BUITENLAND
20ste Jaargang
ZATERDAG 2 FEBRUARI 1929
No 6094
p0 aBONNELEMSPP.IJS bedraagt bij vccruiltelalirg
Voor Leie i 19 cent per week .f2.50 per kwartaal
Pij onze Agenten 20 cent per week .f2.60 per kwartaal
Franco per postf2.95 por kwartaal
[let Geïllustreerd Zondagsblad is voor do Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 ct. per kwartaal, bij voor-
iitbetal'"T. Afzonderlijke nummers 5 ct., met Goïllustreerd
Jon da t bl id 9 ct.
Dit blad virschijnt eiken riaq uitgezonderd Zon- en Feestdagen. II
Bureaux: PAPENGRACHT 32 LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935 REDACTIE 15
GIRONUMMER 103003 POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS EEDRAAGT:
Gewone advenentlën 3] cent perrogel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het
dubbelo van bet tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogsto 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en ver
huur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit vijf bladen,
daaronder geïllustreerd Zondags
blad.
QVERHE1DS-ARMENZ0RG
EN ONS IDEAAL
II (Slot).
Art. 31 van onze Armenwet, het artikel
raarombeen dit betoog zich concentreert,
luidt aldus:
„Indien de arme reeds ondersteuning
ontvangt van een andere instelling van
weldadigheid, wordt over het verzoek om
indersteunirg (n.l. door een overheids-in-
itelling) niet beslist, dan nadat zooveel
nogelijk overleg is gepleegd met het be-
ituur van die instelling.
Voor het geval ondersteuning mocht
rorden toegekend, wordt zooveel mogelijk
;estreefd naar samenwerking en eenheid
n de ondersteuning en in alles, wat met
lie ondersteuning samenhangt.
Eet bestuur van die bu'-gerijke instel
ing of Burgemeester en Wethouders zijn
jevcegd er toe mede te werken, dat in
iet geslelde geval de ondersteuning uit-
jereikt en het toezicht op den onder
iteunde gehouden worde door één instel-
w
De eerste alinea spreek' duidelijk uit
het geoorloofde van dubbele bedeeling. De
tweede alinea geeft de groot6 gedachte
weer, welke aan de Armenwet ten grond
slag ligt, n.l. Samenwerking tusschen over
heid en kerk en particulieren Hoe de
?ver zich die samenwerking heeft
gedacht, kan blijken uit een missie, wel
ks minister Heemskerk den 23cn J"uli 1912
ude Gcd Staten der Provinciën zond
en waaruit hiei eenige passages worden
overgenomen, 'er gerustsfel!ing van par
ticuliere instellingen en ter herinnering
tevens voor bet uitvoerend gezag!
„In overeenstemming met i? thans
(Juli 1912; op 1 Srpt. 1912 trad de lu'ev
re wet in wcling) nog geldende wel,
beeft de burgerlijke armenzorg ook vol-
eti8 de nieuwe wet een aan-
uliend karakter (spatiering,
van ondergeteekende), d.w.z. de nrmen-
Purging wordt geacht in de eeisre
^aats toe te kernen ran de kerke'ijbe n
parliculiero l-efdadigbeid, de burgehjke
armenzorg beeft slechts te help3\ v.or
toover de j;c ke'ijke en de particuliere dat
niet doen. Evenmin als tot dusver zal
aan de burgenrke overheid en hare in-
ilellingpr» vcor armenzorg eenig oordeel
over het verlcenen of weigeren van hulp
donr kerkelijke of particuliere instellin
gen van liefdadigheid of eenige be
moeiing met de inwendige aan
gelegenheden dier instel
ingen toekome n". (Spatieering
*eer van ondergeteekende).
»Een van de belangrijkste oogmerken
T-- de nieuwe wet is dan ook, de onder
linge aanraking en samenwerking tus
sen de ondcrsrhe' ie instellingen van
liefdadigheid, met eerbiediging van ieders
eigen karakter, te bevorderen, waartoe
zal moeten dienen het nieuwe instituut
van den armenraad.
De derdo en laatste alinea is voor mijn
ictoog natuurlijk de meest belangrijke.
Hier wordt n.l de samenwerking tus-
Bchcn overheid eenerzijds en kerk en par
ticulieren anderzijds mogelijk gemaakt op
een w ij ze die volkomen over
stemt met het grond-
insel onzer Armenwet,
vat ook óns beginsel is, dat n.l. overheids-
armcr.zorg s'echts een secundair karak
ter drc-gt. Want hier wondt het mogelijk
f-mnaH. de overheid zich bescheiden
op den achtergrond houdt, zich tevreden
stelt met het versohaffen der geldmidde
len vcor zoover die nog er'1(dus
echt „aanvuFen", en het uitreiken der on
derneming en het houden van toezicht
to. a. w. de geheele behandeling van het
••peval" royaal overlaat aan een kerke-
l'e of rart-'mdiere instelling.
Ik zeg telkens, dat het m o g e 1 ij k
wordt gemaakt. Want men mag art. 31
net overschatten. Lozing van dat arti-
kcl zegt al aanstonds, dat hier geen spra
in is van dwingend recht. Het bestuur
der burgerlijke instelling (of B. en W.)
zijn bevoegd enz. Dat het hier slechts
een vingerwijzing geldt, verklaart de
Mem. van Toelichting uitdrukkelijk:
„Scherp omlijnd voorschrift, bepaalde
norm voor gedrag kan de wetgever niet
geven, maar een wenk in de goede rich
ting is zeer gcwenscht."
Dankbaar mogen wij constateeren dat
die wenk op verschillende plaatsen reeds
is gevolgd. Samenwerking met de over
heid op de basis van volledige toepas
sing van art. 31, ook en vooral van de
derde alinea, bestaat of is in voorberei
ding.
Dat ik in deze de hoofdstad ten vTor
beeld heb gesteld is een gevolg vaj. het
feit, dat mij gegevens ten dienste staan
over de resultaten die daar, in Amster
dam, door dit soort van samenwerking
tusschen de Overheid en een Katholieke
vereeniging, zijn verkregen. Die gege
vens ontleen ik aan het „R--K. Tijdschrift
voor Kerk, School en Armenwezen", in
het bijzonder aan het nummer van 23
Dec. 1928.
Merkwaardig is dat de hoofdstad deze
samenwerking reeds kent vanaf 1895
Eveneens merkwaardig is, dat het be
treffende raadsbesluit was voorbereid en
ontworpen door den Katholieken wethou
der van het Armwezen, Mr. J. G. Schöl-
vinck. Reeds ïd den loop van 1896 werd
contact verkregen met de Ned. Herv. en
de Evangelisch-Luthersche Wijkvereenigin-
gen en de St.-Vincentiusvereeniging. In
de plaats hiervan kwam in 1907 een
nieuwe vereeniging, onder bescherming
van den H. Ber.edictus Jcseph Labre, den
heiligen pelgrim eu bedelaar, uitsluitend
met dit deel: vrijwillig armbezoek, met
den onderstand der gemeente, in katho
lieke gezinnen. Het contact werd steeds
inniger, de verhouding steeds be'er. Voor
al natuurlijk na 1912, onder invloed van de
nieuwe Armenwet.
„En dit systeem werkt uitstekend, ook
naar het oordeel van de overheid. Men
heeft thans het werk van deze vereeni
ging verdeeld over 25 secties, waarvan
de grenzen samenvallen met de grenzen
der parochies; de gemeentelijke ambtena
ren van armenzorg houden met dit werk
geregeld contact, bezceken zelfs de maand
vergaderingen der Vereeniging en er
wordt zelfs naar gestreefd, dat de wijken
der ambtenaren niet al te veel van die
der Labre-vereeniging verschillen. Op de
ze wijze is een vruchtbare samenwerking
mogelijk en met wederzijdsche hulp wordt
veel goeds bereikt."
Geen wonder: waar aan beide zijden
goede wil voorzit, daar moét iets bereikt
worden. Wanneer men maar eens oprecht
wil probeerenWij van onzen kant met
zin voor realiteit. Het feit, dat de over-
heidsarmenzorg thans overheerscht en
voorloopig zal blijven overheerschen, kun
nen wij niet wegpraten. En van den kant
onzer vrijwillige armenbezoekers met het
bewustzijn, dat zij nog altijd iets kunnen
leeren, dat zij, al hebben zij ontegenzeg
gelijk een voorsprong, toch niet het mono
polie hebben van menschlievende gezind
heid en medelijden.
Wat nu de resultaten betreft, in Am
sterdam op dezé manier bereikt, voor
zoover zij in cijfers uitdrukking kunnen
vinden, nog het volgende:
In het jaar 1926 (de statistik van
Maatschappelijk Hulpbetoon was in De
ccmber 1928 nog niet verder gekomen)
steunden de parochiale armbesturen 1472
gezinnen met ƒ115,115. De St.-Vincenrius-
vereeniging bezocht in dat zelfde jaar 431
gezinnen en keerde uit /48.0G3. De ver
eeniging tot Weldadigheid van den Aller
heiligsten Verlosser ondersteunde 314 ge
zinnen met ƒ11.657.
De Labre-vereeniging overvleugelde al
len: behandeld werden 1891 Katholieke
gezinnen en aan steun werd betaald
513,185
Nu weet ik wel, dat er bezwaren naar
voren worden gebracht. Doch, om maar
iets te noemen, het verwijt, dat dergelijke
armenzorg iets minderwaardigs aan zich
zou hebben, omdat zij de weldadige
speelt met andermans geld. acht ik geheel
misplaatst. Dat andermansgeld is in casu:
geld van de gemeenschap en als nu die
gemeenschap spontaan haar liefdeplicht
niet voelt of niet voldoende volbrengt,
dan is het taak der Overheid die liefde
plicht om te zetten in een voorschrift
van positief recht.
En welke de bezwaren tegen dezen
vorm van samenwerking ook mogen zijn,
zij zijn maar gering tegenover 'dit groote
en dubbele ■oordeel.
lo. '.e com*-- wordt aldus het nadee-
ligo r^vjtg van dubbele bedeeling, die
immers arjers er toe leidt, dat een be
hoeftig gezin door versohillende armen
verzorgers wordt bezocht, naar de onder
hand klassiek geworden klacht, voor den
arme ware „bezoeking" kan worden
Katholieke .menbc -oekers kun-
ien in een katholiek gezin onze idealen
van liefdadigheid a1 us Lcu volle uitvie
ren.
Het doel van He ..c.idad:gl>r«a gaat nu
eenmaal verder dan Je stoffelijke hulp.
Zedelijke hulp moet den arme óók ge
boden worden. In een z.g. „opheffings-ge-
,val" zal juist het opwekken van zedelijke
kracht zoo'n machtige hefboom zijn. Doch
vooral in het „niet-opheffings-geval" zal
zedelijke steun zoo welkom zijn, die den
arme zijn let geilen doet dragen in de
overtuiging dat dit leven maar een phase
is en dat het eigenlijke doel van den
mensch niet hier op deze wereld ligt
maar aan de andere zijde van het grafl
Mr. E. VAN DER HELM,
O. F. M.
V Studenten en revolutie.
De onderstaande, door den praeses van
hot Leidsch studentenkorps, den heer H.
P. Linthorst Human, onderteekende, cir
culaire is onder de LeiilscLo studenten
vei spreid:
V
t
„Tn geval van oproer of onlusten in
de gioote steden, zal er groote kans
bestaan, dat benden uit de laagste
volksklassen zich op het platteland
begeven om bijvoorbeeld afgelegen
huizen en villa's to plunderen of au-
de.szins zich misdadig te gedragen.
Ten einc'e KennemerlaDd (Noordzee-
kanaalNoordzeeOude RijnHaar-
lemmersmeer) tegen dergelijke gevaren
te beschermen, wordt op initiatief van
den commandant van de vrijwillige
burgerwacht te Amsterdam, met me
dewerking van vooraanstaande hee-
ren, e?n korps „Kennenierjagers" op
gericht, bestaande uit vendels ruiters,
wielrijders en automobilisten.
Ondergeteekende bereikte het ver
zoek van den reserve-luitenant kolonel
der huzaren, L. Roelfsema, onder de
Leidsche studenten pogingen aan te
wenden voor eerstgenoemd vendel, te
weten: De „Kennemerjagers te paard"
leden te werven, waarvoor in aan
merking komen reserve-officieren,
voorts allen, die kunnen paardrijden
of dit wenschen te leeren en zicli een
zeer eenvoudige opleiding in den wa-
pei handel wenschen te getroosten.
Overwogen wordt de mogelijkheid,
een onderafdeeling van Leidsche stu
denten te vormen. Er zal geen sprake
zijn van hinderlijken druk door het
vaststellen van tijd en wijze van rijles
sen (vermoedelijk (e Haarlem te geven
door overs'e Roelfsema) en oefeningen.
Allen, die ook maar eenigszins voor
boven omschreven plan voelen, wordt
verzocht den inhoud van deze circulai-
ro aan hun kennissen mede te deolen
en hun naam en adres, a'sook hun
al of niet bedreven zijn in de rijkunst
of wapenvoering op te geven aan on
dergeteekende, die zoo spoedig moge
lijk na overleg met luitenant-kolonel
Roelfsema en den reserve-luitenant
der huzaren jbr. Gevers van Kethel en
Spaland te Noordwijkerhout, den ver-
moedelijken commandant der Leide-
naars, to Leiden, een vergadering zal
beleggen, waai bij allen, die zich daar
voor ongeven, verzocht zal worden
aanwezig te zijn en nadere inlichtingen
zu'lcn worden verstrekt.
Men wordt verzocht zich zoo spoe
dig mogelijk op te geven, waardoor
men zich vooralsnog tot niets bindt."
„Het Volk" teekent hierbij aan:
„Zoo gaat de bourgeoisie voort in bet
geheim den klassenstrijd te organiseeren."
Wij zien niet in, dat het „klassenstrijd"
is, als een aantal burgers zich bij voorbaat
tracht te verweren tegen een geweld-
dadigen, onrecht matigen aan-
v a 1 van een revolutionaire menig
te. Dat is het recht van burgers uit Allo
klassen, en ook uit Alle klassen worden
feitelijk leden van burgerwachten gerecru-
teerd.
Iets anders is, of wij den aanvang van
de circulaire niet liever anders geredigeerd
hadden gezien.
Daar wordt gesproken van „benden
uit de laagste volks k lass eu".
Maar volledigheidshalve én ook om belang
rijker redenen had er bij moeten staan:
„jaren-achtereen vergiftigd en ten slotte
opgestuwd door de revolutionnaire theo-
riën en verderfelijke voorlichting van vele
ongeloovige intellectueele n."
Dat had er bij moeten staan.
Er had nog bij kunnen staan een
korte beschouwing, dat bij de „laag
ste volksklassen" een revolutionnaire ge
zindheid maar al te gemakkelijk ingang
kan vinden, d a n k z ij de verbittering, wel
ke er hoerscht, doordat in de hoogere stan
den van ons volk te weinig begrepen
wordt of in practijk wordt gebracht de
zedelijke waarheid, dat bezit van geld, van
stand, van kennis en ontwikkeling plich
ten oplegt tegenover de gemeenschap; en
doordat, helaas, ook vele g o e d-w i 11 e n-
d e n niet begrijpen ae eiscnen van onzen
„democratischen" -- tijd. Misschien
misschien zou het wel nuttig kunnen zijn,
speciaal voor een bepaalde categorie onder
de studenten als zoo iets eens tot hen
werd gezegd 1
V Venijn zuigen.
Een betere kwalificatie verdient eenvou
dig niet een „Oproerige Krabbel" van den
heer Kleerekooper in „Het Volk" do
zooveelste van een dergelijk gehalte
waarin wéér 'ns de Katholieken worden
gehoond.
In Kerkrade zullen vrouwelijke reli
gieuzen een tehuis voor oude lieden gaan
inrichten. De oude lieden, die gehuwd zijn.
kunnen samen wonen. „Zij (en nu citeeren
wij den heer Kleerekooper) moeten echter
niet alleen wettelijk, maar ook korkelijk ge
huwd zijn".
Deze voor Katholieke mannen en vrou
wen, die in het tehuis zullen worden opge
nomen, al'eszins redelijke bepaling geelt
den socialistischen schrijver gelegenheid,
te spotten met de menschlievende daden
van vrome lieden, die arme, oude menscheti
in het armhuis willen scheiden tot in den
dood!
DAt is venijn zuigen I
Tegen de voorwaarde, dat de oude lie
den, over wie het gaat, \v e 11 e 1 ij k ge
huwd moeten zijn schijnt de heer Kleere
kooper niet zoo veel of heelemaal geen
bezwaar te hebben.
Wel tegen de voorwaarde, dat van Katho
lieken wordt geëischt, dat zij ook kerke-
1 ij k gehuwd zijn.
Katholieken erkennen een huwelijk
waarbij beide personen Katholiek zijn, of
één van beide Katholiek is dat nint
voor de Kerk is gesloten, niet als een hu
welijk. Kan de socialist hiertegen bezwaar
maken? Mag de Staat wel wetten stellen
voor de geldigheid van do burgerlijke over
eenkomst van het huwelijk, en mag de Kerk,
voor wie het huwelijk een door Christus
ingesteld Sacrament is, dat niet doen? Mag
men wel rekening houden^net de wet van
den Staat, en mag men niet als het een
huwelijk van een Katholiek betreft
eischen, dat ook de wet van de Kerk is
onderhouden?
„Het Volk" is toch eigenlijk heelemaal
niet.... tegen den Godsdienst 1
FRANKRIJK.
HET AUT0N0M1SME IN DEN
ELZAS.
De aanval van Poincaré.
„H et werk der
P a n-G e r m a n i 8 t e n".
In de Fransche Kamer heeft Poincaré
gisteren het derde gedeelte van zijn rede
over Elzas en Lotharingen gehouden.
Nadat de premier Donderdag een uit
eenzetting had gegeven van de economi
sche voordee'en voor den Elzas, voortge
vloeid uit het samengaan met Frankrijk,
en gepoogd had de clericalen er van te
overtuigen, dat zij van Frankrijk niets
hebben te vreezen, behandelde hij giste
ren het optredon der autonomisten.
Poincaré, die eon enorm dossier met
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Poincaré tegen de Elzasser autonomisten
Trotski naar Turkije.
LEIDEN.
De 13de Katholieke Studentendag. (1ste
blad).
krantenknipsels en andere documenten bij
zich had, betrekking hebbende op de ge
heele periode sedert den wapenstilstand,
werd tijdens zijn rede herhaaldelijk gein-
rerumpeerd door afgevaardigden uit den
Elzas.
De premier wees er op, dat de autono
mistische beweging in werkelijkheid het
werk is van de pan-Germanisteu. Duitsch-
land, aldus Poincaré, heeft getracht de
autonomistische beweging te stichten, van
het oogenblik af. dat het begreep versla
gen te zijn. De federalistische partij be
stond reeds bij de verkiezingen van 1919.
De verkiezingen eindigden in een over
winning van de aan Frankrijk getrouwen
en de autonom'sfen werden vers'agen.
Daarna hebben zij echter een gedeelte
V2n het verloren terrein heroverd en van
1924 tot 1926 heeft de beweging grooten
vooruitgang gemaakt.
Bij interrupties wezen de autonomisti
sche afgevaardigden er op, dr>t voor dien
vooruitgang wel redenen zullen bestaan
en dat gevreesd wordt, dat gewoonten,
taal en godsdienst bedreigd zullen worden.
Poincaré Ins verder artikelen uit de El-
zassische pers voor, waarin geklaagd
wordt over de Fransche onderdrukking en
het recht voor den Elzas wordt opge-
e'scht zelf zijn wetten te maken.
Poincaré vervolgde met het voorlezen
van een artikel van den beruehten Dnit-
schen propagandist, dr. Ernst uit Ber
lijn. Hij verzocht den twee nieuwen auto-
noniistischcn afgevaardigden, Hauss en
Sturmel, hem te zeggen, of zij zioh bij
deze artikelen aansluiten. Sturmel nnt-
woordde nooit in relatie met dr. Ernst
te hebben gestaan en dat gèen invloed
kan worden trevrschreven aan een blad,
dat in geheel Elzas en Lotharingen 's ver
boden. Hauss zeide, dat hij zich bij de
woorden van Sturmel aansloot.
Poincaré las hierop aanhalingen voor
uit het blad, dat geredigeerd wordt door
ebbé Haegy, waarin den Elzas de raad
wordt gegeven zirii tct den Volkenbond
te werden. Dr. Ricklin heeft geschreven,
dat de Elzas met ze'fbcstuur gelukkig zou
zijn en de „Zukunft" beweert, dat de El-
7as znn eigen lot in handen wil hebben.
Bovendien beeft de Landesnartei een
autonomistisch Elzas voorgesteld in het
kader van dp Vcreeni-rde Staten van
Eurona met Duitsch a's voertaal, een
Landdag en een regeering, die te Straats
burg gevestigd zou moeten worden.
Tn hun interrupties wezen de Elznssi-
sche afgevaardigden er op, dat het hier
s'echts om een papieren plan ging en toen
Poincaré antwoordde, dat de commums-
ten, door een plebosriet te eischen, zich
bii de antonomis'on hadden aangesloten,
antwoordde do Elzassische afgevaardig
den, dat zij niet de verantwoording dra-
een voor de gedragingen der communis
ten.
Tn het gedeelte van zijn rede, dat ten
drel bad te bewijzen, dat de autononrsti-
Rche bewegingen in Bretagre en op Cor
sica vanuit den E'zas worden gesteund,
gaf de prem'er eenige interessante détails
over de bewegingen in laatstgenoemde
deelen van het land. De nfaevaardigden
van Corsica en Bretagne verklaarden ech
ter, dat de Fransche republiek niets heeft
te vrcezen van dezo bewegingen, die
de geringste beteekenis hebben.
Poincaré zal de Kamer verzoeken een
wet aan te nemen, die hem de wapens zal
verschaffen om zich tegen de campagne
der autonomisten, die dergelijke bewegin
gen kunstmatig leven inblazen en die op
bun beurt gesteund worden door de pan-
Go-manisten, te verdedigen.
De Duitsehe organisatie voor de be
scherming der Duitsehe minderheden, bui
ten de Duitsehe grcnz.cn, heeft den steun
van het Duitsehe rijk en beschikt over een
monaganda fonds van 660 millioen franc?.
Door de campagne dezer organisatie wor
den zelf? de Du'tsehers, die de gevaren
hiervan inzien, verontrust.
Door de Duitsehe socialisten zijn arti
kelen gepubliceerd, waarin wordt aange
toond, dat Elzns en Lotharingen politiek
tot Frankrijk behooren en waarin het op
treden der autonomisten wordt afge
keurd.
Do premier herinnerde aan het Colmgr-
proces, waarbij is gebleken, dat de ver
dachten groote bedragen u t Zwitserland
ontvingen. Ondanks de gratie, dio den
veroordeelden werd verleend, hebben zij
hun campagne voortgezet. Hij hoopt, dat
de regeering geen gebruik zal maken van
het anti-autonomistische wetsontwerp. De
patriottische Elzassers moeten zelf de te-
gen-propaganda organiseeren.
Nadat Poincaré een aantal administra-