Tweede Blad EEN JUBILEERENDE MISSIE-CONGREGATIE. Akker's Zaterdag ?2 Augustus 1925 (Gezelschap van 't Godde! jk Woord, Steil —Uden).. Treurig was 't met 't nieuwe missiehuis gesteld, toen reeds kort na 't begin twee van rector Janssen's volgelingen ze ren toen pas met vier weggingen we gens meeningsverschil over de stichting. Zeker was 't den Stichter 'n troost, dat de Bisschop van Roermond, aan wien deze zaak was voorgelegd, zijn zienswijze deel Öe en goedkeurde, 't Vertrouwen van Jans 6en op 'n betere toekomst werd niet be schaamd. De Kirlluurkamp in Duitschland, die in veler oogen 't plan van Janssen nu juist onmogelijk maakte, werd de aanlei ding van 't toetreden van nieuwe medewer kers. Door de sluiting van 't groot-semina rie te Munster genoodzaakt, elders 'n ge legenheid te zoeken om hun roeping te be reiken, sloten zich Johan Janssen, de jong ste broer van den Sfchter, en diens vriend Herman Wegener, bij 't nieuwe missie- buis aan. Nadat zij kort daarna de-pries- ierwijd-ng ontvangen hadden, evenals de reeds genoemde Anzer. (die 15 Aug. 1876 te Utrecht door Mgr. Schaepman werd ge wijd) waren er op 't eindo van dat jaar weer vier priesters in 'I M ssiehuis. Nog verscheidene andere Duitsc-he priesters volgden 't voorbeeld van Jan Janssen en egener, sommigen hie'pon voor 'n tijd, terwijl anderen voor goed bleven. Studie-inrichting. Ook waren reeds in 1876 de eerste 12 studenten in Steil gekomen; onder hen Nicolaas Blum, later de opvolger van 'Janssen als algemeen-overste. Dit aantal nam de volgende jaren zeer snel toe. 't Missiehuis Steil was. wat de inrichting, betreft, iets nieuws. Do oudere Missie congregaties, b.v. Mill-Hill, Scheutveld, hadden alleen een groot-seminarie. Jans sen wilde ook met de lagere studies be ginnen. Tot voorbeeld dienden hem hierbij de apostolische scholen, oa. te Turnhout, rAv gnon, Amiens naar 't model van Pater Foresia S.J. toch was er nog 'n groot onderscheid tusschen genoemde scholen en 't nieuwe „missiehuis". Waren eerstgenoemden eigenlijk meer convicten, waar de studenteij woonden om de lessen te volgen aan een of ander gymnasium of co'lege in de stad Janssen wilde een volledige stud e-inrichtjner. W3ar> hjj 7ongens opnam van iz jaar en ze ze r beelemaal opleidde tot 't priesterschap. De motieven die hem daartoe brachten, waren de volgende; 1. Een Missionaris Timet niet alleen dezelfde wetenschappelijke ontw'kkeling ontvangen als de seculiere geestelijkheid, maar moet zich bovendien velerlei kennis eigen maken, die hij later nood'g heeft. 2. Het is voor een Missiona ris van groot belang, dat hij.reeds van jongs-af in den geest van offervaardighe:d en zelfverloochening wordt opgevoed 3. Bij de roepingen voor de Missie moet re kening gehouden worden met 't feit, dat zeer veel degelijke roepingen te verwach ten zijn uit families van den werkenden stand, d:e do eerste opleiding van hun zoon aan gymnasium of klein-seminarie niet kunnen bekostigen. Daardoor gingen tal van waardevolle roepingen totdusver voor 't Rijk Gods verloren." Dit voorbeeld van Steil is vanlieverlede door andere Congregaties nagevolgd zeker 't beste bewijs, dat' Janssen h:er goed gezien had. Niet alleen ~heeft deze studie-inrichting veel bijgedragen - tot spoedigen bloei van Steil zelf, doch gerust kan men beweren, dat indirect door dit voorbeeld na te volgen, ook andere Con gregaties ervan proftcerden Een opper vlakkige beschouwing toch leert reeds overduidelijk, dat er onder de honderden Missionarissen en duizenden studenten, die ons land telt er velen niet tot 't Pries terschap gekomen en vele 6tudenten geen student zouden wezen, als er geen missie huizen waren, waar over 't algemeen de kosten veol geringer zijn. Snelle uitbreiding. Reeds in 1876 bood 't Missiehuis de oude herberg geen vo'doende plaats meer voor 't steeds toenemend aantal stu denten en moest er gebouwd worden, doch spoedig was de nieuwe bouw weer te klein De eene uitbreiding volgde nu op de an dere en reeds in 1886. elf jaar na 'l zoo nederig begin, stond er te Steil 't reuzen complex van gebouwen, met boven- en be nedenkerk, ongeveer zopals 't thans nog is. In 1888 ontstond 't college S. Raphael te Rome, voor studenten aan de universitei ten en tevens zetel van den Procurator. In 1889 werd bovendien begonnen met den houw van 'n nieuw Missiehuis. St. Gabriël, bestemd voor de hoogcre studies, terwijl in Steil alleen de lagere bleven. B nnen enkele jaren volgden nu nog de volgendo missiehuizen: Heilig-Ivruis te Neisse in Silezië (1892), St. Wendelinus, in 't Saar- gebied (1898) en de laatste stiohting tij dens 't leven van P. Janssen St. Ru pert bij Salzburg (1905). We willen bij deze uitbreiding niet lan ger stilstaan, doch een paar zaken verdie nen nog onze aandacht, omdat Steil ook hierbij weer baanbreker is geweest. Op do eerste plaats: De Drukkerij. Al vóór de open'ng van 't M:ssiehui.s gaf de Sliohter een tijdschriftje uit, de „Kleine Herz-Jesu-Bote", door dit orgaan kon hij de stichting voorbereiden en kwa men de eerste giften binnen Dat was de kiem, waaruit later de groote drukkerij ontstond, 't Jaar na de open;ng werd reeds een kleine handpers gekocht en voortaan 't blaadje te Steil zelf gedrukt. Voorzoover ons bekend, heeft tot 't oprichten der druk kerij geen enkel klooster hein lot voorbeeld 'end. Aan zoo'n eigen drukkerij waren groote voordeelen verbonden. Op de eersle plaats is natuurlijk 't verspreiden van goede geschriften 'n nuttig werk, zoowel omdat men daardoor siechfe lectuur weert, 'sook om den positief-goeden invloed, d e rvan uitgaat. Met name hebben die ge schriften er veel toe bij gedragen om den missiegeest onder de geloovigen op te wek ken en de meeste roepingen zijn wel te danken aan de lezing van missielecUmr. Bovend en is de drukkerij spoed:g van ~roote financieele beteekenis geworden voor de Congregatie. Niet op de eerste plaats dat daardoor giffen binnenkwamen, integendeel, zelf arbeidzaam als de Stich ter was, heeft hij gewild, dat zijn Congre gatie door eigen arbe d zooveel mogelijk haar eigen onderhoud zou verdienen Werfelijk is de drukkerij hiervoor een zeer geschikt middel geb'eken. In de goede ja ren vóór den oo.rlog kon zij niet a'leen de h^p_ --eoliiko «ommen over leggen voor de M ssie. P s te gereeder ken dit bedrijf winstgevend worden gemaakt, daar al 't werk door eigen Broeders ver richt, die ook voor de verspreiding van de geschriften zorgden. Hetgeen de priesters Congregatie in Ste:l hebben gezien, hebben ze met succes zelf ook elders na gevold. Zoo beschikt de Congregatie over drukkerijen te St. Gabriël bij Weenen. Tcchny (III.) Vereenigde Staten, Julz de Fora (Brazilië), Buenos Aires (Argenti nië), Jentsjofoo (China) vroeger te Lome (Togo). Onlangs werd ook 'n drukkerij op gericht te Manilla (Philippijnen) en op F'ores. waar ze 'n Madeisch tijdschrift ver spreidt, dat reeds 3000 abonné's telt. Waren de eerste tijdschriftjes, d e Steil erspreidde, in 't Du'tsch gesteld in 1880 verscheen voor 't eerst de St. Mi- chaëls-Almanak tegelijk in Duitsch en No- derlandsch. Deze Nederiandsche St. Mi- chaëls-Almanak is de oudste Missie-Alma nak en lange jaren was hij de eenige in ons land. Retraitewerk. Bracht Steil iels nieuws met zijn m:s- sie-dvukkerij, eveneens geldt dit op een ander geb:ed, dat niet zoo rechtstreeks met de Missie in verband staat. n.l. Gesloten Vo'ksre'ra-'tes De eerste uitbreiding van 't Mtssiehu's in 1870 was nog niet vol tooid, toen de Aartsbisschop van Keulen, Mgr. Melchers, den Rector vroeg, zijn Mis siehuis voor priesterretraites beschikbaar le stellen, daar die wegens den politieken toestand in DuiLschland onmogelijk waren. Hoewel 't buis nog niet geheel klaar was, nam Jqnssen 't voorstel aan en zoo kwa men dan den löden Sept. van dat jaar de eerste 41 priesters daar hun retraite doen. In den herfst van 1877 werd de eerste sloten retraite gehouden voor leekon. War ren de eerste volksretraifes alleen door Duitschers bezocht, in 1884 kwam de eer ste groep Ho lumisohe hoeren te Steil. Toen dan ook in 1907 de Jezuïeten te Venlo hun retraitehui Manresa openden, was 't idee van gesloten volksretraites in ons land niet geheel nieuw meer. Volgens L. v. Miert S.J. (Heraut van 't H. Hart, 1925) had den voor dien tijd „ongeveer 1300 onzer landgeuoolen te Steil hun geestelijk leven opgefrischt en versterkt.'1 Van een edele onbaatzuchtigheid getuigt 't antwoord dat Janssen gaf aan Uater Cramer S.J., toen deze hem 't plan den: oprichting van Manresa mededeelde vroeg, of hij 't soms niet onaangenaam vond: „Wel, Pater, hoe kan U dat vra gen? 't Is tooh allemaal ter oere Gods!" Ook do Missiezusters van Stei', door Pater Janssen gesticht, begonnen in 1896 met de gesloten retraites voor vrouwen en brachten dit werk in 1912 over naar 't nieuw-gostichte retraitehuis te Uden. Volgens 't verslag van 't Jubeljaar der Congregatie beliep 't volledig getal rr'rai- tanten in de genoemde huizen, r «n 1925, niet minder dan 137.800. Eerste Missies Voor den bloei en de voorspoedige ont wikkeling der Congregatie van Steil was 't van groote beteekenis, dat do Stichter reeds vier jaar na 't begin (1879) zijn eerste Missionarissen kon uitzenden: An- rer en FreiDadcmelz. Dat gaf aan geheel 't werk als 't ware karakter en kleur, ijver geestdrift en 'n stemming, waarvan men den indruk nu nog altijd ondergaat, als men de almanakken en tijdschriften van dien tijd doorbladert. Spoed:g werd de eerste Missie S. V. DZuid-Sjantoeng China, tot vicariaat verheven, als be- s van goedkeuring voor 't werk der Congregatie. In de jaren omstreeks 1900 heeft deze Missie, eveneens aJle andere in Ch na, moeilijke tijden doorleefd, die be gonnen met de vermoording van <Je beide Paters Nies en Henle, wier bebloede k'ee- ren nog te Steil bewaard worden Na dien jd volgde er 'n snelle uitbreiding, zoodat in 1918 de Missie reeds 41.000 katholie ken telde, waaronder 57 Miss:onarissen en 2 inlandsche priesters werkzaam waren. De meeste dier Missionarissen waren Duitschors, doch enkele Hollanders onder hen werden meer bekend, n.l. Pater Piet No:jen uit Helmond (later de eerste Apost. Prefect der Flores-m ssie) en Pater Theo Vilsterman uit Zwollo, die na den dood Vail P Frp.InaAxirx gatie toevertrouwd: in 1892 do Missie van Togo en in 1896 Duitseh-Nieuw-Ou'nea (Keizer-W Ihelms-Land nu Austra- sch). In de laatste levensjaren van den Stichter werd bovendien 'n begin gemaakt et de Missie in Japan en onder de uegers n Noord-Anierika. Toen in *1907 de Slichter zijn 70sten verjaardag vierde, telde de Congregatie •ers, in 45 were'ddeelen reeds 399 verspreid. (Wordt vervolgd). BisifëE£§LAND HET CONFLICT IN DE METAAL INDUSTRIE. Het standpunt der syndicalisten. De Syndicalistische Federatie van Me taalbewerkers zendt ons het volgende com muniqué: De Synd. Fed. van Metaalbewerkers, af- deeling Rotterdam, besprak het schrij ven van den Metaalbond aan de vier sa menwerkende organisaties. Dit schrijven, uitsluitend gericht aan bovengenoemde combinatie, raakt niet al leen die organisaties, maar ook de orga nisaties van werknemers in de metaalin dustrie, welke niet direct bij de leiding zijn betrokken. Zooals vanzelf spreekt hebben ook die organisaties interesse bij de houding,thans door de wergevers-organisalies ingenomen H;et ligt voor de band, dat do eisch van den Metaalbond onvoorwaardelijk moot worden afgewezen, en geen enkele toezeg ging mag worden gedaan. De synd. organisatie stelt zich op het standpunt, dat de 48-urige werkweek met alle inacht gehandhaafd moet worden en dat de regeering niet het recht van beslis sing mag hebben tot het verleenon van overwerkvergunning. Deze kwestie dient op economisch terrein te worden uitge vochten. Ingezonden Mededeeling ...Die telkens terugkeerende nsthma-aanvallen vernielen Uw hart. Voorkom dus dat de taaie slijm zich vastzetGe bruik daarvoor de beproefde Een kwestie In de Amst. Haven? Wijzigingen in loon- en arbeidsvoorwaarden gevraagd. De Amst. Feweralie van Transportar beiders schrijft aan de „Tol.": Vanwege de afdeeling Amsterdam van den R.-K. Bond van Transportarbeiders, de Amsterdamsche Federatie van Trans portarbeiders en de afd. Amsterdam van den Ned. Bond van Ghr Fabriek- Transportarbeiders, is d.d. 22 Juui eu Juli oen schrijven gericht aan het hoofd bestuur van de Schoepvaarlvereeniging Noord", ten einde een bespreking toe te staan, naar aanleiding van de daarbij ge voegde voorgestelde wijzigingen, omtrent enkele tarieven en aanvullingen op de bestaande loon- en arbeidsvoorwaarden. lot heden is genoemd schrijven door het bestuur der Scheepvaartvereeniging Noord" niet beantwoord. Na mondelinge inlichtingen daaromtrent, werd mededee ling gedaan door een directeur der Scheep- aatrvereeniging „Noord", dat beantwoor ding niet zal plaats vinden. Klaarblijkelijk vindt dat zijn oorzaak, dat de beide confessioneele organisaties zich 'n combinatie met do Amst. Fed. van ransportarbeidors tot de Scheepvaart vereeniging heeft gewend. De arbeiders zien in de houding van do Scheepvaartvereeniging het nogeeren an bun organisaties. De besturen der organisaties zullen met hun leden den stand van zaken hespre- ^l'nn-Tl. /taarnml~>»i .mrtrr van de Fed. van ïrauo^j.. t zou de Scheepvaartvereeniging „Noord" niet geantwoord hebben op een brief van den R.-K. Rond van Transportarbeiders, de Federatie en de Chr. Transportarbei ders, heeft do „Tel." inlichtingen inge- onnon bij de Scheepvaartvereeniging ,Noord". Deze deelde mode, dat aan oen verte genwoordiger van de drie bonden monde ling een uiteenzetting was gegeven van het standpunt dor directie, dat hierop neer komt, dat tijdens het houtseizoen geen sprake kan zijn van wijziging in de ar beidsvoorwaarden, daar nu eenmaal de contracten reeds opgemaakt zij-i Det Duitschu pasvisum. De kwestie dor afschaffing. Opnieuw duiken van Duitsche zijde be richten op, dat binnenkort het pasvisum tusschen Nederland en Duitschland zal worden afgeschaft. Naar de Tel. van bevoegde zijde ver neemt, is het echter zoover nog niet. Hoe wel Nederland principieel voor afschaf fing van het visum is, beeft onze regoe- ring nog niet op het Duitsche voorstel tot afschaffing kunnen antwoorden, omdat het overleg ter zake tusschen de departe menten van Blnnenlandscbe Zaken, ïfut* titio en Arbeid nog gaande is, en men hof dan bovondiën met de Duitsche rogeerin* nog oens moet wordon over de voorwaar-* den, waaronder tot afschaffing zou kun nen worden overgegaan. De pensioenregeling voor Rijkspersoneel. Het bestuur van de Centrale van Ver eenigingen van Personeel in 's Rijks dienst beeft tot den minister van Financiën het verzoek gericht, het daarheen te willen leiden, dat de termijn van 1 September, als bedoeld in artikel 150 van de Pensioen wet 1922 voor burgerlijke ambtenaren, tot 1 November 1925 worde verlengd, opdat m deze materie meerder licht worde ont stoken en de betrokken ambtenaren, be ambten en werklieden met meer gerust' heid een beslissing kunnen nomen. Vermindering van gedistilleerd accijns. Bij Kon. Besl., opgenomen in St.bl. 353 is opgenomen de verandering van art. 1 van het Kon. Besl. van 15 Deo. 1917 (St.bl 695), hierin bestaande, dat daaraan een tweede lid wordt toegevoegd, luidende: De vormindering wordt niet genoten voor den acijns van gedistilleerd dat, onmid dellijk dan wel middellijk, voor rekening van den brander, distillateur of handelaar wordt uitgevoerd naar liet buitenland, met teruggaaf van den accijns op den voet van artikel 1, letter b, van de wet van 18 Juli 1904 (Stbl. no. 190). Dit besluit treedt in werking met in gang van 1 September a s. en is niet van toepassing ten aanzien van den accijns van gedistilleerd, waarvan do aangifte ten uitvoer volgens artikel 120 der Algemeo- ne wet van 26 Aug. 1922 (St.bl. no. 38) vóór dien dag is ingeleverd Vereenvoudiging douarie-formaliteiten. Ten gevolge op hel desbetreffende be-* richt in de Ned. St. Crt. 1925 no. 117, maakt het Ministerie van Buitcnlanrlscho Zaken békend, dat Perzië op 8 Mei 1925 is toegetreden tot het verdrag met bijbehoo- rend protocol ter vereenvoudiging van douane-formaliteiten en voorts, dat do akte van bekrachtiging door Duitschland is neergelegd op 1 Aug. 1925. Overeenkomstig art. 20 van hot verdrag is dit verdrag voor Perziö in werking go- troden op 6 Aug. j.l. en zal het voor Duitschland in werking treden op 30 Oc- tober a.8. Woningtelling in Bussuui. Het gemeenlcbesluur van Bussum heeft do uilkomsten gepubliceerd van een wo-* ningtclling gehouden in September vnn het vorige jaar en b'jgeweikf tot 30 Juni j.l. Merkwaardig z jn daarin de cijfers om trent door eigenaars bewoonde perceelen op 1 Jan. 1925; vau do totaal 4007 wonrn- gen wordert niet nvndor dan 2007 door uenaars bewoond, en wel 1767 perceelen zonder nering en 240 met nering. HiwhiJ waren 336 lurzen zonder nering mrtt oen eentace onbewoonde perccem-n - pet. of 5.14 pet. van de huurwoningen al-» leen, van do woningen boven f 1000 huur waarde was 8 21 pet. onbewoond (56). In niet nvnder dan 416 won n?en kwam op 1 Jan. duhbolo, of mee^uhbole bowo* ning voor. waarvan 150 arbeiderswon in treft waren. Twee perceelen mot een huur waarde boven f 1000 werden zelfs elk door 4 gezinnen bewoond. In totaal huisden 468 gez;nnen in samenwoning Wat de arbeiderswoningen betreft is bot aantal samenwoningon in het eerste half jaar van 1925 mot 33 verminderd. Totgez'nnen (ouders en kinderen) ba* hoorden, op 1 Jan. 1925 19 072 personen, inwonende familieleden 436, 'nwonend personeel huishoudelijken dienst 1244, an der inwonenden 809, invvonenden van in-* afdingen 266; tolaal nanlal inwoners 21.873 Het aantal gozinnen was 4926. da gemiddelde gezinssferkfe (met inbegrip van allo inwonenden) 4,4403. Wal zijn landwegen volgens de wel? Do Raad der gemcento Edam besloot on* langs de Alg. Politieverordening aan te vullen met bepalingen ten aanzien van da breedte van velgen en banden van wielen. FEUILLETON. DE FAMILIE HOLLMANN Naar het Duitsch van E. KRICKEBERG. O— (Nadruk verboden.) Daar streelde de lieve tante met haar ïeere vingers het aangebeden nichtje kal meerend over de wang, als ze verdrietelijk was daar liet men een booze bui van iden verwenden lieveling heelemaal niet opkomen. En overkwam haar werkelijk eens een ongelukje, dan deed ieder, zelfs het kamermeisje, zijn best het haar te Öoen vergeten. Ja, daar leefde men ook in een atmosfeer van voornaamheid en fijn- beid; daar respecteerde men de eigenaar digheid van den ander. Dulden en elkan der respecteeren waren de voornaamste le vensregels, die daar golden. Dat ze zelf steeds veel meer tegemoetko ming geeischt, dat ze de plaats in het mid delpunt van alle belangen voor zich zelf heel van zelf sprekend ln beslag genomen had en zich weinig geinteresseerd voor het welbehagen van anderen, als het haar tnaar naar wensch ging, dat viel haar niet in. Men had die egoisitsche veeleischend- heid immers kunstmatig in haar gekweekt jen hielp haar daarin hoe zou zo daar toe komen, zichzelf een kritischen maat staf aan to leggen? Zij voelde haar huidige verlaten zijn als $en ongehoorde plicbtvergetenheid van het lot en richtte al baar toorn tegen den on- gelukkigen dokter, die haar hierheen had doen gaan. Oom en tante, die in Rad Rauheim vertoefden, -hadden aanstonds hun bedenkingen uitgesproken tegen een verblijf van hun lieveling op het land in primitieve omstandigheden en Wolf vnn Buttler had penvoudig gelachen om die „heel wnanzinniee" idee. De oude goede dokter becron grillig te worden. „U houdt het geen drie dagen uit Eva." Wolf was baar vermoedelijke toekom stige man, en als Eva er goed over na dacht, dan bad juist zijn woord den door slag gegeven Zij wilde hem bewijzen, dat ze het uithield men moet zijn man in tijds opvoeden. En nu kwam haar trots weer in opstand Neen, dat mocht ze zich niet aandoen, dat ze hem grond gaf om te triomfeeren. Een poosje tenminste moest ze het uithouden, zoo lang tot ze een plausibele reden vond om haar verblijf in Langdorf te bekorten Maar den dokter zou ze haar opinie niet verbergen, en ze schrpef ppn langen, alles behalve vriendeliiken brief aan den ouden vriend van haar familie. Den volgenden morgen ontwaakte ze in alle vroegte door allerlei vreemde geluiden en was ook aanstonds klaar wakker. Merkwaardig had zij, die thuis zoo aan slapeloosheid leed ondanks haar ergernis en de lange middagrust van den vorigen dag uitstekend geslapen. Toen zo op do klok keek, schrok ze bij na: Vijf uur! Zoo ongehoord vroeg was ze, zoolang ze zich herinneren kon, nog nooit opgestaan wat moest ze met dien heelen langen dag beginnen. Verstoord draaide ze zich van de eene zijde op do andere en probeerden weer in te slapen. Maar van het binnenplein klonk door het open venster bet geloei der koeien het gekraai der hanen, het rollen der wa gens, gerammel van kettingen lawaaien en stommelen, luide raenschenstemmen, ge luiden, onafscheidelijk ^verbonden met het ontwakende loven op een groote hoeve. Een nieuwe ergernis voor Eva. Geen mensch nam hier ook maar do minste no titie van den vreemden gast In huis. Het was natuurlijk vergeefsebe moeite, nog eens aan inslapen te denken. Met een toornig zetje sprong ze uit bed, en amper had ze zich eenigszins gekleed, of reeds klopte een stevige hand aan de dour: het meisje van den vorigen avond bracht frisch water en een tablet met het ontbijt. Eva meende haar oogen niet to mogen vertrouwen; een bord dikke haver moutpap en met honing gesmeerde brood jes verder niets. Eva was gewoon haar thee 's morgens te drinken. Zij dronk den heelen dag thee en kon hem beslist niet missen. „Neem dat maar weer mee", zeide ze woedend. „Het tweede ontbijt is pas om negen uur", meende het meisje te moeten waarschu wen. „Tk zal bet liever laten slaan, als de freule nog eens trek mocht krijgen". „Neen, u brengt bet mevrouw Hollmann terug", beval Eva kathegorisch. Dan kon die eens zien, dat ze zich niet behandelen liet als een gevangene door haar en haar goeden vriend, den dokter. Natuurlijk zou ze nu zelf komen, mis schien een standje schoppen..., vooruit maar. Eva was gewapend. Ze verwachtte ieder oogenblik haar klop pen te hooren terwijl zo met een behage- lijkheid, die te groot was. om zich door haar ergernis te laten onderdrukken, in het koele bronwater baadde. Zij vergat zelfs, dat ze de gewone hulp moest missen. Ema moest zich alleen friseeren en klee- den, alleen haar schoenen aantrekken; al lemaal ongewoon werk voor haar, waar onder langzamer de ontstemming meer en meer bezit van baar nam des te meer, waar mevrouw Holluiann niet verscheen, om naar haar wensehen to vragen. Zoo luidruchtig als het beneden toeging, zoo stil was het op de bovenverdieping, waar Eva logeerde. Daar was geen sterveling te hooren of te zien, niemand bekommerde zich om haar, ja, als ze 'n wenscli bad gehad, zou ze niet eens in staat zijn geweest, iemand le roepen, want een bel bevatte de logeerka mer van dit achterlijke boerenslot niet. Eindelijk was ze met baar toilet klaar, maar baar baar zat scheef en met bet in rijgen h^d ze zich zoo moeten afbeulen, dat zo er heel verbit uitzag. Haar spie gelbeeld te bekijken was haar waarlijk geen genot. En omdat ze niet wist wat ze anders moest doen, ging ze aan liet ven ster naar het bedrijf beneden staan kijken. Daar heerschte opgewekt leven, al wa ren de spannen ook al lang weggerateld. Men was juist bezig het vee naar de wel den te brengen prachtige dieren. Hoe ze zoo daarheen stapten, de breede k°P" pen met de zware horens hoog op, do, vrij heid ruikend. De ouden, verstand igen, met waardigen stap voorop, achter ben de halfwas, baar overtollige kracht in overmoedige caprio len uitvierend. Dat was een schilderachtig beeld, welks bekoorlijkheden zelfs do booa kijkendo kunstenarsoogen van Eva zich niet konden onttrekken. De koejongen liep achter de kuddo eiï probeerde met zijn hot en hu zijn bescherm melingen in de rij te houden. Een meisjo hielp hem daarbij, energiek een korten stok hanteerend. Zij droeg een donkergrijs lnv< nen kleed, over het hoofd een witte doek, tot bescherming tegen de reeds weer heet neerbrandende zonnestralen diep in het voorhoofd getrokken. Tot aan den uitgang geleidde ze de scha- dan sloot ze de poort en ging naar de stallen terug. Het viel Eva op, hoe elas tisch haar gang, hoe sierlijk haar gestuite en hoe knap en zindelijk het eenvoudig kleed was. Haar gezicht .kon ze niet zien, maar het was beslist een knap boeren meisje. Van de stallen kwam, haar tegemoet, een jonge man in sportjas en rijlaarzen wel de zoon of de rentmeester van mevrouw Hollmann. Hij bleef bij 't meisje staan, zj babbelden en lachten een oogenblik samen, dan gaf hij haar een plagerigen tik en liep Een kwaadaardige trek kwam op Eva 3 gezicht. Die schenen wel erg met elkaar vertrouwd: de meid en de rentmeester, ot zelfs de zoon des huizes? Zou did energieke mevrouw Hollmann dat onder baar oogen dulden? Bah! Wat ging het haar aan, wat die lui d€1ïaar ze bleef toch aan het raam staan/ want het leven op bet binnenplein wa4 reeds begonnen haar to Interesseeren uit verveling natuurrlijk. (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 3