20% ZWAARDER CEWKHt; ZWITSERSCHI Uit de Rijnstreek 10 ets REEPEïN EISCHT dus OMZS 10cts reepen,want ze zijn 2cts per stuk meer waarcl. UIT DE PERS. ZOETERWOUDE. GEMEENTERAAD. Vermenigvuldigingscijfer pl. In komstenbelasting 2 (gelijk v. j.) Een geweigerde belooning Stinkslooten. Om een prieel. Woensdagmorgen vegaderde de ge meenteraad onder voorzitterschap van den burgemeester, die te ongeveer half tien deze vergadering opent. Aanwezig zijn alle leden behalve de heer de Graaf, die be richt van verhindering heeft gezonden. Door den secretaris worden de notulen ge lezen die onveranderd worden goedge keurd. Voor kennisgeving worden aange nomen verschillende ingekomen stukken, waaronder het procesverbaal van kasop- neming bij den gemeente-ontvanger en bij den administrateur van het waterleiding bedrijf op 20 Maart. Bericht van den heer J. de Groot dat hij zijne benoeming niet aanneemt als lid der commissie tot we ring van schoolverzuimmissive van Ged. Staten waarbij goedgekeurd wordt terug gezonden het raadsbesluit tot verkoop van bouwgrond aan J. de Lange te Leiden; missive als voren waarbij wordt medege deeld dat de bijdrage in den keurings dienst van waren voor 1928 is bepaald op ƒ461.91 en een schrijven van den Minister van Onderwijs waarbij wordt medegedeeld dat het voorschot op de rijksvergoeding L. O. voor 192 is vastgesteld op 2507. Hier na is aan de orde de verkiezing van een lid der commissie tot wering van school verzuim. De heer Los zegt dat men beter kan doen eene advertentie te plaatsen voor de oproeping van gegadigden voor deze betrekking, aangezien de "benoemden tot lieden die benoeming niet aannamen. Waar voorts wordt medegedeeld dat num mer een der aanbeveling eene benoeming niet zal aanvaarden wordt bij stemming met G stemmen gekozen de heer W. Tijs- sen. De heer N. van Diemen verkreeg drie stemmen, terwijl een stem blanco wordt uitgebracht. Vervolgens wordt behandeld het verzoek van Jac. van der Lubbe te Voorschoten om een stukje grond, thans bij hem in huur, van de gemeente te kunnen koopen, omdat hij daarop een koetshuis wil bouwen. B. en W. stellen voor den grond, groot ongeveer 400 vierkante meter, te verkoopen voor 200 gulden, onder diver se bepalingen, waarbij er tegen wordt ge waakt dat de Vlietbewoners met hunne bootjes aan den walkant van het perceel, zonder betaling vaD eenige vergoeding kunnen aanleggen. De heer Starrenburg kan accoord gaan met den verkoop, doch wil er geen servituut op vestigen. De heer Stadhouder juicht het voorste! van B. en W. toe en kan zich met de voorwaarden best vereenigen, vooral omdat de gemeente nog eigenares blijft van den weg. De heer Los is tegen verkoop, want het is het eenigst perceel dat de gemeente aan den overkant van den Vliet heeft dat aan het water-is gelegen. Voorts vindt hij het be drag ook te luttel. Evenwel zou hij aan het verzoek van van der Lubbe in zoover re tegemoet willen komen, dat aan dezen, op diens verzoek, een gedeelte van den grond werd verkocht, groot genoeg voor liet bouwen van het koetshuis. De heer Stadhouder vindt f 200 genoeg, gelet ook op de huur van acht gulden die thans be taald wordt. De heer de Groot geeft in overweging dat de gemeente bij verkoop zich het recht van overpad voorbehoudt. De heer Los wijst op verschillende bezwa ren die zich zullen voordoen als van der Lubbe eigenaar van dien grond iso.a. is het daar een los- en laadplaats en die zal van der Lubbe wel wegwerken. Na nog eenige discussie omtrent dit punt stelt de voorzitter voor om de beslissing op het verzoek aan te houden tot een volgende vergadering en inmiddels ter plaatse den toestand eens te gaan opnemen. Aldus wordt besloten. Vervolgens is aan de orde de vaststelling van liet vennenigvuldi- gingsgetal der plaatselijke inkomstenbelas ting voor het belastingjaar 1928/1929. B. en W. declen mede, dat de totale belastingop brengst, die verantwoord moet worden in den dienst 192S is geranm.d op 65000. n.l. 41800.als opbrengst aan 2/3 van de belastingopbrengst 192S/1929 en 23200. aan opbrengst restant der belasting 1927/ 1928. Volgens mededeeling van den Inspec teur der Directe Belastingen, 2e afd. te Leiden, wordt de opbrengst over het be lastingjaar 1927/192S geraamd op ƒ57000. waarvan 57000.— verminderd met ƒ46600.— (welk bedrag verantwoord moet worden in de rekening 1927) of slechts f 10400.wordt verantwoord in de reke ning 1928. Dit is 12800.— minder dan ge raamd. Aan kwade posten is geraamd op de be grooting 1928 een bedrag van 11000. terwijl volgens mededeling van den In specteur dit bedrag vermoedelijk zal zijn 'ƒ5220.of 5780.minder. Verder is aan opcenten personeele belasting geraamd 15100.terwijl de Inspecteur dit raamt op ƒ8100.of ƒ3000.meer. De opcenten op de grondbelasting zijn respectievelijk ge raamd op 5500.en 6240'. Het bedrag ad 12800.dat minder ontvangen wordt aan belastingopbrengst van het vorige belastingjaar, wordt dus ge deeltelijk gedekt door een mindere uitgave van 5780.— (kwade posten) en een meer dere opbrengst van 3740.der opcenten op grond- en personeele belasting. Aange zien de post onvoorziene uitgaven is ge raamd op ruim 6000.en dit bedrag in 2928 lang niet noodig zal blijken, achten wij het overbodig om den post „belasting opbrengst van het loopende belastingjaar" te verhoogen, totdat het volledig bedrag ad. 12800.is gedekt. Aan 2/3 van de belastingopbrengst 1928/ 2929 is geraamd 41800.zoodat dus de totale opbrengst zal moeten zijn 3/2 X 41800.— is 62700.—. Bij een belastbaar inkomen van 1.100.000 in 1927/1928 is de opbrengst, vol gens den Inspecteur (zie hiervoren) 57000.B. en W. vertrouwen evenwel, dat niet alleen het belastbaar inkomen voor de belastingheffing in 1928/1929 is ge stegen tot 1.200.000.tengevolge van de vestiging van beter gesitueerden, doch ook dat de werkelijke opbrengst hooger zal zijn dan de Inspecteur heeft geraamd en dus bij een heffingspercentage, gelijk aan het vorig jaar, de geraamde opbrengst zal worden verkregen. Mitsdien stellen zij voor het vermenig vuldigingsgetal voor de belastingheffing 192*/1929 te bepalen op 2. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. Hierna wordt het gemeenteverslag over 1927 aangeboden, hetwelk den leden ter inzage zal worden gezonden. Bij de rondvraag deelt de voorzitter mede, dat de brugwachters van de Lammebrug ge weigerd hebben de hun toegekende beloo ning te accepteeren. De heer Los zegt dat dit wel het geval zou geweest zijn indien hun de helft van het uitgetrokken bedrag, zijnde 12.50, was toegekend. De heer Stadhouder zegt, dat het wel degelijk de bedoeling van den raad was om het be drag in 9 gelijke deel en te verdeden. De voorz. merkt op, dat een en ander het ge volg is van het feit, dat de Raad zich de bevoegdheid heeft voorbehouden om over de verdeeling en de toekenning der beloo ning te beslissen. Het ware natuurlijk be ter indien dit aan den burgemeester als hoofd der politie werd overgelaten. Na nog eenige discussie omtrent dit punt wordt overeenkomstig een voorstel van den heer Los besloten, om ellc jaar de belooning door den burgemeester te doen toekennen naar verhouding van de gepres teerde diensten. De burgemeester deelt verder mede, dat er prijsopgave is ge vraagd voor het maken van een zandbak, met deksel, aan de Vrouwenbrug. De heer G. van Leeuwen geeft in overweging, naar aanleiding van het feit dat straks een nieuwe ambtenaar ter secretarie benoemd moet worden, om bij die benoeming er re kening mede te wileln houden dat bijna alle ambtenaren in gemeentedienst Roomsch zijn. Hij wil hier absoluut geen beschuldi ging uitspreken, doch enkel maar een wenk geven. De heer Stadhouder vorzoekt aan de bouwers van de huizen bij de Rij- negommerstraat de verplichting op te leg gen dat deze de langs den Rijksstraatweg loopende stinksloot zullen dempen en dat de gemeente dan voor hare rekening daar in een rioleering zal leggen. Verder zegt de heer Stadhouder dat die sloot tusschcn het Witte huis en Hoogewoning nog niet door het polderbestuur in orde gebracht is, weshalve hij gaarne zou zien dat de ge meente er zorg voor zal dragen dat aan dien stinksloot daar een einde komt. Een zelfde opmerking hoeft hij nog aangaande de sloot bij van der Kwast. De voerz. ant woordt, dat er nog geen bouwvergunning is gevraagd en B. en W. ten aanzien van de "eerste vraag nog geen maatregelen heb ben kunnen nomen. Wat de sloot bij het Witte Huis betreft zal een aanschrijving- tot het polderbestuur gericht worden, ter wijl het onderwerp bedoeld in de laatste vraag nog in behandeling is bij B. en W. De heer Tijssen wijst op het gevaar van de nieuwe ijzeren brievenbussen op het voetpaddeze moeten ofwel worden inge bouwd, ofwel op een voetstuk geplaatst worden, wil men het gevaar voldoende kunnen tegen gaan. De voorz. zegt. toe het verzoek te zullen overbrengen aan het be stuur der Posterijen. De heer Starrenburg verzoekt den zandbak bij de Vrouwenbrug niet te plaatsen voor de woningen, want anders wordt het uitzicht belemmerd. Ver der wijst deze spreker er op, dat het rem- mingswerk bij de Vrouwenbrug is bescha digd en dat het aanbeveling verdi.ent om een hoekijzer aan te brengen. Ook moet het houtwerk geteerd worden, want anders bederft het. De voorz. zal een en ander bespreken in de vergadering van B. en W. De heer Starrenburg heeft nog gehoord dat er bij de aanbesteding van de brug dekken ook een prieel is aanbesteed en of dat. voor rekening der gemeente was. De voorz. antwoordt bevestigend en zegt dat zulks bij de behandeling van de begrooting was geraamd. De heer Starrenburg zegt, dat het oude prieel van den heer van Gils privé was en hij het bij diens vertrek ca deau had gekregen, doch dat hij het maar heeft laten staan omdat het voor hem geen waarde had. Waar de heer van Gils zulks uit privé-middelen betaalde had spreker gedacht dat de tegenwoordige huurder van het raadhuis zulks ook uit eigen middelen zou hebben bestreden. Do heer Stadhouder wijst er op, dat het raad huis werd verhuurd met de gebouwen er bij en dus ook met prieel en daarom is het vernieuwen voor rekening der gemeente ad rem, maar hem heeft het wel verwonderd dat het werk niet is gegund aan den laag- sten inschrijver. De heer Starrenburg roept na nog eenige discussie: „Laat ik het kind maar bij den naam noemen; de kwestie is nergens anders om begonnen dan om te doen uitkomen dat de heer Noordman een zwager van van Rijn is." De heer Noordman, wethouder, noemt deze praatjes bespottelijk en wijst er op dat van Rijn gedurende 9 jaar niet voor de gemeen te gewerkt heeft en nu toevallig iets aan hem wordt gegund wordt daarbij aan stonds gewezen op het wethouderschap van spreker. Indertijd is besloten om het werk in de gemeente te houden en uit den aard der zaak kwamen zij die het dichtste in de buurt wonen het vaakste in aanmer king. Waar nu slechts een gulden verschil was besloten B. en W. ook eens een Hooge Rijndijbcr in aanmerking te laten komen en daarom droegen zij het werk aan van Rijn op. Hierna ontspint zich eene lange discussie over het gunnen van werken, waarbij de heer van Bennekom den wensch uitspreekt, dat in de toekomst het werk zooveel mogelijk wordt gegund aan den laagsten inschrijver. De heer Los wijst er op, dat, toen de heer van Gils vertrok, de gemeente eigenares werd van het prieel en dat deze van toen af ook moest zorgen voor het onderhoud. Dat nu is overgegaan INGEZONDEN MEDEDEELING. HEBBEN DE lö SCH - De 'erp- e gc irstë itbr< N.V.HÖLLANDSCH ZWITSERSCHE CHOCOLADE-FABRIEK ij a ou 1 He lilt tot vernieuwing omdat het slecht was, is geheel in orde. Spreker gelooft alleen niet dat de lieer van Gils dat oude prieel aan aan den heer Starrenburg cadeau heeft gegeven, want hij kon dat niet doen, omdat het was gebouwd op en om boom stammen. Nadat de heer Noordman nog heeft gewezen op het feit dat er zooveel opzetjes plaats hebben bij aanbestedings- werken wordt de vergadering gesloten. ZEVENHOVEN. OPENING VAN HET NE UWE RAADHUIS. Het nieuwe raadhuis dezer gemeente is gistermorgen officieel geopend. Het ge bouw, waarin onder één dak het woonhuis van den burgemeester en het raadhuis zijn ondergebracht, draagt- een vriendelijk voor komen. Het gedeelte, dat het Raadhuis omvat, beslaat slechts twee vertrekken: de secretarie en de raadszaal (waarachter brandvrije archiefkast). De afwerking is eenvoudig, maar smaakvol. Toen gistermorgeu te il uur de plechtige opening plaats had, sierden enkele bloem stukken de groene tafel. Na de ontvangst der genoodigden (wier namen wij gisteren meldden) nam de burgemeester van Zeven hoven, de heer W. J. Bocxe, het woord. Rede burgemeester. Het is vandaag voor Zevenhoven een zeer bijzondere dag, zeide spr., de dag der offï- cieele opening van ons nieuwe raadhuis. Ik wil hier even in 't kort de geschiede nis der totstandkoming vertellen. Vatöraf mopt ik zeggen, dat dit gegaan is op die prettige wijze, die altijd de geest onzer raadsvergaderingen beheerscht. Na mijn benoeming tot burgemeester, in Mei van het vorig jaar, vroeg ik den Raad, wat zij ervan dachten voor mij een ambts woning te doen bouwen. Nadat hierover in twee vergaderingen was gesproken en er in die tweede verga dering reeds plannen werden overgelegd, werd door wethouder Veerman voorgesteld, een tweeledig plan te doen maken, n.l. een woning, en een woning-raadhuis, met ge volg, dat reeds in de eerstdaaropvolgende vergadering werd besloten een raadhuis annex woning te bouwen, en bleef nog over de plaats te bepalen, waar gebouwd zou worden. Nadat in de vergadering van 22 Juli 2927 besloten was aan te koopen het perceel, in den volksmond bekend, als „De Baars", had op 19 Augustus de publieke aanbesteding plaats, en werd begin Sep tember met den bouw begonnen. U ziet, dat alles vlug en vlot van stapel liep, en zoo staan we nu reeds in onze nieuwe raadszaal. Nog niet zoo heel lang geleden kreeg ik een korte beschrijving van Zevenhoven in handen. Daarin lees ik o.a. het volgende: „In 1745 waren hier een menigte plassen en waters, genoeg bekent onder den naam van Zevenliovensche Plas. Het is een zekere waarheid, dat alle deese Plassen een gemakkelijke gelegen heid geven om de turf uit Nieuwkoop en Nieuwveen te vervoeren, waar door het overgebleevene van Dorp en Ambacht nog in order blijft, daar anders hetzelve denkei ij k al geheel wegge weest konde z ij n". Daarbij komt een plaatje voor met het volgend onderschrift: Zeevenhoven mogt voorheen Op meer glans en aanzien roemen, Dan wel thans, daar men het Veen Merkelijk hoord minder noemen. 't Veenen geeft hier wel 't bestaan, Maar eens zal 't dorp gewis daardoor ten gronde gaan". Dit schreef men in 1745. Of onze voor vaderen het mis hadden! Ik geloof van wel. Als wij tenminste zien, dat Zevenho ven, vooral na 1795 de droogmaking van die plassen een bloeiende landbouw- gemeente is. is het tegendeel van hetgeen toen beweerd werd, waar. In diezelfde beschrijving lees ik nog? „Voor wat de gebouwen betrof, moeten wij vooreerst noemen, het Dorps Raadhuis, zijnde een zeer schoon gebouw, staande binnen het Dorp". Thans, ruim 180 jaar later, zullen wij weer spreken van het „raadhuis, zijnde een zeer schoon gebouw, staande in het Dorp". Alvorens te eindigen, aan U, Heeren Raadsleden. U wethouder Veerman, die het initiatief nam tot den raadhuisbouw mede namens mijn vrouw onze oprecht hartelijken dank voor hetgeen hier tot stand is gebracht. Ik hoop. dat hier in Uw midden, in de nieuwe woning, voor ons een gezellig home zal ontstaan, dat mijn ver blijf hier za! veraangenamen. Ik hoop, dat de oude geest uit het oude raadhuis, moge blijven heerschen in deze nieuwe raadszaal, opdat de belangen der gemeente Zevenhoven, evenals dit tot he den het gevai was, op dezelfde aangename wijze mogen blijven behartigd. U, burgemeester Baud. zal het voorze ker een waar genoegen zijn, deze opening te kunnen bijwonen, daar U nog steeds fc - lang blijft stellen in de gemeente, die U, nu een jaar geleden, als hoofd hebt verla ten; ook U zal het ongetwijfeld tot blijd schap stemmen, hier, waar U 35 jaar a's burgemeester is geweest, dit mooie gebouw te zien geopend. U, heeren burgemeesters van Nieuwkoop, Nieuwveen en Ter Aar, hopen we hier meer te ontmoeten, nu Zevenhoven zulk een prachtige gelegenheid heeft ook kier bijeen te komen, zooals we dit jaarlijks ter bespreking onzer gemeenschappelijke be langen der Electrieiteitsbedrijven doen, welke bespreking tot heden echter nog nooit in Zevenhoven plaats had. U, Twaalfhove, aannemer van dit ge bouw, zal 'fc een trots zijn, dit binnen dezo gemeente is mogen verrijzen, waartoe U, v. Vliet, het ontwerp en teekening hebt vervaardigd, waarover L' het toezicht had, voor U zal deze dag een gedenkwaardige zijn, en U mag dan ook steeds met trots dit gebouw beschouwen. Namens de gemeente mijn hartelijken dank aan U, heeren Raadsleden, Slinger land, v. Vliet, Twaalfhoven en de Bruijn, voor de prachtige electrische kroon, in deze zaal geplaatst. MijVoprechten dank aan hen, die mij met een schat van bloemen in mijn nieuwe woning hebben verwelkomd. Heeren Raadsleden en aanwezigen, U allen hoop ik nog dikwijls in deze zaal we der te zien ter bespreking der belangen van Zevenhoven, en eindig ik met den wensch, dat op alle door ons in dit gebouw te nemen besluiten, Gods onmisbaren Ze gen rusten moge. Ik stel U voor, een eerste heildronk op het welzijn van Zevenhoven uit te brengen I Verscheidene toespraken. Weth. Veerman nam daarna het. woord. Spr. zeide, dat hij met gemengde gevoe lens bij deze plechtigheid tegenwoordig is. Dit is de laatste bijeenkomst van den Raad, die hij als raadslid mag bijwonen. Spr. hoopt op zijn manier ook te hebben bijgedragen tot den bloei der gemeente. Hij had de gelukkige gedachte, het Raadhuis met het huis van den burge meester te combineeren. Spr. is ook blij, dat het gebouw staat-, waar het staat midden tusschon de twee dorpskommen. Mag dit een symbool zijn, dat de gemeen tezaken steeds in het juiste midden zullen worden behandeld. Spr. mag verklaren, dat dit de laatste 25 jaar regel was. De ge meentebelangen hebben bij de raadsver gaderingen steeds voorgezeten. Spr. zeide, dat Zevenhoven hem steeds na aan 't hart zal blijven. Hoewel geen ge boren Zevenhovenaar heeft hij hier 40 jaar doorgebracht en veel sympathie mogen ondervinden. Spr. is blij, den bouw van het nieuwe Raadhuis nog meegemaakt te hebben. Het is een schoon gebouw, ook wat betreft het inwendige, dat uitmunt door fijnen smaak, eenvoudig maar deftig, passend bij de zaken, die hier worden be handeld. Weth. Veerman eindigde met den wensch, dat nog jarenlang dit raadhuis in gebruik mag blijven, en bood tenslotte na mens den Raad een electriche kroon voor de Raadzaal aan. Vervolgens werd het woord gevoerd door den heer F. M. Baud, oud-burgemees- ter. Er is een bekend spreekwoord, zeide spr., nieuwe bezems vegen schoon. Dit mo ge voor do nieuwe bezems heel aangenaam zijn, de oude krijgen zoo'n beetje het idee buiten dienst te worden gesteld. Het is hier wel eenigszins het geval. Ja renlang moesten wij ons behelpen en zoo ben je weg, of er verrijst een schitterend nieuw raadhuis. Op menigeen zou dit een minder prettigen indruk maken, maar op mij niet. Spr. wenschte zijn waarde collega daar om van gansoher harte geluk met het nieu we raadhuis dat een bewijs is, dat de prettige samenwerking tusschen burge meester en Raad zich na zijn vertek heeft voortgezet. Eenige jaren geleden, zeide spr„ heb ik met den heer Bocxe kennis gemaakt en het doet hem buitengewoon veel genoegen hem thans als burgemeester hier te zien. De heer Baud besloot met den wensch, dat de heer Bocxe, gesteund door zijn echtgenoote, nog vele jaren in ge zondheid mag werken aan den bloei van Zevenhoven. De heer de Muralt, burgemeester van Ter-Aar, sprak hierna een woord van har telijke gelukwensch. Hij is er trots op, dat deze burgemeester een Ter Aarsche jongen is. In dezen jongen man heeft hij steeds belang gesteld en hij heeft hem zien op groeien en gaande weg zien worden, wat hij thans is. Spr. was steeds overtuigd, dat de heer Bocxe een heel goed burgomees- ter zou worden. Spr. hoopt, dat de bur gemeester nog vele jaren in zijn nieuwe milieu voor de gemeente zal kunnen ijve ren. De heer v. d. Weijden, burgemeester van Nieuwkoop was daarop aan 'fc woord, die ©lei den wensch uitsprak, dat de goede samn werking tusschen burgemester en gemee'011 tenaren steeds moge blijven voortdurj opdat in eendrachtige samenwerking heil van Zevenhoven wordt gediend. De lieer Gesink, burgemeester v Nieuwveen, kwam op tegen het gezegd dat de hr. Baud aanhaalde, nieuwe bezet vegen schoon. Het werk, dat hier door nieuwe burgemesters wordt verricht, is grondvest op hetgeen in de voorafgaat jaren is tot stand gekomen. Spr. beslc ,n zijn toespraak met een heildronk uit brengen op oud-burgemeester Baud. Afscheid weth. Veerman Na deze plechtigheid nam weth. Vee man afscheid van de gemeente. Spr. zeid ruim 25 jaar het vertrouwen der gemeenl naren te hebben genoten en de zaken d pr gemeente ernstig betracht te hebben, iieeit de Raadsvergaderingen met gencf." gen bijgewoond. Ook onder burgemeesti "ei Baud, met wie hij, ondanks een enkel me mngsversehil, met klimmend genoegi heeft samengewerkt. Daarom doet het ij ee] pijn afscheid te moeten nemen, maar zal steeds belang in de gemeente blijvi stellen. Spr. eindigde zijn toespraak m den wensch, dat Gods zegen op deze meente moge rusten. De burgemeester bedankte tensions weth. Veerman. Nog versch ligt in ons geheugen, zeil N spr., de herdenking in onzen Raad, van',e 25-jarig raadslidmaatschap. Wij haddf11" toen niet gedacht, dat U reeds in dit jaar afscheid van ons nemen zoudfc. Ik gevoel mij gedrongen, zei spr., U mi oprechten dank te brengen voor al geen U in het belang dezer gemeente he gedaan, zoowel als raadslid als tijdens l'g ruim 11-jarig wethouderschap. Uw re zij de kroon op al Uw werken en spreM? - wenschte den heer Veerman toe, dat h£ hem in zijn nieuwe woonplaats wel mr gaaD* Ke De burgemeester sloot daarop de bije komst met dank te brengen voor alle sj pathie-betuigingen. Hij had slechts gg wensch: dat alle wenschen, dezen midd ,ja geuit, in vervulling mogen gaan. De ir n reid Is BROOD EN SPELEN. De Otympische Spelen die dit jaar Amsterdam zullen worden gehouden, i ten, naar men hoopt en verwacht, ve 'e vreemdelingen hierheen brengen. Be? f Nederland moge niet alleen „Welkci vreemedeling" zegen, maar zich daarnai 11 ook gedragen. Alleen moeten wij daart ook onszelven niet vergeten en onze eigt gebruiken, zeden en instellingen niet gaj[] verwringen naar 'fc believen van eenii tijdelijke gasten. Zoo zegt terecht Hf Handelsblad dat dan vervolgt: „En daarop schijn toch diegenen aan sturen, die sedert eenigen tijd een soo van campagne voeren tegen de Bakkei wet 1), omdat de vreemdelingen zoo vf ontwaardigd zouden zijn wanneer zij hi 's morgens vóór tienen geen versch bra kunnen krijgen. Wij wantrouwen die hef bewesing. Die groote bezorgdheid vt' het culinaire heil des vreemdelings wel eens, in waarheid, iets anders kunuf zijn: een slimmigheid, waarmee men vsi den vreemdeling gebruik maakt om bres te breken in de Bakkerswet ook voor de Nederlandsche consumenten. Maar hc dat ook zij, deze poging om de Bakker wet te saboteeren, is ons in hooge mal onsympathiek. Die wet, die ons gewen heo^t aan de consumptie, 's morgens va niet warm-versch brood en die de bakkei aan nachtrust heeft geholpen, behoort fc de beste O. W., die ons volk heeft gj maakt. Zij bevordert de volksgezondhei aan twee kanten: die van den consumea door hem het minder gezonde warn brood te onthouden en die van den prodi cent door hem zijn nachtrust te verzek ren. Zoo'n wet willen wij (al heeft ze natrni lijk ook haar bezwaren) niet zien ond« mijnen. Noch voor vreemde, noch voor N derlandsche lekkerbekken. Do vreemd link zal 't jaar hier panem et circens kunnen vinden. Brood en spelen. Ma als hij het eerste elleen kersversch i eten. dan zal hii van de spelen maar_ moeten zien. Wie hier komt, moet zi schikken naar onze zeden en onze wettf£ En de zoo moeilijk verworven nachtrüf der bakkers offeren wij niet weder op a»',c den smaak van een „smeerbuik" (zooi® onze Vlaamsche taalgenooten zouden tffcj gen):. I Hij zij dan vreemd of eigen". 1) Wij gebruiken dezen naam diM kortheidshalve; de regeling van den ba| korsarbcid is echter opgenomen in de gomeene Arbeidswet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 6