t WEEKREVUE. W- EEN GOUDEN TOEKOMST. *V7ij staan aan het begin van een gou den tijdperk, tenminste do getrouwde man- men, ia dat wat? Ja, het wordt een goeie boc-1! Er is een periode op komst, Baantje ,geniet er nu al van waarin do mannen, die zuchten onder een somtijds min of jneer zwaar te torsen huwelijksjuk, meer vrijheid van beweging zullen krijgen, dat 2ijn weer onbelemmerd hun schreden eullen kunnen richten naar coeiëteit' of stamkroeg en niet meer des avonds reeds pi ten of elf uur met verhaaste schre den naar hun wettige wederhelft zullen moeten teruekeeren op gevaar ai anders in hardhandige of anderszins onverkwik kelijke bedsermoenen gewikkeld to ziillcn worden. Want, in een spoorweggids weet bijna geen enkele vronw den weg, nu er nog maar één tijdverdeeling van telkens 12 nren is, wat als een onbedriegelijk voor teeken mag worden beschouwd, dat zij j)jj een tijdverdeeling in 24 uren geheel en al de kluts kwijt zal raken on do on vennijdelijk hiera't volgende rekensom men nimmer volkomen zal kunnen begrij pen. Het kan ons, getrouwde 'mannen, tccb allemaal overkomen, dat we op een avond wat te laat naai* den zin onzer lieftallige ega van een vergadering of sociëteit zul len komen en tot nu deswege op verwijten werden onthaald. Gebeurt dit in do toe komst nogmaals en vraagt zij u dan, hoe laat het is, dan zult ge met een onver stoorbaar gelaat kunnen antwoorden: „Tien minuten over half vierentwinti lieveling". Mijn kop er af, als uw 'vrouw den juisten tijd dan zal kunnen bepalen enmocht zij daartoe in staat zijn. dan zult gij, ia den tijd dien zij daarvoor noodig had, u reeds lang in de armen van Morpheus hebben- geworpen, slapend den slaap der onschuldigon. Een echtgenoote, die gaarne de wegen haars mans volgt, en bet liefst van zijn doen en laten volkomen op do hoogte is, zal misschien 'geen üogénblik meer rusten voordat zij die nieuwe tijdverdeeling meester is, maar dat behoeft geen bezwaar te zijn, want nu de Nederlandscbo Spoor wegen begonnen zijn den getrouwden mannen dezen dienst te bewijzen, sullen zij er ook in de toekomst niets op tegen hebben om een tijdverdeeling in te voeren van zes en dertig of acht en veertig uur. indien do verstandelijke ontwikkeling der gehuwde vrouwen dat noodzakelijk zou maken. Als wij dan des avonds om kwart voor negen en dertig of tien minuten voor half drie en veertig onze woning zullen be treden, zal zij op het hooren van ons ant woord op haar hernieuwde vraag naar den juisten tijd, de moed wel opgeven en niet meer verlangen ook nu wederom aan haar zucht naar kenmis van den tijd te voldoen. Dan zullen Baantje en zijn rasgenooten het pleit gewonnen hebben. Baantjo ten minste verzekert u, dat hij do geleden echade grondig zal weten in te halen. den schoorsteenmantel heb ik gezien, ligt de stof een halven. meter dik. Mijnheer: Een halven meter in zestig uren? Dat 's een beetje overdreven. Mevr.: Zeg maar liever dadelijk dat ik mal bij. Omdat je# nu zoo grapp'g bent, verkies ik, dat je oogenblikkelijk je vin ger over den schoorsteenmantel strijkt gauw wat of ik gooi je hei bed uit. Jk ben niet gewoon om mij te bekladen of ik moet er gegronde reden toe hebben daarom zul je je nu moeten overtuigen of k zonder reden klaag strijk je vinger er ,angs! Mijnheer (na gehoorzaamd te hebben): 't Is zoo. Mevr Ja en toch zeg je 't weer op een toon, alsof je bedoelt: 't is niet zoo. "Nie mand mag, schijnt bot, ooit gelijk hebben, dan id alleen. Gisteren ook, wat heb ik over die smokkelkwestie al niet van io moe ten hooren en toch heb ik jc met al mooie theorieën over eerlijkheid harte lijk uitgelachen. Want je hebt zonder het ie weten, 12 meters kant binnenge.'iuok- geld, die ik tusschën de voering van je overjas had genaaid. Mijnheer (onvoorzichtig): Alweer onnut uitgegeven gild. Mevr. (verontwaardigd): On lut uitgege ven zeg je? Durf jij dal woord uit te spre ken, jij. die oorzaak bent van de vreeselij- ko kwellingen, die ik zestig uren achtereen moest verduren. Omdat het kalme huiselij ke leven mijnheer verveelt, omdat hij wil leizen en trekken en den brani uithangen, rukt hij een moeder uit den schoot van kaar gezin, sleurt haar met zich mee hotel in hotel uit, zonder haar den tijd te gnn- r.on iels te. zien, altijd voortjagend al9 een .misdadiger, die achtervolgd' wordt; en als de ongelukkige dat alles zonder morren heeft verdragen, mismnt hij haar het ba gatel, dat zij voor zichzelf heeft besteed en ten koste van zooveel zorg en gevaar aan ret douaneoog heeft onttrokken. Maar re ken n" eeim na mijnheer, wat uw pleizier- reisje kost. Ik zeg u, omdat bet idee van niemand anders is uitgegaan, en ik rnii als gewoonlijk weer aan uw tirannie heb onderworpen. Reken maar na, zeg ik: 300 franks reiskosten: mijnheer geeft rechts en links fooien als een verkleedde prins: 8000 franks voor verboden arti kelen, die natuurlijk geconfisqueerd zijn geworden:. 1200 franks boete. Totaalbijna f'000 franks dio ons mijn heers gril kost. En waar komt al dit geld vandaan? Van pet toekomstig fortuin onzer kinderen, die op dezo manier bestolen worden. Daar mijnheer, ik heb lang geaarzeld, het u te zeggen, maar iemand, die zóó zijn huisge zin ruïneert, is meer dan een slechte maB en vader r een dief! Verontwaardiging belet mevrouw Duf- jost verder to spreken en haar echtgenoot maakt van dit onverhoopt oogenblik van ïust gebruik, om in slaap te vallen. Goed voorgaan Zeer zelden wijkt, één kind, Ter zijde van tje baan. Die vader is gevolgd, En moeder na gegaan. Het leven is een stroomende beek, geen stilstaande vijver. Elke morgen is een nieuw' begin èn bot gisteren moet gisteren, blijven. De wondervolle sleutel tot het Levens mysterie Kgt op elke doodenbaar. Ontrafel een bloem, wat ge vindt is het inwendige, maar het vormgevend innerlijk vindt gij niét. 'Geduld in den góeden zin is geen' lauw heid en lijdzaamheid, maar inspanning en zelfbeheersching. Eon ons eerlijkheid %eegfc op tegen eon kilo handigheid. Menage vrouw kent geen zorgen tot zo den man barer keuzo getrouwd heoft. Door den moed te lalen vallen, verliest men den lost niet, maar do krocht om hem ic dragen. Indien onze geestestoestand blijmoedig is, indien wo de vree3 vaarwel zeggen, dan zetten wij stille almachtige krachten aan het work, die een blijvend goed voor ons zullen verwerven. Mooie hóeken werken op ofts in als dio persoonlijke ontmoeting niet een karakter- sterk inensel)-. Ze hebben invloed op ons leven, onzo zienswijze, ons gedrag en ons karakter. LIED VAN DEZEN TIJD. DE MATROOS UIT DE JORDAAN. HSJ spreek! t«n afscheid. Amsterdam, 5k ga jou ferlate Ik kies weer het ruime zop Jij met al je kromme stralo En je deuke in je kop, Je weet nooit, hoe je mot «swenke Voor je in je hafe bent, As je jo niet laat bewenke Door soo'n brok verkeersagent Is roe dat een reuseheibel Hiersoo op de platte grond; Ik swalk sondei* dat gezijhcl Liefer op het water rond. Daar is licht en lucht en lefe Frijkeid, ruimte om je kop En je bots n et met je stefo Tege een collega op. Salmo nou wat oferkomme, Mot het al ferschrikk'lijk sijn, As ik mot gaan zilte bromroo Op last fan de kapitein. Loop je hier maar langs de strato En je baalt een gijntje uit Dan staat niks heb j in do gato Soo een smeris foor jo snuit. Oferal mot je op lette Op de auto's en de tram. Foor je één been kan versetlo Sit je netjes in de klem. Koeree, stuurboord, bakboord koue Toch raak je je hachie kwijt, As een auto an komt -sjouwo En ofer je ribbe rijdt. Op de wal sal 'k niet meer knieso 'k Word weer froolijk en tefreê 'k Folg met bruin gepruimde kiese D'ongcschrefe wet der see. Jullie mag je rotzooi boue, Geen geleuter an me kop, Los de kabels en do touwo Ik kies weer het ruimo zop. TROUBADOUR. LEVEN. Jan de strooper ligt op sterven dc pastoor ;s er binnen! De buurvrouwen fluisteren wat binnen de deuren; de postbode blijft even eta,an vragen en gaat verder mot 'n bedenke lijk gezicht Daarbinnen ligt de etrcopcr te sterven. O het kost hem zoo'n moeite om bet zelf te geJoovcn! De stoere vent die voor nie mand opzij ging, die altijd' vrij z'n eigen banen ging, vai jongs af aan! Hij spotte met do wildste rakkers uit heel de buurt en den pastoor floot hij een mooi deuntje na, zoovaak' hij hem tegenkwam. Hij lag er als eeu knoest'ge eök, die neer plofte, pal en voor goed. Een wervelstorm heeft hem in de kruin gegrepen, omge draaid en versplinterd. Buikvliosonlatekiiig bad de dokter gezegd, toen hij zich omkeerde met *n ge baar van machteloosheid r laat de pas toor maar komen En de pastoor was gekomen. De stroo- per had: gegro-md en tegengestribbeld en het duurde wel wat lang maar toch gpddankl Als jo zoo ligt te kijken en er wielt een.pijn-door je lijf, zooals je ze nog noot hebt kunnen vermoeden.... dan wordt do wolf een lammetje.... Maar tochhij wilde nog leven, le ven. Hij zou vechten met den dood, hij had geworsteld met anderenen winneul wie weet? Zoo liggen er vele ontelbaar vele men- schen alle dagen, en jammaren, dat hun het lieve leven wordt afgenomen. Ze jam meren als kinderen die met do poppen spelen en nu opeens' bij de hand Worden genomen en moeien gaan slapen. Ze willen nog niet, want ze spelen zoo lekker en hebben nog geen elaap! Alle dagen liggen ei wel duizenden.... zo kermer om het leven en strekken de armen en de open grijphanden uit: „Geef me toch het leven, 't mooie zoete leven!'' En de tranen sch eten over de oogen van de omstanders! Het leven, .en wie kan het leven geven?! Er is maar één hand, die hot leven om spant en er mee doet naar vrij begeeren! O, het is zoo'n machtige hand! Ze is niet te zien, ze is niet te grijpen, niet te regelen of wat op zij te duwen; ze is to voelen, als die hand z cb beweegt dan raast er oen storm door de lucht.... en de sterkste boomen rollen tegen don grond!..;. Jan de stro'oper stjtejjf in de voljo kracht van z'n sterk leven. Mocderkc Peters was bediend, ten volle bediend. Och ze had al zoo lang .gesukkeld en gedokterd, 'was'al'jaren lang zwak en ziekelijk geweest; het was een goed zacht vrouwke - buurpraatjes hield ze et een ijverig, bedrijvig moed.rkc, door en door vroom en voor iedcren vriendelijk en goed; heel de buurt hifld van baar., Nu lag ze daar zachtjes te sterven ach, ze had haar leven maar neergelegd, in die grcole, goe/f hand van „onzen Vader, die in de henaèlen. is". De kapelaan was gekomen en veel fami lieleden 'kwamen j bet was er stil daar boven.... een enkele snik van iemand, die gauw wegging... Maar moeder Peters lag er zoo rustig met diepe tevredenheid in die zachte, trek ken; en als ze wat zoi, dan waren h l van die onvergetelijke woordjes: „Kipd- jes, altijd goed oppassenI Pietje, Jantje Marietje! allemaal! Onze lieve Heer wil het zool.... Ik zon voor jullie willen blijven voor jullie ik zal b ddenl" Zoo liggen er velen alle dagen; mep* dan iemand vermoeden kan; want de goede, eenvoudige Christen stérft zoo stil en gewoon, zoo natuurlijk, neen zoo boven natuurlijk-;als het leven is doortrokken van Christelijk geloof en de ziel is gevoed met het goddelijk Leven van Christus, dan is het sterven een kalru afwachten van de grootc dingen die komen zullen Dat is de rustige zekerheid van 'n zalige onsterfelijk leven! Het was den 3en Augustus van 't jaar 1917. In een groot klooster van de stad Tilburg lag een kloosloiling te 6terven: frater Andreas, een oude man van 70 jaren. Iedereen zei dat bi? een heilige- was., behalve hij zelf! Ja, bet eenigste wat hem verontrustte op z'n rustig sterfbed, was de gedachte: „Zo veronderstellen me be ter dan ik benze zullen niet veel voor me. bidden." 58 jaar lang had hij O. L. Héér in bet klooster gediend in heel stille stipte ge hoorzaamheid, in taaie volharding van gebed en arbeid. Z'n medebroeders had den hem n ct altijd, even priag hij was maar een stille man maar hijzelf had altijd evenveel liefde voor iedereen. He melsche visioenen in zoete vertroostingen had hij nooit genoten o ja toch had hij enkele malen mot veel vreugde mogen mediteeren enkele malen! anders altijd slaperig en dor geweest en veel er tegen gevochten, allo dagen, alle jaren meer dan een halve er uw! Och, hij had 0. L H. gediend, zoo trouw cn zoo sf'pt mogelijk en nu lag hij' op sterven. O, daar zijn er wel meer d e lachend' den dood ingingen! De romans met bloed- roodc, bonte omslagen en schreeuwend' titels vertellen er ven.... do oude er nieuwe oorlogsverhalen toonen lachcnih helden! Maar het is e?n vreugdoloozi lach, een opgeplakte vreugde, de lach van de onverschilligheid, van minachting voor een vreugdeloos vcrledeD, een spotlach op den tegorstander. Maar hier z:en wo iemand sterven met een zielsblijden glimlach op z'n gcheele wezen, en hartevreugde die uitstraalt ir gelaat en woord! Toen frater Andreas de laatste II. Sa cramenten, ontvangen had, wenschton de overste en do medebroeders hem geluk met zulk een mooie voorbereiding op den dcod. Frater Andreós was zoo blij „nog gelukkiger als een kind bij dc Eer ste H Communie, vertelt een ooggetuige, cn hij voegt er aan toe: „Ik heb nog nooit KALENDER DER WEEK.. N. D. Als niet anders wordt aangegeven heeft in deze week iedere H. Mis Gloria en Credo en do gewone Prof a tie. ZONDAG, 23 Jan. Derde Zonda na Driekoningen. Mis: Adorate. 2e geb. v. d. H. Raymundus dee Pennafort Belijder; 3e v. d. H. Emercntiana, Maagd en MartelaresPrefatie van de Allcrh. Drieëcnheid. Kleur. Groen. De wonderefl, in het H. Evangelie ver meld, bewijzen zonneklaar Christus' God heid. Op verren afstand geneest Hij den zoon van den honderdman. Do H. Kerk spoort ons dan ook aan: „Aanbidt Hom (Introïtus) en zij laat ons met hare woor den Christus huldigen in Graduale en Alle luja-vers. Het eerste wonder, in het Evangelie van dezen Zondag vermeld, verzinnebeeldt het doel van Christus' komst: onze reiniging van zonden. In Z1jn goddelijk zoenbloed, dat lederen dag op geheimzinnige wijze van liet altaar vloeit om onze zielen te heili gen, (S'ilgebed) heeft Christus ons gerei nigd. Ons reiniging van zonden en de hei liging onzer zielen is Christus' met het Kruisoffer bekroond levenswerk geweesi: dankbaar herdenken wij in hel H. Mis offer dit werk van '3 Hoeren goedheid en macht (Offertorium). Laten wij ons niet slechts verwonderen over de schoonheid van Christus' Leer (Communie") maar ons in daden, liefde, lijdzaamheid, goede werken (Epislel), Zijne volgelingen toonen. Hiertoe kome God onze zwakheid tc hulp (Gebed; Postcom- rnunio). MAANDAG. 24 Jan. Mis v. d. H. Ti- mot h e u s. B'sschon en Martelaar: Sla- tuit. Geen Credo. Kleur: Rood. Na een goed getuigenis over hem ver kregen te hebben nam do ^nostel Paulus op zijn tweede evangelioreis Timo'heus tot leerling aan, wijdde hem later tot Bisschon en plaatste hom aan het hoofd der Kerk U- Ephesc. Bij gelegenheid van feest te Epiiese, 1er ecre van de godin Diana, i.s de H. Timothops pestèented in het jaar 97 DINSDAG, 25 Jan. Feestdag der hekeering van den H Apostel Paulus. Mis: Scio. 2e gebed v. d. H Petrus; Prefatie v. d. Aposlelen. Kleur: Wit. Hot Epistel geeft het verhaal vaii de blijde gebeurtenis, welke de H. Kerk van daag herdenkt. Hoe wonderbaar zijn toch Gods wegen! Jüen fanatiek kerkvervolger wordt geroe pen om de Kerk Gods le verbreiden over dr aarde (Men d',r>ke slech's aan dc Evan- oliereizen van Paulus) en voortdutond alk Leeraar in die Kérk voor ons op te treden! (De Epistels). WOENSDAG, 26 Jan. M i s v. d H P o- Ly carp us. Bisschop en Martelaar; Sa- cerdotes. Geen Credo. Kleur: R ood. Polycarpus, leerling v. d. H. Aposte! Joannes, en door dezen tot Bisschop van Smyrna gewijd, stond aan -het -hoofd der Kerk in'Azië, In de tweede eeuw is Poly- carmis te SmVrna verbrand. DONDERDAG, 27 Jan. Mis v d H. Joannes Gfarysoslowus, Bis schop, Belijder en Kerkleeïaar: In medió Klenr: "Wit. Zonder tegenspraak kan de H. Joannes, bijgeüóiaind „Chrysós'omus", d'.i. gulden inond genoemd worden een deï gróótste leeraars en beroemdste mannen in Chris tus' Kerk De Grieksche Kerkvader werd geboren lo Antiochië en verloor al vroeg zijn vader, terwijl zijne moeder toen een twintigjarige was. Godvruchtig als zij was, j vormde zij zelve het hart vau haren jon- 1 gen en kweekte in hem aar do christelijke volmaaktheid. Niet tevergeefs had z»j het 1 zaad de deugd ip zijne jongo ziel uitgn- ktrooid! Op buitengewone wijze had Joan- I Les zijne boogcre studies gemaakt cn op f iwintipjarigen leeftijd geldt hij reeds do beste redenaar van zijn lijd. Een schitte rende loonbaan lag poor hem open Maar Joannes begreep, wolk een gevaren oen wercldsche loopbaan voor hem bevatte. Daarom ontvluchtte bij dc wereld en bracht zes jaren door in eenzaamheid. Hij wijdde zijn leven aan den dienst van God, tor Wiens eer en glorie hij zijne schitterend» talenten, bijzonder zijne welsprekendheid (vandaar zjju bijnaam) gebruikte, veoral als priester. Patriarch van Constantinopcl geworden trok hij met het wapen zijner welsprekendheid te velde tegen do mis bruiken, welke in dio stad, ten gevolge van de weelde, heersch'o onder de verschillen de rangen en standen, zelfs het keizerlijk hof spaarde hij niet. Daardoor haalde hij zich de wraakzucht van keizerin Eudoxiu. op den hals. Dezo verbande Joannes eerst. naar Cucuse, maar nauwlijks daar aange komen moest Joannes naar Pytionte. De behandeling, welke hij onderweg onder vond van zijne geleiders, was zóó zorgeloos en wreed, dat Joannes onderweg te Gom- mane in Pontus bezweek. ln de kapel van den H. Basifiscus werden heni de H H. Sacramenten toegediend cn na zijn gebed, geëindigd to bobben met zijne gewone ge zegde: „God zij Geloofd", stierf hij den Jóen Senfeniber 407. VRIJDAG. 28 Jan. Tweede feest dag v. d. H. A g n e s, Maagd en Mar'c- lares. Mis: Vul turn t u u ra, 2o gëbed ter eero van Maria: 3e voor Kerk of Paus. Kleur: Rood Allo volken stemmen samen in den lof der II. Agnes, die zoowel over de zwakheid harer jaren als over dc woede der tyranneii, de overwinning heeft behaald (H. Ambro- sius). ZATERDAG, 29 Jan. Mis v d. H. Franc is cus va. u Sale, Bisschop en, Belijder en Korkleeraar: In medio 2e go- bed voor den Paus Kleur: "W i t Franciscus, zoon van do grafelijke fami lie van Sales, trad. na volbrachte s'udiën. in don geestelijken stand. Als priester Ijver do hij er vooral voor do dwalend o protes tanten (Calvinisten) tot het ware jrelonf te lekoeren. waarvoor hij vele vervol!nr'ep moosf verduren. M<m vo-hanlt. dn.t bij 72.(W) dw.atendcn door zijn heilig woord' en stichtend voorbeeld tot do l otbolieko kerk wist terug te bron "en Franrisrus is ook de stichter der Visitandinnen (Zns- ters van O., L. Vr Bezockin""). dte arbei den aan do onvnoding der ieimd Ho heilige- stierf als hteschop vap Gem-ve B^witser- lnnd) in op Jï5-iertepp leeft "H In de kerken der EE PP. Francisca nen: Allefl als in bovenstaande kalender, be halve: VRI 'DAG. Mis v. d. Z.Z Ro"oriu vap Tocdi Odoricus van Porde- n on ox o n EVI'di Os van La nr on~ 7.ana. Belijders: Confi'eantur. 2e robed v d. H ó"iies; 8e ter eero van Maria. Kleur: Wit. i Amsterdam. ALBEBT DE KOK, Pr. iemand zóó blij. zóó gelukkig gezien!'^ Tegen eon priesterlijken vriend zei bij Dog: „Hoe goed is toch onze moeder de H. Kerk! Nu heb ik dat pas ondervonden, bcief dan ooit! Wat zijn de H. Sacramen ten een troost 1 lk heb nooit kunnen ver moeden, dat ze zulk ,'n troost en verlich- t hg konden geven! o wat ben ik geluk kig!" Ja, als iemand vastgehecht zat aan ae ijdellioden of aan de noodzakelijkheden van hot leven, vastgeklemd tusscbcn al lerhande genietingen, misschien nog wel vastgeschroefd tusschen ongeoorloofde vermaken dan doet het pijn wanneer er in eens zoo ruw wordt gerukt aan ons leven, dat zoo vastzit aau do stof, alsof het er op thuis behoorde! Maar als iemand z'n gcheelo lange le ven- iedei*cn dag alles nagaat, bezorgd dat 'cr n.Ols vastgroeit aan de stoffelijke we reld, dan ia de dood geen scheuring geen amputatie, het is een overgaDg die vanzelf spreekt, Daar is dan geen spijt om het levens verlies; daar is verwachting van het Leven! Wie- met open oogen door dit leven gaat cn met een open en eerlijk hart, tiij beschouwt cn bepeinst don loop on den afloop van allerhande levens en trekt het onverb'ddelijke besluit. Er zijn twee soorten vreugde in dit le- j ven: de wereldscbc grillig gekleurd t 'als 'n bioscoopplakkaat cn do. Cbriste- I ljjkc levensvreugde eenvoudig en aan- j trekkclijk als een Evangelieverhaal. Do wercldsche gaat voorbij j als con J film en dan komt men in Jt donker i daarbuiten. Do Christelijke levensvreugde gaat wel niet over effen paden, maar de Hemel vaart is het slot en dat geeft 1 clit door he-1 het leven terug! Het leven! Er is niets zoo gewichtig om er over te peinzen niets zoo nuttig om in alle stilte lo beschouwen cn, al zijn we allen geen kluizenaars het zal ieder veel nut en vreugde brengen bet leven te overwegen. „Kalb. Missiën." ANECDOTEN. Komische advertente. Een man, in de kracht van zijn leven, eigenaar van een ontiquitoitenzaak, zoekt eene daarbij passende, doch zeer rijke le vensgezellin. Raak. Leerlinge eener hoogere burgerschool, spottend: Is het waar, mijnheer, dat uw vader schaapherder is geweest? Leeraar: Ja Zeker, jongejuffrouw, cn ik zelf moet nu nog ganzén hoeden. Aan tafel. A.: Zou je graag iets willen eten, wat, een drir roods in rijn bek heeft gehad? B Noen, dank je wel! A.: Dan vindt je het zeker goed, dat ik de kallstong alleen opeet! Niet hartelijk. „Zeg man, ik vind, dat hot tiid wordt om onze Wies aan den man te brengen". „Och, laten we daar nou noy niet zoo'n. haast achter zetten. Misschien vindt zij een man. die haar bevalt". „Bespottelijk! Heb ik daar vroeger ook O)) gqwachf?" Hij wiido z'n gewicht. Do klant in den siijgerswinkel nam heb inca van do toonbank cn reikte het den eiager. Ik heb ze eigenlijk liever niet, maar als je ze wil tifsuijden,'- zal ik ze met d« reel meenemen. r— Afsnikten, wat afsnijden 1 vroeg d«v Blagc* verwonderd. Wel ie hond, dio io meegewogen hebt met de worst. Ik wil altiid groaer nNes heb ben, waar ik voor betaal, zio jc! Voltooid verleden tijd. Do onderwijzer eehri'ft op het bord: „Het Vnni'u graaft een hol." Jan, lees dien zin eens in don verle den tiid. 7-TM Vonün groef een hol. Hoe 1p«b ik nu dezen zin als het werk voltooid is'? Hot kroop cr in. Do keaf. lri tte jn. en 1 praatte ma' ,.'i T ÖW o het h- -'te ret „Fm, 't klant,, als hij Het bier. oh<-r>r-t, als gowopnli'k, afok geiion: t-ie, terwijl hij zoozégt dc Niet noodig. On 'n ,eMmd heel v^oefp nn en ze ei"" ee»"* noor o Kon- Ven. Even Wor V-omfc do nog in linor noeMJtelot r-nv b«»ne'ten. rM wa ter op voor het ontbijt cn begint hau werk. „Coe'7 o hemel. Onto." ze"'r me vronw: „moet je jo niet ei-rgf, wess"T'en voor je 'b pio-^ns aan het werk peet? „Oeh m°vrouw", antwoordde do redi.". fitige: .Jk maak mo Leclemaal niet vu met ete-peii!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 9