REBUS.
I20IOOO
WEEKREVUE.
VERKOUDEN.
Soms dool mijn vrouw net of wij nog
'twee tortelduifjes zijn, levend in do his
torisch zalige wittebroodsweken en dan
behandelt ze mij als een pasgeboren zui
geling die onmachtig is te handelen naar
de noodzaak van het oogenblik.
Als een rechtgeaard Nederlander, d o
in dezen tijd van liet jaar bij lijd en wijle
zwaar verkouden behoort te zijn, kwam
k van de week hoestend, proestend, nie
zend, kuchend en snuitend thuis. Het
grootste aantal der voorradige zakdoeken
had reeds via mijn neu3 zijn weg van de
linnenkast naar de vuile-gOed-wasch ge
vonden, toen mijn liefhebbende cga, over
wien een «temming vaardig werd, als ik
in den aanhef hiervan beschreef, mij zeer
beminnelijk vroeg:
„Ik geloof, dat je verkouden bent, hè
echat,"
Nu naderde ik zoo ongeveer al do cri
sis, die zich bij ccn verkoudheid gewoon
lijk na negen dagen openbaart, maar op
zulk een vriendelijk gestelde vraag paste
6lecbts een aanminnig antwoord, zoodat
ik zoo vriendelijk mogelijk zei: „Zoo,
lieveling, heb je dat ook al gemerkt?"
„Ja, je hoest zoo en je zakdoeken heb
je allemaal gtbruild, ik heb geen enkele
echoonc meer voor je, maar ik zal wel een
laken sluk scheuren, dan heb je meteen
wat grootero zakdoeken, die kleine is
toch niets gedaan als je verkouden lienl."
„Geef me dan meteen dal heelo laken
snaar", bromde ik. Zij deed of zij het niet
hoorde en zei alleraanminnigst: „Blijf
vanavond nu maar eens gezellig thuis,
schatüe, dan zal ik eens wat voor je
klaarmaken, en dan hen je in ccn omme
zientje je verkoudheid kwijt."
Nou, ilc bèn thuis gebleven, maar Da
niel verzekert u plechtig, dat liet hem zijn
bcclc leven niet meer zal gebeuren al
hoest hij zijn hoofd van zijn romp af.
Eerst moest ik thee drinken, zoo slap als
gekleurd water en zoo heet, dat ik mijn
keel verbrandde, maar op de verzekering
van mijn ega, dat „niks zoo goed" was,
■werkte ik het gelaten naar binnen.
Toen do thee op was kwam er alxlij-
siroop, ik keek haar eens aan, maar haar
vrouwclijko loederheid vermurwde mij en
de abdijsiroop volgde den weg van hel
theewater
„Niks zoo goed als abdijsiroop" zei ze.
Vervolgons kreeg ik nog te slikken koest-
pillen, hoest poeiers, aspirine, camillcn-
ithee, anijsmelk, een slap wijngrocjo en
nog een scr'o dranken waarvan ik dc na
men vergelen bon.
Toen mooist ik naar bed. Op de slaap
kamer stond de petroleumkachel en in
het bed Jagen drie gloeiend liecte kruiken
„Zou je cr nog niet een borstrok bij
aantrekken lieveling en weet jo wat je
doen moet als je er nou beslist heelemaal
af wil, dan leg je op je borst een stuk
grauw papier met vet besmeerd en daar
over een flanellen lap en dan leg ik er
op bed nog wel een wollen cn watten de
ken bij."
„Asjeblieft", zei ik, „ik mocht eens be
vriezen." „En ais je je dan bobt uitge
kleed, dan knoop je je sokken, zoo warm
[van je voet om jo hals."
„Hè?? Frisscbe morgen!"
Toen ik eindelijk in bed lag en dacht,
idat do kuur nu ten einde was, zei ze
plotseling: „Nou heb ik mo warempel het
allerbeste middel nog vergeten, Daniel
Ik heb nog een fleschjo met bruin goed
cn dat moet je met een theelepeltje in je
neus gieten, niks zoo goed!"
„Giet het maar in je eigen neus" zei ik
len denkend aan alles wat ik dien avoud
al geslikt had dacht ik aan do woorden
van Vader Vondel:
„Ik nok, ik berst, ik kan niet meer."
Verbitterd over hetgeen hij boorde, durf
de hij niet zijn ouders vergiffenis te vra
gen, voor het leed hun voor een onwaardi
ge aangedaan. Hij vertrok dan ook vol
schuldbesef naar B. terug, en leefde nog
eenzamer dan te voren.
Twee maanden nadien werd hij tot com
pagnon van zijn vroegeren patroon aange
nomen. Toor het veelvuldig vertoeven in
den familiekring van zijn patroon voelde
i'ij zi!n liefde voor diens doch te- vermeer
deren.
Daar niets hem in den weg stond, ook
r.iet de belofte van trouw aan zijn vroegere
U-minde, verzocht hij zijn compagnon een
ernstig onderhoud. Hierin legde hij hem
alles bloot en verzocht 1 em dc hand zijner
dochter. Gaarne werd hem die geschonken
want reeds lang had zijn compagnon de
gedachte gehad, om deze twee aan elkaar
te verbinden. Het meisje naar hare gevoe
lens gevraagd paf gaarne haar hart en
I-and aan den stilleu maar knappen com
pagnon baars vaders. Maar vader en doch
ter stelden dp voorwaarde dat hij naar D
moest gaan om de vergiffenis ziiner ouders
tg vragen. Dit zal ik, sprak Paul, maaT
laat ons nog een maand wachten dan is
net Kerstmis, en dan gaan wij beiden, want
on Kerstmisavond ben ik gevlucht en op
d;en avond zal ik wederkeeron om op den
deg van vrode, den vrede weer te ontvan
gen
Men kan begrijpen wat oen gelukkig
Kerstfeest er thans volgde. Zoo droevig als
vier jaar geleden, zoo gelukkig was het nu.
On d°n eerston Kerstdag zav men de dok-
iprfTamilie aan do communiebank om aan
God dank te brengen voor den gelukkigen
terugkeer van hem waarnaar zij zoo vurig
veriajimi hadden.
Dc terugkeer van Paul lir.d mevrouw 10
jaar ion^r gemaakt en mijnheer weder
opo-oruimder gemaakt.
Zoo was na lang wachten het geluk
weergekeerd en op den avond van den
eersten Kers'dag was in B geen gelukVi-
ppr huisgezin dan dat van den dokter. Toen
om 10 uur dps avonds do laaide slag d°r
mrenklok peval?en was, krielden allen
neer om nogmaals gezamenlijk 'n dankge
bed (e richten tot Hem die dezen dag on
aarde was gekomen om VTcdo en vriend
schap to bro'igcn. ,-Hsgz
een k^rstmacht
OP ZEE.
't Was in den avond van 24 December
1890 aan boord van dm Franschen paket-
stoomer „Bragance". Het diner der pas
sagiers in de kajuit lsto klasse was zoo
goed als afgoloopen. Door de wijd ge
opende patrijspoorten kwam ccn geurige
frisscbe lucht naar binnen en streek over
dc met 't dessert nog zwaar beladen ta
fels; de warmte was geweken voor de lich
te bries, die met tropische geuren bezwan
gerd van do reeds nabijzijndc kust woei.
Do eerste sterren Donkerden reeds aan den
dicpblauwcn hemel.
Volgens de berekening van den com
mandant kon men ieder oogenblik de vu
ren van de Braziliaansche kust in het ge
zicht krijgen en nog voordat de nacht
geheel was vcrloopen het anker uitwer
pen op de recde van Rio de Janeiro.
Naar huiten gedreven door de gezellige
doch voor haar pijnlijke vroolijkhcid ba
rer reisgenootcji was eene nog jonge
vrouw in diepen rouw gekleed, naar bet
dek gevlucht cn had daar in een der ach-
tersto hoekjes onder de verschansing
plaats geuomen in een rieten luierstoel.
Boven haar hoofd flikkerdo en flonker
de het onvergetelijke Znider firmament.
Geen wolkje was er id het luchtruim te
hespeuren.
Een witte lichtendo schuimstrcep ach
ter 't schip duiddo do baan aan, waar
langs do snelle schroefwonteling bet
voortstuwde en vooruit op dc brug tee-
kende zich scherp omlijnd de silhouet af
van den wachthebbenden officier, die daar
met zijn kijker gewapend op cn neer
stapte.
De jonge vrouw zat in diep gepeins
verzonken. In den geest liet zij haar nog
zoo kort, doch reeds zoo (ïrocvig leven
aan zich voorbijgaan. Hare ziel verwijlde
bij de nagedachtenis van haar kind, een
zoon, dien zij had verloren, bij de nage
dachtenis van baren echtgenoot, die haar
eveneens door den dood was ontrukt.
Hoe zou 't daar gaan in dat verre Bra
zilië, waar hare tegenwoordigheid werd
vercischt voor do regeling cener nalaten
schap cn waar zij niemand, niemand
kende?
Wat zou zij later doen, wanneer zij
weder in Frankrijk terug was met haar
rijkdom? Hel vaderland is het land, waar
men zijne liefde heeft cn alles wat zij
LIED VAN DEZEN TIJD.
HET LEIDSCHE HOUT.
Tweemaal twintig duizend gulden
Zijn er in een fonds gestort,
Opdat lolden in de toekomst'
Eind'Iijk eens wat schooner wordt.
En zoo gauw cr geld genoeg is,
Kan men aan het planten gaan.
Over houder I jaren zullen
Waar 't nu kaal is, boomon .slaan.
Ons bedo vera h tv r k le ink r o os l
Zal dan dar Hen in bet gras,
Waar voorheen niets dan een kale
Vlakte zonder lommer was.
En zij zullen fier getuigen,
'Als zij wand'len in ons woud:
,,'t Was toch eens oen goed ideetje
Die Stichting „Het Leidsehe Hout."
Pas verloofdo jongelieden
Zitten daar dan op een bank,
En zij brengen, minnekoozend,
Aan ons diepgevoelden dank.
En zij zuchten dan zoet vrijend
Onder een heel lange zoen:
„Zeg, begTijp jij, hoe men 't vroeger
Zonder Hout heeft kunnen doen?"
Dienstmaagden cn kinder joffers
Houden daar haar remdez-vous.
En ook de soldaten gaan er
locl'ren dag beslist naar toe.
Minnekoozcn, spelen, dart'len.
Spel van groot en spel van klein,
Over 'n eeuw dan zal het „Hout" het
Paradijs van Leiden zijn.
Stichters, koopt nu voor de centen,
Die er in de kas al zijn,
Vast do gronden en do zaden,
Ook al zijn die rog maar klein.
Stichters, slicht nu vast do hoornen,
Strooit de zaden stuk voor stuk,
Dan zijt gij do groole stichters
Van bet Hout en van geluk.
TROUBADOUR.
liefhad, was nu immers verdwenen voor
goed. verdwenen voor altoos....
Het feestgedruisch uit het salon steeg
tot haar op; luid en vroo'ijk gelach, ver
warde stemmen, het klinken van glazen, 't
paffen van kurken, die met een luiden
knal uit den hals der champagnefles-
schen vlogen, de tonen der piano, waar
op eerst liederen door zangstemmen bege
leid, later danswijzen werden getokkeld;
dit alles dooreen vervluchtigde in de
kalme avondstille bovendeks.
In het salon hadden de passagiers uit
gemaakt, dat 't nu in Frankrijk zoo wat 12
uur kon zijn, en ze hadden eenparig be
sloten het Kerstfeest met elkander in
vroolijJ'heid te gedenken, den nationa'en
„revoillon" te vieren op het uur waarop
hunne vrienden en bloedverwanten in het
vaderland dat ook deden. De gedachte
dat hun overtocht bijna was volbracht,
verhoogde nog hunne opgewekte stem
ming en de luchtige losheid van den toon.
Zij zouden nu immers misschien voor al
tijd afscheid van elkander nemen, die
menschen die het toeval op éénzelfden bo
dem had bijeengebn cht en die gedurende
weinig weken met elkander aan boord
hadden geleefd op intiemen voet. De ban
den, welke men in die weken bad gelegd,
wortelden niet in het verleden en waren
slechts een verstrooiing geweest voor het
heden, zonder in 't minst bindend te zijn
voor de toekomst. Er was nu niets meer
te vreczen; ze konden ongestraft de fami
liariteit wat uitbreiden. Nauwelijks was er
een woord van dansen gesproken, of een
drom van paren zwierde reeds walsend
door het ruime salon.
Zelfs de oudere dames konden aan
deze uitbundige vreugdo geen weerstand
bieden en schaarden zich eveneens in de
dansende rijen.
Er werd veel en hiid gesproken, uitbun
dig en hartelijk gelachen, en in de laatste
uren,van de reis in het gc:;icht van do
Braziliaansche kust vergat em ieder ziju
zorgen en bekommernissen en ook zijne
verwachtingen. Men wond zich op de hij
do gedachte, dat men eerlang den voet op
vasten bodem zou zetten, en de weerga'm
sloeg bij vlagen op naar het donkere rus
tige dek, waar de dame in 't zwart nog
steeds onbeweeglijk zat te mijmeren.
Vóór op de boot tegen de anders ge
leund, zaten een oude zeerob en een
knaap, een lichtmatroosje te praten en hun
pijpje te rooken. De oude zeerob met zijn
door wind en zon getaand gelaat, de knaap
met ziju frisch en blozend gezichtje, wa
ren landgenooten en spraken over hun
land, hu a Breta^ne waar zij beidén het
levensliicht hadden aanschouwd en waar
zij beiden na volbrachten arbeid hoopten
te rusten.
Ook zij dachten beiden aan het plech
tige feest, dat in die oogenblikken in een
dorpje op de kust van het oude Aimoriea
werd gevierd; aan den Kerstnacht En
in hunne herinnering doemden de met
sneeuw/ bedekte nederige daken op, de met
diepe, hardhevroren karre,sporen door
ploegde wegen, het met ijs bevloerde vij
vertje en zij spraken over het onderscheid
tusschcn het ruwe klimaat van Bretagne
en dc lauwzoete atmosfeer der tropen.
De zeebonk herdacht den Kerstnacht
van zijn twintigste levensjaar, toen 't hem
vergund was, tusschen twee reizen naar
Indië in zijn geboortedorp te overwinte
ren. In dit jaar had hij kennis gemaakt
met het meisje dat later zijne vrouw was
geworden, en die nu te midden van de
jongsten barer kinderen zijn huise'djken
haard bewaakte. "Wat zouden zo daar
thuis wel doen? dacht hij, en zijn hart
vloog over dc zee met de gedachten vol
liefde aan zijne dierbaren.
De knaap ook doorleefdo zijne nog zoo
jonge herinneringen; zijn sraart, toen hij
als wees op zee moest gaan, als een vogel
door den storm uit het nest geworpen,,
voordat nog zijne vleuge's krachtig genoeg
zijn om hem op te houden.
Niets dan do grafsteen, waar zijn heide
ouders sluimerden, bestond er voor hem,
om cr aan te denben, in 't gehucht, waai
hij geboren was. Zijn eerste groote zee
reis liep op haar eirdo en hij zag da4
einde niet met vreugde, maar met droef
heid naderen, omdat een der damespassa
giers zoo vriendelijk en lief legen hem
was geweest dezelfde die daar nu zei
eenzaam en peinzend zat op het achter
dek cn die zoo dikwijls met hem had ge
praat over zijn eenzaam vriendenloos be
staan.
Had zij dienzeifden morgen nog niet
hare fijne witte li md over zijn blonden
krulleho] doen glijden en waren er toen
niet plotseling tranen in hare oogen ge
schoten, hij die noederli'kc liefde, die zij
eens had gekend, doch die zij nu nimmer
meer zou kennen?
In zijn eenvoud had hij niet gevoeld,
dat die moeder aan wie alles, wat haar
lief was, was ontnomen, in hem haar
eigen zoon geliefkoosd had.
De boot vervolgde intusschcn met
snelle vaart den tocht. Plotseling weer
klonk do stem van den uitkijker, die 'n
kust vuur signaleerde. Om dit zooveel
spoediger te zien, vliegt het matroosje de
verschansing op met al de onbedacht
zaamheid, zijn leeftijd eigen. In 't half
donker tast hij mis, zijn voet glijdt uit, te
vergeefs tracht hij zich vast te grijpen aan
een touw, aan oen ketting, hij valt langs
do hooge gladde flank der boot en ver
dwijnt onder 't titan van een wanhoops
kreet.
Man overhoord, schreeuwt uil allo
macht do oude zeerob.
Man overboord, schreeuwt hij uit allo
macht vol zenuwachtigen angst. Met vrees
en beven wordt die roep op het geheclo
schip vernomen.
Allen gevoelen c.en wielslag des doods
in do lucht allen stormen aan dek, pas
sagiers, matrozen, bedienden. Honderdeu
oogon peilen de duistere diepte, alsof zij
den rampzalige ko iden ontdekken, die in
dit oogenblik wellicht reeds niet meer tot
(lo levenden behoorde. De commandant
ijlt ook naar hoven; had reeds hevel gege
ven de machine te sloppen cn do boot uit
to zeilen. Met oen snelheid die alleen in
do bekendheid met het dreigende levens
gevaar cn in don geest van solidariteit
KALENDER DER WEEK.
N.B. In deze week iederen dag Gloria,
behalve Dinsdrg en Credo en de Prefatio
en Oommunicantes van Kerstmis.
ZONDAG 2G Dec. Feestdag v. d. II.
Stephanus, eerste Martelaar.
Mis: Sederunt. 2c gebod v. h.
Kerstoctaaf (gebed uit dc dagmis van gis
teren). Kleur: Rood.
Stcphanus was de eerste d' zeven door
de apostelen aangestelde diakenen, die
tot taak hadden dagelijks levensmiddelen
uit te deelen aan de armen cn wc luwen en
onderstand te verleenen uit de algemeen©
kas. Evenwel was hun, behalve deze meer
stoffelijke taak ook en voornamelijk opge
dragen het hoogere en meer verhevene
ambt van de prediking van bet H. Evan
gelie onder het oppertoezicht der Aposte
len. Het Epistel vermeldt duidelijk, dat do
geleerden met Stephanus redetwistten,
doch hem niet konden weerstaan. Kr-ora
zochten zij naar eenmiddcl om over Ste
phanus toch te zegevieren. Mannen wer
den omgekocht, die lasterlijk van Stepha
nus moesten getuigen, dat hij togen den
grooten Profeet Mozes en den tempel had
gelasterd. Dit gebeurde en als gevolg
werd Stephanus voor den rechtbank ge
bracht. Op de vraag van den hoogepries-
ter: „Ts dit zool" hield Stophanus een
lange, schitterendo redevoering, waari- liij
in 't kort dc geschiedenis der Joden ver
telt en met grooten eerbied over Mozes
cn over den tcmrel, aldus ziidelings weer
leggend de lasterlijke beschuldiging togen
hom ingebracht. Wat daarvan voor Sto
phanus het gevolg was worde verder ver
haald in het Epistel.
MAANDAG 27 Dcc. Feestdag v. d.
H. Joannes, Apostel en Evangelist.
Mi sIn medio. 2e gebed v. h. Octaaf.
Kleur: Wit.
Dc II. Kerk viert in de vreugde van het
Kerstfeest ook het Leest v. d. H. Apostel
Joannes, den meest bcm,,nJ(,n leerling de-
Heeren. Na zijne uitverkiezing zien wij
hem steeds in do innigste pemeens^haD
met Christus: bij het laatst e Avondmaal,
onder liet kruis: en de liefde dreef hem
cok hot eerst van de Anostelen naar het
graf van den verrezen VertAss<»v. Joannes
stond aan het hoofd van de Kerk in KL
Azië, werd onder keizer TVGanus ge
vangen genomen cn in een ketel met zie-
de"dc olie gewornen, waar hij echter on
gedeerd uittrad. Als ballmg op het eiland
Patmos schreef hii ziin ..Reek der
baring", het laatste der Boeken v. d. IT.
Schrift. Van ziin ha-nd bezitten "wij ook
het Evangelie v. d. H. Jon^ncs cn drie
brieven. In zeer boogeu ouderdom over
leed de II. Joannes te Ephese in KI. Azië.
DINSDAG 98 Deo. Fecstdaa v. d. H.
H. Onnoozelo Kinderen. Mis: Ex
o r e. 2o gebed v. li. Octaaf. Na bet Gra
duale vervalt het ""Lila-vers en w;ordt
do Tractus gebeden. Kleur: Paars.
Gegroet, gij Martelaarsblocmcn.' Op
den drempel des levens heeft do vervolger
van Christus u het levenslicht wcggcroofd,
aan 't stormgeweld geb'dc. dat dc rozen
knopjes knakt. (Kerk. Get.).
WOENSDAG "9 Dc. Mis v. d. H.
Thomas van Kantelberg, Bisschop
en Martelaars Gaude°mus. 2e gebed v. h.
Octaaf. Kleur11 o o d.
Thomas Beeko1, Iwnselier van koning
Hendrik II van Eoo-fdgTf1, tot Aartsbis
schop van Kantelberg verheven, was tot
bittcro teleurstelling des konmgs, die in
zijn hartslochteliikc heerschzucht de rech
ten der Kerk aanrandde, een onvers^rok
ken verdediger van de rechten der Kerk.
Hendrik liet Thomas als een Dvinee-Kge
en verrader ter rlood ve-o^Heelcn. Tho
mas wist te vluchten en werd door Paus
Alexander ITI in het eolL'k retold. Ton
laatst© veinsde koning Hénd^rk genade ten
opzicht© van Thomas, riet) hein terug on
plaatst© hem weer op den *-rn<r«Lorroelij-
ken zetel Niet lang daarna evenwol liet
de koning hem door gehuurde moordt
naae-s in do bathed^clo >o-V vermoord
29 Dcc. mo.
DONDERDAG *0 Dec. Mis v. <1. Zo-
dapoiulerlipt Octaaf vmiKci s1-
mis: Bum medium, gebed v b. n
taaf. Kleur: Wit.
VRIJDAG 31 Dee. Mi? v. d. H. Sil
vester. Paus: pe^«rdötes. 2e gébed v. li.
Octaaf. Kleur: Wit.
De H. Silvester heshurrde do Kerk in
oen tijd dat het. haar gegeven was uit do
KataooDiben to treden en naar buiten
to ontrlooicn. Aan dien groei-naar-buiten
gaf Silvester leid'-- heilzame wet
ten en benabneen. Ook s^eed bij togen
den vnand, die -n van bmnen kwam, de
ketterij. Op d» eerste nWmopne Kerkver
gadering van Nice.a veroordeelde. Paus Sil
vester de ketterii van A rins (loochenaar
van Christus' Godhe'I).
ZATERDAG 1 Jnnnari. Feest van
Christus' B e s n ij d e n i s. Octaafdag
vn Kors+mig. Dag vr devotie. Mis: Puer.
Kleur: Wit.
Worden wij bij ons H. Doonscl Gods
kinderen cn aan Hem toegewijd, hii do
Joden geschied do ne> va.n ieder
mannel nk kind aan God door dc gods
dienstige pleehtir"cid dor Ne*!"" 1—
Zoo ook onze g^^ilRT-n. 7-B~Trr°'ker, die
vol pens gewoonte den Jes"3 ontving.
Jesus beteekentVerlosser. Toen -werd
volbracht het bevel van don Koerei nan
Joseph: „G" zult Zjjn K-"ni ksus mc-
men; Hii fooh zal ziin volk verlossen.
In de Kerken d'- F.E. P.P. Francisca
nen: Alles als in bovo-^H"a-pdo
behalve:
pnivnrrRriAG. Mar
garita Colonna en Mat this, van Nazzarci,
maagden: 3e v. li. Octaaf.
Amsterdam. ATB. "M". KOK, j^r.
der zee'ui onderling hare verklaring
vond, dobberde de sloep op de gulven en
verwijderde zich ijlings van boord zoeken
de op hot onmetelijke watervlak in het
eindelooze duister het stipje, dat 't hoofd
moest zijn van den drenkeling.
De angst aan boord was groot, dc
hoop hegon reeds te vervliegen.
Wie is 't? vroeg de commandant.
Yvon, antwoordde de oude zeerob,
Ach, die arme jongen, fluisterden of
dachten de passagiers. De dame in den
rouw zeide niets; zij stond daar sprake
loos, bevend, waggelend, de eene band
karmpachtig knijpend om de leuning van
haar stoel.... Een ongedacht en toeder
meodoogen met het lot van den knaap,
die nu misschien reeds st?rvende was, be
kroop haar gemoed en overweldigde haar
geheel.
Doch de slodp komt naar boord terug.
Die spoedige (erugkomst doet de hoop
herleven; de poging tot redding is met
goeden uitslag bekroond; anders keerden
ze immers niet zoo snel terug.
Gered. "We hebben hem, k^nk de stem
van een der roeiers, toen zo dicht genoeg
bij de boot wnreu om het gcruisch der ba
ren en 't zachte plonzen van de lang-
zaamwentelendc schroef te overschreeu
wen.
Een zucht van verlichting-, een bijna ge
fluisterd Goddank, ging op onder dc me
nigte bijna onmiddellijk gvevo!gd door een
luid hoera. Nog eenige krachtige riem-
s^gen en de sloep ligt weer langs boord
en is weldra opgeheschen. De knaap leeft
nog, maar hij is bewusteloos, zijn bleek
gelaat is als hel beeld des doods, wiens
vale vleugel bom blijkbaar heeft beroerd.
Een forsehe matroos draagt hem in de ar
men aan dek en legt hem behoedzaam
neder op een rustbank. De kleine blonde
krullcbol hangt krachteloos achterover;
de linkerarm valt slap neer.
Als door een plotselinge ingeving be
zield is de dame in den rouw togeijld
en heeft zij den bezwijmden knaap in ha
re armen genomen, op haar schoot neer
gelegd en terwijl de scheepsdokter de
noodige midden ter opwekking gaat ha
len, tracht zij mot haar fijne h'nnke hand
zijn gelaat te verwarmen en zij buigt zich
tot hem voorover zoover, dit Lare lippen
zijn voorhoofd aanraken Dij dio aanra
king opende, de knaap di oogen eyen en
met nauw hoorbare stern fluisterde hij als
instinctmatig het woord:
Moeder
Diep in 't hart getroffen richi do jonge
vromv plotseling 't hoofd op. En in haar
binnenste werd plotseling een heeFijk be
sluit gevat, bij dc gedachte dat de woeste
golven dezen ongelukki.gen knaap aan
het loven hadden lnnrr,Pr,weB haar ge
schonken voor het Kerstfeest
Met vriendelijken drang deed aij de om
standers «Heengaan, nederknielond bij den
armen scheepsjongen, kustfp zij hem en
drukte hem aan haren boezem
En zij die zwijgend van dit roerend
tooneel getuigen waren, wisten toen, dat
van dit ooeenb'ik af do knaap geen wees
meer zou ziin. UN. D. Crt."
■T IS KERSTNACHT.
't Is Kerstdag! Neen 't, 't cn kraakt
geen snee,
't en rijmt, 'b cn vriest, 't en ijzelt;
fcech lijden dc arme menschen wee
cn wordt hun hart verbrijzeld!
Ze willen werken, maar 'fc cn valt
geen werk, geen loon, geen eten:
wiens hert, van ijs of ijzer, zal 't
nu 't Kerstdag is, vergeten?
Geeft milde, geeft, die hebt en houdt
Van God zoo milde gaven;
't wordt anders al, uw geld cn goud,
naast u in 't graf gegraven.
Geeft milde, gij die kersten zijt,
En Kerstdag komt te vieren;
geeft milde, alzoo men in vroeger tijd
gaf milde aan menschen en dieren;
en Hij die mensche en dier bemint
die u, o mensch, verheven,
vcrgod'lijkt heeft, Hij zal 't. zijn Kind
o nicnscheens r-cdei'geven.
GEZELLE.
Oplossingen van de Ilcbus worden verwacht voor Woensdag 29 December 12 uur v.m.
Onder dc goede oplossers wordt ccn Bloemvaas verloot.