UIT DE PERS. BINNENLAND. KERKNIEUWS. ONDERWIJS. *ct?e en groot© volharding heeft ontplooid, haar invloedrijk Bestuur in alles den juis- ien weg wist te kiezen werd steeds meer veld gewonnen en al zijn wij er nog niet in alle opzichten, het koren staat te veld en een steeds rijpere oogst zal door de jaren wor den ingehaald. Allengskens komt men meer tot het bewustzijn, dat de gewijde zangen moeten dienen, om de majesteit van Hem, tot Wiens eere zij gezongen worden, te ver heffen en te eeren en ook de zielevrede van den hoorder te vermeerderen. Men is wel as waar nog niet voldoende overtuigd van de schoonheid, het passende van de ware kerkmuziek, doch hare populariteit groeit en de beoefening zal meer intenser en vruchtbaarder worden. Te meer waar toch het kerkgezang er op gericht is, om in de geloovigen een passende opvatting van eer bied voor God op te wekken. Immers in het huis^ Gods hoort men een geheel andere muziek dan daar buiten, in de wereld, in concertzaal en volkslied. Van de kerkmu ziek straalt af een wijding, die de vziel pleegt te roeren, aan te grijpen, en op te wekken tot gebed en vrome overwegingen. iWant: „Anima in musica delectatur", „In de muziek schept de ziel genoegen". In de ware kerkmuziek geen onrust, geen harts tocht, geen theatralen pathos, geen zinne lijke ademtocht, doch alles verheven van melodie en harmonie, edel, als de symbo liek der voorwerpen, bij onzen eeredienst gebruikt, als de ceremoniën en riten van de heerlijke Godsvereering. De kerkzang behoort te zijn een gebed, godsdienst. Lof 'en aanbidding behoort bij te brengen den Heer en Schepper, in den geest van de groote en verheven handelingen, die het H. Offer omringen. Als de lichtweelde en para- mentenschitter, moet de muziek de litur gische feeststaat zijn, die de heilige hande ling in muzikalen feestgloed zet; Die bij touw verkondt de diepe smart; die de ziel beroert en tevens weer vertrouwen wekt op de hope des- eeuwigen levens. En de Kerk dringt er op aan, schrijft Voor, dat van de liturgie zoodanige melo- diën en harmoniën verwijderd worden ge houden, die wereldsch zijn, opdat in de hoorders niet ontwake de lust, zich we reldsch en zinnelijk genot te verschaffen. De kerkmuziek moet dus door haar gees telijke schoonheid behagen, onderwijzen en het gemoed tot vroomheid stemmen. De ware kerkmuziek is niet alleen een geest rijke, verstandelijke bouw van toonfiguren volgens- de strengste wetten der muziek, haar samenstelling moet van een zoodanige structuur zijn, dat zij de taal des harten van de Kerk is, opgeweld uit Haar inner- lijkste gemoedsleven. De melodiëen zullen zich juist hebben te verhouden naar de tekst en zich verwijderd behooren te hou den van alle wereldsche figuratie. Als dit aJles dan zoo is, ja, meer nog dan in deze regelen beschreven is, de Kerkmuziek een zoo verheven plaats inneemt in onze li turgie, een zoo voornaam middel is- om Gods glorie te vermeerderen en in den mensch de ware gesteltenis als kind Gods te vorlovendigen, hun nader bij God te brengen, met hoeveel zorg dient dan te worden gewaakt voor de zuivere toepas sing van alles wat daarmede samenhangt. Worden aan den bouw van onze godshuizen hooge architectonische eischen gesteld, wor den onze kerken bekleed met datgene wat aan strenge êischen van de liturgie kan worden getoetst, moet dan ook dat voor name onderdeel, den zang, niet alle zorg worden gewijd? Moeten de zangers dan niet worden toe gerust met een muzikale wetenschap, met een behoorlijke ontwikkeling, die toon doet treffen, woord doet kennen en melodie weet te vormen. Moet dan den zanger niet wor den bijgebracht het bewustzijn, dat zijn taak er een is van fijne distinctie, van vrome aandacht, van uitverkoren roeping? Moet den gregoriaanschen zang, die de eigenlijke zang der Kerk is, niet minstens evenveel liefde worden gewijd, moet hij niet met evenveel zorg worden beoefend en vertolkt als-de gefigureerde muziek? Zeker, wij weten het wel: er zijn er nog te veel, die den gregoriaanschen zang geen goed hart toedragen, die nog niet door drongen zijn van het schoone, zinrijke, het van de wereld vèrverwijderde van die gods dienstig ernstige stemming, die ligt in de zen zang, tolk van offer en gebed. Dat komt. voort uit grove onwetendheid, uit een vooroordeel, waarvoor geen enkele redelijke grond is aan te voeren. Dat komt veelal, omdat men in zich niet voelt de drang naar het edele, het schoone, dat in staat, is de ziel met het bovennatuurlijke te verbinden en er een diep ernstige, godsdienstige stemming in te verlevendigen. Men behoort bij het betreden van het koor, den wereld- schen mensch voor een wijle te verlooche nen en den geestelijken aan te trekken, om dat men daar staat als medebedienaar van den Godsdienst, waar men geroepen is. de schoonheid van de liturgische handelin gen te helpen vervolmaken. Dat wordt nog te vaak voorbijgezien; dat is nog een groot te kort op onze kerk koren; dat belemmert zoo vaak het ver krijgen van het grootst mogelijke rende ment van studie en voorlichting. Met hoeveel vaak onderlinge naijver is er soms op een kerkkoor te kampen; waar om niet de handen ineen geslagen om den Heer het schoonste en meest volmaakte aan te bieden. Wat is de sfeer op het koor vaak van ernst en vroomheid gespeend en in strijd met de inderdaad verheven taak van den koorzanger. Zeker, men zingt, men treft zelfs de noten juist en het ensemble is goed, doch er is nog genoeg over wat. verbetering en aanvulling behoeft. En dan wijzen wij vooral op den vromen geest, die nog te veel ontbreekt in het gezongene, wat ligt in den lijn van het nonchalante. Wat is men vaak karig met zijn innerlijke gevoel, dat vraagt naar uiting, naarmate de tekst dit vraagt. Feiten zijn nog weg te nemen, in uitspraak en woordverbindng. Het mag b.v. niet voorkomen, dat de betee- kenis van den zin geheel wordt vaneenge- reten. Ave verum corpus na turn (wees gegroet waarachtig lichaam geboren), wat- moet- zijn, Ave verum corpus natum ex Maria Virgine (gegroet waarachtig lichaam geboren uit de Maagd Maria). Zoo zouden wij er meerdere kunnen aanwij zen, doch wij willen liever dezen brief niet op een critiek laten uitloopen. Wel vertrouwen wij dat er door deze regelen eens- opnieuw gelegenheid is gebo den, om op deze voorname factor in ons liturgisch leven de aandacht te vestigen. Wij zijn al mijlen vooruit op den goeden weg, vergeleken bij jaren her, toen wij nog te kampen hadden met inzichten, die ge lukkig nu hebben afgedaan. Wij erkennen gaarne, dat van de zijde van hen, die lei ding hebben te geven, veel, zeer veel is ge daan tot verbetering, en zien met belang stelling tegemoet naar hetgene de groepee ring in districten, in de koren voor goeds kan brengen. Jammer dat men alleen ten platte lande het nut daarvan schijnt te be grijpen. Slechts dan als in dit opzicht ge streefd wordt naar eenheid, zal er een sa menwerking kunnen tot stand komen, die naar hoogere vervolmaking zal voeren, ten bate van onze heerlijke kerkzang. Wandelaar. Zouden de vroegere geruchten toch waarheid hebben bevat? Heb staat echter zoo: in de vacature- Stenhuis is nog niet voorzien. Is hij dus niet weggewerkt of uitgekocht, dan zal hij ook zijn oude functie wel weer herkrijgen. Zoo niet, dan ware eenige opheldering toch wel gewenscht. „Het Volk" moet hier een beetje voor zichtig zijn. Als zij niet zelf meedeelt, wat in deze de waarheid is, dan zal dit toch wel bekend worden gemaakt in „De Tribune" of in „De Telegraaf". En 't wordt er dan niet beter op voor ,Heb Volk". En voor het N. V. V. HET ONTWERP-PROGRAM DER R.-K. STAATSPARTIJ. De Katholiek-staatkundige beginselen. Het is opgevallen, dat in het ontwerp- program 1929 gesproken wordt van hand having en doorvoering der „katholiek- staatkundige beginselen" in wetgeving en bestuur, terwijl in het program van 1922 van „christelijke beginselen" sprake was. De Bchrijver der Ha-agsche brieven in De T ij d iB met die verandering niet in genomen. Waarom hier christelijke vervangen is door katholiek-staatkundige is niet duidelijk. Misschien krijgen wij nog wel eens een toelichting, die ons tot andere meening brengt, maar voor- loopig lijkt deze verandering, nadat de woorden christelijke beginselen ja ren zijn ingeburgerd, niet gelukkig en bij uitstek ontactisch. Men zal allicht allerlei er uit halen, dat daarmee niet is bedoeld, vooral thans, nu dit- ge beurt op een oogenblik, dat de samen werking der christelijke partijen ver broken is. Zulk een verandering brengt men bo vendien niet aan in een voor een bepaald tijdperk geldend program van actie, ter wijl in het algemeen beginselprogram van 1922 wordt voortgegaan te spreken van christelijke beginselen. Anderen zijn met de wijziging wel in genomen. Zoo zegt de Res.bode: In paragraaf 1 treft ons 't duide lijke katholieke geluid, dat hier wordt gehoord, niet alleen wijl opnieuw krachtig wordt aangedrongen op weg neming van de belemmeringen, die aan de missievrijheid neg steeds zoo ernstig tornen, maar ook wordt hier duidelijk gesproken van handhaving en doorvoering van de katholieke staatkundige beginselen in wetgeving en bestuur. Waar in het program van 1922 ge sproken werd van handhaving der christelijke beginselen, wordt thans gesproken van katholiek-staatkundige beginselen. De Morgen spreekt zich als volgt uit: Het program begint met het voorop stellen van het feit dat cr katholiek- staatkundige beginselen zijn in wet geving en bestuur, waarvan er som mige reeds gelden en dus gehandhaafd moeten worden, andere nog moeten worden „doorgevoerd". Er worden dan eenige zaken met name genoemd, waarvan er drie van ouds bekend zijn, doch waarvan de tweede door ons met buitengewone ingenomenheid wordt begroet n.l.: „de verhouding tusschen gemeenschap en individu". De vast stelling dat. er katholiek-staatkundige beginselen zijn ten aanzien dier ver houding heeft buitongewone beteeke- nis zoowel als antwoord aan hen, die het bestaan dezer beginselen, eener katholieke sociaal-economie dus, trach ten te ontkennennaar binnen omdat deze vaststelling onze partij zal dwin gen, zich omtrent den inhoud dier katholiek-staatkundige beginselen ten aanzien van de verhouding tusschen gemeenschap en individu steeds meer en dieper te bezinnen en deze in vaste vormen te omschrijven. Welk diepe beteekenis sub I van het nieuwe program heeft, moge ver der hieruit blijken, dat in het pro gram 1922 sprake was van „handha ving der christelijke beginselen" in de huwelijkswetgeving en thans ge wenscht. wordt toepassing der katho liek-staatkundige beginselen op het hu welijk en de ouderlijke macht. De ver betering en de vooruitgang is sympto- matisch (kenteekenend). STENHUIS-RAADSEL. Invalide of niet? De Voorhoede schrijft 't Is met Stenhuis: zoo zie je me, en i~j zie je me niet. Enzoovoorts. Voor eenigen tijd bracht „Het Volk" hot meewarig bericht, dat Stenhuis, onherstel baar ziek, was afgetreden als voorzitter van het N. V. V., met een jaar salaris en vol ledig invaliditeitspensioen. Reeds aanstonds gingen geruchten rond, dat dit bericht niet de waarheid gaf. Er werd beweerd: Stenhuis was als voorzitter van het. N. V. V. tot aftreden gedwongen, feitelijk had men, om hem kwijt te ra ken, hem uitgekocht. Het viel moeilijk te gelooven. Thans echter deelt „Het Volk" weer mee dat Stenhuis de voor altijd invalide! weer hersteld is, enals hoofdredacteur van een op te richten, door Querido uit te geven, maandschrift zal optreden. EEN NIEUWE VEILIGHEIDSWET. De minister van Arbeid heeft bij den Hoogen Raad van Arbeid het voor-ontwerp van een nieuwe veiligheidswet aanhangig De voorzitter van den Hoogen Raad van Arbeid zal omtrent dit voorontwerp prae- advies vragen van een commissie uit den Raad. Aan de memorie van toelichting, welke de minister heeft gevoegd bij het ontwerp, waarvan de considerans luidt: „Alzoo wij overweging genomen hebben dat het noodzakelijk is bepalingen tot beveiligingen bij den arbeid in het algemeen en bij het verblijven in fabrieken of werkplaatsen in het bijzonder, vast te stellen", ontleenen wij het volgende: De tegenwoordige Veiligheidswet, tot stand gekomen in 1895, en sindsdien verschillende malen gewijzigd, beoogt al leen beveiliging bij het verblijven in fabrie ken en werkplaatsen. Zij laat zich niet in met de gevaren voor bedrijfsongevallen en beroepsziekten bij arbeid buiten fabrieken of werkplaatsen, welke door de stérk toe genomen toepassingen van de techniek te genwoordig veelvuldig aanwezig zijn. De ondergeteekende is van' meening, dak niet langer achterwege mag blijven bevei liging tegen die nieuwe gevaren. Zoodanige beveiliging zou met het oog op de gevaren, verbonden aan bepaalde soorten van ar beid, telkens bij afzonderlijke wetten kun nen worden geregeld. Die methode is ech ter tijdroovend en ook in de toepassing omslachtig. De ondergeteekende heeft er daarom de voorkeur aan gegeven, een wet te doen ontwerpen, die naast de gevaren, voortvloeiende uit het verblijven in fabrie ken of werkplaatsen, ook bestrijdt, die, welke al allerlei soorten van arbeid buiten fabrieken of werkplaatsen met zich bren gen. Deze opzet van dit ontwerp van een nieuwe Veiligheidswet heeft het belangrijke voordeel, dat telkens wanneer een nieuw element van wenschte veiligheidsvoorzieningen op treedt, de gelegenheid reeds aanstonds aan wezig is om tegen het- eventueele nieuwe on gevallengevaar regelend op te treden. Voor fabrieken of werkplaatsen blijft, be houdens aanvulling en wijziging op sommi- ,:e punten de in de Veiligheidswet vervatte regeling behouden. Daarnaast worden in-af- zonderlijke paragrafen regelen gegeven be treffende den arbeid in den landbouw, den arbeid bij het vervoer te woter met binnen schepen en bij het laden en lossen daarvan alsmede den arbeid aan boord van zeevis- tchersvaartuigen, terwijl voorts ten aanzien van alle bepaalde soorten van arbeid, niet vallende onder de genoemde rubrieken, eveneens de mogelijk geopend wordt om maatregelen tot. beveiliging van de arbeiders te treffen. Eindelijk is nog een speciale re geling getroffen met betrekking tot *t bruik van loodhoudende stoffen bij het schilderwerk. Het ontwerp beoogt dan ook in hoofd zaak uitbreiding van de werkingssfeer der Nederlandsche veiligheidswetgeving; de herziening van de bestaande bepalingen der Veiligheidswet neemt een ondergeschik te plaats in. De uitbreiding van de Veiligheidswet be treft, behalve de bovengenoemde onderwer pen, voornamelijk het verbod van handel in bepaalde onbeveiligde werktuigen en de vei ligheid op bouwwerken van kleinen omvang en op die in eigen beheer. Hoofdzaken der herziening van het bestaande. De herziening van het bestaande betreft hoofdzakelijk: a. het vervallen der voorschriften in zake het beoordeelen van bouwplannen; b. het vervallen der verplichting tot gifte bij oprichting van fabrieken of werk plaatsen; c. een nauwkeuriger omschrijving van de verantwoordelijkheid voor overtreding met .strafbaarstelling in bepaalde gevallen van den nalatigen of onwilligen arbeider. R. K. Bakkerspatroonsbond. Onder voorzitterschap van den heer Hendrikx uit Den Bosch is gisteren in Mu sis Sacrum te Arnhem de jaarlijksche ver gadering gehouden van den Xederlandschen K.K. Bakkerspatroonsbond. Dc voorzitter maakte in zijn openingswoord o.a. gewag van de goedgeslaagde tentoonstelling welke thans- in Musis gehouden wordt. Het aantal afdeelingen van den Bond heeft zich weer uitgebreid. Spr. betreurde het dat de* Ge- zellenvereenigingen nog geen moeite doen om met den Bond samen te werken. Door verschillende afdeelingen o.a. Am sterdam en Rotterdam was een contributie- regeling vastgesteld, welke daarop neer kwam, dat alleen-werkende patroons of met één gezel 6 contributie betalen, ter wijl naar gelang van het aantal gezellen de contributie verhoogd wordt tot een maxi mum van 15. Dit voorstel werd na eenige bespreking aangenomen. Tot. bestuursleden werden bij acclamatie gekozen J. van Oosterum, Rotterdam: G. van Deumen, Arnhem; en J. Ploegmakers- te Oss. Besloten werd tot aansluiting per 1 Januari 1927 bij het Nationaal Hanze- bureau. Aan de koningin en den aartsbis schop "van Utrecht werden telegrammen verzonden. Na de vergadering had een oficieele ont vangst plaats ten gemeentehuize, waarbij de w.n. burgemeester, wethouder Bakker, het- gezelschap namens het gemeentebe stuur welkom heette en o.a. herinnerde aan belangrijke vorderingen, die het bakker- bedrijf in de laatste jaren heeft gemaakt, en aan het succes van de Soba 192S, welke duidelijk demonstreert de ontwikkeling die het bedrijf heeft ondergaan. De voorzitter dankte namens dèn bond het gemeentebestuur voor zijn ontvangst en uitte den wensch dat zij nog meermalen in Arnhem zullen bijeenkomen. 's Middags werd een bezoek gebracht aan Burger's Dierenpark en aan Park Sonsbeek, wa^ar door de afdeeling Arnhem de thee werd aangeboden. Gisteravond werd een geza menlijk diner in Musis Sacrum gehouden. Wegverbeterfng rond Gouda. Naar aanleiding van|een voorstel van Ged. Staten dezer provincie stellen B. en W. den Raad voor aan genoemd College te berichten dat de Raad bereid is bij te dra gen in het jaarlijksch onderhoud: van den door de provincie nieuw aan te leggen weg van Berg-Ambacht naar Schoonhoven, zui delijk van den Kerkweg, tot een bedrag van 150 per K.M.; voor den nieuw, ten oosten der Gouwe aan te leggen weg van Gouda naar Alphen aan den Rijn tot een bedrag, berekend over een lengte van 3 K.M. ad. ?J 600.per K.M.; een en ander onder voorwaarde, dat door de overige bij dezen weg-aanleg betrokken belanghebbende pu bliekrechtelijke lichamen gezamenlijk de bijdragen worden toegezegd. De van Gouda verlangde bijdragen zul len in totaal 2475.bedragen. Katholieken naar Indië. Het „Katholiek Indisch Bureau" ver zoekt ons te willen mededeelen, dat het gaarne bereid is aan Katholieken, die voornemens zijn naar Ned. Oost- of West- Indië te vertrekken, opgave te doen van die booten, waarop een Katholiek Pries ter aan boord is. Adres:. De Carpentier- straat 153, Den Haag. KALENDER DER WEEi Terugkeer van de pelgrims uit Lourdes. Donderdagmiddag omstreeks vier uur, toen de trein met de zieken en bedevaart gangers van de Nationale bedevaart uit Lourdes te Rotterdam D.P. arriveerde, had den zich tal van vrienden en familieleden van de pelgrims op het tweede perron opge steld om de reizigers te ontvangen. Onder de reizigers bevond zich ook mejuffrouw Stella van der Brand, die te Lourdes bij een onderdompeling in de piscine van -een verlamming aan haar linkerarm en been plotseling was genezen. Een talrijke menigte verdrong zich om den coupé, waarin mejuffrouw Stella van der Brand zich bevond en wenschte haar geluk met liaar genezing. Te Roosendaal was aan de genezene een fraai bloemstuk aangeboden namens de transport-colonr van het Roode Kruis. Gevolgd door een groote menigte begaf zij zich loopende naar de luxe auto, welke haar naar huis vervoerde, waar zij bij haar aankomst eveneens door velen werd verwol- komd. Leerlingen „Uit een meer eenvoudig milieu" De heer H. Oberman schrijft in het „Weekblad voor Gymnasiaal en Middel baar Onderwijs": In de jaren, die vlak achter ons liggen, is de klacht niet van de lucht geweest, dat door de afschaffing van het Fransch op het toelatingsexamen en de instelling van een evenredig schoolgeld plus gratis boekenver- strekking van de gemeente het algemeen peil der schoolbevolking op de H. B. S. be denkelijk zou zijn gedaald. Het is- zoo vaak en op zoo besliste wijze gezegd, dat men haast te doen heeft met een waarheid als een koe, waarbij elk stre ven naar bewijs overbodig is. Hoezeer het echter noodig is, voorzich tig te zijn in kwesties als deze, leert de volgende geschiedenis. In 1923 werd met een deel der leerlin gen de tweede gemeentelijke Handels school gesplitst. Uit de nieuw aangegeven leerlingen werden twee eerste klassen ge vormd: la met twaalf leerlingen, welke van de volksschool kwamen en dus geen Fransch hadden geleerd, lb met 21 leerlin gen, afkomstig van de gewone opleidings scholen. Na verloop van drie jaar behaalden bij het eindexamen derde klasse drie leer lingen uit de voormalige Framchlooze lete klasse de nummers 1, 2 en 3. In het geheel behaalden van de twaalf leerlingen dier af deeling er vijf dezen eindpaal, van de 21 leerlingen der parallel-afdeeling slechts één. Deze zes gingen allen plaats nemen in de vierde klasse, met leerlingen van andere inrichtingen, welke met of zonder examen tot de vierde klasse waren bevorderd. Thans, in 1928, wachtte deze lui het eind examen 5. De leerlingen uit de voormalige Franschlooze afdeeling slaagden allen, en wel met de rangnummers 2, 5. 7, 13 en 22; ook de ééne leerling uit de andere afdeeling slaagde, gelijk uitkomende met no. 22. Wij hebben hier dus een concreet controleer baar geval, waarbij door de veelvuldig ge wraakte maatregelen het peil niet was ver laagd. doch juist verhoogd. Dit komt nog te sterker uit, als men bedenkt, dat deze vijf leerlingen steeds hebben uitgemunt door ijver, toewijding en uitmuntend drag, zoodat zij, gelijk een der leeraren het onder algemeene instemming uitdrukte, een voorbeeld waren geweest voor allen. Ik wensch uit het bovenstaande geen an dere gevolgtrekking te maken, dan dat men bewijs mag vorderen van hen, die maar steeds beweren, dat het peil der H. B. S. zou zijn gedaald door deze school open te stellen ook voer kinderen uit meer eenvou dig milieu. iN.B. Als niet anders wordt aansr heeft in deze week iedere H. Mis nf en Credo. Vanaf Woensdag de Pref r d. Allerh. Maagd (invullen: En U 0 ten Hemelopneming). ZONDAG. 12 Aug. Elfde Zondaa Pinksteren. Mis: Deus, 2e gebed j Clara, Maagd en Stichtster v. d. \L lijke Orde v. d. H. Franciscus. ïref.t? d. Allerh. Drieënheid. Kleur: Groen Wat een zegen spreidden Christus' v den tijdens Zijn leven op aarde, i» 8 heeft Hij wel gedaan (Evangelie), q. g ons woont en leeft Christus in 2*.* Kerk. Daar is Hij nog, steeds zej^ weldoende. Daar laat Hij ons, Zijn C koren volk, eensgezind samen *c 1 daar geeft Hij ons kracht en sterW t onze vijanden (Introitus), daar «ly Zijne barmhartigheid over ons uit ft daar laat Hij ons beproefd hart leven van vertrouwen (Graduale) dsf 1 fert Hij zich zelveïi op, iederen dn ne voor ons ons, als een aan ZijnJ schen Vader aangename offerande, i dersteuning voor onze zwakheid m, en lichaam (Stilgebed en Postcon Alleluja! Onze ziel moet jubelei onzen God. Met een zingend hart wij Hem loven en verheffen, wanti, H. Doopsel heeft Hij onze oorea voor het H. Evangelie), ons door de i telen en hunne opvolgers geprediifc. (I tel). Met vreugde over onze opname Zijn alleenzaligmakende Keik ons c gebracht. (Offertorium). MAANDAG IJ Aug. Mis v. d. H. bertus, Belijder: Os Justi. (Zie in Feesteigen v. h. Bisdom Haarlem). St bed v. d. H.H. Hypolytus en Cassianas.. A Cunctis (om de voorspraak der Heil'; af te smeeken). Geen Credo. Gewone? fatie. Kleur: Wit. Onder aanmoediging en met den i>; v. d. H. Egbertus stak de H. IVigtp over naar het vaste land van Eurgi werkte als medehelper v. d. H. Boe vooral in Hessen (Duitsehland). kj Bisdom wordt zijn feestdag gevierc-, volge een oude gewoonte. DINSDAG 14 Aug. Vigiliedag va» ria's ten Hemel opneming. Geboden1 tendag. Mis v. d. H. Werenfridw, b. der: Justus ut palma. (Zie in iet Fm eigen v. h. Bisdom Haarlem). Je gebed d. Vigilie; 3e v. d. H. Eusebk Geen Cn do. Gewone Prefatie. Kleur: Wit De H. Werenfridus woonda te hoef (Werenfridus-hoeve) in üooiiH land en later te Eist, waar hij het v.: verkondigde, evenals te Westervoort, ii hij overleed. Daar ook wilde men deiï lige begraven, maar de bewoners vu! berustten daar niet in, omdat Vets! dus verlangd had in Eist begraven Iem den. Om de kwestie op te lossen fiiV men het stoffelijk overschot op b». welke men drijven liet. Stroo»nop«t dreef de boot naar den oever van EW WOENSDAG 15 Aug. Feestdag Maria's ten Hemelopneming. Te vii als Zondag. Mis: Gaudeamus. Kleur.I „Maria is opgenomen ten hemel; d«. gelen verheugen zich en lofprijzendJ| nen zij den Heer. Door U, allerheiligste, triomfeerc Maagd, zijn ons de poorten van het: radijs geopend. Bid voor ons, opdat mogen wandelen in den geur uwer dl den". (Vrij naar de Kerk. Getijden). DONDERDAG 16 Aug. Mis v. d. Joachim, Vader der Allerh. Maagd: l persit. Kleur: Wit. Verheug u, H. Joachim, want uit dochter is ons (God) de Zoon geb? (Kerk. Get.). VRIJDAG 17 Aug. Mis v. d. H. Je' Martelaar, Pastoor van NoordwijkerI Laetabitur. 2e gebed v. d. H. Hyacini 3e v. h. octaaf van Maria's ten hem; neming; 4e v. d. octaafdag v. d. H. h rentius (Uit eigen Mis op 17 Aug.).Ik Rood. De H. Jeroen predikte het H. West Friesland, Kennemerland ie land vestigde zich te Noordwiji,*»u de eerste pastoor was. Bij den ion] Noormannen gevangen genomen, wiger. hij den afgoden te offeren, waarop t- doódvonnis volgde. 17 Aug. 856 werd t onthoofd. De H. Jeroen is de Pa voor verloren zaken. ZATERDAG 18 Aug. Mis van een onder het octaaf van Maria's ten nemi opneming: Gaudeamus (als op 15 Au 2e gebed v. d. H. Agapitus, Martel» 3o tot den H. Geest 4o voor den Pa: Kleur: Wit. Maria, de koningin zetelt nu aan rechterhand van haren Zoon, gesierd hare sieraden hare deugden en die naj zien prijzen haar als de Allerzaligste. naar de Kerk. Get.) I be» bet pal bh pri int de U IN DE KERKEN DER E.E. M FRANCISCANEN: Alles als in bovenstaands behalve: ri.n ZONDAG Feestdag v. d. Maagd. Mis: Audi filia. 2e /yVit. ste Evangelie v .d. Zondag. ^ear' R' MAANDAG. Mis v. d. H. Ars, Belijdt tista vianney, rasioor Mihi absit. 2e gebed v. d. H. Hipp en Cassianus. Kleur: Wit- DINSDAG. Mis v. d. Sancte!<» Monte-Fabri en Franciscus van Belijders. Confiteantur. Verder a VRIJDAG. Mis v. d. H. Rochus, Bt der: Justus. Verdere gebeden a Kleur.: Wit. D J ZATERDAG. Mis v. d; Pau' T Montaldi, Maagd: Dilexisti. 2e g Maria's ten hemelopneming, e Agapitus; 4e voor den Paus. a l ALB. M. K0K,i Amsterdam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6