UIT DE PERS. Uit de Omgeving WEEDE BLAD „DE LEIDSCHE COURANT". VRIJDAG 20 JULI 192Ö HET SOCIALE WERK VAN LEO XIII Ot ^an een artikel van pater Albers S.J. Hl i „De Tijd" geschreven naar aanleiding inden 25sten sterfdag van Paus Leo XIII HE het volgende ontleend: In het jaar 1882 begint Leo XIII den izen-arbeid ter verbetering der sociale standen, voor het heil van werkgever werknemer. Hij legt in dat jaar een DEstelijhen grondslag in de hernieuwing Her Derde Orde van Sint Francises. Daar- volgt in 1885 een tweede fundament in bul Immortale Dei over de Christelijke „atkunde. Het jaar 1888 brengt de Con nie Libcrtas over de ware vrijheid. Een •de bul in 1890 begint met de beteeke- volle woorden: Sapientiae Christianae handelt over de verplichtingen van den fistelijken staatsburger. Nu meende de >rzichtige Opperherder te kunnen over- Sïian tot zijn diepe studie over de Sociale ■^tuaestie, de beroemde bul Rerum Nova- un, die verscheen in 1891. dPTBlHefc geniale stuk is te bekend om er 1 er nog op terug te komen. Alleen willen HF I er een logischen draad door halen. Het fJtlogt een verweer tegen revolutie en p/fi.iwenteling (Res Novae), en zoekt het 7 il der Kerk en het algemeen welzijn. De FUte^emeene ramp, dat in het grootbedrijf 'i betrekkelijk aantal rijken het enorm *'.ntal minder bedeelden een slavenjuk Wt opgelegd, kan niet worden afgeweerd [P3Lor het Socialisme. Want de berooving ,n den particulier ten gunste der Commu- 53 teit is een dwaasheid (inepta) en tevens onrechtvaardigheid, omdat het privaat- a^'efeit een recht der menschelijke natuur is. e mensch is ouder dan de Communiteit - j bad van den beginne af het privaatbe- Het wordt dan ook beschermd door de >ddelijke en civiele wetten. Door deze re- eneering wordt het Socialisme in het hart I#afraakt en kan dus- geen remedie zijn tegen \|ten wantoestand der wereld. Het hoofdremedie ligt in de religie. De ijke wordt vermaand, dat de rijkdom het treven naar het ware, eeuwige geluk niet naegunstigfc, maar veeleer schaadt. De ar- l*nen behoeven zich niet te schamen. ,!£aar ook de wantoestand zal zonder Wigen twijfel verbeteren, indien men de fork volgt, die tot de dugd aanspoort, 'e" De regeeringen hebben de verplichting te beschermen, rijken en armen. Daar- m moet het gezag tusschenbeide komen, er onrust en opstand dreigt door: af- BKeiding der werklieden, door overlegd aken, door gebrek aan gelegenheid om 9 plichten der religie te vervullen, door 9 schending der zedelijkheid in de werk- laatsen, door onbillijke lasten op den arkman, door verhindering van een lenschwaardig bestaan, door te zwaar en ödragelijk werk. Het zou kunnen gebeuren, dat het ge- fg in gebreke blijft, en zoowel de werk- 9ver als de werknemer onbillijk worden Bac.haad. Dan hebben beiden het recht «un te zoeken in de vereeniging, echter tet beleid en voorzichtigheid. Door de -atste concessie vooral is de Bul Rerum —ovarum beroemd geworden. "Helaas, moest Leo het aanschouwen, it zijn bedoelingen niet juist werden be- Pepen. Toen nu een tienjarige ondervin- Jng Hem geleerd had, dat in vele landen I n heilzame lessen niet volledig in de 'actijk overgingen, deed Hij in 1901 de rn.pSst belangrijke Constitutie Graves de MIl m^IU over de christelijke democratie ^U|rschijnen. Dit was het laatste stuk in de age reeks, die in haar geheel moest strek- öi tot heil van den arbeid en tot het wel- "'iidig samenwerken van den christelijken werkman. IN MEXICO. De vergoelijking. D e T ij d schrijft: Met name de socialistische pers pleegt geregeld de godsdienstvervolging in Mexi co te vergoelijken. In „Het Volk' liet Edo Fimmen, de bekende open-brief-schrijver aan kameraad Tsjitserin", vertellen, dat hij bij het bereizen van Mexico alles in rust had gevonden, zoodat er heelemaal geen vervolging van de Katholieke Kerk heerschte. En in een eenzijdige geschied kundige beschouwing over Jodenvervol ging in vroeger eeuwen spotte de schrijver van „Oproerige Krabbels" in hetzelfde blad, dat hij voor het constateeren van den werkelijken toestand aldaar de reit te kostbaar en te ver vond. Intusschen staan ook zonder verre reis de feiten vast, dat het land, waar de revo lutionaire arbeiders-organisatie de sterk ste politieke macht vormt, door despoten wordt geregeerd, die voor elkaar den zetel warm houden en tegen de Kerk onder ééh hoedje spelen. lil de vervolging van pries ters gaven Calles en Obregon elkander niet veel toe. De tweede liet den pauselij ken nuntius, de eerste de bisschoppen uit het land zetten. Obregon prees het Calles- regiem, en, toen hij verkozen werd om dit op te volgen, liet hij bekend maken, dat hij als vroeger „de obstructiepolitiek van de priesters" zou bestrijden. Maar Mexicaansche despoten kunnen hun dictatuur alleen volhouden met de re volver in de vuist. In het „democratische" land, waar de revolverhelden aan vriend en vijand hun manieren leeren, heeft nu ook een revolver geknald, die het leven van een der beide vrienden neerschoot, zoodat Calles voorloopig op den ouden voet de vervolging zal vortzetten. De „democratische" pers beschermt het land van haar voorliefde, waar zoo ge- avonturierd wordt. De „Standaard" vraagt met reden: Vanwaar toch die mildheid en dat in onzen „democratischen" tijd? Ach de heerschers in Mexico gaan met geweld te gen de Roomsche kerk te keer en stellen elke godsdienstoefening strafbaar. De ver volging is schrikkelijk. Nu zou men in het land der verdraag zaamheid mogen verwachten, dat die feit, gevoegd bij de despotic, een reden te meer was tot algemeene afkeuring. Maar men vindt integendeel een eigenaardige poging tot vergoelijking. HET ERNSTIG ONGELUK TE BENTVELD. Wat burgemeester De Muralt vertelde. Toen wij gisteravond tegen 9 uur hoor den, dat de gewonden per tram vervoerd werden en van de Tempelierstraat naar de Maria-stichting overgebracht zouden wor den, begaven wij ons onmiddellijk naar voornoemd, ziekenhuis, aldus de „N. Haarleemsche Crt.", om nadere inlich tingen in te winnen. Een der eersten, dien wij aantroffen was jhr. K. W. L. de Mu ralt, burgemeester van Ter Aar, die bij het ongeluk tegenwoordig was geweest. Welwillend stond deze ons direct te woord. Hijzelf heeft uit den aard der zaak do micilie in Ter Aar, doch zijn echtg^noote woont in de Bcelsiaan 26, te Haarlem. Zoodoende komt de burgemeester ook veel daar ter stede en was ook gisteren in de stad. De burgemeester en mevrouw ont vingen gisteren bezoek van eenige vrien den uit Ter Aar en men besloot na den maaltijd een autotochtje te maken. Daar toe reed men met twee auto's uit. In de eerste waren gezeten burgemeester De Muralt, de Zeereerw. heer P. J. Bonnet, pastoor te Langeraar, de-heeren Hoogen- boom en Van Zwieten, resp. gemeente-se cretaris en gemeente-ontvanger te Ter Aar. In de tweede auto zaten mevr. De Muralt, mevr. Hoogenboom en haar onge veer 30-jarige dochter mej. Hoogenboom en mevr. Van Zwieten. De auto werd be stuurd door Joh. Visser, chauffeur van den pastoor. Men maakte een tochtje naar Scheveningen en reed vervolgens te rug naar Bentveld, om langs het huis van den heer Van Tienhoven aldaar te rijd'-n. Bij den overweg te Bentveld, waar een kloksignaal hangt, %ag de burgemeester, die de eerste auto bestuurde, dat dit in rust was. Daarenboven reed in kalmen gang een wielrijder voor hem uit, de tram baan over. Toen de eerste auto de tram rails passeerde, hoorde de burgemeester een signaal en zag een tram naderen. Hij heeft echter niet kunnen constateeren of het kloksignaal toen in werking was. On middellijk wenkte hij toen uit het portier raam naar chauffeur Visser, dat deze moest stoppen. Of deze dit teeken niet begrepen heeft, was gisteravond nog niet te zeggenfeit is echter, dat Visser door reed. Hoewel mevr. De Muralt, die achter in de auto zat, nog geroepen had: „Stop pen! Stoppen!" Naar het oordeel van den burgemeester had Visser, die op ongeveer 60 M. van de eerste auto reed, wel tij dig kunnen stoppen, maar, zooals hiervoor reeds word opgemerkt, was gisterenavond nog niet uitgemaakt, waarom hij dit niet gedaan heeft. De inzittenden in de eerste auto hoor den een hevigen slag en, omziende, riep jhr. De Muralt: „Zij heeft haar al!" waar mede hij bedoelde, dat de tram de andere auto reeds gegrepen had. Deze was aan den- zijkant aangereden en werd ongeveer 75 M. medegesleurd. Onmiddellijk zette de burgemeester zijn auto stil en de inzitten den snelden naar de plek des onheils. De auto was totaal stukgereden en jhr. De Muralt verklaarde ons, het onbegrijpelijk te vinden, dat de inzittenden er nog levend uit zijn gekomen. Van alle kanten waren intusschen mensehen toegestroomd en men ging er haastig toe over hulp te verleenen. Mej. Hoogenboom was er het ergste aan toe. Zij had o.m. een zware hoofdwonde en een beenbreuk bekomen. Mevr. De Muralt was ernstig aan een been en aan beide han den gewond, terwijl zij door glasscherven aan gelaat en hals gekwetst was. De drio andere inzittenden kwamen met den schrik en enkele lichte kwetsuren en schrammen er af. De ziekenauto van den heer Mathot werd gerequireerd. leden van den Haar- lemschen Ongevallendienst gingen raar de plaats van het ongeluk, terwijl ook genees kundige hulp ontboden werd. Mevrouw De Muralt was per tram naar Haarlem gegaan (evenals de lichtgewonden) en werd verder per ziekenauto naar 't ziekenhuis vervoerd. Het vervoer van mej. Hoogen boom vond geheel per ziekenauto plaats. Haar toestand was gisteravond bedenke lijk en haar moesten.de H.H. Sacramenten der Stervenden worden toegediend. Ook mevr. De Muralt moést ter verpleging worden opgenomen. Dat allen bij dit ongeval betrokkenen hevig geschrokken waren, laat zich begrij pen. Vooral echter de ouders van mej. Hoogenboom waren diep geschokt door den treurigen toestand, waarin hun doch ter zoo plotseling was komen tc verkeeren. In het rustige Bentveld veroorzaakte het ongeluk een groote deelneming en conster natie. Natuurlijk deden allerlei geruchten de ronde. Zoo vernamen wij uit de eerste berichten, dat er drie dooden en twee ge wonden waren. Ook werden door hen, die niet wisten hoe het geval zich had toege dragen, allerlei commentaren gegeven. Roekeloosheid zou het geweest zijn van den chauffeur, onverantwoordelijkheid enz. Uit het relaas blijkt, dat het een droevige samenloop van omstandigheden was, zoo als er talloos vele in het leven voorko men. Een bewoner uit Bentveld spraken wij. Deze zat niet ver van de plaats, waar het ongeluk gebeurde, vóór zijn villa de krunt te lezen. Plotseling hoorde hij een gewel digen slag. Hij keek in de richting van waar het geluid kwam en dacht aan een ontploffing in een der huizen, toen hij een groote wolk zag opstijgen. Deze wolk werd veroorzaakt door het zand, dat de aangere den en door de tram voortgeduwde auto voor zich opstuwde. Toen de wolk was ge zakt en de villabewoner zich den weg op begaf om te zien wat er gebeurd was, kwam hem de burgemeester van Ter Aar tegemoet, die hem smeekte spoedig hulp aan te vragen, wijl zijn vrouw en andore dames zich in den verwoesten auto voor de tram bevonden. Onmiddelijk is toen een dokter, de E.H.B.O. en de firma Ma thot opgebeld. Spoedig was ook andere hulp aanwezig, want uit alle huizen in den omtrek kwamen de bewoners toesnellen. De gewonden waren echter niet zoo ge makkelijk uit den chaos vrij te maken. Het gekerm van de gewonden was hartver scheurend. Er was echter spoedig hulp aanwezig. Het tramverkeer ondervond vertraging, totdat de auto buiten het trambaanvak was gebracht. Dc politie uit Bloemendaal was later op den avond met een vrij groote macht aan wezig om de passage bij de plaats van het ongeluk te handhaven. Hoe ernstig de schade aan den auto was blijkt wel hieruit dat het stuurrad, in de kap van den auto was gedrongen. Wie den gekraakten en totaal vernielden wagen ziet, begrijpt niet, *dat niet alle in zittenden gedood zijn en als men in oogen- schouw neemt dat de auto een vijf en ze ventig meter is voortgesleurd staat men verbaasd, dat niet alle inzittenden onder de tram zijn geraakt. Waarschijnlijk zit de oorzaak hierin, dat dc auto betrekkelijk licht was en juist met de wielen op de rails stond toen de aanrijding plaats had. Op deze wijze moet het mogelijk zijn geweest, dat de auto met de wielen op de rails door do tram is voortgeduwd. Tenslotte moeten de wielen van rails afgeschoten zijn en in het zand blijven steken. Van officieelo tramzijde vernemen wij het volgende omtrent het ongeluk: Het ongeval is geschied met de tram, welke 19.14 gisteravond van Zandvoort vertrokken was en vond plaats aan den Bentvelderweg te Bentveld. De eerste auto passeeide de trambaan op ongeveer 10 a 15 Meter afstand van de tram en de tweede auto volgde op zoo'n korten afstand van den eerste, dat hij on mogelijk tijdig kon stoppen. Hij werd dan ook gegrepen door de tram en ongeveer 60 a 65 M. mcdegesleept. De verongelukte auto was genummerd H 15924. Het kloksignaal heeft gewerkt, ook toen de eerste auto den overweg pas seerde, hetgeen een 5-tal getuigen ver klaard heeft. Werkt het signaal niet, dan braii.'.i ook het groene sein verklikkerslicht niet, hetgeen do trambestuurder op een afstand van 250 M. (op dien afstand werkt het signaal kan waarnemen. Brandt dit licht niet, dan rijdt de bestuurder lang zaam door tot den overweg en stopt daar, om dan den conducteur eerst te laten on derzoeken, of de wef veilig is. Van de tram werden slechts treeplanken vernield. Dc toestand van mej. Hoogenboom was hedenmorgen wel ernstig, doch geen direct levensgevaar was meer aanwezig. De toe stand van mevr. De Muralt en den chauf feur, die een bekken-fractuur bekwam, was tamelijk goed. 0EGSTGEEST. Autotocht ouden van dagen. Op een vergadering der winkelweekcommissie is het organisecren van een autotocht voor ouden van dagen tijdens de winkelweek ter sprake gebracht. Dit plan had aller sym pathie. Vele autobezitters hebben reeds hunne toezegging gedaan en meerdere zullen er nog volgen. De heer Kampsteeg geeft daarvoor gaarne de gewenschte in lichtingen. Er zullen ongeveer een vijftig tal ouden van dagen medegaan. Do com missie heeft ook een bezoek gebracht aan de Eerw. Overste van Duinzicht, uit welk gesticht een twintig inwoners zullen mee gaan. De Eerw. Overste betuigde reeds bij voorbaat haar oprechten dank voor deze sympathieke daad. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Zaterdag 21 Juli. Hilversum, 1060 M. 12.302.00 Lunchmuziek door het Trio Groeneveld. 2.003.30 Aansluiting van het Theater Tuschinsky te Amsterdam. Het Theater» orkest o. 1. v. Max Tak. Optreden van s<x listen en „The Ramblers", dance orchestra o. 1. v. Theo Uden Masman. 3.305.30 Aansluiting van het Kurliaus te Scheveningen. The dansant Jack Ray* mon's orkest en Casanova et ses Argen tines. 6.007.45 Concert door het Omroep-or» kest. Het Dubbelmannenkwartet „Art Mm sica", o. 1. v. Jacob Hamel. 8.00 V.A.R.A. Huizen, 340.9 M. Na 6 uur 1870 M. (Uitsluitend K.R.O.-uitzendingen). 12.301.30 Concert door het Trio „Win kels". 5.30—7.00 Gramofoonmuziek. 7.458.15 Geert Dils, met begel. op de Theorbeluit. Het Oud „Ned. Lied" en lie deren van luim en leute. 8.15 Concert in Rotterdam. De Harmo- niever. „Blumentritt" (V. d. Bergh's fabrie ken), o. dir. van J. J. Hoeffgen. „Wilton's Mannenkoor"', o. 1. v. P. v. d. Putten. J. H. J. Vermeulen: humorist. Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst, 1.202.20 Het Carlton Hotel Octet. 3.50 Concert. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek. 6.50 Nieuwsbor. 7.05 Vaudeville. 7.20 Omroeppraatje. 7.35 Pianomuziek van Mozart, 7.45 Wedstrijden. 8.05 Vaudeville. Dansorkest en variëté- artisten. 9.20 Nieuwsber. 9.35 Lezing: More about faces. 9.50 Nieuwsber. 9.55 Licht orkestconcert. 10.5512.20 Dansmuziek. „R a d i o-P a r i s", 1760 M. 12.502.10 Gramofoonconcert. 4.055.05 Dansmuziek. 8.5011.20 Concert. Langenberg, 469 M. 1.252.50 Orkestconcert. 6.20—7.15 Concert, 8.35 Vroolijke avond. Als inlage „Am Te- lefon", Fransche klucht. Daarna tot 1.20 Dansmuziek. Königswusterhausen, 1250 M. (Zeesen). 12.205.20 Lezingen. 5.206.20 Orkestconcert. 6.208.05 Lezingen. 8.50 Vroolijke avond. 10.5012.50 Dansmuziek. Hamburg, 395 M. 5.20 Serenade's van Mozart, 6.20 Orkestconcert. 8.20 Duitsche marschen. Hoornblazers van het 6de Pruiss. Reg. 9.35—11.20 Cabaret. Brussel, 509 M. 5.206.20 Dansmuziek. 6.50 Orkestconcert. 8.35 Gramofoonmuziek. 8.50 Literaire selectie. 9.2010.35 Concert in de Kurzaal Ostende. UITHOORN. Het slachthuis. In do Raadsvergade ring van 18 dezer is den heer Eikelenboow eervol ontslag gegeven als plaatsvervan gend directeur van het slachthuis. Na een geheime zitting van een half uur werd met 82 stemmen besloten het G. E. B. over te doen aan het P. E. N. Het Raadsbesluit om advies in te win nen van het Electrisch Bureau voor Nederl. Gemeenten is hierdoor ingetrokken. FEUILLETON. L )e Hand van den Graaf Een geschiedenis uit den Fransch-Duitschen Oorlog. Naar het Engelsch, van L. J. Beeston. (Nadruk verboden.) De huzaar, die den vorigen nacht voor jn deur had gelegen, was er nu weer. Hij rong op en groette. Een flink vuur had in mijn kamer aangelegd; do bevroren ten glinsterden er door en de muren ver tilden dansende schaduwen, ik ging in bed, maar de slaap, bleef eerst Langs galerij en gang hoorde ik voort- jend de voetstappen der Pruisen, want ■commandant had het heele datachement het kasteel ondergebracht. In loeiende *?en regeerde de wind over het bevroren Jdschap, waar de moerassen tot ijzer wa ll geworden en de kleine vogels dood van lboomen vielen, en waar zoo menig man Qe sneeuw te slapen lag, om nooit weer fntwaken. ;u uur omtrent zal ik geslapen hebben, ik plotseling wakker werd. Er moest gebeurd zijn of er stond iets te gebeu- Ik sprong het bed uit, door instinct ge- Jrschuwd. Op hetzelfde moment hoorde 'en aanroep van den huzaar buiten de f: daar? ,J°cn volgde een knal, in die doodsche "1 aandoende als een kanonschot en ik naar de deur. AjEen vreeselijke aanblik wachtte mij. De Llpar boog zich over het lichaam van Zi- >8ky, die in de borst getroffen was. Het eer lag op den grond. Uit een boven venster viel juist een manestraal over mijn armen vriend, die in de armen van den schildwacht rustte. Ik vrees dat ik goed gemikt heb, mom» pelde de Duitscher. Ik zag een witte fi guur, die op mijn aanroep niet antwoordde. En ik heb orders om op zien te schieten. Ach! Dat God mij vergeven moge! Haastige mensehen kwamen aanrennen. Toen ik bij den Graaf geknield lag, be greep ik, dat zijn seconden geteld waren. Hij herkende mij en glimlachte en die wee moedige glimlach joeg mij de tranen in mijn oogen. Ik boog mij om de woorden op te vangen, die zijn bleeke lippen fluisterden. Ik kwam om je gezelschap te houden. De schildwacht heeft geen schuld.Vaar wel, mijn vriend.Ik ben blij.blij. Mijn liefste, zij is aan mijn zij, haar armen voel ik om mij heen.... Zijn lijk werd weggebracht en ik ging weer naar mijn kamer, waar ik een paar blokken hout op het vuur legde. Ik bleef op den parketvloer heen en weer loopen met mijn gedachten bij de tragedie, die het kasteel was komen bezoeken. Voor dezen laatste doode was de Graaf de Compèg- nade tenminste niet verantwoordelijk. De laatste? Waarschijnlijk niet, want von Arnhelm was nog in leven! De commandant trad binnen. Hij was heelemaal gekleed, misschien ook was hij niet uit de kleercn geweest. Hij sloot de deur en keek of er een sleutel op was, maar deze ontbrak. Een vloek uitstootend, plaat ste hij den rug van een stoel zóó, onder de deurknop, dat openen van buiten niet mo gelijk was. Ik wil alles weten over den dood van Ziminsky, viel hij uit, Ze vertelden mij, dat het een ongeluk was, is dat zool Zonder twijfel. Hoe is dat toegegaan? Ik vertelde hem wat ik wist. Hij scheen er door opgelucht en een armstoel naar het vuur schuivend, liet hij zich erin vallen. De schok had hem ontnuchterd, maar zijn ze nuwen waren kapot. Blijkbaar was hij blij gezelschap in mij te vinden, ik trok daar van partij en waagde te zeggen: Als U het goedvindt commandant, dan wil ik U graag eens vertellen, wat n\jjn vermoedens zijn met betrekking tot den dood van Uw officieren. De angst had hem getemd ofschoon zijn antwoord: wat duivel zoudt U daarvan weten? brutaal genoeg was. Ziminsky heeft mij van het geheim verteld, zei ik, terwijl ik op den rand van het bed ging zitten. De purperen blos van woede verdween opeens van zijn gezicht. Zijn dunne lippen krulden zich verachtelijk. Laat mij U waarschuwen, U niet in zaken te mengen dit U niet aangaan, gromde hij. Met spionnen ben ik ge wend, korte metten te maken. Wel, dan zal ik het wel voor me hou den, antwoordde ik. Nee, je zult het me zeggen, maar als je me leugens op den mouw speldt, laat ik je neerschieten. Die voorwaarden neem ik aan. Luis ter! De brief die U ontvangen hebt, was duidelijk genoeg. Het was de graaf, die ka pitein Foulkes doodschootluitenant Neitzche is door de hand van een anderen Fransch patriot gevallen, maar de En- gelschman Heseltine is weer door de Com- pégnade in een der gevangenissen van het kasteel gedood. Hoe komt U daaraan barstte de an der uit. Ik zag hom afdalen in de gevangenis, waaruit hij nooit terugkeerde. Na een pauze ging ik voort: Wat Zi minsky aangaat, de arme drommel, hij was de tweéde oifieier met wiens dood de graaf niets te maken heeft. Maar vergeer iüij commandant, als ik zoo vrij ben U te waarschuwen om op Uw hoede te zijn, want ik ben er absoluut zeker van, dat do Compegnade zich in het kasteel bevindt. Ik zal U zeggen waarom. Laten we eens veronderstellen dat het regiment van de Graaf tot de troepen be hoorde, die door generaal von Werder over de Zwitsersche grens werden gedrongen waar ze ontwapend en geïnterneerd zijn. Daar hoorde de Compegnade van het lot van zijn jongo vrouw. Hij nam het wanho pige besluit alléén de grens weer over tc trekken om wraak te nemen. Laten wc ver der veronderstellen dat hij op een van die wreede relieken stuitte, die den weg van generaal von Werder's leger merkte: een lijk dat bevroren aan den wegkant ligt, of in het spoor van een artilleriewagen. Dat lijk kan hem een vermomming hebben ver schaft; het kan het lijk geweest zijn van een van die oorlogscorrespondenten, die overal aanwezig zijn en wel eens bij onge luk gedood worden. Dc Graaf leent de kleoding van den verongelukte en maakt zich meester van zijn papieren, onder deze bevindt zich een pas van von Werder zelf. wp deze manier uitgerust, zou hij, als hij tenminste vloeiend Engelsch spreekt. Enfin, ik zie wel dat ge me begrijpt. Het was duidelijk te zien dat do Duitscher voel de waar ik heen wilde. Hij leek een mar merbeeld, als bevroren zat hij in zijn stoel. Zelfs zijn pupillen leken verstard, terwijl zo voortdurend op mij gerihet bleven. En op dezen manier, commandant, ging ik voort, terwijl ik mijn revolver in mijn zak omklemde, op deze manier is Graaf de Compégnade vermoedelijk zijn kasteel binnengekomen. Nadat hij dien eersten avond met U gedineerd had, ging hij naar uuiten naar de stallen om zijn paard te verzorgen, maar op weg daar heen, joeg hij een kogel door het hoofd van den xapiteinNeitzche, dab heb ik II gezequ, heeft den dood gevonden door den hand van eeq Fransch patriot, die op zoek naar oen slachtoffer was. Wat Heseltine betreft, hu had een ontmoeting met den Graaf in dien kelder waarvan ik U verteld heb waarheen ik hem vergezeld heb. Daar kwam het tot een gevecht en het lijk van dien Engelschman ligt op den bodem van een diepe put. Ziminsky, die in elk opzicht een echte gentleman was, en dus een heel ander wezen als U, zou zeker ge spaard zijn gebleven. En nu geloof ik dal U do laatste bent, zooals ik, Raoul de Compégnade U belooft heb. En ik zal nu U zenden naar het oord der duisternis, kijk! Ik ontvluchtte door het venster eer nog de kruitdamp was opgetrokken. En ik voegde mij weer bij den troep in Zwitser land zonder dat er veel aandacht werd ge schonken aan mijn afwezigheid. De verteller draaide zijn sigaren stompje een tijdlang tusschen de vingers. Niemand waagde een opmerking en allo bleven kij ken naar dat magere gezicht met do lit- teckens. De vloed was aan het opkomen en het monotone broken der golven klonk als een doodenzang. Intusschen, zooals ik zeide, besloot de Graaf de Compégnade, terwijl hij wegwan delde. nooit meer zal er een Duitsch le ger lir.nkrijk overweldigen, en God geve, dat onze kinderen nooit een oorlog als deze hoeven door te maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5