Tweede Blad
Maandag 4 Mei 1925
Voor het Nederlandsche
zwakke kind.
LIJK Ho. V.
c V (Slot)
Hoe alle Katholieken aan dit werk kunnen
medehelpen.
Op welke wijze kunnen de Katholieken
van Nederland het streven van het Ned.
R. K. Huisvestings-Comité, de gezondheid
van zwakke Nederlandsche kinderen te
herstellen, steunen?
Op drieërlei wijze is dit mogelijk.
lo. door hunne kinderen niet anders
dan door genoemde Stichting of door oen
der bij haar aangesloten vereenigingen te
doen uitzenden.
2. door geldelijken steun te verleenen.
3o. door vrijplaatsen in hunne gezinnen
voor zwakke kinderen beschikbaar te stol
len en voor deze kinderen eenigen tijd te
zorgen.
Het eerste middel is al heel eenvoudig en
eischt geen offers. Iedere Katholiek, die
zijn plicht als zoodanig begrijpt, zal gaar
ne de wenschen volgen, die door zijn gees
telijke overheid ook in dit opzicht zijn uit
gesproken. Door zijn kind door eene Ka
tholieke vereeniging naar eene Katholieke
inrichting of nar een Katholiek gezin te
zenden beeft men de grotst mogelijke ze
kerheid, dat ook voor het eeuwig welzijn
der kinderen behoorlijk zal gewaakt wor
den.
De beide andere middelen vragen offers
van de Katholieken. Maar omdat de Ka
tholieken van Nederland over de gansche
wereld zich een naam hebben gevestigd als
offervaardig, als beoefenaars der Christe
lijke naastenliefde, als schier onuitputte
lijk m hunne milddadigheid, daarom schro
men wij niet opnieuw een aanslag te doen
op hun portemonnaie enop hun wo
ningen.
Op hun portemonnaie.
Voor onze buitenlandsche kinderacties
hebben wij dat ook niet vergeefs gedaan.
Mag ik nog even aan- een paar cijfers
herinneren?
Gedurende de jaren, dat onze Stichting
voor het buitenlandsche kind werkzaam
was, ontvingen wij aan giften in .geld van
de Nederlandsche Katholieken een bedrag
van ongeveer 1.900.000, düs bijna twee
millioen gulden.
Daarnaast werd ons door hen in goede
ren in natura geschonken 13G4 heele wa
gons, hebbende naar schatting eene geza
menlijke waarde van ruim 2.300.000, ter
wijl de liefdegaven, die men aan de kinde
ren bij hun terugkeer naar hun vader
land meegaf, bovendien op eene waarde
van ruim 3.500.000 zijn te schatten. Zou
den wij ook de kosten van opname in ge
zinnen in cijfers gaan omzetten, dan ko
men wij bij matige schatting tot het for
midabele cijfer van in totaal ruim 22 mil
lioen gulden.
Dat zijn geweldige cijfers, die boekdeelen
spreken en die ons met vertrouwen het
nieuwe werk voor het Nederlandsche
zwakke kind doen ter hand nemen.
Wat men heeft over gehad voor het
vreemde kind, zou men dat niet over heb
ben voor het kind van eigen huis? Geen
oogenblik dat we daaraan gelooven.
Nu nog het derde middel, dat ik noem
de; het beschikbaar stellen van vrijplaat
sen in gezinnen.
Daarvoor wend ik mij 9peciaal tot onze
plattelandsbevolking.
Die heeft wonderen gedaan voor het on
derbrengen der buitenlandsche kinderen.
Ongeveer 85000 plaatsen hebben wij ge-,
kregen in den loop der jaren en als lk
eens in onze car togateek eene splitsing
ging maken tusschen stad en platteland,
dan weet ik zeker, cUt 't platteland er
met een geweldig hoogere stapel uitkwam
Maar ook zonder.dat te doen, weten we,
dat 't vooral de plattelanders zijn geweest,
waar we altijd een gastvrij dak voor onz°
kinderen konden vinden. En juist bij hen
zoeken wij het nu ook.
De stadsbevolking heeft hier de hulp
van het platteland noodig. De kinderen,
aan wie wij hulp zullen moeten gaan ver
leenen, vinden we vooral in de grootere
centra, in de fabriekssteden, in de bekrom
pen woningen, waar nauwelijks licht en
lucht kunnon binnendringen, in de milieux
van arbeiders en middenstanders, die, hun
best doende om voor hun gezin te zorgen,
toch niet in staat zijn om voor hun kin
deren alles te geven wat zij voor eene
goede gezondheid noodig hebben. Daar
vindt men de meeste van die kinderen met
magere gezichtjes, de fletse oogjes, de
holle bleeke wangetjes, die do sporen dra
gen van ontberingen, de kenteekenen van
een naderend gevaar, als er niet geholpen
wordt.
Wat een tegenstelling met die vroolijke,
blozende, van gezondheid blakende snoet
jes van onze ■boerenkinderen, die almaar
spelen en ravotten kunnen in de frissche,
gezonde natuur en naar hartelust kunnen
geieten van het buitenleven!
Zeker, het gaat ook u, Katholieke boe
ren, niet altijd voor den wind. Óok gij
hebt uwe moeilijke tijden, maar iets is er,
wat men u niet ontnemen kan on dat een
groot bezit is: de frissche buitenlucht.
Geeft die ook voor eenigen tijd aan onze
zwakke stadskinderen. Geeft hun met
dit voor hun gezondheid onontbeerlijke
element ook de versterkende middelen,
waarover gij in uwe omgeving zooveel ge
makkelijker beschikt dan in de groote ste
den. Tienduizenden buitenlandsche kinde
ren hebt ge ter liefde Gods en uit waro
christelijke naastenliefde gaarne opgeno
men. En ge hebt u aan die kinderen ge
hecht alsof het uw eigen waren. Welke
treffende afscheldstooneeltjes heb Ik niet
gezien als 'n Duitsch, Oo.stenrijksch of
Hongaarsch kind voor goed u ging verla
ten en de lange trein hen terug ging voe
ren naar hun wettelijke vader en moe
der, wier plaats gij langeren of korteren
tijd zoo wèl had ingenomen. Ik heb ze be
waard in mijn album die kiekjes, die een
misschien onbescheiden fotograaf van die
momentjes genomen heeft maar ze zul
len u steeds tot eere strekken! Ge hebt er
veel voldoening in gevonden op die wijze
goed te doen: Zal die voldoening nog niet
grooter zijn, als ge met dezelfde liefde en
toewijding uw hof en huis openzet voor de
zwakke kleinen van ons eigen volk? Maakt
u niet ongerust. Ge krijgt geen kinderen
die ziek zijn of die een gevaar zouden kun
nen opleveren voor uwe eigen kinderen
Onze dokters zijn er om te waken, dat elk
physiek risico voor u wordt uitgesloten.
Wat ge krijgt zijn alleen zwakke kinde
ren die frissche buitenlucht en krachtig
voedsel noodig hebben, die zich eens een
maandje moeten herstellen en zich sterken
tegen het gevaar, dat hunne gezondheid in
hunne gewone omgeving zou kunnen be
dreigen.
Komt niet met het bezwaar, dat wij
hier en daar al eens gehoord hebben, dat
gij vreest mèt het kind ook do ouders te
zullen krijgen. Hebt gij, toen ge buiten
landsche kinderen hielpt, ook door uwe
liefdegaven hun ouders niet geholpen?
Maar dit vragen wij u thans niet. Wij
brengen de kinderen juist zoo ver moge
lijk van hunne ouderlijke woning om het
gevaar van ouderlijke bezoeken tot een
minimum te beperken en op g/ond van
onze ervaringen, jarenlang reeds met de
uitzending van Nederlandsche kinderen
opgedaan, kunnen wij u volkomen gerust
stellen: zelden of nooit hebben ons klach
ten bereikt over ongewenschte bezoeken of
over lastig vallen door brieven. De ouders
der kinderen zijn reeds zoo dankbaar, dat
gij hun kind in huis hebt willen nemen,
dat zij u niet meer vragen zullpn. v
Hiermee meen ik voldaan te hebben aan
**de mij gegeven opdracht om het nieuwe
liefdewerk van onze Stichting bij de Ka
tholieken van Nederland in te leiden.
Moge onder Gods zegen door aller mede
werking en samenwerking dit werk ge
dijen tot een grootsche en met schitterend
succes bekroonde onderneming, tot eere
van God en tot welzijn van onze Katholie
ke jeugd en daardoor van ons vaderland.
J. PASTOOR,
Secretarl8-Penningm. van het
Ned. R.-K. Huisvestings-Com.
's-Hertogenbosch, April 1925.
KERKNIEUWS.
MAGISTER-GENERAAL
L THEISSLING t
Zaterdagmorgen te 8 uur ia de Generaal
der Dominicanen te Rome overleden.
Z. H. E. ontving nog om half zeven de
H. Communie en waa tot het laatste
oogenblik helder van geest.
Na een plotselingen aanval kwam de
dood in twee minuten.
In het ziekenhuis is mede de nacht door
gebracht door den H. E. Pater Mag. van
Breda, provinciaal der Nederlandsche Do
minicanen, den socius Nolau, broeder Lu-
dovicus. Bij het afsterven waren aanwe
zig: de' Pators van Breda, Nolau en en
kele zusters.
De Eerw. pater Theissling werd in 1850
te Alkmaar geboren en trad ln 1873 in de
orde der Dominicanen. Na eenigen tijd
in de kloosters te Huissen en te Nijme
gen te zijn werkzaam geweest, werd hij
hoofd eener missie ln Chili, waarna hij
verschillende reizen deed in AzIS en Ame
rika. In 1910 werd hij tot magister-ge
neraal der orde gekozen.
In September 1924 vierde hij zijn gou
den professiefeest, ter gelegenheid waar
van de Paus hem een schrijven zond, vol
waardeering voor het vele, dat de jubilaris
voor zijn orde had verricht.
Letteren en Kunst
Het Concertgebouw te Amsterdam.
Dr. R. Mengelberg benoemd.
Dr. Rudolf Mengelberg, reeds sinds ja
ren verbonden aan het Concertgebouw te
Amsterdam, is met ingang van 1 Septem
ber a.s. benoemd tot onder-directeur voor
de artistieke leiding.
ONDERWIJS
G. J. van Buchem t
Op 00-jarigen leeftijd is te Maastricht
overlodon de heer Van Buchem, directeur
der Rijkskweekschool voor Onderwijzers
aldaar. De begrafenis heeft heden plaats
gehad.
Gemengde Berichten
De storm.
Verwoestingen in het
We s 11 a n d.
Het stormweer van Vrijdag op Zaterdag
heeft voor het zuidelijk gedeelte van het
Westland zeer nadeelige gevolgen gehad.
In de kade van Naaldwijk naar de Lier is
een stuk weggeslagen, waardoor een groot
stuk land onder water is geloopen. Een
tiental schepen kunnen de brug niet pas-
seeren. De oude woning van zekeren Kei
zer is ln elkaar gestori: do boerderij van
den landbouwer van Adricbem is geheel
door 't water afgesloten, zoodat de koeien
met een bootje bereikt moesten worden;
een 3-tal koeien van Ommelaan en nog
enkele anderen aan De Lier zijn verdron
ken. Van de veiling aan Honaelaar.sdijk is
de geheele schuur ln elkander gewaald.
Ernstig auto-ongeluk.
Een doode, een gewonde.
Te Baaider, bij Stad-Hardenberg is een
ernstig auto-ongeval gebpurd. Twee vrou
wen geraakten daar onder een auto, met
het gevolg, dat een harer op slag gedood
werd, terwijl de andere levensgevaarlijke
verwondingen bekwam.
Volgens ooggetuigen treft den bestuur
der geen schuld.
Stoomtrawler gezonken.
Vrijdagnacht is in de visschershaven to
IJmuiden gezonken de stoomtrawler
-Christine" IJM. van de Vereenigde Ex
ploitatie Mij. De oorzaak is onbekend.
Moedige redding.
Vrijdagmiddag kwam op den Hartvrid-
echenweg te Diemen een 15-Jarige wielrij
der, R., wonende op den Ringdijk te Am
sterdam zoodanig te vallen, dat hij ln de
Keulsche Vaart terecht kwam. Hij ver
dween spoedig in de diepte. Een chauf
feur van pen vrachtauto die het ongeluk
zag gebeuren, bedacht zich geen oogenblik
en sprong geheel gekleed te water. De
moedige daad werd met succes bekroond,
en spoedig was de jongen weer op het
droge. Zonder complimenten af te wach
ten. sprong de chauffeur weer in zijn auto
en hij reed weg, de omstanders verbaasd
achterlatend.
Vtrdronken.
Zaterdagmiddag is te Brielle een vier
jarig jongentje, van den heer Verduijn de
Boer leeraar aan de H. B. S., in een sloot
nabij zijn woning in de Plantage verdron
ken.
Onder een auto.
Zaterdagmorgen is op den Heerenweg
te Heemstede een 14-jarige jongen, wo
nende té Zandvoort, door een auto overre
den. De jongen reed op zijn fiets achter
oen andere auto. Toen deze stopte, wilde
hij uitwijken en werd door een tegenko
mende auto gegrepen en onmiddellijk ge
dood.
Buitenl. Berichten
De storm boven België.
Groote materieele schade.
Vrijdag en Zaterdagnacht heeft over
België oen storm gewoed, welke veel scha
de heeft veroorzaakt. Vooral de kuststreek
heeft het zwaar te verduren gehad. Te
Ostonde kon de mailboot niet vertrekken.
De barakken van het zee-laboratorium
werden zwaar beschadigd. Te Vorst bij
Brussel trad de Senne buiten haar oevers.
In de buurt van Charleroi werden schoor
steenen en boomen omvergeworpen, terwijl
de telefoonverbindingen ernfctig beschadigd
werden. Het peil van de Sambre steeg te
Charleroi met 1 meter 30.
Een scheepsramp op het Erie-meer.
Vermoedelijk negen
slachtoffers.
Een Amerikaansch stoombootje is op
liet Erie-meer gekapseisd. In de nabijheid
zich bevindende vaartuigen redden zeven
der opvarenden. De overige negen zijn,
vreest men, verdronken.
Noodlottige treinbotsing In TsjechQ-
Siovakije.
Twintig gewonden.
Op het traject tnsschen Saaz en Kora-
motau bij het station Horatitz is een per
sonentrein in botsing gekomen met een
goederentrein. Twintig personen werden
zwaar gewond, waarvan een groot aantal
zeer ernstig.
De snoorwenramp In den Corridor.
Misdaad of verwaarloozing?
Wat betreft den oorzaak van het spoor
wegongeluk in den Poolschen corridor
wordt in deskundige kringen ernstig ge
twijfeld aan de verklaring dor Poolscho
spoorwegdirectie, dat men hier mot een
aanslag te doen heeft, daar voor zulk een
aanslag geenerlei reden kan worden opge
geven. Bovendien wordt beweerd, dat het
nauwelijks mogelijk is, om 's nachts bin-*
nen een tijd van 20 minuten want 20
minuten tevoren reed een andere trein over
hot traject de rails zoo los te maken,
dat een ontsporing kan plaats vinden, zon
der dat de baanwachters dat juoudon mer
ken. Ook heeft het verwondering gewekt,
dat do verklaring der spoorwegdirectie
zoo spoedig na de ramp wprd afgelegd
In elk geval wordt door spoorwegdes-
kundigen verzekerd, dat de onderbouw van
het traject reeds sedert langen tijd te wen
schen heeft overgelaten. Dit was duidelijk
merkbaar geweest aan het sterke slinge
ren van de wagons.
Het Poolsche gezantschap daarentegen
meldt, dat volgens de jongste binnengeko
men berichten de spoorwegramp schijnt to
moeten worden toegeschreven ao/i een
communistisch en aanslag. De daders die
den aanslag dan zouden hebben gepleegd
na de laatste ronde der^haanwachtera on
middellijk voor het paascoren van den D-
trein, zouden daarna op het gebied van den
vrijstaat zijn gevlucht. De Poolsche politie
autoriteiten hebben zich onmiddellijk met
die van Danzig in verbinding gesteld en
het onderzoek wordt gemeenschappelijk
krachtig voortgezet. De Poolsche regeering
heeft voor do aanhouding der daders een
helooning van 59.000 zlofi uitgeloofd.
UIT DE RADIO-WERELD.
Wat er vanavond te hoor en is.
2.50 uur. Hamburg, 395 M. Platdultscho
liederen.
5.80 Hilversum, 1050 M. Vóór- en
avondconcert en Kinderuurtje.
1. The Motor March (Rosy); 2.
Oberon (ouverture) Weber; 8.
Traumidealen (wals"* Fticik; 4.
Serenada (Haydn). 5. Les Hu
guenots (opera fantaisie) Melj-
orheer. Van 6-7 Kindoruurtje.
5.35 Eiffcltoren, 2G00 M. Concert.
5.50 Münchon, 485 M. Concert.
0.20 Alle Britsclio stations: Tijdsein
Big Bon en nieuws
0.45 Londen, 3G5 M. Muziek.
7.20 London, 3G5 M. en Chelmsford
1000 M. Militaire kapel. First
Suite, in E Flat (Holst). Plea
ding" (Elgar). „Who Is Syl
via?" (Schubert). „When Myra
Sings", „Nymphs and Fawns*
(Beuiberg.) Suite, „L'Arlosien-
no" (Bizet). Voordracht. „Ro-
ncdictus" (Mackenzie). A Group
of Art Songs. „Vilanelle" (E.
del Acqua). „An Eriskay Love
Lilt" (M. Kennedy Eraser)
Tone Poem, „Finlandia" (Sibe
lius). „I near a Thrush at
Eve" (Cadman). „Sigh No
More, Ladies" (Aiken). Hun
garian Dances, Nos. 5 and 4
(Brahms). Selection, ,,Tlit
Street Singer" (Fraser-Sim*
son). Voortzetting te 10.05 uur.
A Group of Negro Spirituals.
Serenade, „Los Millions d'Ar-
lequin" (Drigo).
7.20 Birmingham, 475 M. Populaii
programma.
7.20 Bournemouth, 885 M. Popu
laire muziek.
7.20 H Hamburg, 395 M. Kamormu-
ziek.
7.20 H Manchester, 875 M. Dans
avond.
7,20 if Newcastle 400 M. Concert.
7 35 I, Brussel, 265 M. „Les deux Bil-
let8", operette.
7 50 Berlijn, 500 M. Bunter Abend.
7.50 Frarkfurt, 470 M. Liederer-»
avond.
7.50 Miinchen, 485 M. Militair con
cert.
7.50 Munster, 410 M. „Die Gloeko*
van Schiller, muziek van Rom
berg.
7.50 Ziirich, 515 M. Aria-avond.
8.05 Rome, 425 M. Nieuws en con
cert.
8.05 Radio-Paris, 1780 M. Litérair»-
en muzikale soiróe.
8.10 Hilversum, 1050 M. Concert
Programma: Alte Kameraden.
Toicke: Tros jolies, Waldteu*1
fel: aria uit Boheme, Puccini,
ouverture „die weiszo Dame",
Roieldieu; Lasclate amar, Leo»
cavallo; The Mikkado, Sulli
van Ta lóvre ment. Goublier,
les Saltimbnnquos, Cnnno: l'our
l'amour de Carmen, Ron/
Clorcq; Marsrii finale.
Bij het'onderzoek moet gebleken zijn, dat
de ontsporing ontstond, doorejat op ver
scheidene plaatsen de lasschen waren los
geschroefd.
Het aantal slachtoffers is nog met eer
vermeerderd, doordat een der zwaargo*
wonden overleden is.
1 Mei in het buitenland.
Bloedige botsingen te Halle.
De Duit.scho bladen molden uit Halle.
dat het na afloop der 1 Mei-feesten des
avonds laat nog tot hloedige botsingen is
gekomen tusschen roodo frontstrijders en
leden van do „Sta hl helm", waarbij stokken
tuinlatten en revolvers als wapenen wor
den gébruikt Van rif leden van do h 1-
helm" hel,hen zich twee gewonden en van
de frontstrijders negen gewonden nango-
meld.
Bloedig incident te MS'aan.
BIJ een botsing to Milaan tusschen oen
patrouille dor nationale militie on oonigr
icvolutlonnairo elementen in een café, 1»
de eigenaar gedood en een werkman gc
wond.
FEUILLETON.
18)
Ripincelli, zei de heer Tringle
streng, bepaal u enkel bij uw beroepsbe
zigheden.
Ripincelli, ik durf hopen dat je me be
grepen hebt!
Ja mijnheer de directeur, antwoord
de nederig de ontgoochelde bewaker, want
in plaats van een standje te krijgen, had
hij een complimentje verwacht voor zijn
helder inzicht en zijn toewijding.
Juist, heel goed, besloot de heer
■Tringle met een uitdagend neusgesnuif,
'dat doet me uiterst veel plezier, meneer
Ripincelli.
't Is mijn man niet, herhaalde me
vrouw Pruneau, den heer Tringle bij den
arm grijpend.
Nu ja. Goed, hij is 't niet
Meneer Tringle's voorraad in onzin was
uitgeput en nu nam hij een toon aan van
teleurstelling en woede.
U weet, mevrouw de weduwe Pru
neau.
Neen, neen, zei de zij, niet weduwe
Pruneau, want 't ia mijn man niet.
Zwijg, mevrouw de weduwe Pru
neau. U moet niet vergeten, dat deze gek
heden u duur zouden kunnen te staan ko
men.
Gekheden? stamelde zij, thans eerst
bewust van den ernst van het gesprek.
Inderdaad zij gaf zich rekenschap dat
baax zaai er niet goed voorstond, daar zij
eerst gezegd had dat lijk no. 5 dat van
haar man was en dat zij daarvoor heel
wat papieren en formulieren had moeten
laten invullen. En dat allemaal voor
niets, nu zij verplicht was te moeten beken
nen, dat zij zich bedrogen had.
't Is goedl zei mijnheer Tringle. 't Is
genoeg. Ik zal zien wat mij te doen staat.
Vergeef mij, mijnheer, zei de arme
mevrouw Pruneau, die inzag dat de om
standigheden haar ten onrechte beschul
digden van een misplaatste grap tegenover
de autoriteiten.
't Is goed, 't is goed. U kunt gaan
mevrouw.
Neem mij niet kwalijk, mijnheer, zoi
zij, haar papieren overreikend, waar zij
geen raad mede wist, ik zou willen weten.
't Ia nu eenmaal meer dan goed. U
kunt weggaan, zeg ik.
Allo vooruit zei mhr. Ripincelli, zijn
hand opheffend als bij een vervloeking.
Mevrouw Pruneau, ging blozend en be
schaamd heen.
De heer Tringle had eenige minuten noo
dig om zijn gewettigden toon to kalmeeren
Als hij uitgewoed was,dacht hij na over de
ambtelijke onregelmatigheden, die de ver
gissing van mevrouw Pruneau had kun
nen ten gevolge hebben.
Mijnheer Ripincelli, zoi hij, roep de
vrouw terug. Ik veronderstel dat ze bij den
burgerlijken stand een verkeerde aangifte
gedaan heeft, waaruit natuurlijk heel wat
moeilijkheden zouden kunnen voortsprui
ten. Zeg haar dat ze onmiddellijk terug
moet keeren naar het kantoor van de aan
giften voor overlijden, waar zij de noodlge
uitleggingen zal dienen te geven.
De bewaker liep weg oxn mevrouw Pru
neau nog te achterhalen alvorens zij het
stadhuis verliet en de heer Tringle keerde
naar zijn werkkamer terug.
In het vreedzame doodenhuis keerde de
stilte en de onbeweeglijkheid weder.
Toon begon het doek van lijk no. 5 zich
zachtjes te bewegen en uit zijn plooien
kwam het verwilderde en angstige hoofd
van Sidolne te voorschijn.
Hij loerde rond en spitste de ooren.
Heel voorzichtig richtte hij zich op en Hot
zacht de beenen op den vloer glijden. Een
diepe zucht van innig welbehagen ont
snapte hem. Met 't vaste voornemen zoo
gauw mogelijk de plaat te poetsen en dit
natuurlijk nog voor de terugkomst van
den heer Ripincelli, legde hij het lijk no.
5 weder op zijn plaats, overdekte dit met
het breede rouwdoek en sloop weg.
Hij ademde eerst vrij, toen hij zonder
hindernisen de lange eenzame gang was
doorgegaan. Het ging nu snel trap op,
trap af, gang in, gang uit. Slechts twee
menschen had bij ontmoet, die hem naar
de kantoren van den ontvanger der directe
belastingen en den wethouder van open
bare werken vroegen.
Zouden ze mij voor een ambtenaar
aanzien? vroeg hij zichzelf af bij het uit
gaan van het gemeentehuis.
Hij liep over het plein, en zocht num
mer 15, waar de begrafenisondernemer
woonde, volgens de vriendelijke inlichtin
gen van Ripincelli aan zijn oom. Het was
maar een eenvoudig huisje, waar deze
heer zijn kantoor hield. Sidolne loerde
door het venster maar zag geen levende
ziel. Oom Schutz moest dus reeds vertrok
ken zijn.
Dit verwonderde Sidoine uiot, want het
tooneeltje dat zich afgespeeld had tus
schen mevrouw Pruneau en den heer
Tringle, had vrij lang geduurd.
Nu kon hij niet meer beletten, dat Jean
ne op de hoogte van zijn dood gebracht
werd; ook wist hij niet.waar hij ze zou
terugvinden. Het idee schoot hem te bin
nen om inlichtingen te vragen bij den be
grafenisondernemer, waar oom Schutz
zeker zijn adres zou achtergelaten hebben
Doeh de ervaring dor laatste twee dagen
had hom geleerd, dat hij voorzichtig moest
zijn met al zijn ondernemingen, die eerst
rijpelijk dienden overwogen te worden.
Daarom besloot hij om zoolang in een café
een schuilplaats te zoeken om rustig en
kalmpjes zijn plannen te overwegen. Zelfs
voelde hij geen gewetensbezwaar tegen een
hartversterking. De harde planken van
het doodenhuis hadden zijn rug en lenden
stijf gemaakt. En zijn zenuwen waren niet
minder geprikkeld.
In het naastbijgelegen café bestride hij
tegelijkertijd een glas port en een stevige
absinthe.
IV
Het regent, of het regent niet.
Welnu, het regent
Dus, het regent niet
(Lessen over logica of redeneerkunst)
Oom Schutz keerde naar het hotel te
rug, mijmerend over de geschiedenis van
den dubbelganger en over het slechte
nieuws, dat hij Jeanne moest mededcolen.
Hij verwachtte dat hij haar bedroefd en
neerslachtig zou weer vinden. Des terneer
was hij verwonderd dat hij zijn nicht op
geruimd terug zag, toen hij, na zijn zwerf
tocht bij haar binnentrad.
Ik heb nieuws oom, goed nieuws. D
bad gelijk. En u ia de boste van allo ooins.
En om te bedanken voor de" gegeven mooi-
te en om mij lo excuseeron voor al do zorg
die ik u aangedaan heb door mijne malle
ongerustheid, moet ik u een paar harte
lijke zoenen geven!
En tegelijk vloog zij hom om don hals.
Toen zij hem omhelsd had, bekeek hot
puikje van do ooms zijn nicht, terwijl hij
zich bedenkelijk achter zijn oor krabde
Als je blieft, zei Jeanne, lees eens!
Zij reikte hem een schrijven over.
Dit is gekomen toon u pas do don*
uit waart. Ik zag dat do brief van de huis
bewaarster kwam. En onmiddellijk heb ik
hom oppngomaakt. Het was het opisleJ
van madame Eulalle, waarin ze liet weten,
dat ze zoo pas den heer l/oriot gezion had.
Ik weet het al, zei oom Schutz. Ik
kom zoo juist van de huisbewaarster van-»
daan. Zij heeft mij dat nieuws al modege^
deeld en daar ik redenen te over had oer
er aan te twijfelen, heb ik nauwkeurig bit
haar nagevraagd. Doch zij hield haar ge
zegde bij hoog en laag staande, zood&t wlf
hedenmorgen op de terugkomst van Sidoi
ne beslist kunnen rekenen. Daarom kun*
nen wij nu openhartig over een kwestlg
praten waarop ik zooeven zinspeelde.
Jeanne leek beteuterd door deze orat/x
rische introductie.
(Wordt vervolgd),