DONDERDAG 10 APRIL 1930 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD PAG. 2 Iste Infanteriebrigade (Brigade Grena diers en Jagers); II. een eervol ontslag uit den militai ren dienst verleend: 10. op het daartoe door hen gedaan verzoek aan: a. Hr. Mr. Adjudant in buitengewonen dienst, den Luitenant-Generaal J. H. Bo- rel, voornoemd; b. den Generoal-Majoor C. A. Prins, commandant der Ille Divisie; c. den Gencraal-Majoor jhr. E. W. van Holthe, voornoemd; d. den Kolonel H. K. Hardemberg, com mandant van de VTIe Infanteriebrigade; e. den Kolonel J. P. J. Verberne. com mandant van dc VUIe Infanteriebrigade; f. den Kolonel H. Wijnaendts, comman dant van de VIc Infanteriebrigade; g. den Kolonel-titulair D. C. M. André «Ie la Porte, van den Staf der artillerie, directeur van het remontewezen; h. Hr. Mr. Adjudant in -buitengewoncn dienst, den LuitenaDt-Kolonel W. G. van Hoogenhuyze, commandant van het Regi ment Jagers; i den dirigeerend militair apotheker met den rang van Luitenant-Kolonel W. F. Privé, chef van den militairen pharma- ceutischen dienst; j. den Majoor-titulair H. A. Joehim van Nootdorp, van het 8ste Regiment Infan terie; 2o. aan Hr. Mr. adjudant in buifcenge- wonen dienst, den Kolonel H. G. Rambon- net, commandant van de Iste Artillerie- brigade, allen ter zake van langdurigen dienst. I. Met ingang van 1 Mei 1930, belast met de waarneming van het, commando over de lie Divisie, de Kolonel P. Donk, commandant van de lie Infanteriebrigade; 11. benoemd en aangesteld: A. bij den G ener alen Staf met ingang van 2 Mei 1.930: lo. tot Luitenant-Generaal de Genoraal- Majoor H. A. Seyffardt, chef van dien Staf; 2o. tot Luitenant-Kolonel, de Majoors J. J. G. Baron van Voorst tot Voorst, J. L?. van der Vijver, A. P. Seyffardt, W. F. Siilevis en. B. D. van Erckelens. allen van dien Staf, respectievelijk Hoofd der He Afdecling B. van het Departement van De fensie, chef van den Staf der IVe Divisie, chef van den Staf der He Divisie, toege voegd aan den chef van den Generalen Staf en chef van den Staf der IIIo Divisie; B. bij het. Wapen der In fanterie, lo. met ingang van 1 Mei 1930: a. tot Luitenant-Generaal, de Gen era al- Majoor M. Belzer, lid van het Hoog Mili tair Gerechtshof; b. bij den Staf van het. wapen, tot In specteur, tevens belast met het uitvoeren van opdrachten hem door den Minister van Defensie te geven, de Kolonel .T. H. Hardcnborg, commandant van de IVe In fanteriebrigade tot Kolonel, dk Luitenant-Kolonel O. J. H. van der Harst, van dien Staf, Gouver neur der Koninklijke Militaire Academie; o. tot commandant der Iste Infanterie brigade (Brigade Grenadiers en Jtigers) de Kolonel T. de Goeyen, commandant van dc Ve Infanteriebrigade, zulks onder eer volle ontheffing uit zijn tegenwoordig commando; d. tot commandant der IVe Infanterie brigade, de Kolonel B. E. Stöver, comman dant van dc He Infanteriebrigade, zulks onder eervolle ontheffing uit zijn tegen woordig commando; e. tot Kolonel, commandant onderschei denlijk van de He, van de IVe, van de VlIIe en van de Ve Infanteriebrigade, de Luitenant-Kolonels J. L. M. van den Brandhof, H. G. M. Mathol do Jongh, K. van Drunes en J. R. L. Jans, respectieve lijk commandant van het 9de, hot 6de, het 19de en het 17de Regiment. Infanterie. f. tot kolonel, commandant onderschei denlijk van de He en van de Vilde Infan teriebrigade, de luitenant-kolonels H. Zeeman en E. H. van den Ascher, beiden van den Generalen Staf, respectievelijk toegevoegd aan den chef van den Gene ralen Staf en chef van den Staf der ves ting Holland; g. tot luitenant-kolonel, commandant onderscheidenlijk van het 6de, het 9de, liet 19de en het 17de regiment infanterie, do majoors J. D. Snellen van Vollenho ven, H. A. A. Sinnigen, P. Clerk en O. A. van Beugen Bik, respectievelijk van den staf der Ille infanteriebrigade, van het :>de, van het 8ste en van 't 13de regiment infanterie; h. tot luitenant-kolonel, den staf dor file infanteriebrigade, de majoor G. J. O. Zimmermann van dien staf; 2o. met ingang van 2 Mei 1930 tot luite nant-kolonel, commandant van het regi ment Jagers, de majoor H. de Iongh, van hot regiment wielrijders. O. B ij het wapen der artille rie met ingang'van 1 Mei 1930: a. tot kolonel, commandant van de 1ste artillerie-brigade, de luitenant-kolonel W. H. E. Vrijdag, commandant van het. 1ste regiment veldartillerie; b. tot luitenant-kolonel, commandant van het Iste regiment veldartillerie, de majoor G. L. M. H. Higly, van het 7de regiment veldartillerie; c. tot luitenant-kolonel, de majoor W. T. W. Roldanus, voorzitter van de commis sie van Proefneming; d. tot luitenant-kolonel, brj zijn tegen woordig korps, de Majoor J. H. Oarstens, van het 2de regiment veldartillerie; D. bij het Dienstvak van den Geneeskundigen Dienst der Landmacht. B ij den Militairen P h a r- maceutisch.en dienst: met ingang van 1 Mei 1930 tot dirigee rend Militair Apotheker met den rang van majoor, chef van den Militairen Phar- maceutischen dienst, tevens Directeur van het Rijksmagazijn van geneesmiddelen, de Militair Apotheker der Iste klasse H. H. Poelman, van dien dienst, wien sedert de titulaire rang van dirigeerend Militair Apotheker met den rang van Majoor is toegekend. E. Bij het Reserve-Personeel der Landmacht, Bij het wapen der Infan terie met ingang van 1 Mei 1930: tot reserve-iuitenant-kolonel, onder scheidenlijk bij het 16e, het 10e regiment infanterie, de schoolcompagnie van den Motordienst, het 2de en 22ste en het 1ste regiment infanterie, de reserve-majoors W. Kaas, P. S. Hartogh Heijs van Zoute- veen, L. C. J. M. van Overeem, K. C. Roeloffs, O. J. 0. Janssen en G. van Tien hoven, respectievelijk van het 5de, het 4de regiment infanterie, de schoolcompagnie van den Motordienst, het 13de het 11de regiment infanterie en regiment wielrij ders; III. met ingang van 1 Mei 1930 in hun rang en ouderdom van rang overgeplaatst a. bij den Generalen Staf: de majoors W. F. A. Aackstroh en P. W. Best respectievelijk van het 14de regiment in fanterie en van het 8e regiment veldartil lerie, zulks met bepaling dat zij bij den Generalen Staf zullen rangschikken in de volgorde,- hiervoren vermeld; b. Bij het wapen der Artille rie: bij het 8ste regiment veldartillerie, de majoor J .Harberts, van den Generalen Staf, leeraar aan de Hoogere Krijgsschool zulks met bepaling, dat hij bij het wapen der artillerie zal rangschikken onmiddel lijk onder den majoor H. D. S. Hasselman IV. met ingang van 1 Mei 1930, eervol ontheven van zijn plaatsing bij het regi ment Jagers, ter nadere indeeling door den Minister van Defensie, de kapitein J. K. de Visser, van dat Regiment. V. met ingang van 1 Mei 1930 overge plaatst bij het regiment Jagers de 1ste luitenant A. A. Schuring van de eerste storm school. STADSNIEUWS GEMEENTERAAD. Verhuring van woningen. Zooals bekend is, worden de verschil lende gebouwen en huizen der gemeente in het algemeen verhuurd van jaar tot jaar; aangezien het loopend tijdvak der huur 1 Mei a.s. eindigt, moet vóór dien datum worden beslist, of verlenging van de huur met een nieuwen jaartermijn al dan niet op do bestaande voorwaarden behoort te geschieden. Ter voorbereiding van die beslissing hebben B. en W. aan een tweetal deskun digen een onderzoek opgedragen naar de huurwaarde van de bedoelde gebouwen en woningen. Overeenkomstig het advies van de Com missie van Fabricage heeft het van hen ontvangen taxatierapport in het algemeen tot leidraad gediend bij de bepaling van de huur, die naar hunne meening thans moet worden bedongen. Bij de beoordeeling echter van de huren van geval tot geval konden de taxaties niet altijd zonder meer worden overgenomen, doch moest van de schattingen hier en daar worden afgewe ken, indien naar hunne meening met om standigheden moest worden rekening ge houden,- die door de taxateurs blijkbaar buiten beschouwing waren gelaten. Met inachtneming van een en ander kwamen zij tot een 14-tal verhoogingen. Dertien huurders gaan met de aangege ven verhooging accoord. Aan de huur van het winkelhuis Nieuwe Rijn 22 zal alsnog de voorwaarde worden verbonden, dat de aard en hoedanigheid van de goederen, die in den winkel ten verkoop worden aangeboden, ter bcoordee- ling van B. en W. uit een oogpunt van wel stand geen aanstoot aan de omgeving mo gen geven. De huurder van de woning Aalmarkt No. 0 gaf den wensch te kennen van de huur tegen 1 Juni 1930 te woren ontslagen, in verband waarmede de woning te huur zal worden gezet; in afwachting van het re sultaat daarvan kan het verzoek nader on- der oogen worden gezien. K. R. 0. Zondag a.s. is het de tweede Zondag der April-actie voor don Katholieken Badio Omroep. Bij alle kerken zullen dezelfde propagandisten die op Zondag 6 April de inschrijvingsbiljetten hebben uitgereikt, aanwezig zijn om dc ingevulde kaarten in ontvangst te nemen. Wie zijn kaart verge ten heeft mede te nemen, kan zich ook per soonlijk opgeven aan de propagandisten, die kenbaar zijn aan wit-gele armbanden. Op veelvuldig verzoek is ook voor Leiden de gelegenheid opengesteld, om zijn contributie als lid v an den K. R. O. wekelijks te betalen. Dit bedraagt dan 12 ct. pe r week. Wie op deze wijze lid wil worden, gelieve dit op zijn kaart te vermelden. Voor 25 ct. per week kan men lid v a n d e n K. R. O. worden en tevens den Katholieken Radio Gids ontvangen. Wo verwachten, dat, nu de betaling op deze gemakkelijke wijze kan geschieden, niemand zal achterblijven zich als lid van den K. R. O. op to geven. Inlichtingen zijn te bekomen bij den heer van Heteren, Haarlemmerstr. 242. Bezoek van Generaal C. J. Snijders. Zooals reeds eerder gemeld zal Zijn Exc. Generaal O. J. Snijders, oud-oppor- bevelhebber van Land- en Zeemacht, Za terdagmiddag a.s. de schietwedstrijden van de Onderofficiersvereeniging „Gene raal Snijders'' officieel openen. Zijn Excellentie arriveert te 1.58 uur des middags aan het station alhier, alwaar hij wordt afgehaald door luitenant H. P. Steenhauer, die hem naar de Morsch- poortkazerne zal begeleiden. Op 9 April 1930 stonden 572 werkzoeken den bij de Arbeidsbeurs ingeschreven, tegen 539 op 9 April 1929. R. K. J. M. V. „ST. PETER KANIS". De wet op de winkelsluiting. Gisteravond vergaderde bovengenoem de voreeniging in een der zalen van „Den Burcht". In het openingswoord heette de voor zitter, de heer Pierrot, allen welkom en op de eerste plaats den spreker van dien avond, den weledelgestr. heer A. H. J. Engels, lid van de Tweede Kamer, die zoo welwillend was een uiteenzetting te geven van don aard en strekking der wet op de winkelsluiting. Verder deed het spr. een groot genoegen onder de aanwezigen verschillende ouderen te zien, die door hun aanwezigheid blijk gaven metterdaad belang te stellen in het streven van den jongen middenstand. Na deze inleiding werd het woord ge geven aan den heer Engels. Deze begon met de opmerking, dat hij met genoegen voldaan had aan het verzoek van het be stuur. Een uiteenzetting van dezen regee- ringsmaatregel, die voor de toekomst van zoo groot belang is voor ouderen en jon geren, is zeker niet van eenig nut ontbloot. Deze wet, die bedoelt in te grijpen in het bedrijfsleven van den middenstand is der halve wel een nadere beschouwing waard. Spr. geeft dan in het kort de voorge schiedenis van deze wet. Hij laat de na druk vallen op ér rol, die de middenstands organisaties hierin gespeeld hebben. Van invloed was ook de arbeiderswetgeving met de 48-urige werkweek en de vrije Za terdagmiddag. Bezwaren tegen den vrijen Zaterdagmiddag in het middenstandsbe- drijf leidden tot een vrijen halven dag in de week, met als doel in de toekomst een vrije Woensdagmiddag. In het kort gaat spreker vervolgens de voornaamste arti kelen van deze wet na. Art. 1 bepaalt wat men onder een win kel dient te verstaan. Deze opvatting is zeer ruim genomen om eventueel© ontdui kingen in de toekomst onmogelijk te ma ken. Onder „winkelhuis" verstaat deze wet elke met een winkel in eenige verbin ding staande open of besloten ruimte in hetzelfde gebouw of op het bijbehoorende terrein. Art. 2 zegt., dat het verboden is den winkel voor het publick geopend te heb ben op Zondag en door de weelc tusschen 8 uur des namiddags en 5 uur des voor- middags. Art. 3 somt de verschillende uitzonde ringen op, waarop de wet niet van toe passing is. Hieronder vallen apotheken, cafó's en restaurants, auto- en rijwielher- stelinrichtingen, benzinepompen, verkoop van tijdschriften en den verkoop van ijs. Van christelijke zijde zijn tegen deze uitzonderingen nog al bezwaar gemaakt- Vooral dominee Kersten heeft zich ge ducht geweerd. Hij wilde al deze uitzon- deringen doen vervallen, behalve de apo theken. In de Kamer had men hem ge vraagd: Maar, dominee als iemand van uw gemeente zich per fiets naar de kerk begeeft en hij krijgt een lekke band? Dan moet hij maar loopen, zei dominee. En als er nu eens een storing in de lichtvoor ziening ontstaat op bet moment, dat u wilt gaan preken? Dan preek ik maar in 'b donker, zei domineeDat dergelijke be merkingen tob eenige vroolijkheid aanlei ding gaven, kon de vergadering zich heel goed indenken. Het jongste Kamerlid, de heer Hellen- berg Hubar, diende op dit artikel eenige amendementen in, die beoogden den ver koop van tijdschriften aan de kiosken to verbieden. Dit is geschied. Alleen op de stations mogen, deze verkocht worden. Ook over do automaten kwamen in de Kamer de noodige bemerkingen los. De Kamer was ten slotte van oordeel, dat de aan gevoerde bezwaren sterk overdreven wer den. Het groote voordeel, aldus spr,, van deze wet is, dat er een uniforme regeling verkregen is. De bezwaren van partieel© verordeningen zijn dus vervallen. A's.voor beeld haalde de heer Engels dc gemeen ten Heerlen-Hoensbroek aan. Deze zijn aan elkaar gegroeid. De grenslijn loopt juist door een winkelstraat. Nu doet zich het wonderlijke geval voor, dat de gemeen ten op een versehil'end uur sluiten. Het gevolg is, dat de winkels aan de eene zijde van do straat langer openblijven, dan aan de andere. Dat dergelijke boestanden eer- gelijkvormige regeling dringend noodzake lijk maakten, behoeft geen betoog. Wat verder art. 4 betreft, dit maakt uit zonderingen voor zaken met aan bederf onderhevige artikelen. Hieronder vallen ook de brood en banketwinkels of die winkels waarin suikerwerk of chocolade verkocht warden. Verder vallen de ver schillende Christelijk feestdagen onder dit artikel zoomede de St. Nicolaas- en Kerstweek. Over dit artikel ontstonden langdurige discussies. Vooral van anti-papistische zijde werd heftig geageerd tegen den 15en Augustus en len November als zijnde spe ciale Katholieke feestdagen. De tijden, dat uitzonderingswetten tegen de Katho lieken gemaakt kunnen worden, zijn ech ter voorbij en minister Slolemaker de Bruine wilde van intrekking van deze data niets hooren. De christelijken kregen echter den Goeden Vrijdag als specialen protestantschen feestdag in deze bepalin gen opgenomen. Artikel 5 regelt de uitzonderingen voor de Joden wat het houden van den Sabbath betreft. Deze uitzondering is gemaakt in overleg met de Joodsche Rabbijnen. Artikel 6 bepaalt, dat de gemeente het recht heeft dat op een werkdag vóór of na 1 uur des namiddags de winkels geslo ten moeten zijn. Dit is een dor belangrijkste artikelen en spreker legt do nadruk op de wensche- lijkheid, dat do Hanze hierover onderling van gedachten wisselt, omdat men hierdoor drang op de gemeente kan uitoefenen. Immers voor onderscheiden zaken kan één bepaalde dag groote bezwaren ople veren. In overleg met de gemeentebestu ren moeten de middenstandsorganisaties een dag vaststellen. Een zekere soepelheid l dient er aanwezig te zijn. Dit punt. m de middenstandsorganisatie wol onder het oog zien. In art. 8 wordt het venten op dagen door de week en op Zondag geregeld. j Art. 9 handelt over plaatselijke veror- deningen. Van groot belang is dit artikel j daar do gemeente het recht heeft in be- paalde gevallen uitzonderingen te maken. O.a. is van belang de vaststelling van I den halven vrijen dag. De wet bepaalt niet wanneer en hoe. Dit doet de gemeen teraad. Hoe de uitslag is hangt nu af van de samenstelling van den raad. Indien ooit gebleken is, aldus spr., de noodzake lijkheid van middenstandsorganisatie dan is dat nu wel. Overleg en samenspraak is hier dringend noodzakelijk. Artikel 10 geeft de strafbepalingen bij overtreding. Deze zijn 25 of ten hoogste zes dagen hechtenis. Aansprakelijk is het hoofd of bestuurder van den winkel of de gene, die hem geregeld als zoodanig ver vangt. Tenslotte behandelde spr. in het kort nog even de juridische vraag of deze wet met de Zondagswet van 1815 niet in strijd is. De minister meent van niet omdat in de nieuwe wet een nieuwe materie behandled wordt. Toch achtte mgr. Nolens het ge- wenscht de wet van 1815 in te trekken of een nieuwe Zondagswet in te dienen. Hierna werd de gelegenheid gegeven en kele vragen te stellen. De heer Pierrot Sr. na eerst den sprekerbedankt te hebben voor zijn heldere uiteenzetting, vestigt de aandacht er op, dat de Hanze zich reeds tot de Kamer van Koophandel "gewend heeft. Door de Hanze is de aandacht ge vestigd op het bezwaar van namiddag sluiting. De heer Engels geeft den raad, dat de Hanze zich liever zelfstandig tob hefc gemeentebestuur zal richten ornaat hefc gemeentebestuur ii bepaalde gevallen van de wet. kan afwijken. De heer Coster vraagfc vervolgens of do slijterijen ook onder deze wet valVn, daar de drankwet andere bepalingen geeft ten aanzien van de sluiting. De heer Engels zegt, dat in de winkelsluitingswet de slij terijen niet vermeld staan. De mogelijk heid blijft dus bestaan, dat zij niet onder deze wet vallen. Dit is een juridische kwestie, die bij een eventueel gevoerde actie haar beslag wel zal krijgen. De heer Westen Jr. vraagt nog wan neer de wet in werking treedt. Hiervan is nog niets bekend, daar de wet eerst in het Staatsblad moet opgenomen worden. Tenslotte bedankt de voorzitter den heer Engels voor zijn hoogst interessante uiteenzettingen en sluit de vergadering met den chr. groet. VEREEN. TOT ONDERSTEUNING VAN BURGERAMBTENAREN (H.O.R.A.) De afd. Leiden van bovenvermelde vereeni- ging hield hare algemeene ledenvergadering in de Burchtzaal van het hotel „Den Burcht" al hier, onder voorzitterschap van den heer Driessen. Deze heette allen hartelijk welkom en hoopte, dat de merkbare stijging van de opkomst der leden nog moge blijven toenemen Hierna las de secretaris, de heer Hartkamp, de keurig verzorgde notulen en het jaarver slag. Uit dit laatste bleek, dat het ledental v/as gestegen lot 134 en 17 donateurs. Hierna volgde verantwoording van den penningmees ter, den heer de Goeijer. De heer Oudshoorn deed rapport namens de kascommissie en ver klaarde alles in volmaakte orde. Hierna deed de voorzitter als afgevaardigde naar den gehouden bestuursraad onder ver wijzing naar het uitvoerig verslag van mej. Schol te in het vereenigingsorgaan nog na der verslag, waaruit bleek, dat de afd. Leiden zich aldaar niet onbetuigd laat. Breedvoerig werd nog gesproken om de mogelijkheid te bevorderen, dat men zonder attest in het sa natorium van „Hora" te Ede kan gaan rusten. In dat geval tegen den vollen prijs. De afgevaardigde had voorts succes gehad met zijn pleidooi om het salaris van directrice en hoofdzuster te verhoogen. Verder wijst hij op het feit, dat de uitslag der stemverhoudingen bij stemmingen over be paalde punten niet worden vermeld in het or gaan, iets wat voor 'n juist beeld gewenscht is. De secretaris leest voorts een schrijven voor van het hoofdbestuur, waarin vóór Augustus het gevoelen der afd, wordt verzocht ten op zichte van de vraag of de steunverleening aan vereenigingen als Hora e.a. moet blijven dan wel Rijkszaak moet worden. Deze zaak zal het bestuur nader bekijken en het krijgt machti ging van de leden dit af te doen. Hierna volgde de bestuursverkiezing. De hee- ren Hartkamp, de Goeijer en Zunderman wor den allen herkozen en laten zich de benoe ming welgevallen. Bij punt 9 komt de propaganda ter sprake. Het bestuur stelt voor een autotocht te orga- niseeren naar het herstellingsoord in de maand Juni. De dames moeten dan ook mee. Thans reeds werd de gelegenheid openge steld zich in beginsel op te geven, daar de deelname de kosten beheerscht. Opgave tot deelname kan plaats hebben bij den secreta ris, Kanaalstraat 18, alhier, den heer Brinks te Voorschoten en den heer Donk, Raadhuis Oegstgeest. Het denkbeeld ondervond aller instemming) Dan heeft bet bestuur besloten nog een al gemeene vergadering te houden in Juni, al waar o.m. aan de orde zal worden gesteld de benoeming van een propaganda-commissie voor de a.s. wintercampagne. Bij de rondvraag breekt de heer Brinks (Voorschoten) nog eens een lans voor het schoone werk van Hora en hoopt ijverig pro pagandist le zijn in deze gemeente. Handelsregister K. v. K. Wijzigingen: 4280. Visscherijïnaat- schappij Rijnstroom, Katwijk, v. d. Vegt- straat 2. Overl. Comm.: Th. Haasnoot, Katwijk aan Zee, dd. 29 Maart 1930. 909. Fotografisch Magazijn „Lux", Lei den, Breestraat 141. Vest. Fil. te Oegst geest, Geversstraat 5, dd. 5 Maart 1930. Tentoonstelling in De Lakenhal Zaterdagmiddag a.s. wordt in dc Lakenhal een tentoonstelling geopend van schilderijen j en teekeningen door Dirk Schafer en van aar- I dewerk door G. de Blanken. Agenda LEIDEN. Donderdag R. K. Transportarbeiders, Bondsgebouw, 8 uur. Donderdag, Recollectie-avond Hartebrugs- kerk, 8 uur. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van Maandag 7 tot en met Zondag 13 April a.s. waar genomen door de apotheek P. du Oroix, Rapenburg 9, telef. 807. MR. DONDERS OVER ZAAKWAARNEMERIJ. Gisteravond hield mr. H. F. A. Donders in een der zalen van hotel „Den Burcht' een lezing over „Zaakwaarnemerij" voor de afd. 's-Gravenhage van den Bond van Procureurs- en Dcurwaardersklerken en Candidaat-deurwaarders. De lezing was voor belangstellenden gratis toegankelijk en was bijeengeroepen door de propagan da-commissie van genoemdo afdeeling. Spr. begon met er op te wijzen, dat het onderwerp voor hem min of meer hachelijk is, daar het zoo licht den schijn zou hebben alsof hij spreken zou uit brood nijd, daar zijn oordeel over de zaakwaar nemerij niet anders dan ongunstig kan zijn. Spr. beschouwt de zaakwaarnemerij als een werkelijk kwaad in en voor hot rechts leven. Wat is zaakwaarnemerij? Dc uitoefe ning van de rechtspractijk door iemand, die geen lid is van de advocatuur. Dc rechtspractijk bestaat niet uitsluitend in het. voeren van processen, doch in talloozc andere werkzaamheden, zooals het liqui deeren van zaken, het opmaken van con tracten, het samenstellen van statuten, het geven van adviezen, enz. Alleen voor het optreden in procedures voor rechtscolle ges heeft de advocatuur het monopolie en zelfs daar nog niet geheel en al. Voor het overige is de bevoegdheid voor het ge ven van rechtsbijstand zeer onvoldoende geregeld. Voor den kantonrechter kan in welhaast alle gevallen de gedaagde zich doen bijstaan door een gemachtigde, die geen advocaat behoeft te zijn. Bij strafza ken komt het optreden van een zaakwaar nemer slechts sporadisch voor; daar voelt het'publiek blijkbaar instinctmatig be hoefte aan een meer in hefc recht door kneed persoon. Daar heeft do zaakwaarnemerij dan ook weinig emplooi. In procedures voor recht bank of hof wordt echter vaak een zaak waarnemer gebruikt, die de stukben op maakt en ze laat onderteekenen door een procureur. Wanneer de Raden van Toe zicht aohier deze handelwijze komen, wacht den procureur, die zich daartoe leent een niet malsche disciplinaire straf. Wat is het bezwaar daartegen? Het is oepsdeels het moeilijke aanvoelen van heb gebruik, dat men maken moet van het" for meel© procesrecht. Spr. noemt hefc niéts meer of minder dan misdadig om proces sen te laten voeren door menschen, die van hefc formeele procesrecht, belichaamd iii het wetb. van burgerl. rechtsvordering, niet die notie hebben, welke suecbts doör studie en opleiding en practische ervaring kan worden verkregen. Nog moeilijker is de toepassing van het. materieel© rechi. hefc inzicht in dc werkelijke rechten en plichten van do proeedeerende personen. De wet geeft immers als regel slechts alge meene richtsnoeren en begeeft zich zeidon in casuistiek. Voor de toepassing van deze rechtsre gels is een groote en diep gaande kennis noodig van de algemeene beginselen, van dc jurisprudentie, van dc historie en der gelijke meer. Dat alles kan slechts door diepe studie en jarenlange beoefening wor den eigen gemaakt. Het recht is bovendien niet alleen te vinden in de wetboeken. Er bestaat nog al lerlei recht daarbuiten, zooals onderling overeengekomen regelingen (men «.leuke aan de regeling van de averij-grosse), het gewoonterecht en niet alleen dat gewoon terecht, waarnaar de wet verwijst. Toch heerschfc vrij algemeen de meening, dat al les wat reohfc is in de geschreven wet moet zijn te vinden. Dat is niet juist, het recht wijzigt zich dagelijks, groeit met den dag. Spr. bracht daarbij de verhouding ter sprake tusschen geldend reohfc en z.g. „richfciges Recht" of rechtvaardig recht, billijkheid. Door den groei der verhoudin gen verliest hei geldend recht dikwijls z'n rechtvaardigheid en het is de taak de. rechtspraak om wet en leven met elkaar in overeenstemming te brengen. In ieder pro ces wordt in werkelijkheid nieuw recht ge vonden. Nooit is het recht in' rust, doch altijd is het groeiende, tegelijk met do ont wikkeling der maatschappij. De wetgeving is to traag om dat groeiproces bij te hou den, vandaar do steeds wisselende inter pretatie. Wie dat groei-proces niet gere geld volgen kan, kan niet bekwaam zijn om mee te helpen in de toepassing van hefc recht. Spr. heeft derhalve principieeTe bezwaren tegen de zaakwaarnemerij. Ver keerde rechtstoepassing kan de meest noodlottige gevolgen hebben voor het le ven van een volk. Het rechtsleven is te hoog, zelfs te heilig om in verkeerde ba nen tc worden geleid door niet terzake kundigeru Na afloop van de lezing protesteerde een aanwezige zaakwaarnemer, meenende, dat er ook door rnenschen met titels veel verkeerds werd gedaan. Hedenmorgen to half acht is een begin van brand uitgebroken in de timmermans werkplaats van den heer v. d. E-, geves tigd Vestestraat 80. Een hoeveelheid zaagsel bleek te smeulen, terwijl een balk daaronder reeds was doorgebrand. Met enkele emmers water is het vuur gc- bluschfc. De brandweer behoefde geen dienst te doen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 2