EISCHT GOEDE KWALITEIT
recherche huiszoeking gedaan, zonder re
sultaat.
Gistermorgen echter werd hij ontdekt
in ren vernuftig gemaakte schuilplaats
ijt>-r den houten wand van een kast.
Hij liet zich gewillig arresleeren en is
naar hel Huis van Bewaring overge
bracht.
Buitengewoon lage stad der rivieren.
In de laatste dertig jaren is de stand
van den boven-Rijn, de Waal en de Mer-
wede niet zoo laag geweest als sinds eenige
du :e», meldt „de Tel.".
De Waal blijft dank zij de normali-
«erring een geul houden, waarin op de
ondiepste trajecten nog M. 1.90 water
£t.;.'i(.
De hoven-Maas is bevaarbaar voor sche
pen tol 1.35 M. diepgang; het traject Gor-
cumGeldermalsen van de Linge voor
schepen tot M. 2.10 diepgang.
Blijft dc droogte en de krachtige Oosten
wind nog aanhouden, dan zal dc scheep
vaart groote moeilijkheden ondervinden.
Aanklacht tegen een Burgemeester.
Dc gemeenteraad van Katlendijkc heeft
met algemeene stemmen een motie van
wantrouwen tegen den burgemeester aan
genomen en besloten, bij de Justitie een
aanklacht in te dienen wegens schriftver-
valsching. De burgemeester zou eigenhan
dig het vermenigvuldigingscijfer der plaat
«elijko inkomstenbelasting verhoogd heb
ben van 0.5 tot 0.75, terwijl hij het besluit
daartoe uitgegeven zou hebben als was het
van B. en W. afkomstig. Verder beschul
digt de raad er den burgemeester van, dat
hij de gelden dier gemeente op een andere
bank beeft uitgezet dan op die, door den
raad aangewezen. De raad beeft dan ook
geweigerd de begrooting te behandelen.
„Tel."
Eigenaardige schilderijenkwestie met een
interessant proces.
Men meldt ons uit Den Haag:
Een merkwaardige kwestie over 'n paar
schilderijen houdt op het oogenblik de ge
moederen bezig in de kringen, die erbij zijn
betrokken.
Iemand te Amsterdam, zekere heer B
kocht van een ander een beleenbriefje,
recht gevende op twee schilderijen welke
bij de Gemeentelijke Bank van Leening in
pand waren gegeven. Bij bet beleenbriefje
was een foto overgelegd, waarop de beide
schilderstukken, oen Christuskop en een
naaktfiguur, de laatste uit de school Ru
bens, waren afgebeeld. Alvorens het briefje
te koopen Jiad de heer B. zich aan de
Bank van Leening vergewist of inderdaad
die heide stukken daar waren heleend. Een
bevestigend antwoord was daarop ontvan
gen. Dc heer B. betaalde 800 voor het
briefje en begaf zich daarop opnieuw naar
de Bank van Leening om de schilderijen
in ontvangst te nemen. Hier werd hem
geantwoord, dat dc schilderijen zich in het
filiaal to Scheveningen bevonden, waar
hem twee schilderijen, wae^van do num
mers klopten met dio op het beleenbriefje,
werden ter hand gesteld. De schilderijen
waren verpakt en eersjt later, toen de lieer
B. ze uitpakte, bleek hem, dat een dei
schilderijen niet het werk was, dat op de
foto voorkwam.
Hem werd echter geantwoord dat de
nummers klopten, dat deze beide stukken
de beleende waren en dat van een naakt
figuur niets bekend was. Een vergissing
werd door de directie uilgesloten geacht,
Tenslotte gaf men hem in overweging, ge
noegen te nemen met betgeen hem was ter
hand gesteld te meer omdat aan de foto
door de Bank geenerlei waarde kon wor
den gehecht, onder opmerking, dat een
naaktfiguur bier to lande toch minder ver
koopbaar was dan bel schilderij dat hij er
voor in de plaats meende te hebben ge
kregen. Hierin schikte zich de heer B. die
kort daarop liet portret, dat hij voor de
naaktfiguur in de plaats had ontvangen,
van de hand wist te doen. Groot was zijn
verwondering, toen een paar maanden la
ter vanwege de Gem. Bank van Leening bij
den beer B. de boodschap kwam, dat in
derdaad een vergissing had plaats gehad
en dat de Bank alsnog ruiling van het
portret, dat gebleken was een echte Albert
Cuyp te zijn, verlangde. De heer B. zeide,
hieraan niet te kunnen voldoen, daar hij
immers bet portret reeds had verkocht.
Kort daarop werd hij bij dc politie op
het Alexanderplein ontboden, waar hem
te kennen gegeven werd, dat hij diende te
zorgen, dat de Gem. Bank van Leening
weer in het bezit van het portret werd
gesteld, in de plaats waarvan hij dan do
naaktfiguur zou ontvangen. De heer B.
antwoordde echter ook hier, dat aan dit
verlangen door hem niet kon worden vol
daan. Intusschen zou hij zoo werd mee
gedeeld er later nog wol meer van hoo-
ren.
Gebleken is nu, dat de Albert Cuyp bij
de Bank van Leening in pand was gege
ven door iemand, die dit waardevolle schil
derij tijdelijk in bewaring had van een
bier ter stede wonende dame, en dat deze
beslist pischte, de Albert Cuyp weer in
haar bezit te krijgen.
Wij meenen te weten, dat zij een bedrag
van 30.000 als waarde van dit schilderij,
dat buiten haar toestemming zou zijn be
leend, had opgegeven.
Intusschen heeft het Gemeentebestuur
door tusschenkomst vaii zijn advocaat den
beer B. doen weleu, dal in de weigering
van den beer B. niet zal worden berust en
dat een civiele actie tegen hem zal worden
ingesteld.
De hoer B., die van meening is dat dc
gemeente geen recht meer heeft op het
schilderij, heeft zijnerzijds de zaak in ban
den gesteld van mr. Bourlier.
Met belangstelling kan liet resultaat van
deze actie worden afgewacht.
Op avontuur.
Bij de politie te Zaandam is kennis ge
geven, dat de 14-jarige S. en zijn 14-jarig
vriend jo H., heiden aldaar woonachtig,
ilrie dagen geleden de ouderlijke woning
hebben verlaten. Naar de jongens aan
samefaden hadden verteld, zouden ze op
avontuur uilgaan.. Vermoedelijk zouden zij
proheeren, plaatsing op een zeeschip te
krijgen.
De eerste Zuiderzee-haring.
De eerste Zuiderzee-haring is gisteren
te Lemmer aangevoerd. Het was een hoe
veelheid van 40 stuks. Voor deze eerste
lingen, die goed van kwaliteit zijn, werd
cent per stuk besonid.
Onveilig pentverkeer.
wDe Gelderlander" schrijft naar aanlei
ding van het ongeluk op de Tielsche pont,
waarbij 3 menschen zijn omgekomen:
„De verbinding tusschen Tiel en het
Land van Maas en Waal wordt onderhou
den door een smalle pont, welke niet zelden
overladen wordt. Wij hebben dat onlangs
meegemaakt toen wij een tocht hebben ge
maakt door het Land van Maas en Waal,
van Tiel uit. Toen onze auto aau de pont
kwam, stond er een beele rij wagens en
karren en auto's vóór ons het was de
vraag of wij mee konden. Ja, 't ging. De
wagon vóór ons moest nog een likje voor
uit, wij schoven er nog niet op.
Maar tol onze groote verbazing werd er
nóg 'n auto gewenkt, die kon er nog wel
bij. Het werd passen en meten; de wagens
die al stil stonden; moesten den motor
weer aanslaan, weer ;n paar decimeters
vooruit of op zij en de laatste vracht kwam
binnen. Net op nippertje. Maar met z'n
achterkant schuurde deze wagen als 't
ware tegen don afsluitboom aan, zoo wei
nig 'ruimte had hij.
Bij zulke gelegenheden moet je maar
niet denken aan de mogelijkheid van on
gelukken, doch het minste behoeft er maar
te gebeuren, of een ramp is cr het gevolg
van.
Gistermorgen seinde men ons uit Tiel,
dat er een luxe auto te water is geraakt.
En na onze ondervinding van enkele we
ken geleden, zeiden we natuurlijk: „Daar
heb je 't al! Een luxe auto, met twee da
mes er in en een heer. De auto stond op
het pont, stond vooraan, er moest achter
as* nog een wagen bij, de eerste kreeg be
vel om nog wat naar voren te gaan. Hij
geeft te veel gas, rijdt door de afsluiting
de Waal in".
Aas men nu de afsluiting eens afdoende
maakte, d.w.z. versterkte en beveiligde.
Het blad maakt nog de volgende op
merking over de Nijmeegsche pont:
„De pont NijmegenLent wordt in
drukke dagen ook zóó volgeladen, dal er
geen vuist meer tusschen te steken is. Daar
slaan dan tien auto's en karren en paar
den en honderden menschen saamgepakt.
Aren rookt er lustig op los, steekt een si
gaar aan, werpt een brandende lucifer
weg, laat de vonken uit zijn pijp lustig iu
den wind waaienen daar staal 500 L.
benzine op de pont. De olie lekt on liet
pontdek, de benzine druipt van sommige
wagens af. Is het onmogelijk, dat de pont
met dc honderden saamgopakle menschen
erop, straks, midden ip de Waal, in een
vuurzee omslaat, mensch en dier verslin
dend?
In een garage mag niet worden gerookt,
vanwege het brandgevaar. Ontvlamt de
benzine in een garage wel, op een pont
niet?
Het lijkt ons noodig, dat er aan de vei
ligheid van liet verkeer meerdere aandacht
worde geschonken".
Gevaren van den ovetrochi bij den
Moerdijk.
Naar aanleiding van bet auto-ongeluk
aan liet Trilschc Veer, lijkt liet ons niet
ondienstig ook op andere gevaren, die
veerponten medebrengen, te wijzen.
De lieer Bensman te Hilversum signa
leert in de „Auto" een gevaar, dat zich tel
kens voordoet bij den overtocht bij den
Moerdijk, een gevaar, dat ons ernstig ge
noeg voorkomt om er in breeden kring te
gen te waarschuwen. Hij schrijft:
Gisteren, 19 September, begaf ik mij
per auto van Nijmegen naar Arnhem.
Snikheet was liet en voor den afvaart-stei-
ger van de gemeentelijke veerpont stond
een lange file auto's, waarbij ik mij als
No. 11 aansloot. Spoedig volgde nog een
zelfde aantal, dat de filte tol een bijna
onafzienbaren staatr maakte. De aanko
mende veerboot werd ontruimd en de
filte, waarin ik mij bevond, zette zich
langzaam in beweging. Twaalf groote
wagens werden op het bootje samenge
perst; in iederen wagen bevonden zich
eenige passagiers, plus, laat ons zeggen
40 L. benzine. Derhalve minstens 50 a 60
personen en circa 500 L. benzine. Toen
volgde een stroom van nieneschen, waar
van de meesten met fietsen aan de hand
en daaronder een zeer groot aantal man
nen met brandende sigaren en sigaretten
gewapend. Ten slotte was elke vierkante
centimeter van de boot in beslag geno
men en aangezien deze bleef liggen, ten
einde een „sleep" voorbij te laten, stak
menigeens nog eens een sigaartje of siga
retje op en wierp den brandenden lucifer
op den grond te midden der wagons, 500
L. benzine, 100 L. olie en circa 150 men
schen. Een man op den steiger, met een
pet, waarop in gulden letters „G. V."
stond, keek dit alles rustig aan en op mijn
vraag: „Aiogen die motoren ïpaar zoo blij
ven doordraaien, mag men bij deze hoe
veelheid benzine maar zoo rooken en lu
cifers wegwerpen, is dat niet beestachtig
roekeloos, gezien de lekkende carburators,
oliedruppels, euz.?" antwoordde hij mij
kalm: „Alijnheer heeft wel gelijk, als er
iels gebeurt, is de ramp niet te overzien.
Er komt niemand! levend af! maar ik heb
geen instructies!! Ik heb wel oen water
slang, maar ik zou er niet eens kunnen
bijkomen." 'Wat bier gebeurde, geschiedt
dagelijks, maar vooral op drukke Zonda
gen met mooi weer op verschillende over-
zetveeren. Gaat u maar eens aan den
Moerdijk kijken, vooral als 't hard waait
en de vonken van pijpen en van sigaretten
door het luchtruim vliegen.
Alen dempt den put als
Het 104-jarig moedertje te Hengsidijk.
Een der lezers van de „Msb." uil het
„land van Hulst" schrijft:
Ik was dezer dagen le Hengstdijk en in
formeerde of hot zou lukken om bii Betje
de "Wit weduwe Asselmao, de 104-jarige,
toegelaten te Avorden.
„O, mijnheer, met alle gemak'^
Toen ik het arbeidershuisje naderde
waar het oudje woont, zag ik een heel oud
vrouwtje achter de woning loopen.
De ruim 60-jarige dochter van het oude
moedertje kwam me tegemoet, noodigde
me uit binnen te komen en een stoel te
nemen; moeder zou dadelijk komen.
En waarlijk, daar kwam ze binnen, de
104-jarige, nog ongebogen ging ze naar
haar moeien zetel (geschenk der gemeen
tenaren). Dadelijk vroeg ze aan bare doch
ter wie ik was. Toen ze liet wist was ze
volkomen op d'r gemak. Bij het gesprek
bemerkte ik dat het gezicht en liet gehoor
veel verminderd waren. Afaar om uit den
zetel recht op le gaan staan, wie kan het
beter? Het gelaat, met liet zwart mutsje'
omlijst, is nog zoo frisch als vroeger. Ze
■was 1.1. Zondag nog (er kerke geweest!
Bij het afscheidnemen vroeg zij mij:
„Of ik haar het volgend jaar weer kwam
bezoeken". Zeer tevreden was ze er over,
dat de couranten tegengesproken hadden,
als zou onlangs in Leeuwarden de oudste
rouw van Nederland overleden zijn.
„Neen, hoor, ik hen de oudste vrouw van
Nederland", beklemde zij „en dat weet dc
Koningin ook wel", voegde ze er nog aan
toe.
Later had ik in hel dorp nog een praat
je met een 86-jarge moeder. Die kon pra
ten, zien, hooren en gaan, als wie ook ter
wereld, en was goed gezond. Ik dacht zoo:
dat is de opvolgster van Betje!
Een mop van het 13e.
Alen meldt uit Maastricht aan dc „Alsb"
Daar is zooveel minder vroolijks over hei
13e Regiment infanterie geschreven in den
iaatsteu tijd, dat we nu ook wel eens een
aangenamer geval mogen verhalen.
Na den befaamden marsch 'zijn nog an
dere lichtingen van dit Alaastrichtsche re
giment onder dc wapenen gekomen. Naar
men ons verzekerde, hebben die hel goed
gehad.
Dezer dagen zou een dier lichtingen
weer afzwaaien. Dit gebeurt systematisch,
in groepen. Want laat jc ze allemaal tege
lijk los, 'dan gaan ze aan den draai, al te
zamen en niet mis. Daarom wordt het zoo
geregeld, dat de jongens, die met oen noor
delijken trein naar buis kunnen, samen
vertrekken. Onder geleide van onderofficie
ren worden ze naar het station gebracht.
Zoo zullen er om 10 uur afmarc-heeren, een
andere groep gaat om elf, om twaalf uur
gaan er zestig richting Heerion, om één
uur: veertig Zuidwaarts. En er zijn er
evenwel ook, die in de stad zelf wonen; die
moeten tot het laatst opgehouden worden,
anders brengen ze weggebracht en in al te
sterke bekoring om te gaan zwabberen.
Op dien dag des afzwaaiens waren er
natuurlijk ook uit -Maastricht, die naar
huis konden. Deze groep, dc laatste, zou
evenwel pas om vier uur aan de beurt ko
men. Handenwringend van verveling lum
melden ze in de kazerne, weemoedig sta
rend naar de gesloten poort en de aftrek
kende secties.
Dit duurde tol den middag. Toen over
kwam een der smachtendon een helder
oogenblik. Even geconspireerd: zacht, stac-"
c-ato, als in „La fille de .Madame Angot":
quand en conspire, conspirateur.
Wat later, legen twee Uur, kwam stram
in den pas, geleid door haar onderofficie
ren een nieuwe afdeeling aanmarcheeren
Het zag er zoo vertrouwbaar uil als't maar
kon, baast tè vertrouwbaar, want de Lim-
burgsche soldalen zijn wel goed gediscipli
neerd, doch niet in Pruisischen trant. Voor
den correct in gelederen van vier aanmar-
cheerenden troep, wel zestig man sterk,
opende zich de poort.van zelf. In even per
fecte orde verlieten ze de kazerne en trok
ken ze dc vrijheid in. Tót ze, na enkele
minuten uit hel gezicht waren; toen sto
ven ze uit elkander, als kuikens voor een
Ramelcar. De dienstdoende luitenant, dien
we gemakshalve Abraham zullen noemen,
had juist liet verraad gesnoven en rende
achter de snoodaards aan. Hij kwam juist
op tijd om de hielen hunner kistjes en bui
tenmodel schoenen om de hoeken veler
straten te zien verdwijnen.
De hoogere officieren hebben hartelijk
gelachen. En overwogen, dat de geest van
het 33e nog niet zoo kwaad is, anders
zou een dergelijke .«-makerij niet mogelijk
zijn geweest.
INGEZONDEN ÜEDEDEELING
DE zwaarSTE
Bniten8. Berichten
ONGELUKKEN
Mijnongelukken.
Op de mijn Karl Euncke van de Essener
Sleinkohlen-Beergwerko te Heisingen heeft
eergisteren bij het totslandbrengen van '11
explosie een ernstig ongeluk plaats gehad,
waarbij.een mijnwerker werd gedood, ter
wijl een andere ernstig en nog twee njjjn-
werkers licht verwond werden.
Door Wolff wordt, geseind: In 'n mijn
bij Hindenburg brak een mijnstut. Door
neerstortende kolenrnassa's wei'den twee
houwers bedolven. Zij werden als lijken
geborgen.
Gasvergiftiging.
Bij werkzaamheden aar. een ni.-uw ge
bouw van de waterleiding te Koningsber
gen in Pruisen zijn drie arh i iers door
kolengas gedood.
Een vreesclijke nacht op den Mout Dlanc.
De Turijnsche fotograaf Antonio dal!
Amico had mol den gids Biannz en den
drager Mcsseillcr een beklimming van den
Trélalelelop in de AIonl-Blanc-groep on
dernomen, om enkele opnamen lo maken.
Na overnachting in de Slella-hul aan
vaardden zij den terugtocht, die een tra
gisch verloop nam en waarvan de foto
graaf na zijn redding hel volgend drama
tisch verhaal deed:
Bij liet dalen verlieten we de bij de be
klimming uitgehakte treden, daar ze on
der de zonnewarmte begonnen le smel
ten en ook wijl de andere weg korter was.
De tocht ging over een geweldige hellende
ijsvlakte.
Voorop liep de drager, ik was in hel
midden en dan volgde de gids, met wieu
we door een touw van 40 meter lengte
verbonden waren, kort nadat wij waren
beginnen te dalen slipte ik over mijn klim-
sporen, die geleend en voor mijn sclioenen
te groot waren. Ik begon naar beneden le
glijden en viel over den drager heen, die
geen kans zag to blijven staan en met mij
weggleed, we behielden beide onze tegen
woordigheid van geest en deden wan
hopige ppgingen ons aan hel ijs vast te
klampen, waarbij ik alle tien de nagels
van mijn vingers verspeelde. De drager
was zoo gelukkig tegen een uitstekend
stuk rots to blijven liggen. De gids liet
geleidelijk het touw vieren, doch toen
de veertig meter waren afgeloopen werd
bij meegesleurd. Met een verschrikkelijke
vaart suisde bij naar beneden en viel
op mij neer, waarbij zijn schoenen mij
bloedend aan het hoofd verwondden. Door
deze hindernis werd hij echter niet tegen
gehouden: met razende snelheid gleed hij
verder, tot hij tegen een rotswand stiet,
waar hij met een schedelbreuk bleef lig
gen.
Toen we hem bereikten kreeg de drager
een zenuwcrisis, hij begon te brullen als
een wild dier en slechts met de grootste
moeite kon ik hem weerhouden zich in de
diepte te .storten. Uit de wonden aan mijn
hoofd verloor ik zelf veel bloed, waar
door ik haast duizelig werd, zoodat ik
amper begrijp, hoe ik mijn wauhopigen
makker tot rede bracht. We brachten ten
slotte eenige steenen bij elkaar, die we
achter den rug van de gids opstapelden,
om te verhinderen dat hij in zijn 'stuip
trekkingen weer zou gaan afglijden.
De drager, de eenige onzer die niet ge
wond was, begaf zich vervolgens op weg
naar Courmayeur om hulp to halen. Ik
bleef met den stervende in de eenzaamheid
van het hooggebergte achter. Het bloed
stroomde Bionaz uit zijn vreesclijke wond.
Mijn vier zakdoeken had ik reeds ver
bruikt om mijn gezicht van bloed te rei
nigen. Daarom scheurde ik mijn hemd
in recpen, om daarmee te trachten
mijn armen makker zoo goed als mogelijk
was te verbinden. Twee uur lang zag ik
het aan, hoe zijn polsslag en zijn adem
steeds zwak er werden, en eindelijk, om
vier uur in den middag gaf hij den geest,
zonder nog tot bewustzijn le zijn geko
men.
Nu begon de nacht aan te breken en een
rilling van vrees overviel mij voor de
naderende kou. Ik waagde het niet, de
tempearluur van den thermometer af te le
zen. Plotseling kwamen van den West
kant zware, dreigende wolken opzetten. Ik
zat schrijlings op een rotsblok, den blik
star op den doode gericht. Dan kwam dc
maan op; de nacht spoedde voort; er
beerschfe een lairwe, nu en dan door kou
de windstooten afgewisselde temperatuur.
Ik trachtte nu en dan een slok thee te
drinken, maar ze was ijskoud en gaf me
maagkrampen.
Bij bet aanbreken van den dag had ik
vrijwel alle herinnering verloren; ik wist
van de nabijheid van den dood zelfs niet
meer af. Tegen negen uur in den morgen
riep ik vertwijfeld om hulp, maar slechts
de echo anlwoorde op mijn stem. Einde
lijk om tien uur hoorde ik roepen; ik kon
geen antwoord meer geven; nauwelijks had
ik de kracht mijn armen te bewegen.
't Was een hulpkolonne van 18 man,
die mij ontdekte.
Moderne misdadigers in Amerika.
De luchtpost h et doel van
hun rooftocht. r
In sommige opzichten is Amerika de
Oude Wereld ontegenzeggelijk vooruit
Waar men in Europa de techniek van het
treinrooven nog niet geheel machtig is,
behoort dit in de Vereenigde Staten reeds
Aveer lot het verleden, en specialiseeren
do misdadigers zich thans in het beroe
ren van de vliegtuigen der vaste licht
diensten.
Alaandagavond togen twee jongelui in
een Picrce-Arrow auto op Aveg naar Had-
ley Field in den staat New Jersey, waar
het vliegtuig van de lijn NeAV YorkChi
cago zou landen. Zij Avaren rijkelijk voor
zien van revolvers en geAveren, en schij
nen ook een flinke hoeA'eelbeid sterken
drank met zich gevoerd te hebben. Het
mistte erg dien avond, hetgeen bun roof-
plannen ongetwijfeld begunstigd zou heb
ben, Avanneer zij niet met hun auto in een
sloot terecht waren gekomen. Drie jonge
lui in een Ford kAvamen juist voorbij en
hielpen de roovers uit de sloot. De Pierce-
ArroAv zette, den sinisleren tocht voort.
Doch de stuurinrichting bleek defect !e
zijn, Avaarvan de drie Ford-rijders bel
slachtoffer werden; hun. voertuig Averd
door den zAvaarderen Avagen getorpedeerd.
Toen bemerkten zij ook, met Avelke luidjes
zij le doen hadden on wijselijk zochten
zij hun heil in dc vlucht.
Kort daarna kwam de Ncav Yorksclte
houthandelaar Kearne niet zijn vrouw en
zoon in zijn auto voorbij. De roovers
vuurden op hen; Kearne Averd gedood en
zijn zoon zwaar gewond, waarna dc* on
verlaten in „hun" nkiiAve auto plaats
namen, er in volle vaart vandoor gingen
en mevrouAv Kearne en passant uil de
auto gooiden. Voort ging liet Aveer, dc
rails over, een seconde voordat de Penn
sylvania expres voorliijdoii.Voort,
naar Hadley Field, waar liet vliegtuig nuj
haast wol gedaald zou zijn; maar de
roovers hadden geen geluk; zij botsten le.
gen een telegraafpaal, hun voorruit sloeg
aan splinters en beiden werden in het
laat en aan de handen, gewond. Zij j
gaven zich naar een nabijzijnd buis, en!
verzochten den eigenaar, hen. naar
ziekenhuis te rijden. Deze had geen uul($
cioch zijn buurman avcI, en. deze buurman
verklaarde zich bereid, den jongelui den
gevraagden dienst te bewijzen. Maar nau
welijks was de auto buiten de bebomvdc
kom, of dc bestuurder zag een rcA'olvei
op zich gericht. Hij moest zijn Avagen in
den steek laten en de bandieten gingen
er vandoor, in auto No. 3!
Alen beeft hen niet meer gezien; de
auto, waarmede zij gevlucht ziju, is Dins
dag 1c New York gevonden. De politie is
door bet vinden van sleutels, waarmedo
postzakken geopend kunnen .worden, tol
de conclusie gekomen, dat liet doel dei
roovers gCAveest moet zijn, de luchtpost le
doorsnuffelen.
Mevroivw Kearne is door har ontzet
tend avontuur krankzinnig ge varden.
Een merkwaardige genezing in Italië.
J e u s d i g t u b c r c u I o s c-1 ij d s t c r
plotseling hersteld.
Alen schrijft uit Rome aan de „Msb.*!
d.d. 4 dezer:
Een merkAvaardige genezing, die hioi
heeft plaats gehad, Avordt op 't oogenblik
druk besproken.
De 15-jarige Francesea Rao, te Romo
geboren, en die zich niet kan herinneren
ooit gezond te zijn geweest, Averd in 1921
in de polikliniek alhier opgenomen, Avaai
tuberculose in het beenderenstelsel gecon
stateerd Averd. Reeds op 9-jarigen leeftijd
was zij geopereerd.
In bet St. Josephshuis, nabij dc oude
basiliek van St. Agnes, Averd S. Veleint
verder verpleegd, doch haar toestand
werd zoo erg, dat zij naar het San-Gia-
como-ziekenhuis moest overgebracht avot-
den. Intusschen waren dc beide knieiiu
van, het. arme kind door de tuberculosi
aangetast. Het werd Aveer geopereerd en,
toen men na -hvee maanden het gipsver
band afnam, bevond men dal de Avonden
niet genezen waren. Het Avas liet kind
volslagen onmogelijk te loopen en I
moest van toen af steeds te bed blijven.
Op 25 Mei openhaarden aicli knie-
zwellingen, gepaard met koorts. De toe
stand werd steeds ernstiger.
Uit een Röntgen-opname bleek, dat de
beentubereulose in een vergevorderd sta
dium gekomen was.
Ondanks de toepassing van a-le
neesmethoden, Averd de toestand der klei
ne zóó slecht, dat de overste van hel Si
Josephshuis liet kind andermaal naar bel
San Giacomo-ziekenhuis moest laten bren
gen. Daar voelde liet meisje zich u
slecht, dat. allen van haar naderend ciiuli
overtuigd waren.
's AA'onds placht de kleine met de zus
ter, die de Avacht had, het Rozenhoedjt
te bidden,, en op zekeren avond voelde ai
zich zoo ellendig, dal ze nauwelijks ineei
liet antwoord bij liet gebed kou geven
De zuster merkte, boe slecht liet uiti
het patiëntje ging en haalde den dokri.
Toen deze na eenigen tijd met dc zusk
verscheen, riep het kind hun met mi
vreugde stralend gezicht toe: „Ik bel
geen verpleging meer noodig, want <k|
Madonna heeft me genezen!"
Onmiddellijk stond Francesca van baat
bed op en poogde le loopen, nadat W
circa twee jaar steeds t-e bed gelegen bad
Zij keerde dan ook Aveer naar liet Sl
Josephshuis terug, nadat zij door vei
scheidene geneesheeren nauwkeurig on
derzocht Avas.
Dezer dagen heeft de lijfarts van dei
Paus, di-. Amici, de kleine onderzoekt M
haar A'olkomen genezen bevonden.
Aanslag cp den trein ParijsWarschau
Uit Frankfort a. d. Oder wordt gemeld
dat Woensdagavond door een spoor
beambte kort voor het vertrek van to
trein uit Frankfort op den spoonveg
dAvarslegger ontdekt Averd, Avelko Avas lov
gemaakt en over de rails heen gélesi
Daar kort daarop do sneltrein Parijs-;
Warschau moest passcbren en men in M
donker verschillende verdacht-gestalk*
had zien rondsluipen, vermoedt men, d*|
sprake van een aanslag is. Hel ondeiw
is in vollen gang.
De treinaanslagen-epidemie.
Uit Simmern wordt gemeld: Op
spoorrails nabij het plaatsje Alter KüJ
werden drie zware steenen gevonden, -^i
dader van dezen aanslag Averd door
vcldAvachlcrs in Simmern een 13-jar^
jongen uit Michelbacli aangehouden, "Jl
dadelijk bekende, dc steenen op de raw
gelegd te hebben, daar hij gaarne eens t*
spoorwegongeluk Avilde zien.
Roodvonkepiüemie te Hindenburg-
Hol aantal roodvonkpatiënten te
denburg is de laatste dagen beduidewj
toegenomen. Het totaal aantal zieken I
bedraagt 30 i-n nog steeds breidt zien
epidemie'uil. Hel aantal dooden bed'»*-:
II. De politieautoriteiten hebben
maatregelen genomen om do epidemie
stuiten.