Een tegenvaller. Hoe oud schat jc mijn aanstaande? Dertig jaar. Woel je dun niet. dat men er hij de threes n!l:ifl tien jaar afrekent? -O, dal heb ik gedaan. Een goed antwoord. Pastoor (de Ic.s behandelend hel dcnf-el)Kan iemand van do kinderen mij zeggen, wat Cr al zoo noodig is voor hel J)( tf&l? Mindere h-< -ilingcn Iegelijk: Water, pas toor. Prachtig. Maar Weet nu iemand Avat er nog meer noodig is? bangdurfg stilzwijgen Pastoor (lot een dor kleinen, die bedeesd zijn vinger opsteekt/: Toe /.eg jij liet maar. Keu kindje, pastoor. Bij den slager. Dienstbode (hij den slagor): ..Hebt u oen kalfskop?'' Slager(eerst driftig willendo worden, <lf.i*h zich bodenkond): „Neen, beste meid, av 'I eon iTiensrlieffhoofd." Meisje: Nee, dht mol ik niet hebben, er motto hersens in zitten." Hebberig. „Heeft de kleiue al mazelen gehad, mijnheer Smit? „Ss(Praat niet zoo hard! AL hij hoor! dal ie iets niet gehad heeft, gaat hij er om schreeuwen." Schoonmaak! Moester: „Waarom zie je er. de laatste weken toch zoo verwaarloosd en onge- was.schen uit, jongen." Schooljongen: „Omdat ze thuis aan de groole schoonmaak bezig zijn, meester." Een handige bediende. Woedende klant (in oen boekwhikol: Ii ik kan geen woorden vinden om mijn afkeer van je uit te drukken. Handige bediende: Mag ik u dan een woordenboek verknopen, mijnheer? Tc luchtig gekleed. Een afgedankt minister, die ,,'t loei ijk had laten zitten", haalde eens, a's op zijn persoon toepasselijk, don versregel van Ho ra li us aan: Ik hul mij in mijne deugd. Toen hij kort daarna kou vatte, zei iemand: Pat komt ervan als jc zoo luchtig gekleed gaat? Wat voor hef land noodig ïs. Kamerlid (in een politieke bijeenkomst): Het land heeft in de eerste plaats behoefte aan mannen mei ruimen blik en gezonde opvattingen, aan mannen mei energie en werkkracht Hoer (onder de toehoorders): Die kerel vvèet er ook al niets van. Het tand moet mest Imbben; dat hebben we oor alles noodig! Poëzie en proza. Enthousiaste, maar bijziende damc- avtisi: Mijn goede man. zeg mij eens, wat zijn dal daar die fraaie, wuivende voorwerpen, daar bij die boomen, die a's "t ware strijd vueren met deze- laatste in sehoonhivd van lijn en die zulk een mooie, variatie aan hei landschap geven en 'die schijnen te hangen lussc-lnn hemel en aarde. Boer (barsch): Hemden! Twee broers. Twee vacantiercizigers loopen op de Avenue de Messint te Parijs. Kijk. daar staal een standbeeld van Shakespeare, zegt de een. Ah. jtrsl. zeker oen broer van Rnbbe- spier! Niet vlug van begrip! Hierbij zestig gulden, schrééf een va der aan zijn to Leidon studeerenden zoon, maar hij legde voorbedachtelijk een bank biljet van honderd gulden in liet couvert, nadat hij nog eenmaal den brandbrief van den student gelezen had, waarin deze drin gend cm toezending van zestig gulden ge vraagd had. Por koerende post komj hel antwoord: Lieve papa, ik heb me blind getuurd naar hel hi'jet van zestig guldon, dat zeker bij vergissing thuis op uw sclirijflaiel is blijven liggen. Wees zoo goed, liet ru'j per omgaande nog !e zendon voor hel inge sloten bankje van honderd mijn beste dank* Een deugdelijke auto. De vertegenuoord'ger van óen auto-fa briek prees op de en too» sH ling den be zoeker zijn wagen ter. 'zeerste aan. - tfel is de auto, welke u noodig hebt, mijnheer, verklaarde hij XI behoeft er nooit onder te kruipen om iels te onderzoeken. Hoe is dat mogelijk? vroeg de vcrr AvoiidiTfic kooplustige. Wp|, zei de ander, bij hel •geringste defect, dat aan de machine komt. s'aal de wagen direct op zij: Man en vrouw zijn één. Meneer (betaalt zijn huishonds ter haaf driemaandelijksch salaris): En nu, Jcm lianna, nu wil je me toch ook wel zeggen, hoe je over mijn voorstel denkt. Ik heb je den lijd gelaten 0111 er over na te denken. Wil jo mijn vrouw worden? Johanna (bedeesd, gelukkig, nauw hoor baar): Ja. Franco's. Meneer: Nu, geef 111e dan liet geld maar terug! Hij wist raad. Meester: „Jan. vertel mij eens hoe je nar New Found la ad zou gaan." Leerling: „Eerst zou ik gaan naar Rot terdam." Meester: „Ja. En dan?" Leerling: „Dan zou ik aan boord van een schip gaan!...." Meester: „Goed. Vertel verder."' Leerling:.... ..dan.... dan zou ik 't aan den kapitein vragen./... wam tüo weel 't natuurlijk beter ciau ik." Het spreekuur. Reiziger: G" -wou mijnheer der: dok'.er een offerte mak. Dien-Jnioisje: De -lokte: is niei ie spre ken -- tiet is zi.io. «spreekuur. VRAGENBUS. V ra a g 20: Vertel iets over do papier fabricage? Antwoord: flc vertelde reeds (lat do Ehineezcn eigenlijk de oudste vervaardi gers van papier schijnen geweest te zijn. Ifot oudste papier werd gemaakt van moorboivezel zooals de oude Egyptenaren, dii (.leden door kloppen van papyrus vezels: Daarna werd perkament gebruikt en nog t. ter ia de middeleeuwen lompen: op bet 'oogonblik echter wordt het meeste papier ei maakt uit hout, hoe vreemd dat ook K.'ijikc. Hoe dal precies in zijn werk gaat, hoort go Inter wel eens. Tn den ouden tijd werd het panier uil de hand gemaakt. De 1- iiiDen werden gesorteerd: geslagen op een -orfc zeis: allo vreemde bestanddeelen gin gen eruit: dan werden ze" gekookt in kalk: vi-rvolgens 'werd do massa met houten ha mers gestampt: en de dan ontstane brei in water omgeroerd: uit do verdunde brei a'. erd het papier geschept op een raam van koper vervaardigd' Vervolgens moest hel rog oonige hnwerkingen ondergaan oer men li«>l geschikte na nier had- hetzij men a loeirvanu r ol' jrclansd papier of een an der soort verlangde. Ons laud heeft altijd good en solied pa pier geleverd. Ook het toestel ter vo.vvan- gfiv van het oude stampanparaal is van NederlanJ.-i he vinding: ..Hollander" ge naamd en is oen dor voomttamslo machi nes lui de jMMierv'M-v.nirdieing. 0>i het oogonblik cebrnikl men vooral in Tudië stroo naast bout of ihplaals van I.OUt om ojipier te ver vaardigen. Tn Pada- laranT hij J':uidoen«r is een dergelijke fa- brink ongereicht. Waar hebben avo in ons laud papierfabrieken? Tedere jongen van de ."e on f),. klasse moet dal weten, Vraag "O Zijn er veel joden op de: 1 wereld en waar wnnoiï de mééste? A n t as" o o r d Op het oogonblik ziin Aol-'- ns de laatste statistieken (wat zijn hof? In school vragen!) ruim 15 millioeni joden, aa iarvan de profits te liêlft in Euro-' pa. uve-i in Oosl-Eurooa woont. Amerika telt onder ziin inwoners 3.850 0(10 ,f.i<lI-I»Tn .Azië en wel in Palesti na wonen de Joden hel dichtst bii elkaar en maken daar II pet. van de bevolking uit. De grootste Jodengemeenten zijn: New An'-Tr mig J.fUa OOO of ir> nel der bevol king Warschau lieeft er betrekkeliik nog meer. büna de helft der bevolking. Wennen '15 VAct. Tn P usland zijn ook veel Joden en naar is htm invloed, zooals trouwens in aUe "Toole plaatsen onevenredig groot. Tn ons 'and is hel Amsterdam, waar de mees- t Joden wonen. Vraag 3 1 Worden ook schoenen gemaakt van slangen vel? A tv t w 0 o i' (1 Zeker en mooie ook. Maar.omdat die schoenen zoo duur zijü ten to (oer, zullen schoenen van slan gen vel nooit „eemoen-goed" worden. In de. Vereenigde. «Stalen van N.-Amorika is men ermoe begonnen om <1 amossehoentjes van echt 5. langen vel te maken. Daartoe is cpgerieht een slangen fokkerij waaraan een var kens mes lor ij verbonden is. Hebben deze slangen, da grootte van tl a 8 M. be reik t. dan worden zü. gedood door con slag op den kóp met oen hamer mol een langen sleek I)an wordt het kadaver van de huid ontdaan, zonder dat deze' ook maar oenï- gerpAato geschonden wordt. En van dit \'el wordt dan het bekende leer bereidt. Het vleescli der slangen krijgen de varkens te eten, terwijl omgekeerd de kleine varkens den slangen als voedsel wordt toegewor pen. Slangen en varkens eten zoodoende elkaar afwisselend op. Zoo'n slangen vel wordt daarna met de uiterste zorg be werkt om liet vol zijn mooie glanzende kleur te doen behouden en om de schubben aan de. buigzame huid niet te beschadi gen. Vraag 3 2: Waar komt 't woordje Mae. vandaan in MacMahon? A n t vr 0 0 r d Ben jij een liefhebber van geschiedenis mijn vriend. Nu dan! dan zal ik jo eens gauw uit den droom helpen. 'Aan hot voorvoegsel Mac .herkent ge den Schol.sehen oorsprong van do dragers van dien naam Mac beteekenl zoon. Zoo heleo- ïcent Mae Mahon. zoon Mahon. Bij vele Terse die namen vindt men O' vooraan (bijv O'Donnef. wat d.111 hetzelfde beteekent). De volgende week beantwoord ik de vol gende vragen Vraag 33. Vader zegt: „de vogels zijn weerprofeten". Is dat zoo? Vraag 31. Zijrr er ook nog wilde honden en waar leven die? Vraag 35. Is do gorilla zoo sterk als een mensch? Vraag 30. Ik las ergens van de Zigeu ners van liet Noorden. Wie zijn dat? De R 0 d ac. t c u r. CORRESPONDENTIE T n en W i e s 5 e G 0 d d Ij 11. Leiden. Wolkom in ons midden. Zeker To is .je op- stelle' ie al heel aardig en daarbij jelie hebt keurig en netjes geschreven. Dat ver dient wel een pluimpje. Dag jongens! Ik wensch jelie beidjes veel succes. Gerard Gründemann, Leidon. Wel Gerard, die raadseltjes heb jij goed opgelost hoor! Als jij nu eens een prijsje won, dat zou fijn zijn hè. Wie weet! Maak mij wederkeerig ook voel groetjes aan va der en moeder.! Dag Gerard! A n n i e G 0 d d ij n ei» Mi e p G r i m- borgon. Ik hoop ook, dat jelie twee tjes met pen prijs uit de bus komen .Wie wat verdient moet ook wat hebben, niet waar? En ik ben over mijn twee vrien dinnetjes uit Katwijk goed tevreden. Jo helil gelijk, Annie, dat je protesteert, toen je in je naam twee (I's vond. Dat mag ook niet. En nu verwacht ik jelie verhaaltje of versje. Dag jongens! Veel groetjes aan uw ouders. Nico 0 k k c r, Warmond. Is nog je verhaaltje niet geplaatst? Ik begrijp er niks van. Dan moet ik nog eens zoeken. Misschien dat het tusselien den berg copy nog boel ivarmpje.s opgeborgen zit voor later. Er is nog moer dat wacht op plaat sing mijn vriend. E11 mi de raadsels? En dan een prijs, en dan is Nico weer tevre den. Dag vriendje! Veel complementen thuis! De-volgende week ga ik door met het beantwoorden der brieven. Onze Prijsraadsels. Nog cenige dagen en dan is de deur toe. Er zijn er veel binnen, maar nog ver wacht ik er op visite. Zoodra ik klaar hen, zal de uitslag bekend gemaakt wor-, den. Vooruit nu, wie nog niet klaar is. Denk aan I Mei. De R e d a c t c u r. DE REUS EN OE HOUTHAKKER. Een sprookje van Oom Wim. VIT. Wat ziet hij, waf zijn aandacht boeit'? Een opening in dén muur: een keldergat voor dezen; nu door tal van spinnewobben en bladeren eii stof en door het onkruid bijna aan het oog onttrokken en onzicht baar. Dit is een ontdekking van belang. Als hij die opening grooler maakte: die ver weerde sponning wegtrok, cenige steenen Wegnam,' wol dan was misschien de ope ning groot genoeg om er doof te kruipen er. zoo in den kelder te komen. maar. pas op inbreker!.... daar is onraad daar slaat de toovcnaav net den hoek om, en schudt zijn lange lokken als de leeuw' zijn manen en snuift de lucht op met volle teugen en 't is, alsof hij een voorgevoel heeft van wat staat te gebeuren; hij ziet onrustig naar alle kan Ion heen en Avcrpl dan fier het hoofd in den nek. als schudde hij af den last die hem drukte en stapt voorbij den houthakker, die zich te gen den grond drukt en door het lange on kruid hcolemaal aan het peinzend oog van den reus \A"ordt onttrokken. .Dan gaat deze voort 011 slapt weer naar boven, waar hij door zijn tooverkraebt tot een hertje omgelooverd wordt, dat blatend met groot e sprongen het hordes afhuppolt. en het groole oorbosch doorkruist- in zor geloos genieten. E11 nauwelijks is hel hertje de poort uit gewipt of de houthakker gaol voort met Let uitbreken en vergrooten van dat wat eenmaal een kolder venster was on.... nu i.: het gat groot genoeg om hem den vrijen toegang Ie verleent'» tot den donkeren kel der, waar hij hoopt, dat hij vinden zal, waf hij zoekt Kn hij a'indt en staat verbaasd. Daar liggen schallen «opgetast Daar glinster! hem in de donkerte 't goud en net zilver tegen! Daar fonkelen de diamanten steenen en schitteren de ringen en als hij dadelijk een kaarsje heeft opgestoken en bij dit flauwe "schijnJicht een blik om zich heen lean werpen, en zoo ©enigszins de schat kan overzien, die daar als voor hel "grijpen ligt, dan wrijft hij zich van pleizier de haiiden en.... 1111 is zijn plan gemaakt: hij zal maken voor dat de avond valt dit hosoh uit te komen en den burgemeester waarschuwen, wat hier te midden van dat groote bosch nan waarde is verborgen. Dan is vast alle armoede geleden! De eerlijke vinder zal zeker een deel dier schatten worden toegewezen en.... (le daad Lij het woord voegende, springt hij het keldergat uil: vlucht over den muur vanwaar hij gekomen is, en ijlt zoo vlug zijn boenen hem droegen weg van die bc- taoverde plek enzoekt hol pad, dat hem kuiten liet bosch brengén zal. En hij denkt aan niets, dan aan do schatten, die bii zag, doelloos on renteloos opgestapeld. Hij zag zelf niet, dat een hertje hem mei een paar groote oogen ga desloeg alsof het zeegen wilde: ah, ha! bon iij dat. die mij verontrust hier 00 rnmi erf en toen als 'it pijl uit den boog naar 't slot vluchtte om bom als tijger op de hielen 1e zitten en hem trachten zal in te halen Voor iiii huiten het "baseh zou treden. En de houthakker denkt niet aan het ge vaar. dat hem dreigt: bij denkt aan geen raaf en geen hert: aan geen avo If on geen lUger: hij ijlt voort en bréékl "hier on-daar (aktes af om morgen deh weg weerom io vinden. De hoop op rijkdom smmrf hem aan tot steeds grooler vlucht. En het is goed, dat zijn weg haast ten einde is on don rand van hel bosch is bejvikt. Luis terde hij, dan kan bii hooren. hoe liet ge hijg en gvjang van den woestea tijger, al duidelijker £hif worden, hoe de afstand lus sohen beiden steeds kleiner word; hoe do liiger met oen laatste krachtsinspanning ziin nróoi tracht in te halen, tot hij met bloedbeloonen 'oogen en met de verhitte tong uit'den bek brullend noernloft op" nog 'men tien 'meters afstand van den houthak ker. die verschrikt 1111 pas ontdekt aan welk gevaar liii ontsnant is en. zoo.be reikt de houtbakker don zoom van 'het bosch. En 1111 gaat hot naar huis: naar 'i.in buis. hoi eenzaam huisje even huilen het: dorp. om morgen naoV den burgemeester te "gaan en daar verslag uil le 1»rongen van al liet wonderbaarliike, dat bii in den loop der. week ondervonden hoeft. E11 zie! ZwöcJ is do lucht en drukkend. Den breien dag is bet brandend beet geweest Er is geen windie aan de lucht, de blaad je- dor AAopulioron. ili-- anders hij het min ste zuchtje ritselen en elkander vertellen van hel a oh» dit ze dear boven aanschou wen in de lange nachten, als duizenden sterrolios fonkelen aan >hei firmament waar de maan als de aanvoerder staal van het slorrenhoir. of vertellen van rle kabon- rs en de vlinders, van de krekels en de kikkers en van zooveel nn-!'-r> inleressan- i(. tre-' liiedenisies, die ze beluisterden heel den (lag. Nog is tiet drukkepd tiert, en hot zon net ie is reeds aan de Wester!;im |c ruste* waan. Daar opeens is bet, alsof menseb en dier veelt hot omveer, als een vorraib-rliik dier nader sliiinen De krekels zwiigen ver schrikt stil: de kikkers kruinen weg in kroos! en groen: de vogels vlie"en onrus tig heen en zoeken Imn nesten on: de land man drijft haastig zijn vee naar den stal. want cl* komt onweer zegt li ij. Do R e(1 a c I eu r. (Wordt vervolgd). Bestrafte ijdclheid. Liosj'e Renisen luul cgn snoezig eez/ohje, in?l 'r bViido •ki'uben, en baar heldere kij kers. Mmi' haar hartje was minder mooi; ze was altijd éven koppig en oftheMioliik; als ze b.v. con jurk aan moes! die nlot naar haar zin was. trok ze een !'n en ïvas den boelen dag mot !c spivk< n. Maar daar trok inoriler zich natuurlik ivels van aan. Op zekeren dag kwam Tv esje thuis mol hoorn-node kleur van 't harde loopen. „Waf is er. vroeg moeder?" „O. moe. ik mag a.s. bondag hij Gréta v. Wijnbeken komen spek n. dan is zo jarig, en dan gaan we mei mevrouw» v. Wij 11 bergen een roeitochtje maken. „Ja mee. mag ik?" Heerlijk, ze mocht. „Maai* mno," begon zo wier. ..moet ik nu mei d:o doodgewone jurk. die ik al on- h-lbajv malen gedragen hel»? Toe mbo. knop mij een nieuwe jurk", zeurde Lm-sje. Om aan hot gezeur een einde te maken. 1 beloofde Mme en Pa er over Ie zullen spreken Van' dat oogenic ik af verzuimde Lh-sje geen enkelen k-er de étalages nauwkeurig te bekijken. Maar ui-ei een jurk vond zc mooi genoeg. Eindelijk brak de gewichtige, (lag aan, dat Liosje met moeder de stad in ging om de jurk te koopofc, en na veel wik ken on wegen werd de koop gesloten, maar niet geheel naar den zin van Liosje. Den volgenden dag ging Liosje hij al de kinderen, die ook op liet partijtje kwamen, iniormeeren welke jurk- zij aan zouden hebben, en vertelde vol kleuren en geuren hoe haar jurk was, en dacht bij zichzelf: mijn jurk wint het tocli nog. Maar o wee, daar kwam een groot© teleurstelling. Moe der had de jurk 's avonds al op den stoel 111 haar slaapkamertje gelegd. Toen Liosje 's avonds naar bed ging, stond ze nog eens vol genoegen de jurk van onder tot boven To bekijken. Maar zij was zoo in haar nop jes, dat ze geheel vergat de deur \-an haar slaapkamertje te sluiten. Victor, de hond, had van de gelegenheid gebruik gemaakt, en was als een trouwe hond, op 't mooie jurkje gaan liggen. Toon de hond in slaap was gevallen, was Ivj van de stoel gegleden en 'l jurkje waar- schijnlijk aan zijn l>oot blijven haken, want toen Lies je 's morgens wakker werd en npg eens gauw naar haar mooie jurk wilde- gaan z en, was de jurk geheel gescheurd. Victor lag nog steeds achter de stoel, en toen biesje hem ontdekte, begreep zij dat hij de schuldige was. Ze pakte hem bij de halsband en gooide |iem met woes! gebaar de slaapkamer uit. Toen brak zij in tranen los en ging naar moeder 0111 do gehavende jurk te laten zien. Moeders tc'ou.rstcMIng was groot, maar die Tan Liesje was nog veel grooler. Nu zou ze toch. in d e oude jurk naar 't partijtje moeien gaan, en daar z'j al aati alle kinderen had gezegd, dat zij Avel het mooist zou wezen, vond ze 'l nog veel verschrikkelijker. 's Middags om twee uur ging ze toch in haar gewone pakje naar '1 partijtje, lot gröoté verwondering van alle kinderen, die met groote niemvvgioi'iglieul*al uaar haar sl' ndm uit te zien Liesje vertelde de hee'o historie van d en Ieelijken hond, met tranen in de oogen. Tie kinderen, die hadden loègeUii-stcrd. vonden ■'t'wol jammer, voftva!- voor haar moeder, die at de zorg aan haar jurk besteed had. 'maar 'och ook met-een' een goede -Je-s voor' •f Lusje. Ann'e Bisschop: Mistrouwen. Keu tuinman, die in bc» zweel zijns aansehijns hel date-lijk*.- li broodje Avon,' had sedert lang de chri-iclijke gewoonte, het weinige, dat hij licspr»:-rdo, met (lc armen te doelen. Maar op eens Jiet hij zich kwellen door angstige zorgen voor do toekomst. „Hoe zal 'I met mij gaan, als ik morgen of over morgen eens ziek of zuclitig word? En waar moet ik op mijn ouden dag van le ven?" zeide hij -tot zich zelf. "Hij trok daarom do-milddadige hand van do avmen terug, schraapte ht.i elkander, wat hij kon, èn niet do grootste zorgvuldigheid ging elk overgelegd s.lukje in den linnen snaar- zak. Na verloop van een paar jaren wilde hij eens weten, boo T met- do financiën stond. Hij schudde den geldzak op de ta fel om en stond versteld van zijn c-igen rijkdom. „Ha, ha! Nu behoef ik ten min ste voor de toekomst niet hang meer ie. zijn", zeide hij En zoozeer maakte do vreugde zich van hem .meester, dat hij. zijne gCAvono bezigheid willende hervat ten, de spade glad verkeerd hanteerde en zich aan don rechtervoet verwondde. De wonde was van geen bofockonls, dacht hij aanvankelijk. Ongelukkig werd zij echter met den dag erger en erger. En de dokter na alle middelen der kunst te hebben aangewend, verklaarde eindelijk, dat de dood onvermijdelijk zou"züu, indien (le voet niet werd afgezet. Die uitspraak was als een donderslag in het oor van den tuinman, te meer. daar hij zijn laatslen rijksdaalder moest aanspreken, om (1e ge neesmiddelen te betalen. Volslagen armoe de en onbekwaamheid om wat te verdie nen, stonden dus voor do deur Tn den nacht, die nu volgde kwam geen slaap zijn oogen luiken. De zieke daelit 11a over do dingen van het verledcne. Hoe dwaas liad liij gehandeld, door zoo angstig voor de toekomst le gaan zorgen. In plaats van lc vertrouwen op Gods voorzienigheid! Had God zijne Hand niet van bom terugge trokken. toen hij zijne hand van den ar men broeder terugtrok. „E11 waar is 1111 mijn geld!" riep hij uit, „dat geld. hctAvelk ik met zooveel angst en zorg verzameld heb. Bijna niets is er moer over en ook de armen hebben er niets van. O. had ik tenminste met hen gedeeld, ik zou thans niet leeg aan verdiensten hij God zijn! Ach Heer, vo'-w-of mij m'gi. mistw uwen, help mij uil den »<ond, te. ik beloof ïk zal tuij beteren!" De- morgens beving den zieke oen <-j--i:f'- liium-rin-.. Kn toen, eenigo uren later de dokter bii hem kwam, was tol beider groole verbazing de wonde werke lijk beter. De voet behoefde niet meer af gezet te worden. Nog een week, en de goede man was geheel genezen. lTij hervatte wederom zijn werk Maar hij hield zich ook trouw aaw zijne beloften en bleef in 't vervolg spaar zaamheid me' christelijke weldadigheid vereenigen. üretha Bos, Hazerswotidc. Wims reis in China. V'uler zou naar China gaan Wim]>ie mocht ook mee Zij gingen samen met '11 schip Ze stonden op de ree. «Stadje werd vaarwel gezegd Uitluiden kleine plaats Daar ging 't in 't wijde sop Wal had die Wim een praats Zij kwamen eincTUjk in 'l Kanaal Die gropte wijde stroom 'I. Ging, Vlug door zee en golf nu heen Men zag geen huis, geen hoorn Toen kwamen zij alras al aan In de Middellundsehe Zee Matrozen klommen in de mast Of werkten op de ree. ;t «Sucz Kanaal kwam toen Al duister in T zicht Doch daar kwam. toen een De wolken worden dicht. De regen drupte nu al meer "i Bliksemflits verscheen Het vaartuig schommelde heen en De wind joeg ieder vair dc been De donder rolde door dc lucht Men school iir de kajuit Daar sloeg dc bliksem in '1 schip De vkiipmc-n «sJoegen uil- Toen sprong 't met een knal uitcei: •De wrakken dreven weg Gegil ontstond en Pa en Wim Die dieven heel ver weg. Zij landden aan een vreèmde ku-t Eu gingen over land En reisden met een karavaan Naar den Ghineeseiien kant. Zij stonden voor een groote muur Open ging de poort; Zi.) zagen loeu een mengelmoes Vau menschen allerlei soort Do een die had een langen staart De andere had zulks niet De een noemde Wim, die leuke snaak, Jan, de andere noemde hij Piet. Zi.i moesten voot de koning staan Hij vroeg huu allerlei Haar, toen men weer naar buiten moch' Toen v aren zij lieel blij. Daar kwamen zij nu bij een meer - Een groole krokodil K av uu op hun toegezwornmen en Hij vroeg hun naar hun wil. lvlein Wimpjo wilde zijn een prins „E11 ik wil koning zijn," Zoo sprak de-vader fier en Irotsch En drinken wil ik wijn. „Goed", zoo sprak "t groote dier ..lk help jullie nou, „Neem jij plaats .op je vaders ru 4,Dan zal ik dragon jou. Zij kwamen nu weer aan Bij 'I koninklijk paleis De koning ziende 't wilde dier Werd spoedig wit als ij*- 't Dier nu at do koning op Zette- vader op den troon „En jij", zoo zei hij nu tot Wim Jij bent nu 's kouings zoon. Doch spoedig ging 't weer ter: Naar 't eigen Vaderland En aangekomen hier bij ons Gaf vader Wim een hand. Zii gingen samen weer naar hu-.-; En keuvelden hing en breed Over alles wal zij zagen ginds Eil beleefd -li zoo gr aavH. P

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 16