kalender der week dingen dezer dagen. \*13. Als niet anders wordt aangegeven jn deze week iedere H. Mis Gloria, Credo en de gewone Prefatie. ZONDAG 13 Juni. Derde Zondag pinksteren. Mis: R esp ice. ■bed v. d. H. Antonius, Belijder. Credo prefatie v. d. Allerheiligste Drieëenheid. Kleur. Groen. Richten wij onze ziel lot Godv die de Bescjicrnior is van wie, op Hem hopen. Wij hebben wel gezondigd, maar tic recht vaardige Rechter zal niet blijven toornen als wij Hem vragen: „Vergeef ons onze zonden" (Inlroitus; Gebed; Graduale cn Alleluja-vers).' Integendeel, bet i.s juist 'een groolo vreugde voor den Herder der ,jelen en voor de Engelen des Hemels als in den geest van boetvaardigheid naar vermaning van den Apostel Petrus omv ilerk in liet geloof, den duivel, onzén Icgenstander, weerstand te bieden (Epis- Vertrouwen wij op God, dio niet vel- t wie Hem zoeken (Offertorium) doch den korten lijd van strijden met ons door Zijne genade; die Zijne uitwerking zal voltooien en bevestigen in Üe eeuwige glorie (Epistel). In Franciscanerkerken: Feestdag v. H. A n t o n i u s van P a d u a, Won derdoener. M i s: I n m e d i o. 2<? gebed laatste Evangelie v. cl. derden Zondag Pinksteren. Kleur: W i t, MAANDAG 14 Juni. Mis v. d. H. Ba- 1 iUs do Qroote, Bisschop, Belijder Kerkleeraar: In medio. Credo. Kleur: it V )e H. Ba si li us is dë eerste 'organisator geweest van bet gemeenschappelijk kloos terleven. Hij bestreed keizer Valens van Constantinopcl om zijne Ariaanschc ket terij en bekeerde hem door zijne wonderen. Aan zijne werken dankt bij zijn bijnaam ,üe Groole." DINSDAG 15 Juni. Mis v. d. H.H. i t u s, Mod est us en Crescent ia Martelaren: Multac tribulationcs. 2c' gebed eere v. d. Heiligen" (A Cünctis); 3c raar keuze v. d. priester. Kleur: Rood, In Franciscanerkerken: Mis v. d. Z. olenta, Weduwe: Cognovi. 2e gebed d. H.H. Vitus", Mod es tus en Crcscehtia, naar keiize v. d. priester. Kleur: \V i l*. Nog 'zeeï jong vverd Vitus, buiten weten zijns vaders gedoopt. De vader trachtte op alle mogelijke nianicreii zijn zoon van. don godsdienst of le trekken'. Vitus .vluchtte met zijne opvoeders Modeslus en Cföseentia naar liet koiliiikrijk Napels. Pc roep zijner heiligheid versprejekfe zich keizer Diocletianus liet licm bij .zich komen in de hoop, dat hij zijn zpoii zpu kunnen genezen.' Op de voorspraak van Vitus .genas de zoon. Dp keizer evenwel was ondankbaar genoeg om Vitus,en .Mo- destus en 'Crescentia, omdat zij weigerden de afgoden te aanhjdden. gevangen te pc- men, en óp' allerlei, manieren le folteren, Ten slotte,zijn hunne ledematen ver scheurd en bunnen beenderen uit .elkander {.•(•rukt. Een brave vrouw, Fl.orenlia ge- lieeten, liet de overblijfselen der martela ren, nadat zij gebalsemd waren, begraven. WOENSDAG 16 Juni. Mis v. d. vori- en Zondag: Respice. Geen Gloria, gebed ter cere v. d. Heiligen (A Gunctis) voor de Overledenen. (Zie in het Mis boek het eerste Misformulier voor do Overledenen); 4e naar keuz,e v. d. priester. Kleur: Groen. In Franciscanerkerken: Mis v. d. Z. uido van Cox ton a, Belijder Justus palma. 2e gebed A Cunctis: 3e naar keuzo v. d. priester. Kleur: Wit. DONDERDAG 17 Juni. Mis v. d. vo- gen Zondag: Respice. Geen Gloria. 2e gebed A Gunctis; 3e naar keuze v. d. priester. Kleur: G r o e n. VRIJDAG 18 Juni. Mis v. d. H. Epkrem, Belijder en Kerkleeraar: In medio. 2e gebed v. d. H.H. Marcus en Marcellianus. Martelaren. Credo. Kleur: *7it. Uit nederigheid bleef de H. Ephrem van Syrië diaken. Bijzonder vereerde hij de H. Maagd als de Onbevlekte. Door zijne bijzonder duidelijke geschriften heeft, hij vele ketterijen bestreden, waarom. Paus Benedictus XV hem heeft verheven tot Kerkleeraar, wiens feest door de gebecle Kerk moet worden gevierd. ZATERDAG 19 Juni. M i s v. d. H. Ju liana van Falconieri. Maagd Dilexisti. 2e gebed v. d. H.H. Gervasius Protasius, Martelaren: 3e voor den Paus. Kleur: Wit. De H Juliana, meer engel dan mensch, verviel door hare harde levenswijze in een maagziekte. Zij kon niets geen voedsel r verdragen. Wonde^ van geduld en blijmoedigheid, klaagde zij alleen hierover, dat zij de H. Communie niet kon ontvan gen. Gedreven door een groot verlangen ver zocht zij een, priester de H. Hostie op haar borst te leggen. Nauwelijks was dit geschiedt, of de H. Hostie verdween en Juliana stierf met een glimlach op het gelaat. Lisse. ALB. M. KOK, pr. Ik vraag u naluurliijk niet, voor mijn plezier dood te gaan, daar lach ik nou om. Ik ben nou al zoo groot dat ik veel be grijp, maar ik zou u toch wel es, as u dood bent, met 'n kippenveertje in uw neus wil len kriebelen en ik zou tcch wel es met de auto-hoorn uit de garage vlak bij uw oor willen toeteren, mag dat? Als ik dood ben, en je verlangt dat dan nog, dan geef ik jou permissie om dq.t te doen. Dank u wel,-en nou boef ik met m'n verjaardag van u niks Ie hebben. Mag ik ook met 'n hórd bi'üine Böonen-'soep onder uw neiifPkoïnen? Gbrti'.st jongen,heel graag, maar ;k heb liever dat je dat ri'ou doet. Nee, ik wil zeker weten,of hl dood mén sell niks meer IuAt. 1 Maar waarom wil je dat nou alle maal weten? Omdat ik niet geloof, dat 'n dood mensch stil in de kist ligt en niks meer lust. Vrouw de Ruiter zei gisteren nog te gen iemand op straat: As m'n vader dat hóórt, draait-ie z'n eigen in z'u kist om. En u dan, toen Moe eergisteren vroeg of-u nog 'n beetje bruine boonen-soep lustte? Toen zei-u iin- mere: graag, in de bruine boonen-soep niagge zc me begraven,. Wal zou u#daar HAP aan hebben, as u toch niks moer slikken kon? Opa lachte, lachte, fot-io in 'n hevige hoestbui schóól. Maar Dolf draaide zich, 'verontwaardigd af. 1 Ik'vind dat niks om le lachen, as je over dc dood spreekt. Toon z'n Opa gestorven was, stónd .Dolf aaii dc hand van' z'n vader'in dc sterfka mer: Vader, waarom smoezen de inen- scbon zoo zachtjes tegen mekaar? iTat doen ze, ohi de rust van de doo lde rffet (e storen, joh gen. En Opa hooft ine zélf gezegd, dal-ie den toeter van de auto niet eens meer hoóreii zou. f 'Ss?T?t, jongen." Waai'oiu dragen ze allemaal zwarte, jassen? Uit rouw, uit droefheid, voor Opa. Vindt-ie 't zelf leuk om dood te zijn. Xoo, slib'waarom? Omdat-ie heeleihaal in 't wit. ligt. En waarom schroeven ze die groole spijkers in dat deksel? Dc kist moet toch dicht! Zoo vcrschrikkelijk-.erg dicht? En hij kan zich tot niet meer verroeren? Als je zoo doorgaal mot vragen, mag je niet mee naar 't kerkhof. Daarom zweeg-ie hardnekkig, maar na de begrafenis, toen z'n 00111 'm vroeg of-ie geen spijt -had, dat Opa dood was, zci-io zonder op de vraag te antwoorden: 'n Mensch komt op de wereld in 'n pak- kie en hij gaat er weer af iu 'n kissio. Maanden nadien slond-ie wéér voor 'n niet op te lossen vraagstuk. De dokters rekening was binnen gekomen én hij hoor de z'n vader klagen: Houdord dertig gulden voor 'n ziekte van vijf weken, 't is :n rib uit je lijf! Vader, heeft de dokter Opa dood ge maakt? Waarachtig niet jongen, vertel dal maar niet op school, hoor. Hcef-ie Opa dan genezen? Ook niet. Nou, dan kreeg-ic van mij geen hal ve rooio cent! En, als ze Dolf vroegen, wal wil jij worden, as je groot bent? dan zei-ie: 'n Zwarte meneer met 'n wit slab betje voor achter 'n groene tafel. Waarom? Dat wil vader, omdat ik alléén meer kan vragen dan zes groote menschen kun nen beantwoorden. „Nieuwe Eeuw". DE ADVERTENTIE. Wie waagt, die wint, dacht schoen maker Jansen, en hij schreef op de ad vertentie, die li ij uit liet Nieuwsblad had geknipt: „Een jonge, gefortuneerde dame wenschl kennismaking met dito heer. Brieven on der nummer 50010 van dit blad." Het had al dadelijk Jansen's aandacht getrokken. Jong, gefortuneerd, het was alles goud wat er blonk. Alleen dat „dito heer", dat deed wat vreemd aan. Enfin, wie niet waagt, niet Avint, dacht hij, je kon allicht eens probeeren. In den brief sprak hij af plaats en tijd van ontmoeting: Voormalig hotel Roozen, legenover den Haarlemmerhout, overmor gen 's middags om half vier. Als herkon- ningstceken zou hij aan zijn linkerhand een bruin-glacé handschoen hebben en in zijn rechter een wandelstok. Toen Jansen den brief naar.de plaats van zijn bestemming had gebracht, had hij toch "avcI een beetje het land. Was liet eigenlijk niet gek? Hij, een 'doodgGAvone schoenmaker, met een klein inkomen, al .niet meer zoo jong, 30 jaar. Enfin, leeh'jk Avas hij niet. In den spiegel zag. hij zich kaarsrecht met golvend z.Avaut haar, eeri pikante snbr, en hïj was vol komen met zich zelf tevreden. Anderhalven dag moést hij nu wachten, voor hij met de tram naar de afgesproken plaats kon. Langzaam verstreek aanvan kelijk de' tijd, maar later begonnen de wijzers van de klok veel te snel naar Jan sen's zin te loopen. Nog vier uur, nog drie "uur, nog twee uur, nog één uur. bijna een half uur.... en schoenmaker Jansen lict zijn knecht Pieter alleen in de zaak achter en stapte in de electrisebe tram, juist toen de klok drie slagen liet liooren. In de tram. bad Jansen hol beurtelings koud en warm. Zijn steenkoude- handen stopte hij in de zakken van zijn demi- saison. En toch Avas heiizacht lente-weer. Over hem zat een knap meisje niet ouder clan 20 jaar, mep blonde, springe rige haren en frissi-lKV blozende wangen. Om haar hals hing ren collier Van 'blanke houten' kralen, Avaafmoe haai' smalle vin gers speelden. Een Mudje vérder zit con' gruAv-leolijko dame, iliisSchieü' nog geen 30 jaar, maar met een gerimpeld gezicht en pfékfg 'haar. Ze was overigens sjiek gekleed, veel sjieker dan het meisje, van wie Jansen zijn oog en liaasl niet kón af houden. Bij den Boutstond Wj óp: Ook In t 'meisje en de teoiijkp dame. De laatste steeg eerst uit, dan a'olgde lu-t meisje en Jansen kw^un achteraan. Opeens maakte het meisje een bukkende beweging. Een vloed van kralen stroom de op straat. Naar alle kanten rolden do houten balletjes. Jansen schoot toe cn de tram was al weer lang uit het gezicht ver dwenen, toen hij nog steeds bezig was met de kralen voor liet blozende, verlegen, meisje op te rapen. Met een medoLijdenden glimlach verwijderde- zich de rimpelige dame en stapte het voormalig hotel Roe zen binnen. Verlegen lachend bedankte liet. meisje Jansen voor zijn hulp. Moet u nog ver? vroeg Jansen, tal mend om Aveg te gaau. O, neen, antAvoordde zij, ik ga nuftir Avat Avandelen in den Hout. Wandelen? llc ook, lachte Jansen. Mag ik misschien een eindje met u niec- loopen? Ja, maar dan niet ver, lachte ze op. eens, vrijmoedig, toen ze in zijn open. eer lijke blauAve oogen keek. Langzaam Avandelden ze voorbij het ho tel, Avaar Jansen's dame zou Avachten. Even dacht hij er aan, maar zoo was 't eigenlijk veel leuker, vond hij. Wie weel, misschien Avas dal keüjkc mensch in de tram wel de bewuste, dio Avas ook na ar Roozen gegaan. Ja, het zal stellig dezelfde zijn, dacht Jansen. Zoo suste hij zichzelf. Mag ik mij voorstellen, ik heet Jan sen, begon bij na een oogenblik gozAvegcn te hebben. Ik heet Auuie, maar m'n achternaam zeg ik u niet, antwoordde het meisje lachend. Wat een mooie naam. zei Jansén, om maar iets te zeggen, maar hü meende er toch wel Avat van. Toen zo een vijf minuten geloopen had den, stond zij stil. Tot hiertoe, mijnheer Jansen, zei ze. Gaat u nu al weg? Ja, ik heb nog een afspraak. Een afspraak, Ann.ik bedoel juf- frouw? Hij wilde nog Aval zeggen, maar ze liep vlug weg en sloeg een zijpad in. Lang zaam slenterde Jansen terug naar hotel Roozen. Aan zijn linkerhand deed hij een bruinen glacé handschoen. In zijn rechter hield hij zijn wandelstok. Hij ging zitten aan een tafelfje met Iavcc stoelen. Zou zi er al geAveest zijn? Of nog komen? Of niet geweest zijn? Hij kon op geen van die vragen antwoord vinden. Misschien had hij zich toch niet vergist in die leelijke dame van daar net, die nu met eeu nijdig gezicht alleen aan een tafeltje op het ter ras zat. Terwijl Jansen stil zat le soezen, weer klonk acliler hem vroolijk en luidruchtig lachen. Een zestal jonge meisjes kAvttui hel terras op, giebelend en blozend. Jansen draaide zich om en ijam diep zijn hoed af voor het meisje, met Avie bij zooeven had gewandeld, voor Annie. Een schate rend lachen steeg op uit den meisjestroep. De linkerhandschoen! riep één der 1 meisjes ondeugend tegen Annie. Deze legde haar hhnd op den mond van fle ander. Tenslotte zaten alle meisjes te stikken van hel lachen achter baar zakdoekjes. Jansen had het benaiiAvd gekregen. Hij probeerde te doen alsof bij niets merkte, maar inwendig bad bij het land. Opeens stond Annie op en liep recht op hem af. Pardon, mijnheer, Avilt u ons niet kwa lijk nemen. 'I Was maar een grapje van die advertentie. Stamelend cn hevig kleurend uitte ze deze Avoorden. Jansen Avist van verlegen heid geen raad, nam zijn hoed, stond op, lachte, .neeg, zei cenige. vriendelijke Avoor- den en verliet het restaurant. EenraaaJ buiten schold hij zichzelf uit voor .stommerik, botterik, gele.... Nooit meer .schreef Jansen-op een hu welijksadvertentie, Avant hij trouwde een balt jaar- later met zijn- biuirrtieisje. ,,Ctr." AFSCHEID. MevVouw Mario van Rliench kAvain in zulk 'een vroolijke stemming thuis, dat zij den lost, om een Jiedjc te zingen, terwijl zij lióed4 en raaytej «aflegde, slechts door de tegenw'oordigJieid van Johan, haar huisknecht, Avisl te ondontrukken. Zij a\'"as in de jaren,-die men de aller beste van een vrouw noemt, als haar schoonheid lot vollen wasdom is gekomen, en Marie Van Rhonen Avas zeer schoon. Als zij Jat zelf niet goweten had. zou zij het wel, ontdekt hebben door de vele aan bidders, die om haar boen zAveefden, sinds zij den Aveduwrouw had afgelegd, want zij Avas roods getromvd geweest' niet een hou- gen Rijksambtenaar en verkeerde daardoor in de hoogere kringen van Den Haag. Zij keerde terug van een bezoek, waar-, mce zij een slag gewonnen meende le heb ben, Avant bel was haar gelukt, een vriend, die haar zeer na aan het hart lag, een groeten dienst te bewijzen. Willem Aan dou Berg, oen verre neef van haar overleden man, ingenieur, had een belangrijke uitvinding gedaan, die hij alleen in toepassing zou kunnen brengen, wanneer hij door «en groep financiers er toe in slaat gesteld werd en dat had zij nu. met den grooten invloed, dien zij, zoo wel daar haar persoonlijkheid als door de positie, welke zij bekleedde, voor hom weten te bereiken. Zij had hem een briefje geschreven, dat zij hem hedenavond op de thee ver- av ach tie on Legal zich nu naar haar slaap-V kamer, om zich xoifr dut bezoek te kleeden. Dal geschiedde met de grootste zorg, zij koos het toilet uit, Avaarin zij meende, dal haar schoonheid op het voordeeligsl zou' uitkomen, en het duurde heel lang, eer zij weer beneden kwam. Eindelijk kwam zij iu het salon en beldo waarop Johan het theeservies binnen bracht. De bediende keek haar tersluiks' aan en glimlachte verliolen. Hij merkte zeer goed, Avat er gaande was, Avant in zichzelf zeide hij: Mevrouw is verliefd. Het zal mis-' schien niet lang meer duren, of pr is weer een meneer in huis. Prompt op tijd Averd Willem door den bediende binnengelaten. Hij Avas met zijn schoone, aangetrouAvdo nicht ul op een ver, trouwclijken voet en voelde zich behaaglijk' in haar huis, maar toch was het hem, alsof er heden iets beklemmends over hem kwam. Wat er do oorzaak van was, had hij zelf niet kunnen zeggen. Was het misschien, doordat Marie zelf ook in span ning verkeerde? Want zij ging geheel op in de vraag, die zij zich innerlijk stelde: Zal hij spreken, als ik hem het groole nieuws heb meegedeeld? Zoo kwam het, dat er iets ongewoons, iels gedwongens in bun gesprek Avas, dat aanvankelijk »«>g over alledaagsche onder-* Averpen liep. Toen zij hem een kopje thee gaf, zei* de hij: Uil deze hand kan slechts goeds ko men. Wie zijn lot van u ontvangt, is zeker van zijn geluk. Haar hand beefde zacht, maar dat be merkte hij niet. Jo zegt dal niet oen lachje, mijn vriend, anlwoorde zij alsof hel maar een. gewoon compliment was, maar niettemin. Zij onderbrak zich, werp hem een 'lee doren bik toe, Avaarna zij een brief van den schoorsteen nam, dien zij daar hij haar thuiskomst al had neergelegd en. dien zij hem nu met onverholen vreugdo toestak, terwijl zij hernam*. Niettemin heb ik hier werkelijk j«> geluk in mijn hand. Lees dezen brief maar eens. Dat klonk koel en weloverwogen, maar met innigheid voegde zij er hij. terwijl hij verbaasd op den brief staarde: Ik stond er op, dat jo het groolo nieuws in mijn huis vernemen zoudf. Toen 'bespiedde zij met aandacht zijn trekken, terwijl hij las, en zag, hoc er een glans van vreugde in zijn oogen kwam en liij, na gelezen te hebben, een zucht slaak te, alsof er een zware last van hem afge nomen was. Bijna toonloos kwam het van zijn lippen: En dat dank ik u. Zij leunde achterover in de behaaglijke bergère en genoot van zijn vreugde. Na «-en korte pauze ging hij voort: Ik heb dus mijn hoog.ste doel be reikt. O! u kan zelf niet vermoeden, hoe veel ik aan p verplicht ben. Hij nam naar band en kuste die har telijk. En dan denken wij. mannen, nog dal weten en kunnen voldoende zijn. Zij glimlachte. Weten en kunnen zijn noodig un onze hulp mog'dijk maken, Wanneer wij verbintenissen \yillen uanknoopen, üan moet er toch «jok iets to verbinden zijn. Jo. gaat int werkzame'cn, naar ik hoop, suc cesvolle jaren tegemoet. Zij trok langzaam haar hand terug en' om' toch iets te doen, schonk zij nog eeu kop thee in. Hij zag er uil, alsof hem nog iets op liet hart lag," dal hij niet onder woorden kon brengen. Zij wachtte, achterover geleund, in zali ge onbevangenheid. Als hij haar iets te zeggen had dan moest hij het nu uitspreken. Nu of nooit. Maar hij zeide het niet. Er heerschic een pijnlijke stilte in liet vertrek. Eensklaps verbleekte Marie en een plotseling opkomende gedachte deed haar van angst sidderen: Willem was 10 jaren jonger dan zij en tevens herinnerde zij zich, dat hij meermalen bijzondere atten ties had bewezen aan Annie van der Hoop, een meisje van even in dc 20, die zij muor- DÉDÉ Eigenlijk moest ik het zóó niet schrijven, maar U zult het aanstonds toch wel be grijpen, want als ik nu zeg dat ik daar mede bedoel D. D. dan Aveet U nog niets. Ik vraag me Avel eens af, waar dat met jaren toch naar toe moet. We leven steeds vlugger, steeds sneller, !!?pds haastiger. Over lAvee Aveken is het heelemaal niet 'es meer als je een huwelijksreis gaat ma- Dn naar de Noordpool en twee weken gc- Hr-n zou iedereen het nog abnormaal ge bonden hebben, leven avc dus vlug of niet? Weet IJ wat ook een bewijs is, voor het !'t dat «alles tegenwoordig moet gesehie- on in een razend snel tempo? bio afkortingen! Zooals bijvoorbeeld wat ik hierboven 'l'ïcef: D. D. bange namen is tijdverlies. Je hoort tegenwoordig alleen van „Ve- n *'^ezctba" en honderd dergelijke F'kortingen meer. A's aanwijzing voor den „opmaker" van f: Pagina's onzer courant, schrijf ik bij oorbeeld altijd boven de copy van deze •ooriek: D. D. D. H*el duidelijk niet AVaar en kort. Mnu ik weet niet of het ook een ge- '8 van de haast waarmede wij leven, er zoovele inlelleetueelen vooral, men- .80. boordevol met Avetenschap, zonder wantje zijn. p bi'lih.-n daar allen reeds meerma- iHfeche verbaion van gelrd. Zooals. van ingenieurs, die conducteur zijn of bestuurder op een electrisclie stadstram. Zooals van 864 gehuwde intelleclueelen met titels en diploma's, die sollicitcerën naar een baantje van 60 iu de maand cn dergelijke tragische toestanden moor. 't Is beroerd genoeg. En ik geloof ook vast en zeker dat dit de grootste oorziak is. dat er tegenwoordig zoovclen zijn die aolliciloeren naar het haantje van dictator; de eerste D. Kan je 't hen kwalijk nemen? Die men schen moeten toch ook: eten. Hel is alleen ma «ar Avoor jammer dat er zooveel sollici tanten zijn .Te n^pel er als de kippen bij zijn om zoo'n baantje le krijgen, omdat er bovendien maar zoo Aveinig dictators noo dig zijn. In ieder land maar één. En zooals avc den laatsten lijd gezien hebben, daar koml natuurlijk ruzie van. Mussolini, de vader der dictators is er mee begonnen, toen Primo de Rivera in Spanje, toen nog een stelletje die ik inlus- sehen al weer ben vergeten en nu is men in Polen en Portugal druk bezig een stel letje wcrkloozon op te ruimen. Heel begrij pelijk omdat die mensehen niets te doen hebben, hebben ze ook het meest den tijd cm mee te helpen zoeken naar een dictator, zeer dikwijls met noodlottig gevolg. Laat ik hen tot lieH van her mensclulom een goeden raad geven. Er is nog een baantje, wal beslist een lcvensbestaan oplevert al geeft het mis schien niet zooveel als bet dictatorschap. En dat is: Doodkistenmaker. De andere D. Want doodgaan blijven de menschen toch. Daar zal nooit de klad in komen. En al zullen er in den beginne door de groote Averklooslieid dan wat te veel doodkisten- makers komen, dat bjndert niets, de groot ste helft wordt eenvoudig dóodgcronenr- reerd. dc andoren hebben bet or slechts des te drukker door. Dus 1). D.: kiezen of deelen, dictator of doodkislenmaker. Laat mij maar, als bel eens noodig mocht zijn, doodki.-tenmaker \vorden. Zoolang je een doodkist voor een «mdor maakt, heb je er zelf nog geen noodig. PERSIFLAGES. Nlethusalem II. Gelez» n in ..Dc Telegraaf": Dc Paus benoemde tot zijn verte genwoordiger bij de viering van liet feest ter herinnering aan Francis- eus van Assisië kardinaal Merry del Val. goAvezen kardinaal-staats secretaris van Leo X. Als de kardinaal hel nog een poosje vol houdt dan wint hij het nog van Melnisa- lem! - Toch ergens zomer. De verschillende brandsp: n in deze gemeente zijn» weer geprobeerd, zeer ten genoege van de jeugd, aan Avie bij het warme Aveer oen frisch bad Avelkoni was. Volgens de Zoeterwoudschc correspon dent van bet ..i.' idvii Dagblad" heerst hl daar dus Zomer. Wij vermoeden echter dat dit bericht gelanceerd is door iemand die een autobusdienst Ixi«l« nZoeterwoude on derhoudt. Advertenties. Poesje. Mooi wit katertje vraagt een goed tehuis. Togen advortenljc- kosten te verkrijgen Ts dit soms de boofdrolvertolker in hot looneelsluK: „De Wijze Kater?"' Twe«' Zwaarden lang 2.60 M breed 1.40 M. te koop gevraagd. Wij gelooven niet dal er oen museum is, dat zulke antiquiteiten afstaat. Onze Kamerleden. De Kamer hoeft dc volgende week Hemelvaartsdag. (Uit Haagsehen Brief). Sommige anti-parlementariërs zouden dat Avel gaarne zien. Uit een politiek overzicht: „De Tweede Kamer telt thans veel jonge en krachtige mannen". Ons bedunkens heeft dat instituut steeds v«'elbelovendo" mannen geteld. Vrouwengedachten. Wij hoorden laatst tijdens een le zing verzekeren dat «le vrouwen .zuiverder" gedachten hebben dan de mannen. Dat komt misftebien omdat zij vaker van gedachten veranderen. ODE AAN EEN PAAR SCHOENEN. O heel oud schoenenpaar, Trouw heb ik je gedragen in regen en in wind; Gij hebt mijn voet boflchorind Oj) vuile regendagen, Je waart een beste vrind. Kerst heli ik een avc«'I< lang Hartgrondig je gescholden. Mijn likdoorn deed toen piji Terwijl ik anders steeds Kwiek langs de straten hold?. .Scheen ik nu mank te zijn. Toen kwam de lijd dal ik Zoo blij steeds jou begroetl". Dat was je glorietijd. Niet één dag in de week Omhulde je mijn voeten, Uit pure need'rigbeid. Toen ben ik langzaam aan Ontrouw aan jou geworden, Ik droeg je ied're.t dag: Geen borstel wreef heel zacht «Te huidje,weer in'ordv, 'k Had liefst dat geen jou zag. Jk heb toen om jou maar Heel spoedig te verslijten, In regen en in wind Jou in bel slijk getrapt. Nooit hoorde ik verwijten, Je was mij goed gezind. Toch denk ik veel aan jou O trouw paar schoenenvrinden. Want ga 'k 's avonds naar bed. Dan kan ik op mijn voel Herinneringen vinden: Zof likdoorns dik en vet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 13