BINNENLAND. STADSNIEUWS. Uit de Omgeving De kleinzoons van Graaf Rotenbach. TWEEDE BLAD „DE LEIDSCHE COURANT" MAANDAG 3 DECEMBER 1928 R.-K. Bond vflt>r Groote Gezinnen. De financieele verhouding tusscken het Rijk en de gemeenten. Bovengenoemde Bond heeft een adres gezonden aan do Tweede Kamer in zake het wetsontwerp van de financieele ver houding tusschen het rijk en de gemeenten. In dit adres wordt als voornaam punt van bezwaar tegen de algemeene richtlijnen der regeling naar voren gebracht, dat „niet voldoende acht geslagen wordt op de toe komstige verhouding tusschen gehuwd en ongehuwd." Aangedrongen wordt op een vrijgezellen belasting. Aan het rijk zou de plicht kunnen wor-. den opgelegd om ten bate van de gemeen ten nog een zeker aantal opcenten te krij gen op de hoofdsom van den aanslag in de ze belasting van degenen, die ongehuwd zijn. Daarmede zou de vrijgezellenbelas ting op zeer eenvoudige wijze werkelijkheid geworden zijn. Verder wordt gevraagd vrijstelling van belasting voor twee vrouwelijke dienstbo den bij 8 of meer kinderen, en voor 1 dienstbode bij 3 kinderen. Ook wordt gevraagd de belasting op paarden en motorrijtuigen te doen voorgaan vóór de belasting op huurwaarde, meubi lair en dienstboden. Ten slotte wordt de regeling van den kinderaftrek in verte ringsbelasting beslist onvoldoende geoor deeld. Het voorschrift van het wetsontwerp bepaalt zich tot: „De belasting naar den eersten en twee den grondslag kan worden verminderd in verband met de samenstelling van het ge zin van den belastingplichtige." We voorzien hiervan een bron van chi canes, van ernstige moeilijkheden voor elke gemeente afzonderlijk. Wat we totdusverre hebben beleefd met den kinderaftrek in de gemeentelijke inkomstenbelasting staat ons weer te wackteü met de komende verte ringsbelasting. Wat te betreuren zou zijn omdat we door de regeling in de thans bestaande personeele belasting een eind in de goede richting zijn gekomen t.o.v. de gezinsbe lasting. Hier is voorziening dringend noodzake lijk. Niet alleen behoort de verplichting tot het verleenen van den kinderaftrek in de wet te worden eergelegd, ook de normen, waarnaar de kinderaftrek zal zijn te ver leenen, moet worden opgenomen. Oorzaak der instorting te Gouda. Rapport van den directeur van Gemeentewerken. B. en Wt. van Gouda hebben thans ge antwoord op de door den heer A. Fok kers gestelde vragen in zake de construc tie van den bouw van de woningen in de Vondelstraat, waarvan tengevolge van den storm van 16 dezer het dak en de buiten- achtermum- werden afgerukt. B. en W. hebben een onderzoek doen in- Btellen, waarvan de resultaten zijn neer gelegd in een rapport van den directeur van gemeentewerken. De voor de muren gebruikte metselsteen en specie is goed te noemen. Het staat verder vast, aldus het rapport, dat de platte daken in overeen stemming met de eischen zijn aangebracht, maar het staat evenzeer vast, dat onder bepaalde, zeer ongunstige omstandighe den, zooals op dezen stormavond, de tot nu toe gevolgde constructie niet voldoen de is. De ongunstige factoren, die zich bij deze ramp deden gelden, zijn naar de mee ning van den directeur de vrij breed over stekende gootconstructies, die veel gelegen heid boden om door de sterke windstooten het dak te doen lichten, en voorts het be zigen van spouwmuren, die in dergelijke omstandigheden als hier natuurlijk veel spoediger dan massief metselwerk uit hun verband geraken, wanneer eenmaal wer king in de platbinten is ontstaan. Om met meer kans op succes inwaaiing van platte daken te voorkomen, zal het geboden zijn de platte daken voortaan met solide an kers benedenwaarts in het muurwerk te be vestigen. De directeur deelt ten slotte in zijn rap port mede dat hem is gebleken, dat door den bouwer Schouten niet overal voldoen de spouwijzers zijn aangebracht en ook de muren tusschen voor- en achtergevel zon der de noodige z.g. inkastingen zijn opge metseld, waardoor de muren natuurlijk veel van hun stevigheid verliezen. Door den bouwer is zeer zeker aan een behoor lijke constructie van het muurwerk te kort gedaan, hetgeen ook de dagelijksche op zichter niet heeft weten te voorkomen. Deze gesignaleerde constructiefouten heb ben, volgens den directeur, echter geen invloed uitgeoefend bij het afwaaien der daken. De conclusie van het rapport hebben B. en W. aanleiding gegeven aan den raad voor te Stellen in de bouw- en woningveror dening een bepaling te doen opnemen, die het maken van een do -olijke constructie ve onvolkomenheid, om. ogelijk maken zal. Deze bepaling schrijft voor, dat platte da ken op solide wijze benedenwaarts in het muurwerk moeten worden verankerd. Belasting betalen op de postkantoren. Met ingang van 1 Januari 1929 wordt de gelegenh<yd geopend om ook op de post kantoren, welke thans nog niet voor den belastingdienst zijn opengesteld, de ver schuldigde belasting te voldoen. Gedurende den geheelen duur der open stelling van de kantoren, doch niet voor 9 uur, kan men terecht voor betaling van grond-, personeele-, inkomsten-, vermogens- en div.- en tantièmebelasting. De diensi strekt zich uit tot alle post- telegraaf-, bij-, wijk- en hulpkantoren. GEMEENTERAAD. Het vernietigen van voor consumptie afgekeurd vleesch. B. en W. deelen den raad mede, dat een concept-overeenkomst is opgemaakt om aan de N.V. Nederlandsche Thermo-Che- mische Fabrieken af te geven het vleesch. dal voor gebruik van mensch en dier in gevolge de vleesolikeuringswet vernietigd moei; worden. Thans geschiedt deze ver- niefigmg door middel van verbranding in een z.g, Rcn-oven. De N.V. Thermo-Chemische fabrieken verbindt zich door haar zorg en voor haar rekening het volgens de bepalingen der vleeschkeuringswet afgekeurde vee en vleesch onbruikbaar, alsmede in den zin der veewet ziek en verdacht vee, dat is afgemaakt of gestorven, onschadelijk te maken, door het in door haar gestichte fabrieken te verwerken tot technisch vet en meel. De vennootschap verbindt-, bovendien voor ieder stuk vee, dat uit het gebied der gemeente aan haar wordt af geleverd, aan de gemeente éen vast.gestëld bedrag uit te keeren. Daartegenover neemt de gemeente de verplichting op zich, om de fabriek van de vennootschap met uitsluiting van anderen als destructor voor haar gebied aan te wijzen en alle uit de gemeente afkomstige cadavers en afvaldeelen aan haar af te staan, alsmede om de vennootschap op het territoir der gemeente vrij te stellen- van betaling van gemeentelijke tol- en brug gelden en andere retributies- in verband met het vervoer. Uitvoerig zetten B.. en W. uiteen, dat een dusdanige overeenkomst uit economisch en uit hygiënisch standpunt te verdedigen valt. Voor de bij den Leidsohen keurings dienst aangesloten omliggende gemeenten pleiten voor het sluiten van de onderwer- pelijke overeenkomst ook nog andere re denen. 'Thans is. gelijk de ervaring reeds heeft geleerd, het gevaar niet denkbeeldig, dat het in die gemeenten begraven vleesch, vooral als het niet behoorlijk is verkleind en niet volgens het desbetreffend voor schrift voldoende met creoline is overgo ten, weder wordt opgegraven en in con sumptie gebracht f i aldus ook zijn weg naar Leiden vindt; voorts gaat het be graven bij vorst met groote moeilijkheden* gepaard*, terwijl ook de hooge stand van het grondwater ir^ deze streek vaak een beletsel oplevert tegen het voldoende diep begraven. Bovendien is in de nabijheid van de noodslachtplaatsen vaak niet vol doende ruimte beschikbaar om binnen korten tijd verschillende cadavers te be graven. Beroepskeuze. Zaterdag is pex advertentie in onze courant bekend gemaakt, dat de Germ Dienst voor Sociale Zaken een afd. voor beroepskeuze heeft opgericht. Des Maandags van 68 uur n.m. en des Woensdags van 24 uur n.m. wordt er in het kanto.or Levendaal 1, hoek Garen- markt zitting gehouden, waarop, ouders, vergezeld van het desbetreffende kind en zoo mogelijk ook de schoolrapporten van dat kind bij zich hebbend, inlichtingen kunnen verkrijgen omtrent de belangrijke vraag, welk vak of beroep voor dat kind het beste is, gezien de aanleg van het kinu in verband met den aard van het vak of beroep, van welken aard vele ouders dikwijls niet goed op de hoogte zijn. Zulk een inlichtingen-bureau kan goed werk verrichten. Leeszaal Reuvens. Vrijdagmiddag werd onder presidium van mevr. de wed. prof. Kuenen de jaar vergadering van de Leeszaal Reuvens ge houden. Do bestuursverkiezing had tot resul taat, dat de aftredende leden, de heeren dr. Endt, Schaap, Hibma, A. A. Rijnbach en mej. dr. Ruys werden herkozen. In de plaats van mr. dr. J. C. Overvoorde, die zijn mandaat ter beschikking had gesteld, werd gekozen de heer B. Buurman. Tot leden vin de kascommissie werden gekozen de hccren Schilp en Huge. De beg .ling voor het volgend jaar sluit met eon. geraamd tekort van 901 en geeft aan uitgaven 15089, aan inkom sten 14188. Mededeeling werd ten slotte gedaan, dat de gemeente bericht heeft gezonden, dat nog geen beslissing is genomen op het verzoek om subsidie. Zaterdag heeft de heer J. B. H. Groten huis. bezoldigd bestuurder van den Chr. Metaalbewerkershcuc, waarvan, zooals men weet, het kantoor is* gevestigd op de Apo- thekersdijk, onder veel belangstelling zijn 12^-jarig jubileum gevierd. Gehouden verkooping in h^t Notaris huis alhier op Vrijdag j.l. ten overstaan van Mr. H. M. A. Coebergh notaris al hier: het Heerenhuis, Oegstgeesterlaan 12, kooper J. H. A. Manders voor 12600; A. J. C. van der Heijden, notaris al hier: Terweeweg 27 te Oegstgeest, O. P. J. Paardekobper qq. Voor 7000, aldaar 29 en 33 H. C. Zand voort c.s. voor 5700 en 5500, aldaar 31 P. v. d. Kleij qq. voor 6108, Prinsenstraat* 44 C. van Haaster tööf "275. VOORSCHOTEN. Onthulling gedenkzteen Treub's geboortehuis. Zaterdagmiddag omstreeks half drie kwamen in de raadzaal vele genoodigden bijeen om getuigen te zijn van de huldi ging van Prof. Mr. M. W. F. Treub als oud-Voorschotenaar. Onder de zeer velen merkten wij op Zijne Excellence's Bors- boom, Koningsberger, de Visser, Posthu- ma, Beelaerts van Blokland, Mr. Tak, Ba ron van Lijnden, Baron Kraayenhof, Mr. Kooien, Generaal Swart, Mr. Cohen de Boer, Mr. Hovy, Burgemeester E. Vernède, de beide Wethouders, en vele leden van den raad leden van het comité tot huldi ging van den jubilaris. In één der hoeken van de Raadszaal waren de portretten aan gebracht van de ouders en de broeders* van den oud-minister, terwijl voor de ze tels op een tafel waren opengeslagen, een paar oude archiefboeken, vermeldende de geboorten van de gebroeders Treub, het boek van den burgerlijken stand. Terwijl de jubilaris dc trappen naar de ontvangzaal betrad en begeleid door Z. E. Rambonnet, oud-minister, en Dr. J. A. Treub, door den heer A. P. Schram de Jong werd binnengeleid, zette Voorscho- ten's Mannenkoor ,.D. E. V." onder lei ding van den heer F. C. de Graaf uit Lei den een paar coupletten (oudé toonzetting) van het Wilhelmus in. Toen allen hunne zetels hadden ingenomen, nam Burge meester E. Vernède het woord om de aan wezigen welkom te heeten in het bijzon der Prof. Treub, den geachten jubilaris en het aanzienlijke gezelschap. Spr. gewaag de van do bijzondere beteekenis, om hier hulde te brengen aan de gebroeders Treub, hetgeen in de geschiedenis van deze ge meente een bijzondere beteekenis zal -heb ben. Het was spr. bijzonder aangenaam na mens de gemeenteraad Prof. Treub te mo gen toespreken. Het is ongeveer 50 jaar geleden aldus spi\, dat gij ons dorp hebt verlaten, maar hoo zouden wij u kunnen vergeten, die de jongste zoon zijt van hem, die 45 jaar hoofd der gemeente was. Uw eerste voetstappen hebt gij op de secreta rie dezer gemeente gezet. Wij hoorden van u en gij kwaamt uw geboorteplaats dikwijls bezoeken, voore1 f*n<*u notaris Schoor nog leefde. Spr. herinnert er aan wat in 1914 door den jubilaris is tot stand gebracht. Eereburger maken is niet meer mogelijk, dit bestaat hier niet, maar wij beschouwen u als eereburger en daarom heeft, de gemeenteraad unaniem besloten, e-en gedeelte van de Voorstraat, waarin uw ouderlijk huis staat, te herdoopen en vanaf heden te noemen naar de drie groote gebroeders Gebroeders Treubstraat". Mo ge tot in lengte van dagen velen naar het huis heenwijzen, waar de gebroeders Treub werden geboren, uit dankbaarheid voor wat zij gedaan hebben voor de lijdende menschheid en het Vaderland. Door Prof. Mr. M. W. F. Treub werd de rede van den Burgemeester beantwoord en zeide o.a., dat hij zich aUiid in Voorscho ten thuis gevoelde, wanneer hij zijn ge- boorteolapts kwam bezoeken. Spr. makte een verge! ii ting tusseh"^ dp omge ving van nu, een prachtig verblijf, en de secretarie met woning van zijn vader van vroeger. Van lieverlede is de secretarie veranderd, maar het huis van vader Treub is gebleven Toen spr. hoorde dat er een verrassing zou komen, toen heeft hij ge zegd, dat onder alle hulde hem deze hul de de mooiste en beste was, die hem kon worden gebracht, en niet alleen mijn over leden broeders en mij, maar wanneer mijn ouders eenige hulde zouden kunnen waar- deeren, zouden zij deze waardeeren.' Voor al mijn vader, aldus spr., die hier 45 ja,ar lang de scepter heeft gezwaaid. Spr. schet ste enke'e staaltjes, hoe zijn loopbaan op de secretarie, onder leiding van zijn va der. was begonnen en hij had leeren wer ken. Na het uitspreken van zijn dank aan den Burgemeester en leden van den raad voor dit besluit, eindigde spr. zijne rede. Door Voorschoten's Mannenkoor werden hierna nog enkele zangnummers uitge voerd, waarna het gezelschap zich naar de Gebroeders Treubstraat begaf ter ont hulling van de gedenksteen aangebracht in het huis thans bewoond door den heer A. Verhoog. Nadat de voorzitter van het hul- digingseomité Mr. Tak, had herinnerd aan de gevoelens, die thans bij den jubilaris wel moeten omgaan bij het aanschouwen van het pand, waar hij het levenslicht aanschouwde en zijn jeugd ha-d doorge bracht, evenals zijn broeders, die land en volk en Koningin zoo goed hadden gediend werd het doek van den steen weggetrok ken en aan den gevel gehecht een lau werkrans met linten, waarop de namen: Dr. Melchior. Dr. Hektor en Mr. Willem. Professor van Rooij uit Amsterdam, de opvolger van prof. dr. Hektor Treub te Amsterdam, vertolkte de gevoelens van de Amsterdamsche Universiteit en her dacht het groote werk door Treub aldaar tot- stand gebracht voor de medische fa culteit. Spr. hechtte aan den gevel een lauwerkrans getooid met linten in Am sterdamsche kleuren als een hulde aan dr Hektor Treub, die alhier het levens licht aanschouwde. Ten slotte legde Me vrouw FrankenTreub. dochter van prof. dr. Hektor Treub, een bouquet bloemen bij den gevel. Zichtbaar ten zeerste ontroerd, dankte prof. Mr. M. W. F. Freub de commisfie voor deze hulde met een enkel woord, maar de emotie was hem te sterk op dit moment bij het aanschouwen van de zeer UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Dinsdag 4 December. Huizen 340,9 M. Na 6 uur 1852 M. (Uitsluitend K.R.O.-uitzencnngen). 12.301.30 Concert door het K.R.O.-trio. 5.306.30 Gramofoonmuziek. 6.307.Duitsche les. 7.—7.30 Cursus Kerklatijn, beginners. 7.30S.Cursus kerklatijn, gevorderden. 8.-8.30 Lezing door ir. C. F. Verborst: [ets over oliën en vetten. 8.30 Opera-avond. Mej. H. Bakker, so praan. Mej. J. Immink, alt. Jules Moes, te-, nor. H. Bloemgarten, bas. Het versterkte Amsterdamsche salon-orkest o.l.v. F. R. Boshart. Hilversum. 1071 M 10.10.15 Morgenwijding. 12.30—2.Lunchmuziek door het Boris Lensky-trio. 3.4.Kniples. 5.6.Gramofoonmuziek. 6.7.15 Concert door het Boris Lensky- trio. 7.157.45 Engelsche les, gevorderden, 8.058.35 Boekbespreking. 8.3511.Concert door het Omroep orkest o.l.v. Nico Treep. A. Leopolder, piano. O. A. Graef, piano. 9.3010.Lezing door P. W. Scharroo, Majoor der Genie. 10.(Vervolg). Concert. 10.30 Persber. 10.40 (Vervolg). Concert. Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 11.35—1.20 Dienst in de Canterbury Ca thedral. Inwijding v. d. nieuwen Bisschoj; van Canterbury. I.202.20 Urkestconcert. 2.50 Voor de scholen. 3.50 Muziek. 3.55 Fransche les. 4.20 Orkestconcert. 4.35 Lezing: Shaw. 4.50 Orkestconcert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lezing. 6.35 Nieuw sber. 6.50 Muziek. 7.05 Pianomuziek van Schubert. 7.20 Lezing. 7.35 Muziek. 7.45 Wetenschappelijke lezing. 8.05 Concert door de militaire kapel. 8.208.50 Lezing. 9.20 Nieuwsber. 9.35 Muziekles. 9.55 Nieuwsber. 10.„The Grey Parrot" cn ..The Mon keys Paw", twee dram, schetsen van W. W. Jacobs. II.12.20 Dansmuziek. „R adio-Pari s", 1750 M. 12.50—2.10 Orkestconcert. 4.055.05 Orkestconcert. 8.20 Liter, causerie. 8.3511.20 .,Die lustige Witwe", operette van Lehar. Groot orkest, lcoor, soli. Langenberg, 469 M. 10.35—11.15 Uit Wagner's „Lohengrin". 11.30 Mechanische muziek. 12.251.50 Orkestconcert. 5.055.50 Orkestconcert. 7.20 Orkestconcert. Het Duitsche Volks lied (4). Weragkoor. Daarna vervolg van het Orkestconcert. Königswusterhausen (Zees en) 1250 en 1680 M. 11.204.20 Lezingen. 4.205.20 Concert. 5.207.05 Lezingen. 7.20 Concert. 8.20 Concert. 8.50 De journalist spreekt. Ha m b u r g, 395 M. 5.35 Dansmuziek. 7.20 Pianoconcert. 8.30 Volksliederenconcert. 9.50 Vroolijke volksliederen. 10.50 Uitgez. uit het Georgepalast. Brussel, 509 M. 5.20 Orkestconcert. 6.50 Trioconcert. 8.35 Orkostconcert. 9.35 Concert. Muziek van de Grenadiers en medew. van solisten. Soldatenliederen. FEUILLETON. Vrij bewerkt naar het Duitsch door P. G. H oc k s. (Nadruk verboden). IX. „Albert, ik heb een groot verzoek aan je.... En, en je moogt me dat niet weige renIkik ben radeloos 1" Met deze woorden, gejaagd, zenuwach tig uitgestooten, kwam Rosamunde Al bert's kamer binnen en liet zich neervallen op een stoel vlak naast zijn wagen. „Maar Rosamunde, wat scheelt er aan? Wat is er gebeurd?" „Ik voel me ellendigdiep ellendig!" „Waarom dan toch?" „Ik heb hem gezienhemden redder van mijn leven uit den brand! 't Is verschrikkelijk!" „En voel je je daarom zoo ellendig? En vind je dat zoo verschrikkelijk! Als ik in jou plaats was, zou ik juist blij zijn. We heboei lang genoeg te vergeefs naar hem gezocht. Waar heb je hem gezien? En wie is 't? „Hier heb ik hem gezien in 't slot." „Hier! ,,J a". „En wie is 't- dan?" „Wie 't is? Je nieuwe bediende!" «Mijnheer Schmidt?" „Ja, mijnheer Schmidt, die zich hier heeft weten in te dringen, zich 'verhuurd heeft als je bediende en dien je pas tot je secretaris verheven hebt!" „O, dat vind ik interessant! Net wat voor hem om iemand met gevaar van zijn eigen leven te redden! Nou mag ik hem nog liever lijden! We hebben heel wat aan hem goed te maken, Rosamunde!" „Dat maakt me juist zoo ellendig en dat maakt me zoo zenuwachtig. Ik zal het niet kunnen verdragen altijd dankbaar op te moeten zien tegen een gewonen be diende. Ik.ik een gravin Rotenbach zou verplicht worden om op vertrouwelijken voet om te moeten gaan met iemand uit de geringste volksklasse! Ik kan hem niet zien! We moeten hem een goede beloo ning geven, veel geld en dan, Albert, moet je hem ontslaan. Ik bid, ik smeek je er om. Stuur hem weg, dan hoef ik hem nooit meer te ontmoeten!" Albert keek haar stom verwonderd aan. „Wat heb ik nou aan de hand?" vroeg hij, toen hij van zijn verbazing bekomen was. „Is dat onze lieve Rosamunde, die zoo spreekt, of is dat onze trotsche, ijzige, harde grootmama. Den redder van je le ven, die op zich genomen heeft het mijne te redden, zouden we op staanden voet en zonder eenige geldige reden het slot_ uit jagen als een schurftigen hond en dat wel, omdat jij, een gravin uit het huis Roten bach, te trotsch bent om eenige verplich tingen tegenover dien man op je te ne men? Meen je dat, Rosamunde?" „Ja, dat meen ik. En nu kan je het, wat mij betreft, noemen zooals je het wilt: eigenzinnigheid, ondankbaarheid, trots' 't is me alles net eender, maar wèg moet hij, ik kan zijn tegenwoordigheid niet dul den. Ik zou me niet, zooals tegenover an dere bedienden, vrij voelen tegenover de zen man en daarom verzoek ik je nog maals dringend, dat jo hem zult ontslaan/ „Eén ding verwondert me", zei Albert op spottenden toon, „en dat is, dat gravin Rosamunde Von und zu Rotenbach zich er niet tegen verzet heeft, dat een man uit de gewone volksklasse haar redde van een wissen dood. Maar, ik bedenk me, dat kon ze niet. Ze was bewusteloos. Die man had ook beleefder moeten zijn. Hij had moeten wachten, tot ze weer 1 ^ge komen was en haar er dan verlof voor moeten vragen. Misschien zou ze dan wel geantwoord hebben: Blijf met je niet- adellijke handen van me af. Ik ben een gravjfi van Rotenbach. Laa# me maar verbranden." „Je kunt spotten, zooveel als je wilt, maar toch moet ik mijn verzoek herhalen op gevaar af van ondankbaar te schijnen." „Schijnen?! Je kunt het werkeli/ en dat valt me bitter in je tegen. I's dan bij ons, Rotenbach's de adel, waarop wij zoo groot gaan, alleen iets uiterlijks? Wat be- teekent adel, als men ze niet ronddraagt in 't hart? En dankbaarheid behoort die dan niet bij onzen adel? En jij wilt on dankbaar zijn? Zelfs een dier is dank baar! Hoe dankbaar is niet een.hond, als je ;m uit het water redt!" „Je woorden doen me pijn, Albert. Nog nooit heb je kunnen zeggen, dat ik on dankbaar geweest ben voor een bewezen dienst maar in dit geval is het heel iets anders. Het is ook geen ondankbaarheid, die mii tot dit verzoek drijft. Verre van daar. Ik wil den man graag beloonen. Ik wil hem zelfs al de kostbaarheden schen ken, die ik bezit. Maar hem iedoren dag zien, dat kan ik niet." „Zoo, zoo! Wil je hem beloonen? Mot al je kostbaarheden? Ik geloof, dat je hem daarmee zeer zoudt kwetsen. En wat zou hij moeten denken, als hij nu eensklaps, zonder eenige reden, ontslagen zou wor den? Nu, je kunt erover oordeeleu, zooals je wilt, maar ik ontsla hem niet." „Albert, doe het toch! Ik smeek er om!" „Nooit". Zij knielde nu neer naast zijn wagen en riep met tranen in de oogen: „Toe, Albert voldoe toch alstublieft aan mijn verzoek. Als hij hier blijft, zou ik me iederen dag moeten doodschamen." „Je bent me een raadsel, Rosamunde. Maar sta op, ik zal je nog iets anders zeggen." Ze stond op cn zette zich weer bij hem neder. „Kijk eens naar buiten, Rosamunde. Vind je dat gezicht niet allerheerlijkst? Die bloeiende boomen, die geurende bloe men, die zingende vogels! AMes getuigt van Gods grootheid en liefde. Alles ver heugt zich bij het herleven van Gods schoone natuur. Jullie, gezonde menschen, gaat naar buiten en jullie kunt die heer lijkheid van nabij beschouwen en er van genieten. En ik? Ik moet dat alles ont beren. Alles, wat het jeugdig menschen- hart verheugt, moet ik me ontzeggen. Ik kan me niet eens bewegen en zoo graag zou ik naar buiten gaan om van al dat scboone te genieten, zooals jullie dat kunt." Albert hield even op en vervolgde dan weer: „Op zekeren dag nu komt er hier een jonge man, een man van ontwikkeling Ik neem hem als bediende aan. Ik ga iets voor hem voelen en hij voor mij. Hij krijgt medelijden met mijn toestand, on derzoekt me nauwkeurig en voor zoover ik kan nagaan, met kennis van zaken en dan belooft hi] mij zijn best te zullen doen om me te genezen, daar hij mijn verlamming niet ongeneesolijk acht. Hij zal dit doen, zonder dat onze huisdokter er iets van merkt. Ik ben dus vol moed en zie met verlangen naar mijn genezing uit. En nu komt u me verzoeken dien man te ontslaan. Is je trots zóó groot, dat je dit zou willen, of je medelijden mot mij zóó gering? Als dit zoo is, herhaal dan je verzoek." „O, Albert, wat stel jo me voor een zware keuze! Je weet zeer goed, dat ik van je houd en je, o, zoo graag genezen wil zien. Maar, als de zaken nu zóó staan, dat je. van hem je genezing verwacht, heb ik mijn keus reeds gedaan. Dan mag ik niet eischen, dat je hem wegzendt. Maar, o Albert, als je eens wist, woik een zwaar offer ik breng", voegde ze er schreiend aan toe. „Breng je daarmee zoo'n zwaar ofkfer? Hoo kan dat? Een offer!.... Ik begrijp er niets van. Is er tusschen jou en je red der dan iets bijzonders voorgevallen?" „O, neen, neen! Denk dat alstublieft niet. Wat zou er voorgevallen zijn?" vroeg ze verschrikt. „Of denk je soms, dat hij om de een of andere reden, die jo niet noemen wil, hier in dienst getreden is?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5