jt Leidsciie üirat" Vierde Blad De Gevangene van Zenda Vrijdag 2 October 1925 binnensland Vereenvoudiging bij de Registratie. Mogelijko samensmelting met (1 c directe belastingen. Xaar bet „Hbl." mededeelt, zal te Arn- fi rdain een proef worden genomen met f»n nieuwe indeeling van de drie succös- f pkaidoren en van drie -der vier registra tiekantoren aldaar. Tegenwoordig ihebben d<üe.ze> kantoren elk een eigen taak, zon- ,i'r .verband met de andere kantoren; ze ln'bban alle kun eigen archief, ze zijn alle 7 s belast met de imvng van geld en de darmede gepaard gaande administratie- w werkzaamheden. Xu is het dool der proefneming, die ge- Meelt op voorstel van de door den mi- sier van financiën ingestelde com mis- t:p van onderzoek omtrent bezuinigings maatregelen bij liet dienstvak der regis tra- Pi» en domeinen, de z.g. comnrssie Van d rHurk, om een nauwere samenwerking 10 brengen tussehen deze zes kantoren. Daartoe zal hot archief dezer kantoren 11 één gemeenschappelijk archief "worden, p-nmakt; daartoe worden vijf der zes ont vangers ontheven van alle geldbeheer, Y.aarmedö uitsluitend do zesde ontvanger Tnrdt belast, dio overigens een bcla.ng- rjk deel van zijn tegenwoordige taak be landt Verder behouden de vijf ontvan gen (die geen „ontvangers" meer zullen z in, ze zijn trouwens steeds meer aanslag r'gelaars en controleurs dan ..ontvangers" geweest) dezelfde taak en dezelfde ver- stilïïflbrdelijkkeid. die ze tot nu toe heb- Ln gehad enkele onderschikte punten ('inrgelaten. Hel personeel der kantoren (kircnfegen zal, hoewel aan ieder een be- Ii.nlde taak zal worden -aangewezen, zoo- roel mogelijk in overeenstemming met die ti-lke thans op hem rust, werkzaam zijn in het. geheel der zes gecombineerde kan- turen. De algemoene leid.nv* zal berus ten bij een daarvoor aangewezen inspec teur. Hot gevolg van deze nieuwe indeeling 7-1 zjn, dat b.v. de drie ..ontvangers" der successierechten, ontheven van alle geld- leheer, zich geheel kunnen wijden aan het zoo buitengewoon belangrijke werk ra controleeren van ingeleverde succes s-memories en nagaan of belastbare Kheidangen hebben plaats gehad; voorts dut het niet meer noodiig zal zijn gege vens van hef eene kantoor te .renvooiee- im" (verzonden) naar, dus in het archief brengen van, het andere: ze zullen nu rechtstreeks in het gemeenschappelijk ar- cl'ief kunnen worden verwerkt, enz. Deze proefneming, die 1 Januari 1926 H aanvangen, zal dus alleen 'het dienst- fijak der registratie betreffen; daardoor worden echter veel numéro perspectieven geopend. Blijkt hot mogelijk om rond'één gemeenschappelijk archief meer zelfstan- d'ge ambtenaren te plaatsen, die ieder een 8Gebakende 'taak hebben, dan zou aan d"ze gedachte een veel ruimere toepas fin? kunnen werdon.gegeven. Werdén na- H:jk de arclrcvcn der beide dienstvak ken gecombineerd, wat op zichzelf reeds hol wat dubbel werk zou doen verdwij nt, dan zouden bij dat archief niet alleen Togistrafae-ambtenaren kunnen worden ge niaalst, maar ook amb'ena-ren der directe Masliugen, eveneens" met volledige hand- hving van bun tegemvordce taak. Op doze wijze zou dus geleidelijk en met vtizichtieheirl de samensmelting van de hide d-'enstvakken tot stand kunnen wor- bn gebracht, Do bezwaren, indertijd aan- cwoerd tegen hot verslag der commissie- turner zouden worden vermeden, omdat Her ambtenaar zou kunnen worden srela- t°n in het werk. dat hij thans verricht en waarvoor hij ten volle berekend is. De belastinginning door Postkantoren. Nadere mededeelingen. Met betrekking tot de belasHng-mn'ng t»p do postkantofrn mot in nng van 1 Januari a.s. verneemt de ,.Tel." nog nader, dat zulks niet gepaard zal gaan met over brenging der belasting-coliieren naar het Postkantoor. De postbeambte zal uitsluitend kassiers- werk verrichten, een strookje invullen waarop hot gestorte bedrag wordt geno teerd. en dit strookje opzonden naar den houder der colii ren op het belastingkan toor. Door dezen worden de betalings strookjes ingeboekt in het collier, hetgeen thans geschiedt door afschrijving, van het journaal. De nieuwe methode wordt vlugger en goedkooper geacht dan de momenteel be staande. Ook zal het inboeken dan op ieder uur van den dag kunnen geschieden. Verder zal de Directeur-Generaal van de Posterijen den nieuwen maatregel slechts invoeren op die postkantoren, waar zulks zonder eenige meerdere kosten ge schieden kan. Blijft de. lokeldienst dus gelijk, het is een groot gemak voor het publiek op zoo veel verschillende plaatsen van zijn be lastingpenningen te worden verlost. Bo vendien zullen de ontvangkantoren worden ontlast en kan daar dus de volle aandacht worden besleed aan de verscherpte invor dering van achterstair go belastingsom men. Eén bezwaar zal aan de nieuwe rege ling verboden zijn. De betaling ten post- kantore zal eerst den volenden dag worden ingeboekt in het collier. En het is eerst deze inboeking. welke geldt als wettelijke kwijting. Dit kan moeilijkheden opleve ren. Daaitegenover staat, dat zich dit be zwaar in gelijke mate doet gelden bij l>c- laslingbetaling per giro, en dat deze wijze van betaling loch- met clen dag meer en meer gebruikelijk wordt. A. J. Loerakker. De heer Loerakker heeft dezer dagen zijn 12?-jarig jubileum herdacht als ge salarieerd bestuurder van den Ned. R. K. Bond van Bloemist-, Tuin- en Landar beiders „Sint Deus-dcdit." De „N. Haarl. Crt." schreef naar aan leiding daarvan: ,,Er is aanleiding ook onzerzijds op dit feit met een .enkel woord do aandacht te vegtigen. Loerakker is een van die menschen. die hun weg wel vinden, die de omstandighe den dwingen in hun levensbaan. En zoo zou Loerakker, naar onze meening, ook van zich hebben doen spreken al ware hij nimmer gesalarieerd bestuurder van „Sint Deus-dedit" geworden. Maar het feit dat hij zich in 1913 ge heel kon geven aan den Bond, die hem lief was, was toch de aanleiding, dat hij op den voorgrond kwam in het katholieke sociale en openbare leven, als leider van do R. K. Landarbeiders, als bestuurder van den R. K. Volksbond, als raadslid en wethouder van Schoten, als lid dor Twee de Kamer, als Nederlandsch afgevaar digde op de arbeidsconferentie in Genève, als lid van den Hoogea Raad van Arbeid, als leider van de R. K. Arbeidersbewe ging in Nederland. En dat door eigen kracht, door onver poosd werken en, we schreven hot al eer der, door groote eerlijkheid in zijn strijd voor den R. K. arbeider. Eerlijkheid en oprechtheid is een zijner schoonste deugden en dat heeft hem de waardeering verworven van zijn mede arbeiders, maar ook zelfs van de werkge vers met wie hij te onderhandelen had. Het feit van zijn benoeming tot bestuur der van „Sint Deus dedit" mag dan wor- den herdacht als de gebeurtenis, die aan onze katholieke beweging een krachtig strijder en leider gaf. Vooral bewonderen wij de gematigdheid, zonder zweem van zwakheid, waarmede hij voor de katho lieke arbeiders opkwam en het succes, dat hij in moeilijke jaren heeft weten te be halen, mag voor een deel worden toege schreven aan den tact en het goede in zicht, dat hij immer aan den dag legde Door zijn oordeelkundig optreden heeft hij veel weten te redden van wat door het onbehouden en soms roekeloos optreden van rossige, rose, roode en vuurroode bonden dreigde bedorven te worden. En in eigen kring wekte niet zelden be wondering de openhartige wijze, waarop Kij te keer ging tegen z.i. verkeerde be weging. Met een durf, dien men niet zou FEUBU.ETON. door ANTHONY HOPE. (Uit het Engelscb vertaald.) U) Ik denk, dat je er spoedig kennis mee *l|lt maken", zei Sapt. „Het zijn zes edel- Leden, uit de huishouding van den Her-' Zij zijn hem met lichaam en ziel toe gedaan. Drie ervan zijn Rurifaniërs; dan 15 er een Franschman, een Belg en een tan uw landslieden." i-Wie zijn hier, Frits?" "Do Gaulet, Ber sonin en Detchard." Do vreemdelingen! Het is zoo klaar als klontje. Hij heeft de Ruritaniërs bij ba koning gelaten." netbelang van den kaning vorderde ge heimhouding. Ik had een mooi spel te spelen in Strelsau. Ik beval mijn paard voor te brengen, en, ^orgezeld van Frits, reed ik door de groo- e ban van het Slotpark, al de groeten Uitmoordend, welke ik ontving. Daarna j"e(ld ik door een paar straten, hield stil en ,oe'U bloemen van een aardig meisje en [■taalde haar mot een goudstuk. En aan dien ik toen de gewenschte belangstel- op mij had gevestigd (ik had nu een oet van een vijfhonderd menschen achter 'D-roed ik naar de resdent ie van Prin- -3 i?lavia, en liet vragen of zij mij wijde itPlVaDgen- ®oze maakte aHer belang- wakker en werd met kreten van 11 "it de menigte begroot. De prinses zeer populair en de kanselier jcelve had niet geaarzeld mij een stille wenk te geven, dat zooveel te spoediger als ik Fla- via ten huwelijk vroeg, en hoe vlugger ik het tot een gunstig resultaat bracht, des te sterker zou de liefde van mijn onderda nen voor mij worden De kanselier begreep natuurlijk niet welke moeilijkheden in •den weg lagen om zijn loyale en uitmun tende raadgeving op te volgen. Wat er ook van zij, ik meende er geen kwaad mee te doen haar een bezoek te brengen. En 'hierin ondersteunde Frit.s mij met een ■hartelijkheid, die mii verbaasde, lot hij ■mij opbiechtte, dat ook liij zijn motieven had, op een bezoek aan het paleis der prinses te staan, welk motief geen ander was, dan dat hij een groot verlangen had de hofdame en boezemvriendin van de prinses, gravin Helga von S trof zin, te be zoeken. Etiquette ondersteunden de hoopvolle verwachtingen van Frits. Terwijl ik word binnengeleid in de kamer van de prinses, bleef hij met do gravin in de anti-chambre. „Je bent gouden louweren aan het winnen", zei do prinses tot mij „Je bent gelijk de prins in Shakespeare, die geheel veranderde, toen hij koning werd. Maar ik vergeet, dat u koning zijt, sire!" „Ik vraag u over niets anders to spre ken, dan wat uw hart u ingeeft en mij bij mijn naam te noemen Zij keek een oogenblik naar mij op. „Ik ben trotsoh op je Rudolf", zei zij. „Zooals ik je al gezegd hebt, je gezicht is veranderd" Ik nam het complimentje aan. maar wil de hot gesprek liever oen wending geven: „Tk hoor, dat mijn broer terug is. Hij maakte oen uitstapje, nietwaar?" verwachten bij iemand, die toch ten slofte in vrij hooge mate afhankelijk was van de gunst der massa, zeide hij de waarheid zooals hij die zag, waar zulks pas gaf. Wij aarzelen dan ook niet den heer Loerakker een kracht te noemen voor onze katholieke beweging, vooral in de afgeloopen moeilijke jaren, die achter ons liggen. Vóór alles toonde hij zich katholiek en met genoegen kon men opmerken hoe zijn eigen, weldoordachte meening verkregen was door grondige studie en doordrenkt was van het katholieke princiep, dat wij, naast de verzorging onzer stoffelijke be langen, ook nog te denken hebben, en zulks op de eerste plaats, aan ons eeuwig heil. Zijn bond wist hij in ledental op te voeren in dit achtste deel van een eeuw van 1000 leden tot een orgaan van 17000 loden. Wie zich de moeilijke jaren, die wij doorleefden herinnert, begrijpt uit deze cijfers meteen lioeveeï hij met zijn bond voor de katholieke zaak heeft bewaard. Er is dus reden om dit koperen feest fc gedenken en wij kunnen ons wel indenken, dat „Sint Deus dedit" de behoefte heeft gevoeld haar voorzifter op dezen dag eens duidelijk te maken hoezeer zij hora waar deert. Moge Loerakker nog vele jaren voor onze katholieke beweging gespaard blij ven!" fL©ttes*aB3 ÊM Haignst BOEKEN. Gids voor studeerenden aan de Rijks-Universiteit te Leiden cur sus 1925-1926, uitgegeven van wege het Leidsch Universiteits fonds. S. G. van Doesburg, Leiden Jaarboekje der Rijksuniversi teit te Leiden 1925. S. G. van Doesburgh, Leiden, Eerstgenoemd boekje is voor alle studen ten onmisbaar; het bevat een overzicht van de colleges en de te behandelen onder worpen en tabellen van de colleges voor a.s. Candidalén in verschillende facultei- ten. Hel tweede boekje bevat oen volledig overzicht met alle wenschelijke hijzonder- heden omtrent den staat der Universiteit, haar onderdeden en aanhoorigheden per 21 September van dit jaar. Het beschrijft voorts de geschiedenis van het gewone universitaire leven gedu rende het academiejaar 1924-'25. Men vindt hier o.a. opgenomen de -rectorale oraties en necrologieën van Oppenheim, Prof. Visser van IJzendoorn en Prof. de Jong. Als bijlage is toegevoegd een aflevering der Acta Lcidensia, uitgegeven vanwege het Leidsch Universiteits-Fonds. bevat tende de Academische Bibliographic over het tijdperk van Januari tot September 1925. Bij het V^rheitiqste. Metrische bewerking der treffendste hoofd stukken van Mother Mary Lo yola's Coram Sanctisriom door G. Jonckhlost 3.J. N V Dekker en van de Vegt en J. W. van Leeuwen, NijmegenUtrecht. Verschenen is de v ij f d e druk van dat wonderschoone werk ie. Bij de eerste ui leave schreef pater Jonckbloet S.J. dié het Engeleclie proza heeft omgezet in poëzie: rijriiloozo vijf- vocters* ,-H'ri doel, dat ik bij hot samen stellen van dit bundeltje beoogde, was, mij zeiven geestelijke opbeuring te verschaffen, en mijner ziel de treffende gedachten der eerbiedwaardige schrijfster eigen te. maken Maar tevens was mijn doel, het genot, dat ik smaakte, mede te deel en' aan andere: en in veler harten de godsvrucht jegens dat Goddelijk Sacrament aan te wakkeren, die mijn hart tijdens de lezing en over weging menigmaal ontvlamde." Bij deze vijfde uitgave schrijft de ver taler en bewerker o.m Een groot genoe gen was het mij, te bespeuren, dat dit kleine werkje in ons vaderland pakt, ge lijk men dat noemt, en zijn weg vindt in veel ruimer kring dan ik, bij de eerste uilgaaf, mij dorst voorstellen, dat zou ge- 1 schieden." „Ja, hij is hier", zei zij, terwijl haar gezicht wat betrok. „Hij kan niet lang van Strelsau weg blijven, schijnt het", merkte ik glimlachend op. „Wel, wij zijn alle blij hem te zien. Zooveel te dichter hij bij ons is, zooveel te beter." De prinses keek naar mij met een glans van pret in haar oogen. „Je maakt je er niet bezorgd over, waar neef Michaël begon ik. „Hm, nèèf Michaël! Ik noem hem de hertog van Strelsau." „En je noemt hem Michaël, wanneer je hem ontmoet?" „Ja, op bevel van je vader." Terwijl wij zoo spraken, kwam een lhid gejuich van de straat. Do prinses liep naar het venster: „Hij is hel!" riep z;j. „Het is de hertog van Strelsau!" Ik lachte, maar zei ni-eis. Zij ging weer -zitten. Een paar oogenblikken bleven wij stil. Het rumoer buiten verminderde, maar ik hoorde voetstappen in de anli- chambre. Ik begon te spreken over ver schillende onderwerpen Dit duurde zoo •oen paar minuten. Ik vroeg mij af, waar Michaël was heengegaan. Plotseling vroeg Flavia mij zenuwachtig: „Wil je hem woedend maken?" „Wat? Wie? Hoe maak ik iemand woe dend?" „Wel door den hertog to laten wachten. Hij is dn de anti-chambre." „Groote genade!" Ik sprong op, zwaaide de deur open en ging de anti-chambre binnen. Michael zat aan een tafel met een norseh gezicht. Iedereen stond, behalve Frits, die op zijn Wij felii il'-'-ren daarmede nii-t alt en paler Jonckbloet, die zijn werk zoo be loond zag, en den uitgever, die het uiter lijk zoo keurig verzorgde, maar ook het Katholieke volk, dat ware en schoone „de- volie"-lectuur nog te waardeeren weel! Moge ook deze vijfde uitgaven spoedig haar weg vinden. De H. Petrus Canisius S.J. Bij al 't grootsche der schitterende Canisiusfeeslen heeft 't volijverige comité de kinderen.der lagere school niet verge ten. Er is een keurig boekje verschenen van 48 bladzijden met acht plaatjes in een bevattelijken stijl geschreven. Eenige ta- freeltjes uit het leven zijn met zorg ge kozen en op een echt aantrekkelijke, boeien de wijze voorgesteld. Zo zullen 't kinder hart treffen en zeker in 't later leven bij blijven. Waarom nu niet alles gedaan om dit kleine boekje op onze Roomsche scho len te verspreiden? De kinderen moeten daar zooveel namen al hooren van man nen en vrouwen, die groot waren in de geschiedenis, zooveel feiten, die niet spre ken lot hun hart, of verstand, waarom ,u\ niet Petrus Canisius leeren kennen, die in grootheid en werkkracht de moesten we- reldbelieerschers overtrof? Daarenboven is hij een Heilige uit ons eigen land, een beid des geloofs en hemelbewoner, die 't kind in zijn kleine moeilijkheden kan aanroepen als beschermer van zijn on schuld De prijs is im do vele duizendtallen, die comité liet drukken lot 't minimum ge reduceerd: 't kost 8 cent en is verkrijg baar bij Dieben, Maarsmanssteeg, Leiden. N. L. TIJDSCHRIFTEN. Het Schild. De inhoud van de October-aflevering van Het Schild, apologetisch maandblad der „Petrus Canisius-Vereeniging", is: Fr. Andreas Metz: Hoe Dominee Nils Bcskow oordeelt over de R. K. Kerk TI; A. E. Bo«rs: Beteekcnis van don priester voor niet-Katholieken If; Piet Kasteel: Katholicisme en Pausschap I; Op den Uitkijk; Vragenbus; Boekbespreking; Cor respondentie. Na do groolere artikelen der steeds zoo interessante rubriek „Op den Uitkijk", waarin een tiental korte actueele stukjes, en de leerrijke vragenrubriok. Eén aflevering van Het Schild kan onze geloofskennis al zeer verrijken! Tooneelgids. De Tooneelgids heeft no. 1 Aan zijn 11 do jaargang uitgegeven. Frisch, uit- en inwendig, ziet het maandblad, dat verschijnt bij J. Vink Pz., te Alkmaar, er uit. Voor allen, die het amateurs-tooneel willen verheffen, daarbij leiding of in vloed willen uitoefenen, is dit tijdschrift onmisbaar. RECHTZAKEN KANTONGERECHT TE LEIOEN. Voor do openbare behandeling komen 87 zaken op de rol voor, w.o. een aantal Kieswet-ovetrcdingen in Zoeterwoude. Voor niet openbaar staan le behandelen 11 zaken. J. v. E., fabrikant te L e i d o n, is ge dagvaard wegens het overtreden van do veiligheidswet. Er zouden n.l. geen vol doende beschermers aan een schaafma chine gezeten bobbenBeklaagde zegt. dat liet hij zijn afwezigheid geschied is en dat door de haast vergeten was, ze er op te zetten. G. luige Kramp, die aan do ma chine ge-vvkt had, zeide, dat er erg ge haast werd en hij toen alvast begonnen was. Voor hem was liet gevaar niets groo- ter of ze er op stonden of niet. Eisch f 15 boete. L. II. L, aannemer te Rotterdam, heeft aan een bouwwerk te Leiden te lang la ten werken. Beklaagde had het laten doen omdat do menschen zich 's avonds in do keet verveelden, wat getuige D. v. Golden, werkman te Rotterdam, bevestigde. Eisch f 5 of 5 dagen. G. R., schipper te Nicuwveen, heeft volgens het verhaal, door niet op waar schuwing van den brugwachter te stoppen, een aanvaring veroorzaakt bij de Mare brug te Leiden. Beklaagde had met andere si liepen voor de brug gelegen, en was. loon de roode vlag was weggehaald, doprgt-va .vu Dit wil' zeggen dat ze door moeten komen. De getuige, brugwachter J. v. d. Vel den, had geen geh-genjieid gehad de roo de vlag weer te plaatsen, docli beklaagde toegeroepen te stoppen. Beklaagde had het roepen niet gehoofd en hij behoeft ook geen signaal te geven voor een open brug. Do Ambtenaar zag dat liet schuld bewijs niet is geleverd en vraagde vrij spraak. J. P. \V., landbouwer, te N o o r d w ij le e r h o u t, is ten laste gelegd koeien op het naast zijn land gelegen land van v. 't Riet van Hazerswoude te hebben laten loopen. Het kan een enkele koer gebeurd zijn, dat er 1 koe liep, doch zeker geen kooien, zooals de dagvaarding vertelt, en ook niet op den datum in de dagvaarding genoemd. Dit bevestigt de arbeider N. J. v. d. Berg, (1 ie wel eens een koe van het land gehaald heeft, doch niet dien datum. De zaak werd 8 dagen aangehouden om den veldwachter van Geer te hooien. A. J. P. B,, tuinder te L e i d e n, is op den Ilaagweg zonder daarvoor signaal le geven met een rijwiel van richting veran derd en heeft daarbij een wielrijdster aan gereden die daardoor beschadiging aan haar rijwiel kreeg. Beklaagde bekende. Ge tuige Agatha M. Ontrop, den Haag, ver- tolde, hoe 't gegaan was op minder flccine- riger toon als beklaagde, en zeide f2 on kosten gehad te hebben, en een gehavend rijwiel. De schade had ze graag vergood Getuige W. Affourtit-do Koning hoeft het ook gezien en verklaart de schuld ge heel aan beklaagde. Eisch f 6 of 6 dagen. Zijt gij nog genegen-die f2 te betalen, vraagt de Kantonrechter. Als ik ze maar had, zegt beklaagde. En de booto dan? Er zal dan niks opzitten als de hak maar in, antwoordt beklaagde. J. J. H. v. A„ banketbakker te L e i d c n, niet verschenen, is arbeidswet overtreding ten laste gelegd. Gehoord werden de be drijfsleider W. H. Willemse en do bedien de J. ten Haken, waarna geëiseht worden drie geldboeten van f3 of 3 X 3 dagen. Adriana O. wed. M., landbouwster te Noordw ij k, heeft wee jonge hondjes die danig jankten, zoodat de huurman er vroeg het bed voor uit moest. De vrouw komt 's morgens half zes op en helpt do diertjes direct aan eten, meer kan zij niet doen, en ze moet honden hebben, want haar man is al vijf jaar dood. J. Parlc- vliet heeft de hondjes tussehen 5 en 0 uur hooren janken. Of er menschen last van hebben weet hij niet. A. Oord, de buurman die er last van heeft, wordt 's morgens a i uur steeds wakker van de hondjes die volgens anderen stil zijn tot half zes. Als getuige a décharge komt mej. M. G. Lu ij ken van Diemerbrug, die er al 3 weken gelogeerd is. verklaren, dat zij nog nooit de dieren gehoord heeft. De een is gevoe liger dan de ander, zegt de Kantonrechter. Eisch f 4 of 4 dagen. J. M, caféhouder le Leiden, heeft lo laat menschen in zijn zaak gehad. Deze II. d. Gr.. W. G. F. v. H. en P. F. d. M., waar van de tweede is verschenen, werden door den caféhouder er in gehouden om eerst een róemoerig koppeltje to laten passeeren. De caféhouder erkende dat. Het was goed bedoeld en 't waren alle gehuwde dus r.•■Mo personen. Ja, maar nlif gehuwde men schen zijn nog niet net, zegt de Kanton rechter. Togen de eerste werd f 3 of 3 dagen, togen do bezoekers f 2 of 3 dagen geëiseht; iets waarmede v. TI. het nu niet zoo roe rend eens was, want feitelijk was hij opge sloten geweest. W. J J. de S, le Oegstgeost, heft zonder nummerbord gereden, 't Was haas tig moeten gaan en toen vergeten. Eisch f4 of 4 dagen. G. H to Oegstgeost, heeft mri een lantaarn gereden mctgel:leurde zijglnz n en een verkeerden naam opgegeven. Be klaagde had liet gedaan opidat hij hef zoo gek vond, wijl do politic hem hooi goed kon. Eisch f2 of 2 dagen, en f 10 of 10 dagen. A. J. v. d. B„ schipper te L o i d e n, hoorde voor wat vuil worpen in de Oude Vest f 2 of 2 dagen eischen. A. K. te Leiden, zou kaartgespeeld hebben op den openharen weg, doch be klaagde had het gedaan in den tuin bij «le huren, waar hij op visite was. Volgende week zal de verbalisant gehoord worden. W. V., chauffeur te Leiden, heeft le snel gereden, 't Was Zondagmiddag, ro- gen ach lien on de Brcc.-.|raat. nu daar gemakje in een fauteuil luierde. Hij sprong op, toen ik lén n enk wam en ging in de houding staan, dat z:jn vroegere on verschilligheid nog beter deed uitkomen. Het was niet moeilijk tc begrijpen, dat de hertog Fritsje niet graag zag. Ik sf-ak mijn hand naar Michael uit, en omarmde hem. Vervolgens lc:«dde ik hem in de kamc-r der prinses. „Maar", zei ik, „als :k geweten had, dat jij hier was, zou je geen oogenblik heb ben behoeven te wachten." Hij lachte zuur en zijn donkere oogen bleven een oogenblik op mij rusten. Na de gebruikelijke plichtplegingen, stond Michaël plotseling op. Hij verloor zijn zelfbeheersching en met een veront schuldiging,' zei hij vaarwel. Echter, toen hij do deur bereikt had. zei hij: „Drie vrienden van mij zijn zéér verlan gend de oer te hebben aan u voorgesteld te worden. Zij zijn hier ifi de anticham bre.'' Ik ging dadelijk naar hom toe. mijn arm door den zijne stekend. Wij tradon broe derlijk de anti-chambre binnen Michaël wenkte en drie üiamien traden naar vo ren. „Deze hoeren", zei Michaël met een sta tige hoffelijkheid, ,zijn de meest ver knochte onderdanen van Uwe Majesteit en zijn mijn trouwste vrienden." „Om de laatste zoowel als om de eersto reden", zei lik, „is het mij aangenaam met hen kennis te maken." Zij kwamen naar mij toe en kusten mij de hand. De Gautet, Bersonin, en Det chard, de Engelschman. Daarna keerde ik terug om van mijn nicht afscheid te neinon. Zii stond in do deur. Ik i-am haar band in de mijne. „Rudolf", zei zij zachtjes, „zul je op passen?" „Waarvoor?" „Je weet 't wel ik kan hot niet zeg gen. Maar bedenk, wat je leven beteekent voor „Wel, voor „Voor Ruritania." Deed ik goed of kwaad. Tk weet het n;ot. Ik -durfde haar de waarheid niet te zeg' gen. „Alleen maar voor Ruritania?" vroeg ik zachtjes. Een blos kwam plots ring over haar knap gezicht. „Ook voor je vrienden", zei zij. „Vrienden?" „En voor je nicht en liefhebbende die nares'', fluisterde zij. Ik kon niet spreken. Ik kuste hanr hand en ging heen, mijzelf verwenschend. HOOFJXSTUK IX. Een n euw gebruik van een theetafel. Op een goeden dag kwam Sapt mijn kamer binnen. Hij w-ierp een brief naar mij toe, zeggend: „Die is voor jou een vrouwen-hand, geloof ik. Maar ik heb allereerst ander nieuws voor je." „En dat is?" „Dat de koning op het kasteel van Zen- da is", zei hij. „Hoe weet je dal?" (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 9