DE GEMEENTERAAD VAN LEIDEN TWEEDE BLAD DE LEIDSCHE COURANT DINSDAG 28 AUGUSTUS 1928 Een beschouwing over de gemeente-financiën - De sociëteit „Musis Sacrum" zal uit het Plantsoen verdwijnen - Medezeggingschap ■wordt gewenscht in de exploitatie van de Leidsche Hout - Drie interpellaties en één motie OVERZICHT. Bij het agenda-punt „Rekening van de Ontvangsten en Uitgaven der gemeente over het jaar 1927, met inbegrip van die der Haarlemmertrekvaart" heeft de heer De Reede (Chr. H.) een vergelijking ge- maakt tussohen de rekening over 1926 en die over 1927, en daaraan eenige interes sante beschouwingen vastgeknoopt wij verwijzen naar het verslag. Wij zijn het echter niet eens met den heer De Reede •waar deze zóózeer den nadruk legde op het onvaste in de winsten uit bedrijven der gemeente; wij zien niet in, dat deze winsten zóóveel wisselvalliger zijn, dan de ontvangsten uit particuliere inkomens. De vervulling van de toezegging, door den wethouder van financiën gedaan, dat hij bij de begrooting een nadere, overzichte lijker beschouwing over de gemeente-finan- ciën zal geven zien wij met belangstelling ft tegemoet de heer Goslinga verstaat de if iurist, om een ingewikkelde zaak klaar uiteen te zetten. W „Musis Sacrum" zal uit het Plantsoen ▼erdwijnen slechts vier Raadsleden ge voelden er voor, om met het bestuur te onderhandelen over den bouw van een nieuwe sociëteit, beantwoordende aan schoonheidseischen en passende in de om geving; natuurlijk zou dat gebouw dan niet moeten zijn een „bitterschuur", zooals het Raadslid Huurman indertijd het gebouw van. de sociëteit „Amicitia" op den Sta tionsweg heeft betiteld. Zooals gezegd, de overgroote meerder heid in den Raad wilde „Musis Sacrum" uit het Plantsoen wèg. Ten slotte het laatste voorstel van de agenda, nl. om eenige perceelen weiland, •water en woningen met verdere opstallen, aan en nabij den Warmonderweg, in erf pacht. uit te geven aan de Stichting „Fonds voor aanleg, onderhoud en beheer van Wandelparken" te Leiden. De heer Manders (R.K.) had hierbij een amende ment ingediend, strekkend om den Raad ©enige medezeggenschap te geven in de exploitatie van het wandelbosch. De grond-gedachte van den heer Manders heeft onze sympathie. En omdat het wan delbosch een „publiek domein" zal zijn èn omdat ook de gemeente daarvoor finan- cieele offers brengt, is eenige medezeg genschap van de gemeente o. i. gerecht vaardigd en gewenscht. Maar, naar onze meenig, had de heer Manders niet een ge lukkige keuze gedaan in den vorm, waar- in hij die zekere mate van medezeggen- 1 schap wilde vastleggen, nl. bij het doen I verwijderen van beplantingen. En wij gelooven ook, dat het daardoor is te ver- 'klaren, dat de heer Manders alleen de S. D. A .P. heeft meegekregen. Wij hopen, j dat de actieve lieer Manders een anderen, I 0.i. beteren vorm zal vinden voor zijn stre- i ven naar eenige medezeggenschap van den Raad in het beheer van het Wandel bosch en wij wenschen hem dan van harte succes toe. De formeele bezwa ren, daartegen gisteren in den Raad aan gevoerd, hebben cp ons niet zoo heel veel indruk gemaakt. Aan het einde van de agenda, zooals die is gepubliceerd, kwamen drie interpel- I laties aan de orde, welke alle drie vrij I spoedig zijn „afgewerkt" geworden, en waarvoor wij meenen naar het verslag te kunnen verwijzen. Alleen willen wij zeggen, dat wij het jammer vinden, dat de lieer Schüller (S.D.) succes heeft gehad met een motie tegen wethouder Splinter. Ook wij kunnen om tactische redenen het feit van het niet doorzenden van een brief van den Minister aan een woningbouw- «Verecniging, waarover het ging, niet toe- juichen, maar wij kunnen daarin toch geen voldoende aanleiding zien voor het aan- l flemen van een motie, als door genoemd Raadslid was ingediend. J In het begin der vergadering heeft de burgemeester mededecling gedaan van het standpunt, dat het College van B. en ln d en vervolge zal innemen be treffende het toestaan van openbare ver makelijkheden op Zondag. Onder Zondag wordt door hen verstaan de wekelijksche rustdag en Hemelvaartsdag. B. en W. wil- len Zondags na twee uur toestaan concer- I ten, zanguitvoeringen en dergelijke in ge bouwen als daarmede wordt bedoeld liet .-verschaffen van kunstgenot of het steunen van een liefdadig doel of een ander alge- f meen belang door middel van kunstgenot. Als voorwaarde wordt dan echter gesteld dat er geen alcoholische dranken worden «.gebruikt. En deze vergunning zal niet wor den verleend op Isten Paaschdag, Isten «Pinksterdag en Isten Kerstdag, 's Avonds na 8 uur zal toestemming worden verleend ■voor ander openbare vermakelijkheden. Als wij goed zien, beteekent deze mededce- #ng ongeveer: voortzetting van de be- staande practijken. Men behoeft geen profeet te zijn, om i wifrioü eTeNatie naar aanleiding van deze eehng in het vooruitzicht te stellen. Een financieelc beschouwing. 7t;Ü' "^ekernns van de Ontvangsten en I9.,7 en, .der gemeente over het jaar mÖll begrip van die der Haarlem- I mertrekvaart. tehif f16®1" ®eed© wijst op het ver- 'voorganger? 1927 hMr i' J}wV7chil *s °Pmerkelijk genoeg, aldus tekort -tr ^durende twee jaren een berekp cclJferd, thans is er een overschot I «tellpn n*et sroot, maar als we het IV BchiinJva e®enover het tekort van 1926 toch a'r e©n groot© vooruitgang. „Schijnbaar", want het valt niet te betwis ten, dat het trekken van conclusies uit de berekende exploitatiesaldi tot niet geheel geheel juiste gevolgtrekkingen zou leiden, indien niet met alle factoren wordt gere kend en £pr. betreurt het daarom, dat B. en W. niet naast de toelichting op de re kening, die aansluit op de begrooting, eene samenvattende beschouwing uit de reke ningen over enkele jaren hebben gegeven, waarin de groote lijnen worden uitge stippeld, die in de ontwikkeling der finan ciën, vallen op te merken. Spr. heeft deze kwestie ook in de secties ter sprake ge bracht, doch heeft geen afdoend antwoord gekregen. Spr. wil aantoonen, dat inderdaad de z.g. expl. saldo niet 6tceds saldi van de ge meentehuishouding in een bepaald jaar zijn geweest, maar bedenkelijk waren vertroe beld door de wijze, waarop in 't bijzonder de Ink. belasting en de afwikkeling der on inbare posten is behandeld, weliswaar in overeenstemming met de rekening voor schriften, maar toch zóó, dat het van groot belang was om aan do toepassing van die voorschriften eenige Beschouwingen te ver binden. Spr. wijst erop, dat de rekening 1927, vergeleken bij die van 1926 weer blijk geeft van een voortgezette stijging der uit gaven, dikwijls gepaard gaande met een vermindering van de ontvangsten. Tegen over enkele afdeelingen die iets voordeeli- ger uitvallen, zooals Openbaar voorber. 1. o., Middelbaar, Hooger Onderwijs, K. en W., Ondersteuning aan behoeftigen en an dere met een totaal bedrag van rond 57.000 staan de andere afdeelingen, die rond 151.400 duurder zijn geworden. Daar van komt op het Hoofdstuk onderwijs' al leen rond 60890, waaraan het openb. 1. o. meedoet met 2450 en het bijzonder met ƒ21500. De openb. veiligheid heeft, ondanks de besparing op het salaris van den Comm. 7000 meer gekost, Volksgezondheid 8100 Openb. werken 18.450, Ondersteuning aan werkl. 29.700. - Spr. geeft deze cijfers zonder verdere beschouwingen of critiek, omdat B. en W. reeds een en ander maal bewezen hebben, dat het college werkzaam is om te bezuini gen en omdat de taal die er uit spreekt duidelijk genoeg is-. Groote voorzichtigheid, in het uitgeven blijft een gebiedende eisoh. Dat, ondanks de vermeerdering van uit gaven toch nog een batig saldo kan worden berekend, is uitsluitend, te danken aan de bedrijven, die met pl.m. 300.000 de op brengst van 1926 hebben overschreden. De uitbreiding van het Electr. bedrijf onder een kranig zakelijk beheer, doet daaraan mee met 131.000. Hoe verblijdend ook dit verschijnsel is, toch schuilt daarin ook een gevaar. Even als in andere gemeenten, wordt ook hier het evenwicht van de gemeentehuishouding hoe langer hoe meer afhankelijk van de resultaten der bedrijven, die gevoelig zijn voor geheel andere factoren, dan de overi ge inkomsten der gemeente, factoren die weliswaar gunstig kunnen zijn, maar die evenzeer kunnen tegenvallen en het is daarom wel te betreuren, dat de toezeg ging van den wethouder van Financiën tij dens de behandeling van de begrooting 1925 om te overwegen of de winst der be drijven voor een deel aan vorming van een fonds zou kunnen worden dienstbaar ge maakt, blijkbaar gevaar loopt om met stille trom te worden begraven. Immers de winst, die'het toen genoemde bedrag van 600.000 met 195.000 te boven gaat, ver dwijnt zonder eenig commentaar in deze rekening. In het oog loopend is ook het batig saldo van het Grondbedrijf, tegenover de perma nente nadeelige saldi in vorige jaren, dat echter niet te danken is aan de gunstige oorzaak, dat dit bedrijf winst heeft op geleverd, want de rekening sluit met een verliessaldo van 31077.04. In tegenstelling met de vroeger gevolgde gewoonte is dit verlies gebracht'ten laste van het Reservefonds dat daardoor van ƒ108.820.91 tot 84431.41 is teruggeloopen een methode, die wel te verdedigen is\ maar die in zijn toepassing incidenteel moet blijven. Spr. komt thans tot de post Belastingen, dio eveneens een stijging aantoont boven 1926 en wel van 177.500 en die daardoor in volkomen tegenspraak is met de werke lijkheid. Was dit beeld juist, dan zou het wijzen op een vermeerdering van de wel vaart, op stijging van het belastbaar inko men in de eerste plaats' en dat is toch al lerminst het geval. Integendeel, nog steeds loopt de Ink. bel. geheel in overeenstem ming met de vroeger door mij uitgesproken verwachting, achteruit. Het laatst afgeslo ten kohier is weer pl.m. 35000 lager dan zijn voorganger en er zou dus een daling moeten blijken. Nu zijn de in rekening ge brachte bedragen ingevolge de voorschrif ten mede afhankelijk van de raming en zou in dit jaar ruim 32000 minder zijn verantwoord, indien de werkelijke cijfers daarvoor in de plaats konden komenmaar er is- meer. Op 1926 drukte een belangrijk hooger bedrag aan oninbare posten, gevolg van achterstand in de afrekening, die vóór 1925 is ontstaan. Het behoeft dus geen betoog, dat daardoor een abnormaal hoog bedrag ten laste van 1926 is gebracht naar schat ting pl.m. 150.000 en door deze beide pos ten wordt de geheele vooruitgang opgehe ven niet alleen, maar blijft ook, dat het expl. saldo van 1926 er te ongunstig uitziet en alleen uit deze hoofde met f 150.000 moet verminderen. Dezelfde vertroebeling hoewel met an dere bedragen komt ook voor in 1924 en 1925 ea behoord© t© zijn vermeden, evenals ook in andere gemeenten is geschied, door erop te wijzen, dat de overschotten uit vroegere jaren voor een deel zouden moe ten dienen om die posten te dekken. Al was het werkelijk bedrag niet bekend, dan lia-d daarvoor immers een' bedrag door schatting kunnen zijn bepaald. Om niet al te zeer in onderdeelen af te dalen, laat ik de vroegere rekeningen ver der rusten en resumeer de door mij aange stipte verschillen tusschen de rekeningen 1926 en 1927 aldus: Het na<5eelig saldo 1925 was 386.166.66 Te weinig inkomstenbelasting 10.000. Te veel oninbare pasten 150.000. Blijft 226.166.66 Voorieelig saldo 1927 48.905.191/j Te veel Ink.belast. 32.0000 Verlies grondbedrijf 31.077 63.000. Nadeelig saldo 14.100- De gelukkige omstandigheid, dat uit de middelen der bedrijven in het overschot van vroegere diensten het belangrijk nadee lig saldo \an den kapitaaldienst tijdelijk kon worden gefinancierd, maakt dat rente en afschrijvingen niet ten volle hebben ge drukt, waardoor dit beeld nog ecnigszins te gunstig is. Om dus oijfers t© krijgen, die scherper dan het geval is geweest de toestand der gemeente-financiën doen kennen, had men althans in z'n beschouwingen wat dieper op de zaak in moeten gaan en spr. twijfelt er niet aan of het college van B. en W. zal met spr.'s opmerkingen in de toekomst rekening willen houden. Wethouder Goslinga merkt op, dat deze kwestie eigenlijk meer bij de begroo ting thuis hoort. Spr. kan den heer de Reede geen andere cijfers overleggen, dan hij gedaan heeft. Wat meer overzichtelijkheid betreft, daaraan wil spr. hem gaarne tegemoet ko men. Spr. geeft toe, dat het jaar 1926 nog niet zoo slecht is geweest in verhouding ni3t 1927, doch het was niet mogelijk nadeelige posten van 1926 te doen drukken op e>en vorig dienstjaar. Het jaar 1926 is de sluitsteen geweest van de zeer wisselvallige na-oorlogsche ja ren. Het jaar 1927 is meer dan „schijn baar" vooïdeeliger 'jOweset dan 1926. Het nadeelig saldo van het grondbedrijf is aangevuld uit de reserve, gelijk besloten is door den raad op voorstel van B. en W. In 't algemeen gaat de wethouder mee met de opmerkingen van den heer de Ree de doch de vooruitgang van 1927 is meer dan een „schijnbare" vooruitgang. De heer de Reede repliceert. Hij hand haaft zijn uitdrukking „schijnbare vooruit gang". Spr. zou dat nader kunnen aantoo nen, speciaal naar aanleiding van de winst uit de Lichtfabrieken, waarop de gemeente huishouding vooral drijft, doch welke nie mand in de hand heeft, doch dat zou teveel in details gaan. Daarna wordt de rekening z. h. st. goed gekeurd. Musis Sacrum. 12o. Voorstel in zake beëindiging van de ingebruikneming van grond aan het Plantsoen aan de verecniging „Musis Sa crum', tevens praeadvies op de desbetref fende motie van den heer Eikerbout. Hierbij komt aan de orde het voorstel- Sijtsma om nader overleg met het bestuur. De heer Eikerbout zegt, dat overleg tusschen B. en W. en het bestuur van Mu sis geen resultaat heeft gehad, omdat het bestuur geen geld had. Daarom bevreemdt het spr. dat het bestuur nu opeens met het voorstel komt om een geheel nieuw gebouw te stichten. Misschien is nader overleg wel gewenscht. De heer S ij t s m a zegt, dat de heer Ei kerbout hetzelfde beoogt als' spr. De heer Eikerbout begrijpt niet, hoe Musis nu een nieuw gebouw kan bekostigen, doch dat hebben wij niet te onderzoeken. Wanneer de gemeente daar een nieuw plantsoen moet maken, dan komt dit de gemeente nog duur uit. Laten wij probee- ren. wat de Vereeniging daar presteereu kan. Bovendien zullen de Plantsoenbewo- ners het behoud van de concerten appre- cieeren. Laten B. en W. eens gaan praten met het bestuur, misschien vinden zij dan een goedkoopere oplossing. De heer Schüller verklaart, dat de S.D.A.P. vóór het voorstel van B. en W. zal stemmen. Doch spr. wijst erop, dat er te weinig gelegenheid is tot het geven van openbare concerten, en geeft B. en W. in overweging om daar een nieuwe muziek tent neer te zetten. De heer R o m ij n vraagt of de nadere bestemming van het vrijkomende terrein eerst ter sprake zal worden gebracht in den raad. De heer W i 1 b r i n k begrijpt de houding van den heer Sijtsma niet. Zoo duur is het toch niet om dat gebouw af te breken en er een plantsoen van te maken. Wethouder Splinter gaat de geschie denis van de onderhandeling met Musis na Ondanks de nadere voorstellen van het be stuur zijn B. en W. van meening, dat het gebouw daar verdwijnen moet. Er is toch reeds zoo weinig ruimte tot aanleg van plantsoenen. Spr. zal gaarne nadere voor stellen om daar een muziektent op te rich ten, overwegen en daarna in den raad brengen. B. en W. vinden den grond niet geschikt om daar een sociëteit op te rich ten. De heer W i 1 m e r verklaart zich met den heer Sijtsma eens. Het Plantsoen wordt thans door hot gebouw ontsierd, doch de wethouder wil geen toestemming geven ook al zou daar 'n mooi gebouwtje verrijzen Het gebrek aan Plantsoen kan spr. geen afdoend argument vinden. Een behoorlijk societietsgebouwtje zou spy. daar best wil len toelaten. De lieer Spendel meent, dat de lig ging van het gebouwtje het verkeer in de toekomst kan belemmeren. B. en W. dienen daarmede rekening te houden voor de toe komst bij hun, eventueel© plannen. Spr. dient een voorstel in, om de nadere bestem ming van den vrijgekomen grond later bij raadsbesluit te regelen. De heer R o m ij n meent dat Musis Sa- cru zulke oude rechten heeft, dat nader overleg alleszins gewenscht is, om het be stuur in de gelegenheid te stellen den grond te behouden. Do heer S ij t s m a handhaaft zijn voor stel. omdat hij daarmede gelooft het juiste midden heeft aangegeven tusschen de ver schillende strooraingen, welke in den raad tot- uiting komen. De heer Eikerbout zegt, dat als men ein ander gebouw wil stichten, men dat al tijd nog op een andere plaats kan doen. Een gebouwtje daar blijft altijd een sta-in-den- weg. Wethouder Splinter zegt. dat B. en W. het voorstel-Spendel wel willen overne men. Hij stelt alleen een redactie-wijziging voor. De heer Spendel handhaaft echter zijn voorstel. Het voorstel-Sijtsma in stemming ge bracht, wordt verworpen met 29 tegen 4 stemmen. Vóó» stemden de heeren Romijn, Wilmer, Sijtsma en Heemskerk. Het amendemcnt-Spendel wordt aange nomen met 25 tegen 8 stemmen. Tegen stemden de heeren Huurman, Meij- nen, Eikerbout en de 4 wethouders. Het aldus geamendeerd voorstel van B. en W wordt z. h. st. aangenomen. 13o. Voorstel tot verlenging van den termijn van ontruiming van verschillende onbewoonbaar verklaarde woningen. Goedgekeurd. De Leidsche Hout. 14o. Voorstel om eenige perceelen wei land, watot en woningen met verdere op stallen aan en nabij den Warmonderweg, in erfpacht uit te geven aan de Stich ting „Fonds voor aanleg, onderhoud en be heer van Wandelparken" te Leiden. De heer Manders wijst erop, dat bij de bedingen van B. en W. de stichting na 74 jaar met haar beplantingen doen kan wat zij wil en spr. wenscht maatregelen, dat de gemeente na afloop van de erfpacht van 75 jaar niet een kalen grond terug krijgt. Hij dient in dezen geest een amen dement in. De heer Wilbrink vreest zulk een handelwijze niet, omdat het meerendcel van het bestuur van de Leidsche Hout toch gevormd zal worden door personen aan te stellen door B. en W. De heer Bosman zegt, dat deze grond- uitgifte eigenlijk een schenking is met een gesloten beurs. De gemeente zal er zelfs bij profiteeren, want zij krijgt er een nieuw mooi park bij. Spr. vreest niet, dat hot be stuur zijn eigen park zal ruïneeren, zooals de heer Manders heeft gemeend. Hoe scherpzinnig ook, spr. vindt die gedachten min of meer dwaas. De heer v. Eek vindt de stichting van een wandelpark een publiek© zaak, welke dient te worden ter hart© genomen door de gemeente-organen. Spr. wantrouwt het bestuur niet, doch hij vindt bet normaal, dat de raad eenigszins de richtsnoeren aan geeft van de exploitatie van bet bosch. Daarom vindt hij het voorstel van den heer Manders zoo gek niet. Daardoor krijgt de raad tenminste eenige medezeggenschap. De heer Bosman wijst erop. dat do statuten van de stichting zijn vastgelegd en dat verscheidene particulieren hun steun hebben toegezegd, juist omdat men wist, dat de gemeenteraad geen medezeg genschap had. Verbindt de raad aan deze schenking een dergelijke voorwaarde, ah' de heer Manders wil, dan kan dit aanlei ding geven, dat het bestuur der stichting de schenking weigert. De heer R o m ij n gelooft, dat al deze discussies mosterd na den maaltijd zijn. Men had daarover moeten praten, toen de heer C'oster het initiatief nam. Spr. gelooft niet, dat het principieel mogelijk is een der gelijke medezeggenschap alsnog te verkrij gen. De heer Spendel verklaart zich tegen het amendement-Manders. Wij hebben na een prachtig plan, en een prachtig initiatief en nu gaan wij daarop weer op echt Leid sche manier peuteren. De heer v. Eek komt daartegen op, dat is geen gepeuter. Wanneer de raad zich be moeit met 't geen des gemcenschaps is, dan is dat geen gepeuter. Spr. vindt de handel wijze van die burgers, die hun bijdrage ge weigerd zouden hebben als de raad mede zeggenschap had gehad, een klap in het ge zicht van don raad. Hoeveel gemeenten hebben niet het beheer over een bosch? Gaat dat niet goed? Hoe kan een raadslid zich verzetten tegen medezeggenschap van den raad en dat klein gepeuter noemen? De Voorz. kan zich de houding van dea heer v. Eek indenken, als hij medezeg genschap in 't algemeen wenscht. Doch do geheele zaak is nu eenmaal door de raad uit handen gegeven. Toen heeft de raad A gezegd, hij moet thans B zeggen. Het is' ook practischer, dat het beheer van het bosch werdt overgelaten aan het bestuur der stichting. Dat is een prikkel tot het ver krijgen van particulier© bijdragen. Het voorstel van den heer Manders zou op groo te bezwaren stuiten. De stichting zou de ge schonken grond niet kunnen aanvaarden krachtens de statuten. De heer Manders handhaaft zijn voor stel ondanks de bestrijding van den heer Spendel. De erfpachter heeft het recht alle beplanting te rooien als hij dat wil en daar tegen wil spr. maatregelen treffen. Dat is geen inbreuk op het recht van beheer. De heer Huurman is tegen het voor- stel-Manders. Wie zal er na 75 jaar zóó gek zijn om het heele terrein te gaan rooien, alleen om aan de gemeente een kaal terrein te kunnen teruggeven? Spr. wijst op het Vondelpark in Amsterdam, dat ook een particuliere instelling is en dat zeer goed beheerd wordt. Spr. gaat dus mco met het voorstel van B. en W. De heer Wilbrink begrijpt de houding van den heer v. Eek niet, die toch de Iieclc geschiedenis van de Leidsche Hout heeft meegemaakt. Toen de heer Coster zijn gift UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Woensdag 29 Augustus» Hilversum, 1060 M. 12.302.00 Lungchmuziek door het Trio F. Courtel. 2.304.00 Aansluiting van het Kurnaus te Soheveningen. Kindormatinee. Henri Nolles poppenkast. .1.005.00 Maak het zelf. Rubriek van mevr. C. Schaako Verkozen, orkest o. 1. v. Nico Treep. Marcus Ploo- yer, tenor. 8.15 Aansluiting vau het Kurhaus t© Scheveningen. Solistenconcert. Het resi dentie-orkest o. 1. v. Prof. Schneevoigt José Iturbi, piano. 10.15 Persber. Huizen, 340,9 M. N a 6 u u r 1870 M.) (Uitsluitend K. R. O.-uitzendincn). 12.30—1.45 Concert. 5.00—6.00 Kinderuurtje. 7.30—8.00 Spr. N. v. d. Dussen: Din» gaansdag 8.00 Concert, Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 11220 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert. 12.50 Dansmuziek. I.202.20 Orkestconcert. 4.20 Licht klassiek concert. 5.35 Kinderuurtje. 0.20 Dansmuziek. 6.40 Tuinpraatje. 6.50 Nieuwsber. 7.05 Dansmuziek. 7.20 Lezing. 7.35 Beethoven's cello-sonates. 7.50 Variëté. 8.50 Concert. 9.35 Conversatie tusschen auteur ei» criticus Mr. Hoard en Mr. Birrell. 9.50 Nieuwsber. 10.10 „Nurse Henrietta", radio-drama II.2012.20 Dansmuziek. „R a d i o-P a r i s", 17 5 0 M. 12.50 Klassieke kwartetten. 4.05 Orkestconcert. 8.50—11.20 Concert. Hr. Geay en zijn gezelschap. Langenberg 469 M. 12.301.10 Mechanische muziek. 1.252.20 Orkestconcert. 6.207.15 Orkestconcert. 8.35 „Erntedank", sepl van Rob. Göttf Daarna tot 12.20 Dansmuziek. Königswusterh&usen, 1250 M. (Z o e b e n). 12.205.20 Lezingen. 5.20—6.20 Orkestconcert. 6.208.05 Lezingen. 8.50 Orkestconcert. Werken van Joh. en Jos. Strauss. 10.5012.50 Drinkliederen. Hamburg, 396 M. 4.35 Italiaansche miniaturen voor or< kest. 5.20 Declamaties met pianobegel. 6.20 Concert. 8.20 „De fideole boer", operette van Leo Fall. Daarna dansmuziek. Brussel, 509 M. 5.20 Dansmuziek. 6.50 Kamermuziek. 8.20 Bcethovenconcert. I. d. pauze grsu mofoonmuziek. Daarna orkestooncerL 10.35 Sluiten. aanbood, wist de raad heel goed, dat hij zijn medezeggenschap prijsgaf. Thans krab belt de heer v. Eek terug. Als de raad zijn toezeggingen wil handhaven, en zichzelf wil respocteoren, dan moet hij thans moegaan met B. en W. Dc heer v. Eek heeft zich warm gemaakt over die particulieren, welke het particulier initiatief gesteund hebben, maar daarover heeft do heer v. Eek indertijd zich niet warm gemaakt. Waarom thans wel. De heer Wilmer gevoelt veel voor de redeneoring van den heer Wilbrink. Spr. herinnert eraan, dat hij indertijd tegen aan koop van dezen grond is geweest, omdat dit Vandelbosch dc gemeente veel geld zou kosten. Dat blijkt thans, want wij geven nu een stuk grond weg, dat wij anders produc tief hadden kunnen maken. Van den anderen kant gelooft spr. niet, dat het voorstel-Mandcre thans practiseh nut zal hebben. De heer Bosman merkt op, dat do gemeente zeer zeker van het wandelpark zal profiteeren en dat alle gelden daaraan besteed vruchtdragend zullen zijn. Het voorstel-Manders acht spr. veel te be zwaarlijk. Men kan dat zoo uitleggen, dat d© stichting voor het rooien van elke boom permissie van den raad moet hebben. Spr. kan zich best indenken in de menta liteit van die menschen, dio den raad geen medezeggenschap willen geven in het be heer van het wandolbosch. Wio zou zulk een medezeggenschap van den raad wen schen in zijn eigen zaken? De heer Manders gelooft niet, dat zijn voorstel zoo bezwaarlijk is, want de mede zeggenschap van den raad beperkt zich tot hetgeen pjet mag gebeuren. Dc heer v. E c k meent, dat wij hier voor een geheel ander geval staan dan bij het Vcnoclpark. Het Vondelpark is een geheel particuliere stichting en hier schenkt de gemeente ook een groot deel. Verder ge looft spr. niet, dat Leidon zooveel van het park zal profiteeren, Oegstgeett zal daar van mogelijk veel moer profiteeren. Do heer v. Stralen wijst erop, dat de L. Hout ook een gelogenhcid kan zijn voor werkverschaffing voor werkloozen. Hij wil «an voorwaarde in dien geest opnemen in de erfpacht, dat er behoorlijke loonen zul len worden uitbetaald. De V o o r z. zegt. dat deze zaak nog na der tci sprake komt. Het amendement-Manders wordt verwor pen met 22 tegen 11 stemmen. Voor de S. D.A.P. en de heer Manders. Het voorstel van B. en W. wordt daarna z. h. st, aangenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5