DONDERDAG 10 APRIL 1930
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD PAG. 2
Iste Infanteriebrigade (Brigade Grena
diers en Jagers);
II. een eervol ontslag uit den militai
ren dienst verleend:
10. op het daartoe door hen gedaan
verzoek aan:
a. Hr. Mr. Adjudant in buitengewonen
dienst, den Luitenant-Generaal J. H. Bo-
rel, voornoemd;
b. den Generoal-Majoor C. A. Prins,
commandant der Ille Divisie;
c. den Gencraal-Majoor jhr. E. W. van
Holthe, voornoemd;
d. den Kolonel H. K. Hardemberg, com
mandant van de VTIe Infanteriebrigade;
e. den Kolonel J. P. J. Verberne. com
mandant van dc VUIe Infanteriebrigade;
f. den Kolonel H. Wijnaendts, comman
dant van de VIc Infanteriebrigade;
g. den Kolonel-titulair D. C. M. André
«Ie la Porte, van den Staf der artillerie,
directeur van het remontewezen;
h. Hr. Mr. Adjudant in -buitengewoncn
dienst, den LuitenaDt-Kolonel W. G. van
Hoogenhuyze, commandant van het Regi
ment Jagers;
i den dirigeerend militair apotheker met
den rang van Luitenant-Kolonel W. F.
Privé, chef van den militairen pharma-
ceutischen dienst;
j. den Majoor-titulair H. A. Joehim van
Nootdorp, van het 8ste Regiment Infan
terie;
2o. aan Hr. Mr. adjudant in buifcenge-
wonen dienst, den Kolonel H. G. Rambon-
net, commandant van de Iste Artillerie-
brigade,
allen ter zake van langdurigen dienst.
I. Met ingang van 1 Mei 1930, belast
met de waarneming van het, commando
over de lie Divisie, de Kolonel P. Donk,
commandant van de lie Infanteriebrigade;
11. benoemd en aangesteld:
A. bij den G ener alen Staf
met ingang van 2 Mei 1.930:
lo. tot Luitenant-Generaal de Genoraal-
Majoor H. A. Seyffardt, chef van dien
Staf;
2o. tot Luitenant-Kolonel, de Majoors
J. J. G. Baron van Voorst tot Voorst, J.
L?. van der Vijver, A. P. Seyffardt, W. F.
Siilevis en. B. D. van Erckelens. allen van
dien Staf, respectievelijk Hoofd der He
Afdecling B. van het Departement van De
fensie, chef van den Staf der IVe Divisie,
chef van den Staf der He Divisie, toege
voegd aan den chef van den Generalen
Staf en chef van den Staf der IIIo Divisie;
B. bij het. Wapen der In
fanterie, lo. met ingang van 1
Mei 1930:
a. tot Luitenant-Generaal, de Gen era al-
Majoor M. Belzer, lid van het Hoog Mili
tair Gerechtshof;
b. bij den Staf van het. wapen, tot In
specteur, tevens belast met het uitvoeren
van opdrachten hem door den Minister
van Defensie te geven, de Kolonel .T. H.
Hardcnborg, commandant van de IVe In
fanteriebrigade
tot Kolonel, dk Luitenant-Kolonel O. J.
H. van der Harst, van dien Staf, Gouver
neur der Koninklijke Militaire Academie;
o. tot commandant der Iste Infanterie
brigade (Brigade Grenadiers en Jtigers) de
Kolonel T. de Goeyen, commandant van
dc Ve Infanteriebrigade, zulks onder eer
volle ontheffing uit zijn tegenwoordig
commando;
d. tot commandant der IVe Infanterie
brigade, de Kolonel B. E. Stöver, comman
dant van dc He Infanteriebrigade, zulks
onder eervolle ontheffing uit zijn tegen
woordig commando;
e. tot Kolonel, commandant onderschei
denlijk van de He, van de IVe, van de
VlIIe en van de Ve Infanteriebrigade, de
Luitenant-Kolonels J. L. M. van den
Brandhof, H. G. M. Mathol do Jongh, K.
van Drunes en J. R. L. Jans, respectieve
lijk commandant van het 9de, hot 6de, het
19de en het 17de Regiment. Infanterie.
f. tot kolonel, commandant onderschei
denlijk van de He en van de Vilde Infan
teriebrigade, de luitenant-kolonels H.
Zeeman en E. H. van den Ascher, beiden
van den Generalen Staf, respectievelijk
toegevoegd aan den chef van den Gene
ralen Staf en chef van den Staf der ves
ting Holland;
g. tot luitenant-kolonel, commandant
onderscheidenlijk van het 6de, het 9de,
liet 19de en het 17de regiment infanterie,
do majoors J. D. Snellen van Vollenho
ven, H. A. A. Sinnigen, P. Clerk en O. A.
van Beugen Bik, respectievelijk van den
staf der Ille infanteriebrigade, van het
:>de, van het 8ste en van 't 13de regiment
infanterie;
h. tot luitenant-kolonel, den staf dor
file infanteriebrigade, de majoor G. J. O.
Zimmermann van dien staf;
2o. met ingang van 2 Mei 1930 tot luite
nant-kolonel, commandant van het regi
ment Jagers, de majoor H. de Iongh, van
hot regiment wielrijders.
O. B ij het wapen der artille
rie met ingang'van 1 Mei 1930:
a. tot kolonel, commandant van de 1ste
artillerie-brigade, de luitenant-kolonel W.
H. E. Vrijdag, commandant van het. 1ste
regiment veldartillerie;
b. tot luitenant-kolonel, commandant
van het Iste regiment veldartillerie, de
majoor G. L. M. H. Higly, van het 7de
regiment veldartillerie;
c. tot luitenant-kolonel, de majoor W.
T. W. Roldanus, voorzitter van de commis
sie van Proefneming;
d. tot luitenant-kolonel, brj zijn tegen
woordig korps, de Majoor J. H. Oarstens,
van het 2de regiment veldartillerie;
D. bij het Dienstvak van den
Geneeskundigen Dienst
der Landmacht.
B ij den Militairen P h a r-
maceutisch.en dienst:
met ingang van 1 Mei 1930 tot dirigee
rend Militair Apotheker met den rang
van majoor, chef van den Militairen Phar-
maceutischen dienst, tevens Directeur van
het Rijksmagazijn van geneesmiddelen,
de Militair Apotheker der Iste klasse
H. H. Poelman, van dien dienst, wien
sedert de titulaire rang van dirigeerend
Militair Apotheker met den rang van
Majoor is toegekend.
E. Bij het Reserve-Personeel
der Landmacht,
Bij het wapen der Infan
terie met ingang van 1 Mei 1930:
tot reserve-iuitenant-kolonel, onder
scheidenlijk bij het 16e, het 10e regiment
infanterie, de schoolcompagnie van den
Motordienst, het 2de en 22ste en het 1ste
regiment infanterie, de reserve-majoors
W. Kaas, P. S. Hartogh Heijs van Zoute-
veen, L. C. J. M. van Overeem, K. C.
Roeloffs, O. J. 0. Janssen en G. van Tien
hoven, respectievelijk van het 5de, het 4de
regiment infanterie, de schoolcompagnie
van den Motordienst, het 13de het 11de
regiment infanterie en regiment wielrij
ders;
III. met ingang van 1 Mei 1930 in hun
rang en ouderdom van rang overgeplaatst
a. bij den Generalen Staf: de
majoors W. F. A. Aackstroh en P. W. Best
respectievelijk van het 14de regiment in
fanterie en van het 8e regiment veldartil
lerie, zulks met bepaling dat zij bij den
Generalen Staf zullen rangschikken in de
volgorde,- hiervoren vermeld;
b. Bij het wapen der Artille
rie: bij het 8ste regiment veldartillerie,
de majoor J .Harberts, van den Generalen
Staf, leeraar aan de Hoogere Krijgsschool
zulks met bepaling, dat hij bij het wapen
der artillerie zal rangschikken onmiddel
lijk onder den majoor H. D. S. Hasselman
IV. met ingang van 1 Mei 1930, eervol
ontheven van zijn plaatsing bij het regi
ment Jagers, ter nadere indeeling door
den Minister van Defensie, de kapitein J.
K. de Visser, van dat Regiment.
V. met ingang van 1 Mei 1930 overge
plaatst bij het regiment Jagers de 1ste
luitenant A. A. Schuring van de eerste
storm school.
STADSNIEUWS
GEMEENTERAAD.
Verhuring van woningen.
Zooals bekend is, worden de verschil
lende gebouwen en huizen der gemeente in
het algemeen verhuurd van jaar tot jaar;
aangezien het loopend tijdvak der huur 1
Mei a.s. eindigt, moet vóór dien datum
worden beslist, of verlenging van de huur
met een nieuwen jaartermijn al dan niet
op do bestaande voorwaarden behoort te
geschieden.
Ter voorbereiding van die beslissing
hebben B. en W. aan een tweetal deskun
digen een onderzoek opgedragen naar de
huurwaarde van de bedoelde gebouwen en
woningen.
Overeenkomstig het advies van de Com
missie van Fabricage heeft het van hen
ontvangen taxatierapport in het algemeen
tot leidraad gediend bij de bepaling van
de huur, die naar hunne meening thans
moet worden bedongen. Bij de beoordeeling
echter van de huren van geval tot geval
konden de taxaties niet altijd zonder meer
worden overgenomen, doch moest van de
schattingen hier en daar worden afgewe
ken, indien naar hunne meening met om
standigheden moest worden rekening ge
houden,- die door de taxateurs blijkbaar
buiten beschouwing waren gelaten.
Met inachtneming van een en ander
kwamen zij tot een 14-tal verhoogingen.
Dertien huurders gaan met de aangege
ven verhooging accoord.
Aan de huur van het winkelhuis Nieuwe
Rijn 22 zal alsnog de voorwaarde worden
verbonden, dat de aard en hoedanigheid
van de goederen, die in den winkel ten
verkoop worden aangeboden, ter bcoordee-
ling van B. en W. uit een oogpunt van wel
stand geen aanstoot aan de omgeving mo
gen geven.
De huurder van de woning Aalmarkt No.
0 gaf den wensch te kennen van de huur
tegen 1 Juni 1930 te woren ontslagen, in
verband waarmede de woning te huur zal
worden gezet; in afwachting van het re
sultaat daarvan kan het verzoek nader on-
der oogen worden gezien.
K. R. 0.
Zondag a.s. is het de tweede Zondag der
April-actie voor don Katholieken Badio
Omroep. Bij alle kerken zullen dezelfde
propagandisten die op Zondag 6 April de
inschrijvingsbiljetten hebben uitgereikt,
aanwezig zijn om dc ingevulde kaarten in
ontvangst te nemen. Wie zijn kaart verge
ten heeft mede te nemen, kan zich ook per
soonlijk opgeven aan de propagandisten,
die kenbaar zijn aan wit-gele armbanden.
Op veelvuldig verzoek is ook
voor Leiden de gelegenheid opengesteld,
om zijn contributie als lid v an den K. R.
O. wekelijks te betalen. Dit bedraagt dan
12 ct. pe r week. Wie op deze wijze lid
wil worden, gelieve dit op zijn kaart te
vermelden. Voor 25 ct. per week kan men
lid v a n d e n K. R. O. worden en tevens
den Katholieken Radio Gids ontvangen.
Wo verwachten, dat, nu de betaling op
deze gemakkelijke wijze kan geschieden,
niemand zal achterblijven zich als lid van
den K. R. O. op to geven. Inlichtingen
zijn te bekomen bij den heer van Heteren,
Haarlemmerstr. 242.
Bezoek van Generaal C. J. Snijders.
Zooals reeds eerder gemeld zal Zijn
Exc. Generaal O. J. Snijders, oud-oppor-
bevelhebber van Land- en Zeemacht, Za
terdagmiddag a.s. de schietwedstrijden
van de Onderofficiersvereeniging „Gene
raal Snijders'' officieel openen.
Zijn Excellentie arriveert te 1.58 uur des
middags aan het station alhier, alwaar hij
wordt afgehaald door luitenant H. P.
Steenhauer, die hem naar de Morsch-
poortkazerne zal begeleiden.
Op 9 April 1930 stonden 572 werkzoeken
den bij de Arbeidsbeurs ingeschreven, tegen
539 op 9 April 1929.
R. K. J. M. V. „ST. PETER KANIS".
De wet op de winkelsluiting.
Gisteravond vergaderde bovengenoem
de voreeniging in een der zalen van „Den
Burcht".
In het openingswoord heette de voor
zitter, de heer Pierrot, allen welkom en
op de eerste plaats den spreker van dien
avond, den weledelgestr. heer A. H. J.
Engels, lid van de Tweede Kamer, die
zoo welwillend was een uiteenzetting te
geven van don aard en strekking der wet
op de winkelsluiting. Verder deed het spr.
een groot genoegen onder de aanwezigen
verschillende ouderen te zien, die door
hun aanwezigheid blijk gaven metterdaad
belang te stellen in het streven van den
jongen middenstand.
Na deze inleiding werd het woord ge
geven aan den heer Engels. Deze begon
met de opmerking, dat hij met genoegen
voldaan had aan het verzoek van het be
stuur. Een uiteenzetting van dezen regee-
ringsmaatregel, die voor de toekomst van
zoo groot belang is voor ouderen en jon
geren, is zeker niet van eenig nut ontbloot.
Deze wet, die bedoelt in te grijpen in het
bedrijfsleven van den middenstand is der
halve wel een nadere beschouwing waard.
Spr. geeft dan in het kort de voorge
schiedenis van deze wet. Hij laat de na
druk vallen op ér rol, die de middenstands
organisaties hierin gespeeld hebben. Van
invloed was ook de arbeiderswetgeving
met de 48-urige werkweek en de vrije Za
terdagmiddag. Bezwaren tegen den vrijen
Zaterdagmiddag in het middenstandsbe-
drijf leidden tot een vrijen halven dag in de
week, met als doel in de toekomst een
vrije Woensdagmiddag. In het kort gaat
spreker vervolgens de voornaamste arti
kelen van deze wet na.
Art. 1 bepaalt wat men onder een win
kel dient te verstaan. Deze opvatting is
zeer ruim genomen om eventueel© ontdui
kingen in de toekomst onmogelijk te ma
ken. Onder „winkelhuis" verstaat deze
wet elke met een winkel in eenige verbin
ding staande open of besloten ruimte in
hetzelfde gebouw of op het bijbehoorende
terrein.
Art. 2 zegt., dat het verboden is den
winkel voor het publick geopend te heb
ben op Zondag en door de weelc tusschen
8 uur des namiddags en 5 uur des voor-
middags.
Art. 3 somt de verschillende uitzonde
ringen op, waarop de wet niet van toe
passing is. Hieronder vallen apotheken,
cafó's en restaurants, auto- en rijwielher-
stelinrichtingen, benzinepompen, verkoop
van tijdschriften en den verkoop van ijs.
Van christelijke zijde zijn tegen deze
uitzonderingen nog al bezwaar gemaakt-
Vooral dominee Kersten heeft zich ge
ducht geweerd. Hij wilde al deze uitzon-
deringen doen vervallen, behalve de apo
theken. In de Kamer had men hem ge
vraagd: Maar, dominee als iemand van
uw gemeente zich per fiets naar de kerk
begeeft en hij krijgt een lekke band? Dan
moet hij maar loopen, zei dominee. En
als er nu eens een storing in de lichtvoor
ziening ontstaat op bet moment, dat u
wilt gaan preken? Dan preek ik maar in
'b donker, zei domineeDat dergelijke be
merkingen tob eenige vroolijkheid aanlei
ding gaven, kon de vergadering zich heel
goed indenken.
Het jongste Kamerlid, de heer Hellen-
berg Hubar, diende op dit artikel eenige
amendementen in, die beoogden den ver
koop van tijdschriften aan de kiosken to
verbieden. Dit is geschied. Alleen op de
stations mogen, deze verkocht worden. Ook
over do automaten kwamen in de Kamer
de noodige bemerkingen los. De Kamer
was ten slotte van oordeel, dat de aan
gevoerde bezwaren sterk overdreven wer
den.
Het groote voordeel, aldus spr,, van
deze wet is, dat er een uniforme regeling
verkregen is. De bezwaren van partieel©
verordeningen zijn dus vervallen. A's.voor
beeld haalde de heer Engels dc gemeen
ten Heerlen-Hoensbroek aan. Deze zijn
aan elkaar gegroeid. De grenslijn loopt
juist door een winkelstraat. Nu doet zich
het wonderlijke geval voor, dat de gemeen
ten op een versehil'end uur sluiten. Het
gevolg is, dat de winkels aan de eene zijde
van do straat langer openblijven, dan aan
de andere. Dat dergelijke boestanden eer-
gelijkvormige regeling dringend noodzake
lijk maakten, behoeft geen betoog.
Wat verder art. 4 betreft, dit maakt uit
zonderingen voor zaken met aan bederf
onderhevige artikelen. Hieronder vallen
ook de brood en banketwinkels of die
winkels waarin suikerwerk of chocolade
verkocht warden. Verder vallen de ver
schillende Christelijk feestdagen onder
dit artikel zoomede de St. Nicolaas-
en Kerstweek.
Over dit artikel ontstonden langdurige
discussies. Vooral van anti-papistische
zijde werd heftig geageerd tegen den 15en
Augustus en len November als zijnde spe
ciale Katholieke feestdagen. De tijden,
dat uitzonderingswetten tegen de Katho
lieken gemaakt kunnen worden, zijn ech
ter voorbij en minister Slolemaker de
Bruine wilde van intrekking van deze
data niets hooren. De christelijken kregen
echter den Goeden Vrijdag als specialen
protestantschen feestdag in deze bepalin
gen opgenomen.
Artikel 5 regelt de uitzonderingen voor
de Joden wat het houden van den Sabbath
betreft. Deze uitzondering is gemaakt in
overleg met de Joodsche Rabbijnen.
Artikel 6 bepaalt, dat de gemeente het
recht heeft dat op een werkdag vóór of
na 1 uur des namiddags de winkels geslo
ten moeten zijn.
Dit is een dor belangrijkste artikelen
en spreker legt do nadruk op de wensche-
lijkheid, dat do Hanze hierover onderling
van gedachten wisselt, omdat men hierdoor
drang op de gemeente kan uitoefenen.
Immers voor onderscheiden zaken kan
één bepaalde dag groote bezwaren ople
veren. In overleg met de gemeentebestu
ren moeten de middenstandsorganisaties
een dag vaststellen. Een zekere soepelheid
l dient er aanwezig te zijn. Dit punt. m
de middenstandsorganisatie wol onder het
oog zien.
In art. 8 wordt het venten op dagen
door de week en op Zondag geregeld. j
Art. 9 handelt over plaatselijke veror-
deningen. Van groot belang is dit artikel j
daar do gemeente het recht heeft in be-
paalde gevallen uitzonderingen te maken.
O.a. is van belang de vaststelling van I
den halven vrijen dag. De wet bepaalt
niet wanneer en hoe. Dit doet de gemeen
teraad. Hoe de uitslag is hangt nu af van
de samenstelling van den raad. Indien
ooit gebleken is, aldus spr., de noodzake
lijkheid van middenstandsorganisatie dan
is dat nu wel. Overleg en samenspraak is
hier dringend noodzakelijk.
Artikel 10 geeft de strafbepalingen bij
overtreding. Deze zijn 25 of ten hoogste
zes dagen hechtenis. Aansprakelijk is het
hoofd of bestuurder van den winkel of de
gene, die hem geregeld als zoodanig ver
vangt.
Tenslotte behandelde spr. in het kort
nog even de juridische vraag of deze wet
met de Zondagswet van 1815 niet in strijd is.
De minister meent van niet omdat in de
nieuwe wet een nieuwe materie behandled
wordt. Toch achtte mgr. Nolens het ge-
wenscht de wet van 1815 in te trekken of
een nieuwe Zondagswet in te dienen.
Hierna werd de gelegenheid gegeven en
kele vragen te stellen. De heer Pierrot Sr.
na eerst den sprekerbedankt te hebben
voor zijn heldere uiteenzetting, vestigt de
aandacht er op, dat de Hanze zich reeds
tot de Kamer van Koophandel "gewend
heeft. Door de Hanze is de aandacht ge
vestigd op het bezwaar van namiddag
sluiting. De heer Engels geeft den raad,
dat de Hanze zich liever zelfstandig tob
hefc gemeentebestuur zal richten ornaat
hefc gemeentebestuur ii bepaalde gevallen
van de wet. kan afwijken.
De heer Coster vraagfc vervolgens of do
slijterijen ook onder deze wet valVn, daar
de drankwet andere bepalingen geeft ten
aanzien van de sluiting. De heer Engels
zegt, dat in de winkelsluitingswet de slij
terijen niet vermeld staan. De mogelijk
heid blijft dus bestaan, dat zij niet onder
deze wet vallen. Dit is een juridische
kwestie, die bij een eventueel gevoerde
actie haar beslag wel zal krijgen.
De heer Westen Jr. vraagt nog wan
neer de wet in werking treedt. Hiervan
is nog niets bekend, daar de wet eerst in
het Staatsblad moet opgenomen worden.
Tenslotte bedankt de voorzitter den
heer Engels voor zijn hoogst interessante
uiteenzettingen en sluit de vergadering
met den chr. groet.
VEREEN. TOT ONDERSTEUNING VAN
BURGERAMBTENAREN (H.O.R.A.)
De afd. Leiden van bovenvermelde vereeni-
ging hield hare algemeene ledenvergadering in
de Burchtzaal van het hotel „Den Burcht" al
hier, onder voorzitterschap van den heer
Driessen. Deze heette allen hartelijk welkom
en hoopte, dat de merkbare stijging van de
opkomst der leden nog moge blijven toenemen
Hierna las de secretaris, de heer Hartkamp,
de keurig verzorgde notulen en het jaarver
slag. Uit dit laatste bleek, dat het ledental
v/as gestegen lot 134 en 17 donateurs. Hierna
volgde verantwoording van den penningmees
ter, den heer de Goeijer. De heer Oudshoorn
deed rapport namens de kascommissie en ver
klaarde alles in volmaakte orde.
Hierna deed de voorzitter als afgevaardigde
naar den gehouden bestuursraad onder ver
wijzing naar het uitvoerig verslag van mej.
Schol te in het vereenigingsorgaan nog na
der verslag, waaruit bleek, dat de afd. Leiden
zich aldaar niet onbetuigd laat. Breedvoerig
werd nog gesproken om de mogelijkheid te
bevorderen, dat men zonder attest in het sa
natorium van „Hora" te Ede kan gaan rusten.
In dat geval tegen den vollen prijs.
De afgevaardigde had voorts succes gehad
met zijn pleidooi om het salaris van directrice
en hoofdzuster te verhoogen.
Verder wijst hij op het feit, dat de uitslag
der stemverhoudingen bij stemmingen over be
paalde punten niet worden vermeld in het or
gaan, iets wat voor 'n juist beeld gewenscht is.
De secretaris leest voorts een schrijven voor
van het hoofdbestuur, waarin vóór Augustus
het gevoelen der afd, wordt verzocht ten op
zichte van de vraag of de steunverleening aan
vereenigingen als Hora e.a. moet blijven dan
wel Rijkszaak moet worden. Deze zaak zal het
bestuur nader bekijken en het krijgt machti
ging van de leden dit af te doen.
Hierna volgde de bestuursverkiezing. De hee-
ren Hartkamp, de Goeijer en Zunderman wor
den allen herkozen en laten zich de benoe
ming welgevallen.
Bij punt 9 komt de propaganda ter sprake.
Het bestuur stelt voor een autotocht te orga-
niseeren naar het herstellingsoord in de maand
Juni. De dames moeten dan ook mee.
Thans reeds werd de gelegenheid openge
steld zich in beginsel op te geven, daar de
deelname de kosten beheerscht. Opgave tot
deelname kan plaats hebben bij den secreta
ris, Kanaalstraat 18, alhier, den heer Brinks
te Voorschoten en den heer Donk, Raadhuis
Oegstgeest.
Het denkbeeld ondervond aller instemming)
Dan heeft bet bestuur besloten nog een al
gemeene vergadering te houden in Juni, al
waar o.m. aan de orde zal worden gesteld de
benoeming van een propaganda-commissie voor
de a.s. wintercampagne.
Bij de rondvraag breekt de heer Brinks
(Voorschoten) nog eens een lans voor het
schoone werk van Hora en hoopt ijverig pro
pagandist le zijn in deze gemeente.
Handelsregister K. v. K.
Wijzigingen: 4280. Visscherijïnaat-
schappij Rijnstroom, Katwijk, v. d. Vegt-
straat 2. Overl. Comm.: Th. Haasnoot,
Katwijk aan Zee, dd. 29 Maart 1930.
909. Fotografisch Magazijn „Lux", Lei
den, Breestraat 141. Vest. Fil. te Oegst
geest, Geversstraat 5, dd. 5 Maart 1930.
Tentoonstelling in De Lakenhal
Zaterdagmiddag a.s. wordt in dc Lakenhal
een tentoonstelling geopend van schilderijen
j en teekeningen door Dirk Schafer en van aar-
I dewerk door G. de Blanken.
Agenda
LEIDEN.
Donderdag R. K. Transportarbeiders,
Bondsgebouw, 8 uur.
Donderdag, Recollectie-avond Hartebrugs-
kerk, 8 uur.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken wordt van Maandag 7 tot
en met Zondag 13 April a.s. waar
genomen door de apotheek P. du Oroix,
Rapenburg 9, telef. 807.
MR. DONDERS
OVER ZAAKWAARNEMERIJ.
Gisteravond hield mr. H. F. A. Donders
in een der zalen van hotel „Den Burcht'
een lezing over „Zaakwaarnemerij" voor
de afd. 's-Gravenhage van den Bond van
Procureurs- en Dcurwaardersklerken en
Candidaat-deurwaarders. De lezing was
voor belangstellenden gratis toegankelijk
en was bijeengeroepen door de propagan
da-commissie van genoemdo afdeeling.
Spr. begon met er op te wijzen, dat
het onderwerp voor hem min of meer
hachelijk is, daar het zoo licht den schijn
zou hebben alsof hij spreken zou uit brood
nijd, daar zijn oordeel over de zaakwaar
nemerij niet anders dan ongunstig kan zijn.
Spr. beschouwt de zaakwaarnemerij als
een werkelijk kwaad in en voor hot rechts
leven.
Wat is zaakwaarnemerij? Dc uitoefe
ning van de rechtspractijk door iemand,
die geen lid is van de advocatuur. Dc
rechtspractijk bestaat niet uitsluitend in
het. voeren van processen, doch in talloozc
andere werkzaamheden, zooals het liqui
deeren van zaken, het opmaken van con
tracten, het samenstellen van statuten, het
geven van adviezen, enz. Alleen voor het
optreden in procedures voor rechtscolle
ges heeft de advocatuur het monopolie
en zelfs daar nog niet geheel en al. Voor
het overige is de bevoegdheid voor het ge
ven van rechtsbijstand zeer onvoldoende
geregeld. Voor den kantonrechter kan in
welhaast alle gevallen de gedaagde zich
doen bijstaan door een gemachtigde, die
geen advocaat behoeft te zijn. Bij strafza
ken komt het optreden van een zaakwaar
nemer slechts sporadisch voor; daar voelt
het'publiek blijkbaar instinctmatig be
hoefte aan een meer in hefc recht door
kneed persoon.
Daar heeft do zaakwaarnemerij dan ook
weinig emplooi. In procedures voor recht
bank of hof wordt echter vaak een zaak
waarnemer gebruikt, die de stukben op
maakt en ze laat onderteekenen door een
procureur. Wanneer de Raden van Toe
zicht aohier deze handelwijze komen,
wacht den procureur, die zich daartoe
leent een niet malsche disciplinaire straf.
Wat is het bezwaar daartegen? Het is
oepsdeels het moeilijke aanvoelen van heb
gebruik, dat men maken moet van het" for
meel© procesrecht. Spr. noemt hefc niéts
meer of minder dan misdadig om proces
sen te laten voeren door menschen, die
van hefc formeele procesrecht, belichaamd
iii het wetb. van burgerl. rechtsvordering,
niet die notie hebben, welke suecbts doör
studie en opleiding en practische ervaring
kan worden verkregen. Nog moeilijker is
de toepassing van het. materieel© rechi.
hefc inzicht in dc werkelijke rechten en
plichten van do proeedeerende personen.
De wet geeft immers als regel slechts alge
meene richtsnoeren en begeeft zich zeidon
in casuistiek.
Voor de toepassing van deze rechtsre
gels is een groote en diep gaande kennis
noodig van de algemeene beginselen, van
dc jurisprudentie, van dc historie en der
gelijke meer. Dat alles kan slechts door
diepe studie en jarenlange beoefening wor
den eigen gemaakt.
Het recht is bovendien niet alleen te
vinden in de wetboeken. Er bestaat nog al
lerlei recht daarbuiten, zooals onderling
overeengekomen regelingen (men «.leuke
aan de regeling van de averij-grosse), het
gewoonterecht en niet alleen dat gewoon
terecht, waarnaar de wet verwijst. Toch
heerschfc vrij algemeen de meening, dat al
les wat reohfc is in de geschreven wet moet
zijn te vinden. Dat is niet juist, het recht
wijzigt zich dagelijks, groeit met den dag.
Spr. bracht daarbij de verhouding ter
sprake tusschen geldend reohfc en z.g.
„richfciges Recht" of rechtvaardig recht,
billijkheid. Door den groei der verhoudin
gen verliest hei geldend recht dikwijls z'n
rechtvaardigheid en het is de taak de.
rechtspraak om wet en leven met elkaar in
overeenstemming te brengen. In ieder pro
ces wordt in werkelijkheid nieuw recht ge
vonden. Nooit is het recht in' rust, doch
altijd is het groeiende, tegelijk met do ont
wikkeling der maatschappij. De wetgeving
is to traag om dat groeiproces bij te hou
den, vandaar do steeds wisselende inter
pretatie. Wie dat groei-proces niet gere
geld volgen kan, kan niet bekwaam zijn
om mee te helpen in de toepassing van
hefc recht. Spr. heeft derhalve principieeTe
bezwaren tegen de zaakwaarnemerij. Ver
keerde rechtstoepassing kan de meest
noodlottige gevolgen hebben voor het le
ven van een volk. Het rechtsleven is te
hoog, zelfs te heilig om in verkeerde ba
nen tc worden geleid door niet terzake
kundigeru
Na afloop van de lezing protesteerde
een aanwezige zaakwaarnemer, meenende,
dat er ook door rnenschen met titels veel
verkeerds werd gedaan.
Hedenmorgen to half acht is een begin
van brand uitgebroken in de timmermans
werkplaats van den heer v. d. E-, geves
tigd Vestestraat 80. Een hoeveelheid
zaagsel bleek te smeulen, terwijl een balk
daaronder reeds was doorgebrand. Met
enkele emmers water is het vuur gc-
bluschfc. De brandweer behoefde geen
dienst te doen.