HET INTERNATIONAAL EUCHARISTISCH CONGRES TE CHICAGO. Tweede Blad. DE TUSSSH ENPERSDON Een navertelling door H. A. ULLEMAN pr. Donderdag 15 Juli 1926. SIST Dï£ PEfïS VREEMDE POLITIEK. Onder dit opschrift schrijft De N i e u- ffeLeidsche Grt.: De „Nederlander" gaf Maandag als hoofdartikelden open brief van Ds. E. L. Smelik aan de Classis Brenkelen jér Geref, Kerken gezonden. Dat is op zichzelf al een weinig vreemd roor een politiek blad, dat immers in .terkelijke geschillen geen partij kiest. Maar de zaak wordt nog vreemder, als in den aanhef gesproken' wordt van de smartelijke dingen" in de Geref. Kerken, die men met een „bloedend hart" mee maakt en waarvan men het liefst zwijgt, omdat het sprekenöver het leed van den ander zoo licfyt den indruk maakt van leedvermaak, om daaronder dan met vette letters te laten volgen: „Het verweer van eeu uitgestootene", terwijl men toch zeer goed weel, dat Ds. S. niet is uitgestooten, maar geschorst. Waarom hier, zij 't dan met een bloe dend hart, van deze smartelijke dingen een onjuiste voorstelling wordt gegeven, is niet recht duidelijk. Het meest bevreemdend is echter wel, dat dit politieke orgaan, dat zoo diep met anderer leed begaan is, ter inlei ding van het „ontroerend getuigenis" deze opmerkingen neerschrijft: Twee gedachten flitsen ons door den gees^, bij .het lezen van deze bijdrage tot het lijvig dossier dezer processtukken. Wij deelen ze onzen lezers mede. Ten eerste dit: hoe wonderscherp is de gelijkenis tusschen hetgeen thans in de Gereformeerde Kerken voor valt en veel van hetgeen gebeurde in de theologische kringen, der Kerk van Rome, in do zestiende eeuw, die zich verzetten togen de doorbreken-, de reformatie. Ten tweede deze vraag: menig ge- loovige gevoelt in het hart de be hoefte aan een nieuwe opwekking van krachtig Christelijk leven, een nieuw reveil; zou de"verdrukking van deze dagen, in de gereformeerde ker ken, misschien de bres vormen, waardoor dit reveil zich baan breekt? Vooral die eerste gedachte, die de re dactie door het ontroerde brein flitste en die ze met oen bloedend hart neer schreef, zal niet nalaten indruk te ma ken. Een wonderscherpe gelijkenis tusschen de Gereformeerde Kerken en Rome. i Alles'wat ahti-pcinistisch voelt spitst oor en. r „Een wonderscherpe gelijkenis" maar dat is immers precies hetzelfde wat de Gravemeijers en de Lingbeeks al zoo dui zendmaal hebben gezegd en waarover ze nooit zullen zwijgen. ,En dus is het toch waar, dat de Ge reformeerde kerken ons volk naar Rome voeren? Maar deze opmerkingen worden ge maakt in een hoofdartikel in een poli tiek blad, n dus moet wat hier gezegd wordt, ook politieke beteekenis heb ben. En de Gereformeerden behooren in po- lilicis immers in meerderheid tot de An tirevolutionaire partij. En dus. Neen, dat zegt „De Nederlander" niet, en zij zou het niej; willen zeggen. ■Maar wij vreezen toch, dat zij in haar groote ontroering vergeten heeft dat niet alleen het spreken over eens anders leed ■ZOO; lioht den indruk maakt van leedver maak, maar dat ook het maken van Her- gelijke opmerkingen in een politiek orgaan zoo licht tot verkeerde gevolgtrek kingen leidt en dat zoo gemakkelijk de in druk wordt gewekt, dat hier een politiek anli-papistisch vuurtje wojdt gestookt. FEUILLETON. Roman van E. F. BENSON. (Nadruk verboden). V!) ..Hebt U hebt TJ iets gezegd van onze Terhouding?" vroeg Craddock met een a"f?st, dien hij niet lieelemaal kon. verber gen. «Dat zoudt U niet graag gehad hebben, *el? Maar stel U gerust. Ik heb niets ge- 'j'gd en ik ben niet van plan het te doen. Ik zou U voor geen geld van de wereld ^llen krenken." Jk had wel graag dat U er een betere ff(len voor hadt." «Zoo? Ig deze dan beter? U liebt me be- hchelijk gemaakt, U bont slimmer ge- *ecst dan ik. Ik vensch niet dat de men- l on dat weten, heel wat meer in mijn an- in uw belang; do rol van brillante, uceesvolle schrijver bevalt mii veel meer aMe rel van uw dupe te zijn." •Rat zij beleedigende uitdrukkingen," Craddock. i^ker. Maar waarom zoudt IT zich daar van aantrekken? Zonder twijfel heb- anderen voor mij hetzelfde gezegd. '5 eens propos, daar was gisteravond p 'omaiid die IJ kcndcven'dm onder de arming van mevrouw Wroughton IVl s':aan- Lathom was zijn naam. incor 'I i n °°k gefeliciteerd. Hij had iets ntandg over zIcJj. cen ge}10imzinnig te-/ ar£eloosheid en dankbaarheid; hij is z°miige opgewekte idioot. Hij gaat de Twee jaar geleden, tijdens de zeer mooie dagen van het Int. Euch. Congres te Am sterdam, werd bekend gemaakt, dat het volgende congres zou gehouden worden te Chicago, de hoofdstad van'Illinois, een der Veroenigde Staten van Noord-Ameri- ka. Chicago! Wij hadden toen niet het minste plan daarheen te gaan, achtten zelfs dien tocht naar dat verre land iets ondoenbaars, maar ach, het leven heeft ons allemaal wel geleerd, dat wat op een afstand bijna niet mogelijk leek, van mabij bezien heusch zoo moeilijk niet was. En zoo ging het ook hiermee. Dat reisje naar Amerika kwam ons hij cen nadere beschouwing toch zóó goedaar dig voor, dat wo op Maandag 31 Mei, na bekomen bisschoppelijk verlof, ons hij den American Express Company te Rotterdam, welke de toerislieke leiding op zich geno men had, als He klas-passagier voor de Nieuw-Amsterdam lieten inschrijven. Voor een beschrijving eener reis naar bet Int. Eucli. Congres te Chicago stonden ons twee wegen open: wij konden onder weg hij eiken door ons willekeurig (e plaat sen mijlpaal bij aandachtige beschouwing blijkt deze- aan de pen ontsnapte uitdruk king beeldspraak te wezen, in zoover het tenminste de zeereis betreft zeker een brief nlaar Leiden zenden, óf wij konden onderweg notities maken en deze opzouten evenals liet spek in de fabrieken van Ar mour te Ghica.... kom, laat ik nu de geschiedenis niet vooruitloopen opzou ten dan, en deze na terugkomst in het va derland uitwerken. Beide manieren heb-, ben iets tegen en iets vóór. De eerste wijze nl. zou winnen aan actualiteit, maar ach terstaan in bezonkenheid, de tweede zou verliezen aan actualiteit, aan de heet-van- de-naald-'eigenschap, doek kunnen winnen in diépte. De eerste manier hebben wij een paar jaar geleden gekozen, toen het ging over een pelgrimaadje naar Jerusalem, daarom namen wij nu de andere. Men moet immers zoo nu en dan eens variee- ren. Gelieft dus in dit verhaal geen koel technisch, haarfijn verslag te zoeken. Het bedoelt een gemoedelijke, persoonlijk ge tinte navertelling te wezen. In die „persoonlijk getinte" zit het 'm vooral. Si duo faciunt idem, non est idem, zegt een latijnsch spreekwoord, dat wij, op dit geval toepassend, zouden kunnen vertalen door: wanneer twee menschen hetzelfde zien, zien zij toch eigenlijk niet hetzelfde. Ieder mensch krijgt van elke objectief dezelfde zaak een persoonlijken indruk. En als hij dat dan beschrijven gaat en in zijn beschrijving dat persoonlijke ele ment weet neer te leggen, is hij altoos het lezen waard. Al doet hij een verhaal, dat al honderd maal gedaan is, over een Roomsche Reis bijv., wanneer er uit zijn woord een ge moed spreekt, een persoonlijke visie, gun nen wij hem gaarne onze lezing, 't Is im mers een'algemeen aangenomen stelregel, dat het in de schrijverswereld eigenlijk niet aankomt op de belangrijkheid van het go- val, dat behandeld wordt, maar wel op de wijze, waarop iemand stileert en zijn ge moed uitspreekt. Stijn Sjtreuvels bijv Maar 't is waar ook, wij zouden vertellen van een reis naar Chicago. Om kort te gaan. wij willen dus trachten een per soonlijk getint verhaal te doen, waarin te vens eenige.... diepgang zit. Natuurlijk, wij gingen immers de zee op. Op 31 Mei dan gaven.wij ons aan den American Express Company te Rotterdam definitief als congressist op en meldden, gaarne gebruik te willen maken van hut 378 op de Nieuw-Amsterdam voor de heen en van hut 604 op de Rotterdam voor de terugreis, welke beide cabines ons tegen een gereduceerden prijs waren aangeboden en desverlangd geheel voor ons gereserveerd zouden blijven, onder conditie van oen niet hooge bijbetaling. Ook dit laatste ver kozen wij. Daarmee was de strijd tusschen ja en neen, welke in iedereen, die voor een meer dan gewone onderneming staat, even ge streden wordt, in het voordeel der beves tiging heslist. Do circulaire, welke het pro- paganda-comiteit verspreidde, zag er dan ook te aanlokkelijk uit, dan dat iemand, 'die' graag wat van dé wereld ziet. or kond volgende week met me naar mijn stuk kij ken. En nu, als U het eerste bedrijf van „De Laan zonder Bocht" wenscht te hoo- ren, moesten we maar beginneh. Want ik moet nog naar de partij van mevrouw Fortescue. Wie is mevrouw Fortescue?" „De aardigste zauikpot van Londen, wat heel wat zegt, zoowel wat betreft haar uiterlijk als haar vervelendheid. Maar ze 'is er zoo vast van overtuigd dat ze pas acht en twiritig is dat ze wel de moeite van het bestudeeren waard is, als voor beeld van hoe ver lichtgeloovigheid kan gaan. En kom nu dan,maar voor den dag met uw eerste bedrijf!" Armstrong stond op. „Als ik het II voorgelezen heb," zei bij, „en als ik U uiteengezet heb, hoe het twee de en derde bedrijf zullen worden, moet U mij zeggen of IT gebruik zult maken van uw kooprecht of niet. U vertelt mij dat U over een paar dagen naar Egypte gaat, en ik ben niet van plan ermede te wachten tot V terug komt." „Ik zal het U ongetwijfeld kunnen zeg gen," zpi Craddock. Ondanks zijn zekerheid verkeerde Crad dock een uur later in een. staat van ver warde besluiteloosheid. Hii moest wel toe geven dat het eerste bedrijf met het uit gewerkte scenario van de twee andere, hem houvast genoeg gaf voor zijn besluit, maar hij wap in verwarring gebracht door cle voordacht van dit brillante en kluchti ge mengelmoes, dat, zooals de schrijver gezegd had, het oorspronkelijke stuk op cen mallemolen zette, het parodieerde en het opsierde met dwaashelen van allerlei aard. Hij wist. heel goed dat er op het pu bliek geen peil te trekken was. Hij kende voor zou kunnen blijven. Niet alleen immers beloofde het Eucharistisch Congres zelf iets buitengewoons, iets echt Amerikaan-sch' te zullen worden, maar aan het eigenlijke pelgrimaadje, als men het zoo noemen wil, zat nog een aardige trip door Amerika vast, door het land der technische wonde ren, het land van den almachtigen dollar, Detroit, Buffalo, Philadelphia, Washington New-York, stonden nog op bet program. Amerika heeft voor ieder onzer altijd ge golden als het werelddeel der onbegrensde mogelijkheden. Van onze jeugd af hebben wij ons in die gedachte vastgewerkt. Wij herinneren ons nog heel goed, hoe wij als knaap met studie zaten te kijken raar een plaat in de Katholieke Illustratie, welke de Brooklynbridge voorstelde, de brug, die het eiland Manhattan met Brook lyn verbindt en inderdaad we hebben ze nu zelf gezien een wonder van techniek m&g heeten. „Ja, jongen", zei mijn goede vader zaliger toen, „daar in Amerika zijn ze wat mans; zoo zie je weer. waar .een wil is, is ook wel een weg te vinden." En wat den dollar betreft, „een rijke oom uit Amerika" is een spreekwoordelijke uit drukking geworden. Daar wonen de geld magnaten, de Carnegie's, de Rockefeller's, de VandeTbilt's, de Ford's. Wie rijk wil worden, ga volgens de oude traditie asje blieft zoo spoedig mogelijk naar Amerika. Daar komen doodarme Hollandscbe jongens tot groot, fortuin; kijk maar naar Edwiard Bok en lees zijn boek, dat uitgekomen is bij de Wereldbibliotheek! Ja zelfs wordt het gerucht over de fabelachtige welvaart van de Vereenigde Staten op de planken verspreid. Men heeft ons nl. verteld, dat Henri ter Hall zijn Revue 1926 begint met het laten opkomen van een groot Ameri- kaansch schip, waaruit een rijke, dolrijke Amerikaan stijgt geruit pak, zwarte kof fers, diikke bril die na even rondge neusd te hebben alles koopt, wat los en vast is. en smijt met dollars, echt smijt, me neer! Maar voor ons persoonlijk zat er toch aan den naam Amerika ook een herinne ring van heel anderen öard vast, die nl. aan der Amerikanen grootsten dichter Longfellow. Veel dichters van beteekenis hebben zij niet, maar Henry Wadsworth Longfellow is er toch een. En met hem dwepen zij dan ook, dat het een lust is. Heel Amerika, kan men zeggen, is bezaaid met citaten uit de werken van dezen dich ter. Verzen van Longfellow worden aange haald bij gelegenheden van allerlei aard. En inderdaad, hij heeft veel, veel moois ge schreven. Denkt eens aan zijn Evangeline, The Golden Legend, The song of Hiawa tha, door Guido Gezelle zoo schoon ver- vlaamscht. Het vertalen van Evangeline in onzen studententijd is een van onze blijdste jeugdherinnering. Hoe mooi beschrijft daar in Longfellow zijn heldin Evangeline, voor al daar, waar hij zegt, hoe zij eruit ziet, als zij na heur bi-écht huiswaarts keert, aan welke schets hij dian deze woorden, toe voegt: „When she had passed, it seemed like the ceasing of exquisite music". .Wanneer zij voorbijgegaan was, scheen het, alsof er een heerlijke muziek ophield". Is er iets fijners dan deze regel te vin den in heel de Amerikaansche literatuur? Later lazen wij The Golden Legend, een beetje moeilijker te verstaan, maar waarin tocli wel aardige dingen voorkomen. Herinnert u bijv. even den vader abt, die mol cen lachend gezicht een beker wijn opheft, doch alvorens hem aan cle lippen te zetten, het heerlijke latijnsch'1 rijmpje zegt: Felix venter quem intrabis. Felix gu'.tur. quod rigabis Felix os qnod tu favabis Et beat a labia!*) Wie op 't punt staat geheelonthouder te worden, moot deze verzen maar niet lezen; zij zonden hem aan wankelen brengen. En wie, die ooit in Brugge was en des avonds door dit Venetië van het Noordon. een wandeling der-I en d" fraaie klokko- ook heel goed de waarde van cen reputatie zooals die wellen Armstrong veroverd had met „Paascheieren" en het gelaat van het publiek geslingerd werd. Armstrong had den naam gekregen van een vriendelijk humorist; hier maakte hij het eenvoudige leven van talentlooze mensehen belache lijk. In het origineel stuk had hij zijn pop pen verward in 'n net van onontwarbare tragedie; bier liet hij ze met de kunst van een goochelaar met hoonend gelach ont snappen uit de strikken, waarin ze verward waren. De vertooning kon gemakkelijk een mislukking worden, te geweldiger van wege hot geweldig succes van „Paasch eieren"; van den anderen kant was er de kans, maar niet meer dan de kans, dat de Ezel meegesleurd zou worden door de onnavolgbare en spottende gees tigheid van 't stuk Maar hij moest beslissen bij wist heel goed dat hij redenen genoeg had. om een besluit te kunnen nemen en hij wenschte Armstrong in bet geheel niet te vragen om uitstel van de beslissing. Maar hij wenschte wel dat dit stuk nooit geschreven was. En die wensch gaf hem een idee dat voor cen oogenblik schitte rend scheen. Hij oogstte geld bij wagon ladingen tegelijk; hij kon het zich wel veroorloven. „Ik-zal gebruik maken van mijn koop recht," zei hij eindelijk. „en dan zal ik het stuk vernietigen. Je behoeft niet eens do moeite te doen, mijn waarde heer, om de twee laatste bedrijven op papier te bren gen.' Je kunt vanavond de cheque nog meenemen." Frank Armstrong dacht een oogenblik in stilte na over dit royale voorstel, maar keek buitengewoon leelijk. tonen van het Belfort hoorde, dacht niet aan het fraaie gedicht van Longfellow: The Belfry of Bruges: „lp de oude stad Brugge, in de grillige, oude Vlaamsche stad, klonken, als de avondschaduwen daalden, in een menge ling van laag en luid en zoet, bijwijlen laag, bijwijlen luid en veranderend als de rijmen van een dichter de schoone, wilde melo dieën van den klokketoren op de markt van de oude stad Brugge." We slaan een stukje over en kiczon dan: „En ik daeht, hoe gelijk deze melodieën zijn de luchtige rijmen des dichters, zijn rijmen en gedichten, zijn gedachten en go- zangen en liedjes, uit den klokketoren van zijn brein omlaag gestrooid, ofschoon te vergeefs, op de daken cn muren der steden Want bij nacht kan liet slaperig oor niet hooren onder zijn bedgordijnen, en over dag gaan de menschen huns weegs, do-mu- ziek hoorend onder het voortgaan, doch haar niet moer achtend, dan hol koperge luid. In gemoede, is dit niet zeer fraai? „Gelukkig het lichaam, da! gij zult binnengaan, Gelukkig de keel, die gij zult strooien, Gelukkig de mond, welken gij zult spoelen, En zalig de lippen!" BIMHEIBmilD De R.-K. Staatspartij. Samenstelling van hot stem gerechtigd deel van den P a r t ij r a a d. De Bondsvoorzitter, Jhr. mr. Gh. Ruys do Beerenbrouck, heeft aan de voorzitters der R.-K. Rijkskieskringorganisaties in Nederland een schrijven gezonden, waarin wordt aangedrongen op een veelzijdige sa menstelling van het stemgerechtigde deel van den Partijraad. De brief luidt volgens „De Tijd" als volgt: „In aansluiting aan het laatste rond schrijven van den Bondssocretaris. acht ik het niet ondienstig U mijne mconing kon- baar te maken in zake do samenstelling van het stemgerechtigd deel van den Par tijraad zulks mede naar aanleiding van verschillende tot mij gerichto vragen. Gij allen hebt met aandacht de beraad slagingen gevolgd over de pogingen, die zijn aangewend, om waarborgen te zoe ken voor een veelzijdige samenstelling van dat gedeelle van den Partijraad, zoodat ik mij ontslagen er van mag rekenen, daarover verder uit te weiden. Evenmin zult gij van mij verwachten, dat ik in staat zou zijn thans eenigorlei inlichting te geven of een weg te wijzen, waardoor de gewenschte veelzijdigheid zonder meelr zoude kunnen worden be reikt. Het nieuwe Partijreglement laat dit voor do eerste aanwijzing aan de Algemeeno Vergaderingen der Rijkskieskringorganisa ties over. Eerst bij de goedkeuring der re glementen, (die pas vóór 1 Januari 1927 behoeven te worden overgelegd), zal het Partijbestuur deze op dit stuk te onder zoeken hebben. Dit neemt niet weg, dat de aanwijzing van dit jaar, de éérste onder de wer king van 't nieuwe reglement, die boven dien zal geldon voor drie jaren (tot na do verkiezingen van 1929) voor hot wel slagen der reorganisatie, voor den goeden geest in onze R. K. Staatspartij en daar om voor de geheele Katholieke zaak, van bet allergrootste gewicht is. Ik meen daarom goed te doen. zon der in 't minst mij te willen mengen in do autonome beslissingen der R. K. Rijks kieskringorganisaties op dozö belang rijke zaak uw zeer bijzondere aandacht te vestigen. Immers de bevrediging, door do reorganisatie gebracht, kan door do to verrichten aanwijzingen stevig worden be stendigd, dan wel grootendeels to niet go- daan. Dat mijne zorg hierover dus uitgaat, zult gij, allen begrijpen en billijken. Daarom vraag ik U (en van deze mijne meaning kunt U do Hosttmrsyë.rgaderingen „U bobt niet het recht gekocht mijn werk te vernietigen," zei hij. „Ik kocht het recht het to bezitten." Armstrong bleef nog enn minuut zijn voorhoofd fronsen cn* leelijk kijken. Toen helderde zijn gezicht plotseling op en be gon hij te lachen. „In orde" zei hij. „Schrijf de cheque cn hier zijn mijn manuscript en mijn notities die U gaat vernietigen. Morgen begin ik aan een stuk dat net eender zal zijn. Hoe vindt U dat? Maar wat ben ik een ezel. Ik had eerst uw chéquc moeten aannemen en innen voor ik TT dat vertelde. Maar TT liep er zoo geweldig in door te zeggen dat TT het wou koopen en vernietigen dat ik niet op mijn hoede was. Maar nu Weer voelde Craddock dat hij maar cen zeer onvolmaakt meesterstuk uitoefende. Daar was nu nog dit verschil dat het mees schap eigenlijk meer aan den anderen kant berust Ie. Hij berron weer bet voor en tegen van den aankoop te overwegen. De twijfel aan succes won don Btrijd. „Tk koop bet niet,'" zei bij kortaf. Frank stond op. „Goddank!" zei hij. ..Goeden avr.nd!" Nadat Armstrong hem verin! en had bleef Craddock nog een paar minuien rus- li' zitten; hij voelde zich geslagen cn ge kneusd, maar hij moest zich toch toege ven dat bij een opwekkonden avond had meegemaakt. En het verbaasde hem niet, dat dat doel van Londen dat bet grootste deel vnn z'n tijd en geld ber.leedi aan nmu sementon die bet bloed snel door de ade ren laten stroomen, dozen vcrfrisschcndon jongen man zou achtervolgen met zijn gastvrijheid, 't Ts waar, hij was er toet in staat om zich te gedragen als cen jong I UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Vrijdag 16 Juli. Hilversum, 1050 M. 12.Politieberichten. 5.508.05 Vooravondconcert door hot H I). O.-orkost. Mej. Eliae de ITaas, so praan. 7.00 Politieberichten. 7.45 en 10.00 Persberichten. 8.15 Uitzending van bet symphonio-con-< eert in het Kurhaua te Scheveningon. Het Residentie-orkest, o. 1. v. Prof. G. Schnee- voigt. Uona Durig, »ang. Jacques Urltis, zang. 1. Suite D-dur, Bach (ouverture-air* gavotle Bourree Gigue). 2. „Das I.iod von der Erde" (Symphonic voor tenor- en alt- stem cn orkest), naar Hans Bothges „Die Chinesiscbe Flöto" (1, Das Trinklied voro Jammer der Erde, tenor. 2. Dor Einsame im Herbst, alt. 3. Von der Jurrond, tenor, 4. Von dor SchonheiL als. 5. Der Trun-» kens im Früling, tenor. 0. Der Ahsehied. alt.). D a v o n t r y, 1600 M. 11.2012.50 Het radio-kwartet (contra alt. tenor, piano). 12.501.20 Orgelconcert. I.20—2.20 Lunchmuziek. 3.404.00 Lezing: Elementary French. 4.20 Concert. Hol radio-kwartet, piano or. tenor. 5.35 Kinderuurfje. 0.20 Liebt orkoslconcert. 7.10 TTit do radiobladon. 7.20 Tijdsein Big Ben, weerbor., nieuws, causerie: Seen on the screen 7 45 Pinno-noeturnes van Chopin 8.00 Muziek. 8.20 Variété, o. a Patas, de man met de memorie. 9 05 Licht symphonie-concerl G Jolrn- son, sopraan. A. Callerall. viool. Orkest. II.20 —12 20 Dansmuziek. „R a d i o-Pa r i s" 1750 M. 12.50 Concert T.ucicn Paris (piano, viool, cello), 5.05 Jazzband Araf, 8.50 Concert gewijd aan een Frnnseh de partement. K n i g s w u s t e r h a u s e n, 1300 M. 8.50 Moderne Amerikaansche werken. T. T.ania, inleiding. Tilla Durioux, decla matie, Amerikaansche muziek, door arkest Daarna nieuwsberichten. Brussel 486 M, Antwerp e n 205 M. 8.20 Pianoconcert, door M. Sous. 9.05 Gramofoonmuziok. 9.20 ,,TI ne faut juror do ricn", l'o in 3 aclon van Alfr. Misset. 10.20 Nieuwsberichten. M ii n s l e r, 4 10 M 1.352.50 Concert. 4.35 Orkostconcert. 5.35— 0,20 Zangduollon. 0.307.00 Lozing: Roichsbahn u :lh- nale Volkswirlsohaft. 7.00—8.00 Lozing: Die zwcile Kou. rf.ihrt der Mowo. 8 20 En gflscho los 9.05 Balladen-avond. 10.5011.20 Lozing: Aorzüih Buien-- kungen zur Sporlnusubung. ook in Iconnis slellon), do aanwijzing wel overwogen te leiden. Men is er niet mode verantwoord dure, geheel zonder eenig richtsnoer, aan bel momentele inzicht van de aanwijzende personen over lo laten. Bij die vóóroverweging boude men vast in hot oog het doel en uitgangspunt van. don geiteden organisatie-arbeid: bevredi ging. Bevrediging bij de verschillende groepen van ons Katholiek volk. Bevrediging voor hen. tlio meenden, dat hun mconing en inzicht tot nu toe niet voldoende tot bun recht konden komen. En ik zou er aan willen toevoegen: bovrédiging ook bij hen, die do rcorganisatie-voorstellpn als onvol doende beschouwden voor den juist en en organischen opbouw van den Partijraad Geenszins zou ik het gownnseht achten, dat dn aanwijzingen geen rekening hielden met die categorie van personen, die tot nu toe in de lagoro instanties onzer Partij- organisatie practise]) met ijver en be kwaamheid werkzaam waren en in de ver schillende streken van het land op poli stierkalf; het was onmogelijk dat hij jo :.in zou vallen met den kop^\ •oruit, maar het was onrnogolijlc om jo te vervelen els hij aanwezig was. Er was een kracht in hem die het gewone peil van levenskracht op deftige partijen verhoogde en hoewel het een beetje ontstellend was plotseling door hem te worden aangevallen, was heb evengoed mogelijk dat hji zijn aanval op iemand anders zou richten, wat buitenge* woon amusant was. Daarenboven vonden veel vrouwen cen persoonlijken aanval op windend en opwekkend. Het deed niemand kwaad door do woorden wal door elkaar go schud to worden en zoo'n mannelijke on brul o manier van vechten als de zijne had werkelijk een bekoring. Zeer zeker bad li if geen manieren, maar slechte manieren evenmin. Het was niet zijn bedoeling bru taal te ziin, hij rende alleen maar in tegerf een rooden lap, en do wereld scheen o* veel voor zijn neus le zwaaien. Als hij zich verveelde, geeuwde hij, maar hij geeuwde niet om je to laten voelen dat jo verve lend was, hij drukte alleen op een natuur lijke en niet aanstellerige, op de gewone manier, zijn gebrek aan belangstelling uit in wat je zei. Zonder twijfel was bij leelijk en onhandig; maar waar zooveel aardigs mannetjes rond liepen, die heel zaehtjcf praatten en zorgvuldig hun nagels ver zorgden, bracht een groot ruw jong mann* mensch zooals hij die zoide dal hij het land had aan dansen en vroeg of bij een pijp mocht ronken in plaats van een sigaret, een gov e! van werkelijkheid met zich rne« i;i d» 1' >- J f Wordt v i vJ ;d.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 3