I )erde Blad. Vrijdag 25 Maart 1927 UIT DE PERS c pers over de verwerping van het nederlandsch- belgisch verdrag. peNiouwe R o 11. C r t. is er enthou- jst over: Ook wij willen een woord van erken telijkheid niet achter houden jegens onzen Senaat, die onvervaard den moed jjjuer overtuiging getoond heeft. Tot er kentelijkheid is te gereeder aanleiding, omdat een ieder wel weet, dat het vo tum, waartoe do Kamermeerderheid zich rerplicht aohtte, geen votum geweest is, iraartoo zij met blijdschap kon over gaan. De bepaling van de stem moge voor do meeste Kamerleden zakelijk niet moeilijk geweest zijn, zij zullen er van overtuigd zijn geweest, dat do ope ratie, waartoe werd overgegaan, voor de wederpartij in het geding, België, iets pijnlijks moest hebben. En toch, dit kon allerminst worden gewenscht. De Maasbode niet minder. Het blad ührijft o.m.: Zoo ooit, dan valt in dit geval het „Do inortuis nil nisi bene" te huldigen, en wij doen zulks van harte. Maar wij behoe ven daarom nog niet voorbij te gaan san het feit, dat Minister van Karne- beek in zijn laatste verdedigingsrede meer en beter had kunnen rekening hou den met de ernstig bestaande kans, dat bet ontwerp geen meerderheid zou vin den. De Minister heeft, het gewicht on do naterieelo beteekenis der oppositie schromelijk onderschattend, twijfel ge uit, of Nederland in staat zou zijn aan bet buitenland en de Mogendheden duidelijk te maken en te rechtvaardi gen, waarom het dit pact moest verwer pen. Wij wenschen dezen twijfel ver van ons te werpen. Wij zijn er integen 'eel >1 van overtuigd, dat men buiten onze grenzen de Nederlandsche houding al egrijpen, billijken en waardeeren, si zal om dit resultaat te bereiken mis schien een meerdere en juistere publicis- activiteit van Nederlandsche, of- licieelo of particuliere, zijde moeten wor den ontwikkeld, dan tob dusver werd ge presteerd. Het Centrum laat een geheel ander fluid hooren: Minister van Karnebeek zal thans gaan. In alle oprechtheid en warme bewon- doring brengen wij hem een eeercsaluub. Hij heeft zijn land in moeilijke jaren op voortreffelijke wijze gediend door wijs beleid, groote behoedzaamheid, scherp doorzicht, en zeldzame kracht. Helaas, de felle persoonlijke cam pagne, tegen hem in de laatste maanden op onwaardige wijze gevoerd, zal bij ve len van ons volk zijn persoon hebben Maar even zeker is ook dit: de on partijdige historie zal hem in het gelijk n, en hem de waardeering herge- Ten, die hem thans onthouden wordt. Hij kan gaan in de vaste overtuiging, dat hij zijn land heeft gediend als een echt vaderlander, die beter heeft inge zien dan zijn bedillers, wat dit land ten Toordeei zou zijn geweest. Wij betreuren zijn heengaan. Maar wij'betreuren nog meer de oor aak, die hem tot heengaan dwingt. De Tijd betreurt ook het gevallen vo- ten zeerste. „Verwerping van het Verdrag zou zijn, kan het niet anders zien, een groote politieke fout", zeidc Minister van Kar nebeek aan het slot van zijn magistrale rede, gisteren in de Eerste Kamer. Ve len in Nederland zullen met ons vreezen, dat de bewindsman, die, nu zijn levens werk is vernietigd, de taak aan anderen overdraagt, door de komende feiten in het gelijk zal worden gesteld. Met hem betreuren wij dan ook het gevallen vo tum, dat niet in het belang zal blijken te zijn van ons vaderland. Het Vaderland tegenstander van het Verdrag schrijft o.m.: Wij moeten er op wijzen, dat in de groote achting die men in Nederland voor den heer van Karnebeek had en in het groote vertrouwen dat men in hem koesterde, voor hem zeiven een gevaar lag. Overtuigd, dat ovèreenstemming tusschen de beide naties moest worden bereikt, van heb tractaat om zoo te zeg gen zijno levenstaak makende, kon het moeilijk uitblijven dat hij geheel Euro- peesch ging denken, en te weirig om keek na r de eigen natie. Hij heeft er zich b.b. naar onze bescheiden meening niet genoeg rekenschap van gegeven wat 't- Belgische annexionisme voor het Nederlandsche hart wilde zeggen, zoo kort nadat wij de Belgen de grootste hulpvaardigheid hadden betoond. De rede van den Hr. Polak in do Eerste Ka mer was in dat opzicht van de allereer- lijkste duidelijkheid, want ze was kort sameng -at niet anders dan een: Niet wij zijn de Belgen iëts verplicht, maar de Belgen ons, en het is juist ook in die atmosfeer geweest, dat de actie tegen het tractaat zoo geweldig insloeg wat helaas geleid heeft' tot allerlei vuil ge schrijf tegen den Minister, waarin hij met het ergste werd bedreigd. En nu weten wij wel dat do staatsman over dat alles moet heenzien, maar men ver- gete dan toch niet dat hij als minister van Buitenlandsche Zaken niet alleen was internationaal onderhandelaar maar ook eerste dienaar van Haar, die in ons land de Kroon draagt. Het Volk schrijft o.m. Terwijl de eigenlijke volkskamer het verdrag met België met 50 tegen 47 Btemmen aanvaardde, heeft de door ge trapt kiesrecht verkozen Kamer heb met 33 tegen 17 6temmen afgewezen. Dit besluit zal stellig tot uitbundige vreugdekreten aanleiding geven in be paalde kringen der bevolking en men zal niet nalaten tegenover de Kamer der „beroepspolitici" de Kamer der „mannen uit het volle leven" to stellen en hieruit argumenten tegen het recht- streeksch algemeen kiesrecht af te lei den. De teekenen daarvan waren in de agitatie tegen het verdrag reeds menig vuldig Wij vreezen ten zeerste dat heb ver loop van zaken na do verwerping van deze zegekreten weinig overlaten zal en dat er wellicht spoedig genoeg een oogenblik zal komen, waarop het diep betreurd zal worden, dat het besluit van do Tweede Kamer door de Eerste Kamer omvergeworpen is. Wat zal er nu gebeuren? In de eerste plaats treedt minister Van Karnebeek af en in de tweede plaats komt de Belgische regeering vrij te staan van de verbintenissen die zij door onderteekening van het verdrag op zich genomen had. Deze laatste opmerking is ook de grond gedachte van wat De Telegraaf schrijft: Nederland heeft aan België gewei gerd, df beteren toegang tot zijn eeni- ge haven te geven, welke het moderne verkeer eischt. Het heeft, zooals Van Karnebeek het uitdrukte, gebruik ge maakt van zijn ligging om België den hem noodzakelijken toegang te onthou den. Hat was het cardinale punt. Dit feit moeten wij nu de Senaat uitspraak deed, onder de oogen zien. En dit met den waardigen ernst, die den Nederlander past. De minister heeft het duidelijk onder streeptvan vreesaanjaging is geen sprake. Maar we mogen het oog er niet voor sluiten, dat er ook nog andere par tijen zijn. Wij komen nu in do door hem bedoelde eigenaardigo sfeer, dat men niet weet wat machtiger zal zijn, het recht of de feiten. Men komt thans in dien moeilijken tijd te staan, den tijd van verwikkelingen. Hiormeo is do kwestie van de Schelde, de Wielingen, het Kanaal Antwerpen- Moerdijk niet afgedaan. Integendeel, die is eerst in haar be gin. De klok is teruggezet. belgische persstemmen. Do meeste Belgische avondbladen wij den naast de telegrammen uit den Haag nog een beschouwing aan deze gebeurte nis. Do (sociaal-democratische) Peuple, welke vaak de opinie van minister 'Van- dervelde weerspiegelt, slaat een vrij beza- digden toon aan en brengt hulde aan mi nister van Karnebeek. Eens zal de dag ko men, meent het blad, dat Nederland de va derlandsliefde en toewijding van den ont- slagnomenden minister recht zal laten we dervaren. Het Nederlandsche parlement heeft het door zijn regeering onderteekend en door heb Belgische parlement bekrach tigd verdrag verworpen. Het was zijn recht, maar niemand mag zich illusies ma ken omtrent den aldus geschapen delica- ten en moeilijken toestand. De (Antwerpsche) Nieuwe Gazet schrijft: Holland heeft het tafellaken doorgesne den. Het moet het maar weten. Onze re geering is tot uiterste toegevingen ge gaan. Zij heeft naar geen nieuwe voorstel len van Holland meer te luisteren. Vooral niet meer, nu het voor goed uitgemaakt is, welko geest de meerderheid van dit land ten onzen opzichte bezielt. 'Nu maar de kwestie gebracht voor het tribunaal der mogendheden. De (Antwerpsche) Echo du Soir schrijft Het gedrag van Nederland zal in het buitenland streng worden geoordeeld. Men zal wel in hooger beroep gaan van die be slissing. De Flandro Liberale (Gent) schrijft: De Nederlanders hebben ons nog niet vergeven, dat wij in 1830 onze vrijheid te gen hen in hebben verkregen, en kunnen zich niet aan de gedachte wennen, dat België door het winnen van den wereld oorlog thans een onafhankelijk land is geworden en dat dit de noodzakelijkheid van herziening van de verdragen van 1839 met zich brengt. Do Matin (Antwerpen) schrijft, dat- de consequentie van het gevallen besluit onorm zal zijn. De Belgische regeering heeft den plicht do Sclielde-kwestie voor heb tribunaal der mogendheden te bren gen. Wij mooten gelooven, aldus het blad, dat onze vertegenwoordigers onze rech ten te G*nève en in de besprekingen die onmiddellijk met do Europeesche kanse larijen gevoerd moeten worden, zullen we ten te doen zegevieren. Wij moeten zon der verwijl de werken voor den aanleg van liet Kanaal Afitwerpon£#ul«r gunneTi. Wij hebban geen enkele reden meer nu Botterdam to laten profiteeren van hot RijnschElzassich verkeer. LAND- EN TUIN&OUW Boterccntrole-station -Zuid-Holland. Woensdag heeft het Botercontrolesta- tion Zuid-Holland te 's-Gravenhage een algemeeno vergadering gehouden onder leiding van zijn voorzitter, den heer J. v. d. Koogh. Behandeld, werd liet jaarverslag over 1926, waaraan het volgende is ontleend: Van twee leden ontving het bestuur het verzoek om boter, voorzien van een rijksmerk formaat A, te mogen wikkelen in een wikkelpapicr, waarop niet de naam van het lid, maar wel die van een niet-aangesloten winkelier of handelaar voorkwam. Het verzoek werd aanvanke lijk geweigerd, daar de centrale commis sie voor de botercontrolestations zich er tegen had verklaard. Daar echter het Botercontrolestation Leiden wel aan uit de radio-wereld. Programma's voor Zaterdag 26 Maart. Hilversum, 1060 M. 12.Politieber. 4.305.Concert door het H.D.O.-or- kest. 5.5.30 Duitsche les voor beginners. 5.306.Fransche les voor beginners 0.6.45 Concert door het H.D.O.-orkest 6.457.45 Cursus voor boekhouden en handelskennis. 7.45 Politieber. 10.30 Persber. 8.10 Utrechtsche V.A.R.A.-avond. D a v e n t r y, 1600 M. 2.20 Oxford versus Cambridge. Be schrijving van den wedstrijd. Muziek van de militaire band. 4.Arsenal versus Southampton, voet balwedstrijd. 5.Concert door de militaire band 5.20 Kinderuurtje. 6.05 Causerie: A garden chat. 6.20 Dansmuziek. 6.50 Tijds., weerber., nieuws. 7.05 Dansmuziek. 7.20 Causerie. 7.35 Do sonates van Beethoven. Laf- fitte, piano. 7.45 Lozing: This season's cup strugg les. 8.05 Dansmuziek. 8.20 Beethoven-concert. Solomon, piano Symphon'io-orkest, o.l.v. Zemlinsky. Om 9.20 onderbroken voor tijds., weerber., nieuws. 10.35 Causerie: The atom. 10.5012.20 Danscuziek van het Sa- voy-Hofcel. „R a d i o-P a r i s", 1750 M. 10.5011.20 Concert. 12.502.10 Orkestconcert. 5.055.55 Concert door de Jazz Sym phonic. 8.5011.20 Galaconcert. Jacovacci, pianiste. Bouchet, 8-jarigo pianiste. Lau rent, zang. Lacroix Righi. zang. Ra:ter jazzband. Lit va, sopraan. Mevr. Dorna, zang. Hr. Monteil, guitaar. Perpignani, bariton. L a n g e n b e r g, 469 M 10.20—11.20 Concert. IJ.2012.20 Becthovenconcert. Kligner kwartet. 12.501.50 Kamermuziek, (fluit, viool, luit). 4.205.20 Beethoven-concert. E. Gra pe, piano. Dr. Iran, tenor. 6.50 „Matthaus-Passion", 4 zangkoren, Verstedel. orkesten Barmen Elberfeld. 10.3512.20 Dansmuziek. Königswusterh useu 1250 M. en Berlijn 484 en 566 M. 10.506.40 Lezingen en lossen. 6.50 „Fidelio", opera in 2 acten van Beethoven. 9.5011.50 Dansmuziek. Hamburg, 394 M. ll.üO1.20 Orkóstconcertr I.252.10 Kamermuziek. 3 354.20 Alpeuliedjes. 52.06.10 Vroolijk concert. 7.20 Beethoven-concert.. Orkest en soli. II.10. Slot. Bruéfèl, 609 M. 4.20—6.20 Orkestconoert. 8.50 Kwartet-muziek. 9.35 Les. 9.5010.60 Dansmuziek. ONZE TOESTELLEN DEUGEN NIET. Een brandend vraagstuk. 80 pet. van de Nedorlandsohn ontvangapparaten veroudord? „Wie zal ontkennen dat het met de ont vangst treurig gesteld is?" Aldus schrijft de redactie van „Radio-Wereld", welk« het loffelijk initiatief heeft genomen, om het Noderandsche publiek eens wakker te schudden. Men noemt het tegenwoordig oen pres tatie, indien men er in slaagt Parijs van Daventry of Königswustershausen van Hilversum vrij te houden! Scheveningen stoort en Kootwijk accompagneert getrouw de uitzendingen van 5XX Waar moet dat heen als straks onze tweede omroep-zen- der zijn stem zal verheffen? Ook op de korte golf werken thans ver schillende fijn gemoduleerdo stations, wier programma's bijzonder verzorgd zijn en dus weldegelijk luistergenot zouden bie den, ware het niet dat door tekortkomin gen van het toestel do luidspreker oen conglomeratie van gesyncopeerde muzielc- en spraakgeluiden reproduceert. Volgens ecu onderzoek door Radio-We reld ingesteld, blijkt, dat hoogstens 20 pet. der momenteel in gebruik zijnde toestel len voldoende selectie-mogelijkheden biedt om den bezitters het genot eener onge stoorde ontvangst van alle daarvoor in aanmerking komende stations te schen ken, de resteerende 80 pet. is min of meer als verouderd te beschouwen. Waar men er niet over denkt het aan tal zenders te verminderen, nu integen deel als vaststaand mag worden aangeno men dat eerlang nog tal van omroep-zen- ders in bedrijf zullen komen, waarbij krachtstations, kan men licht beseffen, dat wij aan den vooravond van een volsla gen revolutie staan en niemand, hetzij luisteraar, amateur, fabrikant of hande laar is, zal onzijdig kunnen blijven. Het blad komt tot de conclusie, dat de toestelbouw voortaan in gansch andere banen geleid zal dienen te worden. Het Koomans-schema en deszelfs modificaties heeft afgedaan, directe antenne-koppe ling evenzoo cn wel voor de geheele reeks van ontvangstolsels, tenzij doeltreffende selectie-principes in andere h.f. ketens toegepast worden, hetgeen uit een oogpunt van efficiency meerdere aanbeveling ver dient DE PHILIPS' Uit IN. Gehoord ook in West-lndië. Het departement van Koloniën ontving telegrafisch bericht uit West-lndië, dat men daar do uitzondingen van het Phi lips laboratorium te Eindhoven op Vrij dag j.l. met groote geluidsterkte heeft ont vangen. Gemold wordt nog, dat de hel derheid, zuiverheid on sterkte der Ameri- kaanscfrp tTTrrroèpSfttfion<f wérden om-trof fen en dat door don luidspreker elk woord prachtig verstaanbaar was en dat goede kamermuziek word verkregen. Er waa geen fading, noch waren er luchtstorin- gcn. zijn leden toestond wat aan do loden vau het Zuid-Hollandsche station Leiden was geweigerd en dit geschieddo onder goed keuring van den inspecteur van het zui- velwezen, tevens rijkszuivelinspecleur, waardoor een onrechtmatige toestand voor do leden van het B. C. Zuid-Hol land was geschapen, verzocht het bestuur aan do centrale commissie, deze kwes tie nog eens to bespreken. Het gevolg hiervan was, dat de commissie nu goed keurde, dat de boter van niet-aangeslo- tenen op de genoemde wijze werd afge leverd, mits het opschrift op het wikkel papier niet den indruk zou maken, dat de daarin genoemde firma zelf ouder controle stond. Het ooilege van directeuren heeft aan de besturen der boter- cn kaascontrolo- stations voorgesteld, een tenloonstellings- fonds te stichten, hetwelk de organisatie en do flnunciooring vau de deelneming aan groote tentoonstellingen tot taak zal hebben. Het B.C. Zuid-Holland besloot zijn steun aan dit fonds te geven, hetgeen de eerste 2 jaren telkens J 157.50 zal vor deren, de volgende jaren ongeveer do helft. De omzet ia 1925 was 2.867.620 K Q. en wordt voor 1927 geroamu op 3.221.000 K.G. Het station gaf 3 369.200 rijkswer ken uit waarvan 2.911 >00 inwikkels Tot bestuurslid, uiet-producent, in de plaats van don heer I. B Lübuis, die bedankt had, werd gekozen de heer P. Oly, te s-Graveuhage. De heer J. M. V.'a- genaar Hummelinck werd als bestuurslid herkozen. Wiana van Stolberg en de Katholieken. Pater Gorris S.J. schreef in „Do Tijd" 'a 21 Mei 1926 zijn derde artikel. III. (Slot), jwr diep-overtuigde Koningsgezinde wderlanders heeft dit feest een bitteren bijsmaak. Al zou Juliana van Stolberg voor onze fonale historie politieke beteekenis Men, dan is uit de voorgaande artike- verklaard, waarom de Nederlandsche btholpken zich toch bezwaard zouden voelen, om aan een huldiging van haar We to werken. Maar daar er van zulk beteekenis geen sprake kan zijn, be aat er voor ons geen aanleiding om ons nader met de persoonlijkheid van gra- Juliana bezig te houden. En daar on- f opvatting ten deze licht weer niet zou ^reeostemmen met die van vele andSre Werlanders, laten wij dit te liever na, Wat wij de gevoeligheid onzer anders- j ende landgenooten, die zich gaan op- haar te vieren, zoo zorgvuldig mo- •Uk wenscheu te ontzien. Maar ook wij ben gevoeligheden en ook die zouden ffederkecrig gaarne gespaard zien in r?en» 6ie zoo volop dagen van een- -chtige nationale vreugde kunnen zijD: oneer wij n.l. den lSen verjaardag van 6 8®^efdc Prinses Juliana zullen vie- ^©Ifs al wil men in dien tijd ook de 'ging van Juliana van Stolberg doen diu' ^an bunnen wij daar niets tegen "i zoo dit slechts een huldiging on- geestverwanten blijft en deze niet enSd worde met het nationale feest, I ttS? allen zoo van harte gaarne 0 somen eendracht wenschen deel te ïien. Prinses Juliana een nationale figuur. Inderdaad, Prinses Juliana, ziedaar een voor alle oprechte Nederlanders kostbare nationale figuur! Een van de aandoenlijk- ste herinneringen van het thans levend ge slacht zal blijvöYi die gedenkwaardige 30ste April van 1909, toen geheel ons volk, anders zoo stug bij het uiten zijner inner- lijkste gevoelens, zonder schroom of terug houdendheid in het binnenste van zijn ziel liet lezen hoe enthousiast gelukkig heb was met zijn nieuw prinsesje. Dit was meor dan een algemcen-menschelijke ver- teedering, hoo verklaarbaar die overigens oök zou geweest zijn, over het feit, dat een algemeen gekende en hooggeachte Vrouwe, onze Koningin, na vele teleurstel lingen haar hartewensch had vervuld ge zien. Noen, ujt die spontane, soms bijna kinderlijke, allo decorum vergetende vreugde, spi*ak hot echt nationale besef, dat door doze geboorte ons door den He- mol een kind geschonken was, dat van de hoogste beteekenis zou zijn voor onze na tionale historie en voor do verdere ont wikkeling der lotgevallen van het Neder landsche Volk. Zonder eenigen wanklank, in ongekend enthousiasme, is toen de ge boorte begroet en bejubeld van het Oran jekind, dat het bedreigde Oranjegeslacht zou voortzetten en den band tusschen Ne derland en Oranje bestendigen. Dat waren heerlijke dagen na zooveel angstige span ning, en het zou heerlijk zijn, indien wij opnieuw onze uitbundige, eendrachtige vreugde van toen konden doen herleven in do gezamenlijke huldiging van het ge liefde Koningskind. Maar dan moge men daarvan verre hou den elk ander motief ter feestviering, dat voor zulk een groot deel der diep-over tuigde koningsgezinde Nederlanders als de Katholieken, niet anders dan een bitteren bijsmaak kan hebben. En wij zouden gaar ne in alle oprechtheid zien, dat onze* an dersdenkende landgenooten zich in dezen onzen wcnsch vermochten in te denken. Reeds enkele malen heeft de katholieke pers zich in dezen zin uitgespi*oken. Toen „De Tijd" in haar nummer van 17 Decem ber 1925 de circulaire van het Comité voor het gedenkteeken van Juliana van (Stol berg afdrukte, schrcof de Redactie daar een toelichting bij, die aan duidelijkheid niets te wenschen over laat. „Zeker zullen wij, Katholieken, zoo schreef zij, ons op den 18en verjaardag onzer Prinses.... niet laten overtroffen in oprechten en hartelijken jubel. Maar wij zouden het be- trouren, indien dit nationale feest als voorwendsel werd gebezigd, om weder de bekende vooroordcelen tegen onze vader landsliefde los te laten." En toch zal dit onvermijdelijk geschieden, indien er niet voor gewr-kb wordt, dat de beide feest vieringen zorgvuldig gescheiden worden gehouden. Dit is natuurlijk ook de reden geweest, waarom in „De Maasbode" van 16 Maart 1.1. onder den titel „Neen" een 'artikel is verschenen, waarin, het is waar, onver bloemd cil zonder verschooning, wordt uit eengezet, dat en waarom de Katholieken de 16e-eeuwsche gebeurtenissen niet zon der protest en voorbehoud kunnen be schouwen. Een enkel bezwaar is tegen dit opstel wel in te brengen. Ofschoon het blijkbaar door een uitstekend historicus is geschreven, treffen wij er in de waardee ring van personen en zaken toch nuancee- ringen aan, dio door de katholieken wel niet algemeen zullen worden aangenomen. Ik voor mij althans vindt 't veel te sterk, om aan Willem van Oranje niets minder dan vier schrikbewinden op het geweten to laden. Wat nog niet zeggen wil, dat hij niet in mcerdore of mindere mate verant woordelijk moet gesteld worden voor de verschillende perioden van onderdrukking der katholieken, die door den schrijver geschetst worden. Maar afgezien van deze nuanceering in waardoering, geeft toch ook dit artikel, wat do hoofdlijnen betreft, weer eens dui delijk aan, welkö principieele bezwaren een katholiek -heeft tegen do Oranjc-ver- cering, dio men ons reeds bij Prins Willem en zijn brooders wil doen aanvangen. Tegen dit, helaas, wel wat fel geformu leerde betoog heeft nu weer „Het Vader land" van 20 Maart oen artikel gepubli ceerd, dab allerzachtst uitgedrukt fulmi nant mag lieetcn! Wij zullen het niet na der ontleden, want van het eene woord zou licht heb andere komen, en vrede en een heid is juist ons doel. Wij willen alleen pogen onze liberale medeburgers te doen begrijpen, welke gegronde redenen wij hebben om te schrijven, zooals wij en an deren deden, opdat wij door erkenning van elkanders goed recht, botsingen en uitbarstingen van tweedracht mogen voorkomen bij het blijde nationale feest, dat wij tegemoet zien. „Het Vaderland." dan schijnt niet te be grijpen, waarom artikelen als de bedoelde in „Tijd" en „Maasbode" geschreven wor den. Wanneer men het niet eens is, zoo redeneert het, met een circulaire, waarin om geldelijko bijdragen wordt verzocht, legt men deze eenvoudig naast zich neer. Dat zal in 't algemeen wel waar zijn; maar wanneer die circulaire een doel be treft, dat den geadresseerde onmogelijk sympathiek kan zijn; wanneer het een zaak geldt, waar hij principieel tegen is, gotuigt het toch van weinig nadenkend heid bij den afzender, als deze desondanks een dergelijko aanvrage toezendt. En de ontvangors, die van historische kwesties minder op de hoogte zijn, brengt mon zoo toch in govnar er leelijk in te loopen. «■"■HL" 1 Wij gelooven gaarne, dat men bij du .or genomen Juliana-van-Stolbergvierirv' er niet zoo gauw aan gedacht, heefi, dat dit voor ons, Katholieken, geen huldiging was, om aan mco to doen. Maar juist daamm is het goed, dat van ons principieel be zwaar openlijk getuigenis wordt afgelegd, ter voorlichting van Protestanten en Ka tholieken. Ook van do laatston. Want zon-* der het zich precies duidelijk te kunnen maken, voelen zij toch wel, dat hier iets wringt. Deze artikelen in „De Tijd" zijn dan ook geschreven, omdat aan do Re dactie gevraagd was, of katholieken mc« kunnen doen aan de oprichting van een standbeeld ter nagedachtenis van Juliana van Stolberg. Het ligt voor de hand, dat het katholieke volk, hetwelk waarschijn lijk wel deelt in „de bedroevende onbo kendheid van velen mot den gezegenden invloed van Juliana van Stolberg", waai de circulaire van spreekt, de voorlichting van zijn pors wcnscht. Pater Gorris besluit dan: Natuurlijk heb ik hier slechts persoon lijke meeningen en overtuigingen weerge geven. Ik voor mij twijfel niet aan de juistheid daarvan, gezien vanuit het kr tholieke standpunt; maar mocht eenig Ka tholiek meeneu, dat hij wel kan bijdragen tot hot gedenkteeken van Juliana van Stolberg of mco kan doen aan do feeste lijkheden te barer core: In dubiis libor- tas. (In twijfelachtige zaken heeft men vrijheid). Maar de hoogste wet blijve: In omnibus caritaa! (In Ville zaken heersche de liefde). Ik geloof zeker, dat daarin geen enkele Katholiek met mij zal ver schillen; en ik vertrouw, dat onze welden kende landgenooten die meening zullen doelen en daarnaar handelen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 9