Ie Leidsche Courant" Vierde Blad. IE TüSSOHENPERSOON Zaterdag 12 Juni 1926 De taak der Staatkundige Partijen. Do Voorzitter van den Alk'. Bond van R. K. Rijkskicskringorganisatics in Ne derland, jlir. mr. Gh. Rttys cU» Beeren- brouck, heeft de algémeene vergadering die gisteren en lieden te Utrecht wordt ge houden geopend met een rede. waaraan wij hel volgende ontleenen: Het voornaamste punt van de agenda dezer Bondsvergadering is de behandeling van het Rapport der Reorganisatie-Com missie, waarin voorstellen zijn gedaan om onzen Algemeenen Bond van R. K. Rijks- kieskringorganisaties uit te bouwen tot een werkelijke R. K. Staatspartij. De partijen. Deze voorstellen brengen ons vanzelf tot de vraag: welke is de beteekenis van de politieke partijen voor ons staatkundig-, voor ons nationaal leven? Van liet Partijwezen is veel kwaad ge zegd en geschreven. In bet buitenland zijn dikke studieboeken aan dit onderwerp ge wijd. Geheel nieuw zijn die boeken niet, al werden zij vooral den laatslen tijd ook in ons land vaak aangehaald. Reeds in 1893 beweerde do Oostenrijker Gustav Ratzenhofer in zijn werk: „Wesen und Zweck der Politik", dat gematigde .partijen het altijd moeten afleggen tegen partijen met meer radicale politieke op vattingen. Dit beeft zijn inziens een ver- dcrfclijken weerslag op het karakter der partijleiders: „Volksleiders kunnen" beweert Rat zenhofer „alléén door de kracht van het politiek verstand en van hun karakter, slechts korten tijd hunnen invloed over de partij handhaven; steeds komt een oogen- blik, waarop de partij baar materieele be langen op den voorgrond stelt en onmid dellijk voordeelen wil binnenoogsten. Daar dit nu echter door politieken st rijd op den grond van vérziende overtuigingen of verheven onbaatzuchtigheid niet wordt bereikt, ziet de bclanglooze politicus zich op een goeden dag voor 't dilemma ge plaatstaf te treden, ofwel zijn diepero overtuiging en moreelo neiging op te ge ven, en zich te schikken naar het baat zuchtig drijven der partij." (Ie Deel, Blz. 227 en 228). Deze uitlating staat niet alleen. Vele buitenlandsehe schrijvers hebben over par tijen en partijleiders beschouwingen ge houden van dezelfde strekking. Het ligt niet op mijn weg hier met u te onderzoeken, of deze beschouwingen een juist beeld geven van het partijwezefi in de landen, waar zij werden geschreven. Al leen heeft het mij cenigszins verwonderd, dat in ons land met dergelijke aanhalingen wordt gewerkt, juist alsof ze door Oosten- rijkschc. Duitsche, Amerikaansche en an dere professoren speciaal voor Nederland zouden zijn geschreven. Dergelijke aanha lingen toch vindt men den jongsten tijd niet alleen in politieke vlugschriftjes, wel ke een of anderen vorm van dictatuur prQpagceren, ma^r ook in boeken, welke ten dienste der wetenschap worden ge publiceerd. Do critiek. welke in het buitenland te recht of ten onrechte op de partijen aldaar wordt geleverd, behoeft voor ons gelukkig nog geen andere beteekenis te hebben dan Ie zijn: een baken in zee. die ons tijdig waarschuwt om het vastloopen op gevaar lijke klippen te voorkomen. De R. K. Staatspartij In ons land kennen wij nog groote .par tijen genoeg, welke èn krachtens haar be ginsel èn door baar samenstelling èn blij kens haar practische politiek de beharti ging van het algemeen belang voorop stellen. Tot deze partijen behoort ongetwij feld de R. K. Staatspartij. Do scherpe critiek op het partijwezen waarvan ik zooeven gewaagde, gaat dan ook geheel langs onze partij heen. Tocli is er ook hier te lande bij velen een gevoel van onbevrediging. een zoeken naar nieuwe middelen, een vragen naar nieuwe organen, om beter dan tot dus verre vorm te geven aan het rechtsbewust zijn, dat in ons volk leeft. Dit zoeken is zeer begrijpelijk. Het ligt in de lijn der historische ont wikkeling. De middeleouwen kenden reeds de volks- souvereiniteit, dit is de regeering voor en mede door het volk. Alleen beeft men het volk toen niet opgevat als oen groot samenstel van individuen; men had de standen van adel. geestelijkheid, burgers, boeren, enz. In de vertegenwoordigende lichamen zaten toen afgevaardigden dier georganiseerde statuien, niet van de indi- vidueele kiezers. De grondslag dor volks vertegenwoordigers was organisch. In den midcleleeuwschen zin van het woord kennen wij die*„standen" niet meer. Immers, toen hadden de standen elk hun eigen, van elkander onderscheiden, rech ten en plichten. Elke stand speelde een afzonderlijke rol in de samenleving en ieder wist tot wolken stand hij behoorde. Ieder wist liet van zichzelf, en zijn mede- menschen wisten het allen van hem, of hij behoorde tot den adelstand, tot deu geestelijken stand, ofwel tot den vrijen burgerstand. Op zulke vast-omschrevcn standeil een organisatieplan en een staats wezen houwen was mogelijk en vanzelf sprekend. Nu echter zijn er, in dezen niaulsc hap- pclijkcn en juridischen zin van het woord, in deze middeleeuwsclie opvatting geen eigenlijke „standen" meer. Er is nog wel adel, en geestelijkheid, en burgerij, docli de leden van deze volksgroepen hebben, als staatsburgers, noch eigen rechten, noch eigen plichten. Er is nog wel, en er zal ook altijd blijven, afscheiding onder de mensehen in verschillende maatschappelijke groepen. Er zijn zelfs katholieke standsorgani saties van arbeiders, middenstanders, boeren en werkgevers, welke voor de ge zamenlijke behartiging van groepsbelangen nuttig werk verrichten. Maar als staatsburgers hebben zij allen: ar beiders, middenstanders, boeren, werkge vers (en ook de anderen, die men wel eens vergeet) dezelfde rechten en dezelfde plichten; als staatsburgers lioorcn zij b ij elkaar in dezelfde locaio en landelijke organisatie. Het staatsburger schap hebben zij gelijkelijk met elkaar gemeen. En iedere scheidingslijn van stand of klasse, welke men daar tusschen schuift, elk etiket, dat men hen daar wil opplakken, brengt ons verder weg van het algemeen belang, maakt het ons moei lijker, uit do veelheid der tegenstrijdige belangen den grootsten gemeenen deeler te vinden, en als staatsburgers gezamenlijk onze nationale roeping te vervullen. Die middeleeuwsclie standen, waarvan ik zoocven gewaagde, zijn, deels aan eigen fouten, te gronde gegaan. De oude demo cratische ambachtsgilden en corporaties, die een tijdlang zoowel de kwestie van dé volksregcering als het arbeidsvraagstuk hadden opgelost, waren zich geleidelijk aan 't misvormen Het stelsel begon ern stige gebreken te verloonen en bet corpo- ratiewezen stortte in elkaar. Stroom ir.gen. De zoogenaamde „moderne" staatsge- dacktc deed haar intrede. Een dubbele strooming openbaarde zich. die aan de eene zijde den absoluut-oppermachligen Staat aan de andere zijde de vrijmaking van de individuen wilde bereiken. Over heidsstaat èn individueele vrijheid was de dubbele leuze, die zegevierde. De eerste leidde tot o V ercentralisatie. De tweede tot versnippering van liet volk in duizenden, ongeorganiseerde, los vai^ elkaar staande individuen. Toen werd de grondslag der volksvertegenwoordiging individualistisch. De leuzen hebben haar tijd gehad. "Wij hebben daarna gekregen een tijdperk waarin de Overheid zich meer en meer moest inlaten met de regeling van het maatschappelijk leven, terwijl daarnaast in do vrije maatschappij de belanghebben den zich opnieuw hebben georganiseerd. Het is begrijpelijk ik zeide bet reeds dat in dezen tijd, nu de Staat met aller lei regelingen is overbelast, en alles in de maal schappij naar organisatie dringt, het is begrijpelijk, dal men n u zoekt naar middelen ont het oude reehtsgaroe! aan nieuwe behoeften en andere vormen aan te passen. Dit zoeken naar een oplossing van nieu we vraagstukken ge.schidt liier te lande gelukkig mot echt-Nederlandsche degelijk heid. Dat wil zeggen: men bepaalt zich niet tot critiek of bet bestaande. Men begrijpt, dat een min of meer geslaagde critiek op iartgwezen. algemeen kiesrecht en parle mentair stelsel niet voldoende is. De critici die verdienstelijk werk willen leveren, kunnen met afbreken ui et volstaan; zij 1 egrijpen, dat. vóór mot de afbraak van 'iet bestaande kan worden begonnen, er eon goed bouwplan moot zijn van liet be tere. dat men in de plaAfs wil stellen. Aan ernstige pogingen, om dergelijke bouwplannen te ontwerpen, heeft hot den laatslen lijd -niet ontbroken. Organische vertegenwoordiging mi de centralisatie zijn de twee hoofdgedachten, waaromheen alle lot dusverre bekende Liemvo stelsels draaien. De oenen willen voor de toekomst lou ter en alleen een belangenvertegenwoordi ging uit de ver- billende maatschappelijke groepen, met terzijdestelling van liet poli tieke parlement. 1). Anderen, die niet zóó ver gaan. willen de Eerste Kamer omzetten in een „So ciale Kamer". De belangrijke staalkundi ge taak. welke de Eerste Kamer als Hof van Revisie vervult, willen deze opdragen aan liet volk zelf, door invoering van liet volksreferendum. 2). Anderen nog vragen standen vertegen woordiging in de partijen, blijkbaar om via de politieke organisatie tot standen- i ertegenwoordiging in de politieke Kamer te.komen. "Weef anderen zoeken de oplossing in een wijziging van, de werkwijze van Twee de- en Eerste Kamer door instelling van vaste commissies vandeskundig n met ingrijpende bevoegdheid, om het werk der Kaniers voor te bereiden en te corrige ren. 3) Ten slotte zien" velen uil naar torpa.-ing cn uitwerking van het nieuwe artikel 194 der Grondwet, waarbij de wetgever aan andere dan in do Grondwet genoemde lichamen verordenende bevoegdheid kan vcrleenen. Door uitbouw van ons consti tutioneel recht willen dezen, op ganscli anderen voet dan |o! dusverre liet geval was. tot meerdere docentralisati» der rechtsvorming geraken. Om drieërlei »rec dencn wordt zulk oen decentralisatie noo- dig geacht: In de eerste plaats om de recht.-vorming meer le doen,geschieden door hen. bij wie ook kennis van de maatschappelijke toe standen, waarin men wil ingrijpen, aan wezig is. In de tweede plaats om bel toenemend machtsbewustzijn der bestaande hola n- g e n - g e m e e n s c happen te breidelen, door hen in e c li 18 g e m c e n s c h a p- P e n te voreenigen. En in dc-dorde plaats; wegen - de beperk te organisatie pin het recht.-hewuslzijn des volks, tendevubV waarvan 'de wer king van dat- bewustzijn liolenimo; ml wordt en een -tijgend 'tekort aan gi-clir- - ven recht ontslaat. 4) Do jongste Grondwetsherziening heeft den wv-' geopend om deze gedachte te ver wezenlijken. De toekomst. Deze slroomingen zijn hier slechts ruw geschetst. Men kan ze nog niet geheel zui ver afbakenen. Terwijl sommigen écu van de zoo juist genoemde hervormingen wil len doorvoeren, zijn anderen van me» ning, dat or t e g e 1 ij k c r t ij d met enkele van deze hervormingen kan worden -begonnen. Ook onze purnj zal zich iü do naaste toekomst met deze vraagstukken welke door de ontwikkeling der staatkundige ge beurtenissen aan de orde worden gesteld, moeten bezig houden. Op deze besprekingen wil ik nn niet voor- ui tloopen. Wanneer ik mij in de waarneming van .déze feiten niet vergi-, dan volgt daar uit, dat wij in ons land da politieke partijen vooralsnog niet kun- n e n m i s s e n. De tegenwoordige groepecring op si.nl- kundig gebied naar godsdienstige en wiis- geerige onderscheiding is niet kin. i-uaiig. liet ontslaan dor politieke parti. n in dit land is het gyvoig van cl e breuk in de eenheid van leveiisbf-sMioir.vinc'. FEU1LLET0-N Roman van E. F. BENSON. (Nadruk verboden). Dc stilte van den nacht viel neer als het deksel van een juweelkistje. Toen, na een tijdje, kwam er het geplas van een pa gaai en de kano werd klein en onduidelijk ia dc verte. •,Dat zijn weer die aardige jongens." zei Joyce. Arthur C'raddock liet een langen zucht, hij was zich verschrikkelijk bewust van Z'JQ leeftijd en zijn rijkdom en Joyce hoor de zijn gesteven overhemd kraken. "Die jonge man heeft een diplomalieken aanleg," zei hij; „het is duidelijk dat hij bedoelde U een serenade te brengen en hij bleef aan den anderen kant der rivier ooi hot te doen voorkomen alsof dat heele- maal zijn bedoeling niet was. Het is een aannemelijk vermoeden dat, als een sere nade zijn doel was cn dat is zeker hij moest doen, alsof hij U hier niet zag "taan. Daarom zong hij uit volle borst. Als Probeerde hetzelfde te doen, waar ik lieel |eol zin in heb, zou ik alleen maar de over- "iging bij U vestigen dat ik een zeere ,ee' had. Niemand heeft me ooit liooren zingen, zelfs niet toen ik jong was als dat Jongmenscli in den kano. Hij zal nu terug Pagaaien naar zijn tent. tenzij U hier in 'ot maanlicht blijft staan. cn tot den mor- o over U droomen." Joyce laclite. „Wat een onzin, meneer Craddock," zoi ze, hoewel ze in een diep geheim plekje van haar VAeisjeshartje wist dat liet in heb geheel goen onzin was. „Booten met zan gers en gitaren komen iederen avon l voor bij en soms nog laat in den nacht. Ze kun nen me toch niet allemaal serenades bren gen." „Ik zie niet in, waarom niet. Er zijn geen wettelijke bepalingen tegen. Ik zou zelf meedoen, juffrouw Joyce, als ik kon zingen en als ik niet vreesde dat iedere C'anadeesche kano, waarin ik mij waagde, oogenblikkclijk zou zinken." Behalve het glas champagne dat hij aan het diner gedronken had, veroorloofde Philip Wroughton zich ook nog de luxe bijna een uur langer op te blijven, dan zijn gewoonte was om te praten met zijn gast cn te lezen over het verrukkelijke kli maat van den Boven-Xijl. Terwijl Crad dock en Joyce in den tuin waren geweest had zijn scherpzinnige moeder voor zij aan haar patience begonnen was. een reeks gedachten bij heni opgewekt, die hij nu van plan was op eene zeer delicate wijze kenbaar te maken aan zijn gast, zoodra Joyce naar haar kamer Zou gegaan zijn. „Hij heeft nu, je schilderij,-Philip." had die scherpzinnige oude da ine gezegd, „en •nu is hij uit op je dochter. Waarom laat je Joyce niet een maandje naar dc stad gaan, om het meisje een kans te geven? Je bent een egoist, weet je, zooals alle Wrough- tons." Maar ze was er niet in geslaagd een antwoord uit te lokken cn evenmin had ze le onafhankelijkheid van zijn eigen mec- ningen aangetast. Er was geen groote hel derziendheid voor ppodig om le ontdekken dat C'raddock zich nog al voelde annge- 'trokken lot het meisje en het leek lipu* vader, dat ze gemakkelijk een huwelijk kon doen, waarvan hij minder plezier m hebben. Ze had een heel eenzaam en afge zonderd leven met hem geleid cn hij was niet van plan zijn gewoonten to verande ren om haar meer in contact tc laten ko men met de wereld, 't. Is waar, als de reis naar Egypte doorging, zou zc vermoedelijk meer jonge mannen ontmoeten dan ze, in haar heele leven gedaan had; maar hij kon zich niet voorstellen dat er iemand zou kunnen zijn die hem meer zou kunnen vol doen (alsof het zijn eigen huwelijk was, waar het over ging) dan Craddock. Philip vond hein rustig en eerbiedig cn aange naam cn daar het zeker noodzakelijk was dat Joyce en haar man (als het haar toe gestaan werd te trouwen) veel bij hem zouden zijn, waren dat zeker gunstige eigenschappen. Hij had het land aan jonge mannen met hun vroolijkheid en hun harde lachen cn hun automatische spijsvertering en hij was gecu oogcublik van plan zoo iemand in zijn huis le dulden. Daarenbo ven was C'raddock zeker in goeden doen (Philip zou zeker een beroerte gekregen hebben als hij geweten liad dat hij en zijn schilderij unx zoo te zeggen bezig waren hein nog rijker te maken) cn liet was toch zeker wenst-helijk geld in do familie te hebben. Het was wel mogelijk, dat er iemand te ontdekken zou zijn die nog ver kieslijker was. maar voor hel OQgenblik kostte liet Philip weinig moeite zich te overtuigen dat hij te kort zou schieten in zijn plicht ten opzichte van zijn dochter, Zoolang de verdeeldheid van geestesrich ting en levensbeschouwing zal hlijvou be staan, kan het niet anders, of ook in de opvattingen omtrent do richting, die door hel staatbestuur moet worden gevolgd, zoowel op liet gebied van het politieke als van het sociale leven, zal er noodzakelijk diepgaand verschil van meening zijn, dat in staatkundige groepeering tot uiting tornt. Verschil in levensbeschouwing is de die pere oorzaak van partijvorming. De onmiddellijke aanleiding tot het orgauiseeren van breede volksgroepen in politieke partijen was, eenerzijds, de be hoefte om het individualisme der negen tiende eeuw door organisatie der actieve staatsburgers le corrigeeren, en, ander zijds, de drang naar versterking van den volksinvloed op bestuur en wetgeving. Do conclusie, die logisch uit dit alles voortvloeit, ligt voor de hand. Hei partijwezen, zooals het historisch iu ons land is gegroeid, dc partijen, die niet op groejisb o 1 a n g e n, maar op beginselen zijn gebouwd, mogen niet liet ideaal zijn, zéér zeker voorzien zij in een behoefte van waarschijnlijk blijveu* den aard. Zij kunnen in ieder geval vooralsnog niet worden gemist. Werkend aan de reorganisatie vun onze partij. ijv erend voor dc versterking van de staatkundige eenheid ouder do katho lieken. hebben wij allen levendig het besef, nat wij hiermede dienen een groot lands belang, dat wij hiermedo vervullen ons deel van de nationale laak, welke op ge heel het Nederlaiidschc volk rust. Het is in dien geest, dat ik, onder liet afsmeeken van Gods onmisbaren zegen over ons werk, de hoop uitspreek, dat onze besprekingen en uwe besluiten in de bijeenkomsten van heden en morgen vruchtdragend mogen zijn voor'de Katho lieke Partij en voor ons volk. 1) Dr. .T. Bit-mond in zijn werk: „De Grondslag der Volksvertegenwoordiging: Individualistisch of Organisch?" (Hz. 122). 2) Mr. Dr. Ir. .1 van Helt inga Tromp, iirl van de ^Studiecommissie der Maat schappij voor-Nijverheid en Handel (Huag- che .Maandblad Juni 1920). 3) Eene Commissie uit de Nederland-che Maatschappij voor Nijverheid cn Handel onder voorzitterschap van Dr. F. F. Poslhuma in haar .rapport over: „Doel matige Overheidsbemoeiing". 4) Prof. H. Krabbe (Leiden) in zijn „Mo derne Staatsidee". Bl—EHAND „LE-S AG E-TEN-3 ROEK-BIBLIO THEEK" Zevende jaarvergadering. Tn bet R. K. Weeshuis te Utrecht is do Te Jaarvergadering gehouden van de Sub-Corn it é's met hot Hoofdcomité van bovengenoemde Verceniging. Tc half elf werd in de Kapel van hot Washuis eon II. Mis voor dc levende en '.verleden leden der Verceniging cn Jiaro weldoeners (sters) opgedragen waarna om kwart over elven de vergadering een aan vang nam. Na opening met den Christclijken greet en een kort inleidend woord van de presi dente van liet Ho'ofd-Comité, mevr. L. van Dommelen uit Den Hang, werden door de secretaresse Mej. J. J. Wove, de nolule en het- jaarverslag uitgebracht. Jaarverslag. Aan het laatste oei lonten wij, dat de Verecniging in 1925 900 werkende leden telde, welk getal tot'pl.in. 1100 gestegen is. Deze leden prikten gezamenlijk 837 banden, d.i. 3G banden meer dan in 192-1. Dc Verceniging telt thans 40 sub-comi tés. Omtrent het afgeleverde werk vermel den wc liet volgende: Amsterdam leverde :i" banden, Deu Haag 103 banden met S3 leden. Qinilcen 25 ban den met 20 leden, Haarlem 33)4 banden met 32 leden, Nijmegen 90 bandon met 39 leden. De 83-jarige Mej. van Baer te Beek prik te hiervan 15 banden. Schiedam leverde tl banden met 20 leden, Tilburg 2K met 27 leden. Verder ontving do Verceniging uit Yen- ray, waar slechts één 83-jarige heer werkt., 30 banden. Er werden dit jaar 2477 banden ge- lezen door de blinden van het heelo land. Rïiiui honderd blinden zijn geabonneerd op het Maandblad en daaronder aijn 4 protestanten. Propagandadagen werden gehouden te Bergen op Zoom, Uoozendanl en Helmond. Nieuwe comité's werden opgericht te Bergen op Zoom, Helmond, Amerfoort, Lichtenvoorde en Oosterhout. Het jaarverslag memoreert verder dank baar liet ijveren voor het aanwerven van conlriburcerendc leden. Van Winterswijk werd f25 ontvangen, van 's Hertogenbosch, door bemiddeling van Mejonkvrouwo van Hugcnpotb, f112. Hot jaarverslag sluit met een liartelijkou gelukwensch aan Fr. M. Adrianus, dio ein delijk zijn bl i nden sel i ri ft machine gekregen heeft. Het -financieel verslag, oveneons door Mej. J. J. Wevo uitgebracht, gaf aan ont vangsten f1300, uitgaven f2000, alzoo een batig saldo van f2300. Fritter Adrianus hield na het uitbrengen der verslagen een korte inleiding, waarin hij wees op den prachtigen groei van het Liefdewerk. In 8 jaar tijds klom het ledental van op 1100. De bibliotheek bezat toen een 100 ban den, thans 1000, uitmakende meer dan 1000 boeken. De Frater wees er verder op dal er nog veel tc weinig geprikt wordt. Vijf dames p ikken met hour vijven één blad pyr «lag cu daarvoor is ongeveer 20 minuten tijd vercischt. Dat is toch veel to weinig. Als elk lid één blad per dag prikte en dat is toch niet In veel gevraagd zonden v,o met de bibliotheek reusachtig vooruit gaan. Besloten werd verder oni op plant son. te klein of ongeschikt voor dooprichting vun een Comité, ijveraars aan te stellen. Door verschillende dames wcril hierna versing uitgebracht van de verrichte werk zaamheden van de comité's. Roozcndnal hield reu ;cut r.i fancy-fair, die een batig saldo van f2500 voor het Liefdewerk opbracht. Do kroon spande echter Bcrgcn-op-Zo>.m dat eveneens een tentoonstelling en fan.;.- fair organiseerde, welke een batig sil l<> van ruim f3000 opleverden. Bovendien werd aan het muziek!. >rps van dc blinden te Grave een violoncel geschonken, waar aan dringend behoefte was. Nadat frater Adrianus nog enkele mode- 1 deelingen had gedaun over het Maand schrift, dat met graagte door dn blinde go- lezen wordt, werd de vergadering ge schorst cn in liet Weeshuis de lunseh ge bruikt. In de middogbijeenkoms: werden eerst verschillende huishoudelijke aangelegen heden besproken, waarbij fr. M. Adrianus de gevraagde inlichtingen verschafte. Daarna werd pedel 11 "listroerd het ni •uva machinaal prikker;.1 toestel v,oor het ver vaardigen van Braille-schrift, welk t'-c 1 •uitgevonden i« door Frater Adrinni Het toestel werkt ongeveer als een schrijfmachine met dit verschil, dat'men maar toetsen heeft. Het papier loopt niet over een rol, maar ligt vlak op het toe-Gel. Het groote »voor.le. 1 van dit nici.'.e too st el is ten zeerste, «lat het tvveo maal zoo vlug werkt als liandprikkcn en op de twee de plaats dat het een besparing van 190 pet. geeft op papierkosten, dood ut he: 1 a- pier aan beide zijden kan geprikt v. or.Yn. Wanneer b.v. de Catechismus Van Pol lers zou geprikt worden, zouden daarvoor volgens de huidige methode 00 banden noodig zijn met d nieuwo machine 30 banden dat beteckenl een besparing vin f30 aan papier. Van de machine, di vervaardigd is door do firma Hamson on Caminado tc Rotter dam, op aanwijzingen van frater Adrianus zullen voorloopig 12 exemplaren v. orden gemaakt. Alle comité's krijgen bij loting de ma chine 11 «lagen op proef. Uit eigen Ins kunnen zij dan, zoo dc proef bevalt, een of meer exemplaren bestellen. Nadat de machine aan de aanwezigen was uitgelegd, werd do rondvraag gehou den, waarvan een druk gebruik gemaakt werd. De presidente, Mevr. L. van D 'in i -lcn, sprak hierna het slotwoord. als liij Craddock niet liet weten, dat zijn attenties voor Joyce door haar vader wel willend werden opgenomen. Maar nis zijn overwegingen ontbloot zouden word.-n van de weefsels zijner verbeelding, tot de waarheid in haar naakte strengheid bloot kwam, moet toegegeven worden dat hij van Joyce uitsluitend maakte met het oog op zijn eigen gemak. Een spelletje bézique volgde op Crad docks wandeling met Joyce en een sigaret met een whisky-soda troostte hem Voor het verdwijnen der dames. „En dus moet U morgen werkelijk weer naar Londen?" zei Philip. ..Kunnen wij U op geen enkele manier overhalen nog een nacht hier Ie blijven? Tn uw bcscheidcn- I eid heeft U er geen idee van wat een op- frissching het voor ons in onze afzonde ring is, de atmosfeer der groote stad eens zijn plannen voor een mogelijk huwelijk c\en om ons te hebben. Ja, ik mag wel zeggen „ons", wartt mijn lieve kleine Joyce was zoo blij dat U kwam. Zou liet niet goed zijn als U dat venster sloot? Tk ben er zeker van «lat U op den toslit zit." Dat moest natuurlijk beteokenen «lat Philip op den tocht zat, wat C'raddock heel goed begreep. „Ik zei dus, dat Joyce zoo blij was," her haalde haar vader. „Ik verlang niets liever dan het juf frouw Jovce aangenaam te maken," zei Craddock. „Dat doet U; ik ben cr zeker van. Die beste Joyce! Ik weet dat het mij niet lang meer vergund zal zijn haar een tehuis te verschaffen. Haar toekomst houdt mijn gedachten onophoudelijk bezig. Maar zij zal wel iemand ontmoeten tot wien zij zi.di voelt aangetrokken, als wij overwin teren in Egypte. Ze ziet er niet kwaad uit? vindt U wel? Ik geloof «lat cr verschillen de geschikte mannen moeten zijn waar van zij cr oen Iriar gunsten zou willen scheuken. Zeker, zeker!" Alles was zoo zachtjes en peinzend ge zegd; het leek wel alsof de kalme zons- ondergang van den scheidende dag erover hing. Het resultaat was dat Arthur C'rad dock opstond en in stilte op en neer ging v..indelen door de kamer. „Wilt U mij uw toestemming geven om ondergang van den scheidenden «lag erover gelukkigst cn van alle mannen wil maken?" trocg hij. „Mijn beste vriend!" zei Philip met uit gestoken hand. T W E ED E H )OFDSTU K. Dc dageraad maakte «le lucht helde., hoewel dc zon nog niet opgegaan was, toen Charles Lat hom den volgenden mor gen ont waakte in zijn t< nt bij den 111 ioi - oever. Dicht bij hem iu beperkte ruim«3 lag zijn broer Reggie nog vast te slapen op zijn rug met. zijn mond een beetje 1 pen, een lok van zijn verward haar over zijn voorhoofd cn een blooten bruinen arm en schouder boven het laken dat luhtig over hem heen lag.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 11