BINNENLAND UIT DE RADIO-WERELD LASTER AC VRIJDAG 11 JULI 1930 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 ONTVLUCHTINGEN. Naar aanleiding van de ont vluchtingen uit het Psychopa- then-aspl te Leiden. Wie meenen mocht, daartoe gebracht door de telkens gepubliceerde ontvluchtin gen uit het Leidsohe Psychopathen-asyl dat dergelijke voorvallen zeldzaamheden Ba*zijn in onze strafinrichtingen, koine tot be ter inzicht door volgende passage uit de jongste statistiek van het gevangeniswe- f 0-5 zen, loopende over 1928. Daar leest men ^<pag. 35): „In 1928 ontvluchtten in totaal 86 per sonen, waarvan 6 uit de bijzondere straf gevangenis te 's-Gravenhage, 1 uit de ge wone strafgevangenis te Arnhem, 2 ge vangenen en 77 verpleegden uit de Rijks werkinrichtingen te Veenhuizen. In den loop van het jaar werden 87 personen van mal ontvluchting teruggebracht." DR laatste cijfer, dat 1 hooger is dan het eerst genoemde, beteekeni, dat ook j een persoon werd teruggebracht, reeds in een ^of hefc) vorig ^aar ont,vlucht* i Ontvluchtingen uit een gevangenis zijn eej natuurlijk wel wat bijzonders, wijl alles w ..i er daar op is ingericht om de gedetineer- 59.5Ê 'de11 „achter slot en grendel" te houden, val maar in een Rijkswerkinrichting en de ins- ute. gelijks te Veenhuizen gevestigde „open- 14,51 lucht gevangenis" heersoht een gansoh an ten! der systeem, overdag ten minste. De gede- tineerden werden dan voor e&i groot deel in de vrije natuur, weliswaar onder bewa- 111 king, maar dan is 't toch zeer gemakkelijk den om het toezicht te verschalken. Als regel ner kan men dan niemand voor een ontvluch- 91 ting aansprakelijk stellen zulks te minder wijl een bewaker een vluchteling niet kan nagaan, maar bij de overigen dient -te blijven. Alarmeeren en rapporteeren is 't eenige wat hij doen kan, natuurlijk liefst zoo snel mogelijk. Aldus is de toestand ook in 't Psycho- pathen-asyl, dat nog niet in de statistiek van 1928 kan voorkomen, want het werd pas 1 Nov. van dit jaar geopend. De ligging van dit gesticht brengt mede, dat ontvluchtingen eruit spoediger alge meen bekend worden dan bijv. betreffen de het afgelegen Veenhuizen, maar dit mag men het asyl natuurlijk niet aanreke nen, terwijl de kwestie der bewaking uiter aard verband houdt met den geest der Psychopathenwetten. R. K. GRAFISCHE BOND. Wij ontvingen het jaarverslag over 1929 van den R. K. Grafischen Bond. Het jaar *1929 wordt voor de Bond ge noemd een jaar zonder groote beroeringen, maar toch een van bijzondere beteekenis. Immers, op 4 November 1929 werd tot stand gebracht het groote werk: de stichting van het pensioenfonds voor de illustratie- bedrijven, hetwelk begin Januari 1930 in werking kon worden gesteld. Het ledental gaf een vermeerdering te zien van 194, waarbij vooral het feit tot vreugde aanleiding geeft, dat het jongere element zoo goed vertegenwoordigd is in ledenwinst, Uitgewijd wordt over contract-acties, collectieve contracten, het leerlingwezen, de rechtspraak, de opzegging binderscon tract, de pensioenregeling enz. Over al deze onderwerpen kan de belanghebbende veel nuttigs opdoen uit de bedoelde arti kelen. Uit het financieel verslag blijkt, dat de resultaten van het financieele beheer tot tevredenheid stemmen. Het vermogen van den Bond, einde 1929 bedroeg totaal 520.690.79 tegen einde 1928 457.291.34. Over 1929 werd een netto winst gemaakt van ƒ3142.37. Het verslag munt uit door volledigheid en overzichte lijken opzet. BUITENGEWONE ZITTING VAN DEN MINISTERRAAD. Naar het „Hbld." verneemt, is tegen he- dennamiddag de ministerraad in buitenge wone zitting bijeen geroepen op telegra fisch verzoek van de koningin, die naar men weet met prinses Juliana op dit oogenblik in Noorwegen verblijft. De minister van buitenlandsche zaken, jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, zal deze zitting niet kunnen bijwonen, omdat hij de vorige week naar het buitenland is vertrokken; de minister toeft thans in Scandinavië. Ook de vice-president van den Raad van State, mr. dr. F. A. C. graaf van Lijn den van Sandcnburg is, onverwacht naar het buitenland vertrokken. Naar verluidt bevindt ook hij zich waarschijnlijk in Scan dinavië. NED. R. K. BOND VAN BOUW- PATROONS. JaarvergaJering te Haarlem. Tweede dag. Te precies tien uur opende de heer Klein Schiphorst gisteren de voortgezette verga dering van de R. K. Bouwpatroons te Haarlem, welke door Z. D. H. Mgr. J. D. J. Aengenent werd bezocht. Aan de orde was het voorstel der afd. Amsterdam omtrent „Stelposten", n.l. te bevorderen, dat onderdeelen, waarvoor stelposten in het bestek zijn opgenomen, franco-werk aan de aannemers worden af geleverd. Het voorstel werd zonder discussie aan genomen. Als punt 18 der agenda prijkte een an der voorstel der afd. Amsterdam omtrent het passeeren van den laagsten inschrijver bij onderhandsche aanbestedingen. Tegelijkertijd werd ook punt 19 der agen da behandeld, een gelijkluidend voorstel inhoudend van afdeeling Enschede, voor wat betreft publieke aanbestedingen. De voorzitter zegt, dat de aannemers het voor een groot deel zelf in de hand hebben, tegen het passeeren van den bona fide laagsten inschrijver te waken. Wat het door de afd. Enschede gesignaleerde euvel betreft, dit schijnt van plaatselijken aard te zijn en de voorz. adviseert de af deeling Enschede dan ook zich recht streeks te wenden tot het Bondsbureau, opdat dit zoo mogelijk trachte de zaken recht te zetten. Dan werd het voorstel der Bredasche afdeeling, punt 13 der agenda, aan een bespreking onderworpen. Met algemeene stemmen werd het voor stel van het hoofdbestuur aanvaard. Na de komst van Z. D. H. Mgr. J. D. J. Aengenent werd de vergadering voortgezet met de behandeling van punt 20, inhou dende het voorstel der afd. Enschede, om thans hernieuwde pogingen te doen bij het Doorluchtig Episcopaat om te bereiken, dat voortaan werken van rekenplichtige instellingen alleen onder. R. K. georgani seerde aannemers wordt aanbesteed. De voorzitter deelde mede, dat de onder handelingen over deze kwestie nog steeds worden gevoerd en dat de actie onver moeid zal worden voortgezet. Hij wees op de moeilijkheid van de algemeene door voering van dit besluit in alle Nederland- sche bisdommen, maar hij hoopte toch, gezien het stadium waarin de onderhande lingen verkeeren, dat aan minder gezonde toestanden in dezen een einde zal worden gemaakt binnen afzienbaren tijd. Zonder met een vast-omlijnd plan te ko men, deed de voorzitter mededeeling van de bedoeling van het hoofdbestuur om ook in de afdeelingen de mogelijkheid tc doen bestudeeren van hoogere ontwikkeling van meer cultureelen aard. Over deze belangrijke kwestie werd nog het woord gevoerd door den voorzitter der afd. Rotterdam en door den secretaris van het hoofdbestuur, die m het kort nog eens de plannen uiteenzetten door hen reeds in het Bondsblad aangestipt. Daarna nam Mgr. Aengenent het woord DE K. L. M. IS IN HET BEZIT GEKOMEN VAN EEN GROOT VRACHTVLIEGTUIG, gebouwd bij Werkspoor. Het is uitgerust met een 8 cyl. motor. Het zal op Waalhaven worden ingevlogen en drukte zijn belangstelling uit en zijn groote sympathie voor den Ned. R. K. Aan nemersbond. Mgr. stelde er prijs op „de vriend" ge noemd te worden ^an den Bond, mede omdat de R. K. Aannemersbond is een mo del organisatie, en omdat de maatregelen genomen door den Bond ten opzichte van den maatschappelijken toe-stand zoo bijzon der zijn instemming hebben, en omdat do idealen, nagestreefd door den Bond, ge tuigen van den goeden Roomschen geest der organisatie. Hij schetste de beteekenis van den Ka tholieken Bond voor de ontwikkeling van de maatschappij in de toekomst. Wij leven, zoo zei Mgr., o.a. in een periode van sterke ontwikkeling in de vakbeweging en in de maatschappij. Deze langs banen van ge rechtigheid te voeren op hooger plan moet ook zeer zeker in het program staan van den R. K. Aannemersbond en hij prees dan ook het goede inzicht dat de Bond in deze kwestie heeft. Hij gispte de nog zoo alge meen heerschende opvatting van het gezeg de „zaken zijn zaken" en legde er den na druk op, dat overheerschen moet de vraag: wat eischen rechtvaardigheid en naasten liefde. Het is plicht van iedereen, ook van patroons en werkgevers, rechtvaardigheid en naastenliefde te betrachten in hun ver houdingen ten opzichte van werknemers en minderen. Dit te toonen in zaken en be drijf is meehelpen aan den opbouw der maatschappij: een grootsche taak, door den Bond te vervullen. Hij smeekte Gods zegen af over den Bond en hoopte, dat deze steeds op den naam van modelorganisatie aanspraak zou mogen blijven maken. De voorz. de heer Klein Schiphorst, zegde Monseigneur toe dat nog immer zal worden getracht te werken in de richting door Mgr. aangewezen en dankte hem voor de schoone woorden door Mgr. tot de ver gadering gericht. Tc ongeveer half een verliet Monseig neur de bijeenkomst, na aan de vergader den zijn Bisschoppelijken zegen te hebben gegeven. Dan volgde sluiting. DR. J. J. VAN LAAR. 11 Juli a.s. hoopt Dr. J. J. van Laar zijn zeventigsten verjaardag te herdenken. Dr, van Laar kunnen wij wel als een van onze groote chemici beschouwen, speciaal baan brekend door hetgeen hij verrichtte op het gebied van de thermodynamica. Wat Dr. Van Laars levensloop aangaat mogen hier eenige, weinige bijzonderhe den worden vermeld. Van Laar werd 11 Juli 1860 te 's-Gravenhage geboren. Hij verloor zijn beide ouders reeds vroeg, (op ruim 1-jarigen leeftijd zijn moeder, 12 jaren later zijn vader). Op de H. B. S. te Haarlem brachten de leeraren Van Royen en Logeman hem de grondslagen bij van schei- en natuurkunde, de wetenschappen, die hem steeds lief bleven. Op zijn 16e jaar, nadat hij 4 klassen der school had doorlooren, zonden zijn voogd en toezien de voogd hem tegen zijn zin naar het Kon. Instituut voor de Marine te Nieuwendiep, waar hij zich vooral door de Wiskunde aangetrokken voelde. Na in 1879 adelborst le klasse, te zijn geworden, maakte hij drie groote zeereizen, o. a. naar Oost- en West-Indië en Zuid-Amerika. Bij zijn be vordering in Indië tot luitenant ter zee der 2e klasse (1881) nam hij echter zijn ontslag. Teruggekeerd in Holland, volgde hij colleges aan de Universiteit te Am sterdam (o. a. van Korte weg, Van 't Hoff en Van dor Waals). Daarna was Van Laar een dertiental jaren leeraar, nl. van 1884 1S95 te Middelburg en van 18951897 te Utrecht; toen volgde zijn pensioneering wegens ziekte. In 1898 werd hij toegelaten als privaatdocent in de mathematische chemie aan de Universiteit van Amster dam. Hij was daar van Januari 1903 af as sistent van Prof. Bakhuis Roozeboora. Na diens overlijden (Febr. 1907) gaf hij eeni- gen tijd college over phasenleer, tot aan de benoeming van Prof. Smits. In 1908 volgde Van Laar's- benoeming tot lector aan genoemde Universiteit, welke functie hij echter slechts 4 jaren vervulde. Toen noopte zijn gezondheidstoestand hem ont slag te nemen; zijn verblijf in Zwitserland heeft, hem echter weder spoedig zijn werk kracht doen henvinnen. Van Laars werk werd gewaardeerd met zijn benoeming in 1914 tot doctor in de Wis- en Natuurkunde honoris causa door de senaat van de Uni versiteit te Groningen, en de toekenning in 1929 van de Bakhuis—Roozeboom-me- daille, terwijl di\ van Laar werd benoemd tot correspondeerend lid van de afdeeling voor Wis- en Natuurkunde der Koninklij ke Academie van Wetenschappen te Am sterdam. Vermelden wij tenslotte, dat het Chemische Weekblad deze week een spe ciaal Van Laar-nummer zal uitgeven, waarin Prof. F. E. C. Soheffer een be schouwing geeft over het werk van Dr. v. Laar, Prof. J. E. Verschaffeit de verdiensten van Dr. van Laar als natuurkundige be schrijft, terwijl Dr. W. P. Jorissen een biographie van Dr. van Laar geeft, en voorts Prof. E. E. Verkade een volledigen lijst geeft van de publicaties van Dr. van Laar. Programma's voor Zaterdag 12 Juli a.s. H u i z e n, 298 M. Na 6 uur: 1071 M. Uitsl. KRO.-uitzeningen. 8.159.30 Gramofoonpl. 11.3012.00 Godsdienstig halfuurtje. 12.0012.15 Gramofoonpl. 12.151.15 Concert door KRO-Kwintet. I.152.00 Gramofoonpl. 2.003.15 Kinderuurtje. 5.006.00 Gramofoonpl. 6.016.20 Driek van der Sterren: „Naar de vrije blijheid van den student". 6.557.15 Journal. Weekoverzicht door Paul de Waart. 7.157.30 Gramofoonpl. 7.308.00 C. J. B. Otto: „De beteekenis van Goodwill". 8.0111.00 Concert door KRO-Salon Orkest. 9.15 c.a. Persber. en Gramofoonpl. 9.1511.00 Vervolg cncert II.0012.040 Gramofoonpl. Hilversum, 1875 M. Uitsl, VARA.-uitzending. 10.0010.15 Morgenwijding (te verzorgen door den VPRO). 12.00 Politieber. 12.15 Gramofoonpl. 2.00 Liedjes voor de kinderen. 2.40 Paedagogisch concert door het VARA- orkest. 4.10 D, v. Kreveld: „Hoe gaat fotografeeren in zijn werk?" 4.40 VARA-uitzending. Daventry, 1554,4 M. 10.35 Morgenwijding. 11.05—11.20 Lezing. I.202.20 Orkestconcert. 3.10 Concert. Instrum. Kwintet Sportversiag. 5.35 Kinderuurtje. 6.35 Nieuwsber. 6.50 Verslag van Test Match. 7.00 Sportber. 7.05 Piano-recital door E. Isaacs. 7.20 Lezing. 7.50 Vaudeville. 9.20 Nieuwsber. 9.40 „Behind the Screen". Detective-verhaal 10.00 Concert. Militaire kapel, W. Fisher, so praan. II.0012.20 Dansmuziek „R a d i o-P a r i s", 1725 M. 12.50 Gramofoonpl. 4.05 Kinderuurtje. 4.50 Dansmuziek 9.05 Concert door trio en declamatie. 9.50 Concert. Kwartet en solisten. Brussel, 508,5 M. 5.20 Gramofoonpl. 6.50 Gramofoonpl. 8.35 Trio-concert. 8.50 Gramofoonpl. 9.20 Concert vanuit de Kurzaal te Ostende. Langenberg, 473 M. 7.257.50 Gramofoonpl. 7.508.50 Orkestconcert. 10.3511.35 Gramofoonpl. 12.30 Gramofoonpl. I.252.50 Orkestconcert en soli. 5.506.50 Solisten-concert. 8.20 Vroolijke avond. Daarna tot 12.20: Dansmuziek. 12.201.20 Gramfooonpl. Kalundborg, 1153 M. 12.202.20 Orkestconcert. 5.006.00 Orkestconcert. 8.008.50 Orkestconcert. 9.109.50 Orkestconcert. 9.5010.45 Orkestconcert. II.0011.20 Liederen-voordracht door Ely Fischer Kjerulf. 11.2012.20 Vervolg Orkestconcert. Z e e s e n, 1635 M. 6.107.20. Lezingen 7.207.50 Gramofoonpl. 10.50 Berichten. 12.201.15 Gramofoonpl. 1.15—2.20 Berichten. 2.203.20 Gramofoonpl. 3.204.20 Lezingen. 4.20—5.50 Concert. 5.508.50 Lezingen. 8.50 Das Funk-Haus in Berlin. (Een bewe gelijke Zaterdagavond). Daarna tot 12.50: Dansmuziek. FEUILLETON Vrij bewerkt naar het Duitsch P. G. HOCKS. (Nadruk verboden). 29) „Dat 's erg vreemd", vervolgde Kleber. „Freule Von Trotten heeft een dag of wat geleden het boek weggehaald, dat hier stond en nu vind ik hier dat busje." „Laat eens kijken", beval Hoek. Hij nam het van Kleber aan en las he! opschrift: „Arsenicum, zwaar vergif' en daaronder datum en jaar, waarin het ge kocht was. Het was al vijftien jaar oud en toen Hoek het openmaakte, was er geen korrel meer in te vinden. Het was scl\oon leeg en het paste precies in het open vakje van de trommel. „Eén ding is mij niet recht duidelijk", zei Hoek, terwijl hij Kleber strak aankeek, „die trommel met die vergiften is toch ze ker wel gesloten geweest. Waar kan dat hangslotje gebleven zijn?" Kleber haalde de schouders op. „Daar weet ik niets van", zei hij. ,,'t Is voor 't eerst van mijn leven, dat ik die trorammel zie. Als er iels noodig was om ratten of muizen te vergeven, haalde ik 't altijd versch uit de apotheek. Maar nu bedenk ik, dat freule Von Trotten een dag of wat geleden klaagde, dat ze op hi ar kamer last had van muizen. Misschien heeft de generaal haar toen wel het busje met rattenkruid uit die trommel gegeven." Hoek pakte de trommel in een stevig papier,, dat hij daarna verzegelde. Op zijn star gelaat was geen spoor te ontdekken van verwondering over de mededeeiing van Kleber. Alles scheen hem koud te laten. Hij was juist met dc huiszoeking klaar gekomen, toen de geheimraad hem liet vragen, of de notaris de gevangene zou mo gen spreken. Dit werd toegestaan en Hoek verzocht Kleber er voor te wiilcn zorgen, dat er tegen den avond een gesloten rijtuig klaar zou zijn om de freule ndar de gevan genis over te brengen. Jammer, dat hij bij die vraag Kleber's gelaat niet zag, waarop zich plotseling een trek van boosaardig leedvermaak vertoonde. Hij begaf zich nu met de beide heeren naar de kamer, waarin Greta onder bewa king van een politie-agent was opgesloten en vond haar zeer kalm. Ze had troost ge vonden in een hartelijk gebed tot God en vertrouwde vast op Zijn hulp en hoe vree- selijk ze het ook vond als verdacht van moerd naar de gevangenis gevoerd te wor den, toch had ze dit bijna nog liever dan dat ze hier had moeten blijven vooitleven on der menschen, die haar steeds belasterd en gehaat hadden. Toen ze den geheimraad zag, kreeg ze 'n kleur als vuur. Dat was nu de man. op wien ze steeds haar hoop gevestigd had Ge'.oofde ook hij, dat zij een moordenaar ster was? Het scheen zoo. Hoe zwaar het hem op dio oogenblik ook viel, deed de geheimraad alsof hij geheel geen belang in haar stelde. Hij hield zich neutraal en zei geen enkel vriendelijk woord tot haar Hij wilde eerst eens afwachten, wat ze te zeggen zou Leb ben op' de mededeelingen van den notaris. Dan eerst kon mij weten, of hij haar goed beoordeeld had, ja of neen. Terwijl de no taris met Greta sprak, hield hij zich achter af. Nauwelijks hoorde Greta van d£n nota ris, dat zij de eenige erfgename was, of ze brak in luid snikken uit. „O Godriep ze uit, „help mijEn men houdt mij voor de moordenaarster van den man, die het zoo goed met me meen de Houd op, heer notarisIk wil verder niet3 hooien, want ik verklaar u hier in bijzijn van deze heeren, dat ik niets van die erfenis weten wil. Dat heb ik trouwens den generaal vroeger reeds verklaard. Dat tes tament is 't waarom men mij haat en be lastert en nooit nooit heb ik gelrachl erfgename van den generaal te worden." „Bedenk wel, wat u doet, freule. U mocht later eens spijt hebben van uw over ijld besluit." „U behoeft er niet meer over te praten, notaris. Mijn besluit staat onherroepelijk vast, want ik zou van schaamte in de aar de zinken, als ik er ooit aan gedacht had mij ten koste van de erfgenamen van den generaal te verrijken." De geheimraad kon zich niet langer in houden. Diep bewogen liep thij naar Greta toe en nam haar handen in de zijne. „Ik neb vermoed, dat u dit antwoord zou geven en zoowaar als ik hier voor u sta, houd ik u voor onschuldig, al zou de heele werc-ld u veroordeelen en ik beloof u voor u te doen, wat slechts in mijn macht is." Gieta lachte door haar tranen heen. Die woorden deden haar goed en diep bewogen zei ze: „Wij hielden beiden evenveel van den overledene en bij hield van ons. Ik dank u voor uw woorden en blijf vast ver trouwen op God, die rechtvaardig is in Zijn oordeel." "Freule" zei Hoek nu, die nauwe.ijks zijn ontroering kon verbergen, „van harie hoop ik, dat de schuldige spoedig ontdekt moge worden. Ik zou u evenwel nog graag een paar vragen stellen. Is u bereid die te be antwoorden „Ik ben daartoe bereid." „Was het u bekend, dat de generaal in 't bezit was van een blikken trommel, waar in hij allerlei vergiften bewaarde?" „Neen. Wel heeft hij op 'n keer gezegd, dat hij veel. huismiddeltjes bezat. Hij ge bruikte die liever dan de pillen en poeders van een dokter." „Wist u, waar hij die huismiddeltjes be waarde V' „Neen, maar ik denk in een van zijn kasten." „Dus u hebt nooit die groote blikken trommel gezien?" „Nooit." „Hebt u eenige dagen geleden een boek uit de bibliotheek gehaald gehaald?" „Ja. De generaal was er bij tegenwoor dig. Hij gaf me toestemming om het er uit ie uemen. Anders zou ik 't niet gedaan hebben." „Wanneer is u voor 't laatst in de werk kamer van den generaal geweest, waar ook de bibliotheek zich bevindt?" „Gistermorgen, toen ik hem de courant bracht." „Ik dank u", zei Hoek. „Al uw antwoor den voldoen me en het spijt me verschrik kelijk, dat u me geen afdoende verklaring kunt geven van de wijze, waarop het rat tenkruid in den zak van uw japon geko men is. Is het u nog niet in de gedachte gekomen, dat iemand het rattenkruid er in kan gestoken hebben, terwijl u niet in de kamer was? Misschien wel in den tusschen- tijd, dat u bij den generaal geroepen werd Greta draalde met haar antwoord. Ein delijk zei ze nadenkend: ,,'t Schijnt wel, dat het zoo gebeurd moet zijn, maar ik kan me niet voorstellen, dat iemand zóó slecht zou wezen om zooiets laags te doen. En toch toen ik de japon uittrok, heb ik er niets aan kunnen merken, al beweert Mina, dat zij de vlekken gezien heeft. De zen zakdoek heb ik bij 't ontkleeden nog uit dien zelfden zak gehaald. Hier is hij. Hij is wel nat van tranen, maar ik heb er geen korrel van het witte poeder in kunnen ont dekken." „Kunt u uw kamermeisje ten volste ver trouwen? Kan die 't misschien gedaan hebben?" vroeg Hoek. „Dat is onmogelijkriep Greta. „Ze kan geen enkele reden hebben om zich op deze lage manier op me te wreken. Ik heb nooit één woord met haar gehad, al zei ze, dat ze bang was voor een standje." „Het is genoeg, freule. Ik dank u". Hoek maakte een buiging voor haar en fluisterde den geheimraad eenige woorden in het oor, die dezen aangenaam schenen tc verrassen. Beiden wilden nu in gezel schap van den notaris de kamer verlaten, toen een lakei de komst kwam melden van den officier van justitie Berg en dat deze naar inspecteur Hoek gevraagd had. De inspecteur begaf zich nu met den ge heimraad en den notaris naar beneden, waar laatstgenoemde afscheid nam. Hoek, wiens oogen onophoudelijk rondgingen, zag Mina bij een vuilnisemmer staan bezig met iet3 tc zoeken. Hij ging naar haar toe om te vragen, wat ze toch wel in dien emmer zocht. (Wordt 'vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5