ft LnfctkCiranf Dr. "weede Blad. Ill Dinsdag 12 April 1927. cide ni vif. :b"n i''i- li« STADSNIEUWS. GEMEENTERAAD. (Vervolg). |o. Praeacvies op bet verzoek van Dr. J. Baversen, om eervol ontslag als Rec tor van bet Gymnasium. Het ontslag wordt eervol verleend. 9o. Voorstel, tot nadere vaststelling van do vergoeding, bedoeld bij art. 101 der La- Onderwijswet 1920, over het jaar 1922, ,_.r de besturen van verschillende bijzon dere scholen en tot vaststelLng van de daar betrekking hebbende begrootingsstaten. Goedgekeurd. 10. Voorstel tot opnieuw vaststelden van de verordening van 13 Juli 1925 (Gem.blad no. 14), tot heffing van schoolgeld voor lager onderwijs in de*gemeente Leiden Z. h- st goedgekeurd, llo. Voorstel: a. om goed te keuren dat door B. en W. beroep is ingesteld van de beslissingen van Gedeputeerde Staten, in zake den aanslag do Foreusenbelasting van een 2-tal per sonen; b. om te besluiten tot bet instellen van beroep tegen aanslagen als bedoeld sub a, ran een 2-tal personen. Goedgekeurd. 12o. Praoadvies op het beroepschrift ran de American Petroleum Company, te gen de afwijzende beschikking van B. en W. op haar- verzoek om vergunning tot verbouwing van hare inrichting aan den Zijlsingel Goedgekeurd. 13o Verordening, tot wijziging der ver ordening van 17 December 1914 (Gem. no. 37), betreffende do levering van electriciteit door de Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit. Z. h. st. goedgekeurd. Hoever kan men gaan met de eigenaren van krotweningen tot verbetering te dwingen? 14o. Praeadvies op de verzoeken van een Sl-tal huiseigenaren, om voorziening over eenkomstig art. 20 der Woningwet, naar aanleiding van tot hen gerichte aanschrij vingen tot verbetering van hunne wonin gen. De heer Dubbeldeman begint met Ie verklaren, dat de eerste kennismaking met den nieuwen tijdelijken wethouder Splinter hem niet is meegevallen. Inder- zijn verscheidene woningen hier ter ape slede onbewoonbaar verklaard, doch Ged. Staten waren van meening, dat de wo^ iningen nog niet behoefden te worden af gekeurd, als zij slechts werden verbeterd. en W. hebben toen aan de huiseigena ren einchcn gesteld, die niet malsch waren hetgean spr. zeer op prijs stelde. Doch de huiseigenaren klopten bij B. en W. aan of het niet met wat minder kon cn B. en W. die hen als kiezers straks noodig hebben, willigden dat verzoek in en komen nu met minder kostbare verbeteringen. Spr vindt dat een inconsequente houding. Men kan niet eerst van meening ziju, dat de huis its zonder deze verbeteringen onbewoon baar zijn en dan later zeggen: er kan wel ren schepje af. Spr. haalt hierbij het rap por! aan van den directeur van bouw- en woningtoezicht. B. en W. verloochenen dat rapport en doen niets meer of minder dan dien directeur den kop afdraaien. In zijn mag blijkbaar niets anders zitten, dan rat B. en W. willen. heer Spendel: Dan moet hij maar een „college-kop" aanschaffen. heer Dubbeldeman: Deze direc teur noemt in zijn rapport de vroeger ge fielde eischen alleszins redelijk. Spr. heeft zelf de bedoelde huisjes bezocht in gezel schap van een inspecteur van do volksge zondheid en hij heeft er treurige toestan den aangetroffen, hetgeen spr. met voor- holdon aantoonde. Menschen met grooto huisgezinnen, die met z'n allen op één zol der moesten slapen, lekkende daken, voch- muron en rottende vloeren. O.a 'oemt hij een geval, waar de huur van het buisje schandelijk hoog was, en dat zal hij andere huisjes ook wel zoo zijn, meende {f., zoodat de huur over het algemeen boog genoeg is om daarvan eenige drin- P'Gde verbeteringen te bekostigen. Spr. zou den raad gaarne aanbevelen o> voorstelling van B. en W. niet te aan aarden Wat zal er echter in dat geval lobeuren? Zulke woningen zullen prac- isch onbewoonbaar worden verklaard en zoen zal in de naaste toekomst maatrege ls moeten nemen tot don bouw van nieu- "o huisjes. Doch 'als do raad dat niet wil beveelt spr. nogmaals de oudo eischen tot verbetering dier huisjes aan. Als die ver beteringen niet worden aangebracht, zul- '?n de huisjes nog jaren lang in dezen mi- fwabelen toestand blijven. De heer Dcum er wil iets zeggen om- 'Nut de bewoners dier huisjes. lTij vreest, 'l |it de geëischte verbeteringen zullen leiden M huurverhooging. Verder meent bij. dat *ze eischen ook wel gesteld zouden kun- l-n worden voor huizen op do Breestraat jj f.a h«t Rapenburg. Verscheidene bewoners huisjes wonen er echter met pleizier rij vragen zich met bezorgdheid af, hoe de huren voor een ander huisje zullen Iff Joeten opbrengen, als do huisjes onhe- 6 fanbaar worden verklaard. Spr. komt tot 'conclusie, dat het prac-advies van B. W. nog niet zoo slecht is. üo heej. Knuttel noemt het prao- lvi0s van B. en W. onaannemelijk. De u? jongere bepalingen zullen misschien lei— ri bot onbewoonbaarverklaring van som- IP1 huisjes, doch dat is geen nadeel voor f Semeento. Sommige menschen zjj'i nu ■afnaai vastgeroest in oude toestandon, 31|s de voorbeelden van den heer Deu- mer. Spr. meent derhalve dat do oude eischen moeten worden gehandhaafd. De heer W i 1 m e r meent, dat deze kwestie zeer moeilijk is. Men moet reke ning houden met de paotijk. Een huiseige naar, die uit een huisje haalt wat hij kan, handelt moreel verkeerd. De heer Dubbel deman heeft voorgesteld het voorstel van B. en W. af te stemmen. Ook spr. zou gaarne zien, dat deze krotten zouden wor den opgeruimd, niet in 't minst om rede nen van moreelen aard. Als wij van den anderen kant de eigenaren zouden kunnen dwingen om verbeteringen aan te brengen, zou daarvoor ook iets to zeggen zijn. Stemmen wij nu tegen de voorgestelde verbeteringen van B. en W. dan gebeurt er misschien heelemaal niets. Want dan blijven die woningen zooals zij zijn; er komt een voorstel tot verlenging van den ter mijn voor onbewoonbaarverklaring en de bewoners zijn er slechter aan toe, dan bij aanneming van de voorgestelde verbete ringen. Wanneer de heer Dubbeldeman spr. de verzekering zou kunnen geven, dat verwerping van bet voorstel van B. en W. zou leiden tot verbetering van den toestand dan zou spr. het voorstel zeker verwerpen. Maar niemand kan die verzekering geven. Wie het beste niet krijgen kan moet zich tevreden stellen met het mindere. Men moet niet louter theorie verkondigen. Het meest practische is z. i. om het voorstel van B. en W. maar aan te nemen. De heer Schone veld verdedigt som mige der vroeger geëischte verbeteringen. De heer Huurman, acht. al de ge noemde woningen rijp om te worden afge broken. Toch wordt deze zaak veel meer opgeblazen dan zij verdient. Door- B. en W. worden thans dingen aanbevolen, die alleszins redelijk zijn, en zeker practisch zijn; hetgeen spr. op technische wijze aan toont. In ieder geval is het beter, die wo ningen iets dragelijk te maken en daar naast voort te gaan met het bouwen van nieuwe woningen, want lang houden zij het toch niet uit. De heer Eerdmans vraagt eenige technische inlichtingen van den wethou der. Verder vraagt spr. splitsing van stem ming omtrent de verschillende voorgestel- do verbeteringen. De heer Wilbrink meent, dat de heer Dubbeldeman zelf heeft toegegeven, dat het college van B. en W. in haar vroegere eischen to ver is gegaan, daar hij de oude voorstellen van B. en W. „niet malsch" noemde. Wanneer er voor de menschen, die bij het afkeuren dier woningen zonder huis komen, genoeg huizen te vinden zou den zijn, zou spr. zeker vóór opruiming zijn. Maar de vraag is nu,waar moeten die menschen naar toe? De heer Dubbeldeman: Zij blijven er voorloop ig zitten! De lieer W i 1 b t i n k En er worden heelemaal geen verbeteringen aangebracht! Uit het rapport van de directeur van bouw en woningtoezicht blijkt niet de noodzake lijkheid, doch slechts de wenscheliikheid van de vroeger geëischte' verbeter ineen Doch als men op onwil of op niet-kunnen stuit is het wellicht beter minder hooge eischen te stellen. In dit ondicht zeilt spr liever op hot compas van B. en W. dan op dat van den heer Dubbeldeman. De heer Knuttel dient een amende ment in om van de oude voorstellen van B en W. de verbeteringen sub a~ 2 cn 3 to doen vervallen (nl. het aanbrengen van luchtroosters cn aanbrengen van bouten dakbeschotten) en verder die oude eischen te handhaven. Wethouder Splinter antwoordt op de opmerking van den heer Dubbeldeman dat de beele kwestie niets met zijn wet houderschap te maken heeft. Hij had de zelfde meening als lid van de commissie van fabricage. Toen een onderzoek is in gesteld naar de bewoonbaarheid dier hui zen, wier onbowoonbaarheid was onge grond verklaard, werd de opdracht gegeven na te gaan, welke verbeteringen er kondon worden aangebracht in verband met de huurwaarde. Toen spr. tijdelijk werd aan gesteld als wethouder, heeft hij in gezel schap van den burgemeester en den heer Spendel persoonlijk de woningen bezocht, behalve die huizen in de Bouwelouwesleeo welke de heer Dubbeldeman als voorbeeld lieeft aangehaald. Die menschen waren niet thuis. De heer Dubbeldeman: Dat is toe vallig? Wethouder Splinter: 't Is toch zoo Wij zijn toen tot de conclusie gekomen, dat wij eenige consideratie moesten eébruiken Als wij de oudo eischen niet milderen, dan gebeurt er niets. De heer Dubbeldeman heeft verscheidene onhoudbare toestanden genoemd, vooral in zedelijk opzicht, doch deze toestanden zijn niet te verhelpen door de oude eischen. De toestanden, moeten ver holpen worden door de gezinnen zelf en als zij dat willen kunnen zij het ook. Spr. meent, dat de gemeente de eigenaren van huizen in poorten en sloppen niet op zulke kosten kan jagen. Spr. verklaart zich te gen de voorstellen van den heer Knuttel en van den heer Schoneveld. Ten slotte beantwoordt spreker do vra gen van den heer Eerdmans. De heer Dubbeldeman hecht wei nig waarde aan voorbeelden zooals de heer Deumer aanhaalde van menschen, die met hun huisje zoo tevreden zijn. Ver der bevreemdt 't spr., dat de burgemeester alweer een verkeerden indruk heeft gekre gen van den toestand in deze stad. dat hij alweer niet daar gebracht is, waar hij had moeten komen. De V o o r z. Ik verzeker u, dat wij over al geweest zijn, doch dat in soramigo ge vallen de menschen niet thuis waren. Wethouder Splinter: Ik heb ze alle maal bezocht in gezelschap van den direc teur, die nu ook een andere meening heeft gekregen als die welke neergelegd is in zijn rapport. De hoer Dubbeldeman zegt, dat de heer Wilmer de kwestie moeilijk vindt, maar aldus komen wij or niet. De rechIer- zijde port B. en W. nooit eens aan, zooals de S D. A. P. dat doet. Spreker zou gaar ne het voorstel van B. en W. maar redi- caal willen verwerpen, want allen zijn liet or over eens, dat de huisjes maar moeten worden opgeruimd. Maar kan dat niet, dan moeten zij ook terdege worden verbeterd, wat ook mogelijk is, want de voorganger van den heer Splinter was toch ook geen kind. Spreker heeft het idee, dat het colle ge van B. en W. vroeger wel sterk in z'n schoenen heeft gestaan, andera had het zulke krasse maatregelen niet voorgesteld. Verder vraagt spr. welke waarde wij moe ten toekennen aan rapporten aan den raad, als de opstellers weer van meening veran deren, zooals do heer Splinter mededeelde. Spr. weet niet goed, wat hij doen zal; hij voelt iets voor het amendement-Knut tel en zou toch gaarne al de nieuwe voor stellen van B. en W. afstemmen. De lieer Knuttel: Het eene doen en het andere niet laten. De heer Wilmer vraagt den wethou der of de oude eisch van het aanbrengen van dakbeschotten niet gehandhaafd zou kunnen worden. Wanneer het practisch mogelijk was om de eigenaars te dwingen afscheidingen te maken voor slaapgelegen heden op zolder, dan zou spr. dezen eisch gaarne handhaven. De eisch van het aan brengen van luchtroosters zou dan des- i.oods kunnen vervallen. De heer Schoneveld blijft bij ziju meening, dat bet ook billijk is om do beide oisclien van dakbeschotten en luchtroosters to handhaven Wethouder Splinter is van meening, dat de eLsch van het dakbeschot onuitvoer baar is. Dan moet het heele dak worden weggebroken. Het amendement-Knuttel wordt daarna ir stemming gebracht en verworpen mol 1615 stemmen Vóór slemden de S. D. A P. de beide Democraten, de communist, en de hoeren Schoneveld, Eikerbout, Eerd mans en Sijtsma. Het voorstel van B. en W. wordt daarna aangenomen met 1714 stemmen. Tegen stemden de vorigen, uitgezonderd do heer Eikerbout. Over de werkwijze van de Com missie van Financiën. 15o. Voorstel: a. om niet aan te nemen de motie van den heer van Eek, inzake wijziging van do sa menstelling en den werkkring van de Com missie van Financiën; b. tot vaststelling van de verordening, houdende wijziging van do verordening van 31 Januari 1901 (Gem.bkd no. 3), be treffende de samenstelling en den werk kring der Commissie van Financiën. De lieer v. E c k bespreekt zijn motie. In het antwoord van B. en W. wordt hem verweten, dat hij deze motie niet heeft toe gelicht, doch de motie heeft reeds een heele geschiedenis. Indertijd heeft reeds mevr Dubbeldeman-Trago medegedeeld, dat de waarde van deze commissie van financiën nul was. Ook de heer Huurman was deze meening toegedaan en hij heeft toon spr. in overweging gegeven een reorganisatie van de commissie voor te stellen. De heer Huurmanrlk trek daar geen woord van terug. De heer v. Eek: Ik heb die woorden van den heer Huurman ter harte genomen en hen in 1924 met een reorganisatie-voor stel gekomen. In do werkwijze van de commissie is intussclren ytfen wijziging ge komen; Het is ook heel begrijpelijk, dat deze commissie overbodig is, want B. en W. stellen alleen uitgaven voor, die nood zakelijk zijn en do commissie kan niet an ders dan ze goedkeuren. Of het college van B en W. nu al meent, dat een wijziging van deze commissie in een commissie van bijstand overbodig is, gaat spr. niets aan. Hij richt zich lot den raad, die van een andere meening kan zijn. B. en W. vragen: zün wij niet altijd zuinig gewocst, hebben wij do financiën niet goed beheerd? Dat is een eng stand punt. Niet alleen de uitgaven bepalen den financieelen toestand van een gemeente. B en W. zijn niet de eenigen die het weten Wanneer er een commissie van financiën is, die in contact is met den Raad cn B en W. behulpzaam is. dan zou er een meer democratischen toestand geschapen wor den. Spr. bespreekt eenige firvancieelo voorstellen, die hoewel zeer sympathiek ook voor sprekers fractie, niet beschouwd ziju geworden in het raam van den gebee- len financieelen toestand. De heer Huurman: Dat is toch ge beurd. De lieer v. Eek: Dat is niet gebeurd. Het is raadzaam dat er van te voren ovèr- leg wordt gepleegd met de raadsfracties In verschillende steden bestaat reeds zoo'n commissie van bijstand. B. en W. kunnen natuurlijk zoo'n motie naast zich neerleg gen. klaar spr. gelooft, dat B. en W met een uitspraak yan den raad wei rekening zullen houden. De lieer Wilmer meent, dat als de commissie van financiën de taak kreeg, welke de heer v. Eek wenscht, de taak van andere commissies zeer beperkt zou wor den. Want thans worden alle voorstellen in andere commissies getoetst ook wat be trekt hun finaneïeelo zijde. Als dat niet meer liet geval zou zijn, zouden allo ande re commissies met mooie voorstellen ko men, die niet beschouwd zouden zijn inliet Pcht van den financieelen toestand. Bij alle voorstellen is een essentieelo kwestie: lean de gemeente do kosten daarvan dragen? En dat gebeurt in alle commissies. De hoor Eerdmans ïs eenmaal lid geweest van de commissie van financiën. Dat was een grootc paskwil Men had al leen te beslissen over de vraag of de gel den geleend zouden worden dan wel ge haald uit de belastingen. Moer had de commissie niet tc doen. Thans is do toe stand zóó, dat de raad een voorstel onder de oogen Tcrijgt, dat reeds geheel en al is klaar gemaakt en waarvan het moeilijk is om een goed inzicht te krijgen. Een inzicht in den algemeen financicelen toestand van de gemeente krijgen de raadsleden op die manier niet. Spr. denkt daarbij aan het onverantwoordelijk raadsbesluit tot aan koop van terreinen voor do nieuwe vee markt. De heer Huurman: Hacl dan tegen gestemd. De heer Eerdmans: Dat lieb ik ook wel degelijk gedaan. En ik wil nu ook wel verklaren, dat een van de redenen, waar om ik genoeg heb van het raadslidmaat schap, is, de wijze waarop bieT met tonnen wordt omgesprongen zonder aan de ge volgen to denken. Daarom noemt spr het ook een geluk, wanneer er een commissie zou zijn, die den geheelen financieelen toe stand onder de oogen zou kunnen zien. De financieel o toestand van Leiden ia heusch niet zoo rooskleurig. Leiden heeft o.a. veel hooge belastingen en is als woonstad ongenietbaar. Thans kijkt men zich blind op ieder voorstel afzonderlijk, maar den geheelen financieelen toestand kent men niet. Wethouder Sanders: En de begroo ting dan. Do heer Eerdmans: Geeft niets. Als iemand zich nog de moeite getroost om drie dagen lang de cijfers na te zien, dan wordt hij hier nog voor den gek gehouden cp den koop too. De vergadering wordt daarna geschorst tot kwart over acht. Avondvergadering. Over de Commissie van Finan ciën,. wandelbosch en nieuwe veemarkt Voortgegaan wordt met de behandeling van punt 15 van de agenda- Do heer S ij t s m a kan zich met de mofcio van den heer v. Eek vereenigen Zoowel de heer van Eek als de heer Eerd mans hebben de noodzakelijkheid van een grondige wijziging duidelijk aangetoond. Doch. als deze motie wordt verworpen, verklaart hij als voorzitter van de commis sie voor de huishoudelijke zaken, dat de commissie zich met dc door en B. en W. voorgestelde wijzigingen kan vereonigen, docr dat de commissie kennisneming van alle kwesties over onroerend goed wil handhaven voor de commissie voor de fi nanciën. Wethouder Sanders merkt op, dat de commissie van financiën niet voor de eerste maal in het gedrang komt. Spr heeft zelfs de beraadslagingen van het jaar 1888 opgezocht en het ia hem geble ken, dat de raad ook toen al hoffelijk was (gelach) Doch ook die discussies hebben geen wijziging gebracht in de werkwijze dier commissie. Ook de verandering in een commissie van bijstand is toen ge noemd, doch de plannen strandden steeds op moeilijkheden Het is spr. bekend, dat er in andere gemeenten soortgelijke com missies van bijstand zijn ingesteld, doch spr. betwijfelt of dat alles wel practisch wordt toegepast. Hij is het met den heer Wilmer eens, dat ook de andere commis sies de financieels zijde der vraagstukken moeten bezien. De heer Eerdmans heeft een heftig betoog gehouden over den le- genwoordigen toestand en wil bij ieder voorstel een soort algemeen financieel overzicht Spr. gelooft, dat aan zoo'n eisch geen enkele commissie zal kunnen voldoen In zijn taak kan het collego van B. en W. zich laten bijstaan door do commissie van bijstand, doch zoo'n commsisie wordt niet ingesteld door den raad, maar het initiatief moet uitgaan van het college van B. en W. Wanneer het college daar aan behoefte had gevoeld, had het reeds lang zoo'n comm'ssie ingesteld In alle andere zaken heeft het college zich reeds van zoo'n commissie van bijstand voor zien, welke commissies de financieele zij don der voorstellen evengoed onder de oogen zien. Het gemeentebeheer kan gesplitst wor den in 2 deelen, het uitvoeren van het geen in de begrooting is vastgelegd en daarnaast het nemen van maatregelen, die niet steuneD op de begrooting, zooals het beramen van belastingen Deze laatste be- hooren zeker tot de taak van de commis sie van financiën. Een commissie van fi nanciën moet zich uitsluitend bepalen tot die onderwerpen die niet behooren tot het domein van de andere commissies van bij stand De heer v. Eek wenscht meer invloed van den raad op het algemeen beheer Doch het is do taak van het collego van B en W. die zaken voor te bereiden, die onderworpen worden aan het oordeel van den raad Wanneer een commissie het college van B. en W. daarbij bijstaat, valt de verantwoordelijkheid min of meer te rug op dio commissie. Het is geenszins het voornemen van B. on W. om zich le ontlasten van de verantwoordelijkheid voor het financieel beheer Ook spr heeft zitt'ng gehad in de com missie van financiën Er zün zeker sluk- ken die door tijdseebrek zoo maar onder teekend moeten worden zonder studie, maar daar staat tegenover, dat het ook wel anders voorkomt Dat gebeurt in an dere commissies ook De heer v. Eek kan ook niet altijd diepgaande studies maken vpd al'es wat de lichtfabrieken aangaat. Ook de heer v. Eek heeft niet kunnen aan- toonen, dat het college van B cn W is tekort geschoten in zijn financieel beheer. Was dal beleid minder goed geweest, de belastingen zouden nog booger zijn ge werden Spr. deelt verder niet de mee ning van den heer Eerdmans, volgens welke het voorste' van een nieuwe vee markt niet zou zijn ingediend als er een commissie van bijstand geweest was. Hij gelooft niet, dat do raad zoo dom geweest is, die met op één na algemeene stemmen dat voorstel goedgekeurd heeft. Wat de kwestie betreft van de verkoop van t>n roerend goed. zegt spr dat dezo een geschiedenis heeft, hetgeen spr na der aantoont. In 1908 is de verordening gemaakt De partcijk is echter anders ge weest dan dc theorie, het grondbedrijf behoort meer thuis onder de commissie voor fabricage dan onder die van finan ciën. Spr. vindt geen reden om B en W te adviseeren een commissie van bijstand to verzoeken De heer Huurman herinnert er aan, dat hü vroeger reeds niet ingenomen was met de werkwijze der commissie van fi nanciën. Spr. heeft als lid van dezo com missie meermalen aangedrongen op ver andering, cn het is spr. in de practijk ge- deelte'ijk gelukt. Meerdere inlichtingen zijn aan de commissio verstrekt en de stukken worden aan de leden vroeger toe gezonden. Daarom kan spr. thans advi seeren de voorstellen van B. en W te aan vaarden. Als de commissie wordt, zooals de lieer v. Eek wil. gaat de commissie B. en W.-tje spelen, dan komt alles en alles Kijk, dat ia nou een berichtje, Dat mij treft en mij ontstelt, Daar ik op mijn linkorloopstok Zevon likdoorns heb getold. Dr. Pijnloos overleden, Likdoorndoodend fabrikant, Pijnloos maakte Dr. Pijnloos Heel wat likdoorns van kant. Die vermaarde oksteroogen Brachten hom voel geld in kas, En toch is hij nu gestorven, Arm, zooala hij vroeger was. On oen schaam'lo achtorkamor, L. Jig, akelig en bol, Stierf de ekstcroogen-koning, Koning van de Kukirol! Maar zijn naam zal op de aarde In geen oeuw verdwime gaan, Zoolang er op 's menschen vooten Ekstoroogen nog bestaan. Ik breng hem bij zijn verscheiden Deze hulde in do krant, Ook al brengt zijn dood verblijden Aan den schoenenfabrikant. bij de commissio terecht, wat niet noodig is. De practijw heeft zich den laatstet tijd heel wat verbeterd. Ook van het voor stel inzake de veemarkt was de commis sie ingelicht De heer v. E c k beschouwt dc verande ringen, welke B en W voorstellen Zij komen neer op een k'eine uitbreiding van de bevoegdheid der commissie Een verbe tering is dat, maar desniettemin acht spr. de commissie, zooals zij ia, overbodig Na opstelling van het voorstel is er weinig meer aan te veranderen, vóór de opstel ling moet er meer beraadslaagd worden. Wanneer de S D A. P iets voorstelt, wordt steeds door B. en W den indruk gevestigd, dat dit de financieele draag kracht der gemeente te boven gaat terwijl van do zijde van B en W dikwijls zeer in grijpende voorstellen worden gedaan Toon de heer Knuttel indertijd de aanleg van een wandelbosch voorstelde, werd dat vol komen van de hand gewezen Eenigen tijd later komen B. en W. zelf met een voor stel om grond beschikbaar te stellen voor de Leidsche Hout Dat de andere com missies de financieele zijde bekijken, is heel natuurlijk, maar als een speciale com missie daarvoor is, zü'n de andere com missies nog niet overbodig Wethouder Sanders heeft gezegd, dat de practijk in andere steden we' anders zal zijn, doch spr leest voor hoe de practijk in Amster dam is Dat B en W de verantwoorde lijkheid aanvaarden is goed, maar het is ook goed "als de verantwoordelijkheid op meerdere schouders wordt geleed Wan neer spr.'s voorstel wordt verwornen. zon spr gaarne een amendement indienen op de voorstellen van B en W en de nnn- en verkoop van onroerend goed inlasschen bij do werkzaamheden van Je commissio van financiën De heer Eerdmans blijft de instel ling van een commissio van btfstand zeer noodig achten. Wanneer elk voorstal niet begeleid kan worden door een over zicht van den financieelen toestand, dan is de toestand toch wel hopeloos Nu is er geen tijdstip, waarop wij den geheelen fi nancieelen toestand van de gemeente kunnen overzien. En dal is toch hoog doo- dig, want hef is zeer utopistisch gezegd, te beweren, dat de bo'astincen voortdu rend dalen. Integendeel, ze zijn abnormaal hoog Maar dat zijn kwesties, die nooit aan ons oordeel worden voorgelegd Spr. geeft toe dat in sommige gevallen dubbel werk zal worden ge'everd. wanneer eon commissie van bijstand voor do financiën er is. Maar dat is niet erg Spr komt nog eens terug op dp marktkwestïe Toon het land voor de markt word aangekocht, was de raad in 't geheel niet op do hoogto van de vérstrekkende gevolgen Hot zon goed geweest zijn, als oen commissie d:e zaak. ook eens had overwogen Over 't alge meen is cle gemeente voel on veel te duur uit. Op kleinigheden is oen hce'cboel to bezuinigen Daarop kan zoo'n comnvssio letten. Meerder contact met den raad is geen overbodige woelde. Wil de raad mee gaan met B en W en niet met de motie- v Eek, dan zou spr willen voorstellen sub 8 van de verordening te schrappen, waardoor al'e zaken van financieele betee- kenis aan worden onderworpen Spr weet wel. dat de raad vaak een lastig lichaam is, doch do raad gevoelt ook wel eens be hoefte aan meer samenwerking De heer Huurman noemt het een heilige onnoozelheid om te meenen, dat een commissie van hijstand het oploopen van de be'astineen had kunnen tegenhou den. Het is gemakkelijker te critiseeren dan te rogeeren Teruekeerende op du aangeroerde marktkwestie. zegt sprdat het nog niet zoo eenvoudig is om zoo'n plan uit te werken De kwestie was toen om een terrein le vindon, dat in z'n alge meenheid geschikt was Men kan boven dien niet alles van to voren bekend rtia- ken. Als de heer Eerdmans alles klaar had ingezien, waarom heeft bij clan daar van indertijd geen b'ijk gegeven? De heer Wilmer herinnert er aan, dat hij in de commissie voor dc verorde ningen bezwaar heeft gemaakt tegen het nu namens dio commissie door de hoeren v. Eek en Sijtsma ingediende amende ment. Wordt het amendement-v. Eek aan genomen, dan zal bijv beslist moeten wor den over den aankoop van grond bij den bouw van een politie-burcau, maar nicj over den bouw van het gebonw zelf, wat veel meer kost Dan kan men beter mee gaan met de gedachte van den beer Eerd mans of mot de motie van den heer van Eek Spr. blijft er bij, dat iedorc raads commissie elke zaak moet beschouwen in bet licht van den financieelen draag kracht der gemeente. Kont zij (lezen too- stand niet dan moet zij informeeren Daarom blijft spr. tegen het voorstel-* Eek en vindt spr. het amondement-v. Lek half werk. De hoer Wilbrink merkt op. dat het betoog van den wethouder zijn ziens wijze niet heeft veranderd, dat do taak van de commissie van financiën een paf

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 3