Het Kellogg-pact BUITENLAND. 19e Jaargang. DINSDAG 28 AUGUSTUS 1928 No. 5961 k.*— De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Lor Leiden '0 cer.t per week 12.50 per kwarta&L teii onze Aren ten 20 cent per week (2.60 per kwartaal, franco per poat '2-95 per kwartaal, pet Geïllustreerd Zondagsblad ts voor de Abonné'a ver- kriiebaar tegen betaling van 50 et. per kwartaal, bij voor- pitiwtaling. Afzonderlijke nummers 5 ct., met Geïllustreerd mdagsblad 9 ct. Dit blad verschijnt eiken dag uitgezonderd Zon- en Feestdagen. U Bureaux: RAPENBURG No. 10 - LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935 REDACTIE 15 GIRONUMMER 103003 POSTBUS No. 11 I..M— OE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT» Gewone advertentlën 30 oent per rOQdy vVoor Ingezonden Mededeelingen wordt hei a 4 dubbele ran het tarief berekend. *v Kleine idvertontlên, ran ten hoogste 80 Troorden, waarin betrekkingen warden aangeboden of gevraagd, huur en ver huur, koop en verkoop f0.50. HET GOUDEN JUBILEUM DER NEDERLANDSCHE ST. GREGORIUS-VEREENIGING DE NEDERLANDSCHE KERKMUZIEKWEEK Te drie uur gisterenmiddag betrad Pa ter G. van Kalmthout O.P. het podium, om een zeer mooie en belangwekkende voor dracht te houden over: Kerkelijk orgelspel. Het orgelspel en de begeleiding van den koorzang zijn in de kerk geoorloofd en daarmee is het gevaar opgeroepen, dat de macht van het orgel een overmacht wordt; een macht, die nog grooter gewor den is door de moderne vindingen. Van den anderen kant doet het orgelspel nut tig werk tot opluistering der kerkelijke plechtigheden. Begrijpelijk is het daarom, dat de Kerk het orgelspel aanvaardt, even goed als een beeld of een gebrandschilderd venster; maar dat ze tegelijkertijd om de mondaine of physieke overmacht te be zweren, haar eeredienst veilig heeft ge steld door voorschriften of vermaningen. Die voorschriften moeten volgen uit het doel, waarvoor het orgelspel is aanvaard, nl. de stichting der geloovigen. De stichting der geloovigen was voof de Kerk aanleiding geweest om het orgel te doen zwijgen. Onder devotie verstaat de Kerk niet iedere sentimenteele of over enthousiaste devotie, maar de echte, litur gische stichting, die ze door haar ceremo nies opwekt en daarom moeten op het or gel zwijgen alle soort registers als vogel- gefluit, nachtegaal, koekoek e.d. (maar dit spreekt uit zich zelf); maar daarom ook moet het orgel zwijgen bij diensten en op dagen van boete en rouw. Daarom op bepaalde tijden, Advent, Vastentijd, Requiem-Mis verboden. Hoe juist dit van de Kerk is gezien, illustreert spr. door te herinneren aan de emotie, die we gevoe len, als op Witten Donderdag na het Glo ria het orgel opeens zwijgt en de vreug de, die wordt gewekt, als op Paasch-Zater- dag na den inzet van het Gloria het- orgel weer speelt. Spr. wijst hier den organist op de stemming door het zwijgen van het orgel en vraagt hern van de Kerk te lee- ren, de- geloovigeh te stichten door nu en dan op bepaalde momenten te zvrijgen, ook al is het geen dag van boete of rouw, bijv. onder consecratie, communie-uitreiking, Dornine non sum dignus, zegen des Pries ters, ook het laatste Evangelie. De Kerk laat om de geloovigen te stich ten het orgel ook spreken. Ie. Als begeleiding en dit op twee ma nieren. Als begeleiding van Gregoriaansch en meerstemmige muziek. Als begeleidnig van het Gregoriaansch heeft het orgel een zeer ondergeschikte plaats. Gregoriaansch in zijn oloeitijd werd altijd zonder orgel gezongen. Den Hen Mei 1911 werd-het officieel V toegestaan gebruikelijk was liet al lan ger; het mocht begeleid worden behalve t ae altaarzang van den priester, wat spre- i her ook uitstrekt tot de antwoorden van het koor. Mar wijl het slechts toegestaan, niet noodzakelijk is, daarom is de plaats van f Gregoriaansehe begeleiding een heel be- I- Scheidene en moet het in alles de melodie volgen en in niets hmcietén. Daarom: voor alles begeleiding zoo zacht èn luchtig mogelijk. Gregoriaansch is licht als spraakgezang en daarjni worde de be geleiding geregistrev 1 door een licht re- gister, dat luchtig loopt, daarom geen tongwerk; ook geen strijk-register, Jicfst een fluit en dan nog met Holpijp of Flute Harmonique of •iïoeri'mu Zelfs dwarsfluit I vindt spr. nog te dik; jachthoorn of zachte I nic.t-striJ'!iende dole® beo meest geschikt. I Als wijze van haruroniseeren is contra- I punt studie het moést aan 1e bevelen; I daar zit een horizon. ::Je lijn v-m beweging 1 Vat betreft het harmoniseeren zelf: f ^ogenschijnlijk is dit gemakkelijker dan n K i a ng van moderno muziek met alle i fi!i "|Mk modulaties, maar men bedenke, "K'tv i*6 e°eieiding den Gregoriaansehen I pp„ n den voet moet vclgcn en dat V moduleref°riaanSC'1 muziekstuk evenzeer I ..i'Ï!>JncIutleerende besluit spr., dat het be- I !L van Gregoriaansch een zeer ".wn- u 16 vcreischt, ernstige voorbereiding, v dip r-j°^ talent en tijd noodig is; mocht Tnnl-JJC ta'ent) ontbreken, dan sori..S.g^btuik. ™n de gedrukte Gre- bnsto .~T**V/ "cs«r«iuingen, maar dan de Guorm Mattheus of Nekes, maar Bas, en zeker" PothaS""nenk°rt' Desnoquettes de"eaaneteh0beevelên. WtS'e b,'iZ°n" was hot 'ie-fc dau zoovecl eischen stelt, g_ keter te begeleiden? e dan op een groot voordeel. Be geleiden maakt het rhythme meer voel baar; het gaat detoneeren tegen; een eer ste vereischte om van de schoonheid om van iedere muziek te genieten, daarom zorge de organist altijd iets vóór te zijn; de zanger geve onder de pauze acht op den zuiveren toon; zoo werkt, de begelei ding thans nog mee tot een zuiverder uit voering van het Gregoriaansch. Over een begeleiding in meerstemmige muziek, valt niet veel aparts te behande len. De muziek is kerkelijk goedgekeurd, en dus een organist, die zich op devote wijze van zijn taak kwijt, zich inleeft in de compositie, speelt vanzelf kerkelijk, dus sticht. Alleen merkt spr. op, dat er één voorschrift is in het Motu Proprio, dat hier moet worden in acht genomen. In de kerkmuziek overheerscht. liet vocale; het orgel mag dus nooit overstemmen. Om dit te bereiken controleere zich de orga nist voortdurend of hij niet te sterk speelt en wijl deze zelfcontrole uiteraard vol zelf bedrog is, geeft spreker den raad, den dirigent te laten controleeren. Conclusie: onderwerping van den organist aan den dirigent. Hoe dit tusschen-spel of voor- of na spel moet wezen? Het moet stichten als begeleiding der ceremonie van den^ H. Dienst en moet stichten als begeleiding van de plechtigheid van het feest. Daarom moet het tusschenspel zich re gelen naar de ceremonie van hot oogen- blik: anders onder het offertorium, anders na *t epistel, na de consecratie. Het ideaal was, dal iedere organist vanaf zijn plaats de ceremonies op het altaar kan volgen en tegelijk zijn Hollandsch Missaal voor zich had staan om do woorden te improvisee- ren. Wat zou na de consecratie dan het orgelspel geen weeke adoratie, maar een ernstigi offerzang zijn. Kan hij niet im- pruviteeren dan gedrukte muziek: o.a. Frcscobaldi. Een organist moet ook opwekken naar het karakter van het feest, anders op feest-, anders op Zondagen, anders op ge wone, anders op Hoogfeesten. Spr wees op de improvisaties die kun nen gecomponeerd worden uit de officies der feesten. De rhythmus van het Gregoriaansch. Pater Dr. Caec. Huigens, directeur der Kerkmuziekschool, hield te 4 uur een voor dracht (met demonstratie) over het rhyth me van het Gregoriaansch. Die demonstratie werd niet alleen gege ven door den Pat er-Directeur en door de leerlingen zijner school, maar ookdoor de bezoekers der vergadering, want Pater Huigens wist het door zijn glasheldere uiteenzetting zoover te brengen, dat heel de zaal. nadat hij zelf of zijn leerlingen een bepaalde Gregoriaansehe melodie had den voorgezongen, deze keurig nazong, na tuurlijk niet onberispelijk, maar toch zóó, dat de beieekenis van het Gregoriaansch rhythme goed begrepén te zijn. De Vespers. Het was wel zeer merkbaar, dat de plechtigheid van de Vespers in den loop der tijden gaandeweg in onbruik is ge raakt. Merkbaar geringer was- ten minste de belangstelling in de Kathedraal voor de indruk wekkende plechtigheid, welke wederom met treffenden liturgischen luider werd gecelebreerd te 7 uur. De plechtigheid werd geleid door Rector H. B. Iauwaert en de gezangen werden op welhaast onberispelijke wijze weergegeven door het koor der heeren theologanten van hes Groot-Seminarie te Warmond. Het was prachtig van intonatie, heerlijk van losheid en siorJiik-devote lenigheid. Ttisschen kwart vóór en kwart over 8 uur hield de stadsbeiaardier J. Wagenaar een fraaie bespeling op het Dom-carillon, terwijl, tot besluit van den eersten feest dag, Albert Vogel te half 9 uur in het Ge bouw een voordrachtsavond hield. Buiten gewoon artistiek declameerde Vogel stuk ken van Huijgens, Jan Pruis. Grillparzer, Multaluü, Shakespeare en Thomas Mann. Tentoonstelling van kerkelijke mu ziek. Gedurende de Kerkmuziekweek wordt in een der zalen van het Gebouw voor K. en W. een tentoonstelling gehouden van ker kelijke muziek. Wij waren in de gelegen heid deze tentoonstelling heden te bezich tigen. Dc tentoonstelling, die vooral ten doel heeft uitgaven van goede kerkmuziek en van werken over kerkmuziek onder de oogen der bezoekers te brengen, is ver deeld in de volgende afdeelingen: missen voor één*stem; missen voor twee gelijke stemmen; missen voor drie gelijke stem men; missen voor vier gelijke stemmen; missen voor twee ongelijke stemmen; mis sen voor drie ongelijke stemmen; missen voor vier en meer ongelijke stemmen. Ver der: Requiems, Te Deum's en Vcni Crea tor's voor gelijke en ongelijke stemmen; lofgezangen ter eere van het H. Sacrament en de H. Maagd voor gelijke en ongelijke stemmen; missen en lofgezangen van oude meesters in moderne uitgaven; begeleidin gen van de officieele gezangboeken; volks zang; orgelwerken, Kerstlieden cn Canta- te's. In 't geheel zijn er ruim 700 stuks, waaronder ruim 300 werken van Nederland- sche componisten. Bovendien een volledige rij van de Paléographie Musicale. verschil lende gerhythmeerde uitgaven der officieele gezangboeken, theoretische werken, num mers van kerkmuzikale tijdschriften en ten slotte alle uitgaven der St. Gregorius-Ver- eeniging. De volgende HoUandsche compo nisten zijn vertegenwoordigd: Algra, A. An- driessen, H. F. Andrïessen, Hendrik An- driessen, Arts, Averkainp. Van Balen, Bel- tjens, Van Besouwen, J. Bots. G. L. Bots. d. Boogaard, Van der Bijl, Cuypers, Die- penbrock, Dobbelsteen. Eppink, v. d. Eisen, Fransen, Gicsen. Haagh. Hermans, Hek- king, Heydt, Huygens, Jansen, de Jong, Van Kalmthout, De Klerk. Kli.in, Hosp, Kors, Kroon Van 't K.ruys, br. Lambertus, Lans, van der Linden, Loots, Maas, Alb. Mosmans, Alph. Mosmans, Moortgat, Mon nikendam, Nieland, Van Nuenen, Van Nuf fel. Van Oers, A. Ponten, J. S. Ponten, Reij- niers, Schefstel, Van Schaik, Schellekcns, Schrijvers, Schuurman, Van der Sluys, Smit, Tycker, De Vocht, Jos. Vranken. Jaap Vranken, Wentholt-, Wierts, Van der Wiel en Winnubst. A1&' we er enkele mochten vergeten hebben vragen wé wel verschoo ning. De opsomming alleen reeds toont dat we met het aantal kerkelijke componisten een goed figuur maken. De tentoonstelling is uitstekend verzorgd en een bezoek overwaard. Men ziet er o.a. een rijke afdeeling der klassieke meesters, de school der Nedérb ndsche en Italiaan- sche componisten uit de 15e en 16e eeuw. Men vindt er ook de belangrijke uitgaven der Vereeniging van Nedcrlandsche mu ziekgeschiedenis onder leiding van Dr. Smijcrs, van Josquin des Pres en Obrecht. Ieder die belang stelt in kerkmuziek be- zoeke deze belangrijke expositie. Een volgenden keer hopen we gelegen heid te hebben de tentoonstelling van oude kerkelijke noumen-handschriften, die elders gehouden wordt, te bezichtigen. In ons- verslag van gisteren.schreven we: Twee pas gediplomeerde leerlingen der Kerkmuziekschool, de heeren M. Bakker en J. Smit, verzorgden de orgelbegeleiding, de eerste op het groot-orgel. Dit was oen vergissing, onze stadgenoot J. Smit had de eervolle opdracht het groot-orgel te bespelen. Gisteren is te Parijs met veel plechtig heid het z.g. Kellogg-pact geteekend, het pact tct uitbanning van den oorlog. Het beteekent alweer een stap verder op den vredesweg; een vergrooting van den afstand, welke ens scheidt van de na-oor logschc mentaliteit van haat en wantrou wen. De inhoud van het verdrag bestaat slechts uit twee artikelen. In het eerste .'erklaren de contractanten, dat zij den oorlog als oplossing van internationale strijdkwesries veroordecler, en daarvan als middel van nationale politiek afstand doen. terwijl in het tweede de verplichting wordt vastgelegd om in het vervolg alle conflic ten, van welken aard ook, slechts op te los sen langs vredelievenden weg. Dus hebben de Staten, die het pact on derteekend hebben, zich plechtig voorgeno men, nooit neer oorlog te voeren? Men spanr.e zijn verwachtingen niet te hoog.' Want daar zijn reserves gefoimu- leerd: en nog wel door een paar der voor naamste onderteekenaars. Zoo heeft Kellogg zelf (onder pressie van Frankrijk) bij verklaring van 29 April 1.1. voor dc regeeringen het recht voor behouden om, wanneer zij dit volstrekt noodig en onvermijdelijk oordeclen, een verdc ligings-oorlog te voeren, terwijl Chamberlain Engeland's voorbehoud ver vat heeft in een soort Monroelcer, toepas selijk op de verdediging van het gebied van het geheele Britsche wereldrijk met al zijn zelfbestuur genietende en ander ter ritoren. Men vraagt zich, af wat er bij deze reserves van een „uitbanning van den oor log nog overblijftDoch. zoo redeneeren dc lofpriizers van het Kellogg-pact, men dient vooral de betoekenis van het feit van Amerika's deelneming aan de onder- teekening niet te onderschatten, daar de andere staten reeds door het Volker.bonds- paot en het Locarnoverdrag zich ertoe ver plicht hebben den oorlog zoover mogelijk buiten den kring hunner mogelijkheidsbere keningen te verbannen, waarbij dan nog komt „de moreelo bet eekenis van deze nieu we gemeenschappelijke, daad der mogend heden, welke do oplossing van het ontwa peningsprobleem zeker zal vergemakkelij ken." De Tsjecho-Slowaaksehe minister van Buitenlandsche Zaken Dr. Benesj heeft zich tegenover journalisten als volgt uitge laten over de beteckenis van het anti-oor logsverdrag: „Ik ben optimistisch gestemd ten op zichte van het Kellogg-pact. Er is een stij gende lijn in de gesloten verdragen waar te nomen. Men kan deze verdragen, welke de bevordering van den vrede ten doel hebben in drie etappes onderscheiden. De eerste etappe was do strijd in Genève om de veiligheid in Europa, welke zijn hoog tepunt vond in het jaar 1924 bij de uitwer king van het protocol van Genève. Op dit protocol volgde de tweede etappe, die van de Locarno-verdragen. De derde etappe is de tegenwoordige, de etappe van Briand- Kellogg. Dit verdrag heeft een groote ma- tcneele, doch een nog grootere moreele be- teekenis." Nu is de „moreele brteekenis" van een dergelijke stap altijd een vrij vaag begrip, doch er dient wel degelijk rekening mede te worden gehouden. De groote beteekenis van het pact. ligt voor ons daarin, dat nu eerst uitdrukkelijk gezegd wordt wat sinds den jonasten we reldoorlog zoo duidelijk gevoeld is in veler harten, dat de oorlog een misdaad is en een maatregel, waartoe men slechts noodge dwongen zijn toevlucht moet nemen. Offi cieel wordt thans een einde gemaakt aan de oude barbaarschc logende van de „frische fröhliche Krieg". En langzamer hand zal dit idee onuitroeibaar gaan vast zitten in de gedachtengang der volkeren en hun rcgceringcn. Een dergelijke algemeene mentaliteit vormt zich evenwel slechts langzaam en er zijn op het oogenblik nog symptomen ge noeg, welke e?n minder optimistisch stand punt alleszins wettigen. Zoo schrijft het blad van het Vaticaan, de „Osservatoro Romano", dat „de vrede, die er thans heersoht, nog altijd den geest van den oor log in zich draagt, waaruit hij is ontstaan en dat daarom ook alle pogingen der staatslieden, om dien waren vrede te stichten, hoe edel zij ook op zich zelf mo gen zijn geweest, uitgeloopen zijn op een mislukking." Dit is dan ook de reden, waarom het blad reeds bedenkingen tegen het pact heeft, nog voordat het is onderteekend. Eu met bet voorbeeld van Italic voor oogen, dat den laetsten tijd zich weer bui tengewoon prikkcloaar toont, is 't scepti cisme van het Vaticaansche blad niet on verklaarbaar. V De schoonheid der Liturgie. Er zijn veel te veel Katholieken, die de s c h o o n h e id der Kerk, die de schoon heid der Liturgie niet kennen, niet waar- deeren. Die kennis te verdiepen en die v.aardec- ring op te wekken behoort mede lot dc taak van het Katholieke dagblad. En de courant doet zulks het best door «actueele gebeurtenissen op dit gebied in een helder licht te plaatsen door daarvan goede verslagen Ie geven. In dit verband wijzen wij op de versla gen b.v., in dit nummer van on/c courant, van dc Liturgische Weck te Leuven «n van dc Nedcrlandsche Kerkmuziekweek te Utrecht. Verslagen, door kundige medewerkers geschreven welke de Katholieken, die een niet-Katholiek blad lezen moeten mis- Wij, Katholieken, moeten er van over tuigd zijn, dat God in Zijn Kerk, in den Godsdienst ons zooveel schoonheid heeft geschonken, opdat wij niet alleen verstan delijk inzien de Waarheid, maar ook des te gemakkelijker deze kunnen lief hebben. De Gods-gave der schoonheid in de Li turgie mogen wij niet achteloos voorbij gaan Dit nummer bestaat uit twee bladen. Het voornaamste nieuws. buitenland. Het Keliogg-pact gisteren te Parijs gs- teekend. Nieuwe gevechten in China. Bij de jongste bedevaart naar Mekka zijn niet minder dan 2500 pelgrims omge komen (Ncd. O.-Indië, 2e blad). BINNENLAND. Benoemingen in hot Bisdom Haarlem. (Kerkn., 1ste blad). Een aanranding in het Haagsche Bosch. (Gera. Berichten, 2de blad). Verscheidene ongelukken Ynet doodelij- ken afloop. (Gom. Berichten, 2de blad). De photo-pagina geven wij morgen. DE ONDERTEEKENINGS- PLECHTIGHEID. Rede van Briand. Stresemann weer luide toegejuicht. Gistermiddag om 3 uur heeft in de z.g. Uurwerkzaal (Salle d'Horloge) van het mi nisterie van buitenlandsche zaken te Pa rijs de onderteekenig van het anti-oorlogs verdrag plaats gehad. Reeds om 2 uur kwamen de genoodigden bij het ministerie aan. Onder de eersten bevonden zich de Amerikaansche gezant met mevrouw Kellogg, die plaats namen op de eerste rij stoelen tegenover de hoefvor- mige tafel, waarachter de gevolmachtigden zouden gaan zitten. Bij zijn verschijnen om 2.35 werd do lieer Kellogg door een ge dempt applaus ontvangen. Om 2.55 arriveerde Poincaré, die door collega's en vrienden hartelijk werd be groet. Alles was nu voor de plechtigheid gereed. Klokslag drie uur viel een stilte over de menigte. Do gevolmachtigden namen hun plaatsen in. Onmiddellijk werdon acht enorme reflectors, die in d© zaal waren aangebracht, ingeschakeld, vier tegenover de gevolmachtigden, vier in elk der hoe ken vin de zaal, zoodat do zaal met eoni bijna verblindend licht werd gevuld. Gedu rende enkele oo-genblikken hoorde men niets anders dan het gezoem van de appa raten voor het opnemen van gowone en sprekende films en het geklik der tallooze fotografie-toestellen. De Franscho minister van Buitenland sche Zaken, Briand, zat in het midden van de tafel met zijn rug naar den montmen- talon schoorsteen. Aan zijn rechterzijde zat de Duitsche minister Stresemann en aan zijn linkerzijde Kellogg. Rechts van Strese mann zaten minister Hyraans (België), de Italiaansche gezant graaf Manzoni, graaf Oesjida (Japan), minister Zalcski (Polen) en minister Benesj (Tsjecho-Slowakije). Links van Kellogg zaten lord Cushendtm (Groot-Brittannië), do Candeescho premier Mackenzie King, McLachlan (Australië), sir James Parr (Nieuw-Zccland), Smith (Zuid-Afrika) cn president Cosgrave van den Ierschen Vrijstaat. Nadat den fotografen voldoende tijd was gegeven om hun opnamen te maken, wer den de reflectors uitgedraaid en cr bleef slechts een licht gericht op Briand, die toen, om 3.05, opstond om zijn rede te hou den. B r i a n d's rede. In zijn rede zeide Briand het volgende De plechtigheid van de grootste gemeen schappelijke vrodeshandeling zou aan stil zwijgendheid haar hoogste gezag' ontlee- nen, doch ik zou mij slecht tegenover Frankrijk .van mijn taak kwijten, indien ik niet zei dat het het als een oer be schouwt, de c-crste ondertcekenaars van een algemeen pact tot het afzweren van den oorlog te begroeten. Indien men aldus de moreele positie van Frankrijk heeft willen erkennen na zijn onvermoeide pogingen ten dienste van vrede, aanvaard ik deze hul de uit nnam van Frankrijk, dat zich geluk kig acht in het bewustzijn, dat ten slotte zijn nationale psychologie tot in haar diep ste kern is begrepen. Bri ind gaf vervolgens op* welsprekende wijzo uiting san de dankbaarheid van alle tegenoicr Kellogg, Chamberlain cn Strese mann, wipt onvermoeide krachtsinspan ning, loyaliteit, en toewijding ten aanzien van de zaak des vredes hij verheerlijkt, Briand betoogde, dat de gebeurteciB een

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 1