BINNENL/JD. Gem. Berichten. Buitenl. Berichten. OUDEIHUIS DERDE BLAD „DE LEIDSCHE COURANT" ZATERDAG 29 SEPTEMBER 1928 U" AAN ONZE KATHQ-KE LUISTERAAR In de maand October zal Huizensche gender een jaar werkzaam z Wij mogen niet vergeten,, er van dat ^ogenblik af bard gewerkt om zooveel mogelijk tegemoet te kom»an de ver langens van onze luisteraar; Vooreerst wat de program's betreft. Voor een ieder, die zijn ctie daarop restigde moest het wel dujjk zijn, dat de K.R.O. zich op alle gebieavoog, waar op hij het katholieke volkneende van dienst te kunnen zijn, zoo^oestelijk als stoffelijk. Met de middelejaarover de stichting beschikte en die achzelf won derbaar groot, toch in verhing tot een omroep zeker niet te grooiTen, bracht zij tot stand, wat zij vermei Dat het niet in die perfj was, waar in het zijn kon, lag niet ale krachten, die zich beschikbaar steldejaar wel aan de relatief bescheiden midm, waarover zij beschikte om alle kra-chldie er onder ons katholiek volk schuilejar voren te kunnen brengen. Ware de stijd niet zooaar geweest tegen die factoren, welken van ver- scbi.'Jende zijden tegen de'oei van den K. K. O. verzetten, er i nog veel meer bereikt Doch. dit is het gewoosrloop, lang zaam dringen de idreën-r. De strijd staalt den mensch wel, doioudt tevens .den rasschen vooruitgang;en. Vervolgens is er ook hajev-.rkt, wat betreft den zender zelf. stonden nu eenmaal voor het feit, dais een lange' golf werd toebedeeld, die ral voor niet al te beste toestellen spg in conflict kwam met den zakenzen der regee ring, en met de Radio is. Het is voortdurend een verand» van golf lengte geweest tussohen en 1870 M ook omdat vooral op 196Qde storingen van buitenlandsche zend het radio- genot van vele lüisteraaoor een deel bedierf. Dit was op somnplaatsen van ons land erger dan op >re. De z.g. pieptoon" was maar zei geheel en al onhoorbaar. Toen werd er onmiddé gedacht aan ipen korte golf. Met groote kosten w-deze installa tie op den Huizenschemnder aange bracht, en dat voornam» om de zuide lijke streken van ons ladie het meest van de storingen te lijéhadden, van betoren ontvangst te «en. Ook hiermede liep a niet zoo -tyi, van stapel, als wij onAdde/ voorg eteld. Het spTak wel vzelf, dat een zender op lange golf guwd, een korte golf niet zoo perfect uitzenden als men wel zou gewild hen. En toen daarbij nog kwam, dafele luisteraars in hot Zuiden niet besten over prima toestellen, waarmede zchter wel het zooveel sterker statiovangenberg kon den ontvangen, werd Iv^or <le technici in Huizen een probleedat moeilijk op te losten was. Toch na veel arbeidi veel uitdenken van den bekenden teiker den heer White, die zich geen rite ontzag, kwam ook hier de oplossing; De korte golf op zizelf evenals de lange van Huizen zoo si van modulatie werd ook in het Zuid goed ontvangen, en dezer dagen, na deoefnemingen ter plaatse door twee ingjure van Philips, en na weer een nieuwe verbetering in Huizen te hebben aangebracht, mochten wij van de federatie van Katholieke ra dio vereenigingen te Limburg, het bericht lezen, dat de korte golf van Huizen op dnelampstoestel krachtig werd ontvan gen. Een zucht van verlichting ontsnapte ons, toen wij dat vernamen. Want het was voor ons steeds zoo onaangenaam ge weest, terwijl wij alles in het werk lieten stellen om het Zuiden te bevredigen maar steeds te vernemen, dat men nog altijd moeilijkheid ondervond met de ontvangst. Wij kunnen nu met een gerust hart blij ven uitzenden, tot 1929 in de hoop, dat met het in werkingtreden van de nieuwe golfverdeeling Huizen nog beter zal vol doen, dan nu reeds het geval is, en zeker de hinderlijke storingen ran den piep toon over de lange golf zullen zijn ver dwenen. Zoo gaan wij dan vol moed de toe komst tegemoet, vertrouwend op Gods ze gen, maar ook op het toenemend aantal van onze leden. Want het moet gezegd zijn nog velen laten zich beinvloeden door de schijnschoone woorden van ande ren. Nog velen lezen over de radio te veel in bladen, die ons vijandig zijn, en maar al te weinig in de onze. Als daar toch eens een einde aan kwam. Als de Katho lieken zich allen eens bewust werden van de groote kracht, die in hen BC-huilt, en waardoor zij de hulp op geen enkel ge bied van anderen noodig hebben, wat zou de K. R. O. nog veel meer kunnen geven dan hij tot nog toe gegeven heeft. Einde October een jaar .geleden had de inwijding van den Huizenschen zonder plaats. Ons ledental is in dien tijd meer dan verdrievoudigd de lezers van den „Katholieken Radio-Gids" meer dan ver vijfvoudigd. Reden tot dankbaarheid. Maar als wij de talrijke luisteraars on der de onzen, die noch den Gids lezen, noch den K. R. O. als de hunne beschou wen, in ons land nagaan, dan vragen wij ons af: Is het nu toch niet mogelijk, dat deze hun kleine grieven, die zij hebben, of hun kleine uitvluchten, die zij voor wenden, op zijde zetten om met enthou siasme den K. R. O. groot te maken? Het moet kunnen en het zal ook gebeuren. Maar, beste vrienden, opschieten en niet langer meer wachten. L. H. PERQUIN, Voorz. v. d. K. R. O. ONGELUKKEN. Doodclijk auto-ongeluk. Vrijdagmiddag is op het gevaarlijke kruispunt BoewcgRomerkorkweg, te Be verwijk, de J8-jarige kruideniersbediende G. D. met zijn rijwiel onder een met stee- nen beladen vrachtauto geraakt. De onge lukkige kreeg een der wielen van het zware voertuig over heb hoofd, waardoor de dood onmiddellijk intrad. Het rijwiel ewrd totaa/l verbrijzeld. Op last van de politie is het lijk in be slag genomen, evenals de auto, waarvan zooals bij het onderzoek reeds is gebleken, de remmen niet naar behooren functio neerden. Dit is reeds heb derde ongeval met doodelijken afloop, dat deze week te Be verwijk heeft plaats gevonden. Ernstige aanrijding. Gisteravond tegen 12 uur reed op den Rotterdamschen dijk te Schiedam een auto gemerkt H. 47874 tegen een bijna stil staande bus op van de Schiedamsche Auto bus-Onderneming. Vijf inzittenden uit den auto twee hceren en drie dames, werden alle vijf eruit geslingerd en liepen alle meer of minder ernstige verwondingen op aan hoofd, armen enz. Van een der dames b.v. was de linkerschouder geheel ont wricht terwijl de chauffeur, zekere B., go- ruimen tijd bewusteloos was. Alle vijf wer den naar den politiepost aan de Koemarkt vervoerd, waar dr. de Leeuw hulp ver leende. Uoodelijke val. De 13-jarige loodgietersknecht H. V. is bij hot doen van reparaties aan het post kantoor te Ter'oorg uit dc dakgoot geval len. Hij werd op genomen mot zware sche delbreuk en overleed kort daarop. Gevel ingestort. Aan den Grintweg te Winschoten is plot seling de geheele achtergevel der behuizing der touwslagers Gebrs. Smit ingestort. Er waren geen persoonlijke ongelukken. Brand. Te Helvoirb is de boerderij van Witlox aan den Heikant door onbekende oorzaak geheel afgebrand. Inboedel en oogst gingen verloren evenals een geldkistje met papie ren geld, waarvan de asch naar Amster dam wordt opgezonden. Schip tegen de Theemskade geslagen. Het vrachtschip „Afiena" beschadigd. Duizenden menschon te Londen waren gisteren getuigen van een merkwaardig in cident op de Theems. Het Nederlandsohe vrachtschip „Afiena" word door den ster ken stroom gegrepen en uit het midden van de rivier in de nabijheid van de Naald van Cleopatra tegen den kademuur geslagen. De boeg van het schip werd daardoor ern stig beschadigd. De „Afiena" was naar den wal uitgeweken teneinde een aanvaring met het Nederlandsche 6chip „Annio" te vermijden. De „Afiena" begon snel te zin ken, doch de „Annie" kwam te hulp en sleepte liet schip naar den overkant van de rivier, wivar het later meerde. Mishandeling. Bij de firma T. den Breejen van den Bout, die baggerwerken verricht in de Coenhaven te Amsterdam, wordt gestaakt. De stakers zijn voor een groot deel ver vangen door werkwilligen. Deze blijvon aan boord van de schuiten overnachten. Een bakker, die hen van brood voorziet, is door de stakers lastig gevallen en met een mes gestoken. De vier daders zijn gearresteerd. Donderdagavond heeft een student op een politiebureau te Amsterdam medege deeld dat een 2G-jarige collega in de Utrechtsohestraat bij de Heerengracht door drie onbekenden was mishandeld. Hij had den mishandelde per taxi naar het Bin nengasthuis gebracht en was daarna naar het politiebureau gegaan. De mishandelde was zoo afgerost, dat hij het bewustzijn had verloren. In het gasthuis achtte men zijn opneming noodzakelijk. De aanvallers zijn, na hun heldendaad te hebben verrioht, in een auto weggereden. .-Jogal wat op z'n kerfstok. Te Hilversum is zekere A. R. op heeter- daad bij een inbraak betrapt- Hij heeft be kend ook te 's-Hertogenbosch te hebben ingebroken bij mr. van S. op den Konings weg en bij van H. in de Alph. Diepenbrock- straat, terwijl de politie aanwijzingen heeft, dat hij ook de dader is van de inbraak in de Sc. Leonarduskerk waarvoor eerst twee te Gilze aangehouden buitenlanders wer den aangezien, die echter ontkenden. De man heeft nog meer op zijn kerkstof en is naar Amsterdam overgebracht. Twee inbrekers op heeterdaad betrapt Donderdag omstreeks 9 uur werd te Voorburg opgemerkt, dat twee personen zich op verdachte wijze in de gemeente op hielden. Zij wisten zich aan het oog der politie te onttrekken, door zrch in het park Vreugd en Rust achter de boschjes te ver bergen. De inspecteur van politie heeft met een der agenten het park afgezocht en de per sonen aan de achterzijde van de aldaar staande Montessorischool aangetroffen. Daarbij bleek, dat een ruit reeds van stop verf was ontdaan, terwijl onder het raam op den grond een boor werd aangetroffen, voorzien van stopverf, Beide personen zijn naar het politiebu reau overgebracht, waar zij bekenden het plan te hebben gehad in te breken met het doel om te stelen. De aangehoudenen zijn Amsterdammers genaamd T. en R., die reeds verscheidene vonnissen ter zake van diefstal met inbraak achter den rug hebben, Een der verdachten is reeds 7 maal ver oordeeld. De politie deed du* een goede vangst. Bouwvallige brug. Donderdagmiddag werd geconstateerd, dat het onderwerk van één der bruggen in den weg DoesburgZevenaar in de nabijheid van Doesburg zoodanig wae vergaan, dat het vervoer van andere dan lichte vrachten verboden moest worden. De burgemeester van Angerlo, mr. dr. Blom, heeft zich onmiddellijk met het de partement van waterstaat in verbinding gesteld. Maatregelen zijn genomen om zoo spoe dig mogelijk voorzieningen te treffen. De brug staat onder bewaking van Rijks politie. Verdacht sterfgeval. Te Terhorne (Ft.) zon het lijk worden begraven van de ochtgonoote van schipper D., welke vrouw zeer plotseling wav over leden. Do beaardingsplcchtigheid werd even wel verhinderd door den burgomeester, die het lijk liet herschouwcn en den schipper en diens dochtertje een langdurig verhoor afnam. Een en ander hield verband met gerezen twijfel aan een natuurlijken dood. De familieleden zouden zich over minder gelukkige huwelijksomstandighcden van den overledene hebben uitgelaten. Nadat het onderzoek had plaats gehad werd het lijk vrijgegeven en kon ten slotte de begrafenis worden gehouden. ONGELUKKEN. Twee dooden bij de ontploffing te Hoboken Misdadig opzet in hot speL Betreffende de ontploffing van hot mu nitiedepot in het fort van Hoboken bij Antwerpen, kan nader worden bericht, dat twee soldaten om het leven zijn gekomen. Uit het onderzoek is gebleken, dat men met misdadig opzet to doen heeft. Aller eerst werd brand gesticht bij het munitie depot en terwijl de soldaten naar het de pot toesnelden, werd brand gesticht in de gebouwen, die als slaapzaal dienen en waarin op dat oogenblik soldaten lagen te slapen. Deze gebouwen werden geheel vernield. Drie personen zijn aangehouden en in verzekerde bewaring gesteld. Weer een ontploffing. Vijf dooden, 15 gewonden. In een dynamietfabriek te Orbetello (Italië) heeft een ontploffing plaats go- had. Vijf personen werden gedood, vijftien gewond. Ontploffing onder Piccadilly-circus. Acht personen gewond. Bij het graafwerk onder Piccadilly Cir cus te Londen voor den bouw van een nieuw ondorgrondsch station, heeft gieter- middag een ongeval plaats gehad, doordat ontsnapt gas ontplofte. Ten gevolge hiervan werden acht personen gewondzij moesten naar het ziekenhuis worden overgebracht. Door de ontploffing werd een deel van hot wegdek stukgeslagen, doch het verkeer on dervond weinig of goon vertraging. Brandscherm wilde niet dalen. Oorzaakdertheaterramp t© Madrid. Blijkens een ingesteld onderzoek was in het verwoeste Teatro de Uovododes hot vereischt ijzeren brandscherm aanwezig, doch door een defect aan het mechanisme kon dit bij het uitbreken van don brand niet worden neergelaten. De brand te Hankow. Vijfhonderd dooden, tien duizenden dakloos. Bij den brand te Hankow zijn vijfhonderd personen om het leven gekomen en duizen den huizen verwoest. Tienduizend perso nen zijn dakloos. De brand brak in een theehuis uit. Heb Roode Kruis te Shanghai heeft le vensmiddelen onder de bevolking doen ver deden. Huis ingestort in Stralsund. Volgens een bericht van den Lokalan- zeigor geschiedde Vrijdagavond te Strals und een ernstig ongeluk. In do Langestr. wordt een winkel vorgroot. Toen de met selaars Vrijdag de plaata reods verlaten hadden stortten plotseling onder luid ge raas het huis, benevens het aangrenzende in. Na ingespannen arbeid gelukte hot 3 der onder de puinhoopen begravenen zwaargewond te bergen. Voorzoover tot nog toe is vastgesteld bevindt zich nog een vrouw onder de puinen. Het staat nog niet vast of voorbijgangers onder de pui nen begraven zijn daar een groot deel dor straat met »teenen bedekt is. t. Met zijn negenen war ze. Het was wel een tobben geweest, zo groot huishou den, maar Gods zegen l nooit ontbro ken. Vader was een zeeppassend man, en alom geacht en geëennderwijzer, die dorpsjeugd niet enkeV noodige ken nis wist bij te brengen, m vooral opvoe der was in den waren zinj woords. Moe der, de stille, ijverige huisuw, stond hem Steeds trouw ter zijde. Hr waren jaren gekomi van kommer ©n zorg, de ziekte van moer, een der jon gens brak op een kwaden tg zijn beeA- Marie, de oudste was nooiheel sterk en men vreesde soms voor haaleven dan, toen de oudsten klaar stondi om hun weg te maken in de wereld kwn de oorlog: toen voor 't eerst leerde mt honger ken nen. Maar toch, nooit verd eklaagd. Van jongs-af hadden de kindeienleeren besef ten dat het leven en strijd ws om het be- s aan; maar tevens ock een groote gave ods waar men Hem looit lankbaar ge noeg voor zijn kon. Zij waren flink en zagn me blijde oogen e toekomst in, ook al vas hit heden niet rooskleurig. We moeten zelf vfji let leven maken wat er van te maken isjze: nder dikwijls, en met Gods hulp komei te ér altijd wel. •n moeder had er dat Ingevoegd: „zoolang er een oudjrbis is zal geen en -el van den goeden vegafwijken, laten e hopen steeds bij elkaide te mogen blij ven tot ze allemaal groit jjn. u waren ze groot, en loeder mocht r° sch zijn op haar krooit:Jan was reeds on erwjjzer, hij had het mbt van zijn Va eJ-, ozen els het hrnjst bereikbare, want hij voelde zich tot d'e jugd getrokken n nad hij niet ondervonda van hoe ont- belang bet ws, een degelijk christelijk onderwijs te krijgn. ane was den laatsten tij toch zoover- gezond dat zij het huishoden bijna ge- e op zich nemen kon: ni kon moeder ^epr rust hebben, maar lie gunde zij c toch niet, want ze vori genoeg te oen \oor haar drie kleinkaderen, de on jes van Joseph, de twede zoon, die 6 een pachtersdochter gehuvd, aan het oereu geraakt was. Dan kmmen er de ™ee meisjes, Fientje en Len>, vroolijke knappe meisjes, die al gauw door flinke jongens tot vrouw begeerd werden. Rik was op het Seminarie en Hubert wilde graag Missionaris worden; dan was er André, de eenige die „uit den aard gesla gen" was, geen slechte jongen, maar licht zinnig. Daar hadden de ouders veel hoofd brekens over, maar toch wilden ze vertrou wen dat het goede voorbeeld der anderen op den duur hem wel tot nadenken zou brengen. Het laatst sloot Wieske de stoet, de lieveling van allen, een lief blond ding van zestien, dat met haar blauwe oogen en zoeten glimlach aller harten won. Wieske zal niet lang wachten op een vrijer, plaagden de broeders wel eens. Dan lachte ze maar en zei niets. Het was in 't najaar en begon.al wat koud te worden. Moeder zat bij het vuur aardappels te schillen en de kinderen kwamen al gauw naar huis, die avonduurtjes waren altijd zoo gezellig, die misten zc niet graag. Is André nog niet terug? vroeg Jan. Neen, hij is met Frans Pceters mee, ik geloof naar Hasselt, maar hij zou vanavond toch terug komen. Naar Hasselt? Maar daar is het ker mis, moeder! Als hij dan maar terug komt vanavond. Vader kwam juist binnen en had de laat ste woorden opgevangen. Hij begreep onmiddellijk over wien er sprake was, en zuchtte. Anrdé baarde hem zorg den laatsten tijd. Hij wilde moeder niet verontrusten, maar besloot den jongen eens flink onder banden te nemen. Het avondeten werd haast zwijgend ge nuttigd. Moeder klaagde dat het toch zoo koud werd, en bezorgd keek Marie haar aan: zou moeder ziek worden? Ze moest maar vroeg naar bed, misschien een ver koudheid. Maar ze wilde er niet van hooren: neen, ze bleef wachten op André, die moest bij thuiskomst zien dat moeder niet naar bed ging voor alle kinderen cr waren. Maar het wachten duurde lang: en 'tliep tegen den morgen. Het vuur was uitge gaan en moeder schrok huiverig op van haar onrustige slaap in den leunstoel; hoe laat was het, en was André nog niet thuis gekomen? Vier uur! Ze hoorde juist de klok slaan, en tegelijk gestommel op het voorportaal. André kwam binnen, voorzichtig, en wilde naar boven sluipen, maar moeder riep zachts André! Verlegen trad hij de kamer binnen. Maar moeder, nog op? trachtte hij gekschorend te zeggen, maar hij sloeg de oogen neer en bleef aan de deur staan, niet wetend wat te doen. Zacht trad moeder op hem toe: Jongen je moet zoolang niet uitblijven kom, ga nu maar stil naar boven en slaap goed uit. Dat maakte meer indruk op André dan een boetpreek. Beschaamd volgde hij haar naar boven, wilde haar een zoen geven, doch zij weerde hem af, niet ruw, maar met een stil verwijt in de oogen. Den volgenden dag sprak vader lang en ernstig met zijn jongsten zoon. Och, ik weet wel, vader, dat ik niet zoo ben als de anderen. Ik wil nu eenmaal méér genieten van het leven, ik kan het niet. helpenWaarom heeft u mij ook niet naar zee laten gaan? Het was vreemd, maar van jongsaf had de jongen naar zee verlangd. Van wien hij die zucht hebben kon? Geen enkele Willems was ooit gaan varen, zoover men zich herinneren konhoe zou 't ook, zij hadden altijd in het hartje van Limburg gewoond, en misschien was er meer één die de zee ooit gezien had; An dré echter was als kleine jongen eens met een boot het kanaal opgevaren, en daarna had hij zoolang gesmeekt toch eens naar zee te mogen gaan, dat vader met oen schoolreisje hem meenam naar Blanken berg. Sindsdien bleef het zijn droom: matroos te worden, en later wel kapitein. Dat de brave onderwijzer er niet voor te vinden was, sprak vanzelf. Hij kende zijn goeden, maar wat lichtzinnige, jongste Nu echter was hij een opgeschoten knaap een man haast; hij had geen lust, in het werk, verschillende vakken had hij al ge probeerd, maar niets kon hem op den duur bevallen; hij was niet lui, maar de arbeid, waar hij geen zin in had, stond hem zoo tegen, dat hij er niet veel goeds van te recht bracht. En nu vroeg hij niet meer om naar zee te gaan, maar vader zag dat deze neiging toch te machtig in hem was zou het dan niet beter zijn toe te geven? Wie weet, misschien? Dien avond werd het beslist: André mocht naar zee, en hij was in de wolken. Een paar dagen later al vertrok hij. Vader had hem aan een vriend aanbevolen te Antwerpen, die aan een zeevaartmaat schappij verbonden was. Al spoedig kwam een opgewekte brief; hij zou gaan varen, als licht matroos, heer lijk! En nooit zou hij vader en moeder vergeten, neen, zo zouden ook nooit spijt hebben, hem te laten gaan. Nu was Tiij waar hij zijn moest, het. zou wel gaan! Maar moeder, die sinds een paar dagen erg aan 't hoesten was die kou ook! zuchtte diep en zei op een avond tegen Marie Kind, als vader en ik er eenmaal niet meer zijn, zorg dan dat het ouderlijk huls altijd blijft openstaan voor alle kinderen. Zoolang dat er is, gaat er geen verloren; maar als jullie allemaal verspreid zijt, weet men zich geen welkom meer als daar. Broers en zusters zijn wel goede vrienden, maar men is er niet „thuis". Het werd sukkelen met moeder; eenige moanden duurde hot, dat riep God haar tot Zich. Gebroken stond vader daar, omringd door zijn kinderen. Het duurde lang eer men berusting vond in het groote vertrou wen op het weerzien hiernamaalsMen miste moeder zoo, doch ook wist men dat zij van uit den hemel beter op haar kinde ren waakt© en voor hen Gods zegen af smeekte. Eenige jaren gingen voorbij, stil, kalm. Van André bleven de berichten soms lang uit hij was slechts éénmaal thuisgeko men tenlaatste zelfs een heel jaar. Was de jongen onverschillig geworden of? Als ik er nu eenmaal niet meer zijn zal, wat dan? Dan vindt de jongen geen thuis meer, en dan Maar Wieske legde hem de hand op deq mond. Het waj ©0n groote zorg voor vader- Niet zoo spreken, vader, wij laten u nog niet gaan, nog lang niet! En een thuis zal het altijd blijven, altijd. Och kind, als O. L. H. mij roept. Moederke wacht me in den hemel, ik voel het, zij wenkt mij. En gij, kind, ge zult er ook uitvliegen uit het hest; was gisteren Gust niet hier? En ge doet me toch niet gelooven dat die alleen voor mij komt, hé? plaagde hij. Hij zal niet meer komen, vader. Hoozoo?.. Waarom dan niet?.. Ik heb hem gezegd dat ik hem heel gaarne lijden mag, doch dat ik niet trou wen wil, met hem niet en met geen ander. Maar Wieskelief, on vader drukte zijn jongste tegen zich aan, meent ge dat? Gaat mijn jongste dan naar het klooster? Neen vader; 'b was wel eens mijn droom, doch ik geloof dat O. L. Hoor mij liever hier thuis hobben wil. Onze Mario heeft Hij reeds geroepen, en zij is gelukkigj Fien en Lena hebben haar huishouden, en wij blijven samenEn als André terug komt vindt hij altijd oen thuis.... Maar ik zou toch bij Lena kunnen wonen gaan, als het werkelijk uw roeping is Neon vader, dat is niet hetzelfde; we moeten allemaal hier ons thuis hebben, waar moederke leefde en waar we allen ge boren zijn. Moeder zei immers vaak: „Zoo lang er een ouderhuis is, blijven allen vor- eenigd", en dus moet dat zoo blijven. Och vader, en zij streelde zijn nu geheel ver grijsd haar in zachte liefkozing, donk toch niet dat het een offer voor mij is! Zoolang ik u heb. En zoo bleef het. En nadat do oude schoolmeester het moede hoofd had neer gelegd, in blije hoop op het weerzion van zijn goede vrouw, en dankbaar voor al het goede God dat hem hier benedon schonk, vertrouwende dat Hij zijn kinderen ook verder zou zegenen, bleef Wieske in bet ouderlijk huis wonen. Zij was gelukkig, doch één zorg bleef: zou André nog ooit terugkomen? Hij kwam: na jaren vond hij den weg naar huis terugmaar het was njet meer dc zorgelooze, vroolijke jongen, het was een man gerijpt door ondervinding, vroeg ond door een hard leven maar vooral door zijn losbandige jeugd. Hij was afgedwaald gelijk men steeds gevreesd had, maar toch in den grond lag te veel goeds. En hij wist, dat hij terug moest gaan, terug naar het onderhuis. Hij dacht dat hij er niemand meer vinden zouDoch —elk eon verras sing! Hij kwam aan bij avond terwijl Wies ke juist de luiken dichtsloot. Hij tuurde naar binnen; was dat waarlijk zijn jongste zus. Wieske! fluisterde hij. Zij had iets gehoord, keek naar den vreemden man: Riep er iemand? In plots herkennen vloog zij naar de deur: André, eindelijk! Jongen toch, einde lijk zijt ge daar! Maar Wieske, hoe kon je denken ik wist immers zelf niet dat ik ooit terug>- komen zou Het meisje lachte, hel-op: Ik wel! ik heb al dien tijd gewacht.. Moeder wist dat het ouderhuis onweer staanbaar trekken zonl.,M

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 9