Mjcfln om over dat Staten-voorstel to be raadslagen; fen oproerig gestemde menig te was voor hel stadhuis samengestroomd, maar ze werd spoedig gekalmeerd. De vroedschap ging accoord met liet voorstel hetgeen wil zeggen, dat Leidens gede puteerden in de nog dienzelfden avond te houden Statenvergadering zouden voor stemmen en weldra wapperde van stad huis en stadstorens het oranjevaandel. Zoo gauw kwam echter de volksbewe ging niet tot bedaren. Integendeel: men wildo oen andere Vroedschap. Bij gebreke van verkiezingen heriep men zicli op den prins en bij gebreke van kiesvereenigingen nam de Schutterij de taak op zich van propaganda-comité, zooals wo dat tegen woordig zouden noemen. llare gezamenlijke „capiteynen", optre- dend voor deze gelegenheid „uyl de naeme van de burgcrye, geassisteerd met een goed gedeelte van dien", eischten doodge woon, dat de gcbeele stadsregoering zich „van haere resp. ambten ende bedienin gen" zouden houden voor „ontslagen ende gefacuteerd, met verzoek om den Prins do „bestellinge der magistraten" op te dragen". Do Vroedschap stemde 6 September hierin „met eenpaerigo stemmen" toe, waardoor het schuiterlijke propaganda- comité de vrije hand had. Heeds den volgenden dag stelden de ka piteins der schutters een lijst van nieuwe vroedschapsleden ter hand, waarover reeds B September door de schutters, daartoe In de Doelen bijeengekomen, werd gestemd E»»n lijst van 80 personen werd samenge steld, bedoeld als „politiek advies" voor den Prins. Zoó ziet men, dat er toch eigenlijk wei nig nieuws onder de zon is, al was dit ad vies toen eenigszins anders van strekking dan tegenwoordig. Heel do politieke con stellatie was toen trouwens anders. I)ie lijst van 800 candidaten (voor 40 netels), waaraan nog eenige politieke wenschen waren toegevoegd, werd den Prins overhandigd door een deputatie van 4 kapiteins en 16 schutters (een uit ieder vendel), optredende met „voilé macht en autherisatic van hot college der capitainen, representeerende de regenten deser stode". De Prins ontving hen „vriendelyck ende favorabel", vroeg der Vroedschap inlich tingen, die toen ook een deputatie tot Zij no Hoogheid zond, bij welke gelegen heid wel gebleken zal zijn, dat op de tot dusverre geheim gekoudep lijst van 80 personen ook 25 zitting hebbende leden voorkwamen. De Prins vond goed, deze 25 niet „verdachte" hoeren alvast „bij pro visie" in do regeering te laten, terwijl hij over da 15 wel „verdachte" binnen 14 dagen zou beslissen. Na nog eenige politieke strubbelingen, te midden waarvan op aandrang der schutterij de ganscbe Vroedschap af trad, waarna de Prins de 25 uitverkore nen, benevens secretaris en pensionnaris opnieuw „continueerde", werden van de 15 verdachte regenten nog 10 na offi cieel onderzoek in eere hersteld, zoodat er per slot van rekening slechts 5 door nieuwe hoeren worden vervangen. De op positie bleek dus wel een beetje al te heet gebakerd ie zijn geweest, terwijl de prins ongetwijfeld van bezadigdheid blijk gaf. Bij de benoeming der 5 nieuwe regenten schijnt Zijne Hoogheid intusschen liet ad vies niet precies te hebben opgevolgd, het geen opnieuw bewijst, hoe weinig nieuws er onder de zon is. Een der nieuwelingen kwam zich pas 't volgend jaar in de stad vestigen en een tweede Het een paar maan den op zich wachten, alvorens hij den eed kwam afleggen. Beiden hadden in de nog steeds benarde tijdsomstandigheden blijk baar weinig lust in het ambt, maar 't kwam toch in orde. Anders stond het mei den derden: een jong Utrechtenaar, die met Leiden slechts in zooverre in betrekking stond, dat zijn moeder te dezer stede geboren was en haar jeugd hier had doorgebracht. Hij was bovendien nog niet eens 28 jaar den toen vereischten leeftijd zoodot de ganscbe Vroedschap bezwaar had tecen zijn toelating. De prins, bij wien men re- questrcerde, bleef evenwel op zijn stuk staan, hetgeen de Vroedschap zij het pas ruim een jaar later en onder „dé charge betreffende de schending der pri vilegiën deed besluiten, dien jeugdigen collega dan maar toe te laten. Deze kreeg zelfs zijn juiste plaats in de rangorde. En zoo eindigde de historie van dat oude politieke advies in pais en vree. AJO Voor Huis en Hof! WERKZAAMHEDEN IN DEN TUIN Zoowel in den groenten- als in den bloemen- en vruchtentuin is nu volop te doen. In den moestuin is bijna alles gezaaid of is spoedig de tijd daar om het te zaaien Spinazie, Raapstelen, Erwten, Sla, Bloem kool, Groote hoonen, Wortelen, Rapen, Bieten,(kroten), Aardapelen, enz. zijn nu al gezaaid en geplant, of men kan ze* ten spoedigste nog zaaien. Spinazie, Raap stelen, Sla en Erwten kan men nog eens zaaien, om opeenvolgende oogsten te heb ben. Zoodra het te warm wordt, heeft men niet,zoo veel succes meer met de blad groenten, wijl ze dan spoedig in het zaad schieten en waardeloos worden; in het koudere najaar, met de langere nachten, kan men ze dan weer zaaien. Schorseneeren en Brusselsch witlof kunnen nu ook gezaaid worden, hoewel er nog niet zoo bijster veel haast bij is. De late koolsoorten moeten ook gezaaid wor den, als men zelf zijn planten kweeken wil. Wie een bakje ter beschikking heeft (en wie er geen heeft kan er gemakkelijk zelf een maken) kan nu ook z'n geluk beproe ven met postelein; dat is verbazend fijn zaad, dat men liet beste kan uitzaaien na het met een flinke hoeveelheid zand ver mengd te hebben; dan heeft men kans, dat het zaad regelmatig uitgestrooid wordt. Onderharken is bij zulke fijne zaadsoorten niet noodig, alleen wat aandrukken met een platte schop bijv., of zachtjes wat vast- gieten. Ook boonensoorten kunnen In een bakje gezaaid worden, om ze later op de vaste plaats in den tuin uit te planten, of men kan ze ook in den bak oogsten In het eerste geval kan men ze zeer dicht opeen zaaien, om ze, zoodra ze vier blaadjes bob ben, uit te planten en in het laatste geval zaaie men ze op ongeveer 30 a 40 c.M uiteen en men legge in ieder gaatje 3 a 5 boontjes. Dat boontjesjeggen is nog niet ieders werk, daar ze spoedig te diep liggen, met als gevolg verrotten der booncü of mis oogst; ze mogen hoogstens 124 c.M diep liggen en moeten in goede losse aarde liggen; ook mogen ze niet in aanraking komen met mest. Later in den tijd kunnen ze iels dieper liggen, omdat dan de grond wat droger geworden is. Buiten op een zeer beschut plaatsje en in drogen, zandigen grond, zou men het ook kunnen probeeren, bet is echter nog riskant. Verder bepaalt het werk zich bij wieden, schoffelen en zorgen, dat de slakken en kraaien of duiven en musschen ons geen parten spelen. Heeft men veel last van vogels, dan is het spannen van zwarte draden, precies boven den regel planten, een probaat middel: vooral voor sla en erwten is dit aan te bevelen. Slakken kan men dooden of men tracht ze weg te houden, door het strooien van een wateronttrekkend middel, dat onscha delijk is voor de planten, b.v. chili, kainiet, Keukenzout, ongeblu^phte kalk enz. Als men zorgt, dat ze geen schaduwrijke schuilplaats kunnen vinden, b.v. tusschen onkruid of in gras- of slootkanten, zal men er niet veel last van hebben. In den bloementuin kan men nu bijna alle zomerbloemen in den vollen grond uit zaaien, b.v.: zomcrviolieren, leeuwenbek ken, Oost-Tndisclie-kers, papavers, een jarige riddersporen, goudsbloemen, zon nebloemen, korenbloemen, afrikaantjes, salpiglossis, Phlox Dumondi, seabiosa, asters, enz., te veel om op te noemen Het beste zaait men deze bloemen op een klein plekje, dicht opeen, om ze later op de gewensclite plaats uk te planten: zeer ondiep onderstrooien met wat losse aarde en goed vochtig houden (niet klets nat) is voldoende. Kan men het niet voldoende vochtig houden, dan kan men de verdamping te gen gaan, door te schermen b.v. met cou ranten of oude zakken; zoodra de plantjes zichtbaar zijn. moet men de couranten of zakken verwijderen, om ze aan het licht te Gewennen. Velen, liefhebbers vooral, beeaan de fout, om de voorjaarsbloemen in het voor jaar te zaaien, en dat is niet goed, aan gezien ze dan in denzolfden zomer nog bloeien, wat niet de bedoeling'is. Zo moe ten immers volgend voorjaar pas bloeien. Als zoodanig noemen we: violen, "muur bloemen, vergeef-mii-niet, silenen, campa nula, papaver, nudicaule, duizendschoon, enz.; doze worden eerst '0 Juni, Juli of sommigen zelfs Aug. gezaaid. Zaaibloe men zijn meest heel gemakkelijk -te kwee- ken en geven oen schitterend effect aan den tuin enkosten verbazend weinig geld. In den fruitluin kan men zich nu verlus tigen in den aanblik van do prachtig bloeiende boomen, één nachtvorstje echter is voldoende om te zorgen, dat we wel bloemen zien, maar geen vruchten. Zoo mogelijk bescherme men z'n boomen tegen schuttingen enz. tegen nachtvorsten door er 's nachts zakken voor te hangen of er een rietmat voor te zetten. Ook aard beien, die al bloeien of bijna bloeien kan men beschermen, door er hoven, op latten, die op bloempotten liggen, zakken of mat-> ten te spreiden, of door er couranten over tc leggen. Ook kan men omgekeerde bloempotten erover heen zetten. Ten slotte kan ieder gewas, dat niet erg uit de kluiten schieten wil, wat geholpen worden met op een drogen dag wat chili te strooien (25 gr. per M2.) of men kan een klein beetje In een gieter oplossen en het op deze manier ('s avonds) toedienen. V. H. Azalea's overhouden. In tegenstelling met de bewering van vakmenschen, dat onze bodem en ons kli maat niet deugen om azalea's over te hou den, geeft „Onze Tuinen" een handleiding om deze mooi-hlooiendo planten, wier tijd nu zoowat voorbij is, tot het volgende voor jaar goed te horden. „Even dicht als de azalea in bloei stond, zit ze nu vol met vruchtbeginsels, schrijft het Tuinbouwblad. Het is zaak om deze er alle uit te knijpen of tc knippen, maar voorzichtig, zoodat de jonge scheutjes, die even onder het vruchtbeginsel gaan uit groeien, niet mee verwijderd worden. Het gaat er juist om, hen voldoende voedsel en ruimte te verschaffen. Zij moeten in den loop van dit jaar flink stevig worden en bloemknoppen maken voor den volgenden winter. In den loop van Mei graven we de azalea op een zonnig plekje in den tuin in met haar pot. We geven haar dagelijks flink water en nooit mag haar aarde droog worden. Wat extra voedsel kunnen wc <*\k toedienen door haar te gieren met koe mest, aangemengd met water. Waar da lucht vooral in dezen tijd van het jaar in de kamer erg droog is, moeten we veeï spuiten niet een plantenspuitie, liefst twen keer per dag met water op kamertempera tuur gebracht. De beste oogenblikkeii/daar- vnor zijn 's morgens en 's middags; op het raidden van den dag veroorzaakt spuiten brandvlckkert rp de blaren door invloed van de zon. BESCHRIJVING DER PLAAT. No. 177. Een elegante japon voor huise- ISjk gebruik. Men neme als stof een effen ]j»opGlino van gedekt paarse kleur. De over- ttlag, die de borst kruist, is gegarneerd niet uen jabot van witte batist en eveneens is Iket kraagje en het front je van deze stof, Tn de taille-bij het einde van den overslag iplaatst men een groote similr zilveren :noop met banger of kwast. Het zal aar dig zijn, zoo deze knoop met robde of (poene steentjes bezet is. Even boven de 'knie wordt de rok onderbroken door een bijpassend paars galon, waarop vervol gens de breede strook liet onderste gedeelte van don rok met eenige ruimte 'rrordt aangezet. Men kan bij dit costuum lllcht grijze of lichte grijs-lila kousen drn- fcn met zwarte schoenen. Patroon 1 35 No. 178. Do tailleur is voor een vrouw, Hen bijna onontbeerlijk kleedingstuk en de meest eenvoudige modellen zijn het meest jpractiscb, want meest draagbaar. Ziehier •een model van eenvoud. Voor stof neme men beige kashinette. De japon is een rechte vorm en heeft in het midden over 'de geheele lengte een smalle strook. Het bovengedeelte dezer strook lot aan do taille is van havanna bruine kasba en verloopt in een broderie van vijf kleine, bruine blokjes. Het zeer smalle ceintuur tje is eveneens op genoemde wijze gobro- 'deerd. Van bet manteltje zijn de zakken, kraag en revers met havanna bruine tres omboord. Hoed bijpassend vilt, kousen 'beige en schoenen donker bruin. Patroon [1 1.55. OE GROOTE HOEDEN. Een vorige keer gaven wij eenige model- fhn van de thans in de mode zijnde kleine hoedjes. Wo bedoelden daarmee eehter r->onszins, dat de groote hoeden niet meer «cdragen werden Niets zelfs is minder «raar en zijn er zeer veel elegante vrou wen, die aan deze de voorkeur geven. De 'groote modellen zijn voor den zomer van roer fijn stroo en de kleur rose-ïila zal de groote modetint zijn. Zooals bij de kleine hoeden zal in de garneering een uiterste eenvoud het meest gezien worden: wat dus wil zeggen, dat de hoeden slechts met een 'tint, een strik of zelfs maar een heel smal lluweelen handje gegarneerd zullen wor den. Soms zullen ook we! eens wat bloe men aangebracht worden, maar men zij rr karig me°, zon'n hoed zal spoedig te pompeus gevonden worden. Men ziet op de plaat in no. 179 een voorbeeld van een lintgarneering en in no 180 eeti toepassing van bloemen. 'NOUVEAUTE'S IN AVONDSJAALS. Do vooraanstaande mode-magazijnen vertoonen avondsjaals van ragfijne weef sels. De modellen ziju lang en niet al te breed, in tegenstelling met de sjaals, welke om den hals gedragen worden onder den dag-mantel of bet «antelcostuuni en dik wijls bestaan uit een grooten vierkanten doek, die tot een driehoek gevouwen wordt. l)e avondsjaal is ook niet zoo helkleurig als de sjaal-van-den-dag, doch heeft h-iel zachte tinten. Meestal is het fond donker an do bloemfiguren of strepen in teere, lichte kleuren daar opgewerkt. Die van crêpe de chine, toile de soie en crêpe Georgette zijn wel de mooiste, daar de glanzende soepelheid der stoffen onover trefbaar is. Ze. zijn ook heel flatteus en kleeden iedere vrouw of meisje goed. AARDIGE SNUFJES IN GEVLOCHTEN RIET. Er is een soepel gevlochten soort riet, waarvan men tegenwoordig allerlei fraais voor do huishouding weet te vervaardigen. In een groote zaak van luxe- en huis houdelijke artikelen zag ik een heele ver zameling modern rietwerk, wat bijzonder mijn aandacht trok. Ik zag theemutsen in allerlei vorm en kleur, gestreept en geruit of met sterren versierd. Van sommigen was de onder- kleur wit, van andoren gekleurd, doch alien hadden een zeker charme door hun bijzonder cachet. Ze waren met pongé zijde gevoerd. Ook fruitschalen waren er op lagen of hoogeren voet en met cirkels doorvlochten, in con trasteerende kleuren. Werkmandjes, sleutelmandjes, presenteer blaadjes, courantenhangers enz. voor fijn of grover rietwerk waren in allerlei vorm on kleur tentoongesteld. Het een en ander trok mijn aandacht, zoodat ik het in mijn geheugen hield, om er U van te vertellen. ANNIE M. M. VOOR DE SCHOONMAAK. Verfkwasten, die hard zijn geworden, kan men in karbolzuur van 50% weer zacht maken. Het zelfde resultaat ver krijgt ge door middel van warm zeepsop en veel groene zeep, doch dat duurt langer Het boenen van meubels is een nood zakelijk werk, daar het de lenigheid van het hout doet bewaren en uitdrogen of barsten voorkomt Als men de was zelf wil bereiden, ver- nienge men J00 Gr. geschrapt gele was en 24 d. L. roode of witte terpentijn. Dit be ware men in een blik of een pot wat ge sloten kan worden daar de was anders hard wordt; bovendien moet men van tijd tot tijd hierin roeren. De te boenen meu bels wrijve men zeer dun in met was, wrijft dan met vlugge streken de was met een katoenen doek in het hout en daarna met een wollen doek na, totdat elk vlekje verwijderd is. Ziet men vóór het boenen vlekken op een meubel, dan verwijdere men deze eerst met zeer dunne was of met enkel terpentijn. X 'AANBRANDEN EN VERZOUTEN. Niet alle aangebrande of verzoute ge rechten zijn als verloren te beschouwen. Melk en alle daarmee bereide spijzen branden spoedig aan. Om nu het aanbran den van melk te Voorkomen, moet men zo niet in een droge pan op het vuur zetten, maar dient de pan te voren met water te worden uitgespoeld en zonder afdrogen in gebruik te worden genomen. Geschiedt het ongeluk met een melkspijs, dan moet men deze dadelijk in een andere pan overgieten, die van tevoren eveneens met waier wordt uitgespoeld. Hierin laat men de spijs onder toevoeging van één a twee lepels rhura of cognac nog eenige minu ten koken. Aangebrande groente kan worden gered, als' men ze dadelijk in een andere pan overgiet waarbij men er op letten moet, dat niets van het aangebrande meegaat, met een ui of een broodkorst een kwartier tje koken laat. en ze eindplijk met een versch léehereide gebonden saus onder toevoeging van een weinig vleesch ex tract gereedmaakt. Hulsvruchten branden ook spoedig aan. In zoo'n geval giet men ze dadelijk op een zeef uit en zet ze vervolgens in een andere pan met versch kokend water opnieuw op het vuur, waarbij Me toevoeging van een weinig witte suiker goede diensten doet. Bij aangebrand vleesch snijdt men de zwarte plekken weg, verwijdert de saus, legt het vleesch in kokend water en laat 't daarin tien minuten koken; giet dan deze saus af. zout en peper het vleesch en stoof het met boter en vleeschsaus verder: ten slotte wordt aan de saus nog wat wijn of zure room toegevoegd. En nu iets over het verzouten. Het zout is een der voornaamste bestanddeelen die bij het kruiden dep spijzen noodig zijn. Het geeft aan het voedsel een aangenamen smaak. Iets anders wordt het als men te voel van het goede krijgt; verzoute spijzen bederven niet alleen den smaak en de stem ming maar ook de maag. Niet zelden laten verzoute gereehten zich weer goed smaken door toevoegen van ongezouten groente vaak wonderen. Zoo kan men bijvoorbeeld aardappelen door bijna alle groenten ver mengen zonder dat dit de welsmakendheid beinvloedt. Voor spinazie of worteltjes is rijst voor doperwten krenten als verzach tende toevoeging aan te bevelen. Te sterk gezouten vleesch en gerookte visch verbetert men in smaak door deze een pear uur in afgeroomde melk te leg gen. PATRONEN NAAR MAAT. Papieren patronen op maat gemaakt, kunnen besteld worden onder toezending of bijvoeging van het bepaalde bedrag plus 15 ceni porto, aan liet Comploir des Pairons, Molenstraat 48 B. Den Haag De maten op te geven volgens onderstaande (eekeninp

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 8