BINNENLAND. LIEFDE'S JEUGDDROOM TWEEDE BLAD DE LEIDSCHE COURAN' WOENSDAG 19 SEPTEMBER 1928 R.K. UNIVERSITEIT Aan. de rede, waarmede prof. dr. J&c. jpa-n Ginniken het rectoraat van de R .K. [Universiteit heeft overgedragen aan prof. dr. J. Hoogveld, ontleenen wij hier nog het volgende: Aanvulling tot vijf volle faculteiten? Het eerste, waaraan ik dacht, toen ik het Rectoraat van Collega Mulder over nam en mijn aliis inserviendo uitspelde, was de aanvulling onzer drie faculteiten tot het volle vijftal. Want wil onze Uni versiteit dienen tot het doel, waar ze voor opgericht is: het aankweeken van een volle eigen Katholieke Nederlandsche cultuur, dan mogen er niet lang meer de natuur- en geneeskundige faculteiten aan ontbre ken, dan moeten ten minste zeer spoedig de eerste stappen in die richting gezet jvorden. Het gelukkig toeval wilde nu, dat de Vrije Universiteit ook juist bezig is, met het voorbereiden dier beide faculteiten, waarvan een aldaar nu definitief ten uit roer zal worden gelegd. Met een paar collega's en deskundigen in de beide ons nog ontbrekende facultei ten, hebben wij toen deze kwestie eens goed onder de oogen gekeken. En al spoe dig bleek, dat er eigenlijk geen andere bezwaren tegen een spoedige aanvulling tot de vijf volledige faculteiten bestonden, dan uitsluitend de financieele. Toen heb ben wij one achtereenvolgens beraden: lo. over de mogelijkheid van eventueele vermeerdering van de subsidie der Ge meente Nijmegen, zij het dan vooral in den vorm van grond en gebouwen voor de la boratoria. 2o. over de middelen om aan de genees kundige faculteit, zij het dan niet als uni versiteitsonderdeel, dan toch als Inrichting van openbaar nut voor de volksgezondheid of anderszins; een matige staatssubsidie te verzekeren. Wij dachten hierbij b.v. aan de Heerlensche Vroedvrouwenschool, of dichter bij huis: aan de Regeeringssubsi- die der Tilburgsche leergangen, en 3o. over de mogelijkheid, om bij ge legenheid van ons eerste lustrum, uit de jaarlijksche collecte van de St. Radboud- stichting, naar het voorbeeld van Colijns jubileumgift, onder de leuze van een vier-, de faculteit: ineens een nieuw kapitaal te winnen. Over punt 1 werden met te dezer plaatse deskundigen heel voorloopige maar hoop gevende besprekingen gevoerd; die echter natuurlijk eerst nog een vasten vorm moe ten afwachten. Over punt 2 werd de Katholieke Kamer club en de Regeering gepolst, maar hier was de wind bepaald ongunstig, althans- bij de groote goden. En op de vergadering van 9 Mei j.l. van het Centraal Comité der Sint Radboud - stichting kwam tenslotte het 3de punt ter sprake. Men was daar aanstonds van oor deel, dat dit jaar, wegens de actie voor het Partijbureau, al zeer ongunstig was voor een bijzondere inzameling. Toch werd de zaak voorloopig nog aangehouden. Den löden Mei kwam echter, in antwoord daar op, een schrijven binnen van het Hoofd bestuur der St. Radboud&tichting, met de mededeeling, dat van den eenen kant het gehecle Bestuur niets liever verlangde, dan zoo spoedig mogelijk tot de oprich ting van een vierde faculteit over te gaan; en dat, zoodra het Bestuur vermeent, dat de mogelijkheid daartoe in het vooruit zicht is,_ het zeker niet zou nalaten, op eigen initiatief die maatregelen te nemen, welke het alsdan noodig zou achten; maar dat het van anderen kant bij het Bestuur, op de vergadering van 10 Mei, is komen vast te staan, dat aan de oprichting van een vierde faculteit, op welke bescheiden wijze dan ook, op dit oogenblik niet kan worden gedacht, zoodat elk onderzoek naar vorm en mogelijkheid thans.als- doel loos dient te worden afgewezen. Hiermede was dus, voor dit jaar, de zaak voor goed van de baan. De theologisch-maatschappelijke afdeeling. Een fermen stap vooruit in deze rich ting zette dit jaar onze theologische facul teit, met de oprichting harer theologisch- maatschappelijke afdeeling. In de Middeleeuwen toch boden de col leges der Universiteiten een gelegenheid tot kennis en wetenschap aan het heele volk in al zijn geledingen. Toen zaten aan de voeten der professoren: geleerden, kunstenaars en stadsbestuurders eener- zijds, maar van den anderen kant, naast de studenten en clerici, ook gildebroeders, talentvolle ambachtslui en vaak gewone poorters. Dat is thans niet meer het ge val. Maar om dit toch weer eenigszins te verwezenlijken, opent sinds het begin van dit schooljaar onze Universiteit hare Col lege-zalen ook voor journalisten, catechis ten, sociale werkers en -werksters, vrijge stelden, gemeenteraadsleden, inspecteurs van het onderwijs enz. en geeft aan deze nieuwe groep universiteitsstudenten, zelfs na twee jaar: een eigen diploma. Moge deze inrichting zienderoogen groeien en gedijen, dan zal, naar ik hoop, door de praktijk van zelf er op gewezen, onze theologische faculteit nog wel eens gaan onderzoeken, of zij zich hierin niet ten onrechte van de beide andere faculteiten heeft losgemaakt, daar zij ons immers voor de uitvoering van deze plannen toch onmogelijk missen kan. De Bibliotheek. Ejne der meest toegejuichte beslissingen die ons op het einde van dit schooljaar, vanwege het Hoofdbestuur der St. Rad- boudstichting toekwamen, is geweest de verhooging van ons boekenbudget van 10.000 op 15.000 gulden, waarvan een kleine 7000 onze Bibliotheek en een groote 8000 onze verschillende Instituten ten goede komen. Een nieuw hoofdgebouw? Trots den arbeidslust van den ijverigen Secretaris der St. Radboudstichting, is de Gebouwencommissie er nog niet in mogen slagen, met hare bezigheden aan het dag licht te komen. Men fluistert iets van een prijsvraag onder de Katholieke architec ten om een schets voor ons hoofdgebouw; maar de zekerheid hieromtrent hangt al door af van een antwoord, dat al weken uit Utrecht moet komen, maar nog altijd niet de bus van den Secretaris van Cura toren.1" wil binnen vallen. Prijsvragen. Op de in 1926 uitgeschreven prijsvragen is Slechts één antwoord ingekomen, en wel op die der theologische faculteit over den invloed van de laat-Middeleeuwsche opvattingen van 't geloof en de hoop op het ontstaan van het Protestantisme. De eenige inzender, de weleerw. heer N. Greitemann te Voorhout, ontving een zeer loffelijke vermelding. (Zooals men weet is kapelaan Greitemann intusschen door den Bisschop van Haarlem aangewe zen voor de Bijbelstudie in Rome. Red. L. Crt.) Prof. mr. Pompe. Door zijn benoeming aan de Staats-Uni- versiteit te Utrecht gaat verder Mr. W. Pompe ons verlaten. Zijn aanvaarding de zer benoeming na de weigering van een zij ner collega's in een gelijkend geval, betee- kent dus, dat onzerzijds ten dezen niet voorgoed een vaste houding is overeenge komen, maar dat wij dit soort aanbiedingen steeds elk voor zich zullen beschouwen, en er nu eens zus dan eens zoo op zullen ant woorden. De Katholiekendagen. Ook de Katholiekendagen weten nog van een R. K. Universiteit niets af. Het is natuurlijk zoo begrijpelijk, dat in vroe- gere_ dagen hier de politici en de Groot- Seminarieprofessoren de hoofdrol speelden maar zou er de populariteit dezer periodie ke betooging wel bij winnen, als zij zich hermetisch .tegen alle nieuwe invloeden blijft beveiligen? Stenhuis' positie. Uit de S. D. A. P.-f ractie gebannen. Het „Algemeen Handelsblad" verneemt uit S. D. A. P.-kringen, dat de oud-voorzit ter van het Ned. Verbond van Vakvereeni- gingen, het Kamerlid Stenhuis, op den eisch van het bestuur der S. D. A. P. 9 Sept. jl., goedgekeurd door den Partijraad voor het lidmaatschap der Tweede Kamer te bedanken, niet is ingegaan. De heer Stenhuis zal nu in het laatste jaar van deze parlementaire periode niet worden erkend als Kamerlid der S. D. A. P. Een soortgelijken strafmaatregel dus, als door het Middenstandsblok op den heer Solkesz na diens woordbreuk is toegepast. Wij vernemen nader, dat de heer Sten huis ernstig overweegt zich desondanks voor de a.s. verkiezingen candidaat te stel len, zoo eenigszins mogelijk binnen partij verband. Ook zouden binnenkort opzienba rende mededeelingen over Stenhuis' con flict met de huidige leiders der S.D.A.P. te wachten zijn. Mr. L. J. M. Basquin. Bedankt als lid van den Pensioenraad. Naar wij vernemen, zal het lid van den Pensioenraad, mr. L. J. M. Basquin, aan het eind van dit jaar, wegens liet berei ken van den 65-jarigen leeftijd zijn functie neerleggen en den dienst met pensioen verlaten. Na de Troonrede. Toen de Koningin den troon verliet, hief de heer Duymaer van Twist, zijn ge- pluimden steek zwaaiende, een „Leve de Koningin" aan, gevolgd door een driewerf hoera, waarin de aanwezigen staande geestdriftig instemden. Onmiddellijk daar na riep de heer van Rappard „Leve de Prinses", eveneens gevolgd door een drie werf hoera, door de zaal overgenomen. De sociaal-democratische Kamerleden namen aan deze huldebetuigingen geen deel, wel stonden zij op bij het binnentreden en het verlaten der zaal door de vorstelijke per sonen. Tegenspraak. Naar wij vernemen, is het bericht dat in de pers de ronde doet, dat de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" van plan zou zijn' een volksblad uit te geven, onjuist, aan gezien zulks niet in de bedoeling van de „N. R. Crt." ligt. DE PERS OVER DE TR00NREDF. Omdat 't zoo moet, hebben wij enkele tientallen beschouwingen over de Troon rede gelezen. Daarbij zijn wij tot de con clusie gekomen, dat wij de kolommen van ons blad niet met breede krantenknipsels over dit Staatsstuk móge vullen. Zooals in de Troonrede zelf wordt ook in de be schouwingen daarover weinig concreets ge zegd. De Maasbode concludeert: Onze conclusie is, dat het een troonrede is zonder veel inhoud, waar door de regeering zich niet bloot geeft en waarover zij moeilijk lastig kan worden gevallen. ixet blad becritiseert de landbouw-para- graaf en wat daarmede samenhangt: Dat de toestand van land- entuin bouw tot erkentelijkheid stemt, kun nen we niet geheel beamen. Dit jaar zijn voor de productie mooie prijzen gemaakt, maar daarmede is deze tak van volkswelvaart nog niet gezond. Door verhooging van het voortbren- gingsverraogen van den bodem wordt dat evenmin bereikt. Noodig is een uitbreiding van het afzetgebied voor INGEZONDEN MEDEDEELING. DEN HAAG - Alléén: Hofweg 6. 4421 de producten en daaraan wordt niets gedaan; men laat dit geheel aan het particulier initiatief over. Dat het ontwerp inzake het pacht- contract in vergevorderden staat van Voorbereiding is, beteekent dat deze regeering het niet in het staatsblad zal brengen. Toch zou hiermede de landbouw meer gediend zijn dan met de nu betuigde erkentelijkheid. De T ij d zegt er om. van: Na een eerste lezing van de Troon rede is bij ons de vraag opgekomen, cf tot een bespreking van dit staats stuk op deze plaats wel aanleiding bestaat. Immers, voor het grootste deel brengt deze Koninklijke toe spraak een ietwat dorre opsomming van economische feiten, welke zeer zeker voor Nederland en voor de overzeesche gewesten groote waarde hebben en waaraan de redacteur, die onze beursberichten verzorgt, misschien belangwekkende beschouwingen zou kannen wijden, terwijl deze absoluut kleurlooze rede op zichzelf te weinig stof biedt voor politiek commentaar. Het Centrum vindt de Troonrede niet zóó sober als men had kunnen ver wachten een moening. die ook wij gis teren hebben uitgesproken: De Troonrede is minder sober van inhoud, dan men onder de gegeven omstandigheden ha-d kunnen verwach ten, en zij kenmerkt, zich door een op- timistischen toon. Zoowel wat den binnenlandschen toestand, als wat de buitenlandsche betrekkingen aangaat, laat zij een geluid hooren, dat van goed vertrouwen in de toekomst blijk geeft. Met name spreekt dat vertrou wen zich uit in zake de hernieuwde besprekingen, die met België worden, of zullen worden gevoerd. En de ac tie tot internationale vermindering van bewapening en uitbanning van den oorlog vindt wat wel niemand bevreemden zal bij onze regeering hartelijke instemming 'en medewer king. Het Handelsblad zegt o.m. Even nuchter ah- de schets van den toestand ten onzent en van het Rijk overzee, is de opsomming van de voor nemens der regeering voor dit laat ste jaar der wetgevende periode. Daarbij zijn eenige zeer belangrijke plannen. De herziening der gemeente wet en van de financieele verhouding tusschen rijk en gemeenten, die een wettelijken vorm moeten geven aan wat er zich in de laatste drie kwart eeuw te onzent heeft gewijzigd, is Teeds lang urgent en wordt, dat voort durend in sterker mate, nu hoe langer hoe meer de belangen der gemeenten over elkaar heengrïjpen en de be moeiing der lagere organen met on derwerpen, die vroeger alleen het Rijk belang inboezemden, is gegroeid voor een groot deel ten gevolge van maatregelen door den wetgever. De Standaard acht van bijzonder belang de toezegging van een ontwerp tot herziening van de financieele verhouding tusschen het Rijk en de Gemeenten. Wij mogen wel aannemen, dat dit onderwerp zeer spoedig bij de Sta-ten- i Generaal zal worden ingediend. De nood van vele gemeenten dringt tot deze herziening. De vraag is echter, langs welken weg de regeering dat uiterst moei lijke probleem tot oplossing wil bren gen. Wij willen wel zeggen alleen zulke oplossing te kunnen aanvaarden, die de autonomie der gemeenten niet verder in het godrang brengt. Dit historisch goed der zelfstandig heid voor ons volk van groote waar de, staat bij onB in deze quaestie het hoogst. Het blad hoopt, dat een weg tot hulp voor vele benarde gemeenten zal worden gewezen die de rechten der gemeenten geheel intact laat. UIT DE RADIOWERELD. Programma's voor Donderdag 20 Sept. H il v e r s u m, 1071 M. 12.302.00 Lunchmuziek door het Tno Verheij. 6.00—7.30 Concert door het kwartet Rentmeester. 8.00—9.00 Concert door het Omroep-or- kest o. 1. v. Nico Treep. 9.0510.00 Rococo-uurtje. Else Grassa met Margie Morris a. d. vleugel. Liederen uit de 18de eeuw. 10.00 Persberichten. 10.1011.10 Een potpourri-programma door het Omroep-orkest. Huizen, 340.9 M. Na 6 uur 1870 M. (Uitsluitend NCRV.-uit«endingen). 12.301.45 Concert. 5.30—7.00 Concert. 8.00 Concert. Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert. 1.202.20 Gramofoonmuziek. 3.20 Vesper van de Westminster Abbey. 4.05 Lezing. 4.20 Concert-orgelbespeling. 4.50 Dansmuziek. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek. 6.35 Landbouwberichten. 6.40 Muziek. 6.50 Nieuwsberichten. 7.05 Voor padvindsters. 7.20 Novellen-voorlezing. 7.35 Koorzang. Madrigalen. 7.45 Lezing: Glass-making. 8.06 Welsh concert door de Caernarvon Choral Society. 9.35 Lezing: The wal of the world. 9.50 Nieuwsberichten. 10.10 Concert. 10.50—12.20 Dansmuziek. Radio-Paris, 1750 M. 12.50—2.10 Orkestconcert. 4.05—5.05 Trio-concert. 8.50—11.20 Concert. Langenberg, 469 M. 12.35 Mechanische muziek. 1.252.50 Orkestconcert. 6.05—6.50 Orkestconcert. 8.20 Concert door het Klein-Orkest. 9.20 Fontane-avond. Daarna tot 12.20 De Wirtz Symphonie-band. Konigswusterhauscn, 1250 M. (Z e e s e n). 12.20—5.20 Lezingen. 5.20—6.20 Orkestconcert. 6.20—8.05 Lezingen. 8.35 Kerkconcert. 9.35 Lezing: Sinclair. 10.50—12.50 Dansmuziek. H a m b u r g, 395 M. 4.35 Voorlezing u. d. werken van Sinclair 5.20 Orkestconcert. 6.20 Orkestconcert. 7.45 Lezing. Daarna tot 11.20 Cabaret. B r u s s e 1, 509 M. 5.20 Trioconcert. 6.55 Orkestconcert. 8.35 Gramofoonmuziek. 8.50 Klassiek concert in het Casino te Spa. 10.50 Sluiten. <-* De Nieuwe Rott. Crt, zegt opti mistisch Er is, ter opening van het laatste zittingjaar eener parlementaire pe riode, wel eens eene belangrijker, en ook wel pikanter Troonrede uitge sproken, dan die, waarmede H. M. do Koningin vandaag de Staten-Generaal heeft verwelkomd. Heb Volk schrijft eenige aliuoa's iii dezen geest: Het kabinet-De Geer, het blijkt nog eens weer uit deze troonrede, is slechts.' een sta-in-den-weg voor de frissche hervorming, die het over- groote deel der bevolking behoeft. FEUILLETON. Uit liet Engelsch van EFFIE A. ROWLANDS. Nadruk verboden. 6) Dus U denkt niet dat er reden is tot verdenking in hetgeen ik verteld heb? Niet in het minst. Ik ben er van over tuigd dat de omstandigheden waarop je zinspeelt het gevolg zijn van natuurlijke oorzaken en als degene die het meest bij de zaak betrokken is, verzoek ik je al het mogelijke te doen om te voorkomen dat dit gerucht verspreid wordt. Je wilt er wel voor zorgen dat men begrijpt dat der gelijke kletspraatjes voor mij uitermate pijnlijk zijn. Dab was te veel voor Pollard's gevoe lens; hij had een dankbetuiging voor zijn ijver verwacht en een pluimpje voor zijn helder inzicht! Dat mag u niet tegen mij zeggen, mr. Dick, zei hij verontwaardigd. Ik achtte mij verplicht U zekere fei ten mee te deelen. Juist, juist, Pollard en wij zijn je tfen zeerste verplicht, mengde kolonel, Anerley zich in het gesprek, die tot nu toe zwijgend had zitten luisteren. Mr. Emberson is jo ook dankbaar, dat weet ik zeker, maar vergeet niet hoe pijnlijk dit alles voor hem is. Zeker mijnheer zeker! En niemand heeft meer met den jongen mijnheer te doen dan ik zelf. Zeker Pollard, daar twijfel ik niet aan, zei de kolonel. Je moet niet boos worden, beste jongen! ging hij voort ter wijl hij zijn hand op Dick's schouder leg de, wanneer ik erken dat ik het ge deeltelijk met den inspecteur eens ben. Jouw gezichtspunten mogen juist zijn, ze zijn het ook, maar ik heb er pricipiëel bezwaar tegen om dingen die ik niet be grijp, zoo maar te aanvaarden. Richard Emberson leunde met zijn elle bogen op de tafel en liet zijn hoofd zóó in de handen rusten, dat zijn gezicht niet te zien was. Hij bleef eenige oogenblikken in deze houding zitten en antwoordde toen langzaam en met trillende stem: Ik zou natuurlijk de laatste zijn óm een onderzoek tegen te houden, maar ik weet hoe het mijn vader tegen den borst zou hebben gestuit als object van alle mo gelijke sensationeele praatjes en vermoe dens dienst te doen en omdat ik overtuigd ben dat er in deze zaak niets is, waarvoor ik geen verklaring kan vinden, wijs ik met alle beslistheid de mogelijkheid af dat er misdaad in het spel zou zijn en ik verzoek allen die het goed met mij mee- nen om mij te helpen om zulke praatjes van het eerste oogenblik af den kop in te drukken. Kolonel Anerley voelde, ofschoon hij zelf niet geheel en al overtuigd was, dat hij toch niet anders kon doen dan het verzoek van zijn jongen vriend te eerbiedigen. Ook Pollard gaf ten slotte toe. Ik zal er om denken mijnheer, zei hij spijtig, maar het komt mij voor dat U van menigeen zult te hooren krijgen dat ze zoo denken. En daarop, terwijl hij sa lueerde, zei hij: Goeden avond, mijn heer, goeden avond, dames! Onbehouwen stapte hij heen en er heerschle de eerste oogenblikkkeu diepe stilte in de kamer. Niemand wist wat te zeggen met het oog op «Jo buitengewoon prikkelbaarheid, die zich van Dick scheen te hebben meester gemaakt. Enid legde zachtjes haar arm om de schouders van den jongen man, zijn hand zocht de hare; opeens stond hij bruusk op en zei: Ik zal maar naar mijn kamer gaan, ik ben doodop! Nog een heelen poos nadat hij zich op zijn kamer, die vlak boven de kamer lag, waar ze bij elkaar gezeten hadden, terug getrokken had, hoorden de anderen hem heen en weer stappen, heen en weer, zon der ophouden. Het geluid begon op Enid's toch al over spannen zenuwen te werken, een heelen tijd worstelde zc al met een brok in haar keel, want zij had geveeld dat Dick er naar verlangde zelfs van haar weg te zijn en dat had haar pijn gedaan. Het drong tot haar door dat zij tegenover zijn ver driet machteloos stond en ten slotte barstte zij in tranen uit. Arm kind, zei haar vader, terwijl hij zijn arm om haar heen sloeg, het is wel hard voor je dat zoo'n afschuwelijke ge schiedenis het begin van je levensroman zoo moet verduisteren, maar het zal voor bijgaan, beste kind, zooals alle somberheid voorbij gaat en dan komt weer zonneschijn voor jou en dien armen Dick. Heb maar geduld en verlies den moed niet! Hij keek zoo vreemd toen hij goeden nacht zei, en dat maakte mij angstig, snik te Enid. Hij zag er zoo vreeselijk wanho pig uit. Dat is waarachtig geen wonder, kind je, wanneer je bedenkt wat de arme jon gen heeft meegemaakt. Je weet hoeveel Dick van zijn vader hield. Maar waarom is zijn verdriet dan oorzaak dat hij zich van mij afwend? Toen hij naar boven ging kreeg ik het gevoel of er plotseling een groote kloof tusschen ons gaapte, alsof ik mijn armen uitstrek, maar hem niet bereiken kon. Je bent overspannen beste kind, en dat werkt, op je verbeelding. We zijn het allemaal, min of meer en daarom moeten we maar eens een paar uurtjes gaan sla pen. Neem haar mee naar onze kamer, moeder, ging hij tot zijn vrouw voort, ik ga vannacht op de divan in de biblio theek slapen. Wel te rusten kindje, morgen zul je Dick wel weer een dapper gezichtje kunnen laten zien. Denk er om dat jij je eenige bent die hem kan helpen! Ofschoon de kolonel trachtte zijn doch ter zoo goed mogelijk gerust te stellen, was hij zelf maar half overtuigd van hetgeen hij zei. Er is iets dat ik niet begrijp, mom pelde hij. Er is iets anders dan gewoon verdriet in de houding van den jongen. Wat kan dat zijn? Als natuurlijk gevolg van de emoties van dien avond was het heele huishouden een beetje laat dien morgen. Het was dan ook nog doodstil in huis, toen Dick Emborson even voor zessen zijn kamer uitkwam cn behoedzaam de breeden eiken trap af- sloop. Hij wierp angstige blikken om zich heen toen hij de zware grendels van de voordeur wegschoof. Voorzichtig opendo hij de deur en ging toen met vasten tred naar de overblijfselen van zijn vaders huis. Hij had het niet gezien sedert Enid hem van het tooneel van de catastrophe weg gevoerd had. Nu sloeg hij eenige minuten: lang de omvang van de verwoesting gade. Het geraamte van liet gebouw was nog bijna intact, maar het heel interieur van de eerste en tweede verdieping en de be nedenkamers was verdwenen. Het voorge- deelte van het huis had het meest gele den. De brand was klaarblijkelijk in mr. Emberson's slaapkamer begonnen, terwijl de zijdeuren slechts geblakerd waren. Het zou voor een wild-vreemde reeds een jam merlijke aanblik geweest zijn, hoeveel te meer voor iemand, die dit zijn „thuis" ge noemd had. Toch beekek Dick Emberson de ruïne uiterlijk onbewogen. Wel was z.ija gezicht bleek en gegroefd door hot gees telijk lijden dat hij had doorgemaakt, maar er was geen vochtige glans van verdriet in zijn oogon zij stonden bard en dreigend als de oogen van een man die op zijti hoede is voor een dreigend gevaar. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5