KALENDER DER WEEK derde blad. de leidsche courant ZATERDAG 6 JULI 1929 Het stelsel der bouw kundige prijsvragen III. (Slot). DE GRILLEN DER MODE. Wat moei de Leidsche Raad nu doen? Hoe kort is liet nog geleden, dat men niet moderner Icon zijn, dan door dr. Ber- lage's zuiver ..functionalisme" na te vol gen (helaas doorgaans slaafsch en ondoor dacht), maar dat duurde niet lang. Plotse ling imponeerde Lloyd Wright, door zijn ^esthetische pathetiek en de epigonen haastten zich, wierpen het cenc inzicht het raam uit en bogen voor een ander. Aardig is het, architectonische tijdschrif ten van enkele jaren her, nog eens na te lezen, om het psychologisch moment van zoo'n ommezwaai (die in dit geval heel geen evolutie was) eens uit den bombasti- schen woordenvloed op te diepen. Want groot zijn de woorden en termen der archi tecten van 1900 tot lieden. Schier allen zijn heb filosofen. En liun taal is zoo maar geen gewone menscliejitaal, voor u en mij en ieder begrijpelijk, met een verheven idioom, kwistig doorschoten met macht woorden. Wat voor een raszuiver sociaal democraat de woorden klassebewustzijn, ontworsteling, vertrapte proletariaat en gebiedende volkswil beteekenen, zijn- voor den modieuzen architect-cultuur-vorscher woorden en termen alscosmisch ver- hevenend, asteraal lijnenspel, statistisch gevoel, oervormen, harmonische schoon heidstrillingen, Untergang des Abendlan- des, al-natuur, geestelijke beelding, het rhythme van beton en meer van dat dui delijks. Vooral de heer Wijdeveld, een der in vloedrijkste woordvoerders in den B. N. A. is een vernuftig koorddanser op deze woordtrillingen. Benauwend wordt liet dezen wazigen rim-ram der niet-leekente lezen voor 'n ieder, die er aan gewoon is de dingen op z'n eenvoudigst te benamen, daarbij steun zoekend niet in liet een of ander gevoel of mode-inzicht, doch uit gaande van de simpele schoonheidsleer, dat een voortbrengsel uit menselienhand uitsluitend dan schoon kan zijn, wanneer het perfect is in elk opzicht en dus ver vuld van alle essentialia (zoodat een on deugdelijke of omslachtige, constructie een beletsel is voor het ontstaan van een schoo nen bouwvorm). Want het is bekend, dat ontstentenis van eenvoudig begrip, zich bij voorkeur verhult in machttermen. Dezelf de heer Wijdeveld is dan ook even dikwijls van inzicht veranderd, als er nieuwe ster ren waren aan den architectonischen melk weg. Thans is hij, als wij behoedzaam de leidende gedachte pellen uit liet asterale mode-jargon, juist aau den stijd van Bau- haus Dessau toe, welk© nuance dus blijk baar nu op do nominatio staat om over drie jaren als „overwonnen voormalig in zicht" to figureeren. Na Wright's moderne arcadia, werd heb geestig, vibratief lijnen spel van de Klerk het lichtend voorbeeld voor tientallen navolgers, die echter door gaans wel zesmaal zoo log bleken te zijn, als de inderdaad fragiele toovenaar met onwaarschijnlijkheden, die de Klerk was. Even daarvoor of mogelijk wel gelijktijdig was van der Mey's Scheepvaarthuis (dat heden diep verketterd wordt)- oorsprong bron van de verbijsterendste grimassen met het kloeko en simpele materiaal, het welk dp baksteen toeli is en blijft. Toen, zonder eenige verklaarbare aan leiding, imponeerde opeens de Zweedsehe architectuur zóó hevig, dat er een wilde vlaag van Scandinaafsehheid door de ar chitectuur van een drietal jaren trok, om weer plaats te maken voor de allerjongste modegril, „de charme van het verbicalisme met een toren op den lioek", naar Dudok. De bouwmeester van heb S che èp vaar thuis heeft zijn eigen bouworde, eertijds kort stondig leiding-gevend, toen maar dood leuk afgeschaft, en kan liet thans óók als Dudok. Dudok zelf deed hel vroeger in Tuschinski-stijl, maar liepft plotseling ont dekt, „datdc ban van de verticale Got hick diende gebroken te worde n.v Wolk een orakeltaal, wie weet uit welke duizeligheid ontstaan? Niemand moet. denken, dat dib ontstel lend bericht over de onvastheid van de ar chitectuur uit ons tijdvak, do werkelijkheid 'overdrijft. Xa de controleerbare gegevens over d. Mey's en Dudok's ommezwaaien, moge nog het volgende voorbeeld dc be nauwende waarheid komen bevestiqen. De. architect van het -Jaarbeursgebouw, de Bie Leuvelink Tjeenk, moet thans, na tien jaren, voortbouwen aan zijn eigen bouw werk. En wat zien we? Heb allerliefst zou de bouwmeester zijn volslagen verouderd gebouw maar afbreken; het stuk dat hij er naast zet is radicaal anders van gard. Wij zijn zoo vrij. en weten dat icdero'^cul- tuurvorsehcr cn kunsthistoricus hierbij aan onze zijde zal staan, uit dit voorbeeld te concludceren, dat hier miserabel snobisme gaande is. Wezenlijk diep-inkervende kunststijlen, huppelen zoo luchtig niet over, van maand tot- maand. Zelfs nuance s in eenzelfden stijl niet, maar herhaald wordt, in het onderhavige geval is geen sprake van een nu an cc el-ve r schil Het advies van den B. X. A. heeft al dit modieus en snobistisch gehuppel van «:1e eenc bizarreric in de andere, getrouwelijk gevolgd. Deze bond zou eerst van ons eer bied yoor zijn advies mogen verwachten, zoo hij het correctief waren geweest legen zooveel ou-ernst. Het hierboven uitgespro ken vonnis tegen het B. X. Ai-advies, dat een onbevoegdheidsverklaring inhoudt, is dan ook wel op onwcderlegbaro en billijke gronden gewezen. En de ervaring der laatste jaren leert ons dan nok grondig, dat het artikel uil- de prijsyraagbepalingen van den B. X. A., dat de jury hoofdzakelijk uil archiiocten moet bestaan, wil de prijsvraag officieele erkenning (bedoeld is bondserkenning) bekomen, een. gevaar is gaan worden voor het vaderland, dat niet gediend kan ziju met een i»rcli;ie«-tuur, die de koorts heeft. Hoe onvoorzichtig het is, het oordeel van dc leidende a estheten buiten het vak, met behulp van een organisatorischen maatregel te passeeren, moge uit het vol gende vergelijk blijken: dc diverse mode monstra, die bekroond werden door een commissie van architecten, worden succes sievelijk weer verketterd door nieuwlich ters van een inzicht-, dat telkens ruim een etmaal later opgeld deed, maar aan het inzicht van dc „leeken" Treub en Polak danken we dc Amsterdamsche Beurs en het Bondsgebouv. van den A. X. D. B. Ten slotte komen wij_ nog eens terug op het adres van den B. X". A., aan het Ge meentebestuur van Leiden, dat aanleiding werd tot dit alarm. Zoo liet Leidsche Ge meentebestuur de raadgeving, in dit adres gesuggereerd, ter harte neemt eu ten slotte den B. X. A. opdracht geeft tot het aanwijzen van mededingers in een beslo ten prijsvraag, dan is het eindresultaat niet twijfelachtig, dan verrijst ook in Lei den oen bouwwerk, dat wèl modieus is, wel naar den laatsten snit, maai' .waarvan niet vaststaat, of het over enkele jaren al reeds' niet even lachwekkend zal blijken te zijn, als het- Scheepvaarthuis nu alreeds is vcor dcgeëvolueerden, den bouwmees ter zeiven incluis (gelijk bij het jaargebouw toch ook het geval is). Hoe het dan wèl moet gaan? De Raad zal ziqh grondig moeten informeereu. en liefst niet bij personen, die tè dicht met hun neus op dc verschijnselen liggen, om een objectief oordeel te kunnen hebben. De bekende zegswijs: dichters plegen hun dichtende rijdgenooten niet. te verstaan geldt ook hier. Maar er zijn toch aesthe- tiseh onderlegde „leeken" bij overvloed in ons land, die als beoordeelaren van voor malige en hcdcndaagsche architectuur een groote reputatie genieten, zelfs over onze ■landsgrenzen. Dc weg ligt dus open En als de Raad van Leiden zou meenen dat ook deze methode geen abso-luten waarborg biedt voor het allerbeste devies, wel, laat dan ieder Raadslid zich p e r- s o o n I ij k diep beraden over de keuze vau den architect, opdat dc Raad zelve een keus kan doen. Het ondersclieiden van goeclo architectuur is geen heksentoer en niemand behoeft zichzelvcn incompetent te achten. Men oordeele echter met hel gewone nuchtere inzicht; m'en "late zich niet overpraten met acrobatiek van woor den, maar eische realia. Ons inzicht is, dat ieder mensch die in een huis woont, een inzicht kan hebben over dc bouwkundige waarde van huizen, zoo hij slechts deze sim pele werkelijkheid als rechtsnoer neemt: de. bouwvorm komc vanzelfsprekend voort uit dc bestaande behoeften: die bouw vorm zij klaar, begrijpbaar en zoo vanzelf sprekend als mogelijk is. Slechts binnen het kader van dezen grondeisch, kan zich een bouwkundige schoonheid ontwikkelen, die standvastiger zal blijken te Zijn dan eeii dameshoeden- mode of een B. X. A.-seizoen-mode. En zou dc Raad het tenslotte niet .aan durven kloekweg een opdracht te verlec- nen aan een bezonnen architect-, van uien moet vaststaan dat hij geen grapjes zal opstapelen die al na vijf jaren belachelijk zullen zijn, dan vare een meervoudige op dracht te verleenen aan den belangrijksten vertegenwoordiger van elke architecto nische richting, met een jury, bestaande uit leekeu en een vak-teclmisch raadsman, zoodat daarmede voorkomen zou zijn, dat een z.g. minimalistisch bevredigïngs-pro- jeefc bekroond zou moeten worden. Maar slechts 111 het alleruiterste geval. Want ons dunkt, dat dc miserabele resultaten der prijsvragen uit de laatste jaren geen aanmoediging inhouden, om dit ongewisse pad nu maar weer eens Ie betreden. Dq magistral uur van een belangrijke ge meente zal clc fierheid moeten vertoouen (gelijk dat vroeger ook gedaan werd) om zelf een keuze te durven doen. HERMAN DE MAN. ;,De" Haarlemmermeer Het woord meer is onzijdig. Mussolini is- b.v. thans bezig ..lief' Nemi-mecr te laten leegpompen. X iemand, die "t anders zeggen zal. Zoodra wij, Hollanders, het evenwel heb ben over de groote watervlakte, welke zich eertijds uitstrekte tusschen Haarlem en Leiden, dan praten we van „de" Haar lemmermeer. Nog wel in vrouwelijken zin dus. Merkwaardig, 't Zal een onwillekeu rige hulde wezen aan het zwakke geslacht, dat zich immers meermalen minstens even sterk betoont als een onstuimige water massa. We zullen hier eens eenige data uit de geschiedenis „der" Meer laten volgen: 1500. Omstreeks dezen tijd was dc wel gestelde dame er nog niet; wel vijf jonge dames, zijnde: het Haarlemsche meer in t midden, het Leidsche meer ten Zuiden, het Oude Meer ten Oosten, hot Lutko en het Spieringuaeer ten Noorden. De geza menlijke oppervlakte dier meren was on geveer 6000 H.A. 1600. Door hoogen waterstand en stor men waren de tusschenliggcndc gronden langzamerhand weggespoeld, zoodat het watervlak al meer dan verdubbeld was. 1617. Zekere A. de Hoog publiceerde een plan tot indijking. Hij sprak voor doovc mansooron. 16'10. „Dn" Meer is nu cén binnenzee van nagenoeg 15000 H.A., bij storm een voort durende bedreiging "niet alleen voor de om liggende landerijen, maar ook voor Haar lem cn Leiden. 1643. Jan Adriaans/. Leeghwater, land meter en molenmaker ie Dc Rijp, geeft zijn „Haerlcmmer Mcerbocck" uit, ..dienen de tot .een remonstrantie, verklaring endc voorbereydinge om de Haerlemmcr- en Leytse-meer te bedijken, alsook van de diepten, gronden pude nuttigheyt dcrselve. Mitsgaders van alle meest dc meren, die in Noordholland tegen den Huigendijk cn Saandkm bedykt en tot land gemaeckt zijn sedert het jaar 1608, gedurende tot het jaar 1640". Leeghwater doelde met dezen laatsten zin op den Beemster (7000 H.A.), den Pur- mer- (2700 H.A.), den Wormer- (1600 H.A.) en den Schermerpolder (4800 H.A.), aan welker leegmalen hij had meegewerkt. Ook in 't buitenland had hij bij zulke werken leiding gegeven. Hij wilde een 7.5 mijl langen ringdijk leggen en dan liet water wegpompen door middel van 160 kloeke watermolens; dc kosten raamde hij op 3.690.000 gulden. 16431742. Leeghwaters bock werd veel gelezen, meermalen herdrukt, maar men deed overigens niemendal. Wel ging „de" Meer gestadig door, het omringende land steeds verder weg te vreten. 1712. Op last van Hoogheemraden van Rijnland werden plannen tot droogmaken ontworpen door de „toezieners Cruquius en Neppen. Kosten 6.631.000 gulden. Men schrok van dit bedrag en deed niets. 1808. De ingenieur A. Blanken Jzn. dient een dempingsplan in. Men doet. weer niets. 1S21. F. G. baron van Lijnden van Hem men publiceert een nieuw plan; kosten 7 millioen. Men doet nog niets. 1S3G. Den 29n November deed een ge duchte Westerstorm „de" Meer buiten haar oevers treden; meer dan 5000 H.A. werden overstroomd en Amsterdam zelfs bedreigd. In December van ditzelfde jaar zweepte een Oostcrstorm het water op naar Leiden, waarvan cc "cel overstroomde. 1837. Gedeputeerde Stalen van Noord- Holland, door deze stormen opgeschrikt, roepen de hulp in van koning Willem I, die 7 Augustus een Staatscommissie instelde om de zaak der drooglegging te onderzoe ken; reeds in October bracht zij rapport uit. 183S. Er verschijnt een twaalfde druk van Leeghwaters „Mcerbocck" uit 1643. In Februari wordt bij koninklijke bood schap een wetsontwerp ingediend, rege lende het verstrekken van „voorloopige voorschotten tot goedmaking der kosten, vereischt tót het aanleggen van een ijze ren spoorweg van Amsterdam over Utrecht naar Arnhem met een-zijtak van Rotterdam naar Utrecht, tot het bedijken cn droog maken van liet Haarlemuiermec en tot het aanleggen en verbeteren van andere wer ken van openbaar nut". De Tweede Kamer verwerpt de v, et met 46 tegen 2 stemmen, 't Was zeker te veel opeens 1839. Een nieuw ontwerp, alleen de droogmaking der Meer beoogend (kosten S millioen), wordt met 45 legen 5 stemmen aangenomen en reeds 22 Maart afgekon digd. Den 20cn Mei d.a.v. stelde een koninklijk besluit vast, hoe dc droogmaking zou ge schieden ii.l. loozen met stoomkracht. Er zou een geldleening van 8 millioen, renten de 5 pCt. gesloten worden, terwijl Noord- Holland gedurende 10 *3aren zestigduizend gulden 'zou bijdragen. In tusschen maakte het Hoogheemraad schap Rijnland bezwaren tegen dc ver kleining van zijn boezem en ging Leiden prccedeeren over het recht op 't vischwa- ter die Leidsche „peuëraars" tochl en op den ondergrond. IS 40. Den 5en Mei wordt te Hillegom de eerste spade voor de ringvaart iii den grond gestoken en wel door den voorzit ter der bij kon. besluit ingestelde Droog-, makings-commissie, mr. F. Van de Poll, la ter toen deze gouverneur van Utrecht werd vervangen door JJir. mr. D. T. Go- vers van Endegeest, geen onbekende tc Leiden. 1S43. 15 Juli werd de eerste steen ge legd voor den bouw van het .Stoomgemaal „Leeghwater". 1845. In tegenwoordigheid van koning Willem II en diens prinselijke zoons had men met de „Leeghwater" voor dien tijd ecu machtig gevaarte een procfmaling gehouden, welke zorgvol werd verbeid, maar "best slaagde. 1848. Ringvaart met dijk 11 uur gaans lang komen gereed. 7 Juni begint de „Leeghwater? te malen. Inmiddels was men ook met Leiden en Rijnland tot overeenstemming gekomen; ten gerieve van het Hoogheemraadschap worden stoomgemalen geplaatst te Half weg en te Gouda, dit laatste pas in 1S58 gereed ook voor watcrinlating. 1840. Op 1 April begint ook het stoom gemaal „Lijnden" te pompen, den 19cn dier maand gevolgd door dc „Cruquius". Men heeft blijkbaar niet stilgezeten! 1852. Den len Juli vermeldde de Staats courant: „De Meer is droog". Er was 831.S39.50l Mr>. Water uitgepompt, zijnde 217.173.801 M3. meer dan clc Meer kon bevatten, wat op een geweldigen aan drang aan kwelwater wees. Er was 18.154 bunder droog gemaakt, waarvan 32 bun der buiten den verkoop werden gehouden voor den aanleg van dorpen, ongerekend den grond, noodig voor 30.000 M. hoofd- en kruisvaarten, 150.000 M. dwars- en lengte- tochten, benevens 19S.000 M. voor wegen, welke den aanleg van 65 bruggen noodig maakten. De koopprijs van den grond was van 473 tot ƒ733 per bunder, samdn ƒ8.030.081; met andere baicn mee v as de totale opbrengst 9.377.262, terwijl het werk in zijn geheel gekost had 13.7S9.377. Nadeelig saldo ƒ4.412.115, maar daar voor kon dc fiscus dan ook heerlijk gaan grasduinen op het nieuw verworven land. X'iet dadelijk echter: 25 jaar lang waren dc gronden belastingvrij. 1855. De gemeente Haarlemmermeer wordt officieel geboren cn ingedeeld bij Noord-Holland. 1856. Het polderbestuur m unt liet toe zicht over van dc Staatscommissie, welke echter pas ontbqnden wordt in 1858 bij de voltooiing van het stoomgemaal te Gi uda. Als Nederland even fortuinlijk mag we zen met de inpoldering der Zuiderzee, zul len wc geen klagen hebben. Voorloopig zijn cr echter nogal eenige pessimisten. AJO. DE HONGERSNOOD IN CHINA. Er heerschfc op het oogenblik in Kansu (Noord-China) een verschrikkelijke hongers nood. Dc internationale Oharitas tracht naar best vermogen de ellende lo verzach ten. Katholieke en Protestantsche Mis sionarissen publiceeren aangrijpende staal tjes die zij vaak ondervinden. Dc verschrikkelijke sterfte in dezen stil len uithoek der wereld heeft in 1929 wel haar hoogtepunt bereikt. Laugs dc groote karavaanwegen naar Lantschou zijn alle boomen geruïneerd. Dc armstcn der armen hebben zich gedurende heel den winter moeten voéden met boomschors. Uit Kungtschang wordt bericht-, dat daar zelfs geen schors meer tc krijgen is. De ellende is onvermijdelijk. Op vele plaatsen wordt reeds honden- cn uicnschenvleesch gegeten. Velen zijn door het voortdurend hongerlijden zóó verzwakt, dat zij het eten niet meer kunnen verdragen maar er direct van braken. Zij moeten sterven, zij zijn niet moer te redden. Reeds op het einde van Februari toen do sneeuw aan dc Zuidelijke hellin gen begon te smelten, trokken dc hongeri ge menschcri met heele scharen naar Löhs- bergen om naar wortels te zoeken. Wan neer zo dan een handvol gevonden hadden, waren ze heel den dag weer gelukkig. Dc rijken verkoopen hun huizen, om in het leven te kunnen blijven. Oude menschen werden er soms krankzinnig vau. Zoo was een missionaris er onlangs ge tuige van dat een grijsaard van 70 jaar uit wanhoop in de Hoangho-rivier wilde sprin gen. Men bracht hem naar de kerk en trachtte hem van zelfmoord terug te hou den. Hougerige kinderen loopen schreiend van deur tot deur. In het journaal der Missie van Sihiang wordt gemeld: Het is vandaag koud, zeer koud. De thermometer wijst 20 gr. onder nul maar hoogstwaarschijnlijk is het nog veel kouder, want onze thermometer wijst niet lager dan 20 gr. Een ijzige wind dringt snijdend in neus en ooren en ik ben nog maar een paar minuten buiten of er hangen ijskcgeltjes aan mijn kin en aan mijn baard. Bij zoo'n weer blijft men wel het liefste in de warme kamer. Maar dc nieuwsgierigheid dreef mc vandaag naar buiten. Ik ben ook nog maar pas op de Missiestatie aangekomen cn nu wil ik ook het dorp wel eens zien. Dc warme winterjas dus aangetrokken en de straat op Xauwclijks heb ik honderd schreden af gelegd of daar slaat een 12-jarig knaapje tegen een muur. Zoodra hij me ziet, begint hij tc jammeren, knielt op beide knieën en buigt het hoofd tot op dc sneeuw een twee driemaal Dat is zoo de gewoonte hier in China van dc menschen, dio in nood zijn. En het jongetje verkeerde in grooten nood. „Priester, ik heb toch zoo'n honger 1" „Priester, ik hob hot toch zoo koud." „Hoe heet je?" - „Ik heet Lu!" „Waar zijn jo ouders?" „Priester, ik heb geen vader en geen moeder meer". „Waar woon je dan?" „2k heb ook geen huis; niets heb ik, dan wat ik hier aan heb En wat droeg het knaapje? Hij had een paar schoenen aan, die zóó versleten wa ren, dat een ander kind ze niet meer zou dragen. Dc kolisen och, kousen had het ventje heelemaal niet aan. Geen kousen cn ook geen broekgeen onderbroek cn geen bovenbroek. Van de enkels tot ver boven de knie had hij heelemaal uiets aan. Al leen een jasje had hij aan zijn lijf, dut am per tot aan dc heupen reikte. En als dit tenminste nu nog maar warm geweest wasMaar dat zat nog vol gatenaan de ellebogen, op den rug, van voren en overal. En overal zag men de naakte roodbovvo- ren huicl. En overal blies de koude wind in en dreef dc minste warmte nog weg on der liet kapotte jasje. Twintig graden onder nul was hot de zen dag cn een ijzige wind woei van de bergenEn bezat het arme ventje anders niets meer? Jawel! Hij had nog een lange stok. En die had hij ook noodig. Want wanneer hij bevend vail honger en kou voor de poorten staat of aan de huis deuren klopt, moot hij zich soms tegen kwade honden verdedigen. En er zijn ook menschen die zoo gierig en IiaravnchNg zijn, dat zij dc kwacle honden op liet arme knaapje afsturen.* Zoo trekt dc arme Lu in dc winterkou yan huis tot huis, van dorp tot dorp. Hij is echter niet dc eenige. Dienzelfden dag op den middag zal ik nog vijf andere, hall- naakte jongens, die in ecu beschut hoekje bij elkander hurkten cn zie heen beetje trachten te warmen in dc zon. O, die anno, arme Chmeeschc kinderen! In Lantschou zag men tot den laatsten tijd ïederen dag 35—40.000 hongerige kin deren naar dc 4 hoeken der stad loopen waar zij een maaltijd ontvingen. Wanneer dc voorraad uitgedeeld was, kreeg ieder een nog 60 cent, waarmee hij naar huis kon gaan. Verschrikkelijk. De kolenproductic in 1928. Volgens een statistiek van liet Ameri- Kianschc Bureau voor hei Mijnwezen, be droeg de kplcnproduetie ran «l«> gehëele wereld over liet jaar 1928. 1.444 millioen ton, tegenover 1.170 milliqen ton over het- jaar 1927 en 1.265 millioen ton over mzO. Deze teruggang is voornamelijk toe te sch-'i.i v "it aan dc vermindering der kolen- productie in de Vereenigdo Staten en in Engeland. Ia het voorjaar van 1928 is dc productie van Duitschland weer gestegen. Ouder dc landen dio de meeste steen kool produceeron staan de Voreonigde Sta ten vooraan met een productie van 5X7 miilicen Ion; dan volgt Duitschland met 317 millioen ton en Engeland niet 242 mil lioen ton. VOOR GECONSACREERDE KERKEN. N.B. Indien niet anders aangegeven dan dagelijks Gloria cn Credo. De gewone l\c- fatie. ZONDAG, 7 Juli. Zevende Zondag na Pinksteren. Mis: Omr:es gentes. 2c gebed v. d. H.1I. Cyrillus en Methodius, Bisschop pen en Belijders; 3e v. d. H. Willibald, Bisschop en Belijder. (Zie in het- feesteigen v. h. Bisdom). Prefatie v. <1. Allerli. Dric- ëenheid. Kleur: Groen. Dc H. Kerk leert vandaag haren kinde ren de vreeze des Hecren. (Graduale). Deze toch moet ons bezielen on afkeerig doen zijn van alle dwaling, welke de val- sclio profeten onzer hcdendaagschc ver- heidenschtc wereld onder allerlei vormen ons voorhouden. Aan hunne vruchten: on tevredenheid, opstand tegen het wettig gezag, haat, onzedelijkheid kunnen wij hen kennen. (Evangelie). Bidden wij God, dat Hij dio profeten verre van ons houdc, opdat hunne verderfelijke leeringen ons niet schaden en dat Hij ons verleend tot onzo heiligingliet beoefenen der ware ge-, rcchtigheid, het onderhouden Zijner heili ge gbeoden. (Gebed cn Epistel). Wonen wij, bezield met het. ernstige voornemen den wil tc doen van den hemel, schen Vader het H. Misoffer bij, offerend met liet. brood cn den wijn ons verstand cn onzen wil, dan is ons offer Gode welgeval lig (Offertorium). Hij zal het aannemen en heiligen, gelijk het offer van den recht vaardigen en offergezinden Abel (Stilge- bed); het zal zijn voor ons een geneesmid del voor onze gebreken (Postcommunio) en ons brengen in dc vercischlc gesteltenis om met jubelende stem toe tc juichen God, groot, over geheel de aarde (Introitus). MAANDAG, 8 Juli. Gedenkdag der wij ding van de eigen parochiekerk. Mis: Ter- ribilis. (Zie het gemeenschappelijke voor Kerkwijding). 2c gebed (alleen in stille H.H. Missen) v. d. H. Elisabeth, koningin- weduwe. In het stilgebed wordt ook ge boden heb tusschen haakjes geplaatste. Kleur: Wit. Het huis Gods past heiligheid. In een zijner brieven zegt dc Apostel: Gij zijt. dc tempel, het huis van God. Waarlijk God woont in oils met Zijne heiligmakendc ge nade. Ook ons dus past heiligheid! DINSDAG, :i Juli. Feestdag van de H.H. negentien Martelaren van Gorcum. Mis: Intret. 2c_gebed v. h. octaaf van Kerkwij ding. Kleur: Rood. Den Den Juli 1572 hebben tc Briellc onze glorievolle bloedgetuigen, dc Martelaren van Gorcum hun leven gegeven voor «Ie waarheid van Christus' "wezenlijke en waarachtige tegenwoordigheid in het. Al- lerhciligsto .Sacrament en het oppergezag van den Paus. Bidden wij bijzonder op dezen dag, dat het bloed onzer negentien vadcrlandsche geloofshelden mogen verwerven den terug keer onzer afgedwaalde Nedcrlandsche broeders cn zusters tot de éónc ware. Kerk van Christus, waarvan do heilige •Martela ren van Gorcum zulk een heerlijk sieraad zijn. V OEN ND AG, 10 Juli. Mis v. d. H.H. ze ven Broeders en Gezellen, Martelaren: Laudate. 2o gebed van Kerkwijding- :sc Co"^dc (ter ccrc van Maria). Kleur: Rood DONDERDAG, 11 Jtdi. Mis v. tl. vier den dag onder hel cctaaf van Kerkwijding: Tcrnbilis (als op Maandag), 2C gebed v.d. H. Pms I, l'aus en Martelaar. Kleur: Wit. A RIJD AG, 12 Juli. Mis v. d. H. Joannes Gualbertus, Belijder; Os Justi. 2e gebed van Kerkwijding; 3e v. d. H.H. Xabor en Felix, Martelaren. Kleur: Wit. Dc H. Joannes Gualbertus beoefende eersi. den krijgsdienst tc Florence, ma j. werd later als belooning voor zijn vergevings gezindheid (grootmoedig vergaf hij om wrlle van den gekruisten Zaligmaker <len moordenaar van zijn broer) tot Imager hei ligheid geroepen. Hij trail in het klooster en stierf als Abt der Camulduei.sen in Valiumbro.su (Italië). ZATERDAG, 13 Juli. Mis v. cl. H. Ana- c'etus, Paus en Martelaar: Sacerdotes Dei. 2e gebed van Kerkwijding; ;je ter ccrc van Maria; 4c voor den Paus. Kleur: Rood. VOOR NIET-GECONSACREERDE. KERKEN. X.Lï. Dagelijks Gloria. Geen Credo. MAANDAG. Mis v. d. H. Elisabeth, ko ningin-weduwe: Coguovi. 2c gebed A Cunc lis (om de voorbede der Heiligen); 3e naar keuze v. d. priester. Kleur: Wit: DINSDAG. Mis v. H.1L Martelaren van Gorcum: Intret. Kleur: Rood. WOENSDAG. Mis v. d. H.H. zeven Broeder, 'on Gezellen: Laudato, 2c gebed A Cunetix; 3c naar keuze v. d. priester. Kleur: Rood. DONDERDAG. Mis v. ,1. H. Pius T, Paus en Martelaar: Statuit. Verder als gisteren. VRIJDAG. Mis v. d .H. Joannes Gual- berlus: Os Jusli. 2c gebed v. d. H.H. Xa bor on Felix, Martelaren. Kleur: Wit ZATERDAG. Mis v. <1. II. Am,, lotus, Paus en Martelaar: Saccrdolos Dei. 2e gebed A Cunclis; 3e naar keuze v. d. priester; 4c voor den Paus. Kleur: Rood. IN DE KERKEN DER E.E. P.P. FRANCISCANEN. Alles als in de kalender voor niet ge consacreerde kerken, behalve: MAANDAG. Geen 2c cn 3e gebed. DINSDAG. Eigen Mis vaii «Ie II. H. Martelaren van Gorcum: Emi.d. Credo WOENSDAG. Mis v. II. Veronica Gin liani, Maagd; Dilcxisti. 2c gebc v. «I. H.H. zeven Broeders; 3c v. li. octaaf v. <1. H.H. Wit. DONDERDAG. Mis van .ion dag onder ODXDERDAG. Mi van een dag onder het octaaf v. «I. H. H. Mu-lekn-cii van Gor cum; Euiisi (als op Zond au), -.v gched v. d. H. Pi us; 3e. Concede. Credo. VRIJDAG. 2e gebed v. d. 11.11. Mai telo ren van Gorcum; 3e v. d. H.ll. Xabor en Felix. Credo. ZATERDAG. Mis v. H. I'ran.U.-.is s,. hum. Belijder: Os Jy E. 2.- géb'cd v. d: EL Anacletus3c v. d. H.H. Mu («luien sar. Gorcum. 4e voor den Paus. Credo. Kleur: Wit. Amsterdam. ALB. M. KOK Pr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 9