jt Leidsciie üirat"
Vierde Blad
De Gevangene van Zenda
Vrijdag 2 October 1925
binnensland
Vereenvoudiging bij de Registratie.
Mogelijko samensmelting met
(1 c directe belastingen.
Xaar bet „Hbl." mededeelt, zal te Arn-
fi rdain een proef worden genomen met
f»n nieuwe indeeling van de drie succös-
f pkaidoren en van drie -der vier registra
tiekantoren aldaar. Tegenwoordig ihebben
d<üe.ze> kantoren elk een eigen taak, zon-
,i'r .verband met de andere kantoren; ze
ln'bban alle kun eigen archief, ze zijn alle
7 s belast met de imvng van geld en de
darmede gepaard gaande administratie-
w werkzaamheden.
Xu is het dool der proefneming, die ge-
Meelt op voorstel van de door den mi-
sier van financiën ingestelde com mis-
t:p van onderzoek omtrent bezuinigings
maatregelen bij liet dienstvak der regis tra-
Pi» en domeinen, de z.g. comnrssie Van
d rHurk, om een nauwere samenwerking
10 brengen tussehen deze zes kantoren.
Daartoe zal hot archief dezer kantoren
11 één gemeenschappelijk archief "worden,
p-nmakt; daartoe worden vijf der zes ont
vangers ontheven van alle geldbeheer,
Y.aarmedö uitsluitend do zesde ontvanger
Tnrdt belast, dio overigens een bcla.ng-
rjk deel van zijn tegenwoordige taak be
landt Verder behouden de vijf ontvan
gen (die geen „ontvangers" meer zullen
z in, ze zijn trouwens steeds meer aanslag
r'gelaars en controleurs dan ..ontvangers"
geweest) dezelfde taak en dezelfde ver-
stilïïflbrdelijkkeid. die ze tot nu toe heb-
Ln gehad enkele onderschikte punten
('inrgelaten. Hel personeel der kantoren
(kircnfegen zal, hoewel aan ieder een be-
Ii.nlde taak zal worden -aangewezen, zoo-
roel mogelijk in overeenstemming met die
ti-lke thans op hem rust, werkzaam zijn
in het. geheel der zes gecombineerde kan-
turen. De algemoene leid.nv* zal berus
ten bij een daarvoor aangewezen inspec
teur.
Hot gevolg van deze nieuwe indeeling
7-1 zjn, dat b.v. de drie ..ontvangers" der
successierechten, ontheven van alle geld-
leheer, zich geheel kunnen wijden aan
het zoo buitengewoon belangrijke werk
ra controleeren van ingeleverde succes
s-memories en nagaan of belastbare
Kheidangen hebben plaats gehad; voorts
dut het niet meer noodiig zal zijn gege
vens van hef eene kantoor te .renvooiee-
im" (verzonden) naar, dus in het archief
brengen van, het andere: ze zullen nu
rechtstreeks in het gemeenschappelijk ar-
cl'ief kunnen worden verwerkt, enz.
Deze proefneming, die 1 Januari 1926
H aanvangen, zal dus alleen 'het dienst-
fijak der registratie betreffen; daardoor
worden echter veel numéro perspectieven
geopend. Blijkt hot mogelijk om rond'één
gemeenschappelijk archief meer zelfstan-
d'ge ambtenaren te plaatsen, die ieder een
8Gebakende 'taak hebben, dan zou aan
d"ze gedachte een veel ruimere toepas
fin? kunnen werdon.gegeven. Werdén na-
H:jk de arclrcvcn der beide dienstvak
ken gecombineerd, wat op zichzelf reeds
hol wat dubbel werk zou doen verdwij
nt, dan zouden bij dat archief niet alleen
Togistrafae-ambtenaren kunnen worden ge
niaalst, maar ook amb'ena-ren der directe
Masliugen, eveneens" met volledige hand-
hving van bun tegemvordce taak.
Op doze wijze zou dus geleidelijk en met
vtizichtieheirl de samensmelting van de
hide d-'enstvakken tot stand kunnen wor-
bn gebracht, Do bezwaren, indertijd aan-
cwoerd tegen hot verslag der commissie-
turner zouden worden vermeden, omdat
Her ambtenaar zou kunnen worden srela-
t°n in het werk. dat hij thans verricht
en waarvoor hij ten volle berekend is.
De belastinginning door Postkantoren.
Nadere mededeelingen.
Met betrekking tot de belasHng-mn'ng
t»p do postkantofrn mot in nng van 1
Januari a.s. verneemt de ,.Tel." nog nader,
dat zulks niet gepaard zal gaan met over
brenging der belasting-coliieren naar het
Postkantoor.
De postbeambte zal uitsluitend kassiers-
werk verrichten, een strookje invullen
waarop hot gestorte bedrag wordt geno
teerd. en dit strookje opzonden naar den
houder der colii ren op het belastingkan
toor. Door dezen worden de betalings
strookjes ingeboekt in het collier, hetgeen
thans geschiedt door afschrijving, van het
journaal.
De nieuwe methode wordt vlugger en
goedkooper geacht dan de momenteel be
staande. Ook zal het inboeken dan op ieder
uur van den dag kunnen geschieden.
Verder zal de Directeur-Generaal van
de Posterijen den nieuwen maatregel
slechts invoeren op die postkantoren, waar
zulks zonder eenige meerdere kosten ge
schieden kan.
Blijft de. lokeldienst dus gelijk, het is
een groot gemak voor het publiek op zoo
veel verschillende plaatsen van zijn be
lastingpenningen te worden verlost. Bo
vendien zullen de ontvangkantoren worden
ontlast en kan daar dus de volle aandacht
worden besleed aan de verscherpte invor
dering van achterstair go belastingsom
men.
Eén bezwaar zal aan de nieuwe rege
ling verboden zijn. De betaling ten post-
kantore zal eerst den volenden dag worden
ingeboekt in het collier. En het is eerst
deze inboeking. welke geldt als wettelijke
kwijting. Dit kan moeilijkheden opleve
ren.
Daaitegenover staat, dat zich dit be
zwaar in gelijke mate doet gelden bij l>c-
laslingbetaling per giro, en dat deze wijze
van betaling loch- met clen dag meer en
meer gebruikelijk wordt.
A. J. Loerakker.
De heer Loerakker heeft dezer dagen
zijn 12?-jarig jubileum herdacht als ge
salarieerd bestuurder van den Ned. R. K.
Bond van Bloemist-, Tuin- en Landar
beiders „Sint Deus-dcdit."
De „N. Haarl. Crt." schreef naar aan
leiding daarvan:
,,Er is aanleiding ook onzerzijds op dit
feit met een .enkel woord do aandacht te
vegtigen.
Loerakker is een van die menschen. die
hun weg wel vinden, die de omstandighe
den dwingen in hun levensbaan. En zoo
zou Loerakker, naar onze meening, ook
van zich hebben doen spreken al ware
hij nimmer gesalarieerd bestuurder van
„Sint Deus-dedit" geworden.
Maar het feit dat hij zich in 1913 ge
heel kon geven aan den Bond, die hem
lief was, was toch de aanleiding, dat hij
op den voorgrond kwam in het katholieke
sociale en openbare leven, als leider van
do R. K. Landarbeiders, als bestuurder
van den R. K. Volksbond, als raadslid en
wethouder van Schoten, als lid dor Twee
de Kamer, als Nederlandsch afgevaar
digde op de arbeidsconferentie in Genève,
als lid van den Hoogea Raad van Arbeid,
als leider van de R. K. Arbeidersbewe
ging in Nederland.
En dat door eigen kracht, door onver
poosd werken en, we schreven hot al eer
der, door groote eerlijkheid in zijn strijd
voor den R. K. arbeider.
Eerlijkheid en oprechtheid is een zijner
schoonste deugden en dat heeft hem de
waardeering verworven van zijn mede
arbeiders, maar ook zelfs van de werkge
vers met wie hij te onderhandelen had.
Het feit van zijn benoeming tot bestuur
der van „Sint Deus dedit" mag dan wor-
den herdacht als de gebeurtenis, die aan
onze katholieke beweging een krachtig
strijder en leider gaf. Vooral bewonderen
wij de gematigdheid, zonder zweem van
zwakheid, waarmede hij voor de katho
lieke arbeiders opkwam en het succes, dat
hij in moeilijke jaren heeft weten te be
halen, mag voor een deel worden toege
schreven aan den tact en het goede in
zicht, dat hij immer aan den dag legde
Door zijn oordeelkundig optreden heeft hij
veel weten te redden van wat door het
onbehouden en soms roekeloos optreden
van rossige, rose, roode en vuurroode
bonden dreigde bedorven te worden.
En in eigen kring wekte niet zelden be
wondering de openhartige wijze, waarop
Kij te keer ging tegen z.i. verkeerde be
weging. Met een durf, dien men niet zou
FEUBU.ETON.
door ANTHONY HOPE.
(Uit het Engelscb vertaald.)
U)
Ik denk, dat je er spoedig kennis mee
*l|lt maken", zei Sapt. „Het zijn zes edel-
Leden, uit de huishouding van den Her-'
Zij zijn hem met lichaam en ziel toe
gedaan. Drie ervan zijn Rurifaniërs; dan
15 er een Franschman, een Belg en een
tan uw landslieden."
i-Wie zijn hier, Frits?"
"Do Gaulet, Ber sonin en Detchard."
Do vreemdelingen! Het is zoo klaar als
klontje. Hij heeft de Ruritaniërs bij
ba koning gelaten."
netbelang van den kaning vorderde ge
heimhouding. Ik had een mooi spel te
spelen in Strelsau.
Ik beval mijn paard voor te brengen, en,
^orgezeld van Frits, reed ik door de groo-
e ban van het Slotpark, al de groeten
Uitmoordend, welke ik ontving. Daarna
j"e(ld ik door een paar straten, hield stil en
,oe'U bloemen van een aardig meisje en
[■taalde haar mot een goudstuk. En aan
dien ik toen de gewenschte belangstel-
op mij had gevestigd (ik had nu een
oet van een vijfhonderd menschen achter
'D-roed ik naar de resdent ie van Prin-
-3 i?lavia, en liet vragen of zij mij wijde
itPlVaDgen- ®oze maakte aHer belang-
wakker en werd met kreten van
11 "it de menigte begroot. De prinses
zeer populair en de kanselier jcelve
had niet geaarzeld mij een stille wenk te
geven, dat zooveel te spoediger als ik Fla-
via ten huwelijk vroeg, en hoe vlugger ik
het tot een gunstig resultaat bracht, des
te sterker zou de liefde van mijn onderda
nen voor mij worden De kanselier begreep
natuurlijk niet welke moeilijkheden in
•den weg lagen om zijn loyale en uitmun
tende raadgeving op te volgen. Wat er ook
van zij, ik meende er geen kwaad mee te
doen haar een bezoek te brengen. En
'hierin ondersteunde Frit.s mij met een
■hartelijkheid, die mii verbaasde, lot hij
■mij opbiechtte, dat ook liij zijn motieven
had, op een bezoek aan het paleis der
prinses te staan, welk motief geen ander
was, dan dat hij een groot verlangen had
de hofdame en boezemvriendin van de
prinses, gravin Helga von S trof zin, te be
zoeken.
Etiquette ondersteunden de hoopvolle
verwachtingen van Frits. Terwijl ik word
binnengeleid in de kamer van de prinses,
bleef hij met do gravin in de anti-chambre.
„Je bent gouden louweren aan het
winnen", zei do prinses tot mij „Je bent
gelijk de prins in Shakespeare, die geheel
veranderde, toen hij koning werd. Maar
ik vergeet, dat u koning zijt, sire!"
„Ik vraag u over niets anders to spre
ken, dan wat uw hart u ingeeft en mij
bij mijn naam te noemen
Zij keek een oogenblik naar mij op.
„Ik ben trotsoh op je Rudolf", zei zij.
„Zooals ik je al gezegd hebt, je gezicht is
veranderd"
Ik nam het complimentje aan. maar wil
de hot gesprek liever oen wending geven:
„Tk hoor, dat mijn broer terug is. Hij
maakte oen uitstapje, nietwaar?"
verwachten bij iemand, die toch ten slofte
in vrij hooge mate afhankelijk was van de
gunst der massa, zeide hij de waarheid
zooals hij die zag, waar zulks pas gaf.
Wij aarzelen dan ook niet den heer
Loerakker een kracht te noemen voor
onze katholieke beweging, vooral in de
afgeloopen moeilijke jaren, die achter ons
liggen.
Vóór alles toonde hij zich katholiek en
met genoegen kon men opmerken hoe zijn
eigen, weldoordachte meening verkregen
was door grondige studie en doordrenkt
was van het katholieke princiep, dat wij,
naast de verzorging onzer stoffelijke be
langen, ook nog te denken hebben, en
zulks op de eerste plaats, aan ons eeuwig
heil.
Zijn bond wist hij in ledental op te
voeren in dit achtste deel van een eeuw
van 1000 leden tot een orgaan van 17000
loden. Wie zich de moeilijke jaren, die wij
doorleefden herinnert, begrijpt uit deze
cijfers meteen lioeveeï hij met zijn bond
voor de katholieke zaak heeft bewaard.
Er is dus reden om dit koperen feest fc
gedenken en wij kunnen ons wel indenken,
dat „Sint Deus dedit" de behoefte heeft
gevoeld haar voorzifter op dezen dag eens
duidelijk te maken hoezeer zij hora waar
deert.
Moge Loerakker nog vele jaren voor
onze katholieke beweging gespaard blij
ven!"
fL©ttes*aB3 ÊM Haignst
BOEKEN.
Gids voor studeerenden aan de
Rijks-Universiteit te Leiden cur
sus 1925-1926, uitgegeven van
wege het Leidsch Universiteits
fonds. S. G. van Doesburg,
Leiden
Jaarboekje der Rijksuniversi
teit te Leiden 1925. S. G. van
Doesburgh, Leiden,
Eerstgenoemd boekje is voor alle studen
ten onmisbaar; het bevat een overzicht
van de colleges en de te behandelen onder
worpen en tabellen van de colleges voor
a.s. Candidalén in verschillende facultei-
ten.
Hel tweede boekje bevat oen volledig
overzicht met alle wenschelijke hijzonder-
heden omtrent den staat der Universiteit,
haar onderdeden en aanhoorigheden per
21 September van dit jaar.
Het beschrijft voorts de geschiedenis
van het gewone universitaire leven gedu
rende het academiejaar 1924-'25. Men
vindt hier o.a. opgenomen de -rectorale
oraties en necrologieën van Oppenheim,
Prof. Visser van IJzendoorn en Prof. de
Jong.
Als bijlage is toegevoegd een aflevering
der Acta Lcidensia, uitgegeven vanwege
het Leidsch Universiteits-Fonds. bevat
tende de Academische Bibliographic over
het tijdperk van Januari tot September
1925.
Bij het V^rheitiqste. Metrische
bewerking der treffendste hoofd
stukken van Mother Mary Lo
yola's Coram Sanctisriom door
G. Jonckhlost 3.J. N V Dekker
en van de Vegt en J. W. van
Leeuwen, NijmegenUtrecht.
Verschenen is de v ij f d e druk van dat
wonderschoone werk ie.
Bij de eerste ui leave schreef pater
Jonckbloet S.J. dié het Engeleclie proza
heeft omgezet in poëzie: rijriiloozo vijf-
vocters* ,-H'ri doel, dat ik bij hot samen
stellen van dit bundeltje beoogde, was, mij
zeiven geestelijke opbeuring te verschaffen,
en mijner ziel de treffende gedachten der
eerbiedwaardige schrijfster eigen te. maken
Maar tevens was mijn doel, het genot, dat
ik smaakte, mede te deel en' aan andere:
en in veler harten de godsvrucht jegens
dat Goddelijk Sacrament aan te wakkeren,
die mijn hart tijdens de lezing en over
weging menigmaal ontvlamde."
Bij deze vijfde uitgave schrijft de ver
taler en bewerker o.m Een groot genoe
gen was het mij, te bespeuren, dat dit
kleine werkje in ons vaderland pakt, ge
lijk men dat noemt, en zijn weg vindt in
veel ruimer kring dan ik, bij de eerste
uilgaaf, mij dorst voorstellen, dat zou ge-
1 schieden."
„Ja, hij is hier", zei zij, terwijl haar
gezicht wat betrok.
„Hij kan niet lang van Strelsau weg
blijven, schijnt het", merkte ik glimlachend
op. „Wel, wij zijn alle blij hem te zien.
Zooveel te dichter hij bij ons is, zooveel te
beter."
De prinses keek naar mij met een glans
van pret in haar oogen.
„Je maakt je er niet bezorgd over, waar
neef Michaël begon ik.
„Hm, nèèf Michaël! Ik noem hem de
hertog van Strelsau."
„En je noemt hem Michaël, wanneer je
hem ontmoet?"
„Ja, op bevel van je vader."
Terwijl wij zoo spraken, kwam een lhid
gejuich van de straat. Do prinses liep naar
het venster:
„Hij is hel!" riep z;j. „Het is de
hertog van Strelsau!"
Ik lachte, maar zei ni-eis. Zij ging weer
-zitten. Een paar oogenblikken bleven wij
stil. Het rumoer buiten verminderde,
maar ik hoorde voetstappen in de anli-
chambre. Ik begon te spreken over ver
schillende onderwerpen Dit duurde zoo
•oen paar minuten. Ik vroeg mij af, waar
Michaël was heengegaan. Plotseling vroeg
Flavia mij zenuwachtig:
„Wil je hem woedend maken?"
„Wat? Wie? Hoe maak ik iemand woe
dend?"
„Wel door den hertog to laten wachten.
Hij is dn de anti-chambre."
„Groote genade!"
Ik sprong op, zwaaide de deur open en
ging de anti-chambre binnen. Michael zat
aan een tafel met een norseh gezicht.
Iedereen stond, behalve Frits, die op zijn
Wij felii il'-'-ren daarmede nii-t alt en
paler Jonckbloet, die zijn werk zoo be
loond zag, en den uitgever, die het uiter
lijk zoo keurig verzorgde, maar ook het
Katholieke volk, dat ware en schoone „de-
volie"-lectuur nog te waardeeren weel!
Moge ook deze vijfde uitgaven spoedig
haar weg vinden.
De H. Petrus Canisius S.J.
Bij al 't grootsche der schitterende
Canisiusfeeslen heeft 't volijverige comité
de kinderen.der lagere school niet verge
ten. Er is een keurig boekje verschenen
van 48 bladzijden met acht plaatjes in een
bevattelijken stijl geschreven. Eenige ta-
freeltjes uit het leven zijn met zorg ge
kozen en op een echt aantrekkelijke, boeien
de wijze voorgesteld. Zo zullen 't kinder
hart treffen en zeker in 't later leven bij
blijven. Waarom nu niet alles gedaan om
dit kleine boekje op onze Roomsche scho
len te verspreiden? De kinderen moeten
daar zooveel namen al hooren van man
nen en vrouwen, die groot waren in de
geschiedenis, zooveel feiten, die niet spre
ken lot hun hart, of verstand, waarom ,u\
niet Petrus Canisius leeren kennen, die in
grootheid en werkkracht de moesten we-
reldbelieerschers overtrof? Daarenboven is
hij een Heilige uit ons eigen land, een
beid des geloofs en hemelbewoner, die 't
kind in zijn kleine moeilijkheden kan
aanroepen als beschermer van zijn on
schuld
De prijs is im do vele duizendtallen, die
comité liet drukken lot 't minimum ge
reduceerd: 't kost 8 cent en is verkrijg
baar bij Dieben, Maarsmanssteeg, Leiden.
N. L.
TIJDSCHRIFTEN.
Het Schild.
De inhoud van de October-aflevering
van Het Schild, apologetisch maandblad
der „Petrus Canisius-Vereeniging", is:
Fr. Andreas Metz: Hoe Dominee Nils
Bcskow oordeelt over de R. K. Kerk TI;
A. E. Bo«rs: Beteekcnis van don priester
voor niet-Katholieken If; Piet Kasteel:
Katholicisme en Pausschap I; Op den
Uitkijk; Vragenbus; Boekbespreking; Cor
respondentie.
Na do groolere artikelen der steeds
zoo interessante rubriek „Op den Uitkijk",
waarin een tiental korte actueele stukjes,
en de leerrijke vragenrubriok.
Eén aflevering van Het Schild kan onze
geloofskennis al zeer verrijken!
Tooneelgids.
De Tooneelgids heeft no. 1 Aan zijn 11 do
jaargang uitgegeven.
Frisch, uit- en inwendig, ziet het
maandblad, dat verschijnt bij J. Vink Pz.,
te Alkmaar, er uit.
Voor allen, die het amateurs-tooneel
willen verheffen, daarbij leiding of in
vloed willen uitoefenen, is dit tijdschrift
onmisbaar.
RECHTZAKEN
KANTONGERECHT TE LEIOEN.
Voor do openbare behandeling komen
87 zaken op de rol voor, w.o. een aantal
Kieswet-ovetrcdingen in Zoeterwoude.
Voor niet openbaar staan le behandelen
11 zaken.
J. v. E., fabrikant te L e i d o n, is ge
dagvaard wegens het overtreden van do
veiligheidswet. Er zouden n.l. geen vol
doende beschermers aan een schaafma
chine gezeten bobbenBeklaagde zegt. dat
liet hij zijn afwezigheid geschied is en dat
door de haast vergeten was, ze er op te
zetten. G. luige Kramp, die aan do ma
chine ge-vvkt had, zeide, dat er erg ge
haast werd en hij toen alvast begonnen
was. Voor hem was liet gevaar niets groo-
ter of ze er op stonden of niet. Eisch f 15
boete.
L. II. L, aannemer te Rotterdam, heeft
aan een bouwwerk te Leiden te lang la
ten werken. Beklaagde had het laten doen
omdat do menschen zich 's avonds in do
keet verveelden, wat getuige D. v. Golden,
werkman te Rotterdam, bevestigde. Eisch
f 5 of 5 dagen.
G. R., schipper te Nicuwveen, heeft
volgens het verhaal, door niet op waar
schuwing van den brugwachter te stoppen,
een aanvaring veroorzaakt bij de Mare
brug te Leiden. Beklaagde had met andere
si liepen voor de brug gelegen, en was. loon
de roode vlag was weggehaald, doprgt-va .vu
Dit wil' zeggen dat ze door moeten komen.
De getuige, brugwachter J. v. d. Vel
den, had geen geh-genjieid gehad de roo
de vlag weer te plaatsen, docli beklaagde
toegeroepen te stoppen. Beklaagde had
het roepen niet gehoofd en hij behoeft ook
geen signaal te geven voor een open
brug. Do Ambtenaar zag dat liet schuld
bewijs niet is geleverd en vraagde vrij
spraak.
J. P. \V., landbouwer, te N o o r d w ij
le e r h o u t, is ten laste gelegd koeien op
het naast zijn land gelegen land van v. 't
Riet van Hazerswoude te hebben laten
loopen. Het kan een enkele koer gebeurd
zijn, dat er 1 koe liep, doch zeker geen
kooien, zooals de dagvaarding vertelt, en
ook niet op den datum in de dagvaarding
genoemd. Dit bevestigt de arbeider N. J. v.
d. Berg, (1 ie wel eens een koe van het land
gehaald heeft, doch niet dien datum. De
zaak werd 8 dagen aangehouden om den
veldwachter van Geer te hooien.
A. J. P. B,, tuinder te L e i d e n, is op
den Ilaagweg zonder daarvoor signaal le
geven met een rijwiel van richting veran
derd en heeft daarbij een wielrijdster aan
gereden die daardoor beschadiging aan
haar rijwiel kreeg. Beklaagde bekende. Ge
tuige Agatha M. Ontrop, den Haag, ver-
tolde, hoe 't gegaan was op minder flccine-
riger toon als beklaagde, en zeide f2 on
kosten gehad te hebben, en een gehavend
rijwiel. De schade had ze graag vergood
Getuige W. Affourtit-do Koning hoeft
het ook gezien en verklaart de schuld ge
heel aan beklaagde. Eisch f 6 of 6 dagen.
Zijt gij nog genegen-die f2 te betalen,
vraagt de Kantonrechter. Als ik ze maar
had, zegt beklaagde. En de booto dan? Er
zal dan niks opzitten als de hak maar in,
antwoordt beklaagde.
J. J. H. v. A„ banketbakker te L e i d c n,
niet verschenen, is arbeidswet overtreding
ten laste gelegd. Gehoord werden de be
drijfsleider W. H. Willemse en do bedien
de J. ten Haken, waarna geëiseht worden
drie geldboeten van f3 of 3 X 3 dagen.
Adriana O. wed. M., landbouwster te
Noordw ij k, heeft wee jonge hondjes die
danig jankten, zoodat de huurman er
vroeg het bed voor uit moest. De vrouw
komt 's morgens half zes op en helpt do
diertjes direct aan eten, meer kan zij niet
doen, en ze moet honden hebben, want
haar man is al vijf jaar dood. J. Parlc-
vliet heeft de hondjes tussehen 5 en 0 uur
hooren janken. Of er menschen last van
hebben weet hij niet. A. Oord, de buurman
die er last van heeft, wordt 's morgens a
i uur steeds wakker van de hondjes die
volgens anderen stil zijn tot half zes. Als
getuige a décharge komt mej. M. G. Lu ij
ken van Diemerbrug, die er al 3 weken
gelogeerd is. verklaren, dat zij nog nooit
de dieren gehoord heeft. De een is gevoe
liger dan de ander, zegt de Kantonrechter.
Eisch f 4 of 4 dagen.
J. M, caféhouder le Leiden, heeft lo
laat menschen in zijn zaak gehad. Deze II.
d. Gr.. W. G. F. v. H. en P. F. d. M., waar
van de tweede is verschenen, werden door
den caféhouder er in gehouden om eerst
een róemoerig koppeltje to laten passeeren.
De caféhouder erkende dat. Het was goed
bedoeld en 't waren alle gehuwde dus r.•■Mo
personen. Ja, maar nlif gehuwde men
schen zijn nog niet net, zegt de Kanton
rechter. Togen de eerste werd f 3 of 3 dagen,
togen do bezoekers f 2 of 3 dagen geëiseht;
iets waarmede v. TI. het nu niet zoo roe
rend eens was, want feitelijk was hij opge
sloten geweest.
W. J J. de S, le Oegstgeost, heft
zonder nummerbord gereden, 't Was haas
tig moeten gaan en toen vergeten. Eisch
f4 of 4 dagen.
G. H to Oegstgeost, heeft mri een
lantaarn gereden mctgel:leurde zijglnz n
en een verkeerden naam opgegeven. Be
klaagde had liet gedaan opidat hij hef zoo
gek vond, wijl do politic hem hooi goed
kon. Eisch f2 of 2 dagen, en f 10 of 10
dagen.
A. J. v. d. B„ schipper te L o i d e n,
hoorde voor wat vuil worpen in de Oude
Vest f 2 of 2 dagen eischen.
A. K. te Leiden, zou kaartgespeeld
hebben op den openharen weg, doch be
klaagde had het gedaan in den tuin bij «le
huren, waar hij op visite was. Volgende
week zal de verbalisant gehoord worden.
W. V., chauffeur te Leiden, heeft le
snel gereden, 't Was Zondagmiddag, ro-
gen ach lien on de Brcc.-.|raat. nu daar
gemakje in een fauteuil luierde. Hij
sprong op, toen ik lén n enk wam en ging in
de houding staan, dat z:jn vroegere on
verschilligheid nog beter deed uitkomen.
Het was niet moeilijk tc begrijpen, dat de
hertog Fritsje niet graag zag.
Ik sf-ak mijn hand naar Michael uit, en
omarmde hem. Vervolgens lc:«dde ik hem in
de kamc-r der prinses.
„Maar", zei ik, „als :k geweten had, dat
jij hier was, zou je geen oogenblik heb
ben behoeven te wachten."
Hij lachte zuur en zijn donkere oogen
bleven een oogenblik op mij rusten.
Na de gebruikelijke plichtplegingen,
stond Michaël plotseling op. Hij verloor
zijn zelfbeheersching en met een veront
schuldiging,' zei hij vaarwel. Echter, toen
hij do deur bereikt had. zei hij:
„Drie vrienden van mij zijn zéér verlan
gend de oer te hebben aan u voorgesteld
te worden. Zij zijn hier ifi de anticham
bre.''
Ik ging dadelijk naar hom toe. mijn arm
door den zijne stekend. Wij tradon broe
derlijk de anti-chambre binnen Michaël
wenkte en drie üiamien traden naar vo
ren.
„Deze hoeren", zei Michaël met een sta
tige hoffelijkheid, ,zijn de meest ver
knochte onderdanen van Uwe Majesteit
en zijn mijn trouwste vrienden."
„Om de laatste zoowel als om de eersto
reden", zei lik, „is het mij aangenaam met
hen kennis te maken."
Zij kwamen naar mij toe en kusten mij
de hand. De Gautet, Bersonin, en Det
chard, de Engelschman.
Daarna keerde ik terug om van mijn
nicht afscheid te neinon. Zii stond in do
deur. Ik i-am haar band in de mijne.
„Rudolf", zei zij zachtjes, „zul je op
passen?"
„Waarvoor?"
„Je weet 't wel ik kan hot niet zeg
gen. Maar bedenk, wat je leven beteekent
voor
„Wel, voor
„Voor Ruritania."
Deed ik goed of kwaad. Tk weet het n;ot.
Ik -durfde haar de waarheid niet te zeg'
gen.
„Alleen maar voor Ruritania?" vroeg
ik zachtjes.
Een blos kwam plots ring over haar
knap gezicht.
„Ook voor je vrienden", zei zij.
„Vrienden?"
„En voor je nicht en liefhebbende die
nares'', fluisterde zij.
Ik kon niet spreken. Ik kuste hanr
hand en ging heen, mijzelf verwenschend.
HOOFJXSTUK IX.
Een n euw gebruik van een theetafel.
Op een goeden dag kwam Sapt mijn
kamer binnen. Hij w-ierp een brief naar
mij toe, zeggend:
„Die is voor jou een vrouwen-hand,
geloof ik. Maar ik heb allereerst ander
nieuws voor je."
„En dat is?"
„Dat de koning op het kasteel van Zen-
da is", zei hij.
„Hoe weet je dal?"
(Wordt vervolgd)