ANTIQUITEITEN
UIT DE OMGEVING
UIT DE RIJNSTREEK
DINSDAG 2 DECEMBER 1929
DERDE BLAD.
PAGINA J
Tien tt&s. Spr. meende in den bouwtrant
van den teer Dudok een stijgende lijn te
kunnen constatecren naar het ultra-mo
derne er vroeg hem of u.j ook het nieuwe
stadhuis in dien geest zou bouwen. Deze
antwoordde toen: Wie den man neemt,
neemt ook zijn karakter. Wel zeide de
heer Dudok, dat hij rekening zou hou
den met het historische karakter van stad
en raadhuis, maar spr. vindt het toch oen
sprong in het duister.
Want wij zijn wel vrij om zijn ontwerp
te verwerpen, maar dat is slechts theore
tisch. Monumentenzorg heeft niet geadvi
seerd vóór eenvoudige opdracht. Deze
kwestie was haar trouwens ook niet voor
gelegd. Zoowel de wethouders als de heer
Schüller waren vroeger vóór meervoudige
opdracht. Doch zij zijn omgezwaaid, de
heer Schüller 2clfs als een blad aan een
boom. Waarom is spr. niet duidelijk. Par-
tijdiclatuur soms?
De meening van de minderheid is ge
fundeerd op het feit dat het advies van
den B.N.A. niet opgevolgd is. Spr. begrijpt
■niet, hoe B. en W. den B. N. A. kunnen
aanhalen als medestander. De heer Dudok
heeft B. en W. geadviseerd, doch was be
langhebbende. De minderheid wenscht
een veel uitgebreider voorlichting. Er zijn
meerdere bonden van architecten.
B. en W. zijn tegen meervoudige op
dracht wegens onmogelijkheid van per
soonlijk contact. Doch zulk persoonlijk
contact is ook niet noodig. Men moet van
te voren weten, wat de opdracht is en
welke eïschen gesteld worden. Verder per
soonlijk contact, is onnoodig. Verscheidene
architecten zouden het met B. en W. eens
zijn. Wie zijn dat Spr. gelooft, dat dit al
leen de meening van den heer Dudok is.
De heer Dudok wil niet meedingen bij
meervoudige opdracht, zegt hij, maar el
ders, in R'dam bijv. bij het nieuwe beurs
gebouw deed hij dat wel. Meervoudige op
dracht geschiedt bij vele andere groote
gebouwen, zooals bij de Bijenkorf te Am
sterdam, het raadhuis te Enschede, het
iMiinervaplein te Amsterdam, het Allebé-
plein te Adam, het ziekenhuis te Delft
enz. Spr. heeft bij een zeer vooraanstaand
deskundige inlichtingen ingewonnen en
deze heeft gezegd, dat bij dergelijke in
gewikkelde bouwwerken in het algemeen
enkelvoudige opdracht de meest aangewe
zen weg is, doch bij een monument als van
het Leidsche Stadhuis achtte hij een
meervoudige opdracht noodzakelijk.
Spr. heeft de indruk dat de hepr Du
dok een dergelijke hooghartige houding is
gaan innemen door de gestie van B. en W.
vSpr. zou het een ramp vinden als wij
de ontwerpen zouden moeten missen van
■bouwmeesters, die meer hebben gedaan
aan monumentalen bouw.
Vervolgens vraagt spr. zich af, waarin
de wereldnaam van den heer Dudok be
staat. Omdat, hij een studentenhuis in Pa
rijs bouwt. Er is een boekje over hem ge
schreven, maar dat zegt niets. In de lees
zaal liggen veel foto's en boekjes met. af
beeldingen van het werk van den heer
Dudok, maar daarmee heeft men geen
vergelijking met het werk van anderen.
De vergadering wordt daarna geschorst
tot 'a avonds 8.15 uur.
AVOND ZITTING.
Meer overleg gewenscht
De heer Huurman meent, dat het col
lege van B. en W. te goeder trouw is.
Zij meenen het belang van Leiden op zn
best te hebben gediend. Toch is spr. het
met hun arbeid niet eens. Zij hebben be
loofd niets te zullen ondernemen zonder
den raad te kennen. Van overleg is echter
absoluut niets te bespeuren, tenzij men
•het jongste voorstel als „overleg" wil be
titelen. Veel critiek zou B. en W. gespaard
zijn gebleven, als zij overleg hadden ge
pleegd. Men had kunnen overleggen over
de "juiste plaats van bouwen bijv.: des
noods in besloten vergadering. Men had
zich ook kunnen beraden over de grootte
van het terrein, niet alleen met den raad,
maar ook met de technische ambtenaren.
Spr. vindt het niet verstandig over dit
laatste punt te spreken in openbare verga
dering, doch hij heeft geen steun kunnen
krijgen om een besloten zitting aan te vra
gen. Het was bekend, dat het oude stad
huis te klein was, zoodat het voor de hand
lag de omliggende perceelen aan te koo-
pen om een grooter terrein te verkrijgen.
Over de koopsom had eerst kunnen worden
■gepraat. Het ware verstandig geweest om
een speciale commissie in het leven te roe
pen om B. en W. bij te staan. B. en W.
hebben advies gevraagd aan den B. N. A„
doch dat is niet voldoende, daarvoor is de
kwestie van te ver strekkenden aard. Over
kleine kwesties wordt vaak langdurig ge
sproken en hier wordt de zaak maar a. h.
w. onderhands afgedaan. Uit het rapport
van de Monumenten-commissie blijkt, dat
B. en W. in April reeds in staat waren tot
een vrij gedetailleerde opgave van indee
ling en raming der kosten en dat was
reeds in April. Weten B. en W. thans nog
niet hoe alles precies ingericht moet wor
den, zoodat dit een bezwaar moet zijn te
gen meervoudige opdracht? Spr. kan zich
dat niet indenken. En als B. en W. dat nog
niet weten, waarom kan dat onderling
contact dan wel met één en niet met drie
of vier archiecten plaats hebben? Dat de
heer Dudok van meening is, dat een en
kelvoudige opdracht, absoluut noodzakelijk
is, spreekt vanzelf. Wil de heer Dudok niet
meedoen aan een meervoudige opdracht,
dan is dat jammer, maar de eenige archi
tect is de heer Dudok niet. De stukken van
B. en W. bewijzen to veel, en dus niets.
Omdat de heer Dudok niet mee wil doen,
daarom moeten de anderen opeens verdwij
nen. Het lijkt wel of B. en W. den raad
willen overdonderen. Of de keer Diulok
hior na een paar jaar als adjunct-directeur
gewoond heeft jaren geleden, is toch -goen
argument. De gebouwen, welke de heer
Dudok hier gemaakt heeft, vormen ook
geen reden om hem per sé de opdracht
te geven. Verder zeggen B. en W., lat de
heer Dudok niet te duur is, maar wie heeft
en W. dat gezegd? Spr. citeert prof. ir.
Wattjes. die geen onverdeeld bewonderaar
is van den stijl van dien architect De moei
lijkheid om uit meerdere ontwerpen er
een uit tc zoeken, meten B. en W. te veel
uit. Er zijn toch wel mcnschen te vinden,
die daarvan verstand hebben. Men moot
niet vergeten, dat het hier gaat om een
groot culuur-monument en het gaat niet
aan om dat maar over te laten aan één
man. Wat die Europeesche vermaardheid
betreft, dat heeft de heer Dudok blijkbaar
te danken aan het studentenhuis te Pa
rijs, overigens blijkt dat uit niets. B. en W.
zeggen, dat de raad het ontwerp toch ver
werpen kan. Maaj* dan beginnen wij weer
van voren af aan en een paar maanden zijn
er alweer verloren. Practisch zal het zeor
moeilijk zijn dat ontwerp tc verwerpen;
het zou al buitengewoon dwaas moeten
zijn.
Een poover resultaat.
De heer Wilbrink vindt het voorstel
van B. en W. wel een zeer poover resultaat
na maandenlang wachten. Verscheidene
rapporten zijn er binnengekomen en advie
zen zijn gevraagd, doch B. en W. hebben
den raad ongeschikt geacht om ecnig ad
vies te geven. Er is wel een commissie uit
de burgerij in het leven geroepen, doch
deze personen waren zeker niet deskundig
en eenig resultaat was van hun advies niet
te verwachten. De raad zeker ook niet
deskundig, doch in ieder geval bestaande
uit de verrouwenemajinen der burgerij
is tota.i negeerd. Het mag B. en W.
dan ook verwonderen, als huu voor
stellen thans uiterst critisch worden be
keken. Ook spr. kan geenszins meegaan
met B. en W. In April kenden B. en W.
globaal de cijfers voor de inwendige in
richting van het nieuwe gebouw. En heb
ben zij tot nu toe geen tijd gehad om die
cijfers definitief vast te stellen? Er wordt
in de stukken een som genoemd van 11/2
millioen, maar wat heeft de raad aan dat.
cijfer; hoe komen B. en W. daaraan? Zij
hebben de mogelijkheid om het stadhuis
elders te plaatsen en de kost-en daarvan in
het geheel niet onder het oog gezien. Men
heeft het v. d. Werf park wel eens genoemd.
Dat. behoort wel aan het Rijk, maar heb
Rijk kan daar toch afstand van doen. Ver
volgens is het water een beletsel, doch men
kan het overwelven. De oude plaats en de
oude gevel hebben ook een nadeel. De mo
numentale trap bijv. is een leclijk verkeers-
ob;-v.kel. Spr. vindt hot onverantwoorde
lijk als de raad thans een bosluit zou ne
men, waarvan de kosten niet zijn te over
zien.
Aanvankelijk gevoelde ook spr. veel voor
een enkelvoudige opdracht, doch bij na
dere overweging kwam hij tot de conclusie,
dat het standpunt der minderheid van de
commissie van fabricage nog niet zoo ver
werpelijk is. Al is de heer Dudok een be
kwaam man, de eenig mogelijke is hij niet.
Zelfs een minder bekend architect kan
wel eens een beter geslaagd ontwerp ma
ken. B. en W. hebben advies gevraagd en
verkregen van Monumentenzorg en van den
B. N. A. welke beide adviezen in deze niet
gevolgd zijn. Is de raad ondeskundig, B.
en W. zijn het evenmin en toch wijzen zij
deskundige adviezen af. Spr. zou misschien
met B. en W. zijn meegegaan, als hun voor
stel gegrond zou zijn geweest op deskundig
advies. Dat is niet het geval en daarom is
spr. vóór een meervoudige opdracht, op--
dat wij krijgen het beste uit het goede.
De critiek gaat te ver.
De heer Bosman vindt, dat de critiek
hier en daar wel wat te ver is gegaan. De
taak van B. en W. was en is zeer moeilijk.
De persoon van den heer Dudok is om
laag gehaald en niet steeds terecht. De
aangehaalde citaten waren water- en rnelk-
critiek. Spr. is vóór een enkelvoudige op
dracht, juist om de moeilijkheid om een.
keuze te doen uit meerdere ontwerpen. Be
noemt men een commissie, dan geldt het:
zooveel hooMen zooveel zinnen en kiest
men ten slotte toch nog niet het beste. Dat
heeft men reeds meermalen meegemaakt.
Is de commissie verdeeld, dan doen allerlei
neven-factoren hun invloed gelden. Als de
heer Dudok niet mee wil doen, dan is dat
wel een wat hooghartige handelwijze, maar
wij hebben er rekening mee te houden.
Het zou jammer zijn als hij uitviel. Men
heeft, gezegd, dat de raad niet. meer vrij
is, als men den heer Dudok eenmaal heeft
gekozen, doch dat acht s-pr. geheel onjuist.
Het blijft nu eenmaal gemakkelijk een cri
tiek uit te oefenen op het werk van ande
ren.
Spr. kan zich niet vereenigen met bet
voorstel van het nieuwo gebouw op te rich
ten op de oude plaats. Niemand kaai op
deze plek. zooals deze thans is, iets goeds
bouwen. Men zal eerst moeten gaan breken
en wat zal dat kosten? Spr. gelooft, dat het
v. d. Werfpark niet goed gesohik is, maar
er zijn toch wel andere plekken te vinden.
Laten wij dat eerst overwegen.
Behoud van den ouden gevel
is plicht
De lieer Donders gelooft, dat als vlak
na den brand een referendum zou zijn uit
geschreven over dc vraag of de oude gevel
behouden moest blijven, dat referendum
zeker zou zijn aangenomen. De tijd heeft
echter veel gesleten. Er gingen stemmen
op voor den bouw van een geheel nieuw
stadhuis. Thans is het moeilijk te zeggen,
welke van de twee stroomingeu de over
hand hoeft. Ook het college van B. en W.
doet geen keuze, hoewel B. en W. behoud
van den ouden gevel alleszins mogelijk
achten. Velen achten het echter zelfs een
moreele verplichting om den ouden gevel
te behouden. Door den B. N. A. is een soort
enquête uitgeschreven onder vooraanstaan
de architecten en prof. ir. Slothouwer, ir.
Gratema en anderen achten het eveneens
een moreele plicht om den ouden gevel te
sparen. Behalve dat hebben wij nog de
wenschen van ontelbaren om den gevel te
behouden. Het zou dus volkomen verant
woord geweest zijn, als B. en W. behoud
van den gevel hadden voorgesteld. Velen
hadden dat ook verwacht. Welke zijn dc
INGEZONDEN MEDEDEELING
Het adres voor gekleurd en
blauw Delftsch, Koper, Tin,
Porcelein en Zilver is
RfiPEKBURG 3
J. D. WiERSrUA, Expert-Taxateur
4K8A 10
motieven geweest om die keuze te ont-
loopen? Waarschijnlijk, omdat zij beide
mogelijkheden een gelijke kans willen ge
ven. Doen zij dat ook? Spr. meent van
niet, omdat de heer Dudok als architect
wordt aangewezen. Deze is zeker oen be
kwaam man, maar is hij de juiste man om
twee ontwerpen te maken? Hij is een zeer
vooruitstrevend kunstenaar, zelfs ultra
modern, hetgeen zijn laatste werken bewij
zen. Is zoo'n modern kunstenaar wel de
juiste man voor restauratie-bouwwerk?
Dat vereiseht een dienende liefde voor het
oude bestaande. Is de heer Dudok daartoe
in -staat? Hij schrijft zelf, dat wij niet ach
ter ons moeten zien en dat het oude slechts
waarde heeft voor zoover het ons vooruit
brengt. Ook acht hij het tegen elke artis
tieke moraal om een gebouw te ontwerpen
uitgaande van een vooraf opgestelde gevel.
In de enquête van den B. N. A. antwoordde
do heer Dudok, dat de vraag of de oude
gevel in het ontwerp dient te worden op-
gen omeai, slechts van secundaire beteelce-
nis is. De heer Dudok gevoelt dus meer
voor een geheel nieuw gebouw en ie'dus
niet de aangewezen persoon om een ont
werp te moeten maken met behoud van
den ouden gevel, vooral als hij daarnaast
ook de opdracht heeft om een geheel nieuw
project tc maken. Spr. wijst daarbij op het
adres van Bouten-s c.s., die volkomen op het
zelfde standpunt staan. De moeilijkheid
wordt, door meervoudige opdracht opge
lost. De B. N. A. dienkt er ook zoo over,
juist met het oog op de gevel-moeilijkheid.
Het bezwaar van het persoonlijke contact
gevoelt spr. niet zoo sterk. Noodig is
slechts een algemeen program van eischen,
waarop een voorloopig project mogelijk is.
Wij hoeven niet direct een gedetailleerd
ontwerp te hebben. Dat had reeds in April
gemaakt kunnen worden. Wij moeten uit
het goede het beste kiezen. Dat zal moei
lijk zijn, gced, maar het zal eveneens zeer
moeilijk zijn om de ontwerpen van den heer
Dudok te verwerpen.
Waarom hij omzwaaide.
De heer Schüller wil zakelijk ant
woorden op het grove geschut van vanmid
dag. Hij is. het met den heer Parmentier
eens, dat B. en W. de voorbereiding niet
goed hebben aangepakt, doch toen later
volledig overleg was gepleegd met de
comm. van fabricage, was er geen reden
tot critiek meer. Wie meende, dat de zaak
nog niet voldoende behandeld was, had
aanhouding kunnen verzoeken. De heer
Parmentier heeft dat gedaan, doch de
commissie heeft anders besloten. De heer
Parmentier heeft gevraagd waarom de di
recteur van gemeentewerken niet is ge
raadpleegd, doch dat was heel begrijpelijk,
omdat, deze een zwager is van den heer
Dudok.
Spr. is van meening veranderd en wil
dat verkl ar en-
Na bezichtiging van de werken van den
lieer Dudok en na bespreking met hern,
kwaui spr. tot de overtuiging, dat enkel
voudige opdracht beter was. Het voorbeeld
van meervoudige opdrachten in andere
plaatsen (Enschede en A'dam) heeft spr.
daarbij geholpen. Het bekroonde ontwerp
van het raadhuis te Enschede was zonder
wijziging niet voor uitvoering vatbaar. In
Rotterdam word een ontwerp bekroond
dat zich niet .gehouden had aan het pro
gram van eischen. Übk de lieer de Man
keert zich in Juni jd. in de Maasbode te
gen het systeem van prijsvragen.
De heer Huurman: Prijsvraag is geen
meervoudige opdracht.
Dc heer Schüller: Toch is dc heer
de Man blijkens een artikel in de L. Cou
rant thans weer een tegenstander van en
kelvoudige opdracht. Spr. gaat verscheide
ne andero adviezen en adressen stilzwij
gend voorbij, doch staat even stil bij het
adres van den heer Boutens c.s. Daartegen
over stelt hij het feit, dat zeer vele deskun
digen zich hebben uitgesproken voor alge-
heele nieuwbouw.
De veronderstelling, dat de heer Dudok
minder aandacht zou schenken aan een
van beide ontwerpen, acht spr. niet houd
baar. De keuze van den heer Dudok wordt
door velen'een gelukkige keuze geacht. De
aanval van den heer de Man op dezen ar
chitect begrijpt spr. niet. De raad heeft
toch altijd het laatste woord, waarom dan
geen vrije opdracht aan dezen bekwamen
architect? Vele andere vraagstukken zijn
nog ter sprake gebracht in verband met
de raadhuiskwestie, maar deze kunnen toch
nog onder de oogen worden gezien en wel
door den architect zelf, in contact met zijn
opd racb tge vers.
Nogmaals den ouden geveL
De heer M a n d e r s vindt het vraag
stuk zeer moeilijk en kan zich met de cri
tiek op B. en W. niet geheel vereenigen.
Spr. vraagt zich af, wat er moet gebeuren
met den ouden gevel. Wij moeten den band
met het voorgeslacht bewaren voor het
nageslacht. Met de opdracht aan den heer
Dudok wordt dit bijna onmogelijk ge
maakt.
De heer Dudok moet zich meer interes
seeren voor een geheel nieuw project. Er
worden haast geen andere stemmen ge
hoord dan vóór behoud van den ouden ge
veL Het is dan ook de plicht van Leiden
om dien gevel te behouden, als dat moge
lijk is. Dat het mogelijk is, bewijzen de
rapporten zoowel van Monumentenzorg als
I van den B. N. A. Wij staan thans voor een
groote vraag: Waar zal het-nieuwe stadhuis
komen, hoe zal het worden, wie zal het bou
wen? Verscheidene sprekers hebben ge
zegd, dat zij als leeken daarover moeilijk
kunnen oordeelen. Dat is niet geheel juist.
Velen van ons zijn kunstzinnig genoeg om
te beoordeelen wat mooi en wat niet mooi
is. Krijgt de heer Dudok een dubbele op
dracht, dan zal hij zijn heele ziel leggen in
een geheel nieuw project. De heeT Schül
ler heeft meervoudige opdracht verward
met een prijsvraag. Spr. zou het jammer
vinden als de oude gevel zou verdwijnen.
Wij kunnen misschien ook den ouden ge
vel behouden en toch het stadhuis ergens
anders bouwen.
Spr. geeft nog in overweging om oe.n
commissie te benoemen van vooraanstaan
de mannen buiten den raad om B. en W.
•bij ie staan.
Wethouder Splinter, die de verschil
lende sprekers moet beantwoorden, stelt
voor, de behandeling te verdagen. Het
wordt anders nachtwerk.
Voorz. verdedigt Dudok.
Alvorens de vergadering te schorsen
stelt de voorz. er prijs op den oriaange-
namen indruk weg te nemen, welke mis
schien ontstaan mocht zijn door de critiek
op het werk en de persoon van den heer
Dudok. Spr. is meer dan de anderen op
de hoogte van den geheelen gang van za
ken. Zelf heeft hij het iniatief genomen tot
de onderhandelingen met den heer Dudok,
dien hij kende zoowel uit zyn werk als
langs andere wegen. Toen spr. heci vroeg,
of hij bereid zou zijn een eventueele op
dracht te aanvaarden, stelde de heer Du
dok direct de voorwaarde, dat geen meer
voudige opdracht zou worden verstrekt,
juist omdat, hij niet den indruk wilde vesti
gen, dat hij zijn collega's wilde verdrin
gen. Hij wist toen nog niet, dat hij aanbe
volen was door den B. N. A. Spr. verklaart,
dat de heer Dudok zich van den beginne
af als een eerlijk en hoogstaand man heeft
gedragen en dat hem geenerlei blaam kan
treffen.
De vergadering wordt daarna geschorst
■tot a.s. Maandag.
NOORDWIJKERHOUT.
Geboren: Elizabeth Maria, dochter
van Gerard us Johannes van Tongeren en
van Bregitta Kildegardes Kamp Casper
Hendrik, zoon van Hendricus Cornelis Dui
venvoorden en van Helena Burgmeijer
Catherina Maria, dochter van Henricus v.
d. Voet en van Wilhelmina van der Voort
Ni colaas Gerardus, zoon van Anthonius
van der Pleeg en van Jacoba Magdalena
C'aspers Jacoba Wilhelmina, dochter v.
Jacobus Hoogkamer en van Jacoba Pe-
tronella Koster Petrus Martinus, zoon
van Adrianus van den Nieuwendijk en van
Joanna Anna Mens Walther Johannes,
zoon van Adrianus van der Niet en vaiï
Jacoba Dirkje Vlieland.
Overleden Carel F. Jos. Broekman
39 jaar Adrianus Johannes Beeuwijk 29
jaar.
Gehuwd Petrus Cornelis van den
Burg 35 jaar en Johanna Cornelia Meiland
26 jaar Mattheus Johannes van Ruiten
35 jaar en Quirina Huberta Pennings 27
jaar Stephan Jacob Hulst 30 jaar en Jo
hanna Jacoba Franken 32 jaar Antonius
Kling 29 jaar en Hendrika Maria Alkema
de 26 jaar.
N00RDWIJK.
Een groote verbetering. Burgemees
ter en wethouders hebben op een donke
ren avond van de vorige weck eens de
straatverlichting gecontroleerd. Naar wij
vernemen zal deze inspectie tot gevolg
hebben, dat ongeveer een 30-tal lantaarns
zullen worden bijgeplaatst.
Hinderwet. Bij het gemeentebestuur
is een aanvrage ingekomen ingevolge de
Hinderwet van F. P. Bierman om aan het
Kerkhofpad een machinale wagenmakerij
te mogen oprichten.
Personalia. Mej. Korswagen, onder
wijzeres aan de openbare school te Noord-
wijk-Binnen heeft eervol ontslag als zoo
danig aan den raad gevraagd in verband
met hare benoeming aan een van de scho
len der gemeente Leiden.
STOMPWUK.
Geboren: Jacobus Leonardos, zoon
van J. Th. C. van Rijn en J. M. J. Boere
Cornelis Antonius, zoon van H. A.
Sehrader en P. A. v. d. Meer Arie Jan
Gijsbert, zoon van J. G. Hensbergen en
G. J. Heierman Cornelis Johannes Hen
ricus, zoon van J. B. de Korte en A. E.
Romeijn Anna Cecilia, dochter van P.
L. van Boheemen en C. van Santen Ger-
rit, zoon van G. Rosbergen en A- K. Wijt
zes Nicolaas Josephus Maria, zoon van
N. J. M. Willemse en E. J. van Veen
Johannes, zoon van A. Massaar en C.
Goedhart.
Gehuwd Cornelis Henricus van
Kempen en' Jacoba Margaretha. Sehrader
Nic. Johannes Bolleboom en Geertmida
Johanna v. d. Voort.
VEUR.
Geboren Hendrik Albertus, zoon
van J. M. G. v. d. Spek en W. P. van Die-
peninge Pieteraella Jacoba Lena, doch
ter van A. O. Elshout en L. Huisman
Johanna Clasina Cornelia, dochter van E.
P. Hooijmans en W. A. Heemskerk Ma
ria Johanna, dochter van G. Kranenburg
en T. Jeronimus Cornelia Apolonia,
dochter van P. J. Vièveen en P. M. H. P.
Fleuren.
Gehuwd Petrus Johannes Slootweg
en Maria Jacoba van Santen.
Overleden Paulina v. d. Selt, 49 j.
SASSENHEIM.
GEMEENTERAAD.
Beëediging van gemeente-secreta
ris en gemeente-ontvanger.
De Gemeenteraad kwam gisterenavond
in openbare vergadering bijeen. Behalve
alle raadsleden was ook het geheele ge-
meen t e-personeel aanwezig. Deze vergade
ring was uitsluitend gewijd aan de be-
eediging van den gemeente-secretaris, den
heer Los, en van den gemeente-ontvanger,
den heer Baggen.
De voorz. verzocht de twee jongste
raadsleden, de heeron Schrama en Abr.
Warnaar de twee functionarissen binnen
te leiden.
Toen de 'beide hceren gezeten waren,
sprak de voorz. een kort woord van waar
deering voor den vToegeren secretaris-ont
vanger, den heer O. v. Eek. De (heer v.
Eek was wars van alle huldcvertoon en
daarom heeft geen openbare huldiging
plaats gevonden. Spr. getuigde van de te
vredenheid van B. en W. over de wijze,
waarop de heer v. Eek zijn functie had
waargenomen. Spr. hoopte, dat de heer
v. Eek nog vele jaren van zijn rust zou
kunnen genieten (applaus).
De nieuwe ^gemeente-secretaris en de
gemeente-ontvanger legden daarna den
ambtseed af.
De voorz. hield daarna een toespraak,
en wenschte beide functionarissen geluk.
De verwisseling van secretaris en ont
vanger is geen alledaagsch gebeuren. Het
is wel goed, dat een goed secretaris en
een goed gemeente-ontvanger "Lt al te
los aan de gemeente gehecht zijn. Want
een richtig gemeente-beheer zonder een
goeden secretaris en een goeden ontvan
ger is ondenkbaar. Zóó dacht er ook de
wetgever over.
Van deze twee functies is het ambt
van secretaris bet meest gewichtige. Hij
wordt, niet zelden genoemd „de stille
kracht" in de gemeente. Een goede se
cretaris is de vertrouweling van den Raad,
de adviseur van B. en de rechter
hand van den burgemeester. Dat verwacht
spr. van den nieuwen secretaris. En spr.
vertrouwt daarop, want zijn goede roep
is hem voorgegaan. De nieuwe secretaris
is een voorstander van een nauwgezette
administratie en dat is voor de gemeente
van groot belang. Ook wordt van hem
verwacht, dat hij met liefde zijn werk
verricht bij de velerlei onderwerpen, die de
„cosmopolitisch" getinte Raad aan de orde
brengt.. Dq secretaris is de eerste en voor
naamste ambtenaar in de gemeente en
heeft do leiding over het personeel.
Spr. 'besloot met den hartgrondigen
wensch, dat het. den heer Los in deze
gemeente goed moge gaan.
Daarna richtte spr. zich tot den heer
Baggen. Een volledige 'dagtaak wordt u
niet opgelegd. Maar van u wordt ver
wacht, dat u de kas der gemeente nauw
gezet zult beheeren. öpr. hoopt, dat het
ook dezen functionaris in Sassenheim goed
moge gaan.
De heer Los bracht dank voor het ver-
brouwen in hem gesteld. Dat tenslotte
het lot bij de stemming heeft beslist,
hierin ziet spr., dat God alle dingen leidt
In Zijn kracht hoopt spr. zijn ambt waar
te nemen. Bij deze mijlpaal in zijn leven
dacht spr. aan zijn prettige werkkring in
Bunschoten en daarvoor. Spr. hoopte, dat
de ambtenaren met elkander in 't belang
der gemeente met vrengde zullen werken.
De secretarie-ambtenaren werken in een
glazen huis, en wanneer zij steeds zoo
werken, dat ieder het. mag zien, dan zal
de gemeente daar "wel bij varen. Spr. be
sloot me-t de hoop nit te spreken, da-fc hij
de gemeente Sassenheim als secretaris
zal kunnen dienen.
De 'heer Baggen dankte eveneens voor
de keuze van B. en IV. en den Raad. Spr.
hoopte het in hem gestelde vertrouwen
waardig te blijken.
Daarna kwam aan de orde het tweede
punt der agenda: Vaststelling van de be-
heersverordenïng op het badhedrijf. Na
eenige toelichting werd de verordening
vastgesteld.
Hierna werd de vergadering gesloten.
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Kantongerecht. Als kantonrechter
plaatsvervanger werd ter zitting van het
kantongerecht alhier geïnstalleerd de her
benoemde pl.v. kantonrechter de heer H.
A. Banning, alhier.
Een melkveiling? Door verschillende
landbouwers uit onze en omliggende ge
meenten wordt getracht in onze gemeente
een melkveiling op te richten.
Geboren Agatha Theresïa, dochter
van G. Klarenbeek en S. Rijsdam Clari-
nus Christiaan Theodoor, zoon van H. W.
H. van Andel en C. C. E. Th. Rietberg
Willem ij ut je, dochter van Dirk Kranen
burg en M. Verlooy Hendrika, dochter
van Ch. Blauw en G. van der Ham Ger-
rit, zoon van P. v. d. Breggen en. M.
Blom Arie, zoon van W. J. Breedijk en
Cl. C. Kempenaar Antonius Martinnfc
zoon van G. van Es en J. C. Smits An*
dries, zoon van M. Tatje en M. van Varik.
Overleden Adrianus Kapteijn 1
dagen Trijntje van Winkel wed. van L
Spruijt, 33 jaar.
Gehuwd C. L. B. van Nes, 23 jaar en
C. van den Hoek 2-1 jaar -r- P. van Harse
laar 22 jaar en E. van der Pol 22 jaar
G. v. d. Brink 23 jaar en J. v. d. Steroud
21 jaar Corn. A. de Jong 27 jaar en J-
Spruijtenburg 27 jaar.
AARLANDERVEEN.
IJsclub. Zaterdagavond verga'" !e
de ijsclub alhier in de zaal van den -f
N. Delfos. De rekening bleek te sluiten
met een flink batig saldo. Bij de bestuurs
verkiezing werd in de vacature-Jac. Bloffl
gekozen de heer J. Affourtit. De aftreden
de besturusleden, de heeren Th. Herren X
v. Dam, werden bij acclamatie herkozen.
Aangewezen werden door het bestuur 10
baancommissarissen.