UIT DE PERS.
t BINNENLAND.
Rechtzaken.
I
TWEEDE BLAD
„DE LEIDSCHE COURANT"
DINSDAG 28 FEBRUARI 1928
DE MENSCHEN KUNNEN BETER ZIJN
DAN HUNNE LEER.
D« S. D. A. P.'er Henri Polak en de werk
gevers.
In De Volkskrant lezen we
De bokende Henri Polak vierde zijn
zestigste verjaardag. Van alle zijden werd
aan deze nobele figuur in de arbeidersbe
weging hulde gebracht. En deze hulde is
verdiend. Henri Polak hebben wij altijd
beschouwd als een der beste onder de so
ciaal-democraten. Zijn harde werk heeft
aan vele duizenden arbeiders een beter
bestaan geschonken en ongetwijfeld bijge
dragen tot de maatschappelijke verheffing
van den geheelen arbeidersstand.
Hem is dan ook een spontane hulde ge
bracht. Niet slechts door zijn partijgenoo-
t>en, maar ook door vele anderen. O.a. ook
door de leden van de Beurs voor den Dia^
manthandel.
3 Toen dit geschiedde, zeide Henri Polak
o.a.: „De huldiging van do leden van de
Heurs heeft voor mij een heel bizondere
\fraarde. Het heeft een onuitwischbaren in-
Irok op mij gemaakt, dat werkgevers en
looplieden zich vereenigd hebben om mij
huldigen. De verhoudingen in het dia-
nantvak zijn heel anders dan in andere
bedrijven."
1 Uit den mond van een sociaal-democraat
klinken deze woorden zonderling Zij zijn
dprecht gemeend, dit staat buiten twijfel,
maar niemand zal ze overeen kunnen
brer" met de leer en de praktijk van
den klassenstrijd.
Gebeurt zoo iets bij ons. wordt een on
zer arbeidersleiders door werkgevers ge
huldigd, dan staan „Volk" en „Notenkra
ker" vol spot; dan is er voor deze bladen
weer een gelegenheid, om den draak te
steken met ons solidariteitsbeginsel. Met
dit beginsel toch kunnen de socialisten
zich uiterlijk niet verzoenen. Het is im
mers de tegenstelling van den klassen
strijd.
t Innerlijk gevoelen sommigen hunner
en misschien zijn het er zeer velen ech-
t>«r de onwaarachtigheid van de klassen-
Strijdleer en de natuurlijkheid van het so-
lidariteitsprinciep.
Henri Polak gaf hieraan uiting. De hul
diging door de werkgevers maakt op hem
xelfs een „onuitwischbaren indruk".
J En andermaal hebben wij ondervonden,
dat de menschen beter kunnen zijn, dan
hunne leer
1
k R. K. STAATSPARTIJ.
Politieke rede van Mr. P. J. M. Aalberse.
Zaterdag had in het St. Jozefgebouw te
Almelo een buitengewone vergadering
plaats van den Prov. Bond van R. IC. Kies-
vereen'gingen in Overijssel, onder leiding
van den heer G. ter Steege.
n De vergadering werd bijgewoond door
den heer J. C. L. van der Lande, lid der
Eerste Kamer voor Overijsel, de heeren
G. H. P. Bloemen en mr. dr. J. W.
Schneider, voorts door afgevaardigden van
43 afdeelingen.
Mr. P. J. Aalberse heeft op deze verga
dering een rede uitgesproken over den po-
litieken toestand bij Dr. Schaepmans's dood
en dien van thans.
Men bespeurt tegenwoordig een zekere
minachting voor de politiek; men betreurt,
dat sommige specifiek-katholieke eischen
fiiefc zijn vervuld. In Febr. 1903 wees spr.
échter reeds op de bekende rede van Dr.
Schaepman, gehouden op den Frieschen
Katholiekendag in 1902, een rede, die begon
met den klassieken aanhef: wij kunnen den
toestand samenvatten in de woorden: we
hebben een christelijke regeering, gesteund
door een christelijke meerderheid in de
Kamer, en in welke rede de Doctor o.m.
zeide, dat men heeft gewild een christelijke
meerderheid en een christelijke regeering en
dat men nu ook moet hebben den moed der
zelfoverwinning en van zekere volgzaam
heid.
Daarin ligt ook nu nog voor ons een les.
Velen spreken met minachting-over de coa
litie. De Katholieken, zeggen zij, moeten
zich zelf zijn en eischen stellen, waaraan
anderen zich hebben te onderwerpen, zoo
niet, dan moeten de Katholieken uitzien
naar ccii andere coalitie.
Hieruit blijkt een misverstand. Men legt
bij het optreden van een christelijke meer
derheid in een christelijk kabinet veel te
veel nadruk op het program van wetgeving.
De wetgeving is van groot belang, zeer ze
ker, maar men vergeet één ding: dat men
het even goed met anderen zou kunnen
doen. Van nog veel grooter belang is het
bestuur van een constitutioneele monar
chie is in handen van het Kabinet en dat
het besturen geschiedt volgens christelijke
beginselen door christelijk denkende men
schen, acht spr van veel meer belang, 't Zou
nog beter zijn als het kon door een katho
liek kabinet, maar nu dit eenmaal niet kan,
is het toch al veel, dat het gebeurt in sa
menwerking met menschen, die de groote
christelijke beginselen met ons gemeen heb
ben.
Dit geldt voor wetgeving, maar meer nog
voor bestuur, wat spr. nader aantoont.
Na deze algemeene opmerkingen heeft
spr. in 1903 enkele practische punten be
sproken. Vooreerst de nooden van den Mid
denstand, de oneerlijke concurrentie. Spr.
kon niet raden, dat hij in 1916 met een ini
tiatief-voorstel zou komen, dat het Staats
blad bereikte. Spr. heeft er toen bijgevoegd,
dat de middenstand zich moest organisee-
ren, omdat sociale .wetten anders niet ba
ten. Tot zijn spijt moet spr. zeggen, dat ook
dit is uitgekomen. Er zou veel meer bereikt
zijn, als de Middenstand er zich achter had
gezet.
Op dezelfde wijze sprak spn. ook tegen de
landbouwers. Ook hun stand moest vóór
alles door de Boerenbonden omhoog wor
den gebracht.
Ten slotte de arbeiders. Spr. stelde voor
op wettelijke regeling van het arbeidscon
tract met beperking van den arbeidsduur
voor volwassenen, verzekering tegen ziekte,
invaliditeit en ouderdom en herziening
van cle Kamers van Arbeid. Slechts op één
punt voelt spr. zijn geweten knagen: 'twas
hem niet gegeven ook de ziekteverzekering
in werking te brengen. Maar daarvan ligt
de schuld bij de politieke omstandigheden.
Er waren drie meeningen in de Kamer.
Spr.'s* opvolger heeft nu getracht de drie
meeningen samen te voegen, maar 't is nu
zoo geworden, dat spr. zich niet voorstel
len, dat diUontwerp het Staatsblad zal be
reiken; komt het er, dan zal het zoo wor
den geamendeerd, dat het veel zal gelijken
op het ontwerp van het vorig Kabinet. Be
halve dan de ziekteverzekering, zijn alle
punten, in 1903 genoemd, in vervulling ge
gaan.
Komende op de coalitie-kwestie, zegt spr.
dat er twee groote gedachten van Dr.
Schaepman waren: le. dat er moest komen
een politieke eenheid, een Kath. Staats
partij, en 2e. samenwerking met de geloovi-
ge Protestanten. Willen we Schaepman's
werk voortzetten, dan moeten we ook aan
die twee groote gedachten vasthouden. Spr
zegt, dat we staan voor een buitengewoon
moeilijke zaak.
Bij het teere punt der gezantschapskwes
tie gelooft spr. dat de Katholieken kalm en
nuchter moeten redeneeren.
Kunnen we niet met" anderen onderhan
delen over samenwerking en als voorwaar
de onzerzijds stellen: herstel van het ge
zantschap? Dit acht spr. buitengewoon ge
vaarlijk voor de toekomst. Dezelfde heeren,
die in 1925 tegen het gezantschap stem
den, mogen we op dit punt in de toekomst
niet vertrouwen, want ze zullen 't weer
doen, a!s er moeilijkheden rijzen en dan zal
het gezantschap weer worden de inzet van
politieken strijd in het parlement. Daar
komt nog bij, dat het gezantschap niet is
een Kath. belang, maar een landsbelang,
omdat het Vaticaan een belangrijk diplo
matiek centrum is.
Spr. komt dan tot de politieke eenheid,
de K., S. P. Wij, ouderen, die den strijd
om de politieke eenheid hebben medege
maakt, begrijpen de waarde ervan beter
dan de jongeren. Wat er ook met de coali
tie gebeure, van meer belang is, dat de
R. K., S. P. één blijve en door haar een
heid krachtig (Applaus). Er is niets tegen
meeningsverschillen over bepaalde punten,
maar 't is verkeerd dan direct te praten
van tweedracht.
Ten slotte beveel spr. de actie voor het
Dr. Scliaepmanfonds aan.
IN EEN REDDINGBOOT NAAR
AMERIKA.
Het vertrek van de reddingboot Schut-
tevaer, Zondag onder groote belangstel
ling uit de Jachthaven met bestemming
naar New York en waarvan wij gisteren
een tweetal photo's plaatsten is een be
wijs dat de aanhouder wint.
De uitvinder, de heer Schuttevacr, heeft
aldus de „N. R. Crt.", vele jaren van zijn
loven besteed aan de vervolmaking van
zijn systeem reddingboot. Reeds lang ge
leden had hij het plan opgevat, de deug
delijkheid van deze boot te bewijzen door
er den Oceaan mee over te steken. Tal-
looze malen zijn er buiten den Waterweg
proeven raefe genomen, die echter op zich
zelf in den regel niet veel zeggen. Het ge
bruik van een reddingboot bij een schip
breuk, doorgaans in stormweer, stelt na
tuurlijk geheel andere eischen dan wan
neer alles rustig gereed gemaakt kan wor
den, en de zee zoo glad is als een spiegel.
Bij proefnemingen wil het nu eenmaal
doorgaans kalm weer zijn.
Voor zijn grootcn tocht kon de uitvin
der langen tijd niet voldoenden steun ver
krijgen. Hij heeft echter taai volgehouden
en is er nu eindelijk in gèslaagd.
Wordt de tocht over den Oceaan inder
daad gewaagd, en dit zal nu toch wel de
bedoeling van het viertal zijn dat de be-
mannig vormt van de boot, dan getuigt
dit ongetwijfeld van moed en onverschrok
kenheid.
Een onzinkbare reddingboot, die uit elke
positie weer in den goeden stand terug
komt, moge op de lange Oceaangolven
weinig kans op verdrinken geven, het is
toch niet te hopen dat het bootje in slecht
weer zal komen. Het risico, hetwelk in
dat geval aan dezen tocht verbonden is,
zal wel niet gering zijn.
Overigens zal men aan deze onderne
ming ten aanzien van het reddingwezen
vermoedelijk geen al te groote waarde
moeten toekennen, maar beter doen het
als een soort sportief evenement te be
schouwen, dat de Nederlandsche zeemans
kunst eer zal kunnen aandoen en waar
van hartelijk gehoopt mag worden, dat het
aan de verwachtingen van het onderne
mende viertal zal voldoen.
„HET VOLK" HOUDT ZICH VAN DEN
DOMME.
Het is nu bijna een week geleden, dat
wij „Het Volk" hebben gewezen op den
verregaanden laster van landverraad,
waaraan het zich tegen Mgr. dr. H. Poels
heeft schuldig gemaakt. Niet alleen nam
het onze bewijzen voor dien laster niet
over, maar zelfs randde het de reputatie
van den Doctor opnieuw aan door hem uit
te dagen te insinueeren, dat hij blij was
te mogen zwijgen. Toen deze daarna zelf
de feiten meedeelde, die ook in de oogen
der „Volk"-lezers den laster tegen den
katholieken priester onmiddellijk duidelijk
hadden kunnen maken, bleef het socialis
tisch hoofdorgaan in tegenstelling met 't
„Alg. Handelsblad" weigerachtig, hun
de verdediging van dr. Poels voor te leg
gen of maar van de feiten melding te ma
ken. Ook op onze herhaalde sommatie
houdt het blad zich Oost-Indisch van den
domme.
Het zooveelste lasterstuk is gespeeld,
het nieuwe nummer komt aan de beurt!
„Tijd".
Koninklijke Besluiten.
Notariaat.
Benoemd zijn tot notaris binnen het arr.
Amsterdam, ter standpl. Amsterdam: E.
J. M. Luykx, cand.-not., won. te Haarlem;
Haarlem, ter standpl. Zaandam: G. van
Holk, cand.-not. te ZaandamAlkmaar,
ter standpl. Schoorldam (gem. Warmen-
huizen): F. J. M. Pinxter, cand.-not., won.
te IJmuiden; 's-Gravenhage, ter standpl.
's-Gravenhage: 1. (vac. Treub) Mr. B.
Groetenboer, cand.-not., tevens adv. en
proc. en secr. van den Voogdijraad I te
's-Gravenhage2. (vac. van Poeteren) J.
I.eerman, cand.-not. te 's-Gravenhage;
Rotterdam: 1. ter stapdpl. Schiedam: A.
Hoek, cand.-not. te Schiedam2. ter
6tandpl. Gouda: G. AV. Nagtglas Boot,
cand.-not., won. te Gouda; Dordrecht, ter
standpl. Dordrécht: B. v. Bessel, cand.-
not. te Giessendam.
Aan M. den Bleker is op vérz. met 30
April 1928, eervol ontslag verleend als no
taris te IJsselstein.
Rechterlijke macht.
Bepaald is, dat niet zullen worden ver
vuld de vacatures van kantonrechter te
Zaltbommel, ontstaan door het overlijden
van mr. J. J. Bergsma Th.zn.; te Bergum,
ontstaan door de benoeming tot andere
functiën van mr. B. P. J. Plantenga.
Mr. G. Kolff, kantonrechter te Gelder-
malsen, is op verz. met 1 Maart 1928 eer
vol ontheven van de opdracht tot. waar
neming der werkzaamheden van kanton
rechter te Druten.
Aan mr. F. G. van Binsbergen, kanton
rechter te Leeuwarden, is opgedragen de
1 werkzaamheden van kantonrechter te
Bergum.
Aan mr. G. Kolff, kantonrechter te Gel-
dermalsen, zijn met 1 Maart 1928 opge
dragen de werkzaamheden van kanton
rechter te Zaltbommel.
Aan mr. dr. C. H. Baale, kantonrechter
te Tiel, zijn met 1 Maart 1928 opgedragen
de werkzaamheden van kantonrechter te
Druten.
De Pressa te Keulen.
Geen deelname van Nederland.
Na maandenlange onderhandelingen tus-
schen eene commissie uit de Arereeniging
„De Nederlandsche Commissie uit de Arer-
eeniging „De Nederlandsche Commissie
uit de Vereeniging „De Nederlandsche
Dagbladpers" en het bestuur van de Pres
sa te Keulen, is thans besloten dat Neder
land aan die tentoonstelling niet zal deel
nemen.
De hooge eischen, welke men te Keulen
stelde en de lange duur der onderhande
lingen daarover zijn oorzaak, dat het
thans te laat geworden is om nog een be
hoorlijke Nederlandsche tentoonstelling te
Keulen te kunnen voorbereiden.
Ir. L. J. M. Feber.
Niet naar Indië.
Naar het „Katholiek Indisch Bureau"
meldt zal ir. L. J. M. Feber met ingang
van 1 Maart a.s. den Indischen Gouverne
mentsdienst verlaten en dus in Holland
blijven.
Ir. Feber blijft ook lid van den Ge
meenteraad van Den Haag.
Mr. Bomans als Kamerlid.
De man, die haast nooit in de
Kamer is.
Observator Politicus, de parlementire
medewerker van enkele Limburgsche bla
den, vestigt de aandacht er op, dat bij de
stemming over de begrooting van Cura
sao van de dertig katholieke Kamerleden
alleen de heer AA7intermans door ziekte af
wezig was. De parlementaire redacteur
voegt erbij:
„Zelfs de man die haast nooit in de Ka-
me is, de heer Bomans (hij verschijnt al
leen Yrijdagsmiddags een uurtje en ver
dwijnt dan weer voor een week, meenen-
de op die wijze zijn taak als katholiek ka
merlid te kunnen opvatten) was nu aan
wezig.'
Ir. A. A. Bekaar. t
Te Doetinchem is gisteren in den ouder
dom van 82 jaar overleden de heer ir, A.
A. Bekaar, oud-inspecteur-generaal van
den waterstaat.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Crediteur en debiteur.
AV. N., paardenslager te Leiden, had
aan een cliënt een paard „op zicht" ge
leverd.
Deze mocht het paard 8 dagen op proef
hebben, waarna zou worden beslist betalen
of het paard terug.
Ter rechtzitting vertelde verd. echter,
dat zijn cliënt het paard aanstonds had
verkocht en dat hij naar zijn centen kon
fluiten, want zelfs na herhaalde manin
gen dacht zijn cliënt er niet over om te
betalen. Hij had de bewijzen daarvan, ver
vat in een officieel stuk van den officier
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Woensdag 29 Febr.
Hilversum, 1060 M.
10.00—12.00 Jaarbeursfconcert.
12.00 Politieberichten.
12.302.00 Limchmuziek door het Radio-
trio.
2.30—3.00 Cursus leerbewerldng door
Mevr. SchaakeVerkozen.
3.00—4.00 Maak het zelf, door Mevr.
SchaakeVerkozen.
5.30—7.15 Concert door het Omroep-Or-
kest Anton Dirks, bariton, Egb. Veen a. d.
vleugel.
7.15—7.45 Gezondheidshalfuurtje door
Mej. D. M. Charl Deetman: Het werk v.
d. tuberculose-huisbezoekster.
7.45 Politieberichten.
8.05—8.30 Lezing door den heer J. Oor
ver: Ontvangkwaliteib in verband met
selectiviteit.
8.30—10.30 Radio-Toonel. „De Dame met
de reden tot Echtscheiding", Hongaarsch
bbjspel in 3 bedrijven door E. Arajda. Mr.
Max Barren, advocaat, C. v. d. Lugt Mel-
sert, Gabrielle, z'n vrouw, A. v. d. Lugt
Melsert-v. Ees, Guido della Robbia, J. van
Ees, Mandry, Ant. Roemer, Marion. Rie
Gilhuys, Abel, kantoorbediende. J. v. d.
Linclen, Poldi, dienstmeisje, A. Brugman.
Het 2e bedrijf speelt, een jaar na het le.
10.3012.00 Dansmuziek door Gricha
Nakchounian en zijn „Russian North Star
Orchestra", in Hotel des Indes te Den
Haag.
Huizen, 1950 M. (Voor 6 uur 340.9 M.)
12.30—1.45 N. C. R. V. Concert
5.15—6.15 N. C. R. V. kinderuurtje door
Mej. G. Ing.-oxson, Zang en vertellingen.
7.007.30 Stenografieles.
7.30S.00 Causerie door J. Sluis: Pluim
veeteelt.
8.00 N. C. R. Y. Concert in het Gebouw
„De Doelen", te Rotterdam. (Aangeboden
door Philips-Radio). Thorn. Denys, bariton
Orkest o. 1. v. Dr. AVillem Mengelberg.
Causerie door G. v. Ravenzwaay Jr.
over het "programma dat hedenavond uit
gevoerd wordt
Daventry, 1600 M.
10.35 Kerkdienst
11.20 Het Gershom Parkington Kwintet
en solisten.
I.202.20 Orkestconcert
2.50 Lezing.
3.10 Concert.
3.20 Nieuwe balladen.
3.50 Concert
4.05 Causerie.
4.20 Licht klassiek concert Het Gershom
Parkigton kwintet en sopraan. 4
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Dansmuziek.
6.40 Tuinbouwpraatje.
6.50 Nieuwsberichten.
7.05 Dansmuziek.
7.20 Lezing Malmesbury Abbey.
7.35 Schumann's liederen voor sopraan.
7.45 Lezing.
8.05 Oude favorieten. De Pay eband.
8.35 Concert. Het Trinity Madrigal-or
kest en 't Ellis strijkkwartet.
9.20 Nieuwsberichten.
9.35 Lezing: The way of the world.
9.50 Nieuwsberichten.
9.55 Variété.
10.50 Een schrikkeljaarprogramma.
II.2012.20 Dansmuziek.
„Radio-Paris'", 1750 M.
10.5011.00 Concert
12.502.10 De Diabolic Jazz.
4.055.05 Orkestconcert.
8.5011.20 Concert. Orkest en Solisten.
Langenberg, 469 M.
12.251.50 Orkestconcert.
5.206.20 Orkestconcert
7.207.45 Dansles.
7.50 Het AVerag-koor en zangkoor.
Daarna tot 11.20 Dansmuziek.
Königswusterhausen, 1250 M.
(Z e e s e n.)
11.207.05 Lezingen en lessen.
7.50 Schlager's. Composities van Stolz
cn Gilbert.
9.5011.50 Dansmuziek.
Brussel, 509 M.
5.206.20 Trio-concert
8.35 Cramofoonmuziek.
8.3010.35 Symphonieconcert in de Die
rentuin te Antwerpen.
FEUILLETON.
HET HUIS OM DENHOEK
Uit het Engelsch van:
Louis Tracy.
(Nadruk verboden).
1)
HOOFDSTUK I.
Waarin het huis een nieuwe huurder kreeg
Na een drie kleine stationnetjes ge
stopt te hebben, had de trein puffend de
twaalf mijlen door de kronkelige vallei
afgelegd. Hij bleef zoolang stilstaan bij
het vierde, dat de eenzame reiziger in de
eerste klas coupé opkeek van het boek,
waarin hij zat te lezen. Hij zag, dat het
perron vol boerenvolk was, dat zich alle
maal in één richting voortbewoog. Tot nu
toe had hij telkens ene stationschef ge
hoord of een conducteur, die een onver-
staanbaren naam uitschreeuwdenu ech
ter schenen zijn medepassagiers te we
ten welke plaats dit was, zonder gewaar
schuwd te zijn.
Een witkiel opende het portier.
Is dit Nuttonby? vroeg de reiziger.
- Ja mijnheer.
AVaarom is het hier zoo druk?
't Is marktdag mijnheer.
Dank je. Ik had zoo'n drukte niet
verwacht. Hebben jullie een bagagedepöt,
waarin ik mijn koffers kan laten?
Jawel mijnheer.
Pas dan even op deze tasch. Er zijn
drie kisten in de goederenwagen. Je zult
een wagen noodig hebben, ze zijn
zwaar!
Een man, die zoo weinig begrip had
van Nuttonby een plaatsje van 3000 in
woners was opgestaan en verzamelde
zijn bagage, waarbij een visschersuitius-
ting behoorde.. Hij volgde den witkiel, die,
toen hij de hengelroeden en 't visch-
mandje zag, den vreemdeling taxeerde
als iemand, die recht had op een eerste
klas kaartje.
In ieder geval de kisten waren zwaar.
De conducteur moest tenminste een
handje helpen.
Allemachtig! riep de witkiel, toen
hij probeerde de eerste op een wagen te
tillen.
Boeken, legde de reiziger uit. j
Ik dacht dat er lood in zat.
Sommige boeken hebben er wel iets
van, zei de vreemdeling. De conducteur,
die wel eens las in zijn vrij uren, glim
lachte. De eigenaar van zooveel „zware"
literatuur pakte een groote leeren tasch
op. Ik zal je een handje helpen, zei hij
en deze woorden bewezen den witkiel
dat de nieuw-aangekomene deze lange,
magere man in tweed met een jagers-
hoedie op, geen zwakkeling was.
Het perron was bijna leeg, toen de wit- I
kiel de hoog-opgestapelde kar er langs
schoof. j
Een eigenwijze jongen kwam plotseling
te voorschijn cn riep hard, bijna dreigend:
kaart'es! Er werd hem een eerste klas
kaartje van York af toegestoken met een 1
recu voor extra bagage. Het witte stukje 1
bordpapier deed iets van eerbied in zijn
onbeschaamde jongensziel opkomen.
Dank U, mijnheer, zei hij. Eerst later be
greep hij, dat hij had moeten zeggen:
Kaartjes, als 't U blieft!
't Was dezelfde vrijpostige jongen, die
plotseling weer verscheen op de afdeeling
bestelgoederen, waar hij ook dienst deed.
Hij merkte op, dat geen der colli's een
naam of initialen droeg; ze waren splin
ternieuw; de eenige aanwijziging waren
de labels: York, van King's Cross
en Nuttonby van York
Hou deze tasch en deze kleine din
gen apart, wat de instructie. Ik heb
ze misschien heel gauw noodig. 't Kan
zijn, dat de kisten vanmiddag al worden
gehaald, maar dat weet ik nog niet. Hij
wendde zich tot den witkiel:
Is er een woning-bureau in de stad?
Ja zeker, mijnheer twee.
Welk is het beste welke heeft de
grootste clientèle ik bedoel eigenlijk
de meeste huizen te huur?
Nou, Walker en Zoon hebben hier al
meer dan 50 jaar zaken gedaan.
Dan zal ik AValker probeeren. Waar
woont hij?
Vlak naast de „Roode Leeuw" mijn
heer.
De jongen, een beetje vlugger van geest
dan de witkiel, viel in: De „Roode
Leeuw' 'is halverwege de hoofdstraat, mijn
heer. U slaat rechts af, als U van hier
gaat en U is er in twee minuten.
De breede straat stond vol kraampjes,
boerenwagens, vrachtwagens, hondekar
ren, tot zelfs een paar luxe auto's want
AVoensdag was niet alleen marktdag,
maar ook de dag van de rechtszittingen.
Niemand lette op den vreemdeling. Op
AA'oensdag was Nottonby een wereldstad;
op iederen anderen dag van de week zou
hij talrijke nieuwsgierige blikken tot zich
getrokken hebben. Natuurlijk bleef hij
niet geheel onopgemerkt, want zijn ma
nier van kleeding en zijn persoonlijkheid
stempelde hem tot iemand uit de beste
kringen.
AValker en Zoon bleken makelaars te
zijn, beëedigde taxateurs en bezitters
I van een woningbureau. Him kantoor was
klein, maar 't lag in het centrum. Het was
zoowel van binnen als van buiten beplakt
met aankondigingen van verkoopingen.
Eén vooral trok de aandacht door zijn ge
weldige grootte. Het bood een „riant hee-
ren huis met veel bosch" aan, dat reeds
rijf jaar lang te koop was. De ongerepte
witheid van het papier met. de gitzwarte
letters deden vermoeden, dat Walker en
Zoon dezen aristocraat onder de aankon
digingen periodiek vernieuwde.
Een jonge man, die achter het loket zat
een sportblad las en een cigaret rookte,
stond haastig op toen de bezoeker bin
nenkwam.
Bent u mijnheer AValker? vroeg de
vreemdeling.
Ja, mijnheer.
O, ik dacht dat U misschien de zoon
was.
Dat ben ik ook. Moet U mijn vader
hebben?
Walker junior was een Nuttonbysche
„fat" en een gewiekste jonge kerel.
Ik zoek een gemeubileerd huis in of
bij een rustig, landelijk dorp, waar goed
rischwater ie, wat 't antwoord. Nu moe?
U zelf maar beslissen of ik mijnheer Wal
ker senior moet lastig vallen of niet.
AValker Jr. liep weg en stak zijn hoofd
door 't open raam van de gelagkamer van
„De Roode Leeuw" en riep: Yader er
j is iemand voor U.
Binnen enkele seconden stond AValker
Sr. den vreemdeling le woord,
j Deze herhaalde zijn wensch Een huis
in een klein en afgelegen dorp en een
j stroom rijk aan forellen. Een eerste eisch
was absoluut eenzame ligging van het
dorp. 't Eene landgoed na het andere
werd afgekeurd, ofschoon de AValkers zich
tevergeefs afvroegen waarom.
Deze gedistingeerd uitziende heer
wenschte een woning, ver van een cen
trum der beschaving. Zijn ideaal was een
klein gehucht ergens op de hei; mijlen
ver van den trein en waar hij veilig zou
zijn voor touristen.
Plotseling riep de zoon?
Dan is Elmale geknipt, vader.
Vader's gezicht klaarde op, maar ver;
somberde dadelijk weer.
Je meent.... eb.... 't huis om den
hoek? zei hij, terwijl hij zich op de lippen
beet.
I ja.
j Ik ben bang dat het niet geschikt
zal zijn.
I AVaarom niet? vroeg de vreemder
ling. Ik vind den naam niet onaardig.
Ik heb geen naam genoemd, mijiir
heer en AA'alker senior keek sip.
(Wordt vervolgd),