Voor Huis en Hof.
Marktberichten.
Baby als
WijSge;
ÏTed&rï. Thenuo-Ch©mi«>he Fabrieken. bij.
«Leiden aandringen.
-1 Wegens overtreding van de Vleeechkeu-
frïngswet (St.bl. 1919, no. 524), en van de
Verordening op den Keuringsdienst van
Vee en Vleesch in de gemeente Leiden,
iwerden opgemaakt 37 processen-verbaal,
■waarvan 36 door de ambtenaren van het
Openbaar Slachthuis en 1 door de Politie.
Veroordeeling had plaats in 19 gevallen,
©en schikking werd getroffen in 11 gevallen,
vrijspraak volgde in 1 geval, terwijl 1 maal
geen vervolging werd ingesteld. Voorts werd
in 2 gevallen tegen een veroordeelend von
nis in appèl gegaan; hiervan is de uitslag
echter nog niet bekend, terwijl van 3 op
gemaakte processen-verbaal de uitslag even
tnin bekend is.
1 Wegens overtreding van de Verordening
op het gebruik van het Openbaar Slacht
huis werden opgemaakt 11 processen-ver
baal, waarbij in 8 gevallen veroordeeling
plaate had, terwijl in 3 gevallen een schik
king werd getroffen.
Tenslotte werd bij Besluit van B. en W.
ü.d. 22 Augustus 1927 aan 2 gebruikers van
bet Openbaar Slachthuis de toegang tot de
•inrichting gedurende één week ontzegt,
krachtens het bepaalde in art. 22, 3e lid
♦van de verordening va® den 25stei Septem
ber 1922, op het gebruik van het Openbaar
Slachthuis.
In de buitengemeenten werden ter zake
Jran overtreding van de Vleeschkeuringswet
Opgemaakt 12 processen-verbaal, alle door
Ide ambtenaren van den Keuringsdienst,
imet het volgende residtaat.
J Veroordeeling had plaats in 8 gevallen,
in 1 geval werd een schikking getroffen,
terwijl in 3 gevallen na de veroordeeling
appèl werd aangeteekend.
De financiën.
Het voordeelig saldo van het Openbaar
Slachthuis te storten in de gemeente-kas
bedroeg 34436.02 (geraamd was 27200),
dan van de ijsfabriek 15563.98 (geraamd
was 18.800).
DE STEDELIJKE FABRIEKEN.
Aan het verslag van den toestand en de
exploitatie der Stedelijke Fabrieken van
tras en Electriciteit te Leiden over het
jaar 1927 is het volgende ontleend:
De terreinen en gebouwen, zoowel in al©
buiten Leiden, besloegen op 31 December
een oppervlakte van ruim 6,5 h.a«.
Het aantal ambtenaren en werklieden
bedroeg op dien datum 450 tegen 438 op het
einde van 1926. Deze vermeerdering is het
gevolg van het in weekdienst aanstellen van
©enige daglooners.
De gebouwen, gashouders, toestellen,
steenkolen en verdere inventaris der fabrie
ken waren tegen brandschade verzekerd
voor een bedrag van 5.425.000 gld.
De openbare verlichting der gemeente
Leiden geschiedde op het einde des1 jaars
inet 1907 lantaarns, waajvan 1340 stuks in
gericht voor gas en 567 stuks voor electri
citeit. De ontsteking en blussching was zoo
goed als geheel automatisch.
Gas.
De bruto aflevering is dit jaar gestegen
met ruim 560.000 m3. of 3.8 en bedroeg in
totaal 15.542.300 m3.
Het verzorgingsgebied werd uitgebreid
met de gemeente Wassenaar.
Met het gemeentebestuur van Eijnsburg
werd een nieuwe overeenkomst gesloten,
waarbij bepaald werd, dat deze gemeente
met ingang van 1 Januari 1928 het gas en
gros zal afnemen.
Tevens' zij hier vermeld de levering van
gas aan eenige in de gemeente Boskoop ge
legen perceelen, welke werden aangesloten
op het distributienet van Hazerswoude
(Dorp).
De sulfaatfabriek heeft zoo goed als geen
dienst gedaan, aangezien het niet loonde
om het water zelf te verwerken.
Er was op het eind van 1927 een batig
Baldo van 325.478.
Electriciteit.
De totale draaistroomproductie (netto)
bedroeg 31.591.330' kWh en is over dit jaar
gestegen met bijna 4 millioen kWh of ruim
14 Als maximum belasting werd geno
teerd 10.800 kW tegen 10.000 kW in 1926.
Het verzorgingsgebied werd uitgebreid
met de gemeente Eijnsburg, welke gemeen
te den stroom en gros zal afnemen.
Ten behoeve van exige electriciteitsafne-
iners in de buurtschap „Woerdonsohe Ver
laat" gemeente Nieuwkoop, werd met de
N.V. Provinciale Utrechtsche Electriciteits
Maatschappij een overeenkomst gesloten
voor stroomlevering.
Van deze gelegenheid werd tevens ge
bruik gemaakt een hoogspanningskoppel-
kabel te leggen tussehen het Leidsche net
in Nieuwkoop en het net van de P.U.E.M.,
welke koppeling zal dienen tot wederzijd-
sche hulp in gevallen van storing.
Eveneens werden onderhandelingen ge
opend met de Directie van het Proviciaal
Electriciteitsbedrijf v. Noord-Holland, ten
einde in Hillegom een koppeling voor we-
derzijdsche hulp met het net van het P.E.N.
tot stand te brengen. Aan het einde des
jaars was de beslissing daaromtrent nog
niet genomen.
Er kwamen nog nieuwere systemen voor
aschvangers aan de markt. Deze werden
bestudeerd; de beslissing over de aschvan-
gers voor de ketels 21 en 22 kan worden
tegcmoetgezien in 1928. Verdere middelen
tot vermindering van het aschbezwaar wa
ren aan het einde des ja-ars nog in onder-
zoek.
Ten gevolge van deze uitbreidingen en
van eenige kinderziekten in de beveiligings-
inrichting van den nieuwen turbogenerator
hadden eenige kleine storingen plaats.
Van de Vuilverbranding werden aange
kocht 8.469 ton stoom, welke verkregen
werden door verbranding van 12.333 ton
vuil.-De rest-uitlevering hiervan bedroeg
32 en bestond in 3.250 ton slakken, en
790 ton vliegzand.
Het kabelnet werd in den loop van het
jaar uitgebreid met 25 km., terwijl het aan
tal transformatorruimten vermeerderde met
8 stuks. Het totale aantal, op 31 December
in gebruik, bedroeg 250 stuks, waaronder 43
zuilen.
De lengte van het klokkenkabelnet be
droeg op het einde des jaars ruim 14.5 km,
waarop waren aangesloten 95 klokken met
tezaemn 123 wijzerplaten. Van deze klokken
dienden, er 13, voor. de openbare tijdsaan
wijzing.
Gedurende dit jaar werd overgegaan tot
het plaatsen van electrische warmwater-
toestellen voor nachtstroom, hetgeen in een
behoefte blijkt te voorzien. Op 31 December
waren 60 stuks in gebruik.
Er was op het eind van 1927 een batig
saldo van 469.648.
DE MIEREN.
Enkele merkwaardigheden en eenige
middelen om ze te verdelgen.
(Naar aanleiding van eenige door lezers
gestelde vragen).
Het was aan koning Salomon reeds
bekend, dat de mieren tot de zeer
ijverigen schepselen behooren. Zijn ge
zegde: „Ga tot de mieren gij luiaard", ge
tuigt ons, dat. hij met den ijverigen aard
van deze diertjes bekend was. Of hij echter
geweten heeft wat er thans van bekend is,
mogen wij betwijfelen, ondanks de wijsheid
van dezen vorst.
Over het leven der mieren zijn reeds
heele boekdeelen vol geschreven. Verschei
dene scherpzinnige onderzoekers, van wie
wij slechts Huber, Forel en Bates noemen,
hebben het grootste deel van hun leven be
steed om de levenswijze en gewoonten de
zer kleine insecten na te gaan en op te spo
ren en nog zijn we niet op de hoogte van
alles wat er in een mierenkolonie omgaat.
Maar hoe meer er van hen bekend
wordt, hoe meer ook onze bewondering
toeneemt over de hooge plaats, welke deze
schijnbaar nietige diertjes in do reeks van
al het geschapene innemen.
De mieren leven „sociaal"zij vormen
goed geordende staten en daain gaat het
zoo geregeld en ordelijk toe, dat menige
mensehenstaat, zelfs onder de beschaafde
volken, daaraan een voorbeeld zou kunnen
nemen.
In die staten zijn de vrouwtjes de baas
en de mannetjes hebben nog nooit getracht
de opperheerschappij in handen te krijgen,
niet. omdat de vrouwtjes zooveel meer mans
zijn, maar om de doodeenvoudige reden,
dat, zoodra een nieuwe staat gegrondvest
wordt, er geen mannetjes meer ziin. De
mierenstaat is aangelegd in den grond, in
oud houtwerk of daartoe opzettelijk opge
worpen mierenhoopen; de wijze waarop hij
is samengesteld, komt bij alle mierensoor
ten vrijwel op 't zelfde neer.
Vroeg in 't voorjaar treft men in de wo
ningen slechts arbeidsters aan dat zijn
eigenlijk wijfjes, die niet voldoende tot ont
wikkeling zijn gekomen. Zij hebben daar
den winter doorgebracht en nemen nu de
zorg op zich voor de eieren of larven, af
komstig van andere wijfjes, die het vorig
jaar hebben geleefd. Uit de eieren of lar
ven ontwikkelen zich spoedig talrijke ge
vleugelde wijfjes. De gevleugelde indivi
duen ontvluchten al spoedig de woning, ze
vliegen en zwermen te zamen eenigen tijd
door het luchtruim. De mannetjes gaan alle
te gronde doch de wijfjes keeren tot de
aarde terug en verliezen daar hun vleugels.
De huiselijke bezigheden van de vrouwelij
ke mier bestaan nu in 't vervolg voorname
lijk in het leggen van eieren. Het. opkwee-
ken en verzorgen der jongen laten zij aan
het talrijk dienstpersoneel over. De arbeid
sters of werkmieren hebben het in dien
tijd verbazend druk. Ze vergenoegen zich
niet alleen met. de voedering der jongen, die
in him jeugdigen staat zeer onbeholpen
zijn, maar dragen er ook zorg voor, dat ze,
naar mate het weder meer of minder gun
stig is, naar buiten worden gebracht of die
per in het nest worden geplaatst. Zelfs
wanneer de larven in de poptoestand zijn
overgegaan, wordt deze wei'kzaamheid nog
voortgezet, en, als eindelijk de volkomen
mieren het. levenslicht hebben aanschouwd,
worden ze nog eenige dagen met moeder
lijke zorgen door de werkmieren behandeld
en door hen onderricht, hoe zij zich hebben
te gedragen om nuttige leden van den mie-
renstaat te worden.
Het voedsel der mieren bestaat, uit zoete
plantensappen en dierlijke stoffen en er
zijn zelfs enkele soorten, die levende die
ren aanvallen en door hun gezamenlijk op
treden in staat zijn, tamelijk groote zoog
dieren te dooden. Dat ze dikwijls schadelijk
kunnen optreden, zullen vele onzer lezers
wel eens hebben opgemerkt, als ze een be
zoek aan de provisiekamer hadden ge
bracht of in kassen en bakken huizen. We
kunnen de schade, door mieren aangericht,
beknopt aldus samenvatten: a. Het. vernie
len der meeldraden en stampers bij het be
machtigen van den honing uit de bloemen
b. Het beschadigen van weekc, saprijke
bloemdeelen, zachte bladeren en scheuten,
knoppen en zoete vruchtenc. Het ver
nietigen van zeer jonge kiemplantjes; d.
Indirect door verspreiding en bescherming
met bladluizen.
In de bosschen daarentegen zijn ze zeer
nuttig, daar ze een groote opruiming hou
den onder verschillende schadelijke in-
sekte®,
Een bijziendere merkwaardigheid is dat
men in een mierenwoning aantreft, behal
ve de eigenlijke bewoners, nog een menig
te andere dieren, die in het geheel niet tot
de kolonie behooren, doch die om de een
of andere reden daar e«en onderkomen heb
ben gezocht. Een mierenwoning lijkt dan
ook meer op een hotel, waar vele vreemde
lingen huisvesting en voeding vinden al
leen met dit verschil, dat alle gasten stam
gasten zijn en dat. ze nooit plaats maken
voor anderen. De biologen hebben er reeds
een driehonderdtal ontdekt.. Onder die
medebewoners vindt men er van allerlei
slag: verschillende soorten kevers, vooral
kortvleugelige, verder springs taart en en
lepisma's of schietmotten, een 6oort van
krekel, cicaden, wantsen, mijten en luizen.
De meeste gasten herbergt de Houtmier,
namelijk 150 soorten, dan volgt de roode
Boschmier met 100 gasten.
De mieren laten echter alle insekten zoo
maar niet tot hun woning toe, integendeel,
ze zijn ten opzichte van de meeste insek
ten zeer vijandig gezónd.
De mieren gas ten zou men in drie groepen
kunnen verdeelen:
le, die welke daar als larven, poppen of
ook wel als volkomen insekt leven van de
bestanddeelen van het nest. Deze vindt
men voornamelijk in de woningen, die uit
plantaardige stoffen zijn opgebouwd en
hiertoe behooren de larven van de gouden
tor en van verschillende kortvleugelige
kevers.
2e. Gasten, die door de mieren als melk
vee worden gebruikt, zonder dat zij zich
met de fokkerij er van bezig houdendaar
toe behooren de bladluizen en in warme
gewesten Cicaden-
Se. Gasten, die door de mieren in alle
ontwikkelingstoestanden worden opge
kweekt en verzorgd en die door hen wor
den afgelikt, om zich meester te maken
van het. zoete vocht, dat door deze gasten
wordt uitgezweet en eindelijk:
4e. Gasten, die de mieren geen voordeel
aanbrengen, die op de klap loopen en niet,
als bedelaars aan de poort, hun hand op
houden om een aalmoes te ontvangen, maar
de deur insluipen en het den bewoners las
tig maken door hun indringerigheid.
De mieren kunnen verscheiden jaren le
ven. Lubbock had exemplaren van de grij
ze en roode mier van vier en vijf jaar oud.
Ofschoon nog tal van andere merkwaar
digheden van de mieren bekend zijn, zullen
wij het hierbij laten om tot slot eenige mid
delen aan te geven waardoor wij ze uit
onze nabijheid kunnen houden.
Het aantal bestrijdingsmiddelen is nog
al groot, maar niet alle zijn zonder be
zwaar toe te passen, het licht er n.m. aan
op welke plaatsen de mieren zich ophou
den.
Het dooden der mieren in him nesten
met kokend water of damp van zwavelkool
stof. Een moeilijkheid is natuurlijk om een
mierennest, te vinden. Gaat dat. niet. dan
plaatsen wij een omgekeerde bloempot met
wat lokmiddelen er onder op de plaats
waar veel mieren worden aangetroffen; zij
zullen zich na- een paar dageu in die pot
hebben genesteld. Dit wordt een paar keer
herhaald.
2. Het uitstrooien van ijzervitriool, pot-
asch of een kalihoudende kunstmeststof.
3. Doe een suikerhoudende vloeistof,
waarbij een scheut brandewijn wordt ge
goten in een flesch, die langs de heerweg
der mieren tot de rand toe ingegraven
wordt. De mieren kruipen in de flesch,
snoepen van het vooht, bedwelmen en ver
drinken.
4. Het vergiftigen der mieren door het.
uitstrooien van Parijsch groen in de gan
gen. Deze uiterst fijns stof kleeft aan de
mieren en vergeeft elke mier waardoor ze
worden afgelikt. M.
BL0EMB0LLENPLANTEN.
De behandeling der bloembollen voor den
winterkamertuin.
De hyacinthen, en in het algemeen alle
kamerbloembollen, kunnen in de maanden
September, October, November en bij
gunstig, droog en vorstvrij weder ook ra
December geplant worden, hoewel de
vroeg geplante voor vervroeging in kamer
en broeibakken de beste zijn. Bloempot
ten van 0.10 a 0.12 M. middellijn zijn ge
schikt voor één hyacinthenbol.
Bij de planting legt men eerst een wei
nig zand op den bodem der pot, dan een
vierde gedeelte oude wel verteerde koe
mest. Daarna vult meu dè pot met goede
vruchtbare tuinaarde, vermengd met
bladaarde of zand, waarop men de bol
zoodanig plant dat 1/4 daarvan boven de
pot uitkomt, waarna men de pot aanvult
en de aarde rondom den bol vastdrukt.
De grond onder den bol mag niet vastge
drukt worden voordat hij geplant is. Bij
het planten moet de potaarde altijd ma
tig vochtig zijn, zoodra wanneer ze ge
plant zijn kunnen ze onmiddellijk een
goede bevochtiging hebben.
Dit voltooid zijnde, graaft men de pot
ten 4 a 6 c.M. onder den grond in den
tuin, ten einde het verdrogen te voorko
men en de groei der wortels te bevorde
ren. In dien toestand kunnen ze onge
stoord blijven totdat ze in de kamer ge
plaatst worden, steeds zorgende dat ze
tegen vroeg invallende vorst bedekt zijn.
Ontbreekt gons echter een tuin, dan
plaatst men den potten in een koele don
kere kast, - waar ze voor vorst beveiligd
zijn en geen gebrek aan water hebben.
De hyacinthen welke vroeg geplant zijn
en daarvan voornamelijk die exemplaren
welker potten vol wortels gegroeid zijn
en een bloemknop door de jonge blade
ren vertoonen, kunnen in het begin van
December in de warme kamer geplaatst
worden, terwijl de andere en later ge
plante daar niet eerder dan begin van
Januari voor in aanmerking komen. Voor
al moeten de potten voor de lichtste en
zonnigste ramen geplaatst worden en
niet in de nabijheid van vuurwarrate, om
dat de invloed daarvan schadelijk is voor
de planten.
Een der voornaamste regels is: dat ze
goed vochtig worden gehouden (vooral in
een warme kamer) en in den tuin voor
slakken en muizen beveiligd moeten zijn.
De hyacinthen voor glazen kunnen ook
in deze maand daarop geplaatst worden.
Men vult de glazen met zuiver regen-
of welwater zoodanig, dat de wortel-krans
der bol daarmede even in aanraking is,
het ververschende wanneer het troebel
wordt; en wanneer de wortels het water
raken niet meer toe te laten dat de wor
telkrans daarmee in aanraking komt.
De beste plaats is in 5t begin ook een
koele donkere kast, waar ze gedurende 6
a S weken moeten blijven totdat de wor
tels een aanzienlijke lengte hebben ge
kregen, waarna ze evenals de potten voor
een licht zonnig raam in een verwarmde
kamer geplaatst kunnen worden.
Wanneer de bloemknoppen der hyacin-
then zoowel der potten als der glazen
beginnen op te schieten, is het gewenscht
ze dagelijks met .water te besprenkelen,
omdat de bloem hierdoor beter ontwik
keld. Alle bloembollen in bloei zijnde, kan
men naar een koelere kamer overbren
gen, opdat ze 'des te langer in bloei blij
ven. Wanneer de bloemtrossen door
i zwaarte of lengte genegen zijn krom te
groeien of om te vallen, bindt men ze
aan een dun rietje of stokje, dat men tot-
den bodem der pot steekt.
Narcissen en tulpen behandele men als
hyacint-hen; voor kamercultuur zullen de
Due van Tholl, die in velerlei kleuren te
verkrijgen zijn, wel het meest voldoen. De
late tulpensoorten zijn moeilijker in bloei
te trekken, en het is raadzaam daar niet
eerder dan in Maart mee te beginnen.
Een zeer aardige cultuur voor de ka
mer, is het kweeke® van Crocus in
schaaltje met wit zand; men kan daar
allerlei ondiep vaatwerk voor gebruiken,
maar geve ze nimmer kunstwarmte. In
tegenstelling met hyacinthen, planten wij
naar gelang de groote der soort, meerdere
bollen bij elkaar in een pot. M.
UIT CHINA.
De toestand der arbeiders.
Volgens de jongste opgave zijn er in
China 20.746 fabrieken, waarin 646.424
menschen werk vinden. Het aantal vrouwe
lijke fabrieksarbeidsters bedraagt 245.076.
In steden zooals Shanghai kent men nog
geen achturige arbeidsdag, men werkt er
12. lV/s tot 15 uur per dag.
Het loon dat uitbetaald wordt is al heel
verschillend: in de steden wordt meer ver
diend dan op 't platteland en vakmenschen
trekken een hooger loon dan losse onge
schoolde arbeiders.
Een fabrieksarbeider verdient in 't al
gemeen niet meer dan hoogstens 0.6 tot 0.9
Chineesche Dollar en minimum 0.11 Chi-
neesche Dollar en dan is kost en inwoning
hier niet bij inbegrepen. Het gemiddelde
dagloon bedraagt dus ongeveer 0.4 C. D.
Een fabrieksarbeider in Peking verdient
hoogstens 24 C. D. per maand: heb mini
mum loon per maand is 5 C. D.
Het loongemiddelde bedraagt dus per
dag 0.4S3 C. D. en per maand 14^ C. D.
Het minimum-loon in de vier provincies'
waar de hoogste loonen betaald worden
is 0.13 C. D. per dag.
Een thuis-werker verdient een minimum
loon van 0.19 C. D. en een maximum van
0.3 C. D. Dit is voor iedere provincie ver
schillend. Hij krijgt dus een gemiddeld
loon van 0.25 C.D.
Het loon dat aan kinderen wordt uitbe
taald die op fabrieken of ateliers werken
is bedroevend weinig.
Een landarbeider ontvangt 0.1 C. D. bo
ven den kost. en 0.32 C. D. zonder voeding.
Een los werkman verdient gemiddeld 0.3
tot 0.4 C. D. per dag.
Wanneer we hierbij in aanmerking ne
men de kosten van noodzakelijk levens
onderhoud dan komen we tot de conclusie
dat de toestand onder de arbeidersbevol
king van China diep treurig te noemen is.
Zooals overal is het leven op het platte
land goedkooper dan in de steden.
Maar voor een arbeider die maar een
heel klein stukje vleesch eet bedragen de
voedingskosten toch 0.15 C. D. per dag.
Daar nu het gemiddelde loon voor een ge
woon werkman 0.3 C. D. bedraagt, dan is
het vanzelfsprekend dat. er groote nood
heerscht onder de arbeidersklasse van
China.
Wanneer een •werkman gehuwd is dan
verdient hij juist genoeg om in 't leven te
blijven, terwijl hij geen cent over heeft om
huishuur, kleeding, ontspanning enz. 't Is
dan ook geen wonder dat duizenden Chi-
neezen hun vaderland verlaten om niet
van ellende en honger om te komen.
De kinderen worden op alle mogelijke
wijzen geëxploiteerd; de arbeidsverdeeling
en de vindingen der moderne techniek be
vorderen de kinderarbeid. Bovendien dwin
gen armoede en ellende de ouders om hun
ne kinderen naar de fabriek of werkplaats
te sturen. De fabrieken maken ontzettend
groote winsten omdat de loonen der kin
deren heel onbeduiden zijn.
Onder de 168.885 kinderen die in de fa
brieken werken zijn 120.946 meisjes en
21.471 kinderen die nog geen 12 jaar oud
zijn.
De Communisten weten een handig ge
bruik te maken van deze mistoestanden en
zij vinden in China een zeer geschikt ar
beidsveld voor de verbreiding van hun re
volutionaire beginselen.
LISSE. 6 Sept. Mudgoedveiling. Prijzen
per HL. of Kg.: EvT Herm. Schlegel 74,
Cram. Brilliant 29.Hose Grisdelin
2431, Gele Prins 116, La Keine
Fred. Moore 68, L'Inmaculee 32, Coul.
Cardinal 122, Diana 39, Ibis 204,
Flamingo 116127, Scarlet Due 58,
Proserpine 186, Prins van Oostenrijk
69, Hobbema 6970, Grand Due 170,
Prosperity 116, Bose Luisante 112.50,
Crimson Queen 64, Pres. Lincoln 75,
Brill. Star 116, DvT Murillo 31, Mr. v.
d. Hoeff 195, Queen of the Pink 103,
Thournesoll 141, Bev. Ewbank 30, Will.
Pitt 68, Lovelines 15, Elt. Ingle. Yel
low 3538, Br. Lodewijk XIV 80, E1T
Miss. Ellen Wilmot 31, DwT Ba.rtigon
4547, Will. Copland 38, Pr. Elisabeth
33, Pride of Haarlem 2023, Clara
Butt 12.50, Tonnae 30, DvT Theeroos
73, Cour. d'Or 105, Vuurbaak 100, EN
Laurens Koster 34, Elvira 28.50; EN
Ornathus per H.L. 710, Emperor per
Kg. 0.31—0.35, Victoria id. 0.475, Or
nathus Maa id. 0.98, Golden Spur 0.331,
King Alfred id. 1.02, Sir Watkin idem
0.31, Treserve idem 2.57.
LISSE, 5 Sept. Hyacinthenveiling.
Prijzen per 100 stuks: E.B. Schotel 17
19.50, 16-17 14.50, 15-16 11.50, 13-15 9.50;
E.B. Gertrude 18 op 16.50, 17 12.50, 16
11.50, 15 9.50; E.B. Grand Maitre IS 25.
17 22.—; Hyac. Gemengd 15-17 8.50, 12-15
4.E.B. Queen of the Blue 17-18 20.
16-17 15.15-16 13.E.B. Lady Derby
17-18 10.50, 16-17 9.50, Giganthea 18-19
14.—, 17-18 14.—, 16-17 10.50, 15 9.—, 14
7.50, 13 5.75; E.B. Marie 16-17 14.15-16
14.14-15 9.50; E.W. L'lnnnocence 18 op
24.16r18 16.50, 19 op 27.18-19 21.
13-14 7.25, 12-13 5.75; E.B. Panama 17-18
11.50, 17 10.1-5 8.75; Bismarck 16-17
21.15-17 11.13-14 8.50; Maria Corne
lia 15 op 11.50, 14-15 12-14 6.75; EG
RECORD-SLAAN.
Het was een buitencewom
Baby lag ra het maUche??1-
schen slapen en wakker rim -
toch nog juist hoe zijn bro^
juich opsprong. Dat deed bJ?
nu was die jongen tenminste
hij was eerst zoo vreemd gew f':'
buurjongen waren ze een tijd?11
gras komen zitten, broer had
bij zich en een sigaret nu?
lucifers. De wekker werd neP
sigaret aangestoken en met?
en voorzichtige trekjes 0p?
twee jongens zaten voortdij?'
wekker naar de langzaam
sigaret te kijken, alsof er op?
oogenblik iets met die siga?!
beuren, uiteenspringen bijv. J
beurde piets. Eindelijk spm?
een ruk op. Gewonnen, jobt'l"!
den buurjongen, 't record gSj
er drie minuten langer over
jij gisteren.
O, is 'fc in dien tijd, dacht!,,"
aan het record slaan; ja, ïj.
genwoordig al niet, En bjC'«
Ik zit, gij zit, hij zit, wij JjB
noemen ze de vervoeging^»
woord zitten. Doch geen
wordt door het publiek
vervoegd als record-slaan.^®
record geslagen, wij slaan
zullen het record slaan, het?
slagen, werd geslagen, zalf?
den enz. Men zou er werkelijk
gen ook eens een record fe
heeft zoo'n geweldig rijke kH
Op de eerste plaats natatóvi
een record slaan in alle
van sport, voetballen, tennj^J
roeien, fietsen enz. En daarin y,
lei afwisseling, men kan eenyj
ternationaal, vaste-land en
slaan; en verder nog een b«t«j
slaan of zijn eigen record verUi
Doch sport is voor alle nri
even gemakkelijk, er zijn bkl-i
stijve spieren, menschen, die bi
moe zijn, menschen, die er iij
zin in hebben. Bovendien mep;
zamerhand uitgerecord in de
meeste records zijn geslagene
geslagen. Om het voor een des
doen moet men heel wat pra«
Om deze twee redenen Eed
nieuw afzetgebied voor het
gezocht en het gevonden in i
wat, in het het niet eten, nie;
sen, piano spelen, sigaretten j
wasschen, koffie drinken, kap
mes, slachten van schapen e;
Amerika heeft men in ver,
deze werkzaamheden al aari
geslagen. We zijn hier in oaj
jammer genoeg altijd een
lijk geweest, dus ook met h
en wordt het derhalve hoos
dit gebied tot hetzelfde p
der beschaafde wereld te
minstens te zorgen voor ve
tionale record-houders.
En het is toch zoo gemalï
voudig een record te slaat
om een voorbeeldje te gen;
wennen aan veel koffie te fc
dag bijv. een kop meer, dr
twee maanden ruim 60 kofl
dag drinken. Men zorgt ern
feit bekend wordt bij vrienii
sen. Na verloop van tijd Iw
dat zijn record geslagen is d«
gek, ik wil zeggen door een i
of dame, die op één dag 7ö i
kan drinken. Men heeft zit!
schentijd natuurlijk goed gw
den volgenden dag in tefl
van een groote menigte W
het record opnieuw en gta
naam brengen met 120 kopp
Nu begint de pers er zich us
er komt een photo van je te
geïllustreerde bladen en zool
leidelijk aan het nationale I
koffie-drinken behaald.
Daarna kan men met
tegenovergestelde record
één dag in het geheel niet
twee dagen enz. Na de voor»
periode kan het oefenen u
ken niet anders dan heilzast
organisme, dat op deze ri-1
evenwicht terugkrijgt.
Op gelijksoortige manier^
cords slaan in alle andere
zigheden. Het vreemdste d
wel, dat al de menschen,
zig zijn, los rondloopen;^
voor anderen zijn ze zefe'-"
P.EG!
City of Haarlem 15 op Ij
16-17 20.—; E.B. Grand H"1
16-18 16.50, 13-14 7.50, lW
low Hammer 16-17 19.50,
8.75, 12-13 6.75; E.B. lü®
12-14 7.—; E.W. Zaailing i®
1918-19 17.—, 17-18 B;
15-16 11.—; EB. U W;
E.B. Birmarck 19 32— Is;
four 16 14.50, 12-14 6.-;
16-17 18—, 14-15 8.50, 12-14 S
nocence 15-16 10.50, 14-1®
12-13 5.25; Queen of tie
12-13 5.75; La Grande»'
18.—; E.B. King of the
17-18 18—, 16-17 16-
10.50; E.E. Garribaldi M'
12—, 14-15 8.25; F..P. I®*
22—, 13-14 7 25; E.B. GrU'
27—, 16-17 18.50, 15
10—, 12-14 7—; E.B. U
25—, 19-19 22—, 17-1S 18
8.25; E.B. Johan 16-16 la-i
14-16 9.50, 14 8-, 1S-1S
19-20 25—, 18-19 20—
8.25, 13-14 7.50, 12'/r»
conie 17 10—, 16-1' -
11.50; Jaquee 17 °P
1? 19 21