UIT DE PERS. t BINNENLAND. Rechtzaken. I TWEEDE BLAD „DE LEIDSCHE COURANT" DINSDAG 28 FEBRUARI 1928 DE MENSCHEN KUNNEN BETER ZIJN DAN HUNNE LEER. D« S. D. A. P.'er Henri Polak en de werk gevers. In De Volkskrant lezen we De bokende Henri Polak vierde zijn zestigste verjaardag. Van alle zijden werd aan deze nobele figuur in de arbeidersbe weging hulde gebracht. En deze hulde is verdiend. Henri Polak hebben wij altijd beschouwd als een der beste onder de so ciaal-democraten. Zijn harde werk heeft aan vele duizenden arbeiders een beter bestaan geschonken en ongetwijfeld bijge dragen tot de maatschappelijke verheffing van den geheelen arbeidersstand. Hem is dan ook een spontane hulde ge bracht. Niet slechts door zijn partijgenoo- t>en, maar ook door vele anderen. O.a. ook door de leden van de Beurs voor den Dia^ manthandel. 3 Toen dit geschiedde, zeide Henri Polak o.a.: „De huldiging van do leden van de Heurs heeft voor mij een heel bizondere \fraarde. Het heeft een onuitwischbaren in- Irok op mij gemaakt, dat werkgevers en looplieden zich vereenigd hebben om mij huldigen. De verhoudingen in het dia- nantvak zijn heel anders dan in andere bedrijven." 1 Uit den mond van een sociaal-democraat klinken deze woorden zonderling Zij zijn dprecht gemeend, dit staat buiten twijfel, maar niemand zal ze overeen kunnen brer" met de leer en de praktijk van den klassenstrijd. Gebeurt zoo iets bij ons. wordt een on zer arbeidersleiders door werkgevers ge huldigd, dan staan „Volk" en „Notenkra ker" vol spot; dan is er voor deze bladen weer een gelegenheid, om den draak te steken met ons solidariteitsbeginsel. Met dit beginsel toch kunnen de socialisten zich uiterlijk niet verzoenen. Het is im mers de tegenstelling van den klassen strijd. t Innerlijk gevoelen sommigen hunner en misschien zijn het er zeer velen ech- t>«r de onwaarachtigheid van de klassen- Strijdleer en de natuurlijkheid van het so- lidariteitsprinciep. Henri Polak gaf hieraan uiting. De hul diging door de werkgevers maakt op hem xelfs een „onuitwischbaren indruk". J En andermaal hebben wij ondervonden, dat de menschen beter kunnen zijn, dan hunne leer 1 k R. K. STAATSPARTIJ. Politieke rede van Mr. P. J. M. Aalberse. Zaterdag had in het St. Jozefgebouw te Almelo een buitengewone vergadering plaats van den Prov. Bond van R. IC. Kies- vereen'gingen in Overijssel, onder leiding van den heer G. ter Steege. n De vergadering werd bijgewoond door den heer J. C. L. van der Lande, lid der Eerste Kamer voor Overijsel, de heeren G. H. P. Bloemen en mr. dr. J. W. Schneider, voorts door afgevaardigden van 43 afdeelingen. Mr. P. J. Aalberse heeft op deze verga dering een rede uitgesproken over den po- litieken toestand bij Dr. Schaepmans's dood en dien van thans. Men bespeurt tegenwoordig een zekere minachting voor de politiek; men betreurt, dat sommige specifiek-katholieke eischen fiiefc zijn vervuld. In Febr. 1903 wees spr. échter reeds op de bekende rede van Dr. Schaepman, gehouden op den Frieschen Katholiekendag in 1902, een rede, die begon met den klassieken aanhef: wij kunnen den toestand samenvatten in de woorden: we hebben een christelijke regeering, gesteund door een christelijke meerderheid in de Kamer, en in welke rede de Doctor o.m. zeide, dat men heeft gewild een christelijke meerderheid en een christelijke regeering en dat men nu ook moet hebben den moed der zelfoverwinning en van zekere volgzaam heid. Daarin ligt ook nu nog voor ons een les. Velen spreken met minachting-over de coa litie. De Katholieken, zeggen zij, moeten zich zelf zijn en eischen stellen, waaraan anderen zich hebben te onderwerpen, zoo niet, dan moeten de Katholieken uitzien naar ccii andere coalitie. Hieruit blijkt een misverstand. Men legt bij het optreden van een christelijke meer derheid in een christelijk kabinet veel te veel nadruk op het program van wetgeving. De wetgeving is van groot belang, zeer ze ker, maar men vergeet één ding: dat men het even goed met anderen zou kunnen doen. Van nog veel grooter belang is het bestuur van een constitutioneele monar chie is in handen van het Kabinet en dat het besturen geschiedt volgens christelijke beginselen door christelijk denkende men schen, acht spr van veel meer belang, 't Zou nog beter zijn als het kon door een katho liek kabinet, maar nu dit eenmaal niet kan, is het toch al veel, dat het gebeurt in sa menwerking met menschen, die de groote christelijke beginselen met ons gemeen heb ben. Dit geldt voor wetgeving, maar meer nog voor bestuur, wat spr. nader aantoont. Na deze algemeene opmerkingen heeft spr. in 1903 enkele practische punten be sproken. Vooreerst de nooden van den Mid denstand, de oneerlijke concurrentie. Spr. kon niet raden, dat hij in 1916 met een ini tiatief-voorstel zou komen, dat het Staats blad bereikte. Spr. heeft er toen bijgevoegd, dat de middenstand zich moest organisee- ren, omdat sociale .wetten anders niet ba ten. Tot zijn spijt moet spr. zeggen, dat ook dit is uitgekomen. Er zou veel meer bereikt zijn, als de Middenstand er zich achter had gezet. Op dezelfde wijze sprak spn. ook tegen de landbouwers. Ook hun stand moest vóór alles door de Boerenbonden omhoog wor den gebracht. Ten slotte de arbeiders. Spr. stelde voor op wettelijke regeling van het arbeidscon tract met beperking van den arbeidsduur voor volwassenen, verzekering tegen ziekte, invaliditeit en ouderdom en herziening van cle Kamers van Arbeid. Slechts op één punt voelt spr. zijn geweten knagen: 'twas hem niet gegeven ook de ziekteverzekering in werking te brengen. Maar daarvan ligt de schuld bij de politieke omstandigheden. Er waren drie meeningen in de Kamer. Spr.'s* opvolger heeft nu getracht de drie meeningen samen te voegen, maar 't is nu zoo geworden, dat spr. zich niet voorstel len, dat diUontwerp het Staatsblad zal be reiken; komt het er, dan zal het zoo wor den geamendeerd, dat het veel zal gelijken op het ontwerp van het vorig Kabinet. Be halve dan de ziekteverzekering, zijn alle punten, in 1903 genoemd, in vervulling ge gaan. Komende op de coalitie-kwestie, zegt spr. dat er twee groote gedachten van Dr. Schaepman waren: le. dat er moest komen een politieke eenheid, een Kath. Staats partij, en 2e. samenwerking met de geloovi- ge Protestanten. Willen we Schaepman's werk voortzetten, dan moeten we ook aan die twee groote gedachten vasthouden. Spr zegt, dat we staan voor een buitengewoon moeilijke zaak. Bij het teere punt der gezantschapskwes tie gelooft spr. dat de Katholieken kalm en nuchter moeten redeneeren. Kunnen we niet met" anderen onderhan delen over samenwerking en als voorwaar de onzerzijds stellen: herstel van het ge zantschap? Dit acht spr. buitengewoon ge vaarlijk voor de toekomst. Dezelfde heeren, die in 1925 tegen het gezantschap stem den, mogen we op dit punt in de toekomst niet vertrouwen, want ze zullen 't weer doen, a!s er moeilijkheden rijzen en dan zal het gezantschap weer worden de inzet van politieken strijd in het parlement. Daar komt nog bij, dat het gezantschap niet is een Kath. belang, maar een landsbelang, omdat het Vaticaan een belangrijk diplo matiek centrum is. Spr. komt dan tot de politieke eenheid, de K., S. P. Wij, ouderen, die den strijd om de politieke eenheid hebben medege maakt, begrijpen de waarde ervan beter dan de jongeren. Wat er ook met de coali tie gebeure, van meer belang is, dat de R. K., S. P. één blijve en door haar een heid krachtig (Applaus). Er is niets tegen meeningsverschillen over bepaalde punten, maar 't is verkeerd dan direct te praten van tweedracht. Ten slotte beveel spr. de actie voor het Dr. Scliaepmanfonds aan. IN EEN REDDINGBOOT NAAR AMERIKA. Het vertrek van de reddingboot Schut- tevaer, Zondag onder groote belangstel ling uit de Jachthaven met bestemming naar New York en waarvan wij gisteren een tweetal photo's plaatsten is een be wijs dat de aanhouder wint. De uitvinder, de heer Schuttevacr, heeft aldus de „N. R. Crt.", vele jaren van zijn loven besteed aan de vervolmaking van zijn systeem reddingboot. Reeds lang ge leden had hij het plan opgevat, de deug delijkheid van deze boot te bewijzen door er den Oceaan mee over te steken. Tal- looze malen zijn er buiten den Waterweg proeven raefe genomen, die echter op zich zelf in den regel niet veel zeggen. Het ge bruik van een reddingboot bij een schip breuk, doorgaans in stormweer, stelt na tuurlijk geheel andere eischen dan wan neer alles rustig gereed gemaakt kan wor den, en de zee zoo glad is als een spiegel. Bij proefnemingen wil het nu eenmaal doorgaans kalm weer zijn. Voor zijn grootcn tocht kon de uitvin der langen tijd niet voldoenden steun ver krijgen. Hij heeft echter taai volgehouden en is er nu eindelijk in gèslaagd. Wordt de tocht over den Oceaan inder daad gewaagd, en dit zal nu toch wel de bedoeling van het viertal zijn dat de be- mannig vormt van de boot, dan getuigt dit ongetwijfeld van moed en onverschrok kenheid. Een onzinkbare reddingboot, die uit elke positie weer in den goeden stand terug komt, moge op de lange Oceaangolven weinig kans op verdrinken geven, het is toch niet te hopen dat het bootje in slecht weer zal komen. Het risico, hetwelk in dat geval aan dezen tocht verbonden is, zal wel niet gering zijn. Overigens zal men aan deze onderne ming ten aanzien van het reddingwezen vermoedelijk geen al te groote waarde moeten toekennen, maar beter doen het als een soort sportief evenement te be schouwen, dat de Nederlandsche zeemans kunst eer zal kunnen aandoen en waar van hartelijk gehoopt mag worden, dat het aan de verwachtingen van het onderne mende viertal zal voldoen. „HET VOLK" HOUDT ZICH VAN DEN DOMME. Het is nu bijna een week geleden, dat wij „Het Volk" hebben gewezen op den verregaanden laster van landverraad, waaraan het zich tegen Mgr. dr. H. Poels heeft schuldig gemaakt. Niet alleen nam het onze bewijzen voor dien laster niet over, maar zelfs randde het de reputatie van den Doctor opnieuw aan door hem uit te dagen te insinueeren, dat hij blij was te mogen zwijgen. Toen deze daarna zelf de feiten meedeelde, die ook in de oogen der „Volk"-lezers den laster tegen den katholieken priester onmiddellijk duidelijk hadden kunnen maken, bleef het socialis tisch hoofdorgaan in tegenstelling met 't „Alg. Handelsblad" weigerachtig, hun de verdediging van dr. Poels voor te leg gen of maar van de feiten melding te ma ken. Ook op onze herhaalde sommatie houdt het blad zich Oost-Indisch van den domme. Het zooveelste lasterstuk is gespeeld, het nieuwe nummer komt aan de beurt! „Tijd". Koninklijke Besluiten. Notariaat. Benoemd zijn tot notaris binnen het arr. Amsterdam, ter standpl. Amsterdam: E. J. M. Luykx, cand.-not., won. te Haarlem; Haarlem, ter standpl. Zaandam: G. van Holk, cand.-not. te ZaandamAlkmaar, ter standpl. Schoorldam (gem. Warmen- huizen): F. J. M. Pinxter, cand.-not., won. te IJmuiden; 's-Gravenhage, ter standpl. 's-Gravenhage: 1. (vac. Treub) Mr. B. Groetenboer, cand.-not., tevens adv. en proc. en secr. van den Voogdijraad I te 's-Gravenhage2. (vac. van Poeteren) J. I.eerman, cand.-not. te 's-Gravenhage; Rotterdam: 1. ter stapdpl. Schiedam: A. Hoek, cand.-not. te Schiedam2. ter 6tandpl. Gouda: G. AV. Nagtglas Boot, cand.-not., won. te Gouda; Dordrecht, ter standpl. Dordrécht: B. v. Bessel, cand.- not. te Giessendam. Aan M. den Bleker is op vérz. met 30 April 1928, eervol ontslag verleend als no taris te IJsselstein. Rechterlijke macht. Bepaald is, dat niet zullen worden ver vuld de vacatures van kantonrechter te Zaltbommel, ontstaan door het overlijden van mr. J. J. Bergsma Th.zn.; te Bergum, ontstaan door de benoeming tot andere functiën van mr. B. P. J. Plantenga. Mr. G. Kolff, kantonrechter te Gelder- malsen, is op verz. met 1 Maart 1928 eer vol ontheven van de opdracht tot. waar neming der werkzaamheden van kanton rechter te Druten. Aan mr. F. G. van Binsbergen, kanton rechter te Leeuwarden, is opgedragen de 1 werkzaamheden van kantonrechter te Bergum. Aan mr. G. Kolff, kantonrechter te Gel- dermalsen, zijn met 1 Maart 1928 opge dragen de werkzaamheden van kanton rechter te Zaltbommel. Aan mr. dr. C. H. Baale, kantonrechter te Tiel, zijn met 1 Maart 1928 opgedragen de werkzaamheden van kantonrechter te Druten. De Pressa te Keulen. Geen deelname van Nederland. Na maandenlange onderhandelingen tus- schen eene commissie uit de Arereeniging „De Nederlandsche Commissie uit de Arer- eeniging „De Nederlandsche Commissie uit de Vereeniging „De Nederlandsche Dagbladpers" en het bestuur van de Pres sa te Keulen, is thans besloten dat Neder land aan die tentoonstelling niet zal deel nemen. De hooge eischen, welke men te Keulen stelde en de lange duur der onderhande lingen daarover zijn oorzaak, dat het thans te laat geworden is om nog een be hoorlijke Nederlandsche tentoonstelling te Keulen te kunnen voorbereiden. Ir. L. J. M. Feber. Niet naar Indië. Naar het „Katholiek Indisch Bureau" meldt zal ir. L. J. M. Feber met ingang van 1 Maart a.s. den Indischen Gouverne mentsdienst verlaten en dus in Holland blijven. Ir. Feber blijft ook lid van den Ge meenteraad van Den Haag. Mr. Bomans als Kamerlid. De man, die haast nooit in de Kamer is. Observator Politicus, de parlementire medewerker van enkele Limburgsche bla den, vestigt de aandacht er op, dat bij de stemming over de begrooting van Cura sao van de dertig katholieke Kamerleden alleen de heer AA7intermans door ziekte af wezig was. De parlementaire redacteur voegt erbij: „Zelfs de man die haast nooit in de Ka- me is, de heer Bomans (hij verschijnt al leen Yrijdagsmiddags een uurtje en ver dwijnt dan weer voor een week, meenen- de op die wijze zijn taak als katholiek ka merlid te kunnen opvatten) was nu aan wezig.' Ir. A. A. Bekaar. t Te Doetinchem is gisteren in den ouder dom van 82 jaar overleden de heer ir, A. A. Bekaar, oud-inspecteur-generaal van den waterstaat. KANTONGERECHT TE LEIDEN. Crediteur en debiteur. AV. N., paardenslager te Leiden, had aan een cliënt een paard „op zicht" ge leverd. Deze mocht het paard 8 dagen op proef hebben, waarna zou worden beslist betalen of het paard terug. Ter rechtzitting vertelde verd. echter, dat zijn cliënt het paard aanstonds had verkocht en dat hij naar zijn centen kon fluiten, want zelfs na herhaalde manin gen dacht zijn cliënt er niet over om te betalen. Hij had de bewijzen daarvan, ver vat in een officieel stuk van den officier UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Woensdag 29 Febr. Hilversum, 1060 M. 10.00—12.00 Jaarbeursfconcert. 12.00 Politieberichten. 12.302.00 Limchmuziek door het Radio- trio. 2.30—3.00 Cursus leerbewerldng door Mevr. SchaakeVerkozen. 3.00—4.00 Maak het zelf, door Mevr. SchaakeVerkozen. 5.30—7.15 Concert door het Omroep-Or- kest Anton Dirks, bariton, Egb. Veen a. d. vleugel. 7.15—7.45 Gezondheidshalfuurtje door Mej. D. M. Charl Deetman: Het werk v. d. tuberculose-huisbezoekster. 7.45 Politieberichten. 8.05—8.30 Lezing door den heer J. Oor ver: Ontvangkwaliteib in verband met selectiviteit. 8.30—10.30 Radio-Toonel. „De Dame met de reden tot Echtscheiding", Hongaarsch bbjspel in 3 bedrijven door E. Arajda. Mr. Max Barren, advocaat, C. v. d. Lugt Mel- sert, Gabrielle, z'n vrouw, A. v. d. Lugt Melsert-v. Ees, Guido della Robbia, J. van Ees, Mandry, Ant. Roemer, Marion. Rie Gilhuys, Abel, kantoorbediende. J. v. d. Linclen, Poldi, dienstmeisje, A. Brugman. Het 2e bedrijf speelt, een jaar na het le. 10.3012.00 Dansmuziek door Gricha Nakchounian en zijn „Russian North Star Orchestra", in Hotel des Indes te Den Haag. Huizen, 1950 M. (Voor 6 uur 340.9 M.) 12.30—1.45 N. C. R. V. Concert 5.15—6.15 N. C. R. V. kinderuurtje door Mej. G. Ing.-oxson, Zang en vertellingen. 7.007.30 Stenografieles. 7.30S.00 Causerie door J. Sluis: Pluim veeteelt. 8.00 N. C. R. Y. Concert in het Gebouw „De Doelen", te Rotterdam. (Aangeboden door Philips-Radio). Thorn. Denys, bariton Orkest o. 1. v. Dr. AVillem Mengelberg. Causerie door G. v. Ravenzwaay Jr. over het "programma dat hedenavond uit gevoerd wordt Daventry, 1600 M. 10.35 Kerkdienst 11.20 Het Gershom Parkington Kwintet en solisten. I.202.20 Orkestconcert 2.50 Lezing. 3.10 Concert. 3.20 Nieuwe balladen. 3.50 Concert 4.05 Causerie. 4.20 Licht klassiek concert Het Gershom Parkigton kwintet en sopraan. 4 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek. 6.40 Tuinbouwpraatje. 6.50 Nieuwsberichten. 7.05 Dansmuziek. 7.20 Lezing Malmesbury Abbey. 7.35 Schumann's liederen voor sopraan. 7.45 Lezing. 8.05 Oude favorieten. De Pay eband. 8.35 Concert. Het Trinity Madrigal-or kest en 't Ellis strijkkwartet. 9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Lezing: The way of the world. 9.50 Nieuwsberichten. 9.55 Variété. 10.50 Een schrikkeljaarprogramma. II.2012.20 Dansmuziek. „Radio-Paris'", 1750 M. 10.5011.00 Concert 12.502.10 De Diabolic Jazz. 4.055.05 Orkestconcert. 8.5011.20 Concert. Orkest en Solisten. Langenberg, 469 M. 12.251.50 Orkestconcert. 5.206.20 Orkestconcert 7.207.45 Dansles. 7.50 Het AVerag-koor en zangkoor. Daarna tot 11.20 Dansmuziek. Königswusterhausen, 1250 M. (Z e e s e n.) 11.207.05 Lezingen en lessen. 7.50 Schlager's. Composities van Stolz cn Gilbert. 9.5011.50 Dansmuziek. Brussel, 509 M. 5.206.20 Trio-concert 8.35 Cramofoonmuziek. 8.3010.35 Symphonieconcert in de Die rentuin te Antwerpen. FEUILLETON. HET HUIS OM DENHOEK Uit het Engelsch van: Louis Tracy. (Nadruk verboden). 1) HOOFDSTUK I. Waarin het huis een nieuwe huurder kreeg Na een drie kleine stationnetjes ge stopt te hebben, had de trein puffend de twaalf mijlen door de kronkelige vallei afgelegd. Hij bleef zoolang stilstaan bij het vierde, dat de eenzame reiziger in de eerste klas coupé opkeek van het boek, waarin hij zat te lezen. Hij zag, dat het perron vol boerenvolk was, dat zich alle maal in één richting voortbewoog. Tot nu toe had hij telkens ene stationschef ge hoord of een conducteur, die een onver- staanbaren naam uitschreeuwdenu ech ter schenen zijn medepassagiers te we ten welke plaats dit was, zonder gewaar schuwd te zijn. Een witkiel opende het portier. Is dit Nuttonby? vroeg de reiziger. - Ja mijnheer. AVaarom is het hier zoo druk? 't Is marktdag mijnheer. Dank je. Ik had zoo'n drukte niet verwacht. Hebben jullie een bagagedepöt, waarin ik mijn koffers kan laten? Jawel mijnheer. Pas dan even op deze tasch. Er zijn drie kisten in de goederenwagen. Je zult een wagen noodig hebben, ze zijn zwaar! Een man, die zoo weinig begrip had van Nuttonby een plaatsje van 3000 in woners was opgestaan en verzamelde zijn bagage, waarbij een visschersuitius- ting behoorde.. Hij volgde den witkiel, die, toen hij de hengelroeden en 't visch- mandje zag, den vreemdeling taxeerde als iemand, die recht had op een eerste klas kaartje. In ieder geval de kisten waren zwaar. De conducteur moest tenminste een handje helpen. Allemachtig! riep de witkiel, toen hij probeerde de eerste op een wagen te tillen. Boeken, legde de reiziger uit. j Ik dacht dat er lood in zat. Sommige boeken hebben er wel iets van, zei de vreemdeling. De conducteur, die wel eens las in zijn vrij uren, glim lachte. De eigenaar van zooveel „zware" literatuur pakte een groote leeren tasch op. Ik zal je een handje helpen, zei hij en deze woorden bewezen den witkiel dat de nieuw-aangekomene deze lange, magere man in tweed met een jagers- hoedie op, geen zwakkeling was. Het perron was bijna leeg, toen de wit- I kiel de hoog-opgestapelde kar er langs schoof. j Een eigenwijze jongen kwam plotseling te voorschijn cn riep hard, bijna dreigend: kaart'es! Er werd hem een eerste klas kaartje van York af toegestoken met een 1 recu voor extra bagage. Het witte stukje 1 bordpapier deed iets van eerbied in zijn onbeschaamde jongensziel opkomen. Dank U, mijnheer, zei hij. Eerst later be greep hij, dat hij had moeten zeggen: Kaartjes, als 't U blieft! 't Was dezelfde vrijpostige jongen, die plotseling weer verscheen op de afdeeling bestelgoederen, waar hij ook dienst deed. Hij merkte op, dat geen der colli's een naam of initialen droeg; ze waren splin ternieuw; de eenige aanwijziging waren de labels: York, van King's Cross en Nuttonby van York Hou deze tasch en deze kleine din gen apart, wat de instructie. Ik heb ze misschien heel gauw noodig. 't Kan zijn, dat de kisten vanmiddag al worden gehaald, maar dat weet ik nog niet. Hij wendde zich tot den witkiel: Is er een woning-bureau in de stad? Ja zeker, mijnheer twee. Welk is het beste welke heeft de grootste clientèle ik bedoel eigenlijk de meeste huizen te huur? Nou, Walker en Zoon hebben hier al meer dan 50 jaar zaken gedaan. Dan zal ik AValker probeeren. Waar woont hij? Vlak naast de „Roode Leeuw" mijn heer. De jongen, een beetje vlugger van geest dan de witkiel, viel in: De „Roode Leeuw' 'is halverwege de hoofdstraat, mijn heer. U slaat rechts af, als U van hier gaat en U is er in twee minuten. De breede straat stond vol kraampjes, boerenwagens, vrachtwagens, hondekar ren, tot zelfs een paar luxe auto's want AVoensdag was niet alleen marktdag, maar ook de dag van de rechtszittingen. Niemand lette op den vreemdeling. Op AA'oensdag was Nottonby een wereldstad; op iederen anderen dag van de week zou hij talrijke nieuwsgierige blikken tot zich getrokken hebben. Natuurlijk bleef hij niet geheel onopgemerkt, want zijn ma nier van kleeding en zijn persoonlijkheid stempelde hem tot iemand uit de beste kringen. AValker en Zoon bleken makelaars te zijn, beëedigde taxateurs en bezitters I van een woningbureau. Him kantoor was klein, maar 't lag in het centrum. Het was zoowel van binnen als van buiten beplakt met aankondigingen van verkoopingen. Eén vooral trok de aandacht door zijn ge weldige grootte. Het bood een „riant hee- ren huis met veel bosch" aan, dat reeds rijf jaar lang te koop was. De ongerepte witheid van het papier met. de gitzwarte letters deden vermoeden, dat Walker en Zoon dezen aristocraat onder de aankon digingen periodiek vernieuwde. Een jonge man, die achter het loket zat een sportblad las en een cigaret rookte, stond haastig op toen de bezoeker bin nenkwam. Bent u mijnheer AValker? vroeg de vreemdeling. Ja, mijnheer. O, ik dacht dat U misschien de zoon was. Dat ben ik ook. Moet U mijn vader hebben? Walker junior was een Nuttonbysche „fat" en een gewiekste jonge kerel. Ik zoek een gemeubileerd huis in of bij een rustig, landelijk dorp, waar goed rischwater ie, wat 't antwoord. Nu moe? U zelf maar beslissen of ik mijnheer Wal ker senior moet lastig vallen of niet. AValker Jr. liep weg en stak zijn hoofd door 't open raam van de gelagkamer van „De Roode Leeuw" en riep: Yader er j is iemand voor U. Binnen enkele seconden stond AValker Sr. den vreemdeling le woord, j Deze herhaalde zijn wensch Een huis in een klein en afgelegen dorp en een j stroom rijk aan forellen. Een eerste eisch was absoluut eenzame ligging van het dorp. 't Eene landgoed na het andere werd afgekeurd, ofschoon de AValkers zich tevergeefs afvroegen waarom. Deze gedistingeerd uitziende heer wenschte een woning, ver van een cen trum der beschaving. Zijn ideaal was een klein gehucht ergens op de hei; mijlen ver van den trein en waar hij veilig zou zijn voor touristen. Plotseling riep de zoon? Dan is Elmale geknipt, vader. Vader's gezicht klaarde op, maar ver; somberde dadelijk weer. Je meent.... eb.... 't huis om den hoek? zei hij, terwijl hij zich op de lippen beet. I ja. j Ik ben bang dat het niet geschikt zal zijn. I AVaarom niet? vroeg de vreemder ling. Ik vind den naam niet onaardig. Ik heb geen naam genoemd, mijiir heer en AA'alker senior keek sip. (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5