tWITSERSCHE
rOX ZWAARDER 4EWKHT
UIT MEXICO
10cts REEPEN
>f
EISCHTdus ONZE lOcIs reepen,want
I i 1 ze zijn 2cts per stuk meer waard.
SPORT.
i
VOOR ONZ'
1 KINDEREN.
OPSTANDIGE KATHOLIEKEN". ZIJ ZONGEN EEN TE DEUM,
TERWIJL ZE DEN DOOD TEGEMOET GINGEN. ENGELSCHE
EN AMERIKAANSCHE VLIEGTUIGEN VOOR CALLES
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
hebbende HOLLANDsch- (f)
[Reeds verschillende malen vermeldden
telegrammen uit Mexico, dat ie regee-
ringstroepen een overwinning bfehaald
hadden en dat de „rebellen" verslagen wa
ren. Maar bij de beoordeeling van de waar
de, die wij aan zulke berichtei moeten
hechten, mogen we niet uit hé oog ver
liezen, dat de Mexicaansche regeering,
die de verschrikkelijkste gruwden durft
bedrijven, voor een leugen niet terugschrikt
En nu moge het waar zijn, dit in een
land als Mexico, waar het uitvaagsel der
geheele wereld, allerlei avonturers en ge
lukzoekers, hun fortuin gaan beproeven,
nu en dan een optreden van •egeerings-
troepen tegen bandieten en roverbenden
noodzakelijk is, doch dat geefc niemand
het recht om de katholieken, lie onder
allerlei vervolgingen gebukt gian, voor
opstandelingen uit te maken. Als alle ka
tholieken van Mexico eensgeziid in ver
zet kwamen, tegen het schrikbewind, dan
waren de uren van Calles gesteld. Maar
vooreerst ontbreekt hun een krachtige lei
ding en het noodige doorzettingivermogen.
Bovendien hebben de menschen reeds zoo
veel geleden, dat ze aan de vervolging zijn
gewoon geraakt, en dat er een geest van
lijdelijk verduren over hen gekomen is. Zij
beschouwen hun lijden als boete na schuld
en houden boeteprocessie.
Maar Calles' regeering moet rich voor
de buitenwereld trachten te rechtvaardi
gen. Eerst hebben ze gezegd: «r is in
Mexico absoluut geen vervolging. Toen
echtèr buitenlandsche journalisten de
waarheid aan het licht brachten, en ont
hullingen deden over de bloedige maatre
gelen, die de beulenregeering van Mexico
tegen de menschen nam, toen Callesde
verontwaardiging van de heele beschaafde
wereld vreesde, werden alle katholieken
voor „rebellen" uitgemaakt. Immers bij de
wet is iedere uitoefening, verbreiding of
prediking van de katholieke leer verboden.
.Wie dus zijn plichten als katholiek ver
vult, wie een H. Mis, of eenige godsdien
stige prediking, onderricht of oelening bij
woont, overtreedt de wet en is dis opstan
deling. En zoo wordt de wereld dï meening
bijgebracht, dat heel de katholieke kerk
van Mexico in opstand is tegei de re
geering. Want die katholieken vin Mexico
gaan den langen moeilijken kruisweg van
hun lijden, en vervullen hun jpdsdienst-
plichten. Geen enkele regeering, geen en
kele wet, niemand is in staat >m dit te
beletten.
In het blad ,.E1 Universal", lat in do
hoofdstad van Mexico verschijnt, vonden
wij een beschrijving van hetgeen vier ka
tholieken te verduren hadden, die wegens
„godsdienstige propaganda" naa
kolonie op de eilanden „Las Tr
verbannen waren. Daar worder de n
schen gekweld en gefolterd met 'n r.i-
Bchen haat en wreedheid, zoo g<
wij onzen lezers 'n beschrijving n
ren. De kerkvervolging maakt 1
nieuwe slachtoffers, maar het is
renswaardig met welk een heldh
de martelaren van Mexico den
gemoet gaan.
Toen de priester Angelo Maltin e
Pueblo-Nenevo gemarteld werd, en de beu
len gereed stonden om het doodvonni te
voltrekken (zijn eenige misdaad was, dat
hij een stervende voorzien had wn de
laatste H. Sacramenten), zong hjj r e hel
dere stem het „Te Deum".
Toen hij de woorden „Te Domnvm Con
fitemur, U Heer, belijden wij", voleindigd^
had. troffen de kogels van hete cid
peleton zijn hartstreek en viel hj voorc e.
neer.
pok zijn broer Augustin, die zich.jnp het
priesterschap voorbereidde, werd or) bevel
van Gen. Carillo doodgeschoten, nada men
eerst gepoogd had hem afvallig te maken.
Maar onder het uitroepen van „Leve Ko
ning Christus" ging ook hij onveischrokken,
den dood tegemoet.
De Chicago Daily News van 11 Februari
bevat een bericht van haar MericaaAS' h"
correspondent Harry Nicholls, wat
groot gewicht is voor de beoordeeling ram
den toestand in Mexico, en dat de houd in g
van de Bisschoppen van Mexico in een
helder daglicht plaatst. We lezen in het
verslag van Harry Nicholls: „Het is wel
erg voor de regeering van Calles dat de
katholieken niet naar de wapens willen
grijpen, maar dat zij alleen woorden van
protest doen weerklinken". Dit bericht is
van des te meer beteekenis omdat deze
berichtgever van de Chicago Daily News
vroeger de officieele spreekbuis was van
de Mexicaansche politie-autoriteiten. Ook
hier zal de waarheid dus haar triomfen
vieren.
Engeland heeft aan Mexico 12 vliegtui
gen geleverd, die bereids in Vera Cruz zijn
aangekomen en die moeten dienen om op
opstandige katholieken te bestrijden. Ook
uit Amerika zijn 4 vliegtuigen naar Mexico
vertrokken om de katholieke dorpen en
steden waar godsdienstoefeningen en pro
cessies gehouden worden vanuit do lucht
te bombardeeren.
Zooals reeds gemeld werd, is de Bis
schop van Ternaulipas Serafini Armora y
Gonzales in hechtenis genomen: hij was
de eerste bisschop die na de verbanning
van alle bisschoppen gearresteerd werd.
Omtrent zijn lot is niets bekend, zelfs de
beschuldigingen die tegen hem uitgebracht
werden zijn niet eens bekend gemaakt. P-
Samucl Guiori en P. Ramon Gutierrez wer
den in Chihuahua wegens het uitoefenen
hunner priesterlijke bedieningen gearres
teerd en over de grens gezet. Datzelfde lot
trof den priester Francisco Alvarez. To
Pindad werd een pater Franciscaan en een
leek Carlos Gomez gevangen genomen en
naar de hoofdstad gesleept. In San Louis
Potosi werd de priester Manuel Compa in
hechtenis genomen omdat hij geboorte-,
huwelijk- en sterfteregisters had bijgehou
den en de H. Mis had opgedragen. Hij
werd naar het politiebureau in de hoofd
stad gevoerd tegelijk met een leek, Prisul
Liano Garza, die in Monterey gearresteerd
werd onder beschuldiging het eigendom
van den voortvluchtigen Bisschop de la
Mora op zijn naam gezet te hebben, om
te voorkomen dat Calles het in beslag zou
nemen.
Uit den Staat Michcan werd gemeld dat-
twee Franciscanen om wille van hun ge
loof vermoord zijn. P. Junipero de la Vega
en P. Humilde Martinies 16 Februari wer
den zij op weg naar Yurecuari doodgescho
ten. Beide priesters woonden sedert Augus
tus 1926 in het klooster te Coronco waar
zij tot het einde van het jaar 1927 bleven.
Pater Junipero werd ziek en werd naar den
dokter te Samora gestuurd. P. Humilde
vergezelde hem. Zij werden echter onder
weg gegrepen en zonder reden in de ge-
ngenis geworpen, daarna zouden zij
ar de stad Mexico gestuurd worden, zij
rden echter bijtijds gewaarschuwd en
daarom hielden zij zich in Samora verbor-
Een verrader echter maakte hun
uilplaats bekend. Toen werden zij tot
i 15den Februari in de gevangenis te
'da gevangen gehouden. Zonder eenigen
m van proces werden zij den 16den
Februari door een escorte doodgeschoten.
Te Salamanca (Guanajualo) werd Pas-
ioor M. Peres en een vooraanstaand ka
tholiek Francisco Camius in hechtenis ge-
nomen, zonder dat iu het minst kon be
weren worden dat zij tot de „opstandelin-
i gei behoorden. Zij waren aangeklaagd en
1 dus werden zij zonder verder onderzoek
j cl omgeschoten. In den staat. Queretaro
:rd een priester om hetzelfde misdrijf
xlgeschoten, zijn naam is nog onbekend.
Tc- Edinburg in Schotland werd kort ge-
1 :en een protestvergadering gehouden
f ?^en de kerkvervolging in Mexico, na de
j rede van Mgr. Graham gaf Mgr. Donovat
"e-,1 overzicht van de Mexicaansche ter-
u,Na de voordracht stond een man op,
naderde Mgr. Graham, verklaarde dat hij
lit Mexico kwam en zei toen woorde-
iIt „Ik ben wel protestant en ook vrij-
laar maar ik moet toch getiugen dat
al Mgr. Donovet verzekerd heeft de
waarheid is. Ik houd van het Mexi-
Rans die volk en gevoel er het diepste me-
del i voor".
Tot zoover Theodora! Wij zullen nog
moeten een beetje geduld hebben, maar we
krijgen „Ons Hoekje" terug en zoolang ik
medewerksters en -werkers heb als Theo
dora, Tante Marie, Tante Cor, Tante
Lous en Ellen en Cadier en Leo en Bep
en Johan en Cato, enz. enz. zal „Ons
Hoekje" blijven ook in de toekomst, het
graag gelezen Hoekje door groot en klein.
En nu Theodora, met dank en groet en
hand! Veel groeten aan alle huisgenoo-
ten!
Johan de Graaf, Zijlsingel,
Leiden. Ik dank je wel voor het keu
rige opstel over de Lente. Ik laat dit vast
plaatsen, maar nog even geduld. De berg
copy hoopt zich angstwekkend op en toch.
wou ik zoo graag jouw werk zoo spoedig
mogelijk een plaats geven! Zie eens bin
nen veertien dagen. Ik laat mijn sprookje
ook liggen om anderen aan het woord te
laten. En het plan? Uitstekend! Maak al
vast een bundel klaar, dan kunnen wo
zoodra we in Augustus ongeveer weer in
ons gewonen doen zijn een speciaal
hoekje voor jou reserveeren. Zoo krijgen
we ook voor „Elk wat wils". Dag Johan!
Bij voorbaat mijn dank!
Cadier, Leiden. In dank alles
ontvangenDe bewuste verzen zie ik met
belangstelling tegemoet. En het verhaal?
Het wordt n. t. geplaatst. Het is geschikt
voor de Grooten. Met hand en groet en
den besten dank voor je zeer gewaardeer
de medewerking. Dag Óadier!
Tante Lous, Leiden. Dat eerste
verhaaltje vind ik perfect enals die
twee alleraardigste teekeningetjes erbij
konden komen, ter nadere illustreering,
dan zou het nog meer in waarde winnen.
Dat is juist wat een kind graag ziet, maar
dat is het ook juist, wat de krant duur
maakt. Ik kom eens aan. Dag Tante! Tot
ziens! Nog even geduld!
En nu nog een woord aan alle ongedul
dige lezeressen en lezers. We hebben „Ons
oude Hoekje" nog niet terug. Dat zal in
de eerste drie maanden nog niet het geval
zijn! Maargeduld! We krijgen onze
vaste plaats weer terug en dan hoop ik
alle Neefjes en Nichtjes, Ooms en Tantes
ruimschoots in de gelegenheid te stellen
hun of haar bijdragen op te nemen. Ziet
daarom eiken dag nauwkeurig de krant
na! Staan we er niet Zaterdags in, kijkt
dan 's Maandags eens of een anderen dag!
We moeten woekeren met de ruimte, die
we hebben, en zoolang we nog niet zelf
drukken in onze eigen drukkerij, zoolang
zal „Ons Hoekje" nog niet kunen zijn, wat
wij allen ervan wenschen en hoe wij allen
het graag zouden zien. Ik groet U allen
zeer
Van een jongetje die graag lang op
wi!de blijven.
„Als ik wat lang opblijf, en ik zit aan ta
fel te lezen, dan zal ik heusch niet in slaap
vallen", pochte kleine Toon.
„Goed", zei moeder, „we zullen zien.
Maar dan moet je maar 'ns op een andereu
avond wat langer opblijven, hoor!"
„Wanneer dan, Moe?"
„Mischien morgen of overmorgen. Dat
hangt er van af hoe braaf je bent
Daar bleef het bij en Toon ging naar bed.
Maar den volgenden avond vroeg hij aan
z'n moeder: „Moe, mag ik wat langer op
blijven?"
„Neen Toon, vanavond nog niet!" ant
woordde moeder. „Morgenavond en nu niet
meer baniken, hoor!"
Toon had graag nog gevraagd: „Waarom
vanavond niet?" Maar hij durfde niet goed,
want moeder wilde niet hebben, dat hij
bleef zeuren.
Het was weer avond. En nu mocht Toon
wat langer opblijven. Heer deftig zat-ie in
z'n schoolboek te lezen en hij voelde nie'.s
geen slaap. Klaas Vaak kon voorloopig wel
wegblijven, maar of ie het deed? Dat. zou je
't beste aan Toon kunnen vragen. Af en toe
was 't niet of z'n oogen dicht werden ge
trokken, en als ie daarvan last kreeg, zei
moeder altijd: „Klaas Vaak begint jo te
plagen!"
Toon hiold zich echter kranig. Hij bogen
nu met. ziju handen onder 't hoofd te lezen.
Net of ie een student was, die zijn les goed
moest leeren, en er nog niet vee,l van kende.
'n Poosje ging dat zoo goed. Maar toen 't
wat verder was, leek 't wel of ie z'n oogen
bijna niet meer kon open houden. En z'n
hoofd woog zoo zwaar, 't was net of het
naar beneden werd gedrukt. Kè, hij kon de
letters bijna niet meer lezen. Het was of ze
op 't papier dansten. Toen kreeg Klaas
Vaak meor moed en voord turend probeerde
hij de oogen van Toon toe te trekken. Zoo'n
lastpostToon kon niet meer tegen z'n pla
gen. En zonder dat hij er erg in had, ging
hij zoo gemakkelijk mogelijk met z'n hoofd
op de tafel lilggen. En zoo viel hij in slaap.
Moeder stootte vader eens aan en zij moes
ten beiden lachen. Daar zat Toontje nu,
pochen kon hij, maar lang opblijven niet.
Toen heeft moeder Toon wakker gemaakt
en slaapdronken was hij, toen ie z'n avond
gebed deed en slaapdronken ook toen ie
z'n bed opzocht.
Lisse. Cath. v. Gerven.
Waarom ze te laat kwamen.
't Is 's middags twee uur. De jongens van
de 3do en 4de klasse zitten netjes in de
banken, en wachten geduldig af. wanneer
meester met 't gebed zal beginnen. De
meester kijkt de klas eens rond en bemerkt,
dat er 'n viertal jongens afwezig zijn. Na
tuurlijk weer Hein Stevens, Piet Klapper,
Klaas Vermeer en Toon Bakker. Die komen
den laatsten tijd geregeld te laat en weten
altijd een uitvluchtje. We zullen maar be
ginnen jongens, zegt de meester. Handen
zamen. Weldra klinken de heldere stemmen
door de school. Daarna begon het rekenen.
Meester schrijft de sommen op 't bord, d'e
de jongens moeten maken.
't Poosje is de klas bezig, of daar wordt
zachtjes op de deur geklopt. Do jongens
kijken van hun werk op; de meester roept:
binnen, en ja hoor, 't zijn de vier bekenden.
„Hein, vraagt meester, waar kom jij van
daan?"
„Kan er niets aan doen, meester, 't Is
mijn schuld niet; onze klok ging achter.'"
Meester zegt: „die klok bij jullie gaat
ook altijd achter! En waar kom jij vandaan,
Klapper?"
„Ik kon m'n boeken zoo gauw niet vin
den en toen ik ze vond.... was 't al over
tweeën".
„Nu we gaan verder. En jij Vermeer,
waar kom jij vandaan?"
„Mijn moeder moest 'n boodschap doen
en toen moest ik op broertje passen!"
„Nou ja, al weer wat moois gelogen! Zoo
zoo, en Toontje Bakker, ook weer te laa*.
Wat is daar de reden van?"
„Toon begint zachtjes te snikken; geen
antwoord volgt. Nog 'n nummertje muziek
erbij.
„Wat scheelt eraan, Bakker?"
Met korte zinnen komt het er uit. Do {m-
deren hebben alles algezegd.... en
nu.weet ik niks meer".
De heele klas giert het uit van pret. Mets
ter zelf kan z'n lachen niet inhouden.
„Gaan jullie maar zitten, na vier zal ik
jullio tijd geven, om nog meer te bedenken
voor je leugenboek".
Adriana Waaijer.
DE FAMILIE LANGSTAART.
In een groot hol onder de keldertrap van
een oud deftig huis, woonde eens do fami
lie Langstaart, die aan hun negen kinder
tjes een uitstekende opvoeding gaven.
Mevrouw Langstaart was een bijzondere
heldere muizenmoeder, 's avonds als de
katten uit de keuken waren, dan maakte
zij haar heele huis schoon, de vuile stroot
jes gingen uit het nest, ze ging er dan
nchoone indoen, die ze vlug uit de matten
der keukenstoelen knaagde. Zij was een
klein coquette muizenmoedertje; van een
blauw lapje, dat uit de naaidoos was ge
vallen, had ze een allerliefst mutsje ge
mankt en als ze veel visite kreeg van de
tndere muizen, deed ze netjes een wit
Schortje voor. Vader Langstaart droeg bij
too'n gelegenheid een keurig fluweel vest
je en een extra hoog witte boord. De mui-
renkindertjes kregen dan extra mooie lint
jes om hun hals, de meisjes een blauw en
ie jongensmuisjes een dito aan hun staart.
Het spijt me, dat ik zelf nooit in het hol
heb kunnen kijken; 't moet er wel keurig
nitgezion hebben, want zooals u ziet was
iievr. Langstaart steeds aan 't schoonma
ken, zo had het in haar muizenhuishouden
heel erg druk.
Als Mies en Jotta, de beide poesen des
nachts in de keuker^ waren dan kwam de
familie Langstaart niet te voorschijn. Mijn
heer en mevrouw Langstaart waagden het
soms wel eens even om een hoekje te kij
ken, om eenige kruimeltjes wog te nemen,
doch het was een heel waagwerkje, want
de poesen merkten het dadelijk en gingen
dan op de loer liggen. Gelukkig voor de fa
milie Langstaart, dat Mies en Jetta meest
al op zolder op de ratten moesten passen,
die veel ondeugender waren. Het was aller
aardigst om te zien, hoe mevrouw Lang
staart haar kindertjes zelf zangles gaf.
Twee van hen, de oudste hadden zware
basstemmen en konden den hoogen muizen-
piep maar niet te pakken krijgen, dat was
natuurlijk erg jammer, want het muizen-
rolkslied, waarin de hooge muizenpiep
steeds voorkomt, behoort elke muis goed te
kennen, evenals onze kinderen het a, b, c.
t Heeft mevrouw Langstaart dan ook heel
vat moeite gekost om haar kindertjes de
doordringende heldere piepstemmen te lee
ren; doch ze heeft eer van haar werk, want
t zijn alle keurige nette mudjes geworden,
terwijl ze in de muizenwe als zeer mu
zikaal genoemd worden.
Eens op een mon! ]<>n! -ns 't groot
feest bij de familie i oudste
dochtertje van rncvr Li g trou
wen niet Jonkheer riep :(t 'r hui*. Deze def
tige familie WU /oer beroemd a de bui
tengewone mooie Tango en dikke staartjes,
die ze hsddflöu Jol: .c Riep in 't huis
had voor zijn bruidje een keurig hol klaar
gemaakt, om het dadelijk na de bruiloft te
kunnen betrekken. Het was een prachtig
feest en alle familieleden waren noodigd.
Moeder Langstaart gunde zich geen rust
voordat alle feestkleertjes van de kinderen
in orde waren. Ze hadden lekkernijen in
overvloed. Als dekschalen gebruikte men
notendoppen,' die tot bovenaan gevuld wa
ren met lekkere broodkruimeltjes en sui-
kerkorreltjes. Het bruidje was verrukt over
haar bruidsjapon, dat moeder Langstaart
gemaakt had van een lapje wit vitrage. Ze
vond het reuze voornaam om voortaan me
vrouw Piep in 't huis geb. Langstaart te
heetenl
Het nieuwe huis was door bruid en brui
degom bestrooid met biezen uit de mat
ten van een keukenstoel. Ze hadden samen
een lieelen nacht noodig gehad om alles los
te knagen en onder uit de zitting te trek-
Kcnhet nieuwe huis zag er keurig uit en
aan de zitting der keukenstal was bijna
niets te zien, tenminste niet aan don bo
venkant, maar aan den onderkant van de
zitting hingen er lange plukken bij, maar
dat kon hun niets schelen, ze hadden dien
nacht een allergezelligste bruiloft gevierd.
Mevr. o. A.
Lentezang.
Als de knop ontspruit,
Komen blaadjes uit.
Gonzen vlinders rond,
Doen den menschen kond,
Dat de lente naakt,
Als de zonne blaakt!
Overal is vreugd,
Bij volwassenen, bij jeugd.
Alles zingt nu blij,
Ieder lacht en gij?
Lacht en doet als wij,
Als 't veulentje in de wei!
In 't diepe dal
Klinkt reeds hoorngeschl,
Er trekt een jachtstoet her;
Een kerkklok luidt heel ver;
De lucht iB heldor blauw
De aardo baadt in dauw
Ziet, daarginds dat kind!
In den zooten wind
Plukt het bloempjes af,
Wellicht voor moeder's graf.
Haasjes springen rond,
In den morgenstond.
Nieuw leven is overal,
Op hei, in veld, in stal;1
Dartel springt een veulen op
Zonder zorgen in den kop;
Kuikens loopen op 't erf
Of kak'len op gindsche werf.
In 't slootje zwemt de eend;
Alles is tezaam vereend
Om te vieren 't groote feest,
Waarvan ik houd 't meest.
Laat ons nu ook feesten gaan,
Want dra komt de Lente aan
Rooie Kees.
ROEIEN.
DE WEDSTRIJD
OXFORD—CAMBRIDGE.
Een gemakkelijke zege van Combridge.
Zaterdag is de jaarlijksche roeiwedstrijd
tuschen de universitcitsploegen van Ox
ford en Combridge gehouden over het 4 1/2
mijl lange porcours van Tutney Bridge
naar Mortlakc.
Cambridge was het beste weg en nam
spoedig met een halve lengte do leiding;
Oxford trachtte met snelel spurts den ach
terstand wol in te halen, maar Cambridge
liet beter waterwerk zien, roeido veel roo-
poler en liep geleidelijk meer uit, zoodat,
toen de ploegen Hammersmith Bridge na ij
derden Cambridge reeds een lengte voor
was. Toen kwam er water tusschen de
booten en bij het passeeren van de brug
was de afstand reeds tot 11/4 lengte ver
groot. Oxford gaf teekenen van vermoeid
heid, zakte af, zoodat Cambridge geleide
lijk haar voorsprong kon vergrooten eri
bijna 3 lengten voor was na het passeeren
van de 2 1/2 mijl.
Na drie mijl was Cambridge reeds vier
lengten voor, en bij Bernes' Bridge bleek
zij nog meer te zijn uitgeloopen. In schit
terenden stijl beëindigde Cambridge ten
I slotte onder donderend gejuich de race in
20 min. 25 sec. Oxford was vele lengten
achter.
Volgens een lntere officieele opgave
heeft Cambridge met 10 lengten voor
sprong gewonnen.
In het geheel heeft Oxford nu 40 maal
en Cambridge 39 maal de race gewonnen.
Eenmaal kwamen de ploegen gelijk door
I de finish.
CORRESPONDENTIE.
Mien God dijn, Leiden. Het
opstel is heel aardig. Ik zou er een
voor geven enals (let op als!) v
eens veel plaats hadden, dan liet ik hut
direct plaatsen. Nu moet je nog even
duld hebben! Dag Nichtje!
Frans v. Alphen, Leiden.
Welkom Frans! Een Neefje van Willy
Brand is mij dubbel welkom! Zeker mag
jij meedoen! Maak maar eens wat!-Dan
zullen wij eens zien, of voor jou een plaats
je beschikbaar is. Veel groetjes aan vader
en moeder en ook aan de jongere broertjes
en zusjes? Zul je dat doen? Dag Frans!
Anny Bontje, Roelof arend s-
v e e n. Zeker had jij je best gedaan
De raadsels goed; het schrift prachtig en
precies gedaan, dat ik verlangde. Wie zou
het beter wenschen kunnen? Het prijsje
wacht nog. Volhouden! Ook „gedag" aan
je zusje Marie. Dag Anny!
L o n a Stigter, woonschip,
Morschsingci, Leiden. Flink
zoo Lona; jij hebt ook eens laten zien, wat
je kende en ik kan me best begrijpen, dat
iemand, die in 'n „woonBehip" woont, ook
dicht over varen en roeien en wat daar
mee in verband staat. Hoor'ns, wat Lena
zingt:
„Er waren eens drie kaboutertjes,
„Dio wilden gaan varen op zee.
„Zc zagen een schommelend schuitje.
„Een schuitje dat lag aan de rëe.
eten zich alledrie drijven,
reven, zoo heerlijk en zacht;
ichten zoo altijd te blijven,
„V a roeien ging boven hun kracht".
Ziezo Heeft Lena dat mooi gezegd of
ni v' ou het haar verbeteren? Dag
j u >n volgenden wedstrijd zie ik
.s el?
d n' Kempen, S t o m p w ij k.
V<r ia, wat ben jij een leukerd!
eprobeerd een A. B. C. te
el niet meer, is wel? Als ik
e te beschikken had het
du i je ziet zou ik natuur-
I V -)u stukje een plaatsje geven,
- - k het bewaren tot betere
tijden dderkeerig vader, moeder,
broertje
X h e o d o r a Leiden! Ik dank u
bii ii v h de» mij toegezonden vers
je an n anders dan het ten zeer-
st( - hoe U over „Ons Hoek
je' ienkt, wil ik in zijn ge
heel i dr.; 3n, omdat het zoo pre
cies oral in deze dagen van
alle bo- k hoop aldus Theo
dora - - k; iderblad weer net zal
wordei. u Dat verdient U ten
volle het leukste en aardig
ste g van srant. Het is het eer
ste, v. r F* naar kijken of Uw
Hoekj i', J ld is. Binnenkort be
gin ik f.-i 1 over „De Gelder-
sche Acht o d al u dan de „vervol
gen" 'fil UI