N.B. In doze week icderen dag Gloria
on Credo en de Prefatie v. d. Allerheiligste
Maagd (invullen: En U cm (le ten hemel
opneming).
ZONDAG 15 Aug. Feestdag van
M a r i a's ten hemelopneming.
Mis: Gaud earn us. 2e gebed en laat
ste Evangelie v. d. 12cn Zondag na Pink
steren. Kleur: Wit.
Wat een blijdschap, wat een vreugde!
Maria, de gezegende Moeder van onzen
Allerheiligste Verlosser, is ten hemel op
genomen! Daarover verheugen zich de
Engelen in den bemel. En wij, nog omdo-
jenden in het land onzer ballingschap,
deze wereld, wij heffen onzen geest om
hoog en op uitnoodiging der H. Kerk,
(Inlroilus; Alleluja-vers; Offertorium) slui
ten wij ons hij dien vreugdcvollen jubel in'
den geest aan.
In de volle vergadering d. i. te midden
'der Heiligen is nu Maria's verblijf voor
altijd (Epistel); deelachtig geworden is
Maria aan dat éénc noodzakelijke: do
eeuwigo zaligheid, welke haar nooit meer
zal worden ontnomen (Evangelie en
Communio).
Gezamenlijk vragen wij voor elkander
aan God om ter wille van de verdiensten
van Jezus Christus, van de ons dreigende
kwalen verlost te worden (Pos(communio)
en lot -de eeuwige zaligheid te mogen
geraken op Maria's voorbede. (Gebed;
Stilgebcd).
MAANDAG. 16 Aug. Feestdag v. d.
H. Joachim, Vader der Allerheiligste
Maagd. Mis Dispersit. Kleur: W i t.
Verheug U. H. Joachim uit uw dochter
is ons (God) de Zoon geboren. (Kerk.
Get.).
BBNSDAG 17 Aug, Mis v. d. II. Je
roen, Martelaar, Pastoor van Noordwijk.
Laclabilur. 2e gebed v. d. H. Hyacintbus;
3e v. h. Octaaf van Maria's ten hemel
opneming; 4e v. d. Octaafdag v. d. H.
laurenlius. Kleur: Rood.
tn Franciscanerkerkcn: Mis v. d. H.
R o c liu s, Belijder; Justus ut palma. 2e
gebed v. d. H. Hyacinthus; 3e en 4e als
hoven. Kleur: W i t.
I)e H. Jero, ook Hieron of Jeroen ge
heelen, werd in Schotland uit aanzienlijke"
ouders geboren, die hem met de grootste
zorgvuldigheid opvoedden. Van zijn vroeg
ste jeugd gaf de jonge Jeroen blijken van
zijn liefde voor de deugd en met den moes
ten ijver legde hij zich ook toe op de we
ienschap. Zijne ouders, die vermogend
waren, wenschten hem geplaatst te zieii
in een aanzienlijke betrekking, doch be
grijpende, dat God hem tol een andere be
stemming riep, gaven zij Jeroen zijn zin
én lieten licm studeeren voor priester.
Eenmaal priester, beijverde Jeroen zich
om de zaligheid te», bewerken zijner mede
mensehen. Hij wist hoe een H. Willihror-
dus en gezellen en zoovele anderen naar
de heidensche gewesten over. de zee ge
gaan waren om cliq heidenen te winnen
voor Christus. Dat voorbeeld trok hem en
ook hij stak de zee over 'en kwam in onze
streken, wier toenmalige bewoners afgo
dendienaren Waren. Van den twaalfden
Bisschop van Utrecht, de H. Himgerus,
kreeg hij opdracht om het H. Evangelie te
gaan prediken in West-Friesland, Kenne-
mcrland en Rijnland. Hij ging vol ijver
en vestigde zich te Norlhgo, hef tegen
woordige Noordwijk.
In dien tijd vielen herhaaldelijk do
Noormannen ons land binnen, roovend,
moordend en plunderend; vooral tegen de be
lijders en predikers van den waren God
keerde zich de woede dier heidenen.
Toen zij in Augustus 856 ook Noord
wijk binnen vielen namen zij den bejaar
den pastoor tegelijk met andere Christe
nen gevangen. Na ondervraagd te zijn
over zijn afkomst en godsdienst, werd aan
Jeroen bevolen aan de afgoden te offeren.
Jeroen weigert en wordt ter dood veroor
deeld. Na geeseling, gevangenschap en an
dere kwellingen is de heilige onthoofd. Do
geloovigen hadden zich van het lichaam
weten meester te maken en begraven op
een geheime plaats, waar. het verborgen
bleef tot het jaar 955. Toen werd het door
Gods beschikking teruggevonden. Hei hei
lig gebeente werd op last van den Bis
schop overgebracht naar do beroemde ab
dij van Egmond. Zijn schedel, pas vier
honderd jaren later gevonden, rust in
Noordwijk.
Zweder van Kuilenburg, de 52e Bis
schop van Utrecht, schrijft„Gelukkige
Martelaar van Christus, door wiens ge
beente de zieken genezen worden, door
wiens voorspraak de verloren zaken weer
terugkomen. Verblijd u, Holland 1 over
zulk een Beschermheilige en het bezit van
dien schat!"
WOENSDAG 18 Aug. Vierde dag
onder hel octaaf van Maria's
t e n hemelopneming. Mis
Gaudea m u s (als op löAug.). 2e ge
bed v. d. H. Agapitus; 3e v. d. H. Geest.
Kleur: W i t.
Bid voor ons, o Maria, opdat wij mogen
wandelen in den geur uwer deugden.
(Kerk. Get.).
In Franciscanerkerhcn: Mis v. d. Z.
Paula van Montakli, Maagd: Dilexisti.
2e. gebed v. li. Octaaf; 3e v. d. H. Agapitus.
Kleur: Wit.
DONDERDAG, 19 Aug. Vijfde dag
v. li. Octaaf. Mis: Gaudcamus. 2e
gebed tol den H. Geest; 3e voor Kerk of
Paus. Kleur: W i t.
In Francêscanerkerken: M i s v. d. II.
Bodewijk, Bisschop en Belijder; Statuit
2c gebed v. h. Octaaf. Kleur: Wit.
Maria, de Koningin, zetelt nu aan de
rechterhand van haren Goddelijken Zoon,
gesierd met hare sieraden (Maria's deug
den) en die Haar zien prijzen Haar als de
Allerzaligste. (Kerk. Get.).
VRIJDAG. 20 Aug. Mis v. d. H. Ber
il a r d u s, Belijder en Kerldeeraar: In me
dio. 2e gebed v. h. Octaaf. Kleur: W i t.
De H. Bernardus is een der grootste sie
raden van Gods Kerk. Buitengewoon was
zijne godsvrucht en liefdo tot Maria. Zijne
geschriften staan vol van Maria. Iedereen
kent het „gebed van den H. Bernardus":
Gedenk o Allerb. Maagd enz. Onder Ma
ria's bescherming stierf Bernardus 20
Aug. 1153, onder het Octaaf van Maria's
ten Hemelopneming, als abt van Clair-
vaux. Bernardus is de stichter van do
Orde der Gisterciensers. (Trappisten).
ZATERDAG 21 Aug. Mis v. d. II. Jo
anna de Chap tal, weduwe: Cognovi.
2c gebed v. h. Octaaf; 3e voor den Paus.
Kleur: Wit.
Deze heilige vrouw, in haar echtelijk le
ven een toonbeeld van echtelijke deugd,
slichtte na den dood van harén echtge
noot, onder leiding van den H, Franciscus
van Sales, de Orde der Visitandinnen. Zij
was een voorbeeld van daadwerkelijke
christelijke "naastenliefde.
ALB. M. KOK,
Lisse. Pr.
Filcmfen echter bleef doordreinen en
zeuren en kwam herhaaldelijk met haar
ongerustheden voor den dag. Ten einde
raad en trouwens zelf niet bijster op zijn
gemak, besloot Huub naar Leenders te
stappen. Op een morgen, juist''toen liij in
slad moest zijn om er zijn klanten te be
dienen, begaf Huub zich naar Leenders.
Hij liet 'zijn zwaarbeladen wagen voor de
deur staan en trad aarzelend liet kantoor
binnen.
In zijn verlegenheid om zoo maar met
stel en sprong met de deur in huis te val
len, begon hij over ditjes en datjes te pra
len, over de geruchten van een mogelijken
inval van Bolsjewieken, over het defail-
Iceren van banken, over de schaarschte
van het goud: hij draaide maar steeds om
het onderwerp heen, werd zoetjes aan da
nig vervelend, zoodat meneer Leijders, die
dien dag een allergewichtigst contract
moest opmaken en bezig was met zijn pa
perassen in orde te brengen, eindelijk on
geduldig werd en op ietwat zoelsappigen-
toon zeide;
„Ja, kijk eens hier, Franken, ik hen
zeer gehaast vandaag. Zeg mij dus kort
en bondig liet doel van uw komst".
Huub was heelemaal uit zijn lood gesla
gen, zou misschien nog rechtsomkeer ge
maakt hebben, zelfs na zijn aarzeling te
hebben overwonnen zijn zorgvuldig opge
bouwde plannen hebben laten varen, in
dien een zonnestraal waarin duizende
stofjes daiisten, het gezicht van mijheer
Leenders niet hadden belicht. De trekken
van Leenders schenen hem zoo verouderd
toe, zoo bezorgd, verdrietig, vergeeld cn
verschrompeld als perkament. Dit kan
toor. zoo door en door muf en bedompt,
gaf als 't ware een reuk van ellende af.
En dit alles kwam de mulder (e gclegener-
tijcl versterken in hel idee dat het onge-
rusl-zijn van Filomien wel degelijk op
waarheid, op goede gronden konden be
rusten. Men had ooit wel erger dingen
zien gebeuren.
Aangemoedig door dezé opwelling liet hij
daarom zonder moeite los hetgeen hem al
gcruimen tijd op het hart lag en zijn tong
deed jeuken.
„Do vrouwen, meneer, ge weet hoe zo
zijn: steeds hang dat zij geen grond meer
onder de voeten voelen. Verheeld u dat de
mijne zicli in liet hoofd heeft gezet dat we
stellig oorlog krijgen. En zoo brengt het
eene hel andere mee. Kortom, zij kan er
niet van eten en van slapen. Geen denken
aan om er eens verstandig mee te praten.
Zij wil met alle geweld haar geld terug
hebben".
Leenders scheen een oogenblik te aarze
len en fronste de wenkbrauwen. Dan zei
Rij:
„Och, wat, oorlog, Hoe komt ze er aan?"
En verachtelijk haalde hij de schouders
op.
Zou Leenders zijn redenen belachelijk
vinden? Zag hij in liem een hcspottelijken
dwaas om zoo maar onmiddellijk toe te
geven aan de grillen van zijn vrouw? Of
ha hij, volstrekt geen dupe van de leugen,
zijn list doorgrond?"
„Enfin", zeide hij, terwijl hij opstond,
„ge komi precies op lijd, mulder; ik heb
juist drie duizend gulden liggen, die gis
teren zijn binnengekomen. Een ander zal
er niet kwaad om zijn in jou plaats zijn
geld voordcedig to hebben uilgezel".
En hij ging naar de brandkast welke hij
langzaam opende, in de hoop misschien
dat Huub intusschen zou nadenken en op
zijn besluit zou terugkomen. Maar de mo
lenaar, in zijn nopjes hij de gedachte, dat
hij eindelijk in het bezit ging treden van
zijn levenslange zwoegen en arbeiden,
vrucht die hij een oogenblik verloren had
gewaand, bleef zwijgen, en Leenders die
uil de sombere kluis het geldmandje had
genomen waarin hij drie duizend gulden
had gedeponeerd, leldo Huub in guldens,
in rijksdaalders en in bankbiljetten zijn
drieduizend pop op de tafel neer, zonder
dat zijn cliënt eenig ander gevoel liet
doorschemeren dan pure vreugde.
Met knippende oogen, de hand trillend
van geluk, streek Iluub dit fortuin op,
telde hot op zijn beurt met zorg en niet
zonde moeite, cn stopte het in de lederen
beurs die hij had meegebracht. Dan, steeds
zwijgend en nauwgezet, sloot hij do bollen
de beurs zorgvuldig, borg ze warmpjes op
zijn hart, lusschen zijn gezwollen hemd en
zijn huid. Ten slolle stond hij op uit zijn
stoel cn na afscheid te hebben genomen
zette hij zijn ronde weer vqort.
Tegen liet vallen van den avond kwam
do mulder op den Geumere» molen terug,
na zijn ronde zelfs een beetje lo hebben
verkort.
Wat was Filomien tevreden. Gedurende
den boelen morgen, den geheelen voor
middag, den geheelen namiddag, had da
molen, tic, tac, tic, tac haar in de
ooren gezongen. Tic, tac, tic, lac, lie, tac.
Vaarwel de duiten, vaarwel de lieve, zuur
verdiende, lang-opgepotte duiten. Leuge
naar van een molen. Wat verteldet gij
daar? Flauwe aardigheden. De waarheid
immers was anders. Kon Filomien up liare
beurt deze duiten, deze banknoten niet
zien, niet tellen, niet betasten? Was alles
vol leven, terwijl dc molen met zijn ont
moedigend, onverpoosd getok er den dopd
van had verkondigd? Het scheen haar toe
alsof met het geld haar leven weder verre
zen en opgefleurd was. En gedurende dc
laatste uren van den dag overstemde zij met
haar vroolijk gelach en gebabbel het kla
gend geklop van den molen.
Hot zilver geld had op den stillen zolder
zijn plaatsje weer ingenomen op den bo
dem van de haverkist, hel bankpapier
werd in een oude portefeuille eeborgen
onder stapels linnengoed.
Dagen, weken, maanden verstreken.
Geen enkel nieuw feit kwam do verdenkin
gen, die Franken cn zijn vrouw tegen den
z;i;il,w;nirim]U"r hadden gekoesterd, recht
DINGEN DEZER DAGEN.
WEEK-REVUE.
Daantje en hef Holfand-
België-fracfaaf.
Dat kon zoo niet langer, ik dacht hij me
cige, daar mot nou es* een einde an kom-
me, want ze mei ore net zoo lang over dat
verdrag met die Belsen, tot ze zelf niet
meer weer wete of ze der voor of tege zijn
en net was Baantje van plan ze cige dei-
mee te gaan hemoeie, toen ie vcsite kreeg
,van minister Karnemelk. Nou ik zag direk,
dat ic een pielsie nervicus was, cn omrece
ik vies hij ven in dc diplomaazie docht ik
hij me cige, ik zal em eerst op ze gemak
krengen.
Ik gaf minister Karnemelk dus een luie
stoel en liet em een verfiche peuk opsteke.
Kou 'k mot zegge, hij monterde derek op
Ekzelenzie, zee ik heel deftig want
mot rêkene, hij is van de aristokraazie
ekzelenzie waarap het Daantje de eer van
uwes bezöck te danke?
Daantje zee-die, bewoge, *ik weet dat je
goed thuis bent in de diplomaazie en dat
jo, as t er op ankomt, mijn nog wel een
lessie kan geve in de googemegie, en nou
mot awes weten as dat ik met dat Hol
landBelgië-Verdrag leelijk in me maag
sit en nou kwam ik es hij uwes invormee-
rc, wat ik der nou eigelijk mee anmot as
het hier voor de Tweede Kamer komt.
Ekzelenzie, zee ik, as uwes der zoo erg
mee in uwes maag zit, dat uwes der een
indegestie van krijgt, dan zou ik zoo zeg
gen, dat uwes wonderolie mot slikke om- j
rede alles gesmeerd gaat.
Daantje zee-die, ik weet asdat u een
sieraad van ons Vaderland is, uwes
maakt nou natuurlijk maar een grappie
nmdal ik begrijp asdat dat uwes zoo eigc
is, maar as uwes mijn helpt met dat be
roerde Verdrag, dan bezorg ik uwes een
haantje hij den Volkenbond.-
Eigelijk, ekzelenzie, zee ik, had ik daar
al lang motto zitle, want mijn faam is om
zoo (e zeggen internazienaal, maar zee ik,
om op ons apropoo terug le.korhme, ik ge
loof als vaststaand te maggc anncme, dat
uwes der zoo goed as voor is om een sloot
te grave van Antwerp_en naar den Moer
dijk.
Goed zoo Daantje, zee-die. Nou wou ik
uwes eerst es vrage, zee ik, wal u van plan
is met al dat zand te doen, want dat ken-
ne me toch zoo daar maar niet late legge.
Sjonge, zee-die, daar heb ik eigelijk nog
niet an gedacht, 't is goed dat uwes dat
zegt: maar wat zou uwes der van zeggen,
zee ik, as we daar es zandhakke van maak
te om de Tweede Kamerleden in te late
spelen, dan benne die meteen zoet. Daantje
zee-die, dat is een idee van Sjiclev wat
dat voor een snuiter is weet ik niet, maar
daar heb ik natuurlijk niets van merken
zooiets kan alleen in ilwes hersenpan
opkonajne, daar zal ik sekuur rekening
mee houden.
Wil uwes wel geloove, asdat minister
Karnemelk der ontdaan van was.
Daantje, zee-die, ben jc getrouwd? Ge
lukkig wel, zee ik, terwijl ik over een paar
bulten wreef, die me vrouw op me hoofd
gefabriseerd had. Da's jammer, zee-die, ik
wou je anders beloone, zie je, door je in
kennis lo brengo met onze Prinzes, die is
nog niet getrouwd weet u.Ekzelenzie, zee ik
dat is nou net jiiet noodig, omrede ik an
zoo'n vrouw as ik heb, al me bande vol
heb, maar Daantje doet dat nou uit pure
vaderlandsliefde en laat het nou verders
maar an Daantje over, dan komt het dik
in orde. Zoogauw as liet in dc Tweede Ka
mer ter sprake komt, zal Daantje in uwes
plaats een spiets afstoke, dan zal u zien
dal gc-eneen kamerlid der tegen op kan en
dan zal D.tmilje dal .raklaatie d-.r w<|
effies doorslepe. Als het er door komt
en liet komt er door dan wordt Daantje
voorzitter van do verceniging tot verede
ling der diplomaazie, on krijgt-ie net as
Duitschland een permanente zetel in den
Volksbond, heb Karnemelk beloofde
Laat ze nou maar opkomme.
DANIëL.
PERSIFLAGES.
Advertentie.
Te koop: Een jonge Duilsehc Hin
der, om samen in Agenturen Ic be
ginnen.
Uitvoerige brieven no. 93 Bur. Tw
Dagblad Tuhanlia.
De tijd om agenturen in eenheidsworst
le beginnen schrijnt ons voorhij.
Gedresseerde schapen.
De veehandelaar R., die land in
gebruik heeft aan den Ilcerenweg,
ondervond gisteravond last van los-
loopende honden, die de schapen
angstvallig op een hoop jaag
de en later weer verstrooide.
De scliapen daarentegen voerden onver
saagd deze commando's uit.
Uit een feuilleton.
Want voor hem was immers dat
roodc schijnsel der ondergaande zon
dien dag een vriendelijke bodo dei-
heerlijke, roodc, mystieke scheme
ring in do goed afgesloten donkere
kamer, waarin hij over eenige uren
met Mar ga samen zou zijn.
Had hij „rood" met suiker op?
vaardigden. Zoo gebeurde Eet "dat Huub
liet eerst zijn geduld begon to verliezen,
toen hij begon te bemerken dal zijn .spaar
centen hem geen rooien duit interest meer
opbrachten. Wat deden zo nu thuis tenzij
gevaar loopen van gestolen to worden? Dat
duurde nu al vijf maanden en dat was dc
oorzaak dat reeds vijf blauwe hriefkes
naar de maan waren.
Eerst zachtjes, toen luidop begon Huub
te morren tegen zijn vrouw en haar te be
schuldigen dat zij zoo gauw en zoo licht-
•zinnig bcvreeds was geworden voor baai-
geld.
Van haren kant maakte zich wel Filo
mien eenig verwijt zonder het to willen
erkennen. Hij werd kwaad, zij durfde niet
tegenspreken. Beiden zochten zij tever
geefs de beste manier om het kapitaaltje
weer uit te zetten welko tegenwoordig
lieid hun loodzwaar woog.
Een hunner buren verlangde niets liever
dan geld te Iconen, maar nij had reeds
zooveel schulden, die slechts matig door
zijn bezittingen gedekt waren. Een ander-
bood hun aan het op eerste hypotheek ta
nemen. Zou het niet beter zijn gewoonweg
naar mijnheer Leenders terug te kecren en
onder voorwendsel dat Filomien gelukkig
van gedachte was veranderd, hem te ver
zoeken het weid weer op lo nemen en uit
te zetten. Ondertussclien immers was liet
oorlogsgevaar geweken, men hoorde niets
meer van onrustbarende geruchten over
de banken cn zoo meer. Zouden deze om
standigheden tot op zekere lioogto zijn ver
zoek niet billijk? Huub legde op een goe
den morgen weer de zweep over zijn paar
den en sloeg den weg in naar het kan (ooi-
van Leenders, terwijl de zware geldbui
del op zijn hart rustte.
De mulder gaf Filomien van alles do
schuld en verzocht den notaris beleefd zich
evenals voorheen met het beheer zijner
geldzaken tq belasten. Ten einde aan de
bede meer kracht bij (o zetten en Leenders
milder le stemmen, had hij een paar braad
kippen meegenomen die door de mole
naar,svi-ou'w met uiterste zorg onder- de
tcederste en vetste exemplaren waren go-
kozen.
Leenders was overgelukkig geld en ge
schenken lo kunnen aanvaarden. Hij
lachte sluw in zijn vuistje en vergenoegde
zich met le atwoordc:
„Dezen koer vertrouw ik tenminste dat
het van langer duur zal wezen, Franken".
Inderdaad, het was wel degelijk van
langen duur. Aclil dagen nadien vertrok
de zaakwaarnemer mei de Noorderzon,
vijftig duizend gulden schuld achterlatondo
De drie duizend gulden van Huub Fran
ken en de vetgemeste kippen waren wis en
zeker bestemd tot dekking der reiskosten
en voor proviand.
VLOEIBARE ZUURSTOF ALS
ONÏPLOFFINGSKUDDEL.
"Vloeibare zuurstof,, waarin patronen ge
vuld mot fijn verdoelde 011 (brandbare stof
gedrenkt worden, is hij vele mijnen een
veelvuldig gebruikt ontploffingsmiddel ge
worden. Die patronen bevatten dan ecu
zoo groole hoeveelheid brandstof met een
overmaat aan zuurstof zoo dicht hijeen,
dal bij hel inleiden der verbranding dom-
middel van een detonator (een ontplof
fingsmiddel, dal in buitengewoon korten
tijd volledig „verbrandt", waardoor oen
plaatselijk zeer sterke druk ontstaat bene
vens een vrij hooge temperatuur) of door
een eleclrische vonk, hot geheel in zeer
korten lijd volledig kan verbranden en dus
volgens liet gewone spraakgebruik „ont
ploft".
De vloeibare zuurstof wordt verkregen
door middel van de beleende installaties,
die lucht door samenpersing en afkoeling
op zoodanige manier behandelen, dat de
•stikstof, die moeilijker en vloeibaar le' ma
ken is dan zuurstof, gasvormig verkregen
wordt, terwijl de zuurstof in vrij zuiveren
staat als vloeistof opgevangen wordt, Deze
vloeistof wordt in de vaten van Dcwar (een
groot er cn heler soort „lliermosflcscb") op
gevangen en bewaard, omdat hierdoor hel
verdampingsverlies tenminste eenigermalc
wordt beperkt en economische toepassing
mogelijk wordt. De eigenlijke patronen zijn
veelal papieren buisjes (veelal gemaakt van
filtreerpapior bereid nit knicncn lomp*'".1
var. ongeveer 30 mm. 'diameier en ÖÖb* mm.
lerigir. worden gevuld met allerlei brand
bare stoffen in fijn verdeelden toestand,
zooals zwartsel (speciaal lampblack, oen
uiterst fijn verdoold soort koolstof. dat
vooral in Aiyorikii gewonnen wordt docu*
onvolledige verbranding van naluurgas),
houlpulp, kurkmeel, houtskool, fijngeinah n
steenkool, turf, gemalen slroo, fijngepoe-
derde metalen, stookolie opgeslorpt door
infusoriëiuarde, etc. etc. Bij controleproe
ven in Noord-Amcrika is gebleken, dat.
zwartsel het beste resultaat oplevert, om
dat lief voel fijner verdeeld is dan de an
dere sloffen, wanneer deze tenminste niet
volgens zeer dure methoden gemalen wer
den.
De gevulde patronen worden zoo laat
mogelijk met vloeibare zuurstof gedrenkt,
omdat deze oogcnlilikkolijk vorder ver
dampt. Direct na het drenken zit cr ge
woonlijk ongeveer de dubbele hoeveelhei-1
zuurstof in, als noodig is voor volledige
verbranding van do rest van de patroon.
Bij een hoeveelheid zwartsel in een patroon
van bovenvermelde maten van 0.3 gram p.
kub. centimeter bleek, dat na vijf minuten
zooveel zuurstof was verdampt, dat er nog
net voldoende was achtergebleven voor
volledige verbranding; hij nog langoren b"-
waardunr gaat de hoeveelheid zuurshf
nog verder achteruit, zoodat hij de ontplof
fing ook kooloxyde inplaals van kooldioxy-
de ontslaat, hetgeen de explosieve kracht
sterk vermindert en bovendien wegens de
giftigheid en de onlplofbaarheid andere
gevaren doet ontstaan. Dit feil is natuurlijk
een nadeel voor de toepassing, daar lo
vloeibare zuurstof in de flesschen van Do-
war vlak bij de boorgaten aangevoerd moot
worden om zeker Ie zijn sterke patronen lo
vorkrijgen. Aan den andoren kant is hot
weer oen voordeel, dat de patroon betrek
kelijk snel waardeloos wordt, omdat tra
eerste een kwaadwillige er niets mon doos
kan on ten tweede ook niet hij toeval eer
gevaarlijke patroon in de steenkolen k.v\
komen, zooals af en too bij het gebruik van
dynamiet wel voorkomt.
Do nog niet gedrenkte patronen zijn vrij
licht; bijv. een patroon van 30 m.m. dia
meter en 200 mm lengte beval met minder
dichte vulling 32 gram zwartsel en weeft
direct na her drenken ruim 200 gram, zoo
dat ongeveer 170 gram zuurstof is opge
slorpt, terwijl voor volledigo verbranding
iels meer dan 80 gram zuurstof noodig ge
weest zou zijn. Die overmaat is echter noo
dig voor het verkrijgen dor boste rosulla->
ten.
Natuurlijk is hel mogelijk het verdam
pen van de zuurstof tegen le gaan door
allerlei middelen. Bijv. groot ere patronen
mot relatief kleinere opporvlakto (de in
houd néémt toe met de derdo macht der
afmetingen en de oppcrlakte met do
tweede macht) zijn relatief veel langer
bruikbaar dan kleinere. Ook liet absör-
beeren'd vermogen van do vulling en dc
I korrelgroolto ervan, dc temperatuur var.
dc omgeving, do sterkte der luchlstroo-
men rondom de patroon, etc. hebben in
vloed crop;
Er zijn talrijke r»roeven genomen Om de
waarde van dergelijke patronen onder ver
schillende omstandigheden te vergelijken
met die wan dynamiclpnfronen van be
paald gewicht. Baarbij bleek bijv. dat da
beste soort zwarlsolpalroucn een minuut
ti.a hef drenken 1.15 maal'zoo stork was als
dynamiet en na lien minuten nog slechts
0.8 maal zoo sterk. Dc vergelijking dier
sterkte kan gebeuren door middel van do
..ballistische slinger", die zoo is ingericht,
dat oen zwaar gewicht, dal aan een koord
is opgehangen, als gevolg van dc ontplof
fing weggedrukt wordt en gaat slingeren,
terwijl door do slingeringen na lo gaan be
rekend kan worden, welko kracht die ont
ploffing heeft uitgeoefend. Voor de beoor
deel ing van de waarde van het ontplof
fingsmiddel is dit nog niet voldoende, daar
voor'lief. beoordeelen van do «brisante win
king oolc do tijd bekend moei zijn, noodig
om di1 .ontploffing volledig le doen afloo-
pen. Deze wordt bijv. gemeten door een
patroon lo verbinden (aan do uiteinden)
met een snoer van een ander ontploffings
middel, dal wegens de veel geringere bri
sante werking in al zijn eigenschappon ge
makkelijker gecontroleerd en genieten kon
worden. Natuurlijk begint die kant van het
snoer, rroloenn bij de plaats waar da ont-
Allemaat drankbestrijders.
„In den ouden tijd, zou verklaar
de iemand in Amerika, die drank
bestrijder geworden was, nam ik
een borrel als ik er trek in had,
maar ik heb mijn houding gewij-
zigd".
Dat heeft menigeen in Amerika. Thans
neemt iedereen er een of hij trek heeft of
niet. 0
In de goede richting.
Ilct kan toch niet langer worden ont
kend, dat dc bevordering van den wereld
vrede met grootc stappen voorwaarts
schrijdt. Nu weer lezen wij van een En
gel,schman, die alle miserabele gramofoon-
platcn op deze aarde bijeen wil brengen.
Dat lukt nooit.
Wij lezen van liet voorstel van ccn voor
aanstaand afschaffer, spiriTtis zoodanig
een behandeling to doen ondergaan, dat ze
absoluut ondrinkbaar wordt. Alles goed
en wel, maar dit is met whiskey ook ge
daan, wat niet belet dat zij grif verkocht
wordt.
Altijd beleefd.
Tegenwoordig moet liet personeel der
Fransche wagons-lits, zoodra de trein op
Italiaanseh grondgebied is, lot zelfs do
kruiers begroeten, door den arm uit te
strekken, met dc handpalm naar omlaag.
Treinpersoneel ton onzent kent die wijze
van begroeting der reizigers reeds lang.
Alleen houdt het hier dc handpalm naar
boven.
Kindervragen.
„Moeder, hoe heet een vlieg, wan-
neer-ie niet vliegt?"
KLACHT VAN EEN HONDERD-JARIGE
Als je oud bent cn versleten
En jc bont al grijs van haar
En jc hebt haast niet te eten
Op je negentigste jaar,
Dan laat men je stikem zitten
Met schamel stukje brood,
En dc mees ten gaan dan spoedig
Uitgcmagerd, hong'rig dood.
AI heb jc dan h.-el jc leven
Steeds geploeterd zonder end,
Al heb jc veel goeds verricht steeds,
Niemand is er dio je kent.
Eenzaam zit je en verlaten
Zonder geld en zonder goed.
En je weet niet wat je feit'lijk
Verder nog op aarde doet.
Langzaam sleep je zoo do jaren
In hun eindeloosheid voort,
Tot je 't haalt en j' op een keer plots
Precies honderd jaren wordt.
Dan is al het leed geleden,
Al het lijden van de baan
En niet groole volle letters
Kom jc in de krant tc staan.
En in alle straten wappert
Dan heel fier hol vlaggedoek.
En dan krijg je ook heel deftig
Hooge Qomcs op bezoek.
Een gclukwensch, oen cadeautje,
Een bom duiten in couvert.
Vriend'iijk geven ze een pootje,
Plols'ling sfraai je als een ster.
dan aa
al die weelde
Die zicli voor je openbaart
Nu Crst, daar jc honderd keeren
Uier op aarde hebt verjaard.
Dan denk je maar vredelievend,
't Is toch heter laat dan nooit:
Een week later wordt er plechtig
Up je doodkist zand gestrooid.