Wetenschappelijke Berichten ALLERLEI TELEGRAMMEN MARKTBERICHTEN Adverteren TELEGRAFISCH WEERBERICHT naar waarnemingen in den morgen van 20 Juli 1929, medegedeeld door het Kon. Ned. Meteor. Instituut te De Bildt: Hoogste Barometerst.767.T te Weenen. Laagste Barometerst..: 756.9 te Thorshaven Verwachting tot den a-vond van 21 Juli: Zwakke winden, meest uit Oostelijke richtingen, half tot zwaar bewolkt, nog droog, behoudens toenemende kans op on weer, warm of zeer warm. LUCHTTEMPERATUUR 28,2 gr. C. WATER-TEMPERATUUR. Leidsche Zweminrichting: 7 uur -24 1/2 gr., 12 uur.241/2 gr. O. „De Zijl'5:- 7 uur 22 gr., 12 uur 23 gr. O. LICHT OP VOOR FIETSERS e.a. Licht op van Zaterdagavond 9.38 tot Zondagmorgen 4.34, en van Zondagavond 9.37 tot Maandagmorgen 4.36. ZOETERWOUDE. Rectificatie. In het raadsverslag van deze gemeente, opgenomen in het blad van gisteren, komt in de 3e alinea van onderen af (3e kolom) de volgende zin voor: „Do koopsom bedraagt ƒ2.per M2. hetgeen neerkomt op eenq totaalsom van 56820". Dit moet zijn: „De koopsom enz. van 5682." ZWAM MER DAM. Aanbesteding. Uitslag aanbesteding afbreken en opbouwen van den gemeente toren: laagste inschrijver Jac.-de Bruyn, Zwammerdam en M. van Vliet, alhier 6166. Voorts D. Verwey. Nieuw erb rug a. d. Rijn 8200; P. G. H. Veelenturf, Bode graven 8350; Marcelis en Heemskerk, Leiden 9738. Geboren: Jacobus Wilhelmus z. van G. Roos en A. de Lange. Ondertrouwd: W. Bosman 32 j. en E. M. Aussel 29 j. Overleden: C. Kwakkenbos 6 j. J. Slegtenhorst, geh. met A. Kroon, 61 j. EEN IJZEREN KOGEL VAN ZES MILLIOEN TRILLIOEN K.G. Het is, inderdaad, een zeer eerbiedwaar dig gewicht, dat men voor de massa van onze aarde heeft berekend en wanneer men dan nog hierbij in aanmerking neemt, dat de aarde slechts een klein kogeltje is, in vergelijking met de zon, dan krijgt men hier een juiste voorstelling van het buitenge wone gewicht van de hemellichamen, die als glinsterende gloeiwormpjes door den donkeren kosmos zweven. Wanneer men het gewicht van de aarde in cijfers zou wil len uitdrukken, dan moet men achter de 6 nog 24 nullen zetten. En dit probleem, dat men, ongeveer der tig jaar geleden, met tamelijke nauwkeurig heid heeft opgelost, werd eerst, kort gele den, door moderne meetproeven bevestigd. Zes millioen trillioen Kg. gewicht heeft dus onze aardbol. Men heeft dit getal door het meten van den invloed, welke door onze aarde op de nabije hemellichamen wordt uitgeoefend en door een berekening van de dichtheid van onze planeet op een tamelijk eenvoudige wijze vastgesteld, want toen men de dichtheid van de aarde, door een zeer vernuftige methode, met 5.5 ■watereenheden had gevonden, was het niet moeilijk om haar juist gewicht te vinden. Maar wat zeggen, we? Een ijzeren kogel? Is dan de aarde, zooals onze schoolwijsheid ons leert, niet een vuurbol door een korst omgeven, in het inwendige waarvan het nog kookt en ziedt? Zekér, dat is het geval, doch niet in die mate, als onze voorouders nog geloofden. De in het inwendige van de aarde zich be vindende vuurhaarden vormen slechts op zich zelf staande nesten onder de ver steende aardkorst. Het middelpunt van de aarde evenwel wordt gevormd door een ge weldig blok van ijzer van vele duizenden kilometers in doorsnee. Deze wijsheid heb ben we geput uit de metingen der aardbe vingen, welke metingen we kunnen ver richten met vernuftig geconstreerde instru menten. We bezitten nl. de mogelijkheid, niet alleen de juiste afstanden van geregis treerde aardbevingen aan te geven, maar we kunnen met deze meetapparaten ook tot het inwendige van de aarde hooren. En daarbij heeft men waargenomen, dat de aardschokken steeds op een diepte van ongeveer 1500 K.M. een plotselinge veran dering ondergaan. Men kon meten, waar men wilde, hetzij in Australië of in Europa, overal werd hetzelfde resultaat verkregen en dat is het bewijs dat de aarde, op een diepte van 1500 K.M. van een andere ge steldheid is dan haar schors. Dat zou evenwel nog geen motief zijn te beweren, dat de- kern van de aarde uit een vaste, ijzeren irmssa bestaat. We heb ben, om ons volkomen zekerheid te ver schaffen, weer tot een. berekening onze toe vlucht mceten nemen, waarvan de oplos sing ons schitterend is gelukt. Men heeft bij deze berekening doorsnede van de aarde van 12700 I mals de waar schijnlijke dikte van de aardkorst van 1500 K.M. tot basis genomen. Hierbij kregen we de'verhouding van on geveer 12: 1.5 of met andere woorden, wan neer de aarde een kogel van 12 c.M. in doorsnee zou zijn, dan zou haar buitenste korst een dikte van 1.5 cm. hebben. In deze houding moet men de aardkorst met de in nerlijke kern voorstellen. En nu willen we zien, uit welke stoffèn de kern van de aar de moet bestaan, wanneer we willen komen op het reeds geschatte gewicht van de aarde. We weten dat 1 kubieke meter water 100 Kg. weegt en dat de aarde 1.12 billioen K.M. inhoud heeft, wat niet zoo moeilijk te berekenen is. Was de aarde een waterko gel, dan zou ze slechts 1.12 millioen trillioen Kg. wegen. Ze weegt evenwel 5.5 maal zoo veel en het is nu duidelijk, dat ze dus niet uit water alleen, maar uit veel zwaardere stoffen moet bestaan. Wat geeft ons evenwel het recht te be weren, dat de aarde uit ijzer bestaat? Hierop zijn drie verklarende antwoorden te geven. Ten eerste: men heeft alle steensoorten, waaruit de aardkorst bestaat, nauwkeurig gewogen. De gelijke hoeveelheid graniet, welke als water, een Kg. weegt^ heeft een gewicht van 2.8 Kg. De vulkanische stee- nen zijn nog iets zwaarder, ze wegen 3 tot 3.1 Kg. Een zwaardere steensoort, waaruit de aardkorst wordt gevormd, bestaat niet. Hieruit is met zekerheid op te maken, dat wel de aardschors, doch niet de kern uit gesteente bestaat, omdat de aardbol, in het geheel genomen 5.5 gewichtseenheden bezit, dus veel zwaarder weegt dau de steenmassa's aan de oppervlakte. Nu is evenwel een zeer groot deel van de aard oppervlakte met water bedekt en tot in de diepste lagen van haar korst met water ge vuld, welk water slechts één gewichtseen heid vormt. Daar de aarde, zooals gezegd 5.5 watereenheden zwaar is, 5.5 maal dus zoo zwaar als water, mag worden aangeno men, dat een deel van de aarde veel zwaar der moet zijn dan 5.5 eenheden. Men heeft berekend, dat de kern gemiddeld acht maal zoo zwaar is als water. Men komt hier aan het gewicht dat. verschillende metalen be zitten. Ijzer is 7.8 maal, nikkel. 8.9, lood 11.5 watereenheden zwaar. Hierdoor is met tamelijke zekerheid bewezen, dat de hoofd massa der aarde uit ijzer bestaat, terwijl in het middenpunt van deze kern zich nog reusachtige hoeveelheden zwaardere meta len, radiumhoudend gesteente, goud, plati na enz., zijn te vinden. We hebben, inderdaad, ook bewijzen daarvoor, dat het ijzer niet alleen het be langrijkste en grootste bestanddeel der aarde, maar ook van de andere hemellicha men is. Onafgebroken regent het fijn ijzer- stof op de aarde en de vele meteoorsteenen verrijken het gewicht van onzen aardbol, jaarlijks, met vele duizenden centenaars ijzerhoudende steenen. Dat mag ook als een voldoend bewijs gelden, dat ook de an dere hemellichamen uit ijzer zijn samenge steld en dat feit pleit weer ten gunste van de stelling, dat we in onzen aardbol een ijzeren kogel moeten zien. De tweede verklaring voor de bewering, dat do kern der aarde niet uit 'vuurgïoeien- de en gasachtige massa's kan bestaan, doch uit een vast metalen blok bestaat, is het volgende: wanneer men in een mijn daalt, vindt men het daar, beneden, zeer warm. De temperatuur stijgt, hoe dieper men in de aarde doordringt. Gemiddeld neemt de temperatuur in het binnenste van de aarde alle 33 meter een graad toe. Maar dat kan tot het middelpunt der aarde niet zoo door gaan, want dan zou in het middelpunt een temperatuur van 200.000 graden warmte heerschen en de aarde zou als een bom uit eenspatten. Het is ons bekend, dat bij 3000 graden reeds alle vaste stoffen smelten en reeds bij 5000 graden zelfs in gasvorm overgaan. De temperatuur kan dus in de diepste la gen van de aarde, niet in die mate stijgen als in de bovenste lagen, d. w. z. er moet in de aarde een grens zijn, waar de gloeien de vloeistoffen in een vaste massa over gaan. De grenzen vermoeden we reeds bij 1500 K.M., omdat de golvingen bij aardbe vingen'niet dieper gaan. We komen daar om tot de volgende vaststelling: de aarde bestaat uit drie deelen, uit de korstopper- vlalcte, een bewegelijke middenlaag, welke uit vulkanische massa's en gassen bestaat en verder uit een vaste kern uit ijzer. Deze kern vormt de hoofdmassa en wel 10/12 deel van de geheele aardmassti. Het derde bewijs, dat de aarde een kogel uit ijzer is, levert ons de elect ro-magneti- sche gesteldheid. We hebben de bewijzen in handen, dat wij op een "ijzeren kogel leven, op een ko gel, waarvan bijna 7/10 deel met water is bedekt. VAN LANGSLAPERS. Kort geleden brachten de dagbladen het bericht van een 42-jarigen man, die in 1920 door de slaapziekte werd overvallen en nu reeds negen volle jaren in het ziekenhuis te Chicago ligt. Als buitengewoon merk waardig werd bericht, dat de man op be paalde ureu eenige seconden ontwaakt om voedsel tob zich te nemen. Hij is niet in staat zijn armen te bewegen en moet ge voerd worden. Hij kauwt het voedsel en slaapt dan dadelijk weer in. Zijn vrouw her kent hij aan haar voetstappen, hij poogt de oogen te openen, doch zonder succes. De oorzaak van den toestand, waarin de man verkeert, schijnt niet bekend, doch men heeft, klaarblijkelijk, niet te doen met de zgn. slaapziekte, welke door een steek van de setsevlieg wordt veroorzaakt. Waar schijnlijk is deze slaap een gevolg van een storing in de hersenen, in verband met een griep-aanval. Dergelijke gevallen worden meer waargenomen- Oudere berichten over ziekelijke slaap zucht geven de oorzaken bijna nooit of on volkomen aan. Men beschouwde deze ge vallen als curiosa en men bekommerde zich weinig over het wetenschappelijke pro bleem. Eerst de nieuwe geneeskunde be schouwde hefc vraagstuk als ernstig. Men ontdekte de oorzaak van de slaapziekte in den steek van de setsevlieg, als een ge volg van griep, van hysteria, van ver gaande zwakte en bloedarmoede. Het is misschien wel interessant eenige gevallen uit vroegere tijden te releveeren. Daar hebben we de dienstmeid van den pastoor van St. Gilain, Elisabeth Oexin. Ze was een gezond en krachtig vrouwsper soon, die haar meester vier jaar lang trouw had gediend tot zij plotseling het was in het jaar 1738 mopperig en koppig werd. Eenige maanden daarna viel ze in een slaap die vier dagen duurde en in welken tijd ze geen voedsel tot zich nam. Toen ze weer was ontwaakt, begon ze mopperend haar werk. Dat duurde een week lang, waarna zij in een achttienurigen slaap viel. Van af dien tijd sliep zij dagelijks achttien uur en steeds overdag, zoodat zij nimmer het licht van de zon zag. Een krachtige, gezonde Engelschman van 25 jaar viel zonder merkbare oorzaak in een slaap, die een maand achtereen duurde. Toen hij weder ontwaakte, kleedde hij zich aan en ging weer aan den arbeid. Na twee jaar herhaalde zich de aanval en hij sliep weer 17 weken aan een stuk. Alle pogingen om hem te wekken waren vruch teloos. Eindelijk ontwaakte hij en wilde hij niet gelooven, dat hij zoo lang had ge slapen. Eerst toen hij 't landschap zag, dat in herfsttinten prijkte, wilde hij het geloo ven. Na verloop van een jaar viel hij weer in een diepen slaap, welks duur die van de voorgaande overtrof. Ook nu was geen middel in staat hem te doen ontwaken. Op den 14den Juni 1766 bracht men een zieke uit de omgeving van Mans in het „Hotel de Dieu" te Parijs. Hij had vier jaar aan koorts geleden, welke zoo lang zamerhand in een soort razernij was over gegaan. Zijn landgenooten hadden gepoogd, hem, door een indompeling in het water te genezen. Doch hij viel in het water in slaap en men trok hem slapende er uit. Geen middel was in staat hem uit den slaap te ontrukken, die verscheiden dagen duurde. Later herhaalden zich deze aanval len. Het was steeds op een Dinsdag, waar op hij weder ontwaakte. Ook deze ziekte was gedurende de slaapperiode totaal ge voelloos. Een gelijke periodiciteit nam men waar bij een vrouw van 30 jaar, die in het jaar 1730 naar „Hotel de Dieu" te Parijs werd overgebracht. In de eerste zes maanden ontwaakte ze alle dagen tegen den middag en tegen middernacht voor korten tijd. Dan trad een periode in, waarin ze dagelijks des morgens vroeg om zes uur en 's avonds om 6 uur ontwaakte. In liet volgende half jaar waren het weer dezelfde, uren van de eerste maal, waarop ze ontwaakte. Met deze re gelmatige wisseling duurde de toestand vier jaar. Gedurende haar wakenden toe stand, die ongeveer een half uur duurde, opende ze haar oogen niet, sprak evenwel eenige onsamenhangende woorden. Soms lachte en schreide ze als een kind. Ze at, wanneer men haar voedsel bood, met goeden eetlust. Tegen het einde van het vierde jaar verloor zij haar slaapzucht, zes maanden lang. Daarna werd ze waanzinnig viel weer in slaap en stierf. Een vier en dertig jarigen man, Georg Hammer genaamd, viel op den lOden No vember 1794 op een tocht in het water, wist zich te redden en bracht den nacht daarop in zijn natte kleeren, in een schuur door. Hij was verhit, toen hij in het water viel, verkleumd, toen hij uit het water kwam. Een dag daarop viel hij in een vasten, rus- tigen slaap, waaruit hij niet scheen te wil len ontwaken. Men riep hem, wreef hem, schudde hem, maar hij was ongevoelig voor alles, Ziju gelaat had een bruin-zwarte kleur aangenomen. Voedsel kon hem niet worden ingegeven. Hij ontwaakte eerst op den 26sten December op een uur, waarop niemand zich in het huis bevond. Hij had. geen vermoeden hoe lang hij geslapen had. Door een opgeslagen bijbel zag hij, dat het een Zondag was. Hij was zeer verzwakt en vermagerd en het duurde jaren voor hij weer volledig was hersteld. Gedurende het napoleontische tijdperk leefde te Dinan in Frankrijk een vrouw, Jeanne Favron, die vijftien jaar lang met een buitengewonen slaapzucht te kampen had. Ze sliep drie tot vier maanden achter elkaar, zonder te ontwaken. Van medisch stand punt is ook de Hon gaar Andreas Herczig merkwaardig, die op den 13den April 1802 op een reis bij groote koude en nevel in een nauwe rots kloof beschutting zocht voor een naderen de onweersbui. Hier overviel hem een slaap, die tot den achtsten Augustus duur de. Zestien weken was hij zonder voedsel gebleven. Toen hij ontwaakte was hij zeer afgemat en hij kwam tot de ontdekking, dat zijn jas, waarop hij tijdens den duur van zijn slaap had gelegen, geheel was ver gaan. Met inspanning van alle krachten be reikte hij zijn huis, waar niemand meer den bewoner in hem ontdekte. Hij kon, in het begin, slechts een beetje soep gebruiken. Vier dagen na zijn aankomst reikte men hem het „Heilige Avondmaal", toen sliep hij weer in. Drie dagen was hij volkomen wakker. Een gezwel in het hoofd was open gegaan. Weldra nam hij in beterschap toe en werd weer geheel gezond. In het jaar 1766 leefde te Oxford een geestelijke, die iedere week slapend in de stoel van zijn grootvader doorbracht. Hij sliep dus alle werkdagen en ont waakte eerst op Zondag, ging naar de kerk en deed zijn plicht. Hij keerde daarna weer naar huis terug, at heel goed en overvloe dig, rookte zijn pijp en sliep, in den avond, in zijn leuningstoel weer in om eerst de volgende week weer te ontwaken. De langste slaap, welke ooit een mensoh heeft gehad was die van een Fransche vrouw, „de slaapster van „Termolles". Ze sliep 17 lange jaren. Een psysieke schok zou de oorzaak zijn geweest. LANDL00PERS, DIE DICHTERS ZIJN. Het is merkwaardig genoeg, dat er men- schen zijn, die gedreven door het verlan gen naar avonturen, de wereld doortrek ken, die, bewust, afstand doen van wat door honderdduizenden wordt beschouwd als heb leven te veraangenamen: huis en haard, weelde, prettig gezelschap en roem. Nog merkwaardiger is het, wanneer deze landloopers, deze vaderland- en dak- loozen, aangewezen op het toeval en de voorzienigheid, telkens van beroep ver- wisselénde, ofschoon ze geen enkel be roep hebben geleerd, vaak de denkbeel dige vrijheid verwisselen met do kleine cel van de gevangenis, dichters zijn, die schitterende werken hebben geschreven. Amerika, het klassieke land van de „tramps" heeft, omstreeks het midden der 19e eeuw een dichter gehad, die, als geen ander, de romantiek van den landweg, de geweldige, eigenaardige schoonheid van het Amerikaansche landschap, het rhytme van de beginnende beschaving van liet nieuwe werelddeel heeft bezongen. Zijn naam was Walt Whitman. Hij werd als de zoon van een meubelmaker te New York geboren, bezocht do volksschool en koos teen een rij van beroepen, die hem in staat stelden alle staten van Noord- Amerika te leeren kennen. Eerst klerk bij een advocaat, toen, na elkaar, typograaf, landbouwleeraar, assistent van een genees heer, boekdrukker, journalist, en eens, zelfs bouwondernemer. Gedurende den burger oorlog is hij ziekenverpleger en corres pondent van New Yorker dagbladen. In 1882 sterft Lij aan een aanval van een beroerte. Zijn begrafenis werd een natio nale treurdag. Zijn naam is de populairste geworden van geheel Amerika en zijn ge zangen behooren tob de wereldliteratuur. In den zelfden leeftijd, waarin Whitman de nieuw ontdekte schoonheid van de Amerikaansche aarde bezong, werden in Frankrijk twee zeldzame genieën geboren. Paul Verlaine en Arthur Rimbaud. Ver- laiue, de zoon van een commandant te Metz, leerling van het lyceum, trouwt op zijn 25ste jaar, wordt verdacht „com munard" te zijn na de onderdrukking van den opstand in 1871 en vlucht uit Parijs. Daardoor heeft een beslissende verande ring in zijn leven plaats. Hij reist eerst naar Londen, trekt dan door België. In Brussel maakt hij kennis met den jongen Rimbaud. Deze ontmoe ting is noodlottig en is van beslissenden invloed op heb levenslot van Verlaine. Hij verlaat zijn vrouw, reist met den ze ventienjarigen Rimbaud weer naar Enge land. Nadat zij na een zwerversleven, na maanden, weer naar Brussel zijn terug gekeerd, wil Rimbaud Verlaine verlaten. Dat wil Verlaine niet toestaan en schiet Rimbaud neer, die ernstig gewond wordt. Twee^ jaar gevangenisstraf is rlc boete. Verlaine bekeert zich, in den tijd van zijn gevangenisstraf tot liet Katholicisme en zijn eerste godsdienstige gedichten ont staan in dien tijd. Nadat hij uit de gevan genis is ontslage.n, dient hij een eisch tot echtscheiding in, gaat voor de derde maal naar Engeland, waar hij vier jaar lang zijn kost verdient met het geven van Fransche lessen. In 1881 volgt de terug keer, nu voor goed, naar Parijs. „Sagesse" verschijnt en vestigt zijn roem als dichter. In snelle opvolging publiceert hij zijn ge dichten. Hij is op het hoogtepunt van zijn scheppen. Daar sterft onverwacht zijn moeder en deze slag slaat Verlaine uit zijn voegen. Nu gaat hij snel ten gronde. Tragischer is nog de eigenaardige fi guur, van Rimbaud. Als 17-jarige schrijft hij gedichten,' nu nog bij het nageslacht bekend. Maar op zijn 19e jaar krijgt liij een afkeer van werken, schrijven en van roem. De hartstocht naar avonturen en naar het vreemde is voor hem het eenige doel van zijn leven. En hij reist en trekt de wereld door in alle richtingen. Is in Nederlandsch-Indië koopman, in Abessinië onderzoeker. Na, jarenlang te hebben om gezworven, krijgt hij heimwee naar zijn vaderland. Met een circus trekt hij geheel Europa door en eindigt als zijn vriend Verlaine, straatarm in een ziekenhuis te Marseille. Onder do rij van landloopers van onzen tijd zijn ook nog te noemen Maxim Gorki, Jack London en Knut Hamsijm. Overreden en gedood. Uit Roermond wordt ons gemeld: Gistermiddag omstreeks 5 uur werd het 2 1/2-jarig dochtertje van den heer v. M. te Melick door een vrachtauto aangereden en gedood. Den chauffeur treft geen schuld Verdronken. Uit Arnhem wordt ons gemeld: Gisteravond is in den Rijn nabij de pe- troleumloods de 25-jarige Kramer bij het zwemmen in de rivier verdronken. Brand te Weert. Uit Weert wordt ons gemeld: Hedenmorgen omstreeks 7 uur ontstond brajid. in het perceel van de firma Woel- bers in de Beetsstraat alhier. Toen de brandweer arriveerde, was het pand reeds grootendeels uitgebrand. Een groot gedeel te van den inventaris ging verloren. D© OQrzaak is vermoedelijk broeiing van ka pok. De brand sloeg ook over naar het huis der firma Jansen. Met groote moeite slaagde de brandweer erin dit perceel te behouden. Verzekering dekt de schade. Het Russisch^Chineesch conflict. MOSKOU, 20 Juli. (V. D.). De amb tenaren van het Sovjetconsulaat te Ghar- bin, van de Russische handelsvertegen woordiging en van andere Sovjet-instellin gen te Charbin zijn via Tsjita naar Rus land teruggekeerd. BIOSCOPEN. Casino: Afgekeurd. City: Goedgekeurd. Trianon:'Goedgekeurd voor volwassenen. Luxor: Goedgekeurd. CORRESPONDENTIE. P. te R o e 1 o f a r e n d s v e e n. Wij begrijpen de bedoeling van uw „Telefoon tje" niet. Daarom is het nog niet geplaatst. LEIDEN. 20 Juli. Boter. De prijzen van boter op de heden gehouden markt waren als volgt: prima fabrieksboter (controle) 1.95, prima boerenboter 1.85 1.95, id. goede 1.70'1.80 per K.G. Aangevoerd: 78/8, 16/16 vaten, wegende J730 K.G. Handel goed. Turfmarkt. In de week van 15 tot en met 20 Juli 1929. Lange turf geen aan voer. Laagste prijs 7.5Ó, hoogste 8.—. Korte turf geen aanvoer, geen noteerin gen. LEIDEN, 20 Juli. Eieren. Aanvoer 6144 stuks. Prijzen: Kipeieren f 6.25—6.90, eendeneieren f 5.75"6. Handel vlug. R0EL0FARENDSVEEN, 20 Juli. Groen- tenveiling. Doperwten 35, tuinboonen 20—35, snijboonen 2.10—2.35, kassnijboonen 2.25—2.50, stok 1.15—1.25, prinseboonen 5.— 5.10 p. 10 K.G., augurken grof 2.80—2.95, grof II 2.55, bommen 1.S02.05, stippel 1.75 —1.95 p. 25 K.G. KATWIJK a.d. RIJN, te Juli. Groenten- veiling. Due of York £0.801.40, idem drielingen f 0.60—0.70, Eerstelingen f 0.80— 1.30, idem drielingen f 0.50—0.70, alles per kist van 25 Kg. Peen per 100 bos f 7—9.80. Aanvoer: 910 kist groote aardappelen, 80 kist drielingen, 3800 bos peen. LOOSDUINEN, 19 Juli. Groenten. Boemkool le srt. f 27.90, 2e srt. f 11.70, kaskomkommers le srt. f 8.109.70, 2e srt. f 6.708.10 rijenkomkommers le srt. f 4.70 7, 2e srt. f 2.20—3.80, gele komkommers le srt. f 9.8011.80, witte komkommers le srt. f 7.G09.40, Perziken le srt. f 913, alles per 100 stuks. Meloenen groote 46 65 ct. per stuk. ^Stamprinsessen f 4350 per 100 Kg. Tomaten A f 8.2011.20, idem B f 6.108.40, idem C f 810.80, idem CO f 4.207.80, idem bonken f 4.805.30 per 50 Kg. ST0MPWIJK, 1§ Juli. Eieren. Aange voerd 7315 stuks. Prijzen: kleine eieren f 4.75, kipeieren f 6.257.40, eendeneieren f 6.507.25, per 100 stuks. ZEVENHOVEN, 19 Juli. Eieren. Aange voerd 5892 stuks. Prijzenkipeieren f 5.95 6.70, eendeneieren f 5.305.80. ALPHEN a.d. FtTJN, 19 Juli. Groenten. Tuinboonen f 5.206.80, Heerenboonen f4043, Snijboonen f4246, Postelein f6.10 6.40, Aardappelen f 6.206.70, alles per 100 Kg. Kropsla I f 2.503, Komkommers II f 55.50, Bloemkool I f 813, idem II f 34, Rabarber f 1.10—2 j>ir 100 stuks. Aardbeien f 35, Roode bessen f 1618, Zwarte bessen f 20, Witte bessen f 17—18. Eieren. Aanvoer 13410 stuks. Prijzen: Kipeieren f (57.30, Eendeneieren f 5.60 6, per 100 stuks. BOSKOOP, 19 Juli. Bloemenveiling. Rozen per bos van 10 stuks: Ophelia 20 ct., Golden Ophelia 3847 ct.. Marcel Rouyer 68 ct., Hadley 5596 ct., Cl. Pernet 70 ct., Columbia 3950 ct., Butterfly 3031 ct., Mac Keiler 1.101.31, Wilhelm Kordes 58 ct., Bouche 3843 ct., Rosalandia 3035 ct., Paul Scarlet 60 ct., Polyantharozen 30 ct. Diversen per bos: Dahlia's gr. bl. 70 ct., Gladiolen 3545 ct., Lathyrus 56 ct., Clematis Durandi 2729 ct., Delphinium 2325 ct., Clematis Mr. Patijn 70 ct.. WOUBRUGGE, 19 Juli. Eierenveiling. Kippeneieren 5.957.—, Eendeneieren 5.—5.50, Boter 1.70—1.80 per K.G. Han del vlug. WISSELNOTEERÏNGEN (AMSTERDAM! (Niet officieel). Berlijn 59.391/2 Londen 12.09 New-York 2.491/4 Parijs 9.7 61/4 Brussel 34.631/r, Zwitserland 47.92 Milaan 13.03 Madrid 36 27 Oslo 66 40 Kopenhagen 60.39 Stockholm 66.79 Weenen 35.08 Praag 7.371/4 Boedapest Heden overleed, na een langdurig doch geduldig lijden, na voorzien te-zijn van de H.H. Sacramenten der Stervenden, onze ge liefde Moedor, Behuwd- en Grootmoeder Ir jaar uit aller naam: H. DUIVENVOORDEN. Rijpwetering, 20 Juli '29. De H. Uitvaartdienst zal plaats hebben op Dinsdag 23 Juli ten 9 ure (oude tijd) in de Parochiekerk van Maria Geboorte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 3