BINNENLAND.
Land enTuinbouw
KERKNIEUWS.
STADSNIEUWS.
De kleinzoons van
Graaf Rotenbach.
TWEEDE BLAD
DE LEIDSCHE COURANT"
DONDERDAG 10 JANUARI 1329 i
DE UNiE VAN UTRECHT.
Door den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw is d.d. 3 Jan. j.l. aan
alle gemeentebesturen in den land9 oen
circulaire betreffende de herdenking der
Unie van Utrecht verzonden. Zij draagt
den volgenden inhoud:
„Gelijk U wellicht uit de dagbladpers
bekend zal zijn, heeft zich eene Commissie
gevormd uit „het Algemeen Nedeelandsch
Verbond", „Het Historisch Genootschap
te Utrecht" en het „Provinciaal Utrechtsch
Genootschap van Kunsten en Wet -nschap
pen" ten einde op Woensdag 23 J'anuafi
1929 het feit feestelijk te herdenken, dat
vóór 350 jaren de Unie van Utrecht werd
geteekend. Dien dag zal eo.ne oijzondere
bijeenkomst plaats hebben in de I niversi-
teit te Utrecht, dus ter plaatse, uaar de
Unie werd gesloten, alwaar als sprekers
zullen optreden prof. dr. G. W. Kernkamp,
die de wording^van de Unie, en de oud
minster van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen dr. \J. Th. de Visser, die de
algemeene beteekenis van de Unie zal
schetsen.
Deze plechtigheid zal worden bijgewoond
door vele hoogwaardigheidsbekleeders uit
den lande. Zij zal worden opgeluisterd
door koorgezang, terwijl het gemeentebe
stuur van Utrecht zal medewerken om de
stad een feestelijk aanzien te geven.
Bovenbedoelde Commissie heeft zich
tot de Regeering gewend en hare mede
werking verzocht, teneinde alom in den
lande die herdenking te doen plaats heb
ben. De Regeering heeft zich daartoe, voor
zooveel zulks van haar afhangt, bereid
verklaard. In verband hiermee heeft mijn
ambtgenoot van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen aan alle Rijks- en bijzon
dere onderwijsinrichtingen verzocht op 23
Januari 1929 in hunne scholen de totstand
koming en de beteekenis van de Unie van
Utrecht te doen behandelen.
Een en ander onder Uwe aandacht
brengend, veroorloof ik mij daaraan de
vraag vast te knoopen, of Uw bestuur
daarin aanleiding vindt, op 23 dezer bijzon
dere maatregelon van dezelfde strekking
te nemen".
Aan de beteekenis der Unie van
Utrecht wijden we dezer dagen een afzon
derlijk artikel.
Maar bij 1" venstaande circulaire mag
men met 3 Tijd" toch vragen: In
welken geest moet in onze openbare scho
len het feit worden besproken? In den
geest der regeering, die er blijkbaar een
nationale gebeurtenis in z:et, welke een
we'daad was voor alle Vaderlanders? Of
in den geest van b.v. IT'. Alberdingk Thijm
en Nuyens, die haar als een ramp voor de
katholieke staatsburgers beschouwen?
Adres van aannemers aan den
Rotterdamschen raad.
Het conflict over de borg
stelling bij aanbestedingen.
Naar het bestuur van de afd. Rotter
dam van den Alg. Ned. Aaunemersbond
ons mededeelt, wordt heden in samenwer
king met den R.-K. Bond van 1 Bouwpa-
troons een adres aan den raad gezonden,
waarin verzocht wordt het voorstel van
B. en W. in zake de nieuwe voorwaar
den der aanbestedingen van gemeentewer
ken niet aan te nemen.
Zooals men zich herinnert hebben B. en
W. den Raad voorgesteld, om den eisch
van voorafgaande borgstelling bij aanbe
steding onder zekere voorwaarden te la
ten vallen, voorts om in de regeling in
zake bes'echting van geschillen voors
hands geen wijziging te brengen en de
bepaling in zake verlenging van de op
leveringstermijnen in geval van werksta
king voortaan uit de bestekken weg te
laten.
De patroons wenschten nu afschaffing
van borgstelling en invoering van arbitra
ge voor alle geschillen in het aannemers
bedrijf. Zij wijzen er in het adres op, dat
alle leden van de bonden, omstreeks 3000
aannemers, genoodzaakt zullen zijn zich
van inschrijving naar welk gemeentewerk
ook te onthouden.
Ten slotte merken zij op, dat zij in het
streven tot verkrijging der rechtmatige
eischen gesteund worden door de ongeor
ganiseerde patroons, de coöd. arbeiders-
vereenigingen op het gebied van het aan
nemersbedrijf, den handel in bouwmate
rialen en den hout- en ijzerhandel.
Het voorstel van B. en W. zal, naar
wij vernemen, nog niet in de raadszitting
van morgen worden behandeld.
De terugwerkende kracht van het
bezoldigingsbesluit.
Een alarmeerend bericht
onzin.
„Het Volk" gewaagde dezer dagen van
het „alarmeerend gerucht, dat de Raad
van State zijn goedkeuring aan de her
ziening van 't Bezoldigingsbesluit zou
hebben onthouden in dien zin, dat hij ge
weigerd zou hebben aan dit besluit terug
werkende kracht tot 1 November 1928 te
verleenen".
Dit „alarmeerend gerucht" berust op
staatsrechtelijken onzin, teekent „Het
Gentrum" er bij aan.
Het Bezoldigingsbesluit is een alge
meene maatregel van bestuur.
Deze wordt niet goedgekeurd en be
krachtigd door den Raad van State, maar
door de koningin.
Vóór zulk een A. M. v. B. te bekrachti
gen, moet de koningin den Raad van State
hooren.
D.w.z. de Raad van State moet erover
aan de koningin advies uitbrengen.
Ook al is dit advies ongunstig, dan nog
blijft de koningin volkomen vrij, zulk een
A. M. v. B. te bekrachtigen.
Alleen moet de betrokken minister be
reid zijn, hem mede-te-onderteekenen,
waardoor hij de verantwoordelijkheid op
zich neemt.
Dat minister De Geer dit in casu be
reid is te doen, is niet aan twijfel onder
hevig.
Achtdaagsche abonnementen op de
Spoorwegen.
De spoorwegraad acht een
proef werschelijk.
Bij schrijven van 6 November had de
Kamer van Koophandel te Rotterdam
aan de Nederlandsche Spoorwegen ver
zocht, gedurende het geheele jaar acht
daagsche abonnementen beschikbaar te
stellen, zooals deze gedurende de Olym
piade hebben bestaan.
De .directie van de Nederlandsche Spoor
wegen had op dit verzoek afwijzend be
schikt.
Thans is van den voorzitter van den
Spoorwegraad bericht ontvangen, dat dit
college de wenschehjkheid heeft uitge
sproken, dat met deze soart kaarten nog
maals een proef zal worden genomen en
dan over een niet te koit tijdsverloop.
Vischmeel of diermeel voor varkens?
En kan het met voordeel door
gras wordenvervangen?
Om uit te maken of bij het mesten van
varkens aan vischmeel of diermeel de voor-
keer moet worden gegeven, nam het voe
derbureau der Friesche Maatschappij van
Landbouw proeven met twee achttallen
biggen. Voor deze proef werd gevoederd
met wit Engelsch vischmeel scholmeel
en N.T.F.-extract diermeel.
Na verloop van een bepaalden tijd was
het gewicht van de diermeelgroep van 470
tot 1270 ponden toegenomen, hetgeen bc-
teekende een gewichtsvermeerdering van
1.5 pond per dag per varken. Bij de visch-
meelgroep bedroeg de gewichtsvermeerde
ring in 67 dagen: 1.45 p. per dag en per
varken. Er was dus geen verschil in ge
wichtsvermeerdering van eenige beteeke
nis geweest. Worden de verkregen resulta
ten echter bevestigd, dan zou men aan het
goedkoopere diermeel de voorkeur moeten
geven boven vischmeel, nog afgezien van
eventueel verschil in invloed op de kwali
teit van het spek welk verschil, indien het
bestaat zeer waarschijnlijk ten nadeele van
het vischmeel zou zijn.
Voorts werd een proef genomen met een
groep van acht varkens, om na te gaan of
door voedering van gras her meelver'ornik
vischmeel of diermeel kan w orden be
perkt. Het eindresultaat was een gewichts
vermeerdering van 788 ponden voor de acht
varkens in 81 dagen, of een dagclijksche
gewichtsvermeerdering per varken van ruim
1/2 pond. Gebleken is, dat ongeveer 0.7
K.G. meel overeenkomen met 7.7 K.G. gras.
Dg verhouding naar zetmeel waarde of voe
dereenheden is pl.m. 7 op 1. Het is nu maar
de vraag of 7.7 K.G. gras minder waard zijn
dan de kosten van 1 K.G. meelmengsel. De
grasvoedering heeft, doordat zij minder
snellen groei veroorzaakte, 'n gunstigen in
vloed op de kwaliteit als bacon uitge
oefend.
De tentoonstelling van „Avicultura".
Voor de tentoonstelling van de Kon. Ne-
derl. Vereeniging „Avicultura", welke de
volgende week in de zalen van den Haag-
schen Dierentuin zal worden gehouden, be
staat een buitengewone belangstelling. Het
aantal inzendingen zal 4715 bedragen, dat
is 1275 nummers meer dan de vorig jaar ge
houden tentoonstelling en zelfs nog eenige
honderden meer dan de voor vier jaar ge
houden jubileum-tentoonstelling. Behalve
door het groote aantal, zal ook door een
groote verscheidenheid van inzendingen
deze tentoonstelling aan de spits van alle
Nederl. pluimveetentoonstellingen van dit
seizoen staan. O.a. zal men fazanten in zes
soorten kunnen zien, eenige Kiwi's en een
paar zwarte Zijdehoenders. In totaal nemen
25 buitenlanders deel aan de tentoonstel
ling, met meer dan 200 dieren. Teneinde al
deze inzendingen te kunnen bergen zal de
loods, welke telkenjare achter het gebouw
wordt opgericht, ditmaal 20 meter langer
worden en totaal 700 vierkante meter be
slaan.
Seminarie in Zuici-Afrika geopend door
Mgr. Gijlswijk.
Zijn Exc. Mgr. Gijlswijk, a-artsbisschop
en pauselijk d'elegaat voor Zuid-Afrika
heeft te Natal den eersten steen gelegd
voor een seminarie, dat is toegewijd aan
O. L. V. Zetel der Wijsheid en aan de za
lige neger-martelaren van Oeganda.
Pater Lammens S.J. onderscheiden.
De bekende Orientalist en uitstekende
kenner van het Arabisch en van den Is
lam, pater H. Lammens, professor aan de
bijbelhoogeschool der Jesuieten te Bey-
rceth is bij gelegenheid van zijn gouden
kloosterjubilé warm gehuldigd en ont
ving de „Médaille du Mérité Libanais'
van Pacha Habid el Saad, president der
regeering.
P0LITIE-ZAKEN.
In „De R. K. Politieambtenaar" lezen
we de volgende beschouwing. Wij kunnen,
natuurlijk, niet de gegrondheid van alle
daarin geuite klachten beoordeelen. Maar
in ieder geval is de critiek eerlijk en in be
hoorlijken vorm en mag van de desbetref
fende autoriteiten worden verwacht, dat
zij daaraan met 'n zekere waardeering
hun aandacht zullen schenken.
In vele plaatsen was de laatste jaren de
Politie een dankbaar object om op te be
zuinigen.
Zoo ook hier in Leiden. Of het daar
kan?
O, zeker! eenige honderden- guldens
weet men hier en daar wel af te knijpen.
Op dat gebied is men zeer vindingrijk.
Men oordeele. Verlaging van het schoe-
nengeld met 2.50 brengt een bezuiniging
van zoowat 140 maal 2.50 is 350.
vermindering van 't kleedinggeld van per
soneel dat in burger dienst doet houdt
naar schatting 250 in 't gemeentelaatje
te zamen dus 600.Voorwaar een be
zuiniging waarmede de gemeente ten zeer
ste is gebaat.
Wat mij altijd ten zeerste heeft be
vreemd is dit: Verslechteringen door B.
en W. voorgesteld, aanbrengen is zóó be
slist; verbeteringen echter nemen door
gaans heel wat tijd in beslag. Men lette
maar eens op het volgende:
Als ik het wel heb, werd dd. 27 April
1927 aan den Voorzitter van. de Commissie
van Overleg voor agentenzaken een punt
ter behandeling in die commissie toege
zonden, inhoudende een salarisverhooging
voor de hoofdagenten. D.d. 8 Augustus
1927 werd dit punt in de Commissie be
handeld en werd voorgesteld den Burge
meester te verzoeken met een voorstel tot
salarisverhooging van de hoofdagenten in
den raad te komen.
D.d. 8 October 1927 (dus twee maan
den later) ontvingen de organisaties van
den voorzitter der Comm. van Overleg
bericht, dat bedoeld verzoek aan den Bur
gemeester was toegezonden. De bal was
dus aan het rollen en allen rekenden"* er
vast op, dat het bij de begrooting voor
1928 in behandeling zou komen. Ik zeg:
„allen rekenden er vast op"; maar die
„allen" vergaten, dat hetgeen gevraagd
werd een „verbetering" was en.dat het
daarom niet kon.
Er zat dus voorloopig' niets anders op
dan een voorbeeld te nemen aan het ge
duld van Job. Het bleek echter, dat wij in
het beoefenen van deze schoone deugd 1 et
ten slotte tegen den braven man Job
moesten afleggen, want d.d. 7 Juni 1928,
althans omstreeks dien datum, zond», de
afdeeling Leiden van den Algem. Bond van
P.p. in Nederland een adres aan den Ge
meenteraad inhoudende het verzoek, om
de salarissen der hoofdagenten te verhoo-
gen, alsmede om het salaris voor de agen
ten vast te stellen van 32.tot 39.
per week; dit laatste om het klassenstel-
sel automatisch op te heffen. Aan dezo
verzoeken werd door de Chr. en de R. K.
organisatie adhaesie betuigd. Allen raads
leden werd een afschrift toegezonden.
Eindelijk werden deze verzoeken in den
raad gebracht en om prae-advies in han
den van B. en W. gesteld.
Wij hoopten dat dit prae-advies niet zoo
lang op zich zou laten vachten, althans
dat in de begrooting voor 1929 de noodige
voorsteller, dienaangaande zouden worden
gedaan.
De begreoting verscheen en de met
smart verbeide voorstellen schitterden....
door afwezigheid. De sectievergaderingen
hadden plaats en een lid vroeg hoe het
stond met bovengenoemde adressen. De
Memorie van Antwoord van B. en W. ver
scheen en daarin stond vermeld, dat er
niets gevoeld werd voor afschaffing van
het klassenstelsel en dat de salariskwestie
van de hoofdagenten nog in behandeling
was.
Beide antwoorden bevredigen ons niet.
Ten eerste is niet aan den raad ge
vraagd het klassenstelsel af te schaffen
..zonder meer,
Er is gevraagd het salaris van de agen
ten vast te stellen van 32.tot 39.-^-
opdat het klassenstelsel hierdoor zou ko
men te vervallen.
Wij weten heel goed, dat de *-aad niet
de bevoegdheid heeft het klassenstelsel af
te schaffen, want dit behoort alleen bij
den Burgemeester thuis.
Ten tweede: de salariskwestie van de
hoofdagenten is nog in behandeling.
Blijkt hieruit niet ten duidelijkste dat,
wanneer het om verslechteringen gaat, de
zaak in een ommezien kant en klaar is,
terwijl verbeteringen 'n long, long way
moeten afleggen.
Men zie eens hier.
Bovengenoemde verzoeken werden d.d.
7 Juni 1928 aan den raad verzonden; d.d.
1 Augustus 1928 trad de nieuwe Commis
saris de heer Meyer hier in functie.
Na dien datum heeft de Burgemeester
met den Commissaris over de bewuste
verlaging van schoenengeld en kleeding-
toeslag gesproken.
De Commissaris heeft genoemde verla
ging voorgesteld, doch den Burgemeester
tevens doen weten, dat deze aangelegen
heid nog niet in de Commissie van Over
leg voor agentenzaken was behandeld,
maar dat dit nog kon gebeuren.
Blijkbaar werd dit laatste niet noodig
geacht, althans het werd niet in de Com-
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Vrijdag 11 Januari.
Huizen 340.9 M. Na 6 uur 1852 M.
12301.30 K.R.O. Concert door het K.R,
O.-Trio.
3004.00 K.R.O. Vrouwenuurtje.
4.005.00 N.C.R.V. Gramofoonmuziek.
5.006.40 Concert. Trio v. d. Horst (pia
no, cello, viool).
6.407.00 Esperantoles.
7.007.30 Cursus Paedagogio door Dr. J.
v. Daal (K.R.O.).
7.35 V.P.R.O.-uitzending.
Hilversum. 1071 M.
10.0010.15 Morgenwijding.
12.152.00 Concert door het Boris Lenski
Trio.
2.052.45 Schooluitzonding. Jan Feith:
Jules Verne.
4.004.30 Halfuurtje voor de Huisvrouw,
door Mevr. Jacob-Zoethout.
5.30—6.00 Radiopraatje.
6.007.15 Concert door het Boris Lenski
Trio.
7.157.45 Schippersles.
8.008.50 Concert door het Omroep-orkest
o. 1. v. Nico Treep.
8.509.35 Nutslezing. Prof. Dr. M. C. v.
Mourik Broekman: Amerika.
9.3510.15 (Vervolg) Concert. Operette-
walsmuziek.
10.15 Pex-sber.
10.3011.30 Dansmuziek.
Daventry, 1C00 M.
10.35 Kerkdienst.
11.05 Kookpraatje.
11.20 Gramofoonmuziek.
12.20 Sonatenconcert (viool, piano).
12.50 Orgelconcert.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Tuinpraatje.
6.35 Nieuwsber.
6.50 Landbouwber.
7.05 Liederen van Rich. Strauss.
7.20 Bioscooppraatje.
7.35 Muziek.
7.45 Voorlezing.
8.20 Een Charles Ancliffe Concert. Or
kest.
9.20 Nieuwsb.
9.40 Indisch programma.
10.20 „Tudor Touches". „Catharine Farr",
drama van M. Baring.
11.2012.20 Dansmuziek.
„R a d i o - P a r i s", 1750 M.
12.502.10 Orkestconcert.
4.055.05 Orkestconcert.
7.057.50 Gramofoonmuziek.
8.5011.20 Concert. Daarna „De Bruiloft
van Figaro", Mozart (In het Italiaansch
gezongen).
L a n g e n b e r g, 469 M.
11.30 Mechanische muziek.
12.251.50 Orkestconcert.
5,05—5.50. Orkestconcert.
7.35 „Mann ist Mann", klucht van Ben
Bracht. Muziek van Moisel. Daarna con
cert. Vervolgens tot 11.20 Dansmuziek.
Z e e s e n, 1650 M.
11.20—3.50 Lezingen.
3.504.50 Orkestconcert.
4.507.20 Lezingen.
7.20 Beethovenconcert.
8.20 Lezing.
8.50 Opera's van Keizer. Orkest en so
listen.
Hamburg, 395 M.
10.2011.20 Gramofoonmuziek.
5.20 Orkestconcert.
7.20 Symphonieconcert.
9.20 „Margot", 1-acter, Sudermr^in.
10.1011.10 Her-uitz. v. buitenl. station
Brussel, 509 M.
5.20 Orkestconcert.
6.50 Trioconcert.
7.20 Gramofoonmuziek.
8.35 Orkestconcert.
8.20 De Harmonie van La Bouverie.
10.35 Sluiten.
missie behandeld.
Deze voorstellen, welke op z'n mins!
twee maanden later inkwamen dan boven
bedoelde verzoeken, worden wèl in de bc-
grooting behandeld, de verzoeken niet."
FEUILLETON.
Vrij bewerkt naar het Duitsch
door P. <^jr. H oc k s.
49)
„Hij moet gered worden, als 't nog mo
gelijk is I"
„Groote hemelZeg op, wat is er ge
beurd
„O iets verschrikkelijks Hij zit hier of
daar opgesloten en zal moeten sterven van
hongerEn ik houd zoo ontzettend veel
van hem
„Dat heb ik al lang gemerkt. Maar wees
nu eens kalm en vertel dan eens, wat je
van hem weet."
Bij deze woorden sprong Albert uit zijn
wagen en stond recht van lijf en leden
voor haar.
In haar verbouwereerdheid merkte ze
dit niet dadelijk. Maar dan, na eenige
oogenblikken,lTe kunt staan, Albert! Je
kunt loopen ookHoe komt dat
„Heinrich heeft me genezen. En nog
veel meer. Roderik en die hongerdokter
wilden me vermoorden, maar 't is hun
niet gelukt. Heinrich kwam er achter en
heeft me gered. Eerst redde hij u en la
ter mij."
„Wilde Roderik je vermoordenHoe
verschrikkelijk 1Misscien heeft hij
Heinrich ook reeds vermoordZooeven
kemt Dora huilend bij me in de kamer,
lik had haar dezen morgen gevraagd,
waar ze gisterenavond gebleven was, om
dat ze op mijn schellen niet was versche
nen. Ze had me wijsgemaakt, dat ze
hoofdpijn had, maar nu ze hoorde, dat
Heinrich verdwenen was, begon haar ge
weten te spreken. Schreiend vertelde ze
me, dat ze gisteravond een afspraakje had
met Frederik, je nieuwen bediende. Ze
wachtte op hem op de tweede verdie
ping. Opeens zag ze Roderik uit de ka
mer komen naast die van den kamerdie
naar. Hij had een brandende kaars in de
hand en begaf zich naar 't oude gedeel
te van het slot. Ze hoorde hem de wen
teltrap bestijgen, die naar de schilderijen
zaal voert. Even later verscheen Hein
rich met een brandende lamp. Deze ging
denzelfden weg en dan volgde eenige mi
nuten later een harde bons, alsof er een
zware deur in 't slot geworpen werd in 't
m:dden van de zaal. Een duivelsche lach
weerklonk door de stilte en dan zag ze
Roderik weer terugkomen met een kistje
onder den arm. Ze had al dien tijd zich
verborgen gehouden in een nis, zoodat
Roderik haar niet opmerkte, ook dan niet,
toen hij bijna rakelings naast haar met
het kistje naar beneden stormde. Daar
na heeft ze nog een half uur gewacht om
te zien, of Heinrich terugkwam. Maar
deze kwam niet en daar Frederik haar ook
te vergeefs liet wachten, is ze weer naar
beneden gegaan en nu verbeeldt ze zich,
dat hij door Roderik in een onbekend ge
deelte van het slot opgesloten is en van
honger zal moeten omkomen."
„Ik geloof, dat ze gelijk heeft!" riep
Albert, „en we gaan er dadelijk op uit om
hem te zoeken. God geve, dat we hem
mogen vinden."
„En als we hem nu eens niet vonden
„Houd moed, Rosa. God zal ons hel
pen, daarvan ben ik overtuigd
„En je beenenZullen die je kunnen
dragen
„Hariep Albert, „daar herinner ik
me ietsEen droom, dien Heinrich had
in den eersten tijd, dat hij zich hier be
vond. Hij droomde, dat hij in een zaal van
't slot was gekomen van welks bestaan
niemand iets af wist. De deur viel in 't
slot en hij was aan den hongerdood prijs
gegeven. Toen hij op 't punt was te ster
ven, ontwaakte hij."
,,Kom Albert, laten we niet langer
talmen. Misschien is 't nog niet te laat
En ze nam hem bij de hand en trok hem
met zich mee.
XXIII.
Zonder door iemand gezien te worden
kwamen ze in de schilderijenzaal.
In 't midden van de zaal bleven ze
staan om te luisteren, of ze iets hoorden,
doch geen geluid trof hun oor.
„Misschien", fluisterde Albert, „is er
achter een van die schilderijen een ge
heime deur." Hij liep ze langs, één voor
één en klopte met de vuist op elk schil
derstuk, doch merkte niets bijzonders.
Nu stonden ze voor de tafel met den
stoel er voor.
„Kijk," zei Rosamunde, „vuilq voet-af
druksels op den stoel en ook op de tafel.
Zou 't hier kunnen zijn?"
Albert klom op den stoel en stond in
een oogenblik op de tafel en begon nu
uit alle macht op de schilderij te bon
zen, roepende zoo hard hij kon: „Hein
rich Heinrich
„Hoorde je niet?" vroeg hij, toen hij er
even mee ophield, ,,'t was net, of ik iets
hoorde."
Hij bonsde opnieuw en riep weer den
naam van zijn vriend.
Toen hij even wachtte, vernam hij ook
een geklop aan de andere zijde van het
schilderij.
„Heinrich riep hij, ,ben jij daar V'
„AlbertBen jij hethoorde hij nu
vlak achter het schilderij.
„Je leeft! O, God, wat een geluk! God
zij gedankt en geprezen
Rosamunde was op den stoel neergeval
len en drukte haar handen op haar klop
pend hart.
„Hoe kan ik deze deur open maken?"
„In den gordel van 't beeld zit een
steen en ook een in den gesp van den
schoen. Op die twee steenen móet je te
gelijk drukken, dan springt de veer van
't slot terug en draait de schilderij een
halven slag om."
Albert volgde die aanwijzing. Het slot
sprong terug. Het schilderij draaide en
Heinrich werd zichtbaar.
Albert sprong door de opening heen en
lag in minder dan geen tijd in de armen
van zijn vriend.
„Zoo is dan mijn droom toch uitgeko
men", zei Heinrich bewogen. „Ik heb hier
bange uren doorleefd en was juist van
overspanning in een lichte sluimering ge
raakt, toen uw kloppen me wakker maak
te. Maar hoe hebt r. mijn gevangenis kun
nen ontdekken? Wie heeft u op mijn spoor
gebracht
„Daar zit ze." En Albert wees op Rosa
munde. „Zij kwam mijn hulp inroepen
om u te redden, zeggende, da£ ze zoo
veel van je hield."
Albert ging nu naar Rosamunde, hielp
haar de tafel bestijgen en bracht haar zoo
in de schatkamer.
„Gravin, heb ik aan U mijn redding te
danken Hoe zal ik u dat ooit kunnen
vergelden
„Door van haar evenveel te houden, als
zij van u doet. Maar dat hoef ik niet te
zeggen. Jullie bemint elkaar reeds lang",
zei Albert.
„Bemint ze mij Mij, den onbekenden
bediende van graaf Albert?Spreekt
Albert de waarheid, gravin V'
„Hij spreekt de waarheid'" antwoordde
ze met hoogroode kleur. „Ik heb u be
mind van 't oogenblik af, toen u mij het
leven redde. Maandenlang heb ik tegen
die liefde gestreden, maar ze heeft me
overwonnen. Het ongeluk, dat u gisteren
overkwam en waarvan ik heden hoorde,
heeft al mijn bezwaren uit den weg ge
ruimd. Ik wil de uwe zijn voor tijd en
eeuwigheid, indien u me wilt aannemen.
Ik kan niet anders."
„God zegene u voor die woorden, gra
vin. Ook ik heb u altijd bemind, zoolang
ik u ken."
En bij die bekentenis omhelsden ze
elkaar eenige oogenblikken.
„En weet je nu, Rosa, met wien je je
verloofd hebt? Niet met mijn bediende,
Heinrich Schmidt, ook niet met den doc
tor in de medicijnen, Heinrich Schmidt,
want dien titel voert hij, maar met Hein
rich, graaf von und zu Rotenbach, den
kleinzoon van grootvader Anselm en den
zoon van graaf Herman, dien grootmama
hier uit het slot gejaagd heeft."
(Wordt vervolgd)