'S
HET NIEUWE KABINET
W "V:
I tweede blad
DE LEIDSCHE COURANT
DONDERDAG 8 AUGUSTUS 1929
991
MR. T. J. VERSCHUUR,
minister van Arbeid. Handel
en Nijverheid.
JHR. AIR. F. HEELAERTS
VAN BLOKLAND, minister
van Btiitenlandsche Zaken.
JHR. MR. CH. RUYS DE BEERENBROUCK. minister
Dresident cn minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw.
MR. DR. L. N. DECKERS,
minister van Defensie.
I. DONNER. minister
van Justitie.
MR. P. .1. REYMER.
minister van Waterstaat
DE NIEUWE MINISTERS.
a DE GRAAFF.
minister van Koloniën.
JHR. MR. D. J. DE GEF.R.
minister van Financiën
PROF. DRS. R. H. WOL-
TJER minister van Onder
wijs, K. en W.
Yan de vier katholieke Ministers heb
ben wij gisteren reeds een korte bio-
jra.phie gegeven.
Jhr. Mr. F. Beelaerts van Blokland werd
!1 Januari 1872 geboren. Hij bezocht het
jymnasium te s-Gravenhage, studeerde aan
ie Rijks-Universiteit te Leiden, in de
rechts we tenschap en promoveerde aldaar
in 1895.
Hij was advocaat, ambtenaar bij het
hoofdbestuur der P. en T., Commies-griffier
van de Tweede Kamer, 'buitengewoon ge
kant en gevolmachtigd minister, in dien
ra-ng werkzaam aan het departement van
Buitenlandsch Zaken.
In het afgetreden ministerie wa-s mr.
Beelaerts van Blokland ook minister van
Buitenlandsche Zaken.
Hij is ridder in de Orde van den Ned.
Leeuw, Grootridder in die van Oranje-
Mr. dr. J. Dunner (anti-revolutionair)
werd 3 Februari 1891 geboren. Achtereen-
'olgens was hij commies-redacteur ter ge
meente-secretarie van Deventer, hoofdamb-
■naar ter gemeente-secretarie te Rotter-
wn; directeur van het Centraal Bureau
in Voorbereiding in Ambtenaarszaken.
Daarna werd hij Raadadviseur aan het de-
.0n^ parteiiient van Justitie. In het afgetreden
q! ministerie wa-s mr. Donner ook minister
j van Justitie.
De heer Donner is ridder in de Orde van
den Nederlandschen Leeuw.
Omtrent den levensloop van den nieuwen
[bewindsman van Onderwijs laten we hier
nog volgende bijzonderheden volgen:
Prof. Dr. R. II. Woltjer werd den negen
tienden Juli te Groningen geboren. Va-n
;1895 af bezocht hij de Vrije Universiteit
van Amsterdam, waar hij, na in 1900 voor
het candidaats-e.xamen „magna cum lande"
geslaagd .te zijn. in 190*2 het doctoraal exa
men in de klassieke letteren met goed' ge
volg aflegde. Twee jaar later promoveerde
hij te. Amsterdam op proefschrift: „De
'Platone praesocralicorum philosophorum
existimatore et judice". Den 23sten Sep
tember 1901 volgde zijn benoeming tot hoog-
ieeraar aan de Vrije Universiteit, welk
ambt hij tot nog toe onafgebroken heeft
bekleed.
In 1927 werd hij bij de gemeenteraads
verkiezingen gekozen tot lid van de anti
revolutionaire raadsfractie te Amsterdam.
Bij de kwestie-Geelkerken, schaarde hij
zich aan de zijde van dezen tegenover de
Asser-synode.
Jhr. Mr. D. J. de Geer werd 14 December
1870 te Groningen geboren. Hij bezocht het
Erasmiaansch Gymnasium te Rotterdam
en het Gymnasium te Arnhem, waarna hij
ie Utrecht aan de Hoogeschool in de rech
ten studeerde.
Hij was lid'van den gemeenteraad van
Botterdam van 19011908, tevens was hij
I'd van de Gezondheidscommissie te Rot
terdam, sedert 1902 lid der Provinciale
Staten van Zuid-Holland -en vele jaren lid
v*n Ged. Staten van Zuid-Holland. In 1907
Wefd hij tot lid der Tweede Kamer geko-
^n. Hij was lid geweest van de volgende
staatscommissies: de leger-commissie. de
Centrale commissie voor de Drink waterlei-'.
dingj Commissie tot herziening der Grond
wet en de Commissie tot herziening der
Gemeentewet. Ook is hij nog lid géweest
van dé Staatscommissie tot voorbereiding
van het Evenredig Kiesrecht en van de
Staatscommissie tot voorbereiding der Oor-
logswinstbelasting. 8 Mei 1920 werd hij
burgemeester van Arnhem.
Jhr. de Geer was van 28 Juli 1921 tot 11
Augustus 1923 minister van Financiën in de
ruinisteries-Ruys de Beerenbrouck-en Colijn.
In het afgetreden ministerie wa-s Lij
Voorzitter van den Raad van Ministers,
tevens Minister van Financiën.
Jhr. de Geer is ridder in de Orde van
den Nederlandschen Leeuw.'
De heer S. de Graaff werd in Augustus
1861 te Lisse geboren. Hij behoort wat zijn
politieke overtuiging betreft tot de rech
terzijde.
De betrekking van directeur van het
Binnenlandsch Bestuur in Nederla-ndsch-,
Indic bekleedde hij van 1906 tot 1910. waar
na hem wegens langdurigen dienst een
jaar veldof naar Europa werd verleend.
In 1913 werd hij ter beschikking van den
gouverneur-generaal gesteld, ten einde on
der diens rechtstreeksche bevelen te wor
den belast met de werkzaamheden tot voor
bereiding eener reorganisatie van het be-
stuurswezen daar te lande, en zulks onder
toekenning van den titel van Regeerings-
commissaris voor de reorganisatie van het
bestuurswezen van den rang en de statie
van een lid van den Raad van Neder-
landsch-Indië.
Ook reeds vroeger waren hem belang
rijke. bijzondere opdrachten -gedaan.
Na zich. te'hebben gekweten van de hem'
in 1913 verstrekte opdracht voor het onder
zoek naar de mogelijkheid van bestuurs
organisatie in Ned.-Indië, verkreeg hij in
Januari 1915 eervol ontslag met recht op
pensioen.
In 1917 werd hij president-commissaris
van de Nederlandsch Uitvoer-Maatschappij
Voorts was hij nog lid van verschillende
commissies.
Van 13 November 1919 tot 4 Augustus
was hij eveneens minister van Koloniën.
Het nieuwe ministerie zal dus bestaan
uit:
4 Roomsch-Katholieken, n.l. jhr. Ruys de
Beerenbrouck, mr. Deckers, mr. Reijmer en
mr. Verschuur:
3 Anti-Revolutionairen', n.l. mr. Donner,
prof. Woltjer en de heer de Graaff;
en 2 Christelijk-Historischen. n.l. jhr.
Beelaerts van Blokland en jhr. de Geer.
NIEUWE KAMERLEDEN.
Wanneer de ministers in het nieuw te
vormen kabinet, die tot lid der Tweede
Kamer zijn gekozen, niet. als zoodanig
zitting nemen, zullen tot lid 'der Tweede
Kamer worden benoemd verklaard:
in de plaats van jhr. mr. De Geer Jhr.
Beelaerts van Blokland, doch aangezien
deze zelf opnieuw minister wordt, zal deze
plaats worden ingenomen door jhr. mr.
J. W. H. Rutgers van Rozenburg, te
Baarn
in de plaats van jhr. mr. Ruys de Bee
renbrouck de heer G. M. J. F. Goseling,
te- Amsterdam;
in dekplaats vaïi "dr. L. N, Deckers de
heerUJ.' "C"*^ Beek,^te--.Deurnë^ maar aan
gezien deze zich, ;e-yë\)als~'alle candicïaten
öp dfe R. K. lijs (eb; verbonden' heeft, de
plaats open te laten voor dengteen, die,
voor denzelfden kwaliteitszetel op de lijst
is geplaatst als het.-Kamerlid, dat om een
of andere reden bedankt, zal de heer Van
Beek voor zijn benoeming bedanken, en-
zal tot lid der Kainer benoemd worden
verklaard de heer Th. F. M. Schaepman.
in Den Haag, parlementair overzichtschrij
ver. van de
Wij laten hieronder enkele, levensbijzon
derheden volgen van de heeren Schaep
man, Goseling en Rutgers van Rozenburg,
die thans^ hun intrede zullen dóen in de
Tweede Kamer.
Th. F. M. Schaepman werd 20 Februari
1879 gebpren en ontving zijn onderwijs aan
het Instituut St. Louis te Oudenbosch en
aan d,e H.B.S. te Nijmegen. In 1897 trad hij
in dienst bij het Instructie Batajllon te
Kampen en werd op. 10 September 1903 be
noemd tót 2e luitenant bij het 6e Regiment
Infanterie te Breda. Den 10en September
1907 .volgde zijn benoeming tot le luite
nant, terwijl hij in Augustus 1913 werd
overgeplaatst bij het Regiment Grena
diers.
Na op 3 September 1917 benoemd- te zijn-
tot kapitein bij het 3e Regiment Infante
rie te Bergen op Zoom verliet hij in 1919
den actieven militairen dienst. Thans is hij.
nog reserve-kapitein sp. d. van den Gene-
ralen Staf.
In 1919. werd de heer Schaepman be
noemd tot adjunct-directeur van de N/V.
de Courant „De Maasbode", welke func
tie hij in Augustus 1925 verwisselde voor
die va-n parlementair redacteur aan dit
blad van lïetwelk hij reeds sinds 1909 mi
litair medewerker was.
In de jaren dat' hij te Rotterdam woon
de was hij lid van het plaatselijk comité
der S4. Radboud Stichting en van het be-
'stuur der Rotterdamsche Burgerwacht. Hij
stichtte er het R.-K. Mariniers Tehuis,
waarvan hij thans nóg secretaris-penning
meester is.
De heer Schaepman was voorts een der
oprichters en de eerste secretaris der Alg.
R.-K. Officierenverecni,ging en lid der re
dactie van „Voor Volkenbond en Vrede".
Mr. C, M. J. F. Goseling werd in 1891 te
Amsterdam geboren. Hij doorliep daar de
lagere school en bezocht daarna het R.-K.
Gymnasium van de eerw. paters Jesuieten,
dat destijds nog aan de Heerengracht
was gevestigd.
Nadat hij het eindexamen met goed ge
volg had afgelegd, 'deed hij zijn intrede aan
de Amsterdamsche Universiteit, waar hij
in' de rechten studeerde. In 1915 promo
veerde hij op stellingen aan deze Univer
siteit tot meester in de rechten.
Een jaar tevoren was de wereldoorlog
uitgebroken en gedurende den mobilisa
tietijd bleef nu*. Goseling onder de wa
penen. Hij was o.a. als reserve-officier
werkzaam aan het ministerie van Oorlog
te 's-Gravenhage.
Op 1 Januari 1920 werd mr. Goseling
lid va,n het advocaten- en procureurskan-
toor mrs. Goseling, Bünker en Hendrix te
Amsterdam.
Behalve als bekwaam advocaat trad mr.
Goseling ook in andere funoties in het
-openbaar leven op.
Behalve dat hij lid is van den Raad
van Rechtsbijstand, bekleedt hij verschil
lende vooraanstaande functies in het ka-
tholiek-cultureele leven van de hoofdstad.
Hij is secretaris van dc vereeniging tot
weldadigheid va.n den Allerheiligste Ver
losser, en voorzitter van het bestuur van
de R.-K. Kiesvereeniging in den rijks
kieskring Amsterdam. Het nieuwe Kamer
lid is een zeer geziene persoonlijkheid in
de hoofdstad.
Jhr. dr. Rutgers van Rozenburg is op
1 September 1874 te Amsterdam geboren.
Hij bezocht daar het Stedelijk Gymnasium
en studeerde vervolgens aan de universi
teit te. Utrecht in de. rechten, waar hij pro
moveerde. Hij vestigde zich te 's-Graven-
hage als advocaat. Later ging hij naar
Baarn, waar hij secretaris werd van de
Gezondheidscommissie. Heel spoedig wist
hij het vertrouwen der ingezetenen te win
nen. Achtereenvolgens' was hij daar lid
van den Raad, wethouder en - ten slotte,
burgemeester. In 1922 nam hij ontslag, om
zich geheel aan zijn Kamerlidmaatschap
te kunnen wijden.
Hij was oa. plaatsvervangend lid van
de rijkscommissie van advies voer de
werkloosheidsverzekering. In verschillen
de commissies van de Chr. Historische
Unie heeft hij zitting gehad.
Van 1922 tot 19*25 was hij lid der Twee
de Kamer. Bij de verkiezingen in laatst
genoemd jaar werd hij niet herkozen, doch
toen mr. Schokking bot minister werd be
noemd volgde hij heni als Kamerlid op.
Het ja-ar daarop, na den val van het ka
binet-Ruys, maakte hij wederom plaats
voor den heer Schokking.
persstemmen.
De Maasbode schrijft over het
nieuwe Kabinet o.m.
„Onverwacht spoedig is Jhr. Ruys met
zijn gewone doortastendheid klaar met de
vervulling van zijn nieuwe opdracht.
De namen der nieuwe ministers laten
geen oogenblik twijfel aan den aard van
het optredend Kabinet'.
Het wil zijn, aansluitend bij den uitslag
den verkiezingen, een rechtsch, vooruit
strevend gezind, zij het dan door den
drang der omstandigheden, extra-parle
mentair Kabinet.
Rechts, onder Katholieke signatuur.
Dat cachet wordt er niet alleen aan ge
geven door den formateur, maar ook
door de 'bezetting van een viertal departe-
menten, waaronder dat van Arbeid. Hier
door wordt het Katholiek sociaal pro
gram leidend voor het nieuwe bewind. In
mr. Verschuur vindt het departement
van Arbeid een titularis, doorkneed in de
theorie, en de- praktijk onzer sociale wet
geving als weinigen, en die als parieniefir
tair redaéteur van ons blad, hetgeen hij
jarenlang geweest is, mogelijk de noodige
ervaring heeft opgedaan, die een minister,
gewoonlijk niet zonder zijn schade mist.
Voortvarend en tevens bedachtzaam: dat
is wel de juiste karakteristiek van den
nieuwen minister, belast met do leiding
van een bij uitstek zwaar departement.
Eeii lichtere taak vindt vermoedelijk
dr. Decker s, die eindelijk ook een
plaats 'bereikt, hem reeds lang toegedacht,
zij het misschien wel meer in het bijzon
der voor het departement, thans door den
jiremier bezet. Daarvoor was dr. Deckers
ook zeer zeker bij uitstek geschikt. Niet
minder is hij het echter voor 't departe
ment, dat hem thans te beurt valt. En nu
zijn voorganger het moeilijke werk der
samenvoeging onzer twee militaire depar
tementen heeft verricht, is een deskundig
leek, als de nieuwe minister in hoofd
zaak is, hier nog te meer op zijn plaats.
Op het gebied der openbare zedelijkheid,
waarvoor dr. Deckers zich steeds bijzon
der heeft geinteresseerd, valt ook aan het
departement, wiens leiding hij thans aan
vaardt, voel goed werk te verrichten. Geen
twijfel, of de zoo uiterst sympathieke per
soonlijkheid van Dr. Deckers zal èn aan
zijn departement, èn in de Kamer een
goed figuur maken.
De heer m r. Jteyme r, als Eerste Ka
merlid „verstooten", herrijst als een Fenix
uit de politieke ascli aan het departement
van Waterstaat. Het beheer van dit mi
nisterie is vooral den laatsten tijd verre
van een sinecuur. Minister Van de Vcgte
weet er van mede te praten. Vooral 'in
verband mèb de radio-kwestie zien wij dit
departement gaarne in solide ha-nden. Het
burgemeesterschap eener snel groeiende
gemeente was ook geen slechte voorbe
reiding., i
pe anli-revolutionnairen bezetten op de
eerste plaats het departement van Jus
titie, (m r. D o n n e r). Dat de jonge, krach
tige, door en door deskundige tegenwoor
dige titularis, als het eenigszins kon, aan
..dit departement zou blijven, stond wel
vast en...zal algemeene toejuiching vin
den. Hij is wel een der meest succesvolle
figuren uit het vorig Kabinet. Hij bracht
veel tot stand, maar heeft nog meer op
zijn program: dat hij ongestoord aan 't
werk kan blijven vindt zonder eenigen
twijfel algemeene instemming.
Van ganscher harte begroeten wij ook
aan het departement vau Onderwijs', prof.
Woltjer, een diep-overtuigd, strijdbaar
voorstander van het bijzonder onderwijs.
Wellicht zal deze nieuwe Excellentie, eer
behoefte hebben aan eenige matiging dan
aan prikkeling.
Het weder optreden van den lieer D c
Graaff aan Koloniën zal niet zonder
eenige verbazing worden vernomen. Wij
zijn echter van meening, dat geleidelijke
doorvoering van 't stelsel-Do Graaff zeer
goed vcrcenigbaar is met wat de heer
Colijn den laatsten tijd voorstaat.
Wij "noemen daar den heer Colijn. Eer
lijk gezegd, wij hadden hoop dezen emi-
nenten .Staatsman aan Buitenlandsche Za
ken te zien optreden. De Belgische kwes
tie zal zeker een der hoofdzorgen vormen
van het nieuwe Kabinet, en Colijn was de
man, om hier Hoogst verdienstelijk werk
'te döen.
Het aanblijven van minister Bee
laerts zal in ieder geval wel de meeste
verbazing wekken. Misschien is het niet
geheel onmogelijk, dat dit aanblijven, wel
licht in verhand met do Haagsche Con
ferentie, thans bijeen, slechts als voor-
loopig is bedoeld. Het standpunt-, door
dezen minister blijkens dc onlangs gepu
bliceerde stukken, in de Belgische kwesbio
ingenomen, leek ons inlusschen zeer zui
ver en rationeel. Toch. blijft heb do vraag,
of hij de man is, die do grootste kans
maakt, deze kwestie tot een goed einde te
'brengen.
Dat minister Dc Geer aan Financiën
-blijft, waarborgt een krachtig en doortas
tend beheer. Het doet ons genoegen, dat
de geruchten, als zoude deze krachtige
bewindsman oververmoeid zijn, onjuist
blijken."
De eerste indruk van het kabinet roept
bij De Residentiebode gemengde
gevoelens naar voren, allereerst wat betref
dc politieke samenstelling. Deze, zoo
vreest zij, zal 'n zwakke stee worden in-het
kabinet of anders tot een ongcwcnschte
politieke verwarring aanleiding geven.
„Voor het karakter va-n het- extraparle
mentaire Kabiflqt, hadden wij dc samen
stelling liever wat minder eenzijdig gezien,
want nu heeft het- wel wat weg van een
camouflage. Hot verschil tusschen een
rechtseh-parlementair Kabinet en dit extra
parlementair Kabinet hadden wij liever
wat scherper geacoenl ueerd gezien, ook
voor de verantwoordelijkheid der partijen.
De „Standaard" schreef Maandagavond,
dat geen voorman der anti-revoluldonairo
partij en dan voorman op politiek gebied,
in dit extra-parlementaire Kabinet zitting
zou nemen.
Dit parool is, wat betreft deze partij,
gevolgd.
De vier Katholieken staan echter midden
in ons politiek leven. Dc premier is dc lei
der van onze partij. Mr. Verschhiur is lid
van hot Partijbestuur en do beide andere
Excellenties zijn zittende Kamerleden. Bij
de Christolijk-Historische ministers geldt
precies hetzelfde".
Wat dc personen zelve betreft, merkt
het blad op, dat het er noode eenige mist.
die het nog meer waarborgen hadden ge
geven voor een vooruitstrevende democra
tische politiek,' terwijl het eenige anderen
liever hun otium cum dignitale had ge
gund.
Het Vaderland (liberaal) is wat
sarcastisch als het de nieuwe ministers
'bespreekt althans voor eenige hunner,
voor twee der Katholieken.
„Wij beginnen dus met den Premier,
hij zal die plaats goed bezetten en heeft
zijne sporen verdiend. Dat do heer Bee
laerts van Blokland als Minister van Bui
tenlandsche Zalccn aanblijft, is vpor ons
het bewijs, 1* het tegendeel is toch on
denkbaar -L- dat hij voor zich helder en
klaar ziet welken weg het mot het trac-
taat met België op moet'. En dat Dc Geer
na zijn succes met de wet op de Gcmcente-
financiën bereid is gevonden om thans
onder Ruys de Beerenbrouck te dienen,
om het maar eens populair uit te druk
ken, is wel een bewijs hoezeer hij zijn
persoon achterstelt bij dc zaak die hij
dienen wil; hot is toch een unicum in
onze parlementaire geschiedenis, dat een
premier zonder intermezzo in een Kabinet
als nieLpremier overgaat. Dat men alle
moeite zou doen Mr. Donner te behouden,
zal na de wijze, waarop deze Excellentie
nu drie en een half jaar als ministor van
Justitie is opgetreden, door niemand zijn
betwijfeld.
En nu een woord over do nieuwelingen.
Van Prof. Woltfer verwachten wij, dat
hij zijn taak aan het Departement van
Onderwijs zal vervullen in den geest, die
door Cort v. d. Linden's Staatscommissie
en Dr. de Visser s wet geboden is, wil men
niet de volkseenheid en het 'onderwijs
beide, onberekonbaro schade doen. Dat Dr.
Deckers defensie krijgt was te verwach
ten, en het is zeker meer en rëgle, dat
de man, die Lambooy de wet voorschreef,
de regeling van het Departement heeft,
dan de minister, die daar zijn bevolen
uitvoerde. Verder laten wij gaarne het
oordeel qvoi* deze benoeming aan onzen
militairen medewerker over, ons bepalen
de tot de vraag of dezo Excellentie wel
licht zijne geschiktheid voor het ambt op
deed als hoofdinspecteur van de boeren
leenbanken.
Wekt het voorbijgaan van den oud-
minister Bongaerts voor Veters taal, eenige
verwondoring, in Mr. Reymor heeft dc
formateur zeker do hand gelegd op een
man van grootè bekwaamheid, mogo hem
bespaard blijven dat groote bekwaamheid
ook thans weer niet zou waarborgen tegen
dc ongelukkige hand. Van den Katholieken
heer Verschuur, die. het moeilijke Hoofd
stuk Arbriu krijgt, kunnen wij niet, anders
dan afwachten, of het voorzitterschap van
den Raad van Arbeid in Arnhem genoeg
oefenschool was om het Ministerschap
aan te durven.
Wij staan echter paf van de herbenne
ming van den oud-Minister van Koloniën,
den heer S. do Graaff, tot leider van onze
Indische politiek; is men dan vergeten
hoe deze door zijn slappe houding bij
de Indische Bestuurswct dc oorzaak ge
weest is van licel veèl jammer? En heeft
men niet gedacht om den indruk, die deze
benoeming in 'Indië zal maken?"
Het, H a n d e 1 s b 1 a d (liberaal) bepaalt
zich tot een korte beschouwing over dc
verschillende ministers afzonderlijk.
„Wat de personen betreft, men weet wat
men aan de heeren Ruys dc Beerenbrouck.
De Geer en Donner heeft. De lieer De
Graaff, die zich als minister vooral met dc
beatiiurshervorming in Indië heeft bezig
gehouden, zal wel zijn gebleven drie hij was
gedurende zijn vorig ministerschap. Wat
mr. Reymer aan Waterstaat doen zal, is
moeilijk tc zeggen; wij gelooven van hem,
dat hij in elk geval meer zal weten wat hij
wil dan zijn voorganger. De heer Deckers