HÜ UIT DE PERS Wetenschappelijke Berichten KERKNIEUWS DE ONVOORZIENE AANKLAGER DERDE BLAD DE LEIDSCHE COURANT VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1929 HET RECHT HERSTELD. De Botterdammer (A.-R.) schrijft: Ook zij, die niet op sensatie-nieuws be lust zijn, hebben met klimmende belang stelling 3 persverslagen gevolgd inzake de moord te Giessen-Xieuwkerk. En, wat zelden voorkomt in ons land, de naam van den Amsterdamschen president, Mr. Jol les, is op aller lijfpenja, de volksmassa bracht hem meermalen een ovatie. De rechterlijke macht staar, evenals le ger en vloot, vaak zoo heel ver van het volk af. De verklaring is, tot op zekere hoog te, zoo al niet verblijdend, dan toch aan nemelijk. De massa geboft aan de on kreukbaarheid der rechterlijke macht en komt daardoor zelden in actie tegen een gewezen vonnis. Of ook, men koestert de nieening, zoo- als het soms van belastingaanslagen geldt: als de heeren het zoo beslissen, dan moe ten wij ons maar onderwerpen. Ditmaal ging het anders. Twee zwaar- veroordeeld en wegens vergrijp aan het le ven van den naaste, wellicht om enkele ■guldens, vroegen steeds weer herziening van het zware vonnis en zij vonden tenslot te zoo krachtige medewerking, dat de zaak welke afgesneden leek, waar op 'fr tapijt kwam. Aan het resultaat behoeft men niet te twijfelen. Indien de president en de advo caat-generaal niet door bestudeering der stukken tot de vaste overtuiging gekomen waren van de onschuld der veroordeelden, dan zou hun houding bevreemding hebben gewekt. Want bijna onmiddellijk bleek, dat zij de verklaringen, waarop de veroordee ling gegrond was, van nul en geener waarde achtten. Van alles ontdaan, komt de heele proce dure hierop neer, dat een grenzenloos-zelf- ingenomen ambtenaar, de schuld van ver dachten van te voren aannam eni toen be zwarende getuigenissen maakte. Erger kan het al waarlijk niet, en men weet niet, waarover men zich meer moet ergeren; over de rechters, die als wijlen De Vargas, slechts geeuwend herhaalden; „naar de galg"of over den gevaarlijken fantast, die door onredelijke promotie- zucht met menschenlevens en met de waarheid speelde. Dat rechters te goeder trouw kunnen dwalen, we weten het en houden er leve lling mee. Dat ook zij soms te kort kunnen schie ten in trouwe plichtsbetrachting; hoe zou men van menschen anders verwachten Maar dat zij toelieten, dat de waar heid door de leugen vervolgd werd, dat theorie in meineed werd gegzen, dat met geld gesmeten werd: om dronkemanspraat als bewijsmateriaal te verzamelenen dat er zooveel meer gebeurde, dat het dag licht niet kon zien.het werd, zelfs na de Papendrechtsche zaak en zelfs na Culem- - borg onmogelijk geacht Nu dit ondenkbare is voorgevallen, zijn wij het Amsterdamsche Hof dankbaar, dat het onschuldigen uit de gevangenis xedde; dock we zien ook de deuk in rechtszeker heid, waarop wij prat gingenen wij vra gen de Regeering: onderzoek toch naar stig of de Dordtsche methode wellicht op groot er schaal wordt toegepast. Er is niets ergers, dan dat het Recht struikelt op de straat. DE „SNERTSCHOOLTJES". De Tijd constateert nog eens, dat de vijanden der bijzondere school zich steeds vergaloppeeren met hnn uitvallen tegen kleine scholen. Het blad schrijft: ,;De begrooting van Onderwijs alleen is voor 1930 met 9 millioen moeten verhoogd INGEZONDEN MEDEDEELING. worden en heeft thans het tevoren nog nier gekende cijfer bereikt van ruim 150 millioen", constateert de Minister van Fi nanciën in zijn Milloenennota. Het is niet onmogelijk, dat onze collega's van de liberale pers in deze opmerking aanleiding vinden om nog eens te fulminee- ren tegen iets was zij „schoolbouw-waan- zin" plegen te noemen. Wanneer dit ge beurt, zouden wij toch een raad willen ge ven: men late de financ-ieele gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs er buiten, want- deze heeft met de opdrijving der onderwijsuitgaven niets maar dan ook absoluut niets te maken. Minister De Geer zelve heeft daarop in zijn Millioenennota reeds gewezen, waar hij schrijft, dat de verhoogde uitgaven uitslui ten het gevolg'zijn van verbetering der sa larissen, uitbreiding van den leerplicht en wederinvoering vau de oude leerlingschaal. Deze laatste maatregel, waardoor de groote scholen in ongunstiger conditie zijn gebracht dan onder de Bezuinigingswet van 1924, zóó dat zij naar splitsing worden gedreven, komt vooral ten goede aan de talrijke openbare „snertschooltjes". Het Kabinet-De Geer heeft dezen maat regel doorgezet. De beide Kamers der Sta- ten-Generaal hebben er hun fiat aan ge geven. Wij moeten daarin berusten. Men blijve ons nu verder van het lijf met de on ware bewering, dat het de financieele ge- lijkstellig zou zijn, die het lager onder wijs noodeloos duur maakt." Noch het beginsel, noch de uitwerking der pacificatie hebben aan deze nieuwe millioenen-uitgaven ook maar voor één cent schuld. PROF. DR. J. TH. BEIJSENS. Bij het aftreden van prof. dr. J. Th. Beijsens als bijzonder hoogleeraar in do wijsbegeerte namens de St. Radboudstich- fring aan de Rijksuniversiteit te Utrecht schrijft dr. J. B. Deelen in het R.-K. Art senblad een woord van hulde en dank: Aan die universiteit heeft prof. Beysens ten opzichte van de wetenschap in het al gemeen een belangrijke rol vervuld. Zijn optreden was een novum, na zijn inaugu rale rede was de aandacht op den semi narie-professor voor goed gevallen. Yoor de meesten was de wijsbegeerte, die zich im mers pas van de theologie had logemaakt, ■gevangen in dogmatisme, maar Beysens is er in geslaagd om zijn wetenschap zelf standig en algemeen te maken. Vele zijner collega's, herinnerd moet worden aan Tal- ma, discussieerden gaarne met den katho lieken wijsgeer. Groot was de invloed van Beysens ge weest als Thomist op de intellectueele ont wikkeling van hen, die tot zelfstandig den ken geroepen werden, op zijn studenten. Beysens was innig overtuigd van de. voor- d eel en van het wij&geerig onderwijs. „Wie de waarde van. de eigen wetenschappelijke conclusies in zijn studievak wil kennen, die moet bij mij komenLangzamerhand is dat ook erkend en zeer velen hebben, vooral ook aangevuld in de privatissima, een grondslag van wetenschappelijk werken ontvanger, die voor de beteekenis van hun bijzondere wetenschap en voor hun vor ming, ik mag wel zeggen, allesoverheer- schend was. Niet alleen voor juristen en natuurphilo- sophen, ook voor medici heeft prof. Bey sens bijzondere college's gegeven. Genoemd moet worden de „Zedelijke Verantwoorde lijkheid van den Geneesheer". Overal in zijn vele boeken wordt de belangstelling van den geneeskundige getrokken door de vele vraagstukken, die op het leven en op het 2ieleleven van den mensch in het bijzonder, betrekking hebben, prof. Bey sens was in zeer vele kwesties van de spe cialistische wetenschap even goed thuis als de deskundige specialist. Niet mag bovendien vergeten worden, dat prof. Beysens in den eenvoud zijner waarheidsliefde voor iedereen, die tot hem kwam, even welwillend en ongedwongen was. Al was de te behandelen stof moei lijk, de wijize, waarop zij ons werd voorge dragen, was populair. Een woord van oprechte hulde daarom aan den scheidenden hoogleeraar, die in de eenzaamheid van zijn studeerkamer ge woekerd en geploeterd heeft en die voor het onderwijs en de wetenschappelijke vor ming van katholiek Nederland ontzettend veel bereikt heeft. Echte philosophen kon hij ons niet maken, maar te midden van de moeilijkheden van het dagelijksch be roep heeft hij velen onzer gevormd tot zelfstandige mannen met eigen oordeel en onderzoek. Als een vaste burcht van wetenschap was hij voor ons, die van zoovele zijden een aanval te duchten 'hadden, een veilige gidseen leidsman is hij geweest voor ve len onzer. MGR. DR. A. H. L. HENSEN. Bij het gouden priesterfeest van Mgr. dr. A. H. L. Hensen, dat onlangs zoo luis terrijk te 's-Gravenhage werd herdacht, werd den jubilaris namens de feestcom missie, bestaande uit de Hoogeerwaarde heeren Mgr. II. J. M. Taskin, president van het Groot-Seminarie te Warmond. L. A. A. M. Westerwoudt, plebaan der Ka thedrale kerk te Haarlem, de professoren P. G. Groenen en W. Noleb van heb Semi narie Warmond en de zeereerw. heeren J. C. van der Loos, pastoor te Uitgeest en Jos. J. R. M. Postma, j>ast<x?r te 's-Gra venhage, een feestgeschenk aangeboden van zijn werken, samengesteld door pas toor J. C. van der Loos. Het werk, dat zeer fraai is uitgevoerd, werd op geschept pa pier gedrukt- in het St. Jacobs Godshuis te Haarlem en bevat de volledige lijst van al zijn in den loop der jaren verschenen jjenncnvruchten ten getale van 228. Zeer vele hiervan zijn opgenomen in tijdschrif- •ten als ,.De Katholiek", „Archief voor de geschiedenis van het aartsbisdom Utrecht" en ook vooral in de „Bij-dragen voor de ge schiedenis van het bisdom van Haarlem", waarvan Mgr. Hensen nog steeds redacteur is. Tal vau artikelen van zijn hand ver schenen ook in het „Nieuw Nederlandsch Biographisch Woordenboek" in de tot standkoming, waarvan hij een werkzaam aandeel had. De opdracht van de „Bibliographie" vermeldt o.m. dat Mgr. Hensen bijna veertig jaren in het bisschoppelijk semina rie te Warmond voorlezingen heeft gehou den over kunst en kerkgeschiedenis. Het grootste gedeelte der tegenwoordige gees telijkheid van de Haarlemsche diocese heeft als theologanten daarnaar geluis terd. Bij herhaling is van. Mgr. Hensen, aldus de opdracht, de vermaning uitge gaan, dat ware geschiedenis critisch moet behandeld en dat zij uit de beste bronnen behoort geput te worden. De oorzaken moeten achterhaald worden, waaraan fees ten of gebeurtenissen haar oorsprong dan ken en waardoor zij onderling samenhan gen. Immer gold als heilige wet, gelijk Ci cero het uitdrukte in zijn „De Oratore" niets te zeggen, wat onwaar, of niets te verzwijgen wat waar is. Naar deze gege vens is het. mogelijk werk te leveren van blijvende waarde. Onvermoeid is Mgr. Hensen uitgegaan naar de bibliotheken en archieven van het binnen- en buitenland om met rusteloozen speurzin te ontdekken en met voorbeeldi- gen ijver te verzamelen, wat op personen, welke zijn aandacht hadden of op het tijd vak dat hem bezighield, het zuivere his torische licht kon werpen. Zijn verworven wetenschap werd met eene door allen er kende onpartijdigheid en gewaardeerde vrijmoedigheid neergelegd in boeken en opstellen, welker getal (boekbesprekingen buiten beschouwing gelaten) tot boven de 200 is gestegen. Uit dankbaarheid en er kentelijkheid voor alles, wat hij heeft ge daan. boden zijn leerlingen op het gouden priesterfeest, hem deze lijst zijner ge schriften aan. Kerkwijding. Woensdag is de parochiekerk te Ouden dijk plechtig ingewijd. Z. D. H. de Bis schop van Haarlem werd op den voor avond zeer feestelijk door de parochianen ingehaald. Een groot aantal geloovigen woonde de plechtigheid bij. GEMENGDE BERICHTEN ONGELUKKEN. SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER. Autobus tegen een boom. Vele gewonden. Woensdag is een autobus met een fan farecorps uit Wilsum. terugkeerende van een wedstrijd te Steenwijk, te Westenholte (O.) tegen een boom gereden. De carros serie werd versplinterd. Acht gewonden werden naar het ziekenhuis te Kampen gebracht. Voor geen van allen dreigt ern stig levensgevaar. De chauffeur kreeg zware beenkwetsuren. Van andere zijde verneemt heb „Hbld.": Een ernstig autobusongeluk gebeurde Woensdagavond te Westenholte, waar de straatweg ZwolleKampen van den dijk afwijkt. Een muziekgezelschap uit Wilsum en Brunnepe keerde in twee autobussen van een wedstrijd te Steenwijk terug. De bestuurder van de achterste autobus geraakte den weg bijster, reed een meter of vijftien over den berm en zag toen plot seling een boom voor zich, waar hij in volle vaart tegen aanreed. De geheele rechterzijde van de bus werd weggerukt, evenals een deel van de kap. Van de zeventien inzittenden werden twaalf zoodanig verwond, dat zij in heb ziekenhuis te Kampen moesten worden verbonden. Op het oogenblik liggen daar nog vier personen. Het ergst er aan toe zijn De Groot, uit Brunnepe, en de chauf feur uit, Oldenbroek. wiens linkerbeen werd verbrijzeld. Ernstig motorongeluk. Gistermorgen is te Olst een ernstig mo torongeluk gebeurd. De motorrijder Heyneman uit Zwolle kwam met een zekeren v. d. Kamp op de duo uit de richting Deventer, toen hij aan de krommen Wijk met een vaart van circa 90 K.M. van den dijk sloeg. Ernstig gewond is Heyneman naar het ziekenhuis te Zwolle vervoerd. Men vreest voor zijn leven. v. d. Kamp werd eveneens gewond en is in de ziekenverpleging te Olst opgenomen. Botsing vrachtauto en boerenwa gen. Een doode. Gistermorgen zijn onder Grijpskerke (Z.) een vrachtauto en een boerenwagen met elkaar in botsing gekomen. Het paard sloeg op hol en de wagen kantelde. Een bejaarde vrouw werd bewusteloos opgeno men; zij overleed spoedig. De overige in zittenden kregen lichte verwondingen. Auto over den kop geslagen. Een auto van den heer B. uit Den Hel der is op den weg langs het Noord-Hol- landsche Kanaal bij Julianadorp over den kop geslagen. Behalve de heer B. was nog een 4-tal personen in de auto gezeten; zij werden uit de auto geslingerd. Drie er van zijn in het Marine-hospitaal opgenomen. De auto was geheel vernield. Door een auto overreden. Toen gisterennamiddag op den Graaf- scheweg bij 's-Hertogenbosch uit Liend- hand een auto naderde, bestuurd door J. D. uit Alkmaar, stak de heer van Belkum plotseling den weg over. De auto kon niet meer stoppen en greep van B. Met een gebroken rechter onder- en bovenbeen en verder hoofdwonden, werd het slacht offer opgenomen en naar het Groote Zie kenhuis overgebracht. Aan de gevolgen overleden. De schilder Jos. Claessens, die Woens dag te Sittard van een circa 8 meter hooge ladder stortte, is gisteren in het Fransche klooster aldaar aan de verwondingen over leden. Hij was gehuwd, en vader van twee kinderen. Verdronken. Te Bergen (L.). is in de omgeving van het kasteel „Bleyenfoeek" de 32-jarige Van O. met zijn rijwiel te water geraakt en verdronken. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Zaterdag 21 September. Hilversum, 298 M. Na 6 uur 1071 M. Uitsl. K.R.O.-Uitz. 11.3012.00 Godsdienstig halfuurtje. 12.151.15 Concert door het K.R.O.-Tric. I.152.00 Gramofoonmuziek. 2.003.15 Kinderuurtje. 4.005.00 Cursus Engelsoli. 5.006.00 Gramofoonmuziek. 6.006.45 Gramofoonmuziek. 6.457.00 Journalistiek weekoverzicht. 7.007.30 Lezing over: Electricitedt in de huishouding. 7.308.00 Lezing over: De Melaatsch- heid in de geschiedenis, in het bijzonder in do Heilige Schrift. 8.0011.00 Orkestconcert. II.0012.00 Vroolijk gramofoon-pro- gramma. Huizen, 1875 M. 10.0010.15 Morgenwijding. 12.152.00 Concert door het A.V.R.O.- Kwartet. 2.002.30 Filmpraatje door Max Tak. 2.30—4.00 Aansl. van het Tuschinski- Theater te Amsterdam. 4.005.00 Thé dansant uit Cabaret „la Gaité" te Amsterdam. 5.306.00 Letterkundig overzicht door Dr. P. H. Ritter Jr. 6.017.45 Concert door het Omroepor kest. Het Dubbel Mannenkwartet „Bel Canto". 8.00 V.A.R.A.-uitzending. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 11.0511.20 Lezing. I.202.20 Orkestconcert. 3.50 Concert. 5.05 Orgelconcert door A. Taylor. 5.35 Kinderuurtje. 6.35 Nieuwsber. 7.05 Pianorecital door E. Bainton. 7.35 Lezing. 7.50 Pianorecital door M. Cole. 8.20 Concert. 10.00 Nieuwsber. 10.20 Lezing. 10.35 Lezing. 7.35 Variété uitzending dansorkest. II.0512.20 Dansmuziek. ,.R a d i o-P a r i s", 1725 M. 12.502.20 Gramofoonmuziek. 5.05 Dansmuziek. 6.55 Gramofoonmuziek. 8.35 Orkestconcert. 9.20 Dansmuziek. Laligenberg, 473 M. 7.358.15 Gramofoonmuziek. 8.209.20 Orkestconcert. 10.3511.45 Gramofoonmuziek. 12.30 Gramofoonmuziek. 1.252.50 Orkestconcert m. m. v. sopraan. 5.556.50 Orkestconcert. 8.20 Vroolijke avond. Daarna tot 1.20 Dansmuziek. Brussel, 508 M. 5.20 Orkestconcert. 6.20 Pianorecital. 6.55 Gramofoonmuziek. 8.35 Orkestconcert., m. m. v. vocale ar- tisten. Z e e s e n, 1635 M. 6.1010.50 Lezingen. 12.201.10 Muziekuitzendiug voor s*h >- len. I.101.50 Lezingen. 2.202.50 Gramofoonmuziek. 2.505.20 Lezingen. 5.206.20 Concert uit Hamburg. 6.208.20 Lezingen. 8.20 Uit „Miniaturdramen" van Maurice Baring. Daarna tot 12.50: Dansmuziek. Kalundborg, 1153 M. 3.505.50 Concert door Mogens Han sen's Ensemble. 8.359.35 Concert. 9.5011.20 Concert. II.20—12.35 Dansmuziek. FEUILLETON. naar het Italiaansch van DE MARCHI 10) De schaduw van Don Cyrillus. De baron die meer en meer het slacht offer werd van 'n die-fixe vroeg zich onop houdelijk af of hij wel alle noodige voor zichtigheidsmaatregelen genomen had en of niets, hoe klein dan ook, op het spoor kon brengen van den misdaad. Zijn voorzichtigheid ging zóó ver dat hij alle brieven van don Cyrillus verbrandde. Terwijl hij daarmee bezig was, klopte Mag- dalena aan de deur. „Mijnheer de baron, vanmorgen is die priester er weer geweest." „Wat wil hij vroeg de baron met een rauwe stem. „Hij vraagt u te spreken." „Heeft hij zijn naam genoemd „Dat wilde hij niet; hij zei. dat hij terug zou komen." Wat mocht die priester hem toch te zeg gen hebben, dat hij met zooveel aandrang telkens een poging waagde tot hem door te dringen De baron kende toch geen en kelen priester, behalve„den zijnen"! Wie was degene, die nu reeds twee- drie malen naar hem 'gevraagd had, zonder zijn naam bekend te willen maken? Zeker de baron vreesde niet dat de fiel van don Cyrillus of don Cyrillus in vleesch en gebeente uit het graf zou ko men, om zich bij hem aan te dienen, maar de doode kon vrienden hebben. En indien zij naar den verdwenene. zochten en een onderzoek •instelden Om zich heen kijkend viel zijn blik op den kalender die nog het cijfer vier ver toonde, den datum van de groote gebeur tenis. Die 4 stond daar als een stomme getui ge. De man sprong op om dat tartende cij fer af te scheuren, toen hij opnieuw de stem hoorde der oude Magdalena. „Mijnheer de baron daar is een brief De enveloppe droeg het poststempel van Santafusca. De hand van den baron beefde zóó zeer dat de brief op den grond viel. Hij sloot haastig de deur, raapte den brief op en opende de enveloppe met koortsachtige gejaagdheid. „Zou men iets ontdekt hebben?" Zijn verwarring was zóó groot, dat hij de eerste oogenlikken geen woord kon le zen. Langzamerhand zag hij toen de let ters duidelijker, zoodat hij kennis kon ne men van den inhoud. De brief was onderteekend: Jervolino, secretaris. Het was de secretaris van het raadhuis te Santafusca die den baron in een bureau cratieken stijl kennis gaf van het overlij den van diens ouden knecht Salvator. Vervolgens vertelde het schrijven in lan ge bewoordingen hoe de ondergeteekende het hek der villa gesloten had en den sleu tel bewaarde in de raadzaal van het stad huis, in afwachting der beschikkingen van den baron. Geen woord echter gewaagde van den priester. „Is dat alles?" zei de baron met een zucht van verlichting. Toch voegde hij er bij, terwijl hij even het hoofd schudde: „Arme Salvator En zijn medelijden was oprecht. Hij her innerde zich de trouwe diensten van dien goeden dienaar en de heerlijke ueren zij ner jeugdjaren die zij te zamen vooral op jacht doorgebracht, hadden. De oude man was dus op den weg ge storven. Waarom? Was dat een toeval? Of had hij vrijwillig de vervloekte villa ver laten? Maar dan drong zich de vraag op: welke reden had hem daartoe doen beslui ten Hij zou toch niets vermoed hebben? De baron nam zich voor om den sleutel te schrijven: de villa zou op die wijze gesloten blijven voor nieuwsgierige blik ken. Intusschen maakte die plotselinge dood een pijnlijken indruk op hem. In de om standigheden welke de baron alleen kende, scheen dat sterven een geheimzinnige be teekenis te hebben. Was het misschien een soort waarschuwing? De heer van Santafusca verliet zijn enge kamers: hii had behoefte aan verstrooiing. Hij begaf zich eerst naar den coiffeur Grauello die het levende nieuwsblad 'dei- stad was. Bij hem zou de baron het best op de hoogte komen van hetgeen er te Napels gebeurde. „En Granelïo, wat is er voor nieuws?" vroeg hij met opgewekte stem toen de bar bier hem het servet om den hals deed. „Het nieuws van den dag? Wel Philip- pin Mantica heeft een kwart millioen uit de loterij getrokken." „Wie is die Mantica?" „Vaoidaag een der gelukkigste menschen ter wereld, gisteren de ongelukkigste hoe denmaker van Napels. Het eigenaardigste is echter de wijze waarop hij dat somme tje gewonnen heeft." „Wat is er dan gebeurd'? „Men vertelt dat hij het winne>nde num mer had.... raadt u eens van wien „Van wie 1" „Ja raadt u eens." „Hoe kan ik dat onder honderd duizen den raden".... yVan een priester ..Zoo ..Ja een priester die de nummers schijnt te kennen en al meer dan eens iemand rijk heeft gemaakt." „En wie is die priester?" „Alstublieft, de geheele geschiedenis staat in de ..Piccolo" van gisterenheel Napels spreekt er vanlees u dat maar eens. 't is vermakelijk en interessant De baron nam het blad aan en zag op de eerste pagina met groote letters boven een artikel staan: „Don Cyrillus." 't Is onmogelijk in woorden uit te druk ken wat de baron ondervond toen hij daar met dikke letters in een krant den naam zag dien hij voorgoed uitgewischt dacht in liet rijk der Ie venden.s Hadden de armstuk- ken der fauteuil hem niet ondersteund, dan zou li ij misschien gevallen zijn. Hij moest al zijn wilskracht, verzamelen om niets te laten blijken, wat hem had kunnen v.er- raden. Gelukkig werd de coiffeur afgeleid door het binnenkomen van eenige klanten, zoo dat hij niet bemerkte hoe bleek de baron geworden was. Deze sloot een wijle de oogen, deed geweldige pogingen om zijn ontroering te beheerschen en slaagde er in een gewoon gezicht op te zetten. De krajjt vertelde uitvoerig het geluk kige avontuur van den armen hoedenma ker en voegde er bij da.t don Cyrillus, die het winnende nummer aangeraden had, sinds zijn laatste^ bezoek bij Philippin ver dwenen was en niets meer van zich had la ten hooren. Zoo spoedig mogelijk verliet de baron den coiffeurswinkel en liep verder de staÉ in zonder te weten waarheen. Zonder het te willen kwam hij op de markt dicht, bij hel huis waar don Cyrillus gewoond had. Daar zag hij een vrouw met een kind op den arm in de deur barer woning staan. Hij kon de bekoring nipt weerstaan eenige vragen te stellen. Snel nam hij een be sluit, liep op dc vrouw toe en sprak: „Woont don Cyrillus daar nie't?" „Hij is vertrokken mijnheer," zei de vrouw. „Waarheen „Dat weet niemand De vrouw maakte een gebaar van on verschilligheid en onderwerping aan het noodlot, zooals vooral de Xapolitar.en ge woon zijn te doen in moeilijke gevallen. De buurt was rustig en deed niets bui tengewoons vermoedendat was een goed teeken. De baron zag in dat zijn ragen niets opleverden wat hem beter kon irlichtenj en dat het gevaarlijk zou zijn nog meer aan te driugen. Hij stelde zich daarom tevreden met den aankoop van de voornaamste kranten en keerde naar huis terug om in alle bla den zorgvuldig te zoeken naar het nieuws dat hem zoozeer interesseerde. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 7