I
)erde Blad.
Vrijdag 25 Maart 1927
UIT DE PERS
c pers over de verwerping
van het nederlandsch-
belgisch verdrag.
peNiouwe R o 11. C r t. is er enthou-
jst over:
Ook wij willen een woord van erken
telijkheid niet achter houden jegens
onzen Senaat, die onvervaard den moed
jjjuer overtuiging getoond heeft. Tot er
kentelijkheid is te gereeder aanleiding,
omdat een ieder wel weet, dat het vo
tum, waartoe do Kamermeerderheid zich
rerplicht aohtte, geen votum geweest is,
iraartoo zij met blijdschap kon over
gaan. De bepaling van de stem moge
voor do meeste Kamerleden zakelijk
niet moeilijk geweest zijn, zij zullen er
van overtuigd zijn geweest, dat do ope
ratie, waartoe werd overgegaan, voor de
wederpartij in het geding, België, iets
pijnlijks moest hebben. En toch, dit kon
allerminst worden gewenscht.
De Maasbode niet minder. Het blad
ührijft o.m.:
Zoo ooit, dan valt in dit geval het „Do
inortuis nil nisi bene" te huldigen, en wij
doen zulks van harte. Maar wij behoe
ven daarom nog niet voorbij te gaan
san het feit, dat Minister van Karne-
beek in zijn laatste verdedigingsrede
meer en beter had kunnen rekening hou
den met de ernstig bestaande kans, dat
bet ontwerp geen meerderheid zou vin
den.
De Minister heeft, het gewicht on do
naterieelo beteekenis der oppositie
schromelijk onderschattend, twijfel ge
uit, of Nederland in staat zou zijn aan
bet buitenland en de Mogendheden
duidelijk te maken en te rechtvaardi
gen, waarom het dit pact moest verwer
pen.
Wij wenschen dezen twijfel ver van
ons te werpen. Wij zijn er integen 'eel
>1 van overtuigd, dat men buiten
onze grenzen de Nederlandsche houding
al egrijpen, billijken en waardeeren,
si zal om dit resultaat te bereiken mis
schien een meerdere en juistere publicis-
activiteit van Nederlandsche, of-
licieelo of particuliere, zijde moeten wor
den ontwikkeld, dan tob dusver werd ge
presteerd.
Het Centrum laat een geheel ander
fluid hooren:
Minister van Karnebeek zal thans
gaan.
In alle oprechtheid en warme bewon-
doring brengen wij hem een eeercsaluub.
Hij heeft zijn land in moeilijke jaren
op voortreffelijke wijze gediend door
wijs beleid, groote behoedzaamheid,
scherp doorzicht, en zeldzame kracht.
Helaas, de felle persoonlijke cam
pagne, tegen hem in de laatste maanden
op onwaardige wijze gevoerd, zal bij ve
len van ons volk zijn persoon hebben
Maar even zeker is ook dit: de on
partijdige historie zal hem in het gelijk
n, en hem de waardeering herge-
Ten, die hem thans onthouden wordt.
Hij kan gaan in de vaste overtuiging,
dat hij zijn land heeft gediend als een
echt vaderlander, die beter heeft inge
zien dan zijn bedillers, wat dit land ten
Toordeei zou zijn geweest.
Wij betreuren zijn heengaan.
Maar wij'betreuren nog meer de oor
aak, die hem tot heengaan dwingt.
De Tijd betreurt ook het gevallen vo-
ten zeerste.
„Verwerping van het Verdrag zou zijn,
kan het niet anders zien, een groote
politieke fout", zeidc Minister van Kar
nebeek aan het slot van zijn magistrale
rede, gisteren in de Eerste Kamer. Ve
len in Nederland zullen met ons vreezen,
dat de bewindsman, die, nu zijn levens
werk is vernietigd, de taak aan anderen
overdraagt, door de komende feiten in
het gelijk zal worden gesteld. Met hem
betreuren wij dan ook het gevallen vo
tum, dat niet in het belang zal blijken
te zijn van ons vaderland.
Het Vaderland tegenstander
van het Verdrag schrijft o.m.:
Wij moeten er op wijzen, dat in de
groote achting die men in Nederland
voor den heer van Karnebeek had en in
het groote vertrouwen dat men in hem
koesterde, voor hem zeiven een gevaar
lag. Overtuigd, dat ovèreenstemming
tusschen de beide naties moest worden
bereikt, van heb tractaat om zoo te zeg
gen zijno levenstaak makende, kon het
moeilijk uitblijven dat hij geheel Euro-
peesch ging denken, en te weirig om
keek na r de eigen natie. Hij heeft er
zich b.b. naar onze bescheiden meening
niet genoeg rekenschap van gegeven
wat 't- Belgische annexionisme voor het
Nederlandsche hart wilde zeggen, zoo
kort nadat wij de Belgen de grootste
hulpvaardigheid hadden betoond. De
rede van den Hr. Polak in do Eerste Ka
mer was in dat opzicht van de allereer-
lijkste duidelijkheid, want ze was kort
sameng -at niet anders dan een: Niet
wij zijn de Belgen iëts verplicht, maar
de Belgen ons, en het is juist ook in die
atmosfeer geweest, dat de actie tegen
het tractaat zoo geweldig insloeg wat
helaas geleid heeft' tot allerlei vuil ge
schrijf tegen den Minister, waarin hij
met het ergste werd bedreigd. En nu
weten wij wel dat do staatsman over
dat alles moet heenzien, maar men ver-
gete dan toch niet dat hij als minister
van Buitenlandsche Zaken niet alleen
was internationaal onderhandelaar maar
ook eerste dienaar van Haar, die in ons
land de Kroon draagt.
Het Volk schrijft o.m.
Terwijl de eigenlijke volkskamer het
verdrag met België met 50 tegen 47
Btemmen aanvaardde, heeft de door ge
trapt kiesrecht verkozen Kamer heb
met 33 tegen 17 6temmen afgewezen.
Dit besluit zal stellig tot uitbundige
vreugdekreten aanleiding geven in be
paalde kringen der bevolking en men
zal niet nalaten tegenover de Kamer
der „beroepspolitici" de Kamer der
„mannen uit het volle leven" to stellen
en hieruit argumenten tegen het recht-
streeksch algemeen kiesrecht af te lei
den. De teekenen daarvan waren in de
agitatie tegen het verdrag reeds menig
vuldig
Wij vreezen ten zeerste dat heb ver
loop van zaken na do verwerping van
deze zegekreten weinig overlaten zal
en dat er wellicht spoedig genoeg een
oogenblik zal komen, waarop het diep
betreurd zal worden, dat het besluit
van do Tweede Kamer door de Eerste
Kamer omvergeworpen is.
Wat zal er nu gebeuren?
In de eerste plaats treedt minister
Van Karnebeek af en in de tweede
plaats komt de Belgische regeering vrij
te staan van de verbintenissen die zij
door onderteekening van het verdrag op
zich genomen had.
Deze laatste opmerking is ook de grond
gedachte van wat De Telegraaf
schrijft:
Nederland heeft aan België gewei
gerd, df beteren toegang tot zijn eeni-
ge haven te geven, welke het moderne
verkeer eischt. Het heeft, zooals Van
Karnebeek het uitdrukte, gebruik ge
maakt van zijn ligging om België den
hem noodzakelijken toegang te onthou
den. Hat was het cardinale punt. Dit feit
moeten wij nu de Senaat uitspraak deed,
onder de oogen zien. En dit met den
waardigen ernst, die den Nederlander
past.
De minister heeft het duidelijk onder
streeptvan vreesaanjaging is geen
sprake. Maar we mogen het oog er niet
voor sluiten, dat er ook nog andere par
tijen zijn. Wij komen nu in do door hem
bedoelde eigenaardigo sfeer, dat men
niet weet wat machtiger zal zijn, het
recht of de feiten. Men komt thans in
dien moeilijken tijd te staan, den tijd
van verwikkelingen.
Hiormeo is do kwestie van de Schelde,
de Wielingen, het Kanaal Antwerpen-
Moerdijk niet afgedaan.
Integendeel, die is eerst in haar be
gin. De klok is teruggezet.
belgische persstemmen.
Do meeste Belgische avondbladen wij
den naast de telegrammen uit den Haag
nog een beschouwing aan deze gebeurte
nis.
Do (sociaal-democratische) Peuple,
welke vaak de opinie van minister 'Van-
dervelde weerspiegelt, slaat een vrij beza-
digden toon aan en brengt hulde aan mi
nister van Karnebeek. Eens zal de dag ko
men, meent het blad, dat Nederland de va
derlandsliefde en toewijding van den ont-
slagnomenden minister recht zal laten we
dervaren. Het Nederlandsche parlement
heeft het door zijn regeering onderteekend
en door heb Belgische parlement bekrach
tigd verdrag verworpen. Het was zijn
recht, maar niemand mag zich illusies ma
ken omtrent den aldus geschapen delica-
ten en moeilijken toestand.
De (Antwerpsche) Nieuwe Gazet
schrijft:
Holland heeft het tafellaken doorgesne
den. Het moet het maar weten. Onze re
geering is tot uiterste toegevingen ge
gaan. Zij heeft naar geen nieuwe voorstel
len van Holland meer te luisteren. Vooral
niet meer, nu het voor goed uitgemaakt is,
welko geest de meerderheid van dit land
ten onzen opzichte bezielt. 'Nu maar de
kwestie gebracht voor het tribunaal der
mogendheden.
De (Antwerpsche) Echo du Soir
schrijft
Het gedrag van Nederland zal in het
buitenland streng worden geoordeeld. Men
zal wel in hooger beroep gaan van die be
slissing.
De Flandro Liberale (Gent)
schrijft:
De Nederlanders hebben ons nog niet
vergeven, dat wij in 1830 onze vrijheid te
gen hen in hebben verkregen, en kunnen
zich niet aan de gedachte wennen, dat
België door het winnen van den wereld
oorlog thans een onafhankelijk land is
geworden en dat dit de noodzakelijkheid
van herziening van de verdragen van 1839
met zich brengt.
Do Matin (Antwerpen) schrijft, dat- de
consequentie van het gevallen besluit
onorm zal zijn. De Belgische regeering
heeft den plicht do Sclielde-kwestie voor
heb tribunaal der mogendheden te bren
gen. Wij mooten gelooven, aldus het blad,
dat onze vertegenwoordigers onze rech
ten te G*nève en in de besprekingen die
onmiddellijk met do Europeesche kanse
larijen gevoerd moeten worden, zullen we
ten te doen zegevieren. Wij moeten zon
der verwijl de werken voor den aanleg
van liet Kanaal Afitwerpon£#ul«r gunneTi.
Wij hebban geen enkele reden meer nu
Botterdam to laten profiteeren van hot
RijnschElzassich verkeer.
LAND- EN TUIN&OUW
Boterccntrole-station -Zuid-Holland.
Woensdag heeft het Botercontrolesta-
tion Zuid-Holland te 's-Gravenhage een
algemeeno vergadering gehouden onder
leiding van zijn voorzitter, den heer J.
v. d. Koogh.
Behandeld, werd liet jaarverslag over
1926, waaraan het volgende is ontleend:
Van twee leden ontving het bestuur
het verzoek om boter, voorzien van een
rijksmerk formaat A, te mogen wikkelen
in een wikkelpapicr, waarop niet de
naam van het lid, maar wel die van een
niet-aangesloten winkelier of handelaar
voorkwam. Het verzoek werd aanvanke
lijk geweigerd, daar de centrale commis
sie voor de botercontrolestations zich er
tegen had verklaard. Daar echter het
Botercontrolestation Leiden wel aan
uit de radio-wereld.
Programma's voor Zaterdag 26 Maart.
Hilversum, 1060 M.
12.Politieber.
4.305.Concert door het H.D.O.-or-
kest.
5.5.30 Duitsche les voor beginners.
5.306.Fransche les voor beginners
0.6.45 Concert door het H.D.O.-orkest
6.457.45 Cursus voor boekhouden en
handelskennis.
7.45 Politieber.
10.30 Persber.
8.10 Utrechtsche V.A.R.A.-avond.
D a v e n t r y, 1600 M.
2.20 Oxford versus Cambridge. Be
schrijving van den wedstrijd. Muziek van
de militaire band.
4.Arsenal versus Southampton, voet
balwedstrijd.
5.Concert door de militaire band
5.20 Kinderuurtje.
6.05 Causerie: A garden chat.
6.20 Dansmuziek.
6.50 Tijds., weerber., nieuws.
7.05 Dansmuziek.
7.20 Causerie.
7.35 Do sonates van Beethoven. Laf-
fitte, piano.
7.45 Lozing: This season's cup strugg
les.
8.05 Dansmuziek.
8.20 Beethoven-concert. Solomon, piano
Symphon'io-orkest, o.l.v. Zemlinsky. Om
9.20 onderbroken voor tijds., weerber.,
nieuws.
10.35 Causerie: The atom.
10.5012.20 Danscuziek van het Sa-
voy-Hofcel.
„R a d i o-P a r i s", 1750 M.
10.5011.20 Concert.
12.502.10 Orkestconcert.
5.055.55 Concert door de Jazz Sym
phonic.
8.5011.20 Galaconcert. Jacovacci,
pianiste. Bouchet, 8-jarigo pianiste. Lau
rent, zang. Lacroix Righi. zang. Ra:ter
jazzband. Lit va, sopraan. Mevr. Dorna,
zang. Hr. Monteil, guitaar. Perpignani,
bariton.
L a n g e n b e r g, 469 M
10.20—11.20 Concert.
IJ.2012.20 Becthovenconcert. Kligner
kwartet.
12.501.50 Kamermuziek, (fluit, viool,
luit).
4.205.20 Beethoven-concert. E. Gra
pe, piano. Dr. Iran, tenor.
6.50 „Matthaus-Passion", 4 zangkoren,
Verstedel. orkesten Barmen Elberfeld.
10.3512.20 Dansmuziek.
Königswusterh useu 1250 M. en
Berlijn 484 en 566 M.
10.506.40 Lezingen en lossen.
6.50 „Fidelio", opera in 2 acten van
Beethoven.
9.5011.50 Dansmuziek.
Hamburg, 394 M.
ll.üO1.20 Orkóstconcertr
I.252.10 Kamermuziek.
3 354.20 Alpeuliedjes.
52.06.10 Vroolijk concert.
7.20 Beethoven-concert.. Orkest en soli.
II.10. Slot.
Bruéfèl, 609 M.
4.20—6.20 Orkestconoert.
8.50 Kwartet-muziek.
9.35 Les.
9.5010.60 Dansmuziek.
ONZE TOESTELLEN DEUGEN NIET.
Een brandend vraagstuk.
80 pet. van de Nedorlandsohn
ontvangapparaten
veroudord?
„Wie zal ontkennen dat het met de ont
vangst treurig gesteld is?" Aldus schrijft
de redactie van „Radio-Wereld", welk«
het loffelijk initiatief heeft genomen, om
het Noderandsche publiek eens wakker te
schudden.
Men noemt het tegenwoordig oen pres
tatie, indien men er in slaagt Parijs van
Daventry of Königswustershausen van
Hilversum vrij te houden! Scheveningen
stoort en Kootwijk accompagneert getrouw
de uitzendingen van 5XX Waar moet dat
heen als straks onze tweede omroep-zen-
der zijn stem zal verheffen?
Ook op de korte golf werken thans ver
schillende fijn gemoduleerdo stations, wier
programma's bijzonder verzorgd zijn en
dus weldegelijk luistergenot zouden bie
den, ware het niet dat door tekortkomin
gen van het toestel do luidspreker oen
conglomeratie van gesyncopeerde muzielc-
en spraakgeluiden reproduceert.
Volgens ecu onderzoek door Radio-We
reld ingesteld, blijkt, dat hoogstens 20 pet.
der momenteel in gebruik zijnde toestel
len voldoende selectie-mogelijkheden biedt
om den bezitters het genot eener onge
stoorde ontvangst van alle daarvoor in
aanmerking komende stations te schen
ken, de resteerende 80 pet. is min of
meer als verouderd te beschouwen.
Waar men er niet over denkt het aan
tal zenders te verminderen, nu integen
deel als vaststaand mag worden aangeno
men dat eerlang nog tal van omroep-zen-
ders in bedrijf zullen komen, waarbij
krachtstations, kan men licht beseffen,
dat wij aan den vooravond van een volsla
gen revolutie staan en niemand, hetzij
luisteraar, amateur, fabrikant of hande
laar is, zal onzijdig kunnen blijven.
Het blad komt tot de conclusie, dat de
toestelbouw voortaan in gansch andere
banen geleid zal dienen te worden. Het
Koomans-schema en deszelfs modificaties
heeft afgedaan, directe antenne-koppe
ling evenzoo cn wel voor de geheele reeks
van ontvangstolsels, tenzij doeltreffende
selectie-principes in andere h.f. ketens
toegepast worden, hetgeen uit een oogpunt
van efficiency meerdere aanbeveling ver
dient
DE PHILIPS' Uit IN.
Gehoord ook in West-lndië.
Het departement van Koloniën ontving
telegrafisch bericht uit West-lndië, dat
men daar do uitzondingen van het Phi
lips laboratorium te Eindhoven op Vrij
dag j.l. met groote geluidsterkte heeft ont
vangen. Gemold wordt nog, dat de hel
derheid, zuiverheid on sterkte der Ameri-
kaanscfrp tTTrrroèpSfttfion<f wérden om-trof
fen en dat door don luidspreker elk woord
prachtig verstaanbaar was en dat goede
kamermuziek word verkregen. Er waa
geen fading, noch waren er luchtstorin-
gcn.
zijn leden toestond wat aan do loden vau
het Zuid-Hollandsche station Leiden was
geweigerd en dit geschieddo onder goed
keuring van den inspecteur van het zui-
velwezen, tevens rijkszuivelinspecleur,
waardoor een onrechtmatige toestand
voor do leden van het B. C. Zuid-Hol
land was geschapen, verzocht het bestuur
aan do centrale commissie, deze kwes
tie nog eens to bespreken. Het gevolg
hiervan was, dat de commissie nu goed
keurde, dat de boter van niet-aangeslo-
tenen op de genoemde wijze werd afge
leverd, mits het opschrift op het wikkel
papier niet den indruk zou maken, dat
de daarin genoemde firma zelf ouder
controle stond.
Het ooilege van directeuren heeft aan
de besturen der boter- cn kaascontrolo-
stations voorgesteld, een tenloonstellings-
fonds te stichten, hetwelk de organisatie
en do flnunciooring vau de deelneming
aan groote tentoonstellingen tot taak zal
hebben. Het B.C. Zuid-Holland besloot
zijn steun aan dit fonds te geven, hetgeen
de eerste 2 jaren telkens J 157.50 zal vor
deren, de volgende jaren ongeveer do
helft.
De omzet ia 1925 was 2.867.620 K Q.
en wordt voor 1927 geroamu op 3.221.000
K.G. Het station gaf 3 369.200 rijkswer
ken uit waarvan 2.911 >00 inwikkels
Tot bestuurslid, uiet-producent, in de
plaats van don heer I. B Lübuis, die
bedankt had, werd gekozen de heer P.
Oly, te s-Graveuhage. De heer J. M. V.'a-
genaar Hummelinck werd als bestuurslid
herkozen.
Wiana van Stolberg en de
Katholieken.
Pater Gorris S.J. schreef in „Do Tijd"
'a 21 Mei 1926 zijn derde artikel.
III. (Slot),
jwr diep-overtuigde Koningsgezinde
wderlanders heeft dit feest een bitteren
bijsmaak.
Al zou Juliana van Stolberg voor onze
fonale historie politieke beteekenis
Men, dan is uit de voorgaande artike-
verklaard, waarom de Nederlandsche
btholpken zich toch bezwaard zouden
voelen, om aan een huldiging van haar
We to werken. Maar daar er van zulk
beteekenis geen sprake kan zijn, be
aat er voor ons geen aanleiding om ons
nader met de persoonlijkheid van gra-
Juliana bezig te houden. En daar on-
f opvatting ten deze licht weer niet zou
^reeostemmen met die van vele andSre
Werlanders, laten wij dit te liever na,
Wat wij de gevoeligheid onzer anders-
j ende landgenooten, die zich gaan op-
haar te vieren, zoo zorgvuldig mo-
•Uk wenscheu te ontzien. Maar ook wij
ben gevoeligheden en ook die zouden
ffederkecrig gaarne gespaard zien in
r?en» 6ie zoo volop dagen van een-
-chtige nationale vreugde kunnen zijD:
oneer wij n.l. den lSen verjaardag van
6 8®^efdc Prinses Juliana zullen vie-
^©Ifs al wil men in dien tijd ook de
'ging van Juliana van Stolberg doen
diu' ^an bunnen wij daar niets tegen
"i zoo dit slechts een huldiging on-
geestverwanten blijft en deze niet
enSd worde met het nationale feest,
I ttS? allen zoo van harte gaarne
0 somen eendracht wenschen deel te
ïien.
Prinses Juliana een nationale figuur.
Inderdaad, Prinses Juliana, ziedaar een
voor alle oprechte Nederlanders kostbare
nationale figuur! Een van de aandoenlijk-
ste herinneringen van het thans levend ge
slacht zal blijvöYi die gedenkwaardige
30ste April van 1909, toen geheel ons volk,
anders zoo stug bij het uiten zijner inner-
lijkste gevoelens, zonder schroom of terug
houdendheid in het binnenste van zijn ziel
liet lezen hoe enthousiast gelukkig heb
was met zijn nieuw prinsesje. Dit was
meor dan een algemcen-menschelijke ver-
teedering, hoo verklaarbaar die overigens
oök zou geweest zijn, over het feit, dat
een algemeen gekende en hooggeachte
Vrouwe, onze Koningin, na vele teleurstel
lingen haar hartewensch had vervuld ge
zien. Noen, ujt die spontane, soms bijna
kinderlijke, allo decorum vergetende
vreugde, spi*ak hot echt nationale besef,
dat door doze geboorte ons door den He-
mol een kind geschonken was, dat van de
hoogste beteekenis zou zijn voor onze na
tionale historie en voor do verdere ont
wikkeling der lotgevallen van het Neder
landsche Volk. Zonder eenigen wanklank,
in ongekend enthousiasme, is toen de ge
boorte begroet en bejubeld van het Oran
jekind, dat het bedreigde Oranjegeslacht
zou voortzetten en den band tusschen Ne
derland en Oranje bestendigen. Dat waren
heerlijke dagen na zooveel angstige span
ning, en het zou heerlijk zijn, indien wij
opnieuw onze uitbundige, eendrachtige
vreugde van toen konden doen herleven
in do gezamenlijke huldiging van het ge
liefde Koningskind.
Maar dan moge men daarvan verre hou
den elk ander motief ter feestviering, dat
voor zulk een groot deel der diep-over
tuigde koningsgezinde Nederlanders als de
Katholieken, niet anders dan een bitteren
bijsmaak kan hebben. En wij zouden gaar
ne in alle oprechtheid zien, dat onze* an
dersdenkende landgenooten zich in dezen
onzen wcnsch vermochten in te denken.
Reeds enkele malen heeft de katholieke
pers zich in dezen zin uitgespi*oken. Toen
„De Tijd" in haar nummer van 17 Decem
ber 1925 de circulaire van het Comité voor
het gedenkteeken van Juliana van (Stol
berg afdrukte, schrcof de Redactie daar
een toelichting bij, die aan duidelijkheid
niets te wenschen over laat. „Zeker zullen
wij, Katholieken, zoo schreef zij, ons op
den 18en verjaardag onzer Prinses....
niet laten overtroffen in oprechten en
hartelijken jubel. Maar wij zouden het be-
trouren, indien dit nationale feest als
voorwendsel werd gebezigd, om weder de
bekende vooroordcelen tegen onze vader
landsliefde los te laten." En toch zal dit
onvermijdelijk geschieden, indien er niet
voor gewr-kb wordt, dat de beide feest
vieringen zorgvuldig gescheiden worden
gehouden.
Dit is natuurlijk ook de reden geweest,
waarom in „De Maasbode" van 16 Maart
1.1. onder den titel „Neen" een 'artikel is
verschenen, waarin, het is waar, onver
bloemd cil zonder verschooning, wordt uit
eengezet, dat en waarom de Katholieken
de 16e-eeuwsche gebeurtenissen niet zon
der protest en voorbehoud kunnen be
schouwen. Een enkel bezwaar is tegen dit
opstel wel in te brengen. Ofschoon het
blijkbaar door een uitstekend historicus is
geschreven, treffen wij er in de waardee
ring van personen en zaken toch nuancee-
ringen aan, dio door de katholieken wel
niet algemeen zullen worden aangenomen.
Ik voor mij althans vindt 't veel te sterk,
om aan Willem van Oranje niets minder
dan vier schrikbewinden op het geweten
to laden. Wat nog niet zeggen wil, dat hij
niet in mcerdore of mindere mate verant
woordelijk moet gesteld worden voor de
verschillende perioden van onderdrukking
der katholieken, die door den schrijver
geschetst worden.
Maar afgezien van deze nuanceering in
waardoering, geeft toch ook dit artikel,
wat do hoofdlijnen betreft, weer eens dui
delijk aan, welkö principieele bezwaren
een katholiek -heeft tegen do Oranjc-ver-
cering, dio men ons reeds bij Prins Willem
en zijn brooders wil doen aanvangen.
Tegen dit, helaas, wel wat fel geformu
leerde betoog heeft nu weer „Het Vader
land" van 20 Maart oen artikel gepubli
ceerd, dab allerzachtst uitgedrukt fulmi
nant mag lieetcn! Wij zullen het niet na
der ontleden, want van het eene woord zou
licht heb andere komen, en vrede en een
heid is juist ons doel. Wij willen alleen
pogen onze liberale medeburgers te doen
begrijpen, welke gegronde redenen wij
hebben om te schrijven, zooals wij en an
deren deden, opdat wij door erkenning
van elkanders goed recht, botsingen en
uitbarstingen van tweedracht mogen
voorkomen bij het blijde nationale feest,
dat wij tegemoet zien.
„Het Vaderland." dan schijnt niet te be
grijpen, waarom artikelen als de bedoelde
in „Tijd" en „Maasbode" geschreven wor
den. Wanneer men het niet eens is, zoo
redeneert het, met een circulaire, waarin
om geldelijko bijdragen wordt verzocht,
legt men deze eenvoudig naast zich neer.
Dat zal in 't algemeen wel waar zijn;
maar wanneer die circulaire een doel be
treft, dat den geadresseerde onmogelijk
sympathiek kan zijn; wanneer het een
zaak geldt, waar hij principieel tegen is,
gotuigt het toch van weinig nadenkend
heid bij den afzender, als deze desondanks
een dergelijko aanvrage toezendt. En de
ontvangors, die van historische kwesties
minder op de hoogte zijn, brengt mon
zoo toch in govnar er leelijk in te loopen.
«■"■HL" 1
Wij gelooven gaarne, dat men bij du .or
genomen Juliana-van-Stolbergvierirv' er
niet zoo gauw aan gedacht, heefi, dat dit
voor ons, Katholieken, geen huldiging was,
om aan mco to doen. Maar juist daamm
is het goed, dat van ons principieel be
zwaar openlijk getuigenis wordt afgelegd,
ter voorlichting van Protestanten en Ka
tholieken. Ook van do laatston. Want zon-*
der het zich precies duidelijk te kunnen
maken, voelen zij toch wel, dat hier iets
wringt. Deze artikelen in „De Tijd" zijn
dan ook geschreven, omdat aan do Re
dactie gevraagd was, of katholieken mc«
kunnen doen aan de oprichting van een
standbeeld ter nagedachtenis van Juliana
van Stolberg. Het ligt voor de hand, dat
het katholieke volk, hetwelk waarschijn
lijk wel deelt in „de bedroevende onbo
kendheid van velen mot den gezegenden
invloed van Juliana van Stolberg", waai
de circulaire van spreekt, de voorlichting
van zijn pors wcnscht.
Pater Gorris besluit dan:
Natuurlijk heb ik hier slechts persoon
lijke meeningen en overtuigingen weerge
geven. Ik voor mij twijfel niet aan de
juistheid daarvan, gezien vanuit het kr
tholieke standpunt; maar mocht eenig Ka
tholiek meeneu, dat hij wel kan bijdragen
tot hot gedenkteeken van Juliana van
Stolberg of mco kan doen aan do feeste
lijkheden te barer core: In dubiis libor-
tas. (In twijfelachtige zaken heeft men
vrijheid). Maar de hoogste wet blijve: In
omnibus caritaa! (In Ville zaken heersche
de liefde). Ik geloof zeker, dat daarin
geen enkele Katholiek met mij zal ver
schillen; en ik vertrouw, dat onze welden
kende landgenooten die meening zullen
doelen en daarnaar handelen.