BINNENLAND.
TW^E BLAD
DE LEIDSCHE COURANT
VRIJDAG 20 APRIL 1928
THEODORUS RIJKERS, t
Te Helder is gistermorgen, zooals reeds
gemeld, in den ouderdom van 81 jaar,
Theodorus Kijkers overleden de -gewezen
schipper van de Heldersche reddingsboot
der Noord- en Zuid-Hollandsche Keddings-
maatschappij.
Na een korten schooltijd en een korten
leertijd bij verschillende bazen een tim
merman, een kruidenier, een aannemer
aan den wal, kwam de jonge Rijkers als
een rechtgeaard Heldersman op het wa
ter. Het was in den tijd, dat. er nog sche
pen van de groote vaart te Nieuwediep
binnenvielen en dat een heele vloot van
vletten te Helder gestationneerd was, die
dadelijk bij binnenkomst der schepen er
verbinding mee zochten. Ook op de haring
vangst heeft Rijkers gevaren, doch in 1872
werd hij reeds schipper van de reddings
boot, in welke hoedanigheid hij 42 schepen
in nood heeft bijgestaan en met zijn mak
kers in den loop van een halve eeuw bij
elkaar 511 menschenlevens heeft gered.
Toen de tijd voor Rijkers gekomen was
om het commando van de reddingboot
neer te leggen verkeerde hij, gelijk vele
oud-leden zijner bemanning en andere oud
zeelieden in tamelijk benepen omstandig
heden. Dit heeft aanleiding gegeven tot de
stichting van het Dorus Rijkersfonds, dat
thans reeds vrij aardige uitkeeringen doet.
Voor Rijkers eigen ouden dag is toen ook
gezorgd.
Mag het den ouden schipper aan finan-
eieele waardeering wel eens een enkele
keer ontbroken hebben, waardeering voor
zijn vele reddingen is hem in zijn lange
loopbaan ruimschoots ten deel gevallen.
De overledene was reeds door koning
Willem III benoemd tot broeder van den
Nederlandschen Leeuw en begiftigd met
een zilveren medaille. Medailles had hij
vele, ook van H. M. de Koningin Moeder
en van Koningin Wilhelmina. Voorts was
hij o.a. begiftigd met de gouden medaille
van de N. en Z. Hollandsche Reddingmij.,
de zilveren medaille van de Mij. tot Nut
van het Algemeen, het Burgerkruis lie
klasse van België, zilveren medailles van
den koning van Engeland en van Italië,
een gonden horloge van keizer Wilhelm I
en een dasspeld van keizer Wilhelm II vaji
Duitschland enz.
Verleden jaar is Rijkers, ter gelegenheid
van zijn 80en verjaardag in Helder en den
Haag gehuldigd. De nieuwe motorredding
boot., die thans te Helder gestationneerd
is, draagt den naam Dorus Rijkers.
MIDDENSTANDSRAAD.
Verslag der werkzaamheden over 1927.
Verschenen is het verslag der werk
zaamheden van den Middenstandsraad
over het jaar 1927.
Hieraan wordt het volgende ontleend:
Vliegende winkels.
In het hoofdstuk „Vormen van onge-
wenschte concurrentie" wordt het vraag
stuk der vliegende winkels besproken. De
Raad besloot deze zaak tot een punt van
bespreking zijner vergaderingen in 1928 te
maken.
Cadeaustelsel.
Wat betreft ue bestrijding van het ca
deaustelsel wendde de Raad zich tot den
minister van Arbeid, Handel en Nijver
heid, wien hij o.m. verzocht bij den minis
ter van justitie met klein er op te willen
aandringen, ora aan alle officieren van ju
stitie de noodige instructies voor een
strenge en nauwkeurige toepassing van de
Loterijwet te geven.
Zooals bekend is intusschen een minia-
terieele commissie ter bestudeering van
het cadeaustelsel ingesteld.
FEUILLETON.
HETHUISOM DENHOEK
Uit het Engelsch van:
Louis Tracy.
(Nadruk verboden).
43)
In dien vreeselijken tijd stierf mijn moe
der. Ongetwijfeld werd haar dood verhaast
door de misdaad van mijn broeder en het
is heel waarschijnlijk dat zij het testa
ment, dat zij vroeger gemaakt had, ver
nietigde, vermoedelijk met do bedoeling
een ander te maken, maar zij werd, voor
dat zij haar laatsten wil opnieuw had op
gesteld, door een beroerto getroffen. In
ieder geval, werd er geen testament ge
vonden. Dit huis en haar grond behoorde
aan haar, maar zij was hier in de omge
ving volkomen onbekend, daar zij Elmdale
zeker 50 jaar geleden verlaten had. Na
enkele formoele kwesties geregeld te heb
ben, besloten mijn vrouw en ik hier onzen
toevlucht te zoeken, terwijl ik de meisjes
naam van mijn vrouw aannam. Ik kon
mijn werk blijven publiceeren onder mijn
eigen naam, maar in Elmdale was ik altijd
„Stephen Garth" en de catastrophe begon
in onze herinnering al te vervagen, toen
ons kind werd geboren. Wij waren over
tuigd, dat de herinnering aan de misdaad
van James Ogilvey wel totaal vergeten
zou wezen, tegen den tijd dat onze doch
ter volwassen zou zijn.
In ieder geval zouden wij er niets mee
opschieten om haar er iets van te vertel
len en gisteravond hoorde zij de geschie
denis voor het eerst.
Ongeveer acht jaar geleden kwam mijn
ongelukkige broer vrij. Ik had oen samen
komst. met hem in Londen, voorzag hem
overvloedig van geld en stuurde hem naar
de koloniën, terwij] ik cr voor zorgde, dat
hij noch mijn aangenomen naam, noch
mijn adres te weten kwam. Ik hoorde niets
meer van hem tot 'begin Juni nu twee
Winkelsluitin.
Ten aanzien van de winkelsluiting word
opgemerkt dat van het eerste oogenbli
af het streven van den Raad is gewees
om aan elkaar te koppelen de winkelslu
ting en het werktijdenbesluit. Dit. streve
is ook met succes bekroond. Herhaaldelij!
heeft de Raad zijn standpunt ter zake aai
de regeering ontwikkeld en hij is er in ge
slaagd de toezegging te verkrijgen, dat do
invoering van het werktijdenbesluit niet
aan het in werking treden van een wet op
de winkelsluiting zou vooraf gaan.
Werktijdenbesluit.
Wat het. werktijdenbesluit aangaat,
hield de Raad zich met den meesten klem
vast aan het beginsel, dat er geen sprake
van mocht zijn, om den wekelijkschen ar
beidsduur van het winkelpersoneel op ten
hoogste 50 uur te bepalen, daar zul las in
strijd zou zijn met. den geest der Arbeids
wet 1919. De werkweek voor het winkel
personeel moet op 52 uur bepaald worden.
Met genoegen stelde de Raad vast, dat
thans de minister in beginsel de juistheid
van de stelling van den Raad aanvaardde,
dat het winkelbedrijf niet gedoogt, dat de
werktijden van vrouwelijk- en mannelijk
personeel verschillen.
PLAATSKAARTEN VOOR G0EDK00PE
TREINEN.
Een verzekering van de reizigers
tegen regen.
De plaatskaarten voor goodkoope trei
nen, die de Spoorwegen laten loopen, moe
ten steeds te voren genomen worden, een
maatregel die in verband mot het formee-
ren van de treinen noodig is.
Regenachtige zomers weerhouden echter
velen om zich t ij d i g van goedkoope treia
kaarten te voorzien.
Ten einde aan dit bezwaar tegemoet te
komen, zullen de Spoorwegen bij wijze van
proef aan de reizigers van goedkoope trei
nen, die zulks verlangen, de gelegenheid
geven zich bij het koopen der plaatskaar
ten te verzekeren tegen het nadeel, ver
bonden aan het van te voren nemen van
plaatskaarten voor goedkoope treinen.
Iedere reiziger ontvang desverkiezend
tegen betaling van een premie van 10 pet.
van den prijs van de plaatskaart een be
wijs, waarop de houder den prijs van de
genomen plaatskaart kan terugkrijgen, in
dien er op dien dag tusschen 11 uur voorm.
en 5 uur nam. regenval is geweest in de op
het bewijs vermelde plaats van 3 m.M., of
meer.
Of dit laatste het geval is geweest, wordt
in hoogste instantie vastgesteld door of
vanwege het Koninklijk Meteorologisch
Instituut te de Bilt. en door aanplakking
aan het loket van het station waar de
plaatskaart genomen is, bekend gemaakt,
binnen 5 dagen nadat de trein geloopen
heeft.
Terugvordering van het bedrag der ge
nomen plaatskaart wordt gehouden binnen
14 dagen na aankondiging, anders is het
recht op terugvordering vervallen.
Het Koninklijk Meteorologisch Instituut
te de Bilt heeft in de betrokken plaats on
der bevoegd toezicht regenmeters geplaatst
waarmee geconstateerd wordt of er re
genval van 3 m.M. bereikt is.
Bij het nenien van de plaatskaart wordt
aan den reiziger gevraagd voor welke be
stemming hij zich wenscht te verzekeren.
Voor treinen naar verschillende bestem
mingen, bijv. naar do bloembollenvelden
wordt om te bepalen of het al clan niet een
regendag is geweest, één centraal punt
aangewezen.
MINISTER DE GEER TEGEN
„DE TELEGRAAF".
Deurwaarders-advertenties.
Naar „Het. Volk" verneemt, heeft de
Minister van Financiën aan de directeuren
der directe belastingen enz. en der regis
tratie en domeinen de volgende circulaire
gezonden
jaar geleden, toen hij mij een brief stuur,
de, geadresseerd aan Stephen Garth,
waarin hij schreef, dat hij bij mij in huis
wenschte te komen wonen, omdat hij moe
van een zwervend leven was, terwijl hij
mij dreigde in het dorp een huisje te zul
len huren, indien ik weigerde hem te ont
vangen.
Nu waren mijn vrouw en ik vastbeslo
ten, dat hij nooit het pad van onze doch
ter zou doorkruisen, als wij dat verhoeden
konden, daarom besloten wij inderhaast
tot een tijdelijk verblijf in Frankrijk, waar
heen mijn vrouw en dochter al heel spoe
dig vertrokken. Ik zelf besloot de komst
van mijn broer af te wachten om te
trachten hem tot rede te brengen. Als hij
zou blijven volhouden, had ik vastbesloten
mij in het buitenland bij mijn vrouw en
dochter te voegen en zooals mijnheer Dobb
zich zal herinneren, vermaakte ik ten
slotte al mijn bezittingen aan mijn doch
ter met vruchtgebruik voor mijn vrouw.
Ik meende dat dit. noodig was, om gevrij
waard te zijn voor actie van zijn kant,
want hij had erop gezinspeeld, dat hij zich
tekort gedaan voelde, ten opzichte van de
nalatenschap van mijn moeder, een volko
men ongegronde grief, daar ik hem na
vrijlating meer gegeven heb dan hem toe
kwam.
Opdat zijn tegenwoordigheid voor de
dorpsbewoners geheim zou blijven, totdat ik
erin geslaagd zou zijn hein te overreden,
mij en mijn familie.met rust. te laten, zond
ik mijn personeel weg en schikte ik het zoo
dat ik hem in Leyburn ontmoette en over
het. moer met hem terugging. Ik loodste
hem het huis binnen, zonder dat iemand
ons gezien had, maar ik merkte al heel
spoedig, dat ik als een kind was in zijn
handen. Hij speculeerde op mijn angst voor
ruchtbaarheid en dwong mij hom clrank ta
verschaffen. Ik verdroeg dit oen paar da
gen, maar tenslotte weigerde ik hem nog
een druppel alcohol te geven. Er speelde
zich een vreeselijko scene tusschen ons af
hij dreigde niet alleen, de bewoners hier
Het is mij gebleken, dat het dagblad
„De Telegraaf" onder meer aan deurwaar
ders der directe belastingen een korting
verleent van twintig procent der kosten
van advertenties, welke door deze ambte
naren uit hoofde van hun werkzaamheden
moeten worden geplaatst.
Hierbij wordt het uitdrukkelijk voorbe
houd gemaakt, dat die korting niet geheel
of gedeeltelijk aan anderen wordt afge
staan, In verband hiermede bepaal ik dat
door ambtenaren geen advertenties, van
welken aard ook, meer aan bovengenoemd
dagblad ter plaatsing mogen worden aan
geboden.
Ik verzoek u het vorenstaande ter ken
nis te brengen van de hoofden van bu
reaux en kantoren in uwe directie, waartoe
een voldoend aantal afdrukken dezer hier
bij gaat,
WEER EEN GRUWEL-VERHAAL.
Onder de noodige schokkende opschrif
ten worden de lezers der socialistische
pers op het hierna volgend verhaal ver
gast, dat te juist do socialistische persma
nieren teokent, om het niet precies over te
drukken.
„Zooals bijna alle partijgenooten in Bra
bant, was ook de sigarenmaker Stcilcn in
Breda van huis uit roomsch-katholiek. Hij
was een der eerste sigarenmakers, dio lid
werd van den modernen Sigarenmakers-
bond, ruim 25 jaar geleden.
En gedurende al die jaren is bij bezoek
van geestelijken aan hem gezegd, dat hij
als socialist niet tevens roomsch-katholiek
kon zijn.
Steilen had zich reeds lang met die ge
dachte verzoend maar zijn socialistisch
geloof behouden. Totdat hij plotseling riek
werd en de eerwaarde heer pastoor hem
bezocht. Toen deze eerwaarde „Het Vols"
een slechte krant noemde en nog eens po
gingen deed Steilen te bewegen zijn krant
en zijn geloof in het socialisme in den
steek te laten, werd den eerwaarde ver
zocht hierover te zwijgen eri anders heen
te gaan.
Kort daarop is Steilen gestorvon. Op
verzoek van de familie was in do laatste
oogenblikken den eerwaarden heer pastoor
verzocht te komen, die Steilen het II. Olie
sel toediende.
Vreemd keelt de familie op, dat Steilen
wel op het r.-k. kerkhof begraven kon wor
den, maar in ongewijde aarde, omdat
hij socialist was geweest.
Waar de algemeene begraafplaats zeer
slecht is en in den volksmond den naam
van „paardenkerkhof" heeft verkregen,
was de familie door het besluit der r.-k.
geestelijkheid eerst zeer teleurgesteld.
Gelukkig waren de protestanten huma
ner in hun opvattingen en werd vergun
ning gegeven Steilen op heb protestant-
acne kerkhof te begraven. En daaraan al
léén is het te danken, dat onze kameraad
Steilen, die zijn geheele leven hard heeft
gewerkt om den hpnger buiten do deur te
houden en een oppassend huisvader is ge
weest, als loon voor dit zorgvolle leven met
op het „paardenkerkhof" is begraven.
Voor de houding der protestanten heb
ben wij eerbiedover de houding der
roomsch-katholieken zwijgen wij."
De „Maasbode" teekent hierbij aan:
Voor ieder nadenkende is de zaak dui
delijk: de overledene was in zijn leven so
cialist en beeft er, ofschoon een kwart
eeuw lang gewaarschuwd, geen prijs op
gesteld uiterlijk te behooren tot de Kerk,
die aanhangers van dwalingen uit haar
midden bant.
Wie tijdens zijn leven uiterlijk buiten de
Kerk staat en in die houding ook op zijn
sterfbed volhardt, kan na zijn dood niet
kerkelijk begraven worden
Het Heilig Oliesel kan hem. als hij op
het uiterste ligt, worden toegediend, maar
het effect van deze handeling blijft een ge
heim tusschen de ziel en God. Ondanks al
les tracht de Kerk nu eenmaal de ziel te
redden. Maar een kerkelijke begrafenis is
iets uiterlijks en zij wordt geweigerd aan
te lichten, maar ook inij een pioces aan te
doen over dat deel, dat naar hij beweerde
hem toekwam en dat ik zou achtergehou
den hebben van de nalatenschap van
mijn moeder, wier meisjesnaam Faulkner
hier zeker wel bekend is in do buurt. Ik be
greep dat James in een toestand verkeerde
die aan krankzinnigheid grensde. Ik zal
UL niet vermoeien met een beschrijving
van deze vreeselijko periode van vier dagen
en vier nachten en alleen vermelden, dat
hij in een laatsten, hevigen aanval van
woede, getroffen werd door een beroerte en
bijna onmiddellijk stierf.
De man, die mijn goede naam bezoedeld
en mij den laatsten tijd zoo gekweld had,
was in mijn huis overleden. U begrijpt in
wat voor positie ik mij bevond.
Een man, oen vreemdeling, lag dood, on
der omstandigheden, die een onderzoek
noodzakelijk maakten. Ik had geen dokter
er bij gehad en bovendien mijn personeel
tevoren ontslagen, noch eenige hulp uit het
dorp gehaald. Ik had mijn vrouw en doch
ter naar het buitenland gezonden. Alles
wees erop, dat ik met voorbedachten rade
had gehandeld om hem stilletjes uit den
vree te kunnen ruimen.
Een lijkschouwing zou aantoonen, dat de
dood reeds was ingetreden een dag vóór ik
eenige maatregel had genomen. Wanneer
ik enkele papieren, die in het bezit van
mijn broer waren bijvoorbeeld zijn bewijs
van voorwaardelijke invrijheidstelling,
waarvan de termijn al lang verstreken was,
maar dat hij, geloof ik. alleen bewaard had,
om pressie op mij te kunnen uitoefenen
indien ik die zou vernietigen, zou er niets
zijn, dat zijn identiteit zou kunnen vaststel
len. In ieder geval zou iedereen in het be
rin veronderBteben, dat ilc de moordenaar
was. Het geneeskundig onderzoek zou mijn
onschuld wel aan het licht brengen, maar
de heele wereld en zeker mijn kleine
wereld zou weer babbelen over het
schandaal, waarvoor mijn vrouw en ik ons
meer dan twintig iaar geleden hadden te
ruggetrokken. Terwille van mijn vrouw en
mensehen, die voor het uiterlijk onboet
vaardig zijn gestorven.
Dat is klaarblijkelijk het geval gewco.it
met don Bredaschen socialist; indien on
familie getwijfeld zou hebben, had zij zir'i
kunnen wenden tot den Bisschop. Maar tri
fpiten zijn duidelijk genoeg.
Wie er tijdens zijn leven geen prijs o i
stelt tot do Kerk te behooren, maar aii-'i
aansluit bij haar bitterste vijanden, mor
na zijn dood niet die uiterlijke eerbetoo-
ningen verwachten, welke de Kerk aan
haar kinderen schenkt. Indien een „oppas
sende" socialist katholiek kon worden he
graven, zou eon nette Jood wel priester
kunnen worden en een dominee Lof kun
nen doen en een liberaal vQor het altaar
kunnen trouwen. Het eene ri even strij lig
mot de kerkelijke voorschriften als het
ander.
Dat die voorschriften soms pijnlijk zij».,
is onvermijdelijk; ieder gezag moet roras
strenge maatregelen nemen om de ge
meenschap, welke zij bestuurt, te bescher
men.
Sociaal-democraten die zelf oreral com
munisten uitbannen en de vereenigbaar-
heid van het lidmaatschap der S. D. A. P.
en van communistische organisaties be
twisten, moeten zwijgen over de Kerk, die
het socialisme veroordeelde als een lwa-
ling en aanhangers van dwalingen niet in
liara midden duldt.
Katholiek óf socialist, maar beide tege
lijk zijn, gaat niet. Het is dikwijls en dui
delijk genoeg gezegd, en alle socialistisch
misbaar is niets anders dan volksbedrog
op groote schaal.
LEER EN LEVEN.
Uit het Buitenlandsch Overzicht van het
„Volk" citeeren wij het volgende:
„In den aanvang van het Sovjet-bewind
heeft iedere boer oen stuk grond tot zijn
beschikking gekregen. Dc knapsten en de
vlijtigst en hebben de beste resultaten be
reikt, de minder sterke elementen zijn
achterop gekomen. Weldra maakte de intelli
gonte boer zich meester van den akker v. zijn
mindei snuggeren buurman, en deze werd
loonarbeider. Als hij in zijn dorp bleef, ver
huurde hij zich bij den boer; maar velen
trokken naar de stad en vergrootten daar
het leger der werkloozen. Op het platte
land vormde zich de stand der gezeten
boeren, de koelaks, op het platteland ver
scheen de klassenstrijd.
Nu gaat het Sovjet-bewind hot weer eens
opnemen tegen dc koelaks. Zij wil aan de
landarbeiders weer grond bezorgen, zij wil
aan de boeren, die zich hebben meester ge
maakt van de akkers van hun minder voor
uitziende dorpsgenooten, dien grond weer
afnemen, en weer ieder een stuk geven.
Het experiment is gewaagd en als de
Sovjet-regeering voortgaat met de leer te
stellen boven het leven, bereidt zij zich ern
stiger moeilijkheden dan eenige vijand van
buiten haar ooit kon veroorzaken".
Is niet interessanti vraagt hierop de
„Gelderlander".
De leer zegt, dat er gelijkheid moet zijn
voor ali6 menschcn en dat ieder recht heeft
op precies evenveel.
Maar het leven doodt de leer.
Als de leer den grond vandaag verdeelt
in precies even groote stukken, dan vcran-
andert het leven die verdeeling morgen al.
In Sovjet-Rusland gaat de leer een strijd
beproeven tegen het leven. Dat zal haar
einstiger moeilijkheden bezorgen, dan het
buitenland haar ooit berokkenen kan,meent
het „Volk Inderdaad. Inderdaad. Het le
ven laat zich niet binden door een leer.
Doch waarom wordt die leer dan verkon
digd?
Waarom den menschen wijsgemaakt, dat
er een leer is, die het leven aan banden leg
gen kan?
uouater besloot ik tut een zeer vermelei
hulpmiddel mijn toevlucht te nemen. Het
Ugilvey-schandaal van een vorig geslacht
was vergeten. Kon ik mijn eigen naam niet
weer aannemen en mijn broer laten sterven
en begraven als Stephen Garth'i ik begreep
dat mijn eigen gedrag in de voorafgegane
week het aannemelijk zou maken dat ik
zelfmoord had gepleegd, terwijl de spreken
de gelijkenis tusschen mijn broer cn mij cu
tevens het ieit, dat hij aan een beroerte
was gestorven, de illusie zou volmaken. Bo
vendien bestaat er in verband met dit huis
een vreemde legende, die zeven geslachten
van de bezitters doemde te sterven door
een aanval van krankzinnige woede. James
Ogiivey was de zevende en ik'heb een on-
bowust vertrouwen in deze profetie van
een Spaanschen priester, die gedood word
door een berucht zeeroovcr, Faulkner uit de
17de eeuw. Deze voorspelling stond in ver
band met den geest of manifestatie op clen
muur, veroorzaakt door het glas-in-lood
raam op het trapportaal.
In ieder geval, ik vormande mij tot een
macabere onderneming, kleedde mijn
broer in mijn eigen kleeron, hing zijn
lichaam in do hoek van do hail op, waar
het schaduwbeeld, waarover ik het daarnet
had, in dezen tijd van het jaar te zien is en
vluchtte ovor heb moer, na een briel' aan
en Cornonor te hobben geschreven.
Hceren, ik weet dat ik de wet heb over
treden en ik ben bereid de straf voor mijn
daden te ondergaan. Misschien, dat een on
berispelijk en niet geheel nutteloos leven
nu voor mii mag pleiten.
Ik. handelde uit zekeren trots op mijn
werk, en liefde voor mijn vrouw en dochter.
Ik hoopte, dat de doode in vrede zou rus
ten, maar door een onverwachte samenloop
van de omstandigheden is do heele ge
schiedenis aan het licht gekomen.
Verder heb ik niets te zeggen. Nu deze
lange beproeving van stilzwijgen voorbij is,
voel ik me gelukkiger dan dat ik ooit ge
dacht had, dat ik me ooit weer zou voelen
in mijn leven. Ik kan enkele papieren ovcr-
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Zaterdag 21 April.
Hilversum, 1060 M.
12.00 Politieber.
12.302.00 Lunehmnzick door het Tria
non-Trio.
3.50 Italiaansche les.
4.50—5.15 Fransche les.
5.156.00 Duitsche les.
6.00—7.15 Concert door het Omroep
orkest.
7.157.45 Tuinbouw halfuurtje.
7.45 Politieber.
8.05 VAR A-uitzending.
Huizen, 340,9 M. (Na 6 uur 1870 M.)
li.30 Tijdsein.
12.301.30 KRO. Lunchmuziek door het
trio „Winkels".
3.004.00 KRO. Kinderuurtje door de
dames Ria Mulder, Janny Leeflang en den
heer Jac. Suerink.
6.00—6.00 KRO. Dinertnuzielr.
6.006.30 Literair halfuurtje door Willem
Nieuwenbuis: .Toodsche Riten en Symbo
len, door D. Ph de Vries. Op bruisende gol
ven, P. Verhaag. Jan Allemachtig, H. do
Man.
6.307.00 Dinermuziefc.
7.007.30 KRO Cursus Hollandsch door
D. G. G. v. Ringelestein.
7.30—9.00 KRO. spr. Mr. F. Vorstman:
De inrichting van onzen Staat (De provin
ciën).
8.00 KRO. Valkenburgsche avond. Het
Kerk-zangknor St. Cecilia. Krrkapel ^a1-
cobergia". Zang- en Harmoniever. „Wal
ram". Sprs. W. Hermans, Pastoor van Val
kenburg. P. Hens, Burgemeester Jos. Crol-
la, secret. V.V.V. „Het Geuldal".
Da ventry, 1000 M.
10.35 Kerkdienst.
11.20—2.20 Het Carlton-hotel Octet.
B.O0 Blackburn Rovers togen Hudders-
field, voetbalmatch.
5.05 Balladenconeert.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Concertorgolbespeling.
6.50 Nieuwsber.
7.10 Florence Smithson.
7.20 Muziok-causerie.
7.35 De pianomuziek van Liszt,
7.45 Sport-causerie.
8.05 Concert.
9.20 Nieuwsber.
9.35 Vncantie-praatje.
9.50 Nieuwsber.
9.55 „This Freehold", zang, schetsen en
scènes. B.B.C. dans-orkest koor en solisten
10.5512.20 Dansmuziek.
„R a d i o-P a r i s", 1750 M.
9.50—10.00 Concert.
11.501.10 Gramofoonmuziek.
3.051.05 De Homonyme Jazz.
7.50 Kinder halfuurtje.
8.30 Orkestconcert. Dansmuziek.
Langenbcrg. 469 M.
12.251.50 Orkest concert
5.206.20 Concert door het Werag-or-
Icest.
7.35 Vroolijke avond, orkest en solisten.
Daarna tot 12.20 Dansmuziek.
Königswusterhausen, 1250 M.
(Zeesen).
11.207.05 Lezingen en lessen.
4.205.20 Orkestconcert.
7.50 Vroolijk concert.
z9.5011.50 Dansmuziek.
Hamburg, 395 M.
4.20 Anton Dvoraek-concert. Groot or
kest.
5.20 Vroolijk concert.
7.20 Vroolijke avond met Robert Kop
pel, humorist en orkest.
10.5011.50 Cabaret.
Brussel, 509 M.
4.20—5.20 Dansmuziek.
7.35 Orkestconcert. Groot orkest en so
listen.
leggen om eenige ren mijn beweringen ;o
staven. Maar wat het hoofdpunt Jbetrcit
den dood van mijn broer hieromtrent is
niets dan mijn eigen verklaring, aangevKd
misschien door enkele bevindingen van mijn
vriend, dokter Scaife.
Het onderzoek in deze zaak trok, tenge
volge van de houding der autoriteiten en
door de oordeelkundige mededeclingen
van Banks in zijn blad, weinig aandacht.
Een klein bericht deelde mede, dat geble
ken was, dat mr. James Ogilvey was gestor
ven en niet mr. Stephen Karth en er werd
een speciale vergunning verleend om dcu
steen op het kerkhof te Bellerby door een
andere te vervangen.
Natuurlijk was ieder in Elmdale en in de
buurt daarvan vrij nauwkeurig op de hoog
te, maar diezelfde „iedereen" was zoo blij
„de professor" cn zijn vrouw terug te zien,
dat dc eaalc al heel gauw in do doofpot
verdween.
Zelfs Percy Whittaker hield zijn mond.
Begonia-Smith tooverde dien zomer van
den tuin een waar sprookjesland. De zwar
te Prins werd in zijn oorspronkelijke glorie
hersteld en gaf met een stralend gezicht
zijn goedkeuring to kennen, toen een jong
bruidje in haar blanken bruidstooi de trap
afdaalde.
En het slotword van de tragedie van
Elmdale werd gesproken, toen James Wal
ker senior en James Walker junior uit het
raam van hun kantoor keken, toen Sir Ro
bert en Lady Dalrymple voorbij reden, om
hun reis naar Parijs en bet vasteland van
Europa van het station Nnttonby te begin
nen.
Wie had ooit kunnen denken, Jimmy
dat wij, toen wij „Het Huis om don Hoek*
aan een vreemdeling, een zekeren mr. Ro
bert Armathwaite, verhuurden, indirect do
Mine waren tot het. huwelijk van M<^g
tI'i e.n Sir Robert Dalrymple?
Drj had ik zeker niet gedacht!, zei
Walker Jr. somber.
EINDE.