoerd tus-
schcn den welbekenden Pater Edmund A.
Walsh S.J., President van de Universiteit
van Georgetown en de „Times" uit Xew
York, die de authenticiteit der getuige
nissen van den Katholieken geleerde over
de godsdienstvervolgingen in Rusland in
twijfel trok. Van Katholieke zijde werden
tallooze bewijzen van 't tegenovergestelde
geleverd, waaronder ook een brief van een
Russisch officier, die Prinses Radzlwell in
de „America" publiceerde en die de bij
zondere aandacht schijnt te hebben ge
trokken, daar hij een zuivere weerlegging
is van de bewering, dat de Russische boe
ren met anti-godsdienstige campagne sym-
pathiseeren. In dezen brief staat woorde
lijk:Op zekeren morgen verscheen
er een afdeeling roode soldaten in ons
dorp: Marianovka. Zij riepen de bewoners
op het schoolplein bijeen en gaven hun
bevel de kerkklokken naar beneden te
halen.
De menschen aarzelden en de oudsten
van het dorp waagden het zelfs te protes-
teeren. Zij werden direct tot zwijgen ge
bracht en op afschuwelijke manier gesla
gen. Een oude vrouw, die begon te schreien
werd aan een kar gebonden, tot voor de
kerk gesleept en terwijl de klokken naar
beneden gehaald werden, ranselden de
soldaten haar af, terwijl zij haar bij iederen
slag toeriepen: „Xu, waarom helpt jouw
God je nu-niet!" Enkele dagen later stierf
de vrouw tengevdlge der mishandelingen;
vóór haar dood gaf zij haar docter een hei-
ligen-'oeeldje, dat zij voor de Roode sol
daten verborgen had gehouden en ver
zocht, om dat in haar kist te leggen. De
zaak werd bekend en de soldaten dwon
gen de zoons der vrouw, het lijk weer op
te graven en het tegelijk met het heiligen
beeldje te verbranden. Xatuurlijk draagt
deze anti-religieuse propaganda zijn vruch
ten vooral onder de jeugd. De kinderen
veranderen als het ware in dieren, die tot
iedere misdaad, tot iedere gruwel in staat
zijn. Wij hadden in Marianovka een oude
man, die hardnekkig weigerde alle heili
genbeelden te verbranden, zooals het be
vel van den Rooden commandant luidde.
Men bracht dezen man op het schoolplein
en bond hem aan een boom. Toen riep de
commandant de kinderen bij elkaar en gaf
hun verlof om met den grijsaard te doen
wat zij wilden, als zij hem maar dwongen
om de Heiligenbeelden af te geven. De
kleine beestmenschen kwamen dit bevel
nauwkeurig na en meer dan 'n uur lang
kwelden zij den ouden stakkerd op aJle
mogelijke manieren: zij verschroeiden zijn
haar en zijn baard, rukten hem de nagels
uit, sloegen zijn landen uit zijn mond, enz.
enz. Maar de grijsaard bleef standvastig.
..Dood mij", mompelde hij, „mijn heiligen
beelden zult ge toch nooit vinden".
Tenslotte werd hij doodgestoken, door
een Rooden soldaat, die zich bij zijn com
mandant trachtte te rechtvaardigen door
te verklaren, dat hij het niet meer aan kon
zien, dat deze jonge beestmenschen, van
vie de oudste nauwelijks 14 jaar was,
koelbloedig een grijsaard langzaam ver
moordden
Toen de Roode soldaten eindelijk Maria
novka verlieten, was er van ons kerkje
niets meer over dan een ruine. Nauwelijks
echter was de laatste soldaat verdwenen
of de boeren kwamen weer een voor eeh
te voorschijn, zelfs zij die <ie Roode solda
ten ter wille geweest waren. Zij kwamen
met de verborgen heiligenbeelden aange
dragen, versierden daarmee de ruinen van
hun kerk en bezwoeren Pater Yassili- in
hun huizen een akte van eerherstel te ver
richten. Alle vrouwen weenden en jam
merden en smeekten God, om vergiffenis
voor de zonden van hunne echtgenooten.
Alleen de kinderen zeiden niets. Zij ston
den en keken trotsch naar hun ouders.
Zij zijn het, die later de sterkste steun
van den Rooden Czaar zullen zijn en men
vraagt zich af, of het ooit mogelijk zal
zijn om uit deze verdorven generatie,
goddelooze schepseltjes nog iets goeds te
kweeken
Dit verhaal is er nog maar een uit ve
len. Met een gevoel van verlichting over
schreed ik eindelijk de Finsche grens. Ik
had niet willen vertrekken en hield het
uit, zoolang ik kon, maar het menschelijk
geduld heeft ook zijn grenzen
ONZE VRIJHEID
Tja laten we 't daar nou met onze wijs
vinger tegen d§ wang eens over hebben
Hoe staat het nu toch eindelijk met onze
vrijheid.
We leven vrij, we leven blij.
We leven als vrije menschen in een vrij
land.
Aboe, moet u maar eens even opletten 1
En nou spreek ik niet van wetten of
verorde'ningen, want die moeten er nu een
maal zijn, omdat we eenmaal allen de nei
ging hebben om dwars te gaan. 't Is gek
maar het is zoo.
Probeer het nou zelf maar eens. Eerst
moet u bijvoorbeeld maar esns uitgaan en
nou eens echt doen waar u zin in hebt.
Man, loop niet zoo met je handen in
je zak, wat moeten de menschen wel van
je denken.
Zit toch niet aan je nagels te knoeien,
't lijkt wel of je geen opvoeding genoten
hebt.
Waar zijn je handschoenen nu weer.
Wie gaat er nou uit zonder handschoenen?
Dat staat toch niet.
Je veters hangen uit je schoenen, je
lijkt wel een straatjongen.
Had je nou niet even een ander pak
kunnen aantrekken voor je uitging. Ik
schaam me dood om zoo met jou op
straat te verschijnen.
Sjonge, sjonge, heeft-ie waarachtig
z'n daagsche hoed weer opgezet. Wanneer
zou jij nou eens leeren je fatsoenlijk aan
te kleeden.
Kijk mar eens an, die gaat me daat
op visite met een gezicht als Mozes en
Aaron, 'n Baard van vijf dagen, wat ik je
prevel 1
Zeg had je niet even een schoone zak
doek kunnen nemen, voor je uitging. Gaat
daar midden in een gezelschap met een
poetslap z'n neus zitten snuiten!
Ja, dat moet je meemaken, die gaat
met z'n vrouw naar den schouwburg, loge
alstublieft, en met een boord, die meer
zwart is dan wit.
Xou, u begrijpt, als meneer eenmaal
thuis is, is hij met geen zes politie-agenten
meer de deur uit te krijgen.
Maar dan begint het evenzoo vroolijk
weer opnieuw.
Voeten vegen, alstublieft, denk je dat
ik voor niks werk.
Zeg, nu heb je weer vergeten Taiite
Veronica te feliciteeren met haar verjaar
dag.
Dat je zoo'n suikertante toch niet beter
in eere houdt.
Wie ontvangt er nou iemand in 's he
melsnaam aan de deur in z'n overhemd en
op sokken. Je beleeft van alles.
Zeg, denk je er om op tijd thuis te
zijn, want ik moet nog naar den kapper
ook.
Vandaag krijg je geen warm eten
hoor, ik moet vanmiddag uit en dan moet
jij maar op de kinderen passen.
Dat wordt hem natuurlijk ook weer te
bar, zoodat hem niets anders te doen over
blijft, dan maar weer de deur uit te gaan....
en naar de eerste serie opmerkingen te
luisteren.
Maarwe leven vrij, we leven blij.
En daarom spreken we dan ook van dich
terlijke fantasie.
DANIëL.
WEERBERICHT
Wel spreekt den Bildt van zonnig weder
En van een blakerende zon,
We wenschen nu reeds na drie dagen,
Dat Jt regenweer maar weer begon.
We smoren bijna van de hitte
Zelfs 't water is nu niet meer frisch.
Maar wees getroost, omdat het morgen
De laatste van Augustus is.
Die laatste dag geeft immer regen,
Hoewel, het pas nog zonnig was,
Dan valt de regen neer bij stroomen
Dan is ons land één groote plas.
Een regen dan van kruisen, sterren
Die nederdaalt op menig borst,
Die reeds een hevig aantal jaren
Naar zulk een milde regen dorst.
Zij worden officier of ridder
En krijgen dus een hevig kruis
Met keurig breede zijden linten
In een heel deftig doosje thuis.
Alleen de heele groote mannen,
Die om hun arbeid 'zijn beroemd,
Krijgen een extra-onderscheiding
Zij worden een „groot kruis" genoemd.
In ieder knoopsgat komt een lintje,
En dat verheft de drager ver,
Hij wordt de drager van de orde
Van een of and're blikken ster.
Al die besterde hooge Pieten
Hebben al jaren lang misschien,
Verlekkerd op die hooge hulde,
Voor d' oogen sterretjes gezien.
De bundel „Oden en Satyren'
verkrijgbaar-
De mind're goden brijgen plakken
Medailles, zilver, goud of br«?ns,
Wij krijgen als wij goed ons best doen
Voorloopig ieder jaar de bons.
Geen najaarstijd of regenmaker
Geeft zulks een jaarlijksch regenfeest-,
Wees dus maar dankbaar voor dien
regen,
't Is al zóo alng weer heet gêweest.
TROUBADOUR.
is in eiken boekhandel tegen den prijs van 1.50