)er d e B a d. GROOTE WELDOENSTER Woensdag 9 Maart 1927 """y STDEI? E h S RECHT VOOR ALLEN, OOK VOOR KLOOSTERLINGEN. prof- Diepenhorst schrijft in de Rot- rdammer (A.R.): Warme voorstanders zijn wij van den bndertotsag bij loonregeling. )at bij de loonsbepaling met wettelijk „iroleerbaro factoren als buweijk en dadertal wordt rekening gehouden, ach- eo wij rechtvaardig en voor onze toe komstige maatschappelijke ontwikkeling 50 goed van groote waarde. Pat aan ongehuwde mannen en vrou- iw eea geringer uitkeering wordt gege- tD dan aan hoofden van gezinnen, ^ookt volkomen met ons rechtsgevoel. Echter geldt dit dan voor alle onge- ÜfcD- Xiet maar voor zekere groep, waar- 0 men onderstelt dat zij geringere bo- loefte beeft dan een andere groep. Paarom doet ons leed, dat thans weer reidediqing v.ndt het te kwader uur in ij Pacificatie-commissie verdedigde denkbeeld om aan Roomsch-Katholieke loeders en zusters, die tot een orde be- ioien en in gemeenschappelijk huishou- n verkeeren, een deel van het salaris te houden. Uitgegaan wordt dan van de veronder- elling, dat die ordeleden het hun toe- kend salaris niet geheel ontvangen, aar dat indirect een deel aan kerke- fce instellingen ten goede komt. Om dat te verhinderen, moeten zij In uitzonderingspositie geplaatst wor- De uitzonderingspositie achten wij on- drt. Pe Staat heeft zich niet te bemoeien >t de vraag waarvoor de kloosterlingen t hun krachtens algemeene regeling Bkomende salaris willen besteden.. Zij mogen dat geven aan hun kerk, oals openbare onderwijzers aan hun md, de S.D.A.P., „cultureele'' biosco- a, jeugdwerk enz. Recht voor allen, ook voor d© klooster- SIHEMEMLAND 'ETTELIJKE REGELING ARBEIDS DUUR LANDARBEIDERS. Een voorstel van de besturen der {andarbeidersbonden. )e minister van binnenlandsche zaken landbouw heeft aan de besturen der dbouworganisaties him meening ge- agd over een voorstel inzake een wet- regeling van den arbeidsduur voor ^wassen mannen in den landbouw, dat landarbeidersbonden onlangs ter ken- van de regeering hebben gebracht. De d® turen der landarbeidersbonden vw ten voor de mannen de volgende alge- 01 lene regeling: De wet stelt het maximum aantal er" en, dat per jaar mag wdtden gewerkt, Te4st, In de collectieve contracten moet met ze gestelde norm rekening worden ge- aden en kan de onderverdeeling gere- ld worden. Ie binnen een bepaalden tijd b.v. ee jaar geen collectief contract tot Htd gekomen, of kan geen overeenstem- J' ng omtrent de bepalingen van het col- tieve contract verkregen worden, dan de beslissing worden gevorderd van gewestelijke landbouw-commissie. De gewestelijke landbouw-conunissie staat uit vertegenwoordigers wan zooda- s arbeiders- en werkgeversorganisaties, geacht kan worden, dat een behoor- ;i,r: vertegenwoordiging van die groepen "Tvertregen, waaraan de regeering al dan één of meer personen kan toevoegen. 11! De besturen der landarbeidersbonden zijn van meening, dat door een dergelijke regeling de bezwaren, welke steeds aan gevoerd worden tegen de wettelijke rege ling van den arbeidsduur voor volwassen mannen zullen zijn ondervangen, en dat de controle wordt overgebracht naar de or ganisaties, welke met de gewone midde len voor de naleving van do contracten kunnen zorg dragen en desnoods op boete bepalingen in het contract kunnen aan dringen bij de gewestelijke landbouw- commissic, waartoe de wet wel ruimte zal moeten laten. VERBETERDE RIJKSWEGEN. Plannen van den Rijkswaterstaat. Betonnen wegdekken. In de raadsvergadering van Rheden werd door den voorzitter de volgende me- dedeeling gedaan: In verband mot een voorgenomen plan van den Rijkswaterstaat om de Rijkswe gen te verbeteren en hier de constructie van een gesloten betonnen wegdek toe te passen, heeft do ingenieur van den Wa terstaat aan B. en W. bericht, dat binnen kort waarschijnlijk alle buizen en kabels uit den Rijksweg moesten verwijderd worden. Do voorzitter deelde verder mede, dat hij zich aangaande deze zaak tot den Mi nister heeft gewend. De Minister van Waterstaat heeft bevestigd, dat er ernsti ge plannen bestaan om de rijkswegen met een gesloten wegdek te voorzien. Internationaal bureau voor veeziekten te Parijs. Dr. Berger gedelegeerde. De minister van binnenlandsche zaken en landbouw heeft den directeur van den veeartsenijkundigen dienst, dr. Berger, zoo noodig vergezeld van andere gedelegeer den, aangewezen om de Nederlandsche re geering te vertegenwoordigen op de bij eenkomsten van hot Office International des Epizoöties te Parijs. In verband met de verhindering van dr. Berger om de eerste zitting, die een meer huishoudelijk karakter draagt, bij te wo nen, is de waarnemende directeur van den Veeartsenijkundigen dienst, dr. Ten San- de, daaflben vertrokken. Zoeken en rapen van sieren. De raapt ij d sluit 28 April. -De Minister van Binnenlandsche Zakea en Landbouw heeft bepaald, dat in het geheele Rijk: a. het-zoeken, rapen en buiten open bare wogen en voetpaden vervoeren van eieren van kemphanen, wulpen, scholek sters, grutto's, tureluurs, meerkoeten on waterhoentjes, is toegestaan tot en met 28 April 1927; b. het ten verkoop in voorraad hebben, te koop aanbieden, verkoopen, afleveren en langs openbare wegen en voetpaden vervoeren van eieren van het onder a, genoemde waterwild is toegestaan tot en met 30 April 1927; c. het zoeken, rapen, ten verkoop in voorraad hebben, te koop aanbieden, ver koopen, afleveren of vervoeren van eie ren van wilde eenden en ander waterwild dan genoemd- onder a. is niet toegestaan. STATEM-GEMERAAL TWEEDE KAMER. VERSLAG. HET ONTWAPENINGSVOORSTEL DER SOCIAAL DEMOCRATEN. Voortgezet wordt de beraadslaging over het voorstel-Ontwapeningswet van den heer Ter Laan. De heer K. Ter Laan (S.D.) schets allereerst het karakter van het wetsvoor stel. Hij bestrijdt daarbij de meening, dat lut ontwerp niet goed zou zijn uitgewerkt voorbereid. De vragen, in het voorloopig verslag gedaan, zijn in 58 bladzijden met pijnlijke nauwkeurigheid behandeld. Doch er werden bovendien nog vragen gedaan, die in 't geheel niet aan de orde zijn, die eerst aan de orde zouden komen, als het voorstel was aangenomen. Op 't oogenblik gaat het alleen om het algemeen karakter van de voorgestelde ontwapening. Onder werpen als geneeskundige dienst, verlo ven enz., zijn dan ook niet behandeld. Er is geen sprake van, dat, zooals de heer Duymaer v. Twist zei, de voorstellers zich gemakkelijk van verschillende vraagstuk ken zouden hebben afgemaakt. De veilig heidswacht van 3000 man wordt niet vol doende geacht. Het zij zoo. Het gaat niet om de grootte der veiligheidswacht, maar of er een veiligheidswacht zal zijn. Er zijn ook vele militaristen, die zelfs ons tegenwoordig leger niet groot genoeg achten. Wat de heer Deckers indertijd voorstelde, was een leger van 13.000 man. Dat is ook al heel wat minder, dan wij nu hebben, maar dit voorstel had het be zwaar, dat het een vechtleger in stand hield, terwijl het huidige voorstel het mi litarisme zelf aantast. Dat de nationale schuld zoo hoog is, is ook hoofdzakelijk te wijten aan de hooge kosten van leger en vloot. De heer Duymaer van Twist (A. R.): Dat komt, omdat jelui hebben ge stemd voor de oorlogscredieten De heer Ter Laan (S. D.) zet uiteen, dat reeds in 1914 de S.D.A.P. een nota in diende op de oorlog8begrooting, omdat toen reeds werd ingezien, dat het geld op roekelooze wijze verspild werd. De sociaal-democraten hebben van toen af tegen de oorlogscredieten gestemd. Of de heer Duymaer v. Twist is dit alles verge ten, of hij zegt maar wat. De heer Duymaer van Twist (A. R.): U zegt ook maar watt De heer T e r L a a n (S. D.) merkt verder op, dat- de heer Duymaer van Twist zeide, dat wij aan een wedloop om bewapening niet meedoen. Maar hoe komt dat? Dit ligt toch zeker niet aan den heer Duymaer v. Twist, die zich tegen iedere inkrimping verzet. De heer Ter Laan komt nu tot het be toog, dat ons land onmachtig is, zich te verdedigen. Een leger ia voor ons dan ook doelloos. De tegenstanders hadden het over allerlei maatregelen en uitingen van sociaal-democraten in andere landen. Doch hier gaat het alleen om het mili taire element in ons land. Het gaat er al leen om, dat in ons land het leger niets beteekent. De heer L. De Visser (C. P.)En toon nu eens aan, dat het leger van 1914 1918 wel iets bctcckende. De heer Ter Laan (S. D.) betoogt met verschillende citaten, dat in 1914 hef- legr niet voldoende kracht had kunnen ontwik kelen en dat ook na den oorlog de toe stand nog hoogst onvoldoende was. Spr. gaat de houding der sociaal-demo craten na in andere landen. Overal zijn zij voorstanders van ontwapening of'van vermindering van bewapening. (Wij spatieeren. Red. L. Crt.). In Frank rijk dient men rekening te houden met den toestand van dat land, dat aai den eencn kant bedreigd wordt door Mussoli ni, aan den anderen kant Duitsch- land. De oorlog is onmaatschappelijk, aldus ging de heer Ter Laan voort. Ook de over winnaar verliest. De volken worden er door vertrouwd gemaakt met moord. Het meest onmaatschappelijke is, dat er geen non-combattanten meer zijn. De Voorzitter stelt voor te bepa len, dat de beraadslagingen om 4.20 uur geëindigd moeten zijn. Aldus besloten. De heer L. L. H. De Visser JC. P.) repliceerend verdedigde zijn motie om de vreemde militairen uit Indië terug te trekken en diende een tweede motie in om te voorkomen dat de weermacht wordt aangewend in politieke of economische conflicten. De heer A1 b a r d a (S. D.) legt een kor te verklaring af, waarin hij zegt, dat het vraagstuk met betrekking tot Indië zóó samengesteld is, dat dit zich niet laat op lossen door eenige regels van een motie. Het is ook aan ernstigen twijfel onderhe vig of hot terugtrekken der vreemde mili tairen uit Indië het oorlogsgevaar zou doen verminderen. Spr. zal tegen beide moties stemmen. Beide moties worden verworpen met 82 stemmen tegen 1 sfom. Ruzie tusschen S.D.A.P. en communist. De heer De Visser (C. P.) verklaart, dat hij, ondanks alle onvolkomenheden en val8cho voorstellingen, die het ontwerp biedt, hot in zijn feitelijke beteekenis al leen zal beschouwen en hot zal steunen omdat heb het militairisme aantast. De heer Duys (S. D.): Wat laf, wat on gelooflijk laf! De heer De Visser (O. P.): Wie is hier laf? Jijl Jij nam de kuiten, toen je met mij moest debatteeren. We zullen eens zien wie hier laf is, ellendeling! Geroep van allo sociaal-democraten: Jijl Er ontstaat een hevigo ruzie tusschen de sociaal-democraten en den heer de Vis ser, waarbij de heer Stenhuis den commu nist dreigde met een klap. Ook de heer De Visser dreigt, maar gaat ten slotte zit ten. v Het voorstel wordt verworpen met 53 tegen 32 stemmen. Do heer Arts was af wezig. KERKNIEUWS Benoemingen. Z. D. H. Mgr. Laürenlius J. A. H. Schrijnen, Bisschop van Roermond, heef' op zijn verzoek eervol ontslag verleend aan den weleerw. heer F. N. Viegen als pastoor te Mheer, en heeft benoemd tot pastoor te Mheer den weleerw. heer G. A Stassen, tot dusverre kapelaan bij de St. Matthiaskerk te Maastricht. Kapelaan C. Vis te Haarlem. De weleerw. heer G. Vis, kapelaan aan de parochiekerk van den H. Joannes den Dooper te Haarlem, die reeds sinds ge- ruimen tijd ziek is, is thans in het R. K. Herstellingsoord te Hom bij Roermond opgenomen tot het ondergaan van een rustkuur. OPPERWIJS Canisius-Federatie. In de vergadering van de Canisius- Federatie, op Zondag 6 Maart te 's Bosch gehouden, werd in plaats van het Kamerlid G. Bulten te Voorhout, die we gens drukke bezigheden bedankte, tot Redacteur van do Katholieke School ge kozen de heer Fons Sarneel, lid van het hoofdbestuur van den R. K Onderwij zersbond in het bisdom Breda. DR. C. MEULEMAN. Op 22 Maart a.s. zal het 25 jaar gele den zijn. dat dr. G. F. T. J. Meulemau te Heerlen. Geneesheer-Directeur der Wil- helminakweekschool voor Vroedvrouwen onder het beheer der R.-K. Vereeniging „Moederschapszorg" aldaar, tot arts be vorderd werd. Een ieder, die den a.s. feesteling en zijn streven kent, begrijpt, dat dit jubileum niet onopgemerkt voorbij mag gaan, zoowel om de persoonlijkheid van den jubilaris, als om de beteekenis van zijn werk. Meuleman toch laat door zijn merkwaardige eigenschappen van geest en karakter niemand van do velen, die hem kennen, onverschillig. Hij is be gaafd met een scherp intellect, dat zich vooral in practische richting openbaart; als geneesheer beschikt hij over een zeld zaam groote vakkundige belezenheid en een gedegen ervaring, als organisator over een veelzijdig initiatief, groote werk kracht en taai volhardingsvermogen: hij is een helder docent, welsprekend rede naar met goeden smaak voor letteren on schoone kunsten en groote zin voor hu mor en ironie Door zijn onvermoeide strijdlustigheid en rake slagvaardigheid met woord en pen, heeft hij zich vooral in vroeger jaren buiten den kring van zijn vele en groote vrienden, ook vele tegenstanders op den ha's gehaald Zijn optimisme echter, dat hem in weerwil van de grootste moeilijkhe den en zwaarste zorgen steeds bijblijft, doet -hem zonder rancune miskenning en leed spoedig vergeten en het oog hoopvol gericht houden op de toekomst. Wanneer Meuleman deze proeve van be schrijving van zijn persoon en karakter onder de oogen komt, zal hij daarmede misschien maar matig ingenomen zijn, UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Donderdag 10 Maar| Hilversum 1050 M. 12.Politieber. 3.304.30 Uurtje voor Wees- en Zie* kcnLuizen 5.-6.45 Concert door het H.D.O -orkest. Annio Licman, sopraan. 6 457.45 Beginselen van liet Burger' lijk Recht en het Handelsrecht. 7.45 Politieber. 10.30 Persber. 8.10 Een avond in Delft. 1. Opening dpor den heer W. Kerremans, dir. van d« Delftsche Courant 2. Harmoniekapel der Ned Gist^ en Spiritusfabriek en Oliefa- brieken Calvé Kapelmeester: de heer D F. Bandel. 3. Rede door den heer mr G. v. 'Baren, burgemeester van Delft 4. Kin derkoor der Christel. Gem. Zangver. „Hal leluja", dir. G. W C. v Lienden, accomp. Mej. E Borst. 5. Pianosolo door don heer B Tabbernal. 6. Klein gem. koor „Ons Ge noegen", dir. J. J. v. d Bos. 7a Vioolsolo door Mej. L. L Stortenbeker. 8 Mannen koor der Ned. Gist- en Spiritusfabriek en Oliefabrieken Calvó Dir. de heer J P d. Kriek. 9 Sopraansolo door Mevr. G ter Haar. Pianobegel. van den heer B Tab bernal. 10. Delftsche Studenten-strijkkwar tet „H 2". 11 Zangkoor „Halleluja", dir G. W. C. v. Lienden. Mej. C. Borst, ac comp. 12. The Green Black Bond. Davcntry 1600 M 11.20 Concert. De hand of H. M Royal Air force en solisten (contra alt, tenor harp). 12.05 Gedichtenvoorlezing. 12.15 Concert (vervolg) 1202.20 Gramofoonmuziek. 2.45 Voorlezing: Moby Dick. 2.50 A himderd years ago. 3 20 Evensong van de Westminster Ab bey. 4.05 Lezing: Un believing in life. 4.20 Orkestconcert. 5.20 Causerie 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Landbouwber. 6.40 Het Daventry-kwartet. 6.50 Tijdsein, weerber., nieuws. 7.05 Het Daventry-kwartet 7.20 Lezing: A Survey of clothes since 1006 7.35 Pianocomposities van Bach 7 45 Lezing: The coloration of anima's. 8.05 Variété, E. Hook, balladen. M. Scott, comedienne. De Houston sisters-co- medie. W Kings, humorist. Kirkby en Hudson, syncopatie duet 9.20 Tijdsein, weerber, nieuws. 9 35 Lezing: The dinosaurus of tenda» gura 9.50 „Our Mr. Lohengrin", burlesque. 10.50—12.20 Dansmuziek. „R a d i o-P a r i s'' 1750 M. 10.5011 20 Nicuwsbor en muziek. 12.502.10 Concert. Orkest en Mme Herb, zang 5.055.55 Klassiek uurtje. 9.05lf>!?0 Ork-~'Concert. Dansmuziek. Langonberg 4G9 M. 10.20—11 20 Concert. 12 501.50 Orkestconcert. 4.205 20 Liederen en vioolsolo's (so praan, tenor). 7.20—9.20 Concert. Philharmoniscb Orkest en Jan Kiepura, tenor 9 2010.20 Zesdaagsche Wiolerwedstrij den. 10 3511.20 Dansmuziek. Königswusterhausen 1250 M I.507 05 Lezingen en lessen 7.20 Symphonie-concurt. Philharmo niscb Orkest van Stuttgart en Jan Kiepu ra, tenor. 9.5011.50 Dansmuziek. Hamburg 394.7 M. II.501.20 Orkestconcert. 1.252.10 Kamermuziek. 3.354 20 Celloconcert. 4.205.15 Orkestconcert. 7.2011.10 „Juarez und Maximilian", daarna dansmuziek. Brussel 509 M. 5.206.20 Kindermatinee. 8 50 Orkestconcert 9.2010.50 Gala-avond, aan Voltaire en Diderot gewijd Fragmenten van hun wer ken Daarna dansmuziek FEUILLETON. Roman door Pierre l'E r m i t e. ;nd< leriuneringen duiken op langs alle we- Jacques kent de sagen van heel de rblijfsels van een sterk kasteel. Daar co: 'nden vroeger op een afstand van el- iköf* twee broeders. Een daarvan wekte ander 's morgens door een pijl af te sten tegen de eiken blinden, die zijn Iscl öer afsloten. Doch op een dag ontwaak- le tweede, dacht, dat hij het teeken niet 10rd zou hebben, maakte de blinden i en op hetzelfde oogenblik snorde de jj»i binnen en doorboorde hem het hoofd. an den anderen kant wees hij haar op frootscho ruinen van 't kasteel Hohkoe- ibrug. vreemd en prachtig gebouw", zei l®e®. ,,'t Lijkt wel een woning vooü reu- gaan er toch eens heen?" maar eerst het Hagqjschlosz be- ze schenen de toekomst te vergeten net mooie heden. 'Ie leek blij en welvarend; Jacques alle herinneringen aan Soupot, Alber- 6 Harmmsters uit zijn hoofd gezet. 1 Warea gelukkig te midden van de stil- ernstigo, eenzame natuur!Toch Iflt f-CF onrusfc *n Jacques. Nu en dan ||)[l j 1 e?n woord op van Odile, dat hem ^n in haar hart. Jacques lachte er Plaagde haar er om, maar meer om to verdrijven dan uit overtuiging. Op een morgen liejb zijn verloofde zich wachten bij 't ontbijt en Jacques had haar gevonden, in vurig gebed bij het graf van haar patrones; zonder eigenlijk te we ten waarom, voelde hij onrust in zich op stijgen, een gevoel, als ging dat gebed te gen zijn verwachtingen. Daar zijn menschen die op sommige oogenblikken des levens een voorgevoel hebben van do smart, die ze bedreigt, zon der te weten, waar vandaan ze zal komen en waarom? Maar één ding slechts we tend met bijna zekerheid: dat vlakbij het ongeluk is. dat het ons staat te beloeren langs onzen weg. En gelijk bij 't begin van een onweer een koude wind begint te waaien en den bliksem voorafgaat, zoo ook rilt er dan door de ziel een huivering van vrees. Zoo iets gevoelde ook Jacques, toen hij de kapel binnenging. Maar hij liet niets merken, klopte haar zacht op den schou der en riep haar terug tot de werkelijke wereld. „Ik hoop, dat ge goed hebt kunnen bin den van morgen, Odile," fluistert hij zacht. Ze schrikt eon weinig en keert het hoofd om: „Goeden morgen, Jacques!" „Ook een beetje voor mij gebeden?...." „Alleen voor jou, Jacques", antwoordt Odile 'ernstig. „Maar toch ook wel 'voor je eigen ze ker? „Neen! I „Daarvoor zijn we toch hier gekomen, kindjeMaar ge hebt gelijk, onze le vens zijn zoo één, dat bidden voor den een, bidden voor den ander is." „Verbeeld je eens, Jacques, nog geen en kelen keer sinds we hier zijn, heb ik om mijn gezondheid gevraagd „Waarom niet?daarom kwamen we toch naar de H. OdiliaIk begrijp niet, wat je bezielt! „Omdat al mijn afkeer n\ opstand ge broken is. Langzaam aan voel ik en zie ik dat Mijnheer Har gelijk had: Als God iets doet, doet Hij het goed, maar we be grijpen ras later, waarom Hij ons langs zulko omwegen geleidde. Geloof je 't niet? Jacques, geleund tegen do lage deur der kapel, ziet het jonge meisje strak aan: zij kijkt ook Jacques in de oogen, zacht maar beslist, want zij wil niet meer, dat er tus schen Jacques en haar nog een enkel ge heim bestaat. M. de la Ferlandière voelt het diep in zijn hart; het is het begin van de schei ding, de verdrijving van al zijn verwach tingen. Als Odile zelf niet eens meer begeerde te genezen, dan hielp niets meer. En de moedige, jonge man werd bleek en viel op zijn knieën, alsof God onverwachts zoo'n zwaren last op zijn schouders legde, dat hij ze niet kon torsen. Alleen waren ze in de kapel. Odile kwam naar hem too en zei: „Jacques, begrijp mo nu goed; als God het wildan wil ik het ook; maar als Hij weigert, dan zal ik niet meer tegen stribbelen; uit het diepste van mijn hart en in volle oprechtheid 'zeg ik nu: Heer, ik begrijp het nog nietmaar ik onder werp me: dat Uw H. Wil geschiedde! Wilt ge dan met me bidden, Jacques? Zeg.. mijn lieve Jacques? want gij blijft mijn verloofde voor God: ik ben „de uwe" zoodra God wil; maar wil Hij niet, dat we in dit tranendal onze bruiloft vie ren, zult ge dan met mij u buigen voor Zijn heiligen wil? „Ik wil," antwoordt Jacques met gebro ken stem, „ik wilwat gij wiltal wat God beveelt „Ik wil u naar Hem brengen!" „Maar gij verlaat me hier!" „Ik u verlaten, beste? O, zeg dat niet! Niets kan scheiden wat God heeft ver- eenigd! Jacques, beter cn meer dan ooit houd ik van u! Jacques, ik wacht u bij God, die de zuivere en duurzame liefde isbij God, Die niet wil, dat we onder weg stilstaan en Die onze liefde opheft tot bovennatuurlijke hoop. Wel kan onze bruiloft verschoven worden, maar daar zal onze genegenheid slechts schooner door worden; boven de broosheid der licha men en de ellende van menschelijke ge voelens it, zal mijn ziel de uwe ginds be geleiden, naar het eenige land, waar men in waarheid kan zeggen dat men eeuwig bemint. En de dood, die voor zoovelen een verschrikkelijk, angstig, akelig uur is, zal voor ons het lang verhoopte oogenblik wezen, 't uur van geluk, de mooiste droom die werkelijkheid wordt en altijd blijft bestaan en hot begin js van oen eeuwig geluk. Zeg, Jacques, dat is toch schoon, niet waar? God moet toch wel een hoogen dunk hebben van onze zielen, dat Hij ze zoo hoog wil opvoeren. Niet waar Jacques, go zult toch niet morren, he?" „Ik zal trachten tevreden te lijden." „Lijden in God en om God is op aarde het hoogste geluk...." Nog eenige oogenblikken spraken ze sa men met fluisterende stem: „Maar laat dat tenminste ouder ons blijven", zegt. Jacques do tranen uit zijn oogen wisschend. „Wie zou het ook kunnen begrijpen dan wij I Daarvoor moet het lijden heel do ziel hebben doorwoeld als een tuinman do vruchtbare kweekaardc en moet hot licht dos gcloofs dat lijden bestraald hebben, om natuurlijk en begeerbaar te vinden, wat anderen schrikkelijk toeschijnt cn dat ook is, want het lijden verwoest het leven en laat niets op zijn plaats in het heilig dom der ziel. Ja, ik wil wel bekennen dat ik er bijna naar verlang dien stap spoedig to zotten, om te waken over u, en geheel op gaande in God, des te inniger met u te zijn verbonden. Nooit zal ik dichter bij u zijn, dan wanneer do menschen mccnen, dat we geheel on al zijn gescheiden." Toen zij heengingen, zag Odile J&cquei drocvig-glimlachond aan: „Wat ben je bleek, Jacques, go zult u verraden!ge zult nog sterker moeten worden." „Ik bon nog maar een novico in 't kloos ter des 'ijdens", spreekt Jacques, „maar God maakt haast! En zijn hand op zijn borst loggend zucht hij „Heb zit mo zwaar!.... Odilo; ik wist niet dat iemand zooveel kon lijdon zonder te sterven!" Ze slaagden er jn zich goed te houden voor Jeanne. Odilo maakte zich druk met haar schilderdoos: Jacques haalde haar albums en kwam met roode oogen terug. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 7