omremy. DE HEILIGE JEANNE D'ARC pap GbDesu»er»c|r?es pspp. aut.pap AA./'Aappon Een der schoonste standbeelden van üe Heilige Jeanne d'Arc, voor wie in Frankrijk vele standbeelden zijn opgericht. Telken jare viert dc stad Orleans in mid den-Frankrijk met een feestelijkcn optocht op 8 Mei de herinnering aan liet feit: dat ze op dien dag werd bevrijd uit de handen der Engelschen, die op het punt stonden de uit geputte stad in te nemen. Nu zijn er voor zeker vele steden, die jaarlijks hare bevrij ding of ontzetting feestelijk gedenken, maar hier in Orleans geldt het toch wel een zeef /bijzonder geval, voqreerst omdat het be houd of de val van Orleans beslissen zou over het lot van heel Frankrijk, en vervol gens omdat hare redding op zeer bijzon dere wijze heeft plaats gehad n.l. door het zichtbaar ingrijpen der Goddelijke Voorzie nigheid in dc geschiedenis den menschen. Waar koning cn krijgsman vertwijfelden, werd een jong herdersineisjc de redster van Orleans en van Frankrijk: dc H. Jeanne d'Arc. Dit jaar zi i de Jeanne d'Arc-feesten met buitengewonen luister gevierd worden vanwege het vijfhonderdjarig jubilé van de bevrijding van Orleans: 14298 Mei1929 Daarom is het van zeer actueel be lang dc wonderbare geschiedenis der H. Maagd van Orleans bondig cn duidelijk in de omlijsting van haar tijd te plaatsen. Reeds bijna honderd jaar waren Engeland en Frankrijk voortdurend in oorlog gewik keld. De koning van Engeland, had allengs dc grootste Helft van Frankrijk, van Nor- mandie tot de Pyreneeën, in zijn maclvt ge kregen, had zich hij was verwant aan •het Fransche Koningshuis ten slotte tot koning van Frankrijk laten uitroepen. Vele Fransche leenmannen en ridders en ste den hadden hem den eed van trouw gezwo ren. Tot overmaat van ramp was zelfs de machtige hertog van Bourgondië, Philips de Schoonc, bij het verdrag van Troyes in 1420 naar de Engelschen overgeloopen en aan den Franschen Dauphin (kroonprins) Karei SVI1 was niets overgebleven dat het midden en Zuid-Oosten van Frankrijk. En nu be legerden, 1428'29 de Engelschen Orleans de. sleutel van het Zuiden. Viel deze stad in den Dauphin verloren. Het land was mach teloos en ontredderd. En dc Dauphin was machteloos. Waar moest hij geld en troepen halen, als bijna heel Frankrijk in de macht was zijner vij anden? Tallooze Fransche ridders streden in dc rangen der Engelschen, en dc getrou wen van Karei VII werden bij elke Engel- sche overwinning geringer in aantal. Daar enboven was Karei VII zelf geenszins de sterke man om in een leeuwenstrijd op leven en doocl Frankrijk te redden. Zwak en besluiteloos was hij het gewillige werk tuig van den heerschzuehtigen gunsteling La Trémouillc die evenmin van krachtig beleid wist. Beter nog dan de republiek der ■Zeven Vereenigde Nederlanden in 1672, kon men op het Frankrijk van 1428 toepassen: de regeering radeloos, het volk redeloos, het land reddeloos. Toen zond God de H. Jeanne d'Arc om dat reddelooze land te redden. Hij koos het zwakke uit om het sterke te beschamen. Hij koos een onwetend herderinnetje om over tuigend aan te toonen: dat Hij zelf Frank rijk gered heeft. Het herderinnetje van Domrémy. Wie was die Jeanne d'Arc en wat heeft ze voor de redding van Frankrijk gedaan? Jeanne d'Arc werd in 1412 in het-dorpje Domrémy, gelegen in een lachend land schap aan den linkeroever van de Maas in Lotharingen, als kind van eenvoudige kleine boeren geboren. Met hare zuster en hare drie broers groeide ze op als alle an dere dorpskinderen. Zij hoedde de schapen en geiten haars vaders of hielp hen op het land des zomers, terwijl ze in den winter thuis het vee verzorgde en moeder bijstond met naaien en spinnen. School onderricht heeft ze nooit genoten, lezen en schrijven nooit gekend, evenmin als de meeste harer dorpsgenooten. Maar in innige godsvrucht cn sterke vroomheid was zij hare speelgenooten ver vooruit. Daar ze vlak naast dc kerk woonde, viel het haar niet moeilijk herhaaldelijk haren lieven Je sus te bezoeken. Telken dage woonde ze de H. Mis bij; en gaf het weinige dat de fa milie d'Arc bezat gaf ze ruimschoots aan de armen. Waarlijk kon de pastoor van Dom rémy later verklaren: dat zij in zijne pa rochie nooit haars gelijke gehad had. De wondere stemmen. Op een zomcrschen dag zat Jeanne ze was nu- dertien jaar oud in den tuin te mijmeren; toen zij het geluid van een stem hoorde van den kant van den kerk; meteen zag zij een helder licht, sterker dan de zon ter middag tij. Zij schrok er van, en kon niet onderscheiden wie het was, die tot haar sprak. De volgende dagen hoorde zc de stem weer en eerst bij de derde verschij ning erkende zij den H. Aartsengel Michael, tot wien de bevolking van Frankrijk reeds jaren achtereen haar toevlucht had geno men, om door zijn voorbede de redding van het vaderland te verkrijgen. „Ik kom tot U, zoo sprak St. 'Michaël, om U in den naam des Heeren tc bevelen: dat nij naar den koning van Frankrijk moet gaan, om hem te helpen zijn rijk terug te winnen". Spoedig daarna kondigde de Aartsengel haar aan: dat de H. Catharina cn de H. Margaretha haar voor die moeilijke taak zouden voor bereiden. Vijf jaren lang geniet het uitverkoren meis je van de hemelsche verschijningen van de H. Catharina en Margaretha, tot driemaal in de week toe. Maar de zoetheid der ver schijningen had voor haar telkens den bit teren bijsmaak van de zware opdracht, die dc Heiligen telkens herhaalden: Au - den Dauphin moest gaan, Orleans bevrij den en den Dauphin ter kroning naar Reims vergezellen. Steeds antwoordde ze bedeesd: dat ze maar een arm meisje was, dat niet kon strijden en paardrijden: 'maar de Hei ligen herhaalden telkens: „Op naar Frank rijk!" Toen in het najaar van 1428 Orleans al nauwer en nauwer werd ingesloten, begon nen de „Stemmen", die zij zoo vaak hoorde, sterk aan tc dringen, dat ze zou vertrekken, want het was hoog tijd. Zij verliet Dom rémy, het hart vol weemoed maar voortge stuwd door de onweerstaanbare „Stem men" in het begin van 1429, om het nooit Jeanne d'Arc, als herderinnetje, voor zij op bevel van den hemel haar groote taak ging vervullen. (Naar een beeldhouwwerk van Maillard). weer terug te zien. Zij was toen 18 jaar oud. „Spoed U, Jeanne, ga naar Vaucouleurs, meldt U bij den opperbevelhebber; twee maal zal hij U afwijzen, de derde maal zal hij U naar" den Dauphin zenden", hadden de „Stemmen" haar bevolen. En aldus ge schiedde en op 23 Februari 1429 vertrok /.ij te paard, vergezeld van twee ridders, die in hare zending geloofden, van Vaucouleurs naar het hof te Chinon aan dc Loire. Hun "weg liep dwars door het vijandelijk gebied, maar geen oogenblik duchten ze de gevaren die van alle kanten dreigden. Den 6en Maart stapte zij af in Chinon en nam haar intrek in een '^gement. De Dauphin was verwittigd van hare komst, maar in de om geving van Karei VIII kon men het zonder linge geval maar niet gelooven. Van alle kanten werden inlichtingen ingewonnen. En al luidden deze onverdeeld gunstig La Fré- mouille bleef volhouden dat het een be driegster of ceil tooverheks was! Jeanne d'Arc vond echter ook hare ver dedigers en het slot van 't dagenlange talmen en twijfelen was: dat zij bijden Dauphin zou worden toegelaten. Doch men zou hare< zending tegelijkertijd beproeven. De Dauphin schaarde zich- als gewoon rid der gekleed tusschen dc driehonderd rid ders, die zich in de groote zaal van Chi non verzamelden en gelastte den graaf van Clermont den rol van Dauphin te spelen. Toen het eenvoudige boerenmeisje in dit schitterend gezelschap werd binnengeleid, wees men haar den Dauphin. Maar zij zeidc zonder aarzelen: „Dat is de Dauphin niet" en op den echten Daiiphin toetredend be groette zij hem „God schenke u een geluk kig leven, edele Dauphin". Als Karei op den graaf van Clermont wees en zeidc: „Daar is de Dau phin", antwoordde zij: ..Bij God, edele prins, gij zijt het, cn geen ander. Ik heet Jeanne en bén door God gezonden, om u en uw koninkrijk te redden en de Engelschen tc beoorlogen. Waarom gelooft gij mij niet? Ik zeg u: God heeft medelijden met u en uw volk, want dc H. Lodewijk en Karei de Groote liggen op de knieën voor Hem cn bidden voor u." Jeanne d'Arc, die op de markt te Rouaan den marteldood onderging, waar zij onder beschuldiging van hekserij en tooverij, na een schan delijk proces, op den brandstapel stierf. Jeanne d'Arc, aanvoerster der Fran sche legerscharen, die optrokken om Frankrijk van de Engelsche overheer- sching te bevrijden. (Naar een oude ets uit den Baroktijd.) Het doel harer Goddelijke zending. Het hof stond verstomd. De heilige, ze ker van haar overwicht, ontvouwde toen het doel van haar zending: geef mij een leger,, ik zal Orleans ontzetten en den Dau phin ter kroning voeren naar Reims (de kro- ningsstad der Fransche koningen, die toen in de macht der Bourgondiërs was). De Dauphin schrok nog terug voor de beslis sing: had Jeanne geen hemelsche zending, het zou een droevig avontuur worden als hij aan haar geloofde, Daarom werd Jeanne naar Poitiers gebracht, waar hare zending door een college van godgeleerde rechters zou worden onderzocht. Haar eenvoud en standvastigheid beschaamde de wijsheid der wereld en de conclusie was: dat de Dauphin hare hulp niet mocht weigeren, „want hij zou zich dan verzetten tegen den H. Geest en zich de hulpe Gods onwaardig toonen." De vraag of Jeanne soldatenkleeren zou mogen dragen werd bevestigend beant woord door dezelfde theologen, „want wie soldatenwerk moet verrichten moet ook sol datenkleeren dragen." Haar joyeuse entree. Aan het hoofd van een klein legertje, dat vast in hare zending geloofde er werd aan hare zending alleen nog slechts getwij feld door eenige naijverige ministers en veld- heeren reed zij naar het fel bestookte Orleans, haren standaard (met het beeld des Verlossers op wit linnen geborduurd cn Jeanne d'Arc, de Maagd van Orleans, naar Gods bevel Frankrijk redde. (Naar* schilderij van Ingres). Paus Benedictus heeft haar heiligverklaring uitgesproi looven, dat het werk van Jeanne d'Arc werk des Hemels was. Zou God op zu wijze ingrijpen, om hunne vijanden de ov winning te bezorgen! Streed Gocl met Franschen tegen de Engelschen? Dat i ongeloofelijk, dat was onmogelijk. Het» tooverij, duivelswerk en niets anders, zoodanig werd zij ook behandeld tijd haar gevangenschap, die een martelaj schap werd van vele maanden, waarin alleen getroost werd door de H. Cathai en de H. Margaretha, die haar bemoei den. Het proces, onder leiding van den gelsch-gezinden bisschop van Beau» Pierre Cauchon, tegen haar gevoerd een aaneenschakeling van onrechtvaan heden, omdat het vonnis te voren vast s Hare goddelijke zending mocht n waar zijn. De toeleg der rechters om van haar te verkrijgen de verzaking haar „Stemmen", van de bovennatuur; roeping, waartoe de Voorzienigheid had uitverkoren, om daarmee dc kroon Frankrijk, het koningschap van Karei VI brandmerken. Maar alle booze lagen listen stuitten af op de onbuigzame sta vastigheid van Jeanne cl'Arc, die tr( werd bijgestaan door hare beschermh gen. Niets echter kon haar baten; hare blijkbare onschuld, noch het bei op den Paus. Dc Engelschen wilden 1 dood, mede uit wraak voor de smade nederlagen. Zoo werd zij onder beschi ging van ketterij en tooverij tot den f dood veroordeeld. Domrémy, de nederige geboorteplaats van Jeanne waar de groote heilige haar opdracht ontving. daaronder dc namen „Jesus, Maria") hoog boven haar uit. Zij wees aanstonds den weg waarlangs men de bedreigde stad kon bin nenrukken en onder den onbeschrijfelijken jubel des volks hield zij op 29 April 1429 haar intocht. Met grootste beslistheid gaf zij eiken dag de uitvalspunten aan, stond altoos met haren standaard in de voorste gelederen, om de soldaten aan te vuren, nam 't eene bolwerk na het andere in bezit. Het vertrouwen der Franschen herleefde alom, honderden, ja duizenden ridders en krijgers stroomden toe, terwijl de Engel schen als met lamheid geslagen schenen. De Heilige spoorde nu den Dauphin aan aanstonds op te breken naar Reims. Maar zijne raadslieden achtten dit plan onuitvoer baar. Reims lag tc midden van het door de Engelschen en Bourgondiërs bezette land! Maar Jeanne hield vol en won. De eene ves ting na de andere op den weg naar Reims gaf zich over, de Bourgondiërs verlieten in allerijl de stad en 17 Juli werd Karei VII in de oude Kroningsstad van Clovis tot Ko ning van Frankrijk gezalfd en gekroond, terwijl Jeanne met haren standaard rechts van het altaar stond. Het was nu voor iedereen duidelijk, dai Karei VII de ware Koning van Frankrijk was en overal begon de afval van de En gelschen. Jeanne had hare opdracht vol bracht en zou gaarne naar haar geboorte dorp teruggekeerd zijn, maar men wist haar over te halen bij den koning en het leger te blijven, om de zegepraal te voltooien. In de handen harer belagers. Maar nu begon haar lange lijdensweg. Te genwerking van naijverigen, besluitelcos- heidvan den koning, en niet meer die vroe gere zekerheid van hare „stemmen", had den ten slotte tot gevolg, dat ze in 1430 voor Compiègne door dc Bourgondiërs werd ge vangen genomen, die haar aan de Engel schen overleverden. De Engelschen konden natuurlijk niet gr Jeanne d'Arc, de trots van Frankrijk, maar vooral haar eenvoudige gebooi plaats. Na de mededeeling van het vonnis ving Jeanne d'Arc met innige godsq de H. Communie, biddend besteeg zij brandstapel, om als een heilige heldh te sterven, 30 Mei 1431, op de ma Rouaan. De Engelschen verloren echter meer terrein en twihtig jaar later was heel Frankrijk van het juk der Britten vrijd. Toen heeft in 1456 in Parijs het pief eerherstel plaats gehad van het schai proces van Rouaan. En haar beroep op den Paus is in wel og buitengewone wijze in vervi gegaan, toen Paus Benedictus XV de p! tige heiligverklaring van Jeanne d'Arc sprak. AUG. COMMiSSARlS.i (Nadruk verboden). De vaan die Jeanne d'Arc op haar: vierende krijgstochten voerde, met deb namen Jezus, Maria.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 12