"t oogenklik stilzwijgend voorbij. Vermot- den we alieen, dat de mistletoe één van de meest geheimzinnige planten is. Meer van belang voor ons zijn de ande re bes-dragende heesters, oa. de verschil len de cotoneaster8 (cotoneaster horizonta ls, Cot-Franchettii, col Simonsii enz.), die zich in 't najaar en den winter tooien met een massa roodo of oranjeroode bessen, 't Zijn heel goedkoope heestertjes van met te groeten omvang, die in een border heel goed op hun plaats zijn, wijl ze ook de zon verdragen kunnen. Verder komen als heedragende heesters in aanmerking de bekende meidoorn va riëteiten, vooral de Crataegus pyraeantha, dan de Berberissen, o.a. Berberis vulgare met oranjobessen en do Berberis fcqui- folia, is prachtig om 't blad voor decoratie te gebruiken (blauwe bessen, groeit graag in een weinig schaduw, schitterend bruin groen blad); de Eleagnus edulis brengt ook prachtige vruchten voort, die zelfs evenals die van de bottebroos (Rosa ca- nina) en de Rosa rugosa geconfijt kun nen worden. Be rozenbottels (rozenvruch- ten) afkomstig van de hierbovengenoemdo z.g. wilde rozen hebben een zeer eigen- aardigen typischen vorm, en 't is te ver wonderen, dat men ze in flinke tuinen (zo groeien sterk) niet meer ziet. Al do hierop genoemde heesters stellen absoluut geen bijzondere eischen en zijn zeer goedkoop bij iederen kweeker te be komen, zoodat het ieder mogelijk is, ook in don winter, met z'n tijd medo te gaan, zonder groote onkosten. Over de éénjarige planten, welks vruch ten ter versiering worden aangewend, heb ben we nu nog niet eens gesproken. Hier over nog weieens later. V. H. Vragen aan de Redactie van „Be Leid- sche Courant". DE ARMO DE VAN 0 L. VROUW. Het liet al'es dokter Chctwynde, toen hij op Kerstavond voor het venster van de kliniek stond, volmaakt onverschillig. Wat hem te doen stond, was een uitgemaakte zaak. Clara bad geschreven: ,.Jo zult zelf inzien, dat het absoluut onmogelijk is Je zult het volkomen begrijpen, daar ben ik zeker van." Ja, hij begreep hot. Hij keek naar buiten, naar de modderi ge straat met de hooge huizenrijen, naar de regen, die kil neerdrufilde uit een vuile lucht op het vieze plaveisel. ClaTa had al tijd gelijk; en had hef altijd gehad. Zotfs in zijn éigen onzekerheid, kon hij haar vertrouwen. Bat had hij haar verleden jaar ook ge- daan, toen het hem als bijna ongepast voorkwam, dat zij, zoo kalm en zoo be daard, zoo zacht en vol rustige overtui ging, liet over zich kon verkrijgen Som te beminnen, die geen geloof bezat in Le ven of Bood, en die een jaar geleden dat gene ging verliezen, wat hij nu. naar het scheen, gehéél verloren had: zijn geloof aan hetgeen Hiernamaals komt. Hij vertrouwt haar weer. Een Katho liek kon niet samenleven met iemand, die zidh iribgaf als agnosticiöt, ja zolfs als god loochenaar. Zij had gelijk Arme Klaar! Hoe teleurgesteld moet zij geweest zijn, want toen hij haar iets van ziin moerin gen vertelde, had zij geglimlacht, en. dat wist hij, voor hem gebeden. Zii kon niet gelooven. dat hij, opgevoed in het Katho licisme, het Geloof kon verlaten, waarin zij haar overtuiging vond. Tnfussehen, het was geschied; en daar mee had zij rekening te houden. Zij had hem geschreven, onmiddellijk nadat zij uit zijn artikelen in een liberaal dag blad. tot die conrlus'e was gekomen. Het was nu voorbij. Een episode was afgeslo ten - Geoffrey stond nog steeds fe staren in de naargeestige straat en overwoog de po sitie waarin hij nu geplaatst was. Hij was vrij. Be laaf dn hindernis, zijn aan hankelijkheid voor Klaar, was opgeheven. Geen geloof hield hem meer'tegen. H'j. als dokter, zou zich geheel kunnen wijden aan al die duizenden, die noodig waren voor de wereld en voor wie gezondheid en levenslust. een eisch was. Zij waren zijn werk. Gevoelskwesties waren verdwenen Clara was verdwenen. Spoedig zou de hel van de kliniek wopt onophoudelijk kinken voor het avond- sprenkuur. Be patiënten zouden hem op wachten. Ban was er weer werk! Moreen was het Kerstdag. Clara hield van Kerstmis. Hij was van plan geweest, de dag hij haar dooT te brengen, en nu was alles voorbij en Kerstmis was een le gende, een fantasie geworden. Baar k'orik d^ bot! Be paf'ënten kwamen, hitna allen vrou wen met kinderen, met lijdende gezichten. Kerslm's kon hun lijden n'ef helpenHet had geen tastbare boodschap voot men schen a's deze! Boktor Chetwynd'e. in zijn witte ja-s, druk doende, onwillekeurig vriendelijk en hartelijk zijnd, hielp zijn patiënten, totdat hij ten slotte zich vermoeM en vervelend tot zijn laatste patiënt keerde een vrouw met oen baby in haar sjaal gewikkeld. Zelfs in het harde, ongevoelige éleetri- sche licht zag haar gezicht er jong en mooi uit. Slechts haar oogen waren droovig en vol diepe ervaring. Toch ware» zij niet als ai dl'e andere droeve oocen. Zoo veel «achter, vol smart maar zonder bitterheid. ..Zij kijkt op Klaar." dacht de dokter onwillekeurig1. „"Dezelfde manier van uit drukking.'' „Er is niets verkeerd met dit kind", zei bij even later, „behalve een ding de honger. Hef is systematisch ondervoed. Begrijpt n me?" Zij keek hem aan hij bemerkte niet hoe strak en knikte. „Systematisch ondervoed", herhaalde hij. „Wel, jk geloof niet. dat er veel aan te doen is. Op do eerste plaats moet u voor u zelf zorgen." Hij keek weer naar de baby. Een mager ding. maar dat kwam door bef gebrek aan goed eten. Donker van tint en bleek, maar werkelijk een ongewoon mooi kind voor zoo'n jong kind en voor zoo'n kind! Het lag rustig, zijn donkere oogjes naa.r den dokter koerend. Br. Chctwynde glimlachte tegen de vtouw en streek de baby over zijn wangetje. Be stem van de vrouw trilde, toen zij antwoordde: „Ondervoed. 0, ja, dat weet ik. Tk wocht en ik vraag, maar ik kan geen voedsel voor hem krijgen." Be dokter keek haar nieuwsgierig aan. „Zoo", zei hij. „Maar wel. gaat u een oogen-bUk zitten. Wat bent u?" Zij bleef staan ..Tk bedel", zei de zij zachtjes, ,voor hem." Er was een lange stilte. Toen zei de dok ter eindelijk: ..Tk begrijp 't: u hebt een moeilijke tijd doorgemaakt." Maar de vrouw antwoordde niet, en, zich een beetje verwonderend, schreef hij een recept. Toen ze zich omkeerde om weg te raan. zei de hij: „Waar woont u? Misschien kan ik u een beetje helpen. Zoo kunt u niet blijven doorgaan." Er was iets van levendige nieuwsgierig heid in haar oogen en daarbij ook een glimpje van zachte vreugd. Toen hij zich naar zijn schrijftafel wendde, ontdekte dr. Chetwvnde in ziin binnenste een gevoen van verw'jf. van schuld, alsof hij een of ander vrceseMjke vergissing ha<^ gemaakt, schuldig was aan een zorgeloosheid, die goedgemaakt moest worden, en dat zij. hoewel nederig een beroep doend, niette min deze verzoening verwachtte. .Wacht. Tk zal uw adres opschrijven." Zij was toch een arme ziel, die hulp noodig had. H'j keek rond. en bleef vol verbazing staan, want zij was verdwenen 'Hij had niets gehoord, niets gezien. Zij bad eenvoudig opgehouden er te zijn. Hij ging naar de deur en keek naar buiten. Be gang was leeg. Tn de apotheek was Clarke, die de recepten schreef, aan het sluiten voor den feestdag. Hij glim lach fe. „Er zijn er weer heel wat geweest van avond, dokter Een gelukkige Kerstmis voor velen, denk ik." Dr. ChetwyncTe keek rond. „Ts hier zoo juist een vrouw met een baby doorgeko men. Clarke?" „Een vrouw mgt een Neen, dokter. Er is hier niemand in 't laatste kwartier geweest." „Wel zij wasBe stem van de dokter verdween, en hij keerde met gefronste wenkbrauwen terug naar de kliniek. Het was werkelijk idioot. Hij keek naar bene den in do straat, die nu donker was. Ge stagen bewogen er zich op cn neer, maar niet een geleek de vreemde persoon, die zoo plotseling was verdwenen. Eenigon tijd later stapte Geoffrey Chet- wynde, de behoefte gevoelde aan frissche lucht, vlug door de straten en dacht na. Hij dacht aan het incident in zijn kliniek, maar hij kon er geen bevre digende verklaring voor vinden Bat wond hem op, want hij had een afkeer van din gen, waarvoor geen bevredigende verkla ring was. H:j .stapte nog vlugger door. Het was reeds lang na middernacht, en hij was nu in Bethnal Green en de hoek van een straat omgaand stond hij tegen over het kleine, grauwe gebouw van een Katholieke Kerk. Het volk kwam de kerk uit. Natuurlijk uit de Nachtmis, en in iemand, die op het-trottoir stond, herken de hij, met een opwelling van warmte, de vrouw die verdwenen was. Zij had hem verteld, dat zij bedelde, en hier was zij aan het bedelen. Be baby was nog steeds in haar armen. Zonder aarzeling stapte Geoffrey in de schaduw van de kerk en keek. Toen, ter- wijl hij zag het geduldige bedelen van het meisje en de ongevoelige, negeerende hou ding der menschen, werd hij opn'euw vervuld van dat gevoel iets verplicht te zijn. Hij dacht eraan, dat zij een bedelares was. maar het kwam niet in hem op, te denken dat zij een bedriegster was. Hij stapte vooruit met ëen beschaamd verlan gen iets tegen haar te zeggen, iets te doen om de onverschilligheid der anderen goed te maken. Maar toen hij bewoog, bewoog zij zich ook. Hij volgde haar op d'e trap pen en door het verlichte portaal. Tn de kerk brandden alleen nog de kaar sen. He lucht was nog nevelig van de wierook, maar de stilte der verlatenheid daalde reeds neer. Hij keek rond. Hij wist, dat zij hier ergens moest zijn, knielend in de onzekere schaduwen en hij moest haar vinden. In een hoek stond de Kribbe, en, als door een plotselinge ingeving, ging Geoffrey daar naar toe: Het was een tamelijk ge woon kribbetje, maar zoo prachtig als vele maar gewone dingen zijn, met sterren en sneeuw en mos. Geoffrey tfoof ernaar met milde mScfiïB ■kelijkiheid. Wel, wel. En toen plotseling, vond hij haar, dia hij zocht. Zij leunde over de kribbe en keek naar haar Kind. En plotseling werd! hem duidelijk, wie Zij was. „Ik bedel voor. Hem" dat wa$ de Vrouw. In de kribbe lag het K nd. het Kmd ..systematisch" on dervoed. Armoede. Bedelaars... Hij bleef daar knielen, en besefte, daï het geneesm'ddel in zijn eigen hand lag. Hij verte'dc er Klaar over toen zij weer bij eRcaar waren, alsof nooit iets hen ge-1 scheiden had. Met haar 1'eve glimlach: zeide z:j hem: „Wel, het was toen, dat ik voor jou zoo extra hard gebeden heb. Ik wist, dat je terug zou komen. Je moest eenvoudig." Clara had altijd 'gelijk. F UITZETTEN. (Vlaamsche schets). Als de nolaj-is en de twee getuigen dé deur uit waren kwam Martha terug bin* nen. Nonkel Louis lag in zijn breeden leunr stoel, en trok de wollen deken over zijn beenen. Zijn ééne kaak stond wel scheef van de pijn, maar toch lachte hij: Nichtje, nu is het gedaan. Nu is mijn testament gemaakt. En ik heber deugd van gehad. De notaris heeft zijn oogen nog al open gezet. En de twee getuigen nog meer. Ze wisten niet dat ik zoo rijk was. Dat hadden ze niet verwacht, neen Zit ge gemakkelijk eenoog. Nonkel? vroeg het meisje. Ja, ja, zei hij. En heel mijn fortuin ie voor mijne familie. Ge zult er allemaal goed bij varen. En ge zult ook allemaal staan kijken als het voor den dag komt. Ge zult er van verschieten, dat het zóóveel is. Dat ik zóó rijk ben. «Kom, Nonkel, zei Martha, we zullen' bidden, dat ge nog lang leeft. Ja, ja. k Weet het wel, dat gij op het geld niet .uit zijt. Maar algelijk, ge zuTt toch staan te zien. En in het dorp ook. Als de menschen later vernemen: hoeveel ik bijeen gebracht heb, in mijn leven "Zijt ge nu niet moei, Nonkel? Etf zoudt ge niet wat rusten? zei Martha, om hem te stutten. Neen, neen, het gaat me vandaag. Geef me daar die twee papieren.Neen, die daar, op de tafel, 'k Zal u eens laten zien hoe rijk ik ben. Neen, die twee groots bladen, onder die gazet. Ja die. En dat- potlood ook. Nonkel Louis nam de twee vollen pac pier. Ze bibberden in zijn hand, en m» het puntje van het potlood reed hij ef over en wees aan. BESCHRIJVING DER PLAAT. No. 323. Een zeer aardige japon die als informeel© robe (fe soir diensten kan bewijzen voor diners of voor'theater. Men kan haar vervaardigen in velours chiffon of fluweel in de tint „bois de rose", een kleur het midden houdend tusschen licht beige en oud-rose Het lijfje en de mou wen zijn eenvoudig recht en glad gehou den, waarhij dient opgemerkt dat de hals opening gegarneerd is met een lijn in bijpassend soutache zoodat er een onge veer 2 c.M. brecde strook ontslaat. Lijfje en rok worden verbonden door een gedra peerde heupband of ceintuur. Het rokje heeft van voren drie los overhangende en ongeveer 12 c.M. breede strooken d e van onder met wit bont gegarneerd zijn Onder elk dezer strooken verborgen heeft de rok een diepe stolpplooi om hem de noodige ruimte te geven. Be gameering met wit bont herhaalt zich onder aan de mouwen. Kousen tint. bols de rose; schoenen iets donkerdeT of goud. Pafroon f 1 35. No 324. Model voor oen hooe elegante wintermantel van donker bruin-paars flu weel Be achterkant vraagt hier een be langrijk deel der aandacht, daar hier alle ruimte geconcentreerd is in hef onderste gedeelte en wel in dien zin dat de taillelijn een naar beneden gerichte Irrommme ver toont. Be voorkant is geheel recht en glad; we zien hier echter de merkwaardigheid van een overslaand voorpand dat precies ïot aan de middenlijn van het lichaam reikt en hier gegarneerd wordt met een breedo strook skunks bont, welke zich voortzet langs den sinalkraag. He bont- strook van het ondervallond pand der an dere zijde wordt zoodanig aangebracht dal zij juist tegen de eerste stmok voltBe mouwen hebben een bonfmanchet die naar onder verwijdt Voering der mantel met Keht-beige zijde. Patroon f 1.35. No. 825. Een eenvondige wintermantel van donker groene wollen rips. Be beide Voorpanden hebben van voren elk een ■platte plooi over de geheele lengte. Be rug fe recht en fiflad tOTwiil in elk der zi«naden Van onder een driehoekig stuk gezet is Ier verkrijging van de klokvorm. Be mouwen rijn nanw en recht en van onder even- aks de fraaie sJaaTkraag bezet met seal bont. Do binnenkant dor mantel wordt ge voerd met gelïïocmd-beige zijde. Kousen ïicht-boigo en schoenen donkerbruin ueau de snéde of zwart leer. Hoed bijpassend groen of zwart. Patroon f 1.35. Nb. 325. Een moderne mantel van „Wen'' velours de laine. Het voorpand hooft een breeden overslag doch is overi gens zonder eenige bijzondere bewerking. Daarentegen heeft de rug vanonder twee gmolo plooien, ontstaan door het invoegen van puntig toeloop en de stukken en be kroond door eon geborduurd rijden pijltje. Be mouwen zijn gegarneerd met een strook skunks bout niet geheel tot den onder kant reikt. Ook de kraag is bezet met skunks. Een zwart hoedje, beige kousen en zwarte of blauwe schoenen. Patroon f 1.35. No. 327. Een aardige middag japon van beige crêpe de chine. Het lijfje is recht, doch heeft langs de halsopening een strookje fluweel in de zelfde tint en in de rijden een dubbefle opgestikte naad. Be taillebandwordt als „matelassée" diago naal gefronsd en van achter eegarncerd met een groote afhangende strik. Be rok is van ach teer glad doch van voren ruim geplooid op den tailleband gezet en voor zien van twee smalle strooken Marderbont, hetwelk men eveneens bezigt #ter gamee ring der mouw. Kousen en schoenen l>eide beige. Patroon f 1.35. WAT JANUARI ONS BRENGT... Als do December-maand voorbij is met haar heerlijke feesten, die toch voor de huisvrouw ^ooveel extra bezigheden verg den, staan wij weer voor den aanvang van oen nieuw jaar, dut bet goed© en heft kwade wat het ons brengen zal, voor ons verborgen houdt en slechts dag na dag den skrier een weinig zai oplichten, totdat deze geheel van ons zal rijn weggenomen, «ooals nü over 1925 het geval ie. Laten wij hopen, dat dit jaar voor ons allen voel goeds zal inhouden, eoodat 1926 een gelukkig en zalig jaar voor ons zal worden. De maand Januari brengt weer andere bezigheden .met zich mede dan December. Hadden wij in de laatste maand mis schien niet veel tijd om onze aandacht te Wijden aan nieuwe kleeren, deze maand dwingt ons er wel toe, zelfs al zouden wij vinden dat onze garderobe beslist in orde is. Gaat n maar eerst eens een middag winkelen in een groote stad en u zult be grijpen wat ik bedoel. Een vrouw die in Januari gaat winkeflou en er zonder kleer scheuren van af komt, dat is een sprookje. Be respectievélijke echtgenootcn zullen hef veelal met mij eens zijn!? „Uifverkoop". ..Opruiming". Ziedaar, dat zegt toch alles? Een „aardig" lapje rijde, een couponne tje stof, een „leuk" stukje goudkant, *n paar ellen galon, een restantie fluweel enz. Toch is een „Uitverkoop" voor vele dames een goed ding. "Wie niet dadelijk in den aanvang van een seizoen den vollen prijs kan besteden, vindt gelegenheid thans te koopen, wat zo t&en al zoo erg ver langd heeft en ze betaalt veel minder dan in H begin-seizoen. Heusch. in de op ruimingen worden er evengoed mooie en moderne kleedings tukken verkocht, die heol in 't begin nog peperduur waren. Het spreekt toch van zelf, dat de mode zaken liever hun win ter-artikelen geheel uitverkoopen voor een 1 ageren prijs om bij "t volgend seizoen met uitsluitend „haute nouveaulé's" te kunnen beginnen, dan zooveel goed over te houden. Toch zijn overleg en een practische zin goede eigen schappen van de vrouw, die in Januari op haar koop gaatl KOUSEN-MODE. De wollen kous wordt waarlijk door de mode-wereld toch nog als iets practisch beschouwd, ondanks het feit dat de dunne, spinneweb-achtige haar zoo langen tijd verdrong. Men schijnt tot het verstandige inricht te zijn gekomen dat een vochtig klimaat en een koud seizoen andere eischen aan bocnbekleedine stellen, dan een doorzichtig zijden omhulsel. Tn Parijs draagt de vrouw die de mode aanhangt (en dat doen ze allen) bij elk costuum wollen kousen in dezelfde, tint. Ze gelijken veel op de z.g. sportkousen, welke hier door de jongeheer en gedragen worden. Vaal grijze of bruine schoenen worden er bij gedragen, die van een eenigszins sportief model zijn. ANNIE M. M. PATRONEN NAAR MAAT. Papieren patronen op maat gemaakt, kunnen besteld worden onder toezending of bijvoeging van het bepaalde bedrag phis 15 cent porto, aan het Comptoir des Pairons, Molenstraat 48 B, Den Haag. D" maten op te geven volgens onderstaand^ teekening. J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 10