UITVERKOOP Allerlei. j LEVENDAAL I, hoek GARENMARKT TEL. No. 1007 1 I s GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS 3 huishoudgoed stukgoederen onderklËËSng kousen corsetten handschoenen1'' kinderkleeding Morgen Zaterdag om 10 uur begint de karpetten restanten ledikanten matrassen" dekens spreien vitrages tafelkleeden coupons vloerzeil WATERPOLO. H. D. Z. II—L. Z. C. I 6-0. (dames) De eerste competitie-wedstrijd voor de li. Z. C.-dames is gisteren in „Obelt" te [Amsterdam gespeeld. Helaas verzwakten twee invalsters het team, terwijl bovendien jnet 6 tegen 6 gespeeld werd. Voor de rust is H. D. Z. II sterk in de meerderheid; binnen de minuut reeds 10 en de eerste helft eindigt met 60 voor de lAmsterdamsche dames. _Na rust speelde L. Z. O. in een eenigs- zins gewijzigde opstelling, waardoor de H. D. Z. zóóveel beter in bedwang gehouden .werd, dat ook de eindstand 60 was. Eenige kansen op een een tegenpunt Werden door de L. Z. C. dames niet benut, doordat naast of over geschoten werd, ter wijl de keepster voor de rest zorgde. De Amsterdam8chen waren veel sneller ^n konden beter schieten, waardoor de overwinning dan ook verdiend was. POSTDUIVEN. „De Vooruitgang" (Nieuwkoop). Zondag hield de postduivenvereeniging „De Vooruitgang" een wedvlucht vanaf Caterout (Frankrijk). Afstand 654 KM.» De duiven werd 6.30 uur los gelaten. Aan komst le duif nam. 44531 uur. De prij- zijn werden behaald als volgt. le prijs met bijprijs G. Voorsluis, 2e prijs met 3 bijprijzen St. Akerboom, 3e prijs met bijprijs P. Pietersen, 4e prijs met 2 bijprij zen H. van Zanten. Aankomst laatste duif Maandagmorgen 648—55 uur. KOPENHAGEN 1128 23 JUNI 1928 DE OUDE, EERBIEDWAARDIGE KONINGSSTAD. Hollandsche afkomst herkenbaar in namen, gewoonten en kleeder dracht. Men maakt zich thans in Denemarken op, om met groote plechtigheid op 23 Juni a.s. het achtste eeuwfeest te herdenken van de stichting van Kopenhagen. Hoewel de juiste datum der stichting onbekend is, heeft men daarvoor het jaartal 1128 geno men, zijnde het geboortejaar van den stichter Aksel, later Absalon genaamd. Kopenhagen met zijn 700.000 inwoners, zijn drukke havens, zijn levendig intertfia- tionaal verkeer en zijn belangrijk? histori sche herinneringen, is zooal niet in lig ging, dan toch wel in dezen het middel punt van het land. Het is de groote mag neet die alles tot zich trekt, en waarlijk, wie eens die aantrekkingskracht gevoeld heeft, wie onder de bekoring is gekomen van deze mooie, interessante stad, die kan er zich niet zoo gemakkelijk van losmaken. Gedurende de zomermaanden heerscht er in Kopenhagen een veelkleurig internatio naal leven, dat wonderwel in harmonie is met het cosmopolitisch uiterlijk van de stad. Op Raadhusplatz en Ivongens Ny- iorv, in de daar tusschen liggende drukke winkelstraten, in de parken en aan de Langelinie golft het vroolijke Kopenhaag- sche café- en promenadeleven onafgebro ken voort. Toch herkent men door heel dat moderne leven een bewegen heen steeds de oude eerbiedwaardige koningsstad. Het imposante Christiansborg, zetel van Gou vernement en Hooggerechtshof, vormt met zijn vele samengestelde bijgebouwen en het naastaanliggende Thorvaldsenmuseum als het ware de kern van het oude Kopenha gen. Vlak bij ligt de beurs in renaissance stijl met zijn spiraalvormige drakentoren en koperen daken, in de verte Frelsersto- ren. Die kostbare koperen koepels en da ken, waarmede vele der oude gebouwen en torens gekroond zijn, en die door den tijd die eigenaardige groene kleur hebben aan genomen, geven aan de stad een heel bij zondere sfeer. Amalienborg herbergt in een van zijn stijlvolle Rococo-paleizen de Koninklijke familie, die bewaakt wordt door de histori sche lijfgarde met berénmutsen en witte bandelieren. Rijke musea en kunstverza melingen bieden den vreemdeling hunne schatten ter bezichtiging. Wij noemen uit de vele slechts het Thorvaldsen-museum waar de groote Meester temidden van zijn kunstwerken begraven ligt, de Carlsberg Glyptothek (van nieuweren datum) en het mooie Rosenberg Slot. Het Stadhuis werd I eerst in 1905 voltooid, doch past zich in stijl voortreffelijk aan bij den oüd-vader- landschen bouwtrant. In de laatste 50 jaar heeft de stad zich sterk uitgebreid, zóó, dat het eiland Amager als het ware er één mee is geworden. Amager zou men Kopen- hagens moestuin kunnen noemen. In de 16e eeuw zetten zich hier de Nederlandsche kolonisten neer, die ter bevordering van den landbouw door Christian II werden aangezocht, naar Denemarken te komen. In namen, gewoonten en kleederdracht vindt men hier de duidelijke sporen van Hollandsche afkomst. Zeer interessant is dan ook een bezoek aan het Amager-mu- seum, dat in 1922 naar aanleiding van zijn oprichting door H. M. Konigin Wilhelmina bezichtgd werd. De naaste omgeving van Kopenhagen is een dorado voor touristen, waaronder noemd) welke zich uitstrekt voorbij Hel de Sont fook („De Deensche Riviera" ge- noemd)e welke zich uitstrekt voorbij Hel- singfors tot Gilleleje, en waar heel Ko penhagen 's zomers zijn vacantie en vrije dagen doorbrengt. Hier vinden wij de groot ste en meest bezochte badplaatsen, vis- scnersdorpen en villa-parken, met ontel bare hotels en pensions. Alle zijn aan zee gelegen met prachtig uitzicht en op vele plaatsen strekken de bosschen zich uit tot aan de zee. De kustspoorweg verbindt al deze plaatsen met Kopenhagen, doch grooter genot biedt een tochtje met de stoomboot naar Helsingfors, tenzij men er de voorkeur aan geeft, in een van de groote Touring Cars langs den gladden strandweg te snellen. Even buiten Kopen hagen ligt Charlottenlund met Charlotten- lund Slot. Dan volgt Klampenborg met het Hertenpark, een liefelijk beukenwoud met uitgestrekte grasvelden, waar groote kud den kroon- en damherten grazen. Midden in het bosch ligt de Hermitage, een oud koninklijk jachtslot uit het jaar 1736. Ver derop Skodsborg, met Dr. Ottesen s be kende therapeutische inrichting, omringd door bosschen, die zich noordwaarts uit strekken voorbij Vedbaek en Rungsted. Te Nivaagaard bevindt zich een kostbare schilderijverzameling, waaronder er zijn van Rembrandt, Rubens en Jan Steen. Een weiland met Koel maar niemand denkt er in een kistje of 'Cl i, rn n, mooi een graszode OVER „ANTIEK". Eenigen tijd geleden lazen wij in „In en om de Boerderij" een artikeltje ovei de dwaze manieren van vele „buitenmen- schen" om hun meubelen en gebruiksvoor werpen zoo graag voor een goed prijsje van de hand te doen en er dan moderne voor te koopen, die zoo echt dwaas kun nen staan in de boerenwoningen. Zooals de schrijver zegt: nu verkoopt men de oude kasten, z.g. kabinetten en bureaux, kisten, staande klokken, antieke stoelen, tinnen voorwerpen en vooral ook het porselein en het oude koperwerk. Daarvoor in de plaats komen dan de „stadsche" meubeltjes, spiegelkast.je, be kleed© stoelen, pendules en waardelooze wandbordjes Maar waar gaat al dat geminachte oüde naar toe? Dat gaat naar de deftige stads huizen Onze vroegere haverkist en mis schien ook de gortlade worden ontdaan van de verf- en vernislagen en prijken dan als antiek-eiken buffet in de eetzaal van een voornaam heerenhuisKoperen ketels, die eens dienden voor de verwar ming van melk in de kaasmakerij, staan nu ongeschuurd anders lijken ze niet oud genoeg te pronk in de wachtka mers van advocaten en doctorenEen welbekend tinnen voorwerp met één oor dat vroeger op de boerenbedsteeplank huisde, staat nu inet bloemen gevuld op de schoorsteen van een ontvangsa-lon En evenzoo doen onze Keulsche zout en boterpotjes, die wij immer in kast of -kelder opborgen, nu dienst als bloem vazen in de mooie kamers. Is het niet bespottelijk? In een boerenhuis passen de mooie, zware, degelijke meubels en andere voor werpen, zij behooren bij den degelijken, eenvoudigen boerenaard. Maar in de stad bij menschen, die minder lichamelijk werk doen, passen lichtere kleinere meu bels. De stedeling, die in een moderne stadswoning met kleine kamers woont, heeft andere meubileering noodig dan een boer. Beiden kunnen mooi zijn, maar ze verliezen haar schoon, zoodra ze uit haar omgeving gehaald worden. o[ gezette koe een salon te zetten vooi versiering. Toch is het plaatsen van mi lerne meubelen in een oude boerderij ven bespottelijk! En het zou evenzeer vj n wansmaak ge tuigen, wanneer onze of.de antieke meu belen in de nieuwe stadswijken een plaats moesten vinden. Maar daar gaan ze pok meestal niet heen, maar wel naar de groote, deftige heerenhuizen in het oude gedeelte der stad, waar de woningen in zooverre met onze boerderijen overeenkomen, dat ze eveneens van ouden bouwstijl zijn en groo te ruime kamers en breede gangen bevat ten. Ook daar komen de oude zware meu belen tot hun recht en daarom betaalt men er graag meer voor dan voor de meeste nieuwe stukken. En als de boeren en boerinnen dan zoo dom zijn, om zich blij te maken met een modern meubel stuk, wat geenszins in het ouderwetsche voorhuis past, dan geeft de antiquair graag nog enkele guldens toe op het oude stuk, omdat hij wel weet dat er toch nog wel aardig wat voor hem te verdienen valt. Een dwaze ruil Doch niet alleen bij de meubilcering is dat zoo. Bij den woningbouw zien we het zelfde verschijnsel: de boer zet een villa voor zijn schuur en de stedeling vindt een regenton zoo echt landelijk staan in zijn stadstuintje. Wij moeten onze eigen goeda platte landscultuur, die door de eeuwen heen is ontstaan, niet plotseling minachtend weggooienWat in de stad misschien past, past daarom nog niet op het land. Zoo min als al wat op het land mooi aandoet, daarom zonder meer in de stad als schoon heid in aanmerking komt. Wij moeten leeren onze eigen gewoon ten en gebruiken te moderniseeren en als 't moet voor betere op te offeren. Maar dan ook alleen voor betere. De vooruitgang der tijden maakt verande ringen noodig in het bedrijf, in de wo ning, de kleeding, ja zelfs in de opvoe ding. Maar daarvoor heben we nog niet de stad noodig en 't stadsche. Neen, zelf moeten wij ons leeren aanpassen, zooveel als in het belang van ons gezin en ons bedrijf noodig en wenschelijk is. En ■wanneer er dan veranderingen moe ten komen, 't zij in meubileering, in in richting onzer woning, of ook in onze werkwijze of onze gewoonten, gaan we dan toch allereerst na, of zulk een ver andering wel past voor het doel, wat we er mee beoogen en zeker ook of ze niet leekt tegen onze omgeving en tegen onzen stand De dokter en de apotheker. Er zijn in Frankrijk een aantal anecdo- ten in omloop omtrent den grooten schrij ver, wijlen Anatole France, o.a. de vol gende: Tot de intiemste vrienden van France behoorde een dokter. Deze werd op een avond dien hij bij den beroemden schrij ver zou doorbrengen, onverwacht bij ee.i patiënt ver uit de buurt geroepen. Hij zond een bediende naar France met een briefje, waarin hij zich verontschuldigde. Misschien was dat briefje inderhaast ge schreven, misschien bediende de dokter zich van een hiëroglyfenschrift als, naar men beweert, vele zijner collega's. Althans France kon het niet ontcijferen. Maar hij kwam op een genialen inval. Hij begaf zich naar een apotheker, die wel in staat zou zijn het doctorale schrift te lezen. De apotheker wierp zwijgend een blik op het briefje, verdween in een ander vertrek en kwam dan terug met een goed gesloten en van een etiket voorzien fleschje met het opschrift: Voor den heer Anatole France. Twee eetlepels voor het middageten. Voor het gebruik goed schudden. Prijs 4 Franc. „Ik stond verstomd," zeido Anatole Fran- ce, „groette, betaalde en ging." Een moderne kat. Tommy, die de kat hoort spinnen:' „O luister is hij is in slaap gevallen zonde» de motor stil te zetten". Uit de school. Meester: „Wij moeten onze evennaasten liefhebben en hen nooit kwaad toewen- schen. Wat zijn dat voor menschen, die altijd bij hun medemenschen nagaan, of zij geen fout kunnen ontdekken Jantje :r „Dat zijn schoolmeesters mijn heer". EEN PRAATJE MET DE VROUW WASSCHEN VAN KUNSTZIJDEN KOUSEN. Zijden kousen zijn zeer geliefd, maar; duur. Daarom is de vraag naar kunst zijde die goedkooper is en vaak merk-i waardig de echte ter zijde strevend, 'ge-I weldig toegenomen. Door onoordeelkun-; dig wasschen kunnen kunstzijden kou-j sen echter spoedig bedorven worden,; weshalve we hier enkele wenken latenl volgen, die we in Modes, Manufact..I meub. aantroffen. Men begint met het maken van een' bad van heet water en zachte wasch- zeep, hetwelk' later door bijvoeging van koud water op temperatuur wordt 'ge-j bracht. Hierin nu worden de kousen, zoolang hen en weer getrokken, tot het; vuil er geheel uit is; hard wrijven met de hand moet streng vermeden worden, Daarna worden ze door schoon water uitgespoeld en in de hand uitgeperst, .Wringen is stellig te ontraden. Nu legt men de kousen in een schoo- nen doek en gaat men er toe over hen een goed uiterlijk en juisten pasvorm te verleenen, daar ze vooral niet gestre ken mogen worden. Tot dit doel is er thans een vernuftig apparaat in den handel dat in 2 a 3 minuten alle fijne kousen droogt en vormt. Het is een, electrisch aluminium toestel in deni vorm van een been met voet. Het wordt rechtstandig op den rand eener tafel geschroefd en daarna de electrische stroom ingeschakeld, waardoor het van binnen verwarmd wordt. Alsdan trekt men er de kous overheen, die na eenige oogenblikk'en geheel .droog is en er als nieuw uitziet. De stroomkosten voor het drogen van een paar kousen bedraagt niet meer dan één cent, terwijl ook de aanschaffing geen hoog bedrag schijnt te vorderen. Een zeer practische vinding naar het ons lijkt en die aan een behoefte; yoldoet. w PT.Reptielleer is nog steeds zeer ënj vogue. Op velerlei wijze is hel al door jde mode verwerkt en nog steeds duikem nieuwe vindingen op. Een tasch van ha-j Igedisleer is niet origineel meer; wel een, ensemble van een sigarettenkoker en\ poederdoosje, beide ingelegd met ge-, noemd materia al.,.. GËRANIUMS. De geranium wordt het meest 'ge-I zien in onze tuinen, als afscheiding] langs de voetpaden of als geheel-perk.' Ook komt meer en meer de goedej oude gewoonte terug om deze bloe-t men in de vensterbanken te plaatsen of op speciaal daarvoor aangebrachte plankjes voor de serre-ramen. Aller-] gezelligst doet zoo'n kamerversiering!] De hard-groen geverfde plankjes meti wit afgebiesd, waarop de bloempotten! met hun diep-gloeiende bloementros-j sen, die op vuur gelijken, wanneer de zon er in speelt! I Maar minder veelvuldig zien we de bloemen van de geranium in vazen op' de tafel staan en de bekoring daarvan loont de spijt van het afsnijden! We snijden natuurlijk alleen daar of waar één of twee bloemtrossen minder, niet opgemerkt wordt. Ook gebeurt het vaak, 'dat na hevi-j gen regen of storm een bloemtros ge-] knakt is. Deze nemen we dan geheel weg en plaatse hem in een tinnen kan] of vaas op de tafel. Onvergelijkelijk mooi doet het dof-glanzende tin bij het gloeiend rood der bloemen! irisj KEUKENGEHEIM. EIEREN MET TOMATEN-SAUS. Snijdt de tomaten in eenige stukjes. Laat ze koken met zout, peper, uien,] sjalotten, en peterselie; daarna doorl een zeef doen. Doe een beetje boter in] een pan, voeg er één of meer lepels| bloem bij en een beetje suiker. De me lange roeren met een houten lepel op een flink vuur, terwijl het tomatensap; wordt toegevoegd. Men laat alles nog even op het vuur, alvorens het op te' dienen. GEVULDE TOMATEN. Maak de tomaten 'goed schoon ei wasch ze; snijdt daarna een klei", kapje er af er verwijder het sap en dt [pitten. Vul nu elke tomaat met gehaki en leg de kapjes weer op hun plaati en rangschik de tomaten in een vuur< vaste schotel. Doe het sap door eet zeef om de pitten er uit te krijgen er giet er wat van over de tomaten; hier- over wat paneermeel of fijn gemaakts beschuit en een klontje boter. Ten slotte wordt de schotel in den oven geplaatst tot tomaten en gehakt -gaai zijn. iiiiiiimmiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiniiiiiiiiimmiiiiiimiiiimiiimiiiiiiii!* Betrek uw personeel door lusschenkomst van de 'JCs RBEIDSBEURS werkt Ivoor U kosteloos; zij. 35 egelt vraag en aanbal; beréikt alle gemeenten, ook het buitenland, I 00 espaart tijd en geld In alle' bero]epen voor mannen en vrouwerf, m galiseert de Arbeidsmarkt,/ E j s ingericht op vlugrtè bemmdeli Co empt werkloosheid; fbrengi part|en| snel itot elkaar taat zoowel werkgwers ajs werknemers ten dienste; OO ezit geoefend vakklndig |érsoieel; m rkent collectieve ^rbeidsoigr^enkomsten; staat C geheel ten dienst/ bij behoefte aan personeel, zij 00 ust niet voor de rechte man op de rechte plaats is, en C/9 trekt hare bemiddeling uit over geschoolde en ongeschoolde werk- f lieden, kantoor- en technisch personeel. De Directeur: P. C. G. fl. WIJKMANS. ninniinniiininiiiiiiiiiiniiiinininnininiinnnniiiniiiniiniiniiininiiiiniiiniiniinininniinniiiiïï Lakens Sloopen enz. Stoffen en Witgoed voor Dames en Heeren Sportkousen - Sokken Alle maten tot 100 cM. Kragen - Ceintuurs voor Jongens en Meisjes Matten - Kleedjes Kinder Ledikanten Prima vulling Extra Koopjes Piqué en Tulle Linnen- en Glasgordijnen Pluche - Wol - Linnen 3-3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 11