,0e lelsciffi Courant"
/ierde Blad
Zaterdag 16 Mei 1925
De Encycliek-Meeting.
UIT OE PERS
UJK No. V.
Innezonde^ Mededeelinp
Gelijk telken jare, maken ook thans weer
e veertien afdeelingen ran den Ned. R. K.
olk&bond rond de stad Leiden zich op ter
erdenking van de uitvaardiging der
ncycliék Jtonrm Novarum" door Paus
eo XIII.
Het stemt tot vreugde, dat de belangstel-
ng voor deze jaarlijks terugkeerende her-
■nking zich, en niet alleen bij de arbei-
irs, in stijgende belangstelling mag ver-
'ugen.
Kon in 1922, na de meeting te Liase,
orden getuigd van een grootschen op-
cht, waarvan vriend en vijand lof sprak,
,n heerlijke redevoeringen en van enthou-
aste toehoorders, in 1023 was de ge-
cente Wassenaar getuig© van een nog
bitterender optooht, met nog grooter
elname terwijl ten vorige jare in de
i meen te Noor dwijlcorh out een demonstra-
werd gehouden, die alle voorgaande
owel door deelname als door enthou-
isme in de schaduw stelde. En dit jaar
i ,1 de meeting gehouden worden te Kat-
ijk aan den Rijn, op Hemelvaartsdag a.s.,
i wij durven voorspellen, gezien de spre-
t ns, die daar het woord zullen voeren en
aanmerking nemend het terrein waar
i meetfhg zal plaats hebben, dat dit jaar
ker niet bij zijn voorgangera zal ten
hter blijven.
Als wij op het programma den naam
en prijken van een Pater Vrijmoed uit
3 ilft, gevierd' redenaar en vurig propagan-
st, en daarnevens den naam van den
i er Jos. Maenen uit Heerlen, voorzitter
e n den Limburgschen Werkliedenbond, die
et het grootste succes als spreker optrad
- congresen en Katholiekendagen en die
vendien door zijn jarenlange vereeni-
e ngspraktijk als bij uitstek deskundige
a oot worden aangemerkt, dan zijn wij
n rluigd, dat bon derden vol verwachting
0 cl: op Hemelvaartsdag naar Katwijk zul-
- begeven en dat niemand onvoldaan
liswaarts zal keeren.
s De Encycliek-herdenking zal aanvangen
half drie met een Lof in de Parochie-
- rk. daarna optocht met ontplooide banio-
'n n en muziek door Katwijk aan den Rijn
ar het meetingsterrein, in den pratoh-
en tuin der Paters Jezuiefen
!nWij willen besluiten met een oproep niet
"oen aan de R.-K. arbeiders, maar aan
,G o Katholieken:
Neemt deel aan deze herdenking; betoogt
|->"or hel R.-K. Vereeniigiingsieven en brengt
)T' arna in practijk de wijze lessen, die de
ide sprekers U zullen geven. Per fiets,
r( r tram, per boot, per autobus en te voet
optocht:
r AllennaarKatwijk!
4-
A PATER VICTOR CATHREIN S.J.
Pater Victor Cathrein S.J. vierde Za~
dag zijn tachtigsten verjaardag,
d Z.Exc. Mr. Aalberse herdenkt hem in
>t t laatste nummer van H^ t Katho-
rtek Sociaal Weekblad,
iv Wij ontleenen daaraan het volgende:
af „Velen met mij zullen moeten getuigen,
■>r t zij aan Cathrein ontzaglijk veel te
V nken hebben. De jongeren onder ons
llen moeilijk geheel begrijpen, wat Ca-
,t( rein en Pesch voor ons geweest zijn,
>v ïn wij nog jong waren. Katholieke stu-
'oiitenvereenigingen bestonden nog niet.
ij hadden, aan een openbare universi-
in t -studeerende, geen katholieken profes-
«r noch een moderator, tot wie we ons
ik aden wenden, wanneer onze studie ons,
Katholieken, vaak voor ernstig© moei-
iheden plaatste. Vooral voor de juris-
waren toen de boeken van Cathrein
Pesch een uitkomst. Hadden wij hen
et gehad, wat zou er van ons geworden
li! FEUILLETON.
n
Eindelijk waren zij allemaal vereenigd
nel de lijken, wachtend in angstige en
pchtige spanning op het oogenblik dat
ijnheer Renard zijn licht zou laten stra-
U zegt dus dat het nummer 5 ia,
oog mijnheer Renard.
Ja, het zal overigens gauw afgeloo-
n zijn.
Dit zeggende smeet de heer Tringle het
een weg met een breed gebaar.
De plaats was leeg, Julot Casque d'Or
d het niet de moeite waard geoordeeld
den wettigen bezitter terug te leggen.
Ha, riep de heer Tringle. Het lijk
wegl
Opeens ontdekte hij het briefje dat Cas-
0 d'Or achtergelaten had. Hij raapte
1 op en las: „Jullie zljt een hoop slecht
gevoede kinkels. Jullie verveelt me. Ik
naar betere oorden. Geteekend: Lijk
i. 5"
Ziedaar! barstte hij los. De komedie
™rdt verder gespeeld.
D6 heer Renard haalde de schouders op
telde de voeten der lijken, die onder de
kens lagen.
Eentweedrievier
Jn Het getal is er.
De heer Tringle trok het laken terug en
'dekte eindelijk lijk no. 5. Een smart-
set weerklonk:
Gustaaf o Gustaaf!
zijn?.... Aan het antwoord op deze
vraag kan ik niet dan huiverend denken.
Cathrein's Moralphilosopnie was voor
ons een ware uitkomst. Ik weet niet meer
hoe ik aan dat boek kwam. Maar toen ik
het gevonden had, ging er een Juichkreet
in mij op, en vele nachten achtereen deed
ik niets dan lezen in Cathrein's twee dikke
deelen. Dat was een openbaring. Daar
vond ik alles waarnaar ik zocht. Hij gaf
een degelijken positieven ondergrond. Veel
werd nu klaar en helder, waarover wij
onderling soms zwaar disputeerden, en
steeds dieper waren gaan beseffen wat
on9 ontbrak.
Hoevelen onzer heeft Cathrein den goe
den weg gewezen?
Ik kan niet andera dan met een gevoel
van eerbiedige hoogachting en innige
dankbaarheid denken aan dezen grijzen
Jesuiet, die ons tot geestelijken vader go-
worden was. En nu bij zijn tachtigsten
verjaardag viert, zullen velen met mij
hem gaarne en openlijk hun oprechte hul
de bieden.
Na een overzicht gegeven te hebben
van den schat van werken, door den ge
leerden Jesuiet gepubliceerd, besluit het
artikel:
„Met welk een dankbaar hart jegens
God moet deze grijsaard thans terugzien
op zijn tachtig levensjaren! Dankbaar,
omdat Hij, zonder Wien wij niets kunnen
noch vermogen, hem zooveel heeft laten
doen tot glorie van Zijn naam en tot heil
der menschheid!
En danken wij allereerst God, dat Hij
ons een man als Victor Cathrein heeft ge
schonken, wij voelen diep ook onze dank
baarheid jegens dezen man, die de heer
lijke gaven, welke God genadig hem gaf,
zoo heerlijk heeft gebruikt!"
VROOM ONFATSOEN
Men schrijft aan De Tijd:
„Sinds de oorlog vooral de Duitsche en
Oostenrijksche fortuinen heeft ontredderd,
is geregeld een beroep op ons land ge
daan voor de leniging van allerlei noo-
den in Midden-Europa. Ook nu nog gaat
de actie voor Hongaarsche kinderen voort,
voor de voeding van arme studenten te
Boedapest, voor de Duitsche diaspora-
behoeften, enz. enz.
Maar ook in ons eigen land houden de
nooden aan. En indien het mijn beter of
slechter gesitueerde landgenooten vergaat
als den schrijver dezer regelen, dan ver
loopt geen dag, of de post laat in hun
brievenbus een stroom los van gedrukte
bedelbrieven, vaak vergezeld van een
schoonen postwissel, dien men maar voor
het invullen heeft met kleine of liefst groo-
te bedragen voor arme kloosters, nieuwe
kerken, devotie-ondernemingen, liefdadig
heidsverenigingen en vrome doeleinden
van allerlei aard. Deze actie gaat nog
veelvuldig vergezeld van ingezonden stuk
ken, die het hart der krantenlezers moe
ten vermurwen, van tijdroovende per
soonlijke bezoeken, van collectes buiten de
kerkzakjes, van spaarcentjes in thuis be
zorgde wekelijksche, maandelijksche of
ook wel in de huiskamer gezette col
lectebusjes, van bijdragen voor dit en dat
eindeloos.
Niet altijd zijn de liefdadigheidsspecu
lanten even kieschkeurig op de gebezigde
middelen. Het is mij althans gebeurd, dat
bij mij, onder het voorwendsel van zaken
te komen doen, een afgezant van een
noodlijdend gesticht mijn kantoor binnen
stapte. Andere malen werden mij devo-
tionalia van slechten smaak voor dure
prijzen om den wille van het „goed werk"
opgedrongen. Ook werd ik wel aangezocht
om „onder belofte van geheimhouding"
lijsten met namen van goed gefortuneerde
en weldadige stadgenooten aan werf-
agenten voor arme kloosters te verstrek
ken of zelateurs en zelatrices bij mijn
familieleden en vrienden te introduceeren.
Dat over het algemeen de bemiddeling van
goedhartige menscken vaak wordt inge
roepen voor loterijen met charitatief doel,
bazars, fancy-fairs, enz. van half gods-
diens t-ig en half mondain karakter, laat
ik op het oogenblik onbesproken.
Ook de circulaires, Waarin wordt ge
tracht het medelijden" voor religieuze noo
den te bewegen, kunnen vaak niet door
den beugel van de betamelijkheid. Vooral
het aanbieden van gebeden of de opdracht
van H.H. Missen en de deelachtigheid aan
geestelijke gunsten riekt niet zelden si-
Het was mevrouw Pruneau, die haar
man herkende. De heer Tringle meende te
stikken van woede.
Wat begin je nou weer? Mijnheer de
Commissaris, houdt deze vrouw aan.
Mij aanhoudenI O, mij aanhouden!
jammerde het arme schepsel en begon te
schreien.
Mijnheer, houdt u stil, zei.de rech
ter driftig. Madame u herkent dus uw
man?
Helaas? weeklaagde mevrouw Pru
neau.
Natuurlijk! Dat is duidelijk. Ge hebt
oed gezien den eersten en den tweeden
eer, aangezien zich toen mijnheer Loriot
op die plaats gelegd had.
Op dit oogenblik nam dokter Serin-Gli-
bert het woord.
Mijnheer, zei hij tot Sidoine, U heeft
meer dan één keer dit lichaam verplaatst.
Was het stijff
Ach neen! Ik heb heel wat moeite
ermede gehad, omdat zijn knieën door
bogen.
Dat dacht ik al! Voor 'n lijk heeft 't
'n gezicht dat mij verwondert
De dokter ging naar het lijk, nam den
pols legde zijn oor op de hartplaats en
knikte.
Madame, vroeg hij aan mevrouw
Pruneau, leed uw man aan beroerten?
Neen mijnheer, zuchtte de arme
vrouw.
Zonderling.
Maar zegt u eens, vroeg mijnheer
Renard, is deze man wel dood?
Dit ia een geval van beroerte, zei
Mijnheer Serin-Glihert. Hij ia op straat
neergevallen. Men heeft hen? voor dood
monistisch. Zoo heb Ik op het oogenblik
vóór mij een kloosterlijk rondschrijven
liggen, waarin dergelijke geestelijke gun
sten in rubrieken als koopwaar worden
aangeboden in mindere of meerdere hoe
veelheid, naarmate zoo of zooveel gulden
worden gestort.
Afgezien van den ergernlswekkenden
indruk, welken dergelijke circulaires op
andersdenkenden maken want tenge
volge van slordig bijeengebrachte adres
lijsten verdwalen zij ook wel bij dezen,
gelijk mij bleek moest reeds het gezonde
roomsche verstand, de goede sensus ca-
tholicus de rondzenders van dergelijke
bedelblaadjes weerhouden van zoo vroom
onfalsoen.
Willen ze van de verschillende graden
hunner dankbaarheid jegens hun weldoe-
ners-in-den-stellenden, vergrootenden- of
overtreffenden trap te voren een gedrukte
belofte afleggen, dat zij dit dan ten minste
doen in een vorm, die niet stuitend, aan
het verheven karakter der zaak meer pas
send is. En die dit vooralI aan
niet-Katholicken geen aanleiding geeft tot
even onjuiste als hatelijke commentaren!"
EEN VEEG TEEKEN
De Maasbode schrijft:
De met zooveel zorg voorbereide Dienst
plichtwet zal door deze Kamer niet meer
in behandeling worden genomen. Alhoe
wel de voorgestelde wijziging ten doel had
een ingrijpende bezuiniging op de defen
sie-uitgaven te verkrijgen, wenschte de
meerderheid er niet over te spreken.
Tal van maatregelen, waarbij een groot
deel van de mannelijke bevolking van ons
land betrokken was, zouden ter sprake
komen en daaraan waagt de Kamer zich
niet meer. Niet alleen reorganisatie van
het landstorm-instituut en het daardoor
weder overcompleet raken van tal van of
ficieren en onderofficieren vormde een
bezwaar, maar vooral het voorstel tot in
stelling van de derde herhalingsoefening
bleek een onoverkomelijke hindernis in
den verkiezingsstrijd.
Voor de S.D.A.P. kwam daar nog bij
de moeilijkheid geschapen voor haar ont
wapeningswetje. Met enkele amendemen
ten op deze dienstplichtwet toch zou men
hetzelfde hebben kunnen hereiken, als met
het propagandistisch Initiatief-voorstel en
dat moest voorkomen worden.
Door den heer Ter Laan werd boven
dien opgemerkt, dat deze Kamer veroor
deeld was en dat deze Regeering zooals
in den laatsten tijd herhaaldelijk bleek er
niet meer mee werken kon. Wel merkte de
voorzitter geestig op. dat hij het gewagen
van een „veAordeelde Kamer", die hij
nochtans presideeren moet, een bedenke
lijke beeldspraak achtte: maar de opmer
king over het onmogelijke van samenwer
king tusschen Regeering en Kamer werd
niet weersproken.
We vinden dit ontloopen van de moei
lijkheden door de Kamer, een veeg teeken
en vragen ons af of het eigenlijk nog wel
zin heeft in deze dagen ernstige en meer
malen diep ingrijpende wetswijzigingen
te behandelen.
Een ingrijpende bezuiniging wordt af
gewezen, omdat gelijktijdig beslist zou
moeten worden over de dorde herhalings
oefening. Waarom kon niet het eene wor
den aangenomen en het andere, dat er
geen enkel verband mede hield, worden
afgewezen? Als over eenige dagen de pen
sioenwetten in behandeling komen, pn tal
van wettelijk verkregen rechten ook van
gepensionneerden weer teruggenomen zul
len worden, zal dan wel het bezuinigings
motief beslissend zijn? We zullen afwach
ten, maar ons vertrouwen in het volgen
van een vaste lijn In deze dagen door de
Kamer is niet groot.
EEN ZWARTKIJKER OVER DE
ROOMSCHE REIS.
Wij lezen in De V olkskr an t van
Donderdag:
Vandaag vang-t de Rome-reis van het R.
K. Werkliedenverbond aan.
In het „Geldersehe Volksb'ad" geeft Pie-
ter Porr daar eenige „gedachten" over, die
de goede stemming der pelgrims of van
hun achtergebleven betrekkingen wel niet
sullen kunnen bederven, noch de thuisblij-
vers „van spijt, ergernis of jaloerschheid
uit bun vel zuUen doen springen."
Bij 'Pieter Porr bestaat ergernis over
het geval.
opgenomen en hier gebracht.
Gustaaf! Gustaaf! snikte mevrouw
Pruneau.
Is er geen middel om de levens
geesten weer op te wekken? vroeg Mijn
heer Renard.
Mijnheer Serin-Glibert maakte een ont
wijkend gebaar.
Soms lukt het.
Ik zal, zei Mijnheer Serin-Glibert,
trachten hem een prik te geven. Wellicht,
indien de gevoeligheid niet of niet geheel
verdwenen is, zal een plaatselijke pijn 'n
reactie teweeg brengen, die den bloeds
omloop zal herstellen.
Hij haalde een étui uit zijn zak, nam
een radeermesje en stak snel de punt in
den arm van het lijk. De reactie was er
onmiddellijk. Het lijk trok de hand terug,
die de heer Serin-Glibert vasthield.
OpgepastI zei Mijnheer Serin-Glibert
Ik geloof dat hij ontwaakt.
Inderdaad, het lijk knipperde met de
oogen, rekte en wrong zich, deed moeite
om van plaats te veranderen en eindelijk
zette hij zich rechtop met de oogen wijd
open.
Gustaafl O lieve Gustaaf! kreet ma
dame Pruneau en ijlde naar haar man toe
Doch de dokter hield mevrouw Pru
neau in het vuur van haar teederheid
tegen.
Geduld mevrouw, zei hij, een oogen
blik.
De heer Pruneau, tot het leven weer
gekeerd, keek de omstaande menigte met
verbaasde oogen aam Hij begreep er niets
van, krabde zich op 't hoofd en gaapte
dokter Serin-Glibert aan.
Werklieden, arbeiders „of hoe ze heetem
mogen", alsmede onderwijzers en ambte
naren moesten, zegt Pieter Porr, niet op
reis mogen gaan: zulke „praestatios" pas
sen niet voor hun rang en stand.
Pieter Porr heeft van rang en stand
blijkbaar een ouderwetsoh-bekrompen op
vatting.
Waarom zou iemand, wiens middelen dat
veroorloven, niet een reis mogen maken,
ook al is haj „maar'' arbeider, ambtenaar
of onderwijzer?
Mag iemand, omdat hij niet tot den hoo-
geren stand behoort, niet het geld dat an
deren aan bioscoop, sigaretten, sport, café
bezoek besteden, op zij leggen, tot hij zoo
veel heeft opgespaard, dat hij daarvan een
reis kan ondernemen?
Mag hij niet eens een keer genieten van
hetgeen de wereld buiten zijn dageli/kechen
kring, moois, leerzaams, verheffends ople
vert?
Mag ook hij r'oh niet eens een k<Jer ont
spannen, zijn Wik verruimen, zijn kennis
vermeerderen?
Mag hij niet in dit bijzondere geval
nu de reis Rome en den Paus geldt In
dit jubeljaar in de hoofdstad der katholie
ke wereld zijn geloof gaan verdiepen en
verinnigen?
Is er voor den katholiek iets mooiers en
hoogers dan een tocht toch geen luid
ruchtige plezierreis! naar het middel
punt zijner Kerk, waartoe de Paus zelf
z:jn kinderen uilnoodigt?
H Het middel dat de benauwd- M
J5 heden verlicht is AKKER's B
Abdijsiroop
Moet dit voorrecht alleen tot de rijken
en grooten beperkt blijven?
Is het juist niet mooi, toont hef niet do
algemeenheid en solidariteit der leden
van de kathol'eke gemeenschap, dat ook
de „kleinen" in de gelegenheid zijn, aan
een wie weet hoeveel jaren gekoesterden
hartewensch gevolg te geven?
Indien er, zooals Pieter Porr verzekert,
menschen zijn. wtien „dat reizen" van
werklieden een doorn in het oog is, dan
zijn het domme, bekrompen menschen.
Men zal ze, al insinueert Piefer Porr
dit ook, althans niet onder onze Werklie-
denverbonders vinden, die naijverig mogen
zijn op het voorrecht, dat den meer geluk
kigen ten deel valt, maar zich in geen ge
val tot oen gevoel van spijtigheid rillen
laten ''erle:den
Het is. zooals een eenvoudige arbeider
ons schreef: wij gunnen aan onze vrien
den, die zich dat kunnen veroorloven, gaar
ne de heerlijke reis naar Rome, waarheen
■wij hen in den geest vqlgen, overtuigd dat
wat hun tot zogen wordt het ook zal zijn
voor onze heele Arbeidersbeweging.
"Wat Porr schrijft spruit voort uit een
onedele beweegreden, uit een verkeerden
kijk op toestanden en verhoudingen, uit de
overweging, dat arbeiders, onderwijzers en
ambtenaren, ook al zijn ze door gelukkige
omstandigheden, door extra-bezuiniging op
andere uitgaven daartoe financ:ee1 in staat,
niet op reis behooren te gaan.
Alleen rijke en voorname menschen mo
gen volgens hem reizen.
Tegen deze uitsluitingszucht komen wij
met nadruk op, en wij hopen dat al onze
werklieden-pelgrims op hun bedevaart
geestelijke schatten zullen vergaren, ze
ker, maar daarnaast een aangename en
leerzame ontspanning zullen genieten,
waarop zij nog 'lang kunnen teren en waar
van zij, ieder in zijn kring, straks aan
anderen zullen meedeele'/i.
BINNENLAND
Waar gaan j*e heen?
Onder den titel „Ontwaak, Leerling!" is
te Utrecht een soholieren-blaadje versohe
nen, dat nota bene verkrijgbaar wordt ge
steld voor een dubbeltje aan een kiosk. Hot
heet op ongeregelde tijden te zullen ver
schijnen naarmate er geld is en de redactie
houdt zich anoniem. Het wil de leerlingen
Gustaafl liep mevrouw Pruneau op
hartsverscheurenden toon.
Mijnheer Pruneau keek haar boos aan
en zei pijnlijk:
Wat is er?
Het was niet gemakkelijk hem uit te
leggen wat er gaande was, want niemand
had juiste inlichtingen over hetgeen met
hem was voorgevallen.
Maar wat is er dan toch met me
aan de hand? smeekte de heer Pruneau.
Niets, niots, mijn beate mijnheeer
Pruneau, zei Mijnheer Gilbert. Wacht.
Laat ik uw pols eens voelen! 't Is goed.
Voelt ge u sterk genoeg om op te staan?
Na heel wat moeite en met hulp van
mevrouw Pruneau en den dokter kon de
heer Pruneau zich eindelijk recht houden
Dokter, u wilt zich wel.met dezen
man belasten, zol de heer Renard. We
kunnen de zaak verder als afgedaan be
schouwen.
Dames en heeren, ik heb de eer u te
groeten.
En de rechter, na eerst allen met zijn
hoed gegroet te hebben, ging heen. ge
volgd door de heeren Sauteul en Lambert
EPILOOG
De geschiedenis van lijk no 5, rlie nooit
bestaan heeft, is geëindigd. Zij eindigt
op een vroolijke en bevredigende wijze.
Er zijn nochtans kleinzielige menschen,
die niet tevreden zijn, indien men hen
niet mededeelt wat er verder met de
helden van dit avontuur gebeurde. Er
blijft mij niets meer over, dan hen in te
lichten.
Indien ik u de vele moeite moest Le
der middelbare «obolen bet hoofd op huC
brengen, om mee liet school vrezen ie hefl-
pen hervormen en roept hun daartoe aldus
op:
„Gij, opgeschoten schooljeugd, kunt even
goed voor uwe rechten opkomen als een
vakvereeniging van werklieden. Alleen, tof
nog toe is hot niet gebeurd, maar wat nog
niet is gebeurd, kan gebeuren. Zet doori
Indien ge een briefkaartje schrijft met een
betuiging van uwe instemming, of u op
geeft als abonnó van het op te richten b'ad;
we zijn er! Door middel van ingezonden
stukken kunt ge ook uw klachten kenbaar
maken aan hot onderwijzend personeel dor
Middelbaro Scholen, dat van onze bewe
ging, gevolg van ons „Ontwaken", wel no
titie moot r.omen, wil men niet op den duur
den strijd tegen onze macht verliezen. D«
Redactie, die zich zal vormen, zal geheet
opgaan in uwe ideeën, maar zal tevens wa
kend uitzien over het werkelijk heil van
het onderwijs. Doch er is daarin veel U»
verbeteren Voorloop g zullen we ons be
palen tot het bestrijden van fouten, dPor
de leenaars begaan tegen onze mensehvor-
ming. Als ieder dit leest, onze beweging
steunt, blijven we voortgaan met ons werk.
anders helaas, zullen we moeten wachten*
tot ge werkelijk rijp zult geworden z:jn
Maar dat hopen we niet! Suft niet!
Ondertusschcn blijven wj naar hef sue
ces van onz<* act1'© met reikhalzend verlan
gen uitzien en blijven ons aanbeve'en voor
uitingen van sympathie voorloopig te stu
ren aan: Beheer: „de ontwaakte Teerling".
Doet liet, je wordt niet gecompromit
teerd, je krijgt geen strafwerk, want
leeraars hebben hier tol nog toe nik? mee
te maten, krijgen het voorloop'c ook niet
Het wordt een uiting van ons, leerlingen.
Die moeten toonen ook mee te leveft. nief
alleen als lesiesleerders, maar ook alt
menschen belangsteltend in hun lot, da<
zoo goed mogenijk dient te zijn. door on*
toedoen ook."
Is het een kwajongensstreek of een door
de Sovjet in zijn .hersens gepikte jong»
hervormer? vraagt „De Tijd''
De staking in het schildersbedrijf.
Van patroonszijde wordt uit 'a-Graven-
hage gemeld:
In de Donderdagavond te 's-Gravonhage
gehouden vergadering voerden de voorzit
ters der drie patroonsbonden het woord.
Medegedeeld werd, dat de staking in Til
burg evenals die in de andere plaatsen ceo
goed verioop heeft, n.l. dat de patroons
zich uitstekend houden.
De voorzitter van den Bond van Xederl
Schilderspatroons hield zioh in hoofdzaak
bezig met de bespreking van de door dé
gezellen-organisaties gezonden „Open
brief". Hij meende, dat er geen reden was
om dergelijke geschriften de wereld in te
zenden, en zal dit te ge'egener tijd. als de
patroons eventueel weer met de gezellen
aan één tafel mochten komen te z'tten,
evenals hier bespreken.
Van de gelegenheid, welke geboden werd,
om lid van de organisatie te worden, werd
door een 15-tal aanwezigen gebruik .ge
maakt.
Ton slotte werd besloten do gezellen, die
op 4 April j.l. in dienst waren bij de pa
troons, de dienstbetrekking op te zeggen.
Deze maatregel wordt genomen, omdat de
patroons, nu de staking zoo lang .duurt,
n:et meer kunnen garandeoren. dat zij na
afloop der slaking alle gezellen wonr terug
nemen' Het is echter niet de bedoeling de
gezellen, die geruimen tijd aan werkplaat
sen verbonden waren, te weren en na af
loop wiet meer terug te nemen. De bedoe
ling is alleen, zich te vrijwareu togen evcn-
tuoele schade, welke mocht voortvloeien uil
terugnemen van allen
Op uitnood'ging van het kléin-comité
vair actie der gezellen aan enkele patroons
gedaan om ren onderhoud bveT het onder
schrift van een gepubliceerde foto. werd
niet ingegaan; aan het comité werd kennis
gógeven, dat het zich, indien besprekingen
gevvenscht worden, tot de Hoofdbesturen
heeft te wenden.
SPORT
VOETBAL
NEDERLANDSCHE VOETBALBOND
Overzicht
Zoo langzamerhand verdwijnt liet offi
cieel voetbal om plJïnts te maken voor dt
schrijven, die Sidoine had oin zijn overlij
densakte te laten vernieligen, om zijn ver
zonden reiskoffers terug te hekomen en
om zijn brieventasch uit de handen van
Mijnheer Grobsky los te krijgen, zou ik
een nieuwen roman moeten schrijven.
Doch lk kan er niet toe besluiten omdat
ik er een hokel aan heb de mensehen iets
wijs te maken. Ik zal u daarvan alleen
zeggeu dat Sidoine met zijn vrouw eu
oom Schutz na het verlaten van het doo-
denhuis, recht naar papa Larmoia gin
gen. Bij hem brachten zij enkele dagen
door alvorens nieuwe kamers gevonden te
hebben. En zij hadden verschillende da
gen noodig om elkaar do beleefde lotge
vallen te vertollen. En zij slaagden e*
slechts in eenige raadsels op te helderen.
De heer Pruneau genas spoedig. Madam#
Eulalie werd door don huiseigenaar ont
slagen, die aan de eclitgenooten Grobsky
een flinke- schadevergoeding moest beta
len.
De heer Ripincelli, aangeklaagd wegens
valschfceid van aangifte bij den burger
lijken stand, werd tot tien jaar dwangar
beid veroordeeld.
De heer Tringle kreeg de geelzucht.
Zijn toestand boezemt de grootste zorg In.
Julot Casque d'Or werd filmartiat en
verdient jaarlijks een paar ton.
Hoe het met den agent Trepied en de
Grobsky's verder gegaan is, weet ik
housch niet.
Eï NDK