H. PIERROT Maarsmanssteeg Totale Ultif.e Kristal, Srinkserviezen, Thee-, Dntbijt-en Tatelserviezei! VRIJDAG 13 JUNI 1830 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 Wegens verkoop van ons Pand Dit is een echte Opruiming! fin»ql ales moet we9! Laat deze kans II niet ontglippen! - Dezk w^ek speciaal geëtaleerd: Herziening van het Huwelijksrecht Reeds sinds langen tijd is aangedron gen op herziening van ons huwelijksvermo gensrecht. Voor een deel kwam deze aan drang van een zijde, welko op wijziging in het algemeen van dc grondslagen van ons huwelijksrecht uit is, en dit recht op cle gelijkheid van de cchtgenooten zou willen zien opgebouwd, zoodat dan met het aan den man toegekende overwicht zou moeten worden gebroken. Doch ook wanncor men aan die grond slagen van heb huwelijksrecht niet wenscht tc raken, kan toch geredelijk worden er kend, dat verbetering van het huwelijks vermogensrecht moet worden nagestreefd. Men moge van oordeel zijn, hetzij op prineipicolo gronden, hetzij meer uit over wegingen van practischen aard, dat aan den man in do gezinsaangelegenheden een beslissende steur toekomt, tegen misbruik van die bevoegdheid heeft de wetgever zooveel mogelijk te waken. Ook heeft men niet uit hot oog te verliezen, dat de meer rechtstreeksche deelneming in allerlei vorm van de gehuwde vrouw aan het verkeer hare consequenties heeft, die, in de be staande wet wel ©enigermate erkend, zich toch voor het tegenwoordige in veel ster kere mate doeri gelden. De Minister heeft thans een ontwerp tot regeling van het huwelijksvermogensrecht bij de Tweede Kamer ingediend, dat een herziening van heb bestaande recht be oogt. In verband daarmede is het bestaande recht getoetst aan de eiscben, die zich in de praktijk hebben doen gelden. Uitgangspunt is gebleven, dat de pian is hoofd der echtvereeniging. Maar de Mi nister is er op bedacht geweest meer dan tob dusver waarborgen tegen misbruik van dc martiale macht te scheppen. In die lijn ligt, dat, terwijl de gemeenschap van goe deren als de meest met den aard van hot huwelijk overeenstemmende vorm van hu- welijksgoederenrecht is gehandhaafd als wettelijke regel en den man daarvan, uit kracht van zijn hoofdschap der echtver eeniging, het beheer is gelaten, de positie der vrouw is verstrekt, doordat voor on derscheidene handelingen haar medewer king is vereischt, voorts waar de bevoegd heid om rekenschap te vragen is gegeven met als sanctie de mogelijkheid haar met het beheer der gemeenschap te belasten en verder ook de scheiding van goederen is vergemakkelijkt. Dan is wat men zou kunnen noemen het natuurlijk recht van de vrouw op het voe ren der huishouding beter erkend; een recht op het beschikbaarstellen van huis houdgeld met vereenvoudigd loonbeslag wordt ingevoerd, het gebruik ten dienste der huishouding van eigen inkomsten uit ambt, beroep of bedrijf is haar verzekerd, terwijl, meent de man de vrouw het recht tot heb voeren der huishouding niet te kunnen laten, beroep op den rechter wordt gegeven. Met het vorenstaande samenhangend, doch mede voortgekomen uit de behoefte van het verkeer, waaraan de gehuwde vrouw in toenemende mate deelneemt, staat de vraag, om de handelsonbevoegd heid der gehuwde vrouw moet worden ge handhaafd. Gelijk bekend, is het uitgangspunt der tegenwoordige wet, dat de vrouw en zulks onafhankelijk van het stelsel van hu welijksgoederenrecht de bijstand van haren man voor elke rechtshandeling be hoeft. Op deze wijze is preventief het be lang van het gezin als eenheid op afdoende wijze veilig gesteld.Het spreekt vanzelf echter, dat hier niet alleen de mogelijkheid ligt van machtsmisbruik de tegenwoor dige wet heeft dat trouwens erkend door beroep op den rechter (zie artikel 167 B. W.) open te stellen doch dat bovendien doze voorziening bij regelmatige deelne ming van de gehuwde vrouw aan het ver keer groote bezwaren schept. Ook dit laat ste erkent reeds de bestaande web. Immers de eisch va-n bijstand voor elke rechtshan deling moge uitgangspunt zijn. voor de groote meerderheid der gevallen is hij niet gehandhaafd. Onder die omstandigheden is het den minister voorgekomen, dat voldoende aan leiding ontbreekt om va-n de gehuwde vrouw als uitgangspunt te behouden do voor heb rechtsverkeer uiteraard hinder lijke handelsonbevoegdheid. Do uitzondering ovcrheersclit immers reeds thans den regel, en waar die regel zelf een exeptie vormt op het gemeen© recht, ligt heb voor de hand, dat gemeene- recht als uitgangspunt te aanvaarden. Kan zulks echter en dit is, naar het oordeel van den minister beslissend zon der het belang van het gezin als eenheid met de leidende rol daarin van den man, in gevaar te brengen De minister meent die vraag bevestigend te kunnen beantwoorden. Als een der hoofdpunten van het ont werp is verder te noemen, dat onder con- trolo vaar den rechter en mits de rechten van crediteuren verzekerd zijn, w ij z i- ging van huwelijksche voor waarden staande h u we1 ij k wordt mogelijk gemaakt. Opgemerkt wordt nog, dat do hande lingsbevoegdheid der gehuwde vrouw, ge voegd bij de mogelijkheid om bij huwelijk sche voorwaarde van de wettelijke gemeen schap van goederen af le wijken, voor hen die vermogensrechtelijk aan de vrouw een meer zelfstandige positie willen verzeke ren in ruime mate de gelegenheid opent om daartoe te geraken. Het ontwerp handhaaft de verplichting van den man tot onderhoud van dc vrouw overeenkomstig zijn staat en vermogen. Do minister vond geen aanleiding deze ver plichting wederkeerig te maken. Vooropgesteld is het beginsel, dat het hipvelijk met zich brengt de verplichting tob samenwoning; den man is de bevoegd heid gegeven de woonplaats te kiezen. De getrouwde vrouw zal be voegd zijn tot hetaangaan van rechtshandelingen evten als de man. Het ontwerp bepaalt dan, dabde man hoofdei ij k met zijn vrouw verbonden is voor alle door de vrouw aangegane hande ling en, de huishouding be treffende. Dit stelsel van hoofdelijke aansprake lijkheid voor door de vrouw aangegane huishoudsohulden is om zijn practisch re sultaat zeker aanbevelenswaardig. Wat de gewone behoeften van de huis houding zijn, zal de rechter in ieder voor komend geval, met in achtneming der fei telijke omstandigheden, hebben te beslis sen. De hoofdelijkheid wordt uitgebreid tot allo rechtshandelingen, waarvan beide ec-ht- genooten zich verbonden hebben. Het ontwerp gaat uit van de gedachte, dab het in de meeste gevallen voor het vlot loopen der huishouding noodig is, dat de leveranciers kunnen rekenen, dat beide echtgenooton voor de huishoudschulden door de vrouw gemaakt, verbonden zijn. Die verbondenheid is een door de wet op gelegde; hieruit volgt, dat de man, die niet langer medegebondenheid voor huishoud schulden wil dragen en als gevolg daarvan niet langer contanten voor de huishouding ter beschikking stelt, den gang der huis houding lam legt, doordat de vrouw dan niet langer de huishouding kan bestieren, vooral niet in die gevallen, dat er in alge heel© gemeenschap van goederen, en zulks omdat de leveranciers zullen weigeren aan de vrouw, onder zulke omstandigheden, verdere leveranties te doen. En waar nu verder heb ontwerp erkent, dat de vrouw de eerst-aangewezene is om de huishouding te bestieren, is er een dubbele reden om niet toe te laten, dat de medegebonden heid willekeurig wordt opgesteld. Heb ontwerp handhaaft de gemeenschap van goederen als wettelijk stelsel. De Mi nister meent, dat ten dezen het geldend recht in stand moet blijven. Amersfoort. A. OVER. BINNENLAND EERSTE KAMER. De Eerste Kamer heeft gisteren een aantal wetsontwerpen aangenomen. Hét wetsontwerp tot wijziging der Ar beidswet 1919, dat beoogt de delegatie van bevoegdheid tot het geven van door straf bepalingen gesanctionneerde voorschriften aan de ambtenaren, der Arbeidsinspectie vast te leggen, waarover in de Tweede Ka mer nogal het een en ander tc doen kwam voordat het zonder hoofdelijke stemming kon worden aangenomen, vorderde in den ►Senaat niet zoo veel tijd. Het werd na eenig debat aangenomen de heer dc Gijselaar (C. H.) verklaarde geacht tc willen worden te hebben tegen gestemd. R.-K. HOTEL-, CAFE, RESTAURANT- HOUDERS EN SLIJTERS. Tiende jaarvergadering te Tilburg. Onder voorzitterschap van den heer P. J. van Dijk uit Helmond hield dc Ned. R.-K. bond van hotel-, café- restauranthouders en slijters met vergunning „St. Joseph", Woensdag tc Tilburg, in het café van den heer Jos Dirks, aan de Goirkestraat haar tiende jaarvergadering. Aanwezig waren 71 afgevaardigden^ vertegenwoordigende 14 af- deelingen. Nadat dc heer H. Bieren namens dc af- deeling Tilburg de afgevaardigden had wel kom geheet en sprak de bondsvoorzitter een korte rede uit, waarin hij in groote lijnen dc werkzaamheden ran den bond in het afgeloopen jaar memoreerde. Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer Jac. J. Paardekooper, uit L e i- d e n, bleek, dat nieuwe af deelingen van den bond waren opgericht te Geertruiden- berg, Raamsdonksveer, Lutterade. Geleen en Veghel. Het financieel verslag van den penning meester, den heer H. Labro, uit Helmond, wees een voordeclig saldo aan van 201.52. Na ampele besprekingen werd de be- grooting 1930-'31 vastgesteld op een be drag aan inkomsten en uitgaven van 5935.52. Bij den desbetreffenclen post op dc begrooling werd met alle kracht aange drongen op propaganda Ier versteviging van den bond. Besloten werd den geestelijken bonds- adviseur, pastoor W. van der Ven, Luyks- gestel, ter gelegenheid van zijn 25-jarig priesterfeest op 17 Juni a.s. namens den bond een huldeblijk aan te bieden. Na een pauze van anderhalf tiur, waarin de afgevaardigden aanzaten aan een Bra- bantsche koffietafel, die in den lommerrij ken tuin van het café was aangericht, werd omstreeks drie uur de vergadering vcort- 1 gezet. De leiding berustte ihans bij den heer van Bakcl, vice-voorzitter, daar dc voorzitter, als lid van den gemeenteraad van Helmond, een zitting van dezen Raad moest bijwonen, in verband met de behan deling van een voor de vergunninghouders belangrijke aangelegenheid. De periodiek aftredende bestuursleden) werden bij acclamatie herkozen. Van de afdeeling Amsterdam was een voorstel ingekomen, waarin gevraagd werd een krachtige actie te ontplooien tegen clon onbillijken druk van de personeele belas ting op het bedrijf. Het hoofdbestuur zegde toe in deze ma terie zoo diligent mogelijk te zijn, met- welk standpunt de vergadering zich na langdu rige discussies vereenigde. Langdurige besprekingen werden voorts gevoerd over een volgend voorstel van de afdeeling Amsterdam, waarin het bonds- bestuur werd uitgenoodigd de noodige stap pen te doen, ten einde mot dc a.s. Zondags sluiting dezelfde uitzondering te verkrijgen voor de Slijterijen als voor do Banketbak kerijen. Besloten werd ten slotte een adres aan de Eerste Kamer te zenden, waarin verzocht zal worddn hot omwerp inkel- sluitingswet niet aan te nemen. Dit adres zal evenwel alleen dan verzonnen worden, indien de katholieke zaak in t algemeen er door niet geschaad wordt. Eveneens zal een adres aan de Eerste Kamer worden verzonden, beoogende het op handen zijnde •Werktijdenbesluit voor Hotel-, Café Res- taurantshouderspersoneel de minst nadee- lige gevolgen voor het bedrijf .e doen heb ben. Het hoofdbestuur werd gemachtigd na der uit te werken het voorste! van de af deeling Sassen heim en omstreken, om in de toekomst de mogelijkheid te schep pen, dat ook een of twee verlof houders in het hoofdbestuur zitting nemen en zoo noo dig het hoofdbestuur uit te breiden met twee zetels. Tevens beloofde het hoofdbestuur ernstig onder het oog te zien hel voorstel van de afdeeling Tilburg, behelzende een sterke actie te voeren tegen het facuRatiefstel- len der 'vergunningen, opgenomen in het wetsontwerp tot herziening der Drankwet. Op voorstel van de afdeeling Helmond werd voorts besloten- de jaarvergaderingen van den borwjl voortaan le houden in de tweede liclft'Van dc maand -Juni. Als. plaats voor hét houden van de vol gende jaarvergadering werd aangewezen Rotterdam. „Msbd." HET BEDRIJFSLEVEN EN DE VROUW. De Arbeidsinspectie heeft een open oog voor de gevaren. Op de vraag van l*et Tweede Kamerlid, mej. Meijer, betreffende mededeeling van het resultaat van de van Regeeringswege toegezegde overweging der vraag, hoe een onderzoek kan worden ingesteld naar den invloed van het bedrijfsleven op den psysi- schen en- psychischen toestand van dc vrouw, heeft de Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid geantwoord, dat hij ceu volledig onderzoek naar den invloed van den fabrieksarbeid op den psysischen cn psy chischen toestand der vrouwen te onzent, te veelomvattend acht cn met het oog op de daartoe noodzakelijke vergelijkingen met de toestanden in vroegere tijdperken ren. die zulken arbeid niet verrichten, en met dc toestanden in vroegre tijdperken te ingrijpend, dan dal het mogelijk zou mogen heeten zoodanig onderzoek, waar van de conclusies aanspraak zouden kun nen maken op juistheid en volledigheid in te stellen. In het tijdperk van toeneming van vrou wenarbeid in fabrieken zijn allerlei invloe den werkzaam geweest, die op den alge- meenen physischen en psychischen toe stand een zichtbare uitwerking hebben gehad: daling van hel sterftecijfer, ver mindering der kindersterfte, minder drank misbruik, verbetering der woningtoestan den, enz., naast de invloeden van bioscoop, danslokaal, oorlogs- en na-oorlogsinvloe den. Bezwaarlijk zal, ook bij een diepgaand onderzoek, zijn uit te maken, welk aandeel ten kwade of ten goede aan elk dier invloe den moet worden toegeschreven. Do fabrieksarbeid zelft kan in verschil lende richting invloed oefenenmen zou dien kunnen onderscheiden in gunstigen invloed, als: gewennen aan geregelden ar beid, orde en netheid, hoogere welvaart, vermeerdering van menschenkennis en van kennis der maatschappij, verhoogd gevoel van zelfstandigheid en van eigenwaarde, en ongunstiger, als: vermindering van lust en gelegenheid om het huishouden te lee- ren en verzwakking van het gevoel van huiselijkheid, kans op gedwongen samen zijn met verderfelijke elementen, ongezon den of geestdoodencle arbeid, te groote on afhankelijkheid van dc ouders, neiging tot weelde en verkwisting, enz. Voor dc zooevcn genoemde gevaren heeft de Arbeidsinspectie een open oog, zoodat zij in verschillende richtingen reeds onder zoekingen heeft ingesteld. Dit blijkt reeds uit tal van publicaties van dien dienst, in de jaarverslagen of als afzonderlijke uit gaaf verschenen, en uit de genomen maat regelen. Het in 1929 ingestelde onderzoek naar den arbeid van vrouwen en meisjes in 2 ploegen, waarvan de resultaten zullen worden medegedeeld in het Centraal Ver slag der Arbeidsinspectie over 19*29, is daar van het jongste voorbeeld. In tal van be drijven worden de arbeidsters geneeskun dig onderzocht; de bevindingen leiden dik wijls tot nazorg en verdere raadgevingen. De ontwikkelingsarbeid vindt bij de Ar beidsinspectie groote belangstelling en stouno gelijk o.m. uit het jaarverslag der in spectie over 1929 zal blijken. De Minister is voornemens, meer onder werpen, betrekking hebbende op den fa brieksarbeid van vrouwen en meisjes, voor partioole onderzoekingen in aanmerking te doen komen. In verband met een en ander overkoegt hij dan ook, het aantal vrou welijke inspecteerende ambtenaren uit te breiden. Koninklijke Besluiten. Notariaat. Bij Ivon. besluit zijn benoemd tot nota ris te 's-Hertogenbosch J. R. Hofhuis, thans notaris te Amsterdamtot notaris te Hellendoorn W. C. van der Esch, candi- daat-notaris tc Laren (N.-H.)tot notaris te Wieringerwaard J. Koomen, candidaat- notaris te Hoogwoud. Geweigerde Philipsscholen voor Lager Onderwijs. Een belang rijk demons t r.a t i e f besluit. Men schrijft uit het Zuiden aan de „Tijd": Zooals roeds in deze kolommen is mede gedeeld, hoeft onlangs de geroeontcraad van Eindhoven geweigerd medewerking te verleenen voor dc stichting van L. O. Scho len van Philips. Dc R.-K.-fractic had vóór dc stemming bij monde van haren voorzitter, dr. Verhagen, verklaard, dat zij weigerde de door B. en W. voorgestelde medewerking te verlee nen. Dr. Vehagen beschouwde deze scho len als fabrieksscholen. Het gevallen besluit is om twee redenen van belang. Allereerst om dc diepere bc- teekenis van het o.a. in het buitenland in groot-industrieele kringen veldwinnend systeem, dat groot-bedrijven zich gaan in laten metliet lager-onderwijs aan de jeugd. Practisch beschouwt komt dit hier op noer, dat door middel van hot lager on derwijs „het bedrijf" zich gaat belasten met de vorming der jeugd. Ook bij Philips streeft men in die richting via dc eigen scholen voor L. O. Hot is duidelijk, dat het groot bedrijf zich hier begeeft op een terrein, dat niet het zijne is, en het is óók duide lijk, dat de R.-K. fractie van den Eind'ho- venschen Raad door haar weigering daarte gen een protest heeft willen doen hooren. Er is echter meer. Fabrieksscholen zijn zoogenaamd „neutraal". Ze zijn voor de kinderen van het Philipspersoneel. Hoe men dit ook keert of draait, de Philips- menschen zullen 'n zekeren drang (dwang?) gevoelen hun kinderen naar die scholen te zenden. Ook de katholieke Philips-men- schen. Maar de Katholieke ouders hebben den Katholieken plicht, den gewetens plicht, hun kinderen katholiek onderwijs te geven, indien daartoe de gelegenheid be staat, wat te Eindhoven uiteraard ruim schoots het geval is. De beteekenis der Phi- lips-scholen strekt zich derhalve uit tot het hooge gebied, dat wij „de ziel van het kind" noemen, een gebied, waar wij de cennia lang een verbitterden strijd om heb ben gevoerd. Dc fabrieksscholen als van Philips zijn dingen, waarin bij dc onderwijspaeificatie niet is gedacht. Het grootbedrijf heeft zich in enkele jaren geweldig ontwikkeld. Het is hiermee reeds zóóver gekomen, dat het ook de opvoeding der jeugd tot zich gaat trekken. Zulks druischt stellig in tegen den göest der onderwijs-gelijkstelling, cn het is hierin, dat het belangrijke ligt in het Eindhovenschc raadsbesluit. (Reel.) Zijn eerste interview. Het is heusch geen gemakkelijke taak om beroemde personen te interviewen, want meestal zweven zij in hoogere sferen en kunnen zich moeilijk in het gewone alledaagsche leven verplaatsen. Er behoort daarom ook heel wat handigheid, tegen woordigheid van geest en volharding toe, om tot hen door to dringon en hen in een sluw vraag- en a-ntwoord-spel datgene te ontlokken wat het publiek zoo gaarne zou willen weten. Vele reporters hebben door oen bijzondere prestatie op dit gebied hun fortuin gemaakt. Louis Roubaud, een der bekendste en handigste Fransche journalisten vertelt daarvan de volgende vermakelijke ge schiedenis, n.l. zijn eerste interview met Curie, den beroemden Franschcn radium- specialiteit. Het is reeds vele jaren geleden. Curie was juist heel druk aan zijn werk en kwam niet uit zijn laboratorium te voorschijn. Niemand durfde hem storen. Wanhopig stonden de journalisten voor het geheim zinnig vertrek, het gelukte niemand bin nen te komen. Ook Louis Roubaud dio op dat oogen- blik nog totaal onbekend was, beproefde zijn geluk. Toen hij kwam, gaven zijn oudere collega's hem lachend den raad, maar naar de redactie te gaan om het huis en het laboratorium van den geleerde te beschrijven en te zeggen, da-t hij zijn scha duw aan het venster gezien had. Ontmoedigd wilde de nieuweling reeds onikeeren, toen hij toevallig onder een trap een deurtje zag. Niewsgierig maakte hij liet open, ging op goed geluk af een don keren gang door en stond tot zijn groote verbazing plotseling in het laboratorium. Nu kreeg hij de interview-koorts te pakken. „Mijnheer Curieriep hij hardop. Geen antwoord. „Mijnheer Curie Uit een ander vertrek naderden schre den, een deur ging open en de reporter stond recht tegenover den groote geleerde die hem verwonderd aanstaarde en toen woedend uitviel: „Wat cloet u hier? Ik heb geen tijd. Wil je asjeblief eens gauw weggaan!" Verlegen en haastig zei de reporter: „Slechts één vraag, professor, kan men met radium ook kamers verlichten?" De professor staarde een oogonblik ver baasd, keek den man tegenover hem door dringend aan cn barstte plotseling in een schaterlach uit: De situatie voor den re porter was gered, wane lachende men- sehen zijn in ieder geval heel wat toe gankelijker. De geleerde stond hem wer kelijk eeninterview toe, waarover zijn collega's buitengewoon jaloersch waren. Rectificatie. Dc ,.X. R. Crt" schrijft, dal zij het ing. stuk, dat van cfen heer C. Plausier over liet betalen van de A.V.E.O.-conccrten (waaromtrent wij gisteren een stukje aan het „Volk" ontleenden) eenigen tijd heeft laten liggen, doch nog wél heeft geplaatst. ALLERLEI De opbloei van het heidendom in Noortl-Siberië. Volgens- een bericht in de „Pvawda" zijn verschillende stammen in Noord-Si berië weer teruggekeerd tot het heiden dom, tengevolge van de anti-kerkelijke maatregelen van de zijde dei* regeering. De meesten dezer primitieve volkeren waren door dc Orthodoxe geestelijken tot het christendom bekeerd én hun bekee ring was blijkbaar slechts zeer opper vlakkig. Zij staan nog op een zeer lagen trap van beschaving en nu hébben ze weer hun oude heidensche gebruiken in eer© hersteld. Deze godsdienst, die hoofd zakelijk uit tooverkuusten bestond, werd „Shamantisme" genoemd, naar het woord „Shaman" dat priester be teekent. Het volk gaat nu weer zijn Shamans opzoeken om genezing voor hunne zieken en allerlei toovermiddelbjes te verkrijgen om het noodlot te bezweren. In sommige stroken worden weer menschenoffers gebracht. „De Prawda" heeft er bij de regeering op aangedrongen ook tegen deze heiden sche godsdiensten maatregelen te nemen en de menschen te beduiden da-t er geen bovennatuurlijke wezens zijn en dat ge heel hun godsdienst berust op bedrog van „de Shamans". De dood van een held uit de Wild West. „Deadwood Dirk" de held uil (allooze avontuurlijke verhalen uit de Wild West, die het voortdurend met de Indianen aan den stok had en jarenlang de goud-trans porten dwars door Amerika begeleidde, i6 thans, in den ouderdom van S3 jaar, ©ver leden. Hij heet eigenlijk Richard Clark. Hij was een der eerste leiders van de snelposten waar de Sioux-Indianen het vooral op gemunt hadden. Dc avontuurlijke gevechten die de man nen met de Indianen te voeren hadden, vormen het geliefkoosd onderwerp van lalloozc Idianen-verhalen. Te samen met- den niet minder beroem den Custer nam „Deadwood Dick" ook deel -aan den grooten Indianen slag bij de Black Hills die ons thans legendarisch aandoet. De overledene had reeds lang vrede ge sloten met de Sioux, met wie hij overi gens een menschenleeftijd lang voortdu rend gevochten had. In zijn hoogen ouder dom was hij zelfs in hoog aanzien bij zijn vroegere vijanden. Zoo reed hij b.v. ook aan het hoofd van den stoet,, toen presi dent Coolidge plechtig als lid van den stam der Sioux werd opgenomen. Afgetroefd. Bij den beroemden taalgeleerde Wilhelm Grimm kwam op zekeren dag een Fransch student, die- reeds drie jaar in Berlijn door gebracht had en nog geen enkel woord Duitsch kon spreken. Grimm vroeg hem, waarom hij zich ge>en moeite gaf het te leeren. „Ik vind het leelijk", zei de student. „Het is een taal voor paarden". „Zit het hem daar", merkte Grimm sar castisch op, „nu snap ik, waarom een ezel het niet leeren kan".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 6