IciisÉ Courant"
waede Blad
nSdag 27 October 1925
UIT DE PERS
u M. DE KONINGIN EN DE
LIMBURGERS.
«nrede te Tilburg moet de Nijmeeg-
boogjporaar dr. Gerard Brem o.a.
verklaard:
[et geloof zit er diep in bij ons ka-;
volk. Het is van geslacht op ge^
lot ons overgegaan, en wo h'erinne-
allen, welke offers soms voor het
r_ gebracht zijn moeten worden. En
"dan ook in 1918 de angstig.» re volu
ien aanbraken, waren de ka tb olie-
het. die het land redding brachlen.
eenheid en een broederschap vor-
op sociaal gebied. Bij ons geen
(csirijd, maar een groeiend gevol van
irileit."
_aton Kerk, het officieel orgaan
Hervormd? Staatspartij, repliceert op
worden in hot nummer van 18 Oeto-
roigenderwijs:
praatje over de Roomse he redders
pdorlands in 1918 hebben we nu al
raak gehoord in de ultramontaansche
Jat we het nu wel eens even mogen
«ellen.
tneer de roomschen niet met die
lte-„revolutie" meedoen wilden, was
raarlijk niet uit liefde voor Oranje,
Koningin Wilhelmina, voor het
elijk huis of voor het „vaderland''!
Want wanneer de vreemdeling in
faticaan in Italië liet voorschrijven
stonden er honderden Balthasar Ge
en honderden Alva's op om het be
nden beer Ratti uil Rome op te vol-
)ver de Roomsche bewoners van Ne-;
ld heersebt de heer Ratti het aller-
Roomschen hadden er geen be'ang
lat het No vember-avon tuurt je slaag-
was voor hen geen voordeel in ten
van Roomsche machtsuitbreiding,
er wel voordeel te behalen goweest,
van Rome, don had al wa:t
sch was meegedaan. Zóo zit de zaak
ander. Rome dacht nu: ga op zij met
in? om de macht in handen te krij-
ils bet gelukken mag, hebben wij, de
•chen. er niets aan. Wo doen niet
d zullen tegenover u staan. Wanneer
pq tijd gekomen achten, dan zul-
het zélf wel doen, en te onze ha:te.
en dat alleen was in de dagen van
è?r 1918 de Roomsche mentaliteit,
weten wel, dat deze uileg door het
sndsche volk. dat waarlijk Neder-
is, aanvaard werd en wordt, doch
dit nog eens even vastleggen."
Tijd teekent hierbij aan:
zijn feilen en daarom mogen wij
lien tegenover dit leugenachtig fana-
er even aan herinneren, zegt Do
H. M. de Konhvrin dezer dagen
zegetocht door het katholieke Lim-
maakfe. De Landsvrouwe deed o.a.
!t dorp Venray aan. Waarom?
is bekend, aldus het dagblad ..De
uf' van 22 October, dat het ingezet
tan Venray waren, die in de donkere
van 19J8 zich ten dtensle van het
thuis stelden en zich als eersten in
kan kwamen aanmelden. Do veer-
ffldstormors, dio ploeg of werkplaats
kn on zonder vragen in 1918 zich
umip.ldden, zijn ook thans aan-
H M. bracht deze aan het Oranje-
vorknochten thans dank voor deze
inein WiMielmina zelf heeft die
der katholieke Limburgers niet ver
in haar korte toespraak te Venray
nkliaar hen Ik echter, dat het mij
is persoonlijk te ervaren, rat do
trs dozer gemeente en van heel den.
in trouw aan het ondeelbaar va-
en in verknocMhe'd aan Mi in
»l niemand achterblijven. Mogen zij,
~"'hf en ontij nnl w'sten te slaan.
macht van den Eenvoud.
loot PASSE PARTOUT.
aan den nieuwen morgen hun vol deel en
een gelukkig© toekomst tegemoetgiaan."
Dit wildon wij hier maar eens even
vastleggen en voor de rest aan de predi
kanten. die de redactie voeren in „Staat
en Kerk" vragen, of zij zich n'et een wei
nig scliameü voor bovenstaand onbe
schaamd en onbeschaafd geschrijf over
„den heer Ratti"?
STADSNIEUWS
GEMEENTERAAD.
(Vervolg).
9o. Voorstel tot het instellen van be
roep bij de Kroon van do beslissing van
Gedeputeerde Staten op de beroepen van
een 2-tal schoolbesturen tegen het Raads
besluit van 26 Januari 1925. betreffend'©
de vaststelling van de bijdrage in de kosten
van 'het hijzonder vervolgonderwijs over
1923.
De heer Zuid om a zegt, dat liet voor
de gemeente vam minder he teekenis is,
doch van des te grootfr beteeken is voor de
betrokken personen Spr kan zich met het
voorstel van B en W niet vereenigen. De
argumenten van Ged. Staten acht spr. zeer
sterk. De uitspraak van Ged. Staten is
o.a. genomen na het advies' van den on->
dcrwijsraad ingewonnen te hebben en ge
documenteerd met verwijzing naar ver
schillende wet sar (i keten. Dat er vroeger
niet over gesproken is, ligt niet daarin,
dat men het vroeger met B. en W. eens
was. Spr. ziet geen reden om de zaak. die
voor hem duidelijk is, in hooger beroep te
brengen.
De heer Oost dam acht het in liet be
lang van de rechtszekerheid, dat men tot
de hoogste instantie gaat. Spr. zal dus
stemmen voor dit voorstel, alleen om deze
reden.
De heer Wilbrink sluit zich aan hij
den lieer Zuidema.
Wethouder Moynen zegt, dat de ge
lijkstelling yam bijzondere en openbare
scholen hier in het gedrang komt. Er ha
pert hier iets aan de ge^jkslelling Dat ligt
niet aan liet gemeentebestuur, maar dat
ligt aan de plotselinge intrekking van de
regeeringssubsidio voor het vervoleonder-
wijs. Tot de daardoor gedupeerden be
hoorden zoowel het gemeentebestuur als
de bijzondere schoten. Men heeft toen liet
departement van onderwijs op de leemte,
daardoor ontstaan, attent gemaakt. Even
wel -tevergeefs. Had het gemeentebestuur
teen de volle subsidie, die de regeer:ng
liet varen, op zich genomen, dan zou het
bijz. onderwijs niet de dupe geworden
zijn. Doch het gemeentebestuur wensehfe
dat niet zonder meer te doen. Een verwijt
van onbillijkheid kan het gemeentebestuur
daarvoor niet treffen. Do gemeente keerde
dus alleen subsidie uit volgens hetgeen er
voor rekening van de gemeente gebleven
was. Men heeft toen telkens liet afgeteone.n
jaar als basis gebruikt. Vroeger kwam dat
er weinig op aan, en men kwam er niet
tegenop, maar thans scheelt het liee1 wat.
Spr. keurt fret niet goed, dat Ged. Staten
hier met de schoolbesturen meegaan Den
schoolbesturen neemt spr. dat niet kwa
lijk. Spr. gaaf daarna in op ecnige tech-
n'sche kwesties, vooral de uitschakeling
"Van het jaar 1922 met de gevolgen daar
van, besprekende. Do kwestie is dus de
schuld van het ontbreken van een over
gangsbepaling na het intrekken van de
regeeringssubsidie Het volgend jaar staan
•we weer voor dezelfde kwestie: welk 'aar
moet als basis dtenen''. Dat moet de hoog
ste instantie, de Kroon, utmaken.
De lieer Zuidema zegt, dat er hier
geen reden is om elkaar verwijten te ma
ken, het gaait hier om verschil var^tand-
punt. Spr. begrijpt dan ook de reden niet,
waarom de overzijde minachtende uitroe
pen laat hooren
Stemmen: „Nou gaat-ie haten". Het
wordt rumoerig»
De voorz. hamert en maant tot zake-
lijkho'd.
Do heer Zuidema gelooft dat ook uil
administratief oogpunt geen roden is tot
beroep. Bovendien is liet steehts een
kwestie van korten tijd, hoogstens nog één
jaar.
De heer Verwey protesteert tegen do
„brutale" gezegden van den lieer Zuidema,
als zou „de overzijde" tegen de bijzondere
scholen zijn.
De heer Zuidema legt de vorktev'ne
af, dat hij met gren woord de S D. A. P.
een verwijt heeft gemaakt.
Stemmen: U hebt gezegd, de „over
zijde".
Do lieer Dubbel de man begrijpt dal
alles niet. Hij begint te vermoeden, dat er
misschien iets anders in het spel is. Nie
mand denkt eraan, de bijzondere scholen
iets te onthouden.
Hot voorstel wordt daarna aangenomen
met 23 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de
hoeren Huurman, Zuidoma, Spendel, Wil
brink, Coster en Bergers.
lQo. Voorstel in zake de instelling van
een sehoolspreekuiir.
De lieer Wilbrink ziet aan de hand
van de argumentatie van B en W niet
in, waarvoor deze instelling noodig is
Men laat allen vrij. Maar waarom is dan
dat spreekuur noodig. a's men toeli direct
naar den huisarts kan gaan? Waarom
moet rerst de schoolarts het kind onderzoe
kon, dio zelf geen advies kan geven, maar
het kind naar dén huisarts moet sturen.
De huisarts weet veel beter, in hoeverre
een gebrek een gevolg is van de school.
De lieer Deumer meent, dat deze ver
ordening zijn nut hoeft voor de kinderen,
wier ouders niet <le noodige zorg voor hen
hebben.
De lieer Knuttel gelooft, dat de heer
Wilhr nk meer naar het belang der ouders
kijkt, dan naar dat der kinderen Spr. zou
hot onderzoek verplichtend willen stellen.
Evenwel een amendement in deze zou toch
geen resultaat opleveren. Men komt eerst
hij een huisdokter als de kwaal zich open
baart. en het is juist de .taak \a.n liet on-
d rzoek de eerste symptomen tijdig le ont
dekken
De heer Ooslilnm w:jst o-ron, dat wij
a' een geneeskundig toezicht hebben. Wij
hebben 4 school art,'en en een verpleegster.
Nu krijgen we weer ren opper-schoolarts.
Waarom is dal noodig? Doen de school
artsen hun plicht niet. Laten de ouders
meer contact zoeken met de schoolartsén.
De lieer Zuidema gelooft, dat men uit
bezuiivigmn-geovGrwegingen er voor moet
waken, dat eT geen nteuwe onnoodige uit
gaven worden gedaan. Hel begint hier
weer eenvoudig, en later wordt dat weer
•groofer en grooter. Het is natuurlijk heel
mooi, maar noodig acht spr. liet n:ct. Het
zou hier gaan om gebreken, die aan het
oog der schoolartsen ontsnapnen. Spr. ge
looft niet, dat do ouders zulke gebreken
wel zullen zien.
De heer Heemskerk juicht liet voor
stel van B en W. toe. Twee bezwaren wor
den aangevoerd, n.l de bezuiniging en de
taak der ouders. Men moet henruiten,
maar niet op de vo'ks gezondheid. Verder
wijst spr. ook op de vr'jhe'd in d<*ze.
Vele ouders echter vatten hier hun taak al
zeer eigenaardig op, uit onkunde, onver
schilligheid als andersz'uds. De school
artsen moeten betrekkelijk oppervlakkig
insnecteeren. Daarom acht hij een dieper
onderzoek zkeer wel gewensclit.
Bij den heer Verwey staat niet voorop
de u'tbreiding van een tak van overheids
dienst, maar d© gezondheid van het kind.
Sur. juicht de voorgestelde maatregel ten
zeerste toe.
Wethouder Meynen zegt dat hier
niets nieuws gebeurt. Alles valt binnen bet
kader van liet medisch school toezicht Er
zijn gebreken, die aan de aandacht van
de schoolartsen moe-ten ontenappen. De
•ouders zien dat n'et en zoo b':ift hef kwaad
bestaan en woekert voort De maatregel
bedoo't beseherming van de gemeenscha©
tegen de zorgelooshe'd in de gezinnen De
ervaring leert, dat er veel zorgeloosheid
bestaat bii de ouders De geneesheer, die
dan het kind behandelt, behoeft niet te
steunen en het advies van de onderzoeken
de schoolarts. Het i-s een belang vo«r de
u er son en zelf. maar ook oen be'ang voor
de gemeente, d'e meer beveiligd wordt te
gen besmettelijke ziekte én meer bevrijdt
wordt van pliysieke non-valeurs. Het 's
hovend'en maar een proef. Wij kunnen de
resultaten afwachten
De heer Eerdmans wen~ ht eeniee
inlichtingen. Hoe komen die kindoren op
het spreekuur, als do aanmelding vrüwil
lig is.
De voorz.: De ouders worden opge
roepen.
De lieer Bergers is tegen liet voor
stel. Tte ouders zulten in ecr.de instantie
•de kinderen moeten onderzoeken. 7-.-^-
looze ouders zullen ook n et op het spreek
uur komen
De lieer Oostdam: Hot gaat hier om
zeer verborgen, gebreken, En daarom zou
den de ouders naar dr. Horst moeten
gaan? Spr. bepleit nog een nauwer con
tact met do schookiTtson. Laai de school
artsen dat spreekuur zelf houden. Waarom
moet dr. Horst dat doen in zijn vrijen tijd.
De lieer Zuidema is ook niet over
tuigd. Wat is dan d© tank van do school
artsen? Er word'en in het praeadvies al
lerlei ziekten opgenoemd, die aan do aan
dacht ontsnappen. Maar wat zien zij dan
wel, behalve do hoofden der kinderen aan
den buitenkant?
De wethouder noemt aJs hoofdmotief de
onverschilligheid der ouders. Als zulke
ouders een circulaire krijgen, dan leggen
zij deze naast zich neer. Als wij op dezen
weg voortgaan, waar is dan het eind.
De heer Wilbrink vraagt zteh af,
hoe een moeder haar kind zal laten on
derzoeken, bij dr. Horst, als zij niet de
minst© notie heeft, dat het kiind iets man
keert. Voor goedwillige ouders is do maat
regel niet noodig. Nalatige ouders komen
toch ntet. De maatregel Is dus niet noodig.
De lieer v. Stralen gaat in op de
woorden van den lieer Wilbrink. In vele
gevallen wordt niet de noodige aandacht
geschonken aan een kind dat ©ogenschijn
lijk niets mankeert. Dat geschiedt nu hier.
Spr. juicht de maatregel toe.
Wethouder Mulder wensoht aan do
maatregel niet mede to werken.
Het voorstel wordt lenstelto mot 19 te
gen 11 stemmen aangenomen.
Tegen stemden de hoeren: Bergers,
Oostdam, Eerdmans, v. Hamel, Spendel,
Muld:r, v Rosmalen. Wilbrink, v. <1. Rey-
den, Zu rlemi. Gaster.
llo. Voorstel:
a. tot beschikbaarstelling van golden
voor liet houden van een woning- en ge-
zinstoll'ng;
h. tot aanhouding van het verzoek van
de Woninghouwverooniging „de Een
dracht", om medewerking te verleenen tot
den bouw van 134 woningen en 3 winkels
op een terrein aaii de Driftstraat.
De lieer Kooistra kan zich mot dit
voorstel van B. en W. wat betreft sub a.
wel vereeniqon. Met de argumentatie even
wel niet geheel, doch daarover zal hij
misschien later nog wel spreken.
Ten aanzien van punt b. kan spr. zich
niet voorstellen waarom B. en W. juist
bij het verzoek van de „Eendracht" de
houw der woningen wil stopzetten. Het
verzoek is reeds in Augustus ingekomen
Waarom hebben B en W. niet meege
werkt om een ander huizentype te doen
bouwen dan dat type, waartegen B. en
W. zich zoo verzetten? Spr. vindt liet
type, dat wordt voorgestaan (woningen
inet bovenwoningen voor groote gezinnon)
een nadeel voor den arbeidenden stand.
De lieer Witmans: Er is altijd een
verschil van meoning geweest omtrent, den
woningnood in den laatsten tijd Spr
heeft indertijd als secretaris van de lmur-
commissie met gebrekkige middelen
en op eigen houtje oen onderzoek naar
den woningnood gedaan. Spr. kan zoggen,
dat thans jonggehuwden twee maal zóó
veel kans hebben om een woning te krij
gen als eenigo jaren geleden. Spr. is
zeer sterk voor deze telling. Dan zou wel
eens kunnen blijken, dat die woningbouw
niet zoo noodzakelijk is. Spr. zou die wo
ningtelling zoo spoedig mogelijk willen
doen aflonpen en tevens daarbij willen op
nemen een telling van don te betalen hu
ren.
De hoer v. Stralen meent, dat dit
laatste ook in de bedoeling ligt. Verder
maakt spr ook uit het rapport op, dat
deze telling in 30 dagen zal afloopcn.
Spr. beveelt voor deze telling worklonzen
aan en geen gepensioneerden, zooals het
rapport aangeeft.
Do heer Knuttel meent, dut eon
loon voor do tellers van 4.per dag
te weinig is. Verder heeft hij bezwaar te
gen het voorloopig stopzotten van den
woningbouw. Die telling en de besfudeo-
ring daarvan konden wel eens veel tijd in
beslag nemen. En de toestand op woning-
gebied is toch niet zoo rooskleurig, dat
men de bouw ongestraft kan stopzetten.
De lieer Oostdam rekent daarna
voor, hoeveel woningen reeds in aanbouw
of-in voorbereiding zijn.
De lieer Dubbel d oman vindt, dat
er oen onaangename kant aan do zaak
zit. B. en W. drijven veel te veel op de
ambtenaren. Nu er een nieuwe ambtenaar
UIT DE RADIO-WERELO.
Wat er vanavond te hooren Is.
4.20 Elberfc'ld 259 M. Populair con
cert. Zurich 515 M. Concert.
4.35 Birmingham 4*5 M. Orkest.
Manchester 375 M. Concert. Newcastle
400 M. Muziek.
4.50 Dortmund 288 M. Muziek.
5.05 Radio-Paris 1750 M. Dansmuziek.
5.20 Bournemouth 385 M. Muziek.
Brussel 265 M. Concert.
6.20 Birmingham 475 M. Orkest.
Bournemouth 385 Muziek. Manchester
375 M. Muziek.
7.20 Hamburg 395 M. „Peer Gynt" vau
Ibsen. Münster 485 M. Populair con
cert.
7.22 Oslo 382 M. Concert.
7.35 Hilversum 1050 M. Concert en
lozing door den heer J. Smid over „Land*
bouw en industrie".
7.50 Dortmund 288 M. Puccini-uur.
Elberfeld 259 M. Schoenmaker-kwartet.
Frankfort 470 M. Mozartcyclus. Mün*
ster 410 M. Concert. Zürich 515 M.
Concert.
8.Rome 425 M. Concert.
8.20 Daventry 1600 M. Concert M.
Browne, sopraan, J. Walters, tenor. M.
Fitzgerald, humorist.
Het orkest. Ouverture: „Eine Faust",
(Wagner). Sopraan: „The willou", (Tho
mas). „Cherry ripe", (Lehmann). Orkest:
Scherzo „L'apprenti sorcier", (Duhas).
8.50 Sopraan en tenor: „A night in
Venice", (I.ucantoni). „A-maiden in groy".
(Barnicott). Orkest: Symphonic poem,
„Sadko", fClazounow). Tenor: „Annahello
Leo", (Leslie) „Passing by". (Pureell). Or
kest: „Mars en Jupiter", (Holst).
9.30 Orkest: Marsch Comrades, (Pyr-
rold). The wee Macgregor, (Amers). Humo
rist: „Zis English", (Brayton en Gorke).
Arguments, (Petlier). Castles in the aire,
(Brunton). Orkest: Moonlight dance, Fu-
cick). Selectie: „Reminiscences of Scot
land", (Godfrey).
8.20 Londen 365 M. e.a. Concert.
Manchester 375 M. Speciaal concert.
8.35 Brussel 265 M. Calaconcert
De Rildt 1100 M. Weerbericht.
8.50 München 485 M. Avondconcerl.
Oslo 382 M. Pianorecital. Radio-Paris
1750 M. Concert.
9.35 Petit Parisien 345 M. Concert
10.Hilversum 1050 M. Berichten.
10.50 Alle Britscho stations^ Dansmuziek
van liet Savoy Hotel te London.
i con gedeelte sloot
TTo-pitaal aan den
is gekomen met ruimer inzicht gaat men
lellen. Men had dat veel eerder moeten
doen.
De Voorz. schudt van neen Er is
niets van waar.
Wethouder Mulder meent, dat dozo
telling host in een maand klaar kan komen
als men goede monsohon kan aanstellen.
Den heer Diihholdeman antwoordt spr.
dat hot nitiatief in deze genomen is door
R en W. en niet door eer» ambtenaar Do
telling zal vermoedelijk niet eerder 1 lin
nen beginnen als.l Januari.
Daarna wordt het voorstel z li st. aan
genomen.
12o. Voorstel:
n. tot aankoop v
langs het Milita
Morschwog;
h. tot het aanga
komst in zake de in,
gemeente van den voortuin van het Hospi
taal, sub a bcdoe'd;
c. tot beschikbaarstelling van gold n
voor de verbetering van een gedeelte van
den Moi sch weg en de inrichting van een
wandelpark in voornoemden voortuin.
De heer Deuiner vraagt of liet niet
boter geweest was aan den Raad eea
plan voor te leggen, hoe dat park zal zijn.
De Voor/,.: „Hebben TV on W. dan
lieetemanl geen taak meer?"
De lieer Deumer wenscht verder
meer gelegenheid voor kinderspeelplaats.
De heer Sohüllér z.egt. dat als men
de vloot zou dempen tot aan de brug voor
hel hospitaal, liet park dan geheel «loot-
u'kno
Ie
De Vc
brio.ago.
De heer
de Morsch
voor het 1
De Voc
moet dan i
j r z.Wij hebbc
•ij/.ii
de Co
ehorf gclian-
Fa
de
rli ii lier stolt da
gelsloot tot nan
pitanl te dempen,
s. ontraadt dit voorstel. Er
■r een hek ook komen.
FEUILLETON.
J*) kan ik 't helpen, dat jij alleen
aan 'n eigen jacht, aan 'n Japan-
toncy of aan de opera? Ik kijk ver-
m'n neus lang is. Als ik niet ver-
1 «ad, dat z'n vader in Loingon
^«looze vennootschap had gesticht,
«ou tegenover twee gevaarlijk©
Tenten gestaan hebben.
M Heeft u die vennootschap, die
^neu in Loingon gekocht had
Wnekt? Ja, die heb ik genekt. Dat
zakelijk, 'n Eik duldt geen twee-
1 «aast zich. De een of de ander
«aan gelooven.
I3 dan heeft u die armen Ber-
i Hoest.
er was geen andere weg.
denkt u nu met diens zoon
zal ik niets dan goed doen.
jj. 'n contract laten teckenen,
verklaart voor minstens tien
de mijn verbonden te blijven.
larom? U weet toch niet vooruit,
'el voldoen zal?
|r;u dat maar aan mij over. Ik koop
IlüU zak- 'n Verstandig zaken-
aanstaanden gevaarlijken
Itto !°°rbaat onschadelijk, door
»rn e'£en zakcn vast te leggen,
•rand zal gaan doen, wat z'n va-
"*ulen doen.
keek haar vader strak aan,
maar er lag geen eerbied in haar oogen.
Als zakenman mag men zoo'n truc
bewonderen, als oprecht mensch moet
men dien. verachten .Ik ga alleen naar
Trois-Sources. Ik begrijp nu, dat het in
nerlijke leven van uw zoogenaamden pro
tégé u absoluut koud laat.
Zij vertrok en vanaf dit oogenblik
groeide haar respect voor Loon Bertrand.
Zij bewonderde hem om den wil en de
energie, waarmee hij zich trachtte om
hoog te werken, alleen met het doel. z'n
vader later te schenken, wat hij vijftien
jaren geleden met eigen kracht, maar ten
koste van al z'n bezit had willen berei
ken. Het prikkelde en hinderde haar, te
weten dat haar vader dien jongen geleer
de al bij voorbaat de vleugels zou kortwie
ken. En al die gevoelens te samen con
centreerden zich in het eene: liefde.
Zij achtte zich geroepen, den genialen
jongen ter zijde te staan, hem te helpen
in het bereiken van z'n doel en tevens om
als schild te dienen tegen de geraffineerd
heid van 'n machtig man, al was die
man ook haar vader.
De auto moest 'n toclit van zes en *n
half uur afleggen om de hoofdstad to he
reiken, maar dat vond Gabrielle juist echt
gezellig, zoo verklaarde ze. Zij liet Leon
aan 't woord, luisterde gretig naar zijn
verhalen over zijn verblijf in Trois-Sour
ces, naar typisch landseigen gebruiken
tijdens Kerstmis en Nieuwjaar en ze
lachte hartelijk, maakte plannen om na
z'n examen, 'n reis met 't nieuwe jacht
te maken naar de Noorsche fjorden, toen
het gesprek kwam op 't eenvoudige school
vriendinnetje, 't dochtertje van den post
ambtenaar, Juliette Durieux. Met 'n bij
zonder hartelijk timbre in z'n stem ver-
lelde liij van z'n eersten gang naar school
met haar aan z'n linkerhand en haar
pakje boterhammen op z'n rug aan 'n
touw.
Ze is nu tot 'n echte friscli-hlozendo
doTps-schoonheid opgegroeid, zei-ie. En
vanaf dit oogenblik wilde de conversatie
in den wagen niet goed meer vlotten.
HOOFDSTUK IV.
De kamenier.
Leon Bertrand had 'n schitterend exa
men gepasseerd. De examinatoren, dio
reeds lang te voren van den genialen
werktuigkundige gehoord hadden, maak
ten 't hem zeer gemakkelijk. Leon haalde
z'n ingenieurs-brevet „Summa cum
lande."
Toen de heer Grain son telegrafisch van
den uitslag op do hoogte was gesteld,
zond hij z'n auto naar de hoofdstad om
Leon te halen Toon deze de groote ont
vangzaal van het buitengoed betrad, ston
den daar z'n vader en moeder en z'n zus
jes en broertje.. Gabrielle had voor deze
ontvangst gezorgd. Zij kuste den vader en
het eenvoudige menschje, dat Leon's
moeder was en zorgde, dat ze den heelen
dag, alleen met hun zoon Leon konden
samenzijn, lleel dien dag vertoonde zij
zich noch in huis, noch in do tuinen,
noch in de garage. Het scheen wel, dat
het rijke buitengoed uitsluitend aan do
familie Bertrand behoorde.
Tegen den avond echter, toen zij ver
nam, dat de familie vertrekken wilde,
kwam zij te voorschijn, nam hartelijk af
scheid, stopte de kinderen vol met allerlei
lekkers en zij en haar vader wuifden do
auto's na, die do familie naar Trois-
Sources zou terugbrengen.
Diep in den nacht keerde Leon naar hot
buitengoed terug en wildo zich van do ga
rage naar hot bordes hegeven, toon hij
meende Gabrielle voor haar open venster
le zien Toen schoot hem voor liet ceist
de gedachte door het hoofd, dat al de
hartelijkheid van do dochter van zijn be
schermer wel eens iets anders tot oor
zaak kon hebben dan de belangen van
haar vader. Zou zij.... Nee, maar zoo
iets was toch tc krankzinnig om over te
denken.
Do bedienden hadden last gekregen op
te blijven tot meneer Bertrand terug was.
Zij wezen hem z'n kamer, en Leon bleef
geruimen tijd wakker liggen denken over
de perspectieven, die zich plots voor hem
geopend hadden.
Den anderen morgen reeds zeer vroeg
aan 't ontbijt deelde de heer Grainson mee,
dat-ie den heelen dag niet thuis zou ko
men. Hij had de^slooping van drie ijzeren
koopyaardijbooten op zich genomen en
moest nu met den exprestrein naar Havre.
Maar, zoo besloot hij, Gabrielle zal
zich niet vervelen in gezelschap van 'n
geleerde.
Verdien ik dien naam al? vroeg
Loon.
De tijd zal leeren of ik je to hoog
geschat heb, antwoordde Grainson en
Loon wist niet, wat hij met die woorden
bedoelde. Zoodra haar vader vertrokken
was, verzocht Gabrielle haar gast met
haar 'n wandeling door de tuinen te ma
ken. Miss Davis had zij, onder oen of an
der voorwendsel naar haar kamer •••'-
stuurd. Tijdens de wandeling door de tui
nen met hun uitgestrekte gazons, hun
bloeiende rhododendrons on reiwn-mei
doorn-hoornen was Gabrielle bijzonder
stil. Terloops sprak zo over enkele vreem
de planten, die zij passeerden, of over den
Japanschen poney, die nog steeds beloofd
was, maar die tenslotte uit Japan zelf ge
ïmporteerd zou moeten worden.
Als ik dien niet machtig kan worden
schaf ik me 'n koppel Zebra's aan, zei ze
ernstig en toen opeens vroolijker. wijzend
naar 'n hellen/l grasveld:
Hoe zou u 't vinden als daar eens
'n huis voor u gezet werd?
Voor mij? Ik dacht dat ik er morgen
op uit moest, om 'n paar gemeubileerd©
kamers in de stad, dicht bij de kantoren
te huren?
Heeft pa dat gezegd?
Niet direct, maar ik meende in dien
geost iets opgevangen te hebben.
Daar gebeurt niets van. En morgen
mag u zeker niet naar de stad.
Waarom niet?
OindatNou ja, u mag 't ook ge*
rust weten: Morgen komt uw schoolvrien*
dinnetje hier
Juliette?
Juliette, ja.
Hoe bent u daartoe gekomen? vroeg*
ie, baar verbaasd aanziend. Zij stond stil,
draaide zich naar hem om:
Vindt u dat dan niet prettig?
O ja, maar.
Nou? Maar.
Ik zou niet weten, welk moliet tf
daarvoor gehad hebt.
(Wordt vervolgd),