„1 MsÉ Courani"
Vierde Blad
LIJK No. V.
Zaterdag 18 April 1925
Voor het Nederiandsche
zwakke kind.
I.
Een sympathiek liefdewerk.
Wanneer ik het nieuwe liefdewerk van
het Nederl. R. K. Huisvestings-Gomité bij
11 ga inleiden,'ben ik reeds bij voorbaat ze
ker van uwe sympathie voor dit mooie
werk.
Als we gezien hebben met hoeveel lief
de en geestdrift tienduizenden Nederlan
ders de hulpacties voor het buitenlandsche
kind krachtig hebben gesteund, is het on
mogelijk iets anders te verwachten, dan dat
die liefde en geestdrift nog veel krachtiger
tot uiting zullen komen, nu het betreft het
kind van eigen stam. Welke rechtgeaarde
Nederlander, die bereid is geweest een
buitenlandsch kind te helpen, zal niet mee
willen helpen ook om de gezondheid terug
te geven aan kinderen van eigen landge-
nooten. die door eene goede verpleging of
vprzoroing in eene vacantiekolonie, een
herstellingsoord, een sanatorium of hij den
boor on 't platteland zich weer de frissche
roode blos on de bleeke wangetjes zullen
zien getoovord? En wie niet a.an die bui
tenlandsche hulpacties hebben meegedaan,
omdat zij meenen dat de Nederiandsche
kinderen moeten vóór gaan. zullen nu vol
op de gelegenheid krijgen om in te halen
wat zij in vorige jaren mlschien minder
hebben kunnen doen dan zij graag wilden.
Ik sprak van een nieuw liefdewerk. Rat
hetcekent alleen, dat het nu officieel sfa-
tnlair bij het werk van het R. K. Huisves-
tings-Comitê is ingelijfd, niet dat het tot
dusver nog niet door dat Comité zon zijn
beoefend. Reeds van 1918 af enkele
jaren dus na hare oprichting heeft ge
noemde Stichting, schoon ze oorspronke
lijk bedoeld was om kinderen der oorlogs
landen te belpen zich, zij 't dan ook op
slechts bescheiden schaal, er -mee bezig
gehouden Nu loopt zoo zoetjes aan de oor
spronkelijke taak der Stichting op een
einde alleen de ÏTongaarsche kinderac-
tie wordt nog onbeperkt voortgezet en
hoeft zij alle hulptroepen, waarover zij be
schikt, gemobiliseerd om de haar door de
Kerkelijke Overheid toevertrouwde nieuwe
taak de centralisatie van de uitzending
van zwakke Nederiandsche R. K. kinderen
te gaan vervullen. Ik voel me gelukkig,
daf ik tot de eersten mag hehooren om
daarvoor op de groote trom te slaan.
Reeds lang werd de behoeftegevoeld,
dat er meer systematisch en meer samen
werkend op dit terrein zou worden ge
arbeid. Er is ongetwijfeld reeds lieol veel
verdienstelijk werk verricht en wij danken
het aan de toewijding .van zoovele ijverige,
zelfopofferende vrouwen en mannen, dat
reeds heel wat bleekneusjes gered zijn ge
worden. Maar er kan méér gedaan wor
den en er kan en moet in een an
dere, bef pre richting worden gewerkt.
Waarmpo ik allerminst bedoel te zeggen,
dat. de Katholieken, die zich tot heden op
.lit terrein hebben bewogen, geen nuttig en
/p]fs zeer nuttig werk hebben gedaan
Maar volmaakt was het nog in zeeri vele
gevallen niet en het voldeed niet In alle
opzichten aan de eischen. welke wij
Katholieken, ook aan dit werk hebben te
stellen.
Er zitten voor den Katholiek aan de
kinderuitzending groote belangen vast. die
bij niet uit het oog mag verliezen, belan
gen. die zóó zwaar moeten wegen, dat men
er zich maar eens 'n onaangenaam oogen
blikje voor getroosten moet als men van
koers moet gaan veranderen. Ik heb hier
op 't oog het uitzenden van Katholieke
kinderen door niet-Katholieke organisaties
waaraan ook Katholieken meedoen.
Wij, leiders van het R. K. Huisvestings
comité. hpbhen nu pon ru:m tienjarige er
varing op dit terrein wat betreft de bui
tenlandsche kinderen. Treurige voorbeel
den hebben wij gezien. Met de beste be
doelingen dit stel ik voorop werden
Katholieke kinderen door niet- Katholieke
comité's naar ons land gebracht en in niet
Katholieke gezinnen geplaatst. Dat lag
voor de hand. daar die comité's meest
niet over Katholieke adressen beschikten.
Lichamelijk werd er dan voor die kinderen
natuurlijk goed gezorgd, maar geestelijk?
Er zijn andersdenkenden geweest, die
Katholieke kinderen hun Katholieke plich
ten hebben doen vervullen wij mogen
hen daarvoor dankbaar zijn maar die
het niet deden, omdat zij die plichten niet
kenden of el* niet voor voelden, kan men
dezen daarvan een ernstige grief maken?
Het is toch zoo verklaarbaar dat men
meent dat ook anderen hetzelfde denken
en voelen als men zelf denkt en voelt, dat
anderen even goed missen kunnen wat
men zelf niet meent noodig te hebben.
Kwade opzet behoeft daarbij in het ge
heel niet in het spel te zijn maar de ge
volgen kunnen voor een kind noodlottig
zijn.
Wij weten, dat vele kinderen, lichame
lijk krachtig aangesterkt maar volkomen
godsdienstloos naar hun land zijn weerge-
keerd, omdat zij tijdens hun, vaak lang
durig, verblijf hier godsdienstige leiding
hebben ontbeerd of de gelegenheid hebben
gemist hun godsdienst te onderhouden of
te versterken. Meermalen heeft men ons
als het ware gesmeekt- om in te grijpen,
om ons te ontfermen over kleinen, die in
eene voor hen totaal ongeschikte omge
ving waren gekomen. Hoe gaarne wij dat
ook zouden gedaan hebben, wij stonden
hier meestal machteloos, omdat wij geen
enkele zeggingsmacht over die kinderen
hadden. Maar begrijpt pij nu, waarom wij
7,00 hard gewerkt hebben onder onze
Katholieken om waar het vast stond
dat geholpen móest worden en de eenvou
dige plicht van naastenliefde daartoe
reeds drong de kinderen uit de Katho
lieke landen in door ons uitgezochte ge
zinnen te doen opnemen? Mgr. Diepen, die
zooveel jaren de leider van ons Comité is
geweest, heeft dit vooral steeds op den
voorgrond doen stellen: Katholieke kinde
ren in Katholieke gezinnenl En handelend
onder die leus hebben wij straks 85000 van
die ongelukkige kleinen in een voor hen
óók uit godsdienstig oogpunt niet alleen
onschadelijke maar heilzame omgeving ge
bracht. Wilt gij over de resultaten van dat
maanden- en jarenlange verblijf der kin
deren in onze goede Katholieke gezinnen
iets meer vernemen, lees dan hetgeen ik
daarover op meerdere plaatsen in het Ge
denkboek schreef, dat ter gelegenheid van
het 10-jarig bestaan van onze Stichting is
uitgegeven.
Voor de Nederiandsche kinderen zijn de
gevaren, die ik hier noemde, niet zóó
groot. De meeste zwakke kinderen gaan
niet naar gezinnen, waar zij met het ge
wone familieleven meeleven, doch naar in
richtingen inrichtingen dan die op neu
trale leest zijn geschoeid.
Gaarne wil ik erkennen, dat ver
schillende van die inrichtingen re
kening houden met de wenschen der
ouders 'en de kinderen b.v. ter kerke zen
den, doch het geregeld godsdienstig toe
zicht van ouders en priesters ontbreekt
toch en nooit zal men er het kind, voor
wat het voor zijn godsdienst noodig heeft,
datgene kunnen geven wat wij het in een
specifiek Katholieke inrichting zullen
kunnen bieden. Ik spreek nog niet eens
van de gevaren, die voor het godsdienstig
leven van een kind kunnen voortspruiten
bij uitzending vanr gemengde groepen, uit
een geregelden omgang met kinderen, die
niet in denzelfden godsdienst zijn opge
voed. Men behoeft waarlijk niet voor on
verdraagzaam of preutsch versleten te
worden om dè.t te erkennen. Elke ouder
heeft het recht zijn kind een opvoeding te
geven volgens eigen staat. Een Katholieke
ouder heeft den plicht zijn- kind een
Katholieke opvoeding te geven en het te
rug te houden van personen en plaatsen
waar die Katholieke opvoeding, zij het
ook onopzettelijk, schade zou kunnen lijden
Katholieke Nederiandsche kinderen uit
gezonden door Katholieke vereenigingen
naar Katholieke inrichtingen en Katho
lieke gezinnen! Zietdaar de leus waaron
der wij het grpote werk, dat ons is op-
gedragen, thans gaan ondernemen. Bij dat
werk hebben wij het Doorluchtig Episco
paat achter ons en wij moeten ook de hoe-
Ie Katholieke bevolking van Nederland
achter ons krijgen. J. P.
Buiten!. Weekoverzicht.
Wij zijn er dezer dagen wel aan herin
nerd, dat April doet wat hij wil. April is
een grillige, nukkige maand. Welke andore
maand zou het in haar hoofd halen om op
één dag regen, zonneschijn, zomerwarmte
en daarna een ijskoude wind ten beste te
geven, zooals bijv. op tweeden Paaschdag.
Dat het weer in April grillig is, hebben ons
ook de laatste dagen aan don lijve doen
gevoelen. De R. S3, het groote Engelsche
luchtschip weet ervan mee te praten. Het
werd legen wil en dank gedwongen zich
niet langer bij den neus te laten nemen
door de meerpaal bij Pulham in het graaf
schap Norfolk, en de bloembollenvolden in
de omgeving van Leiden te gaan bezichti
gen. Met achterlating van zijn neus, is
het luchtschip de Noordzee overgestoken
in een hondenweer en Is wel een beetje te
laat. voor het mooie over de bollenstreek
gedreven. Tot groote verwondering van de
Hollandsche toeschouwers, die wel ge
wend zijn, dat de Westerstorm andere
schepen op de Hollandsche kust werpt,
maar die luchtschepen niet dagelijks te
aanschouwen krijgen. Gelukkig is dit slip
pertje voor het luchtschip nogal goed af-
geloopen, want volgens berichten uit En
geland is het aldaar weer gearriveerd.
Eenzelfde soort slippertje heeft in
Frankrijk de heer Caillaux gemaakt. Ook
hij werd indertijd gedwongen een buiten
landsche reis te maken en ook hij kwam
er toon niet zonder kleerscheuren af.
Maar thans is hij weer op zijn ouden post
als minister van financiën hersteld door
den heer Painlevé, die er in geslaagd is
een nieuw ministerie in Frankrijk te vor
men.
H e r r i 0 t. Nauwelijks hadden wij
in ons overzicht van de vorige week de
vraag gesteld: wanneer zal Herriot ten val
gebracht worden; of het antwoord kwam
nog dienzelfden dag; hij is reeds gevallen.
Tien maanden is Herriot aan het be
wind geweest. En zooals bij het begin van
zijn premier-schap reeds verwacht werd,
heeft hij een mildere atmosfeer weten te
scheppen in de internationale verhoudin
gen, maar heeft hij den oorlog ontketend
in het binnenland. Het dansen naar de
pijpen van de socialisten is ten slotte zijn
ongeluk geworden en niet zonder reden
zeide Blum, de leider der Fransche socia
listen, toen hij na den val van het kabinet
de demissionaire ministers ontmoette:
„Ziedaar mijn slachtoffers.1*
Herriot is gevallen over zijn financieele
politiek. Er was in den Senaat een groiend
verzet merkbaar tegen de financieele plan
nen van het kabinet. De bedreiging met
een kapitaalbelasting dreef het verzet op
de spits. Na het vertrek van Clémentel
ziet men met- schrik, dat do socialisten
het kabinet beheerschen. Op dat moment
is het kabinet ten doode gedoemd.
Het „Vad." haalt eenige doodsspeechen
aan die de Fransche kranten houden op
Herriots politiek graf en constateert, dat
men het vrijwel over de geheele linie er
over eens is, dat de premier een braaf,
edelmoedig man was, een puur idealist,
eenigszins la Wilson. Wat Herriot deed
om het vredelievend gezicht van Frankrijk
tegenover de wereld te herstellen, is onbe
rekenbaar. Of deze typische democraat als
staatsman steeds even geschikt was, valt
te betwijfelen; zijn blindelingsch optimis
me, zekere romantische breedsprakigheid,
een totaal gebrek aan diplomatie en tact
moesten weldra tot conflicten leiden. Wan
neer hij verder niet zoo slecht door zijn
vleiende raadgevers was geadviseerd, had
hij vele onnutte wrijvingspunten kunnen
voorkomen, constateert genoemd blad.
Painlevé. Herriot is verdwenen,
en in zijn plaats is de heer Painlevé ge
komen. Het is lood om oud ijzer. De heer
Painlevé is even linksch als de heer Her
riot en ook hij zal evenals zijn voorgan
ger den socialisten naar de oogen hebben
Ie zien. In één opzicht heeft Painlevé zich
evenwel reeds dadelijk niet gedragen naar
den zin der socialisten, n.l. door Caillaux
to belasten met de portefeuille van fi
nanciën.
Caillaux is in het nieuwe Fransche mi
nisterie de opmerkelijkste figuur. Het is
tii.ins voor do vierde maal, dat Caillaux
minister van financiën is en als er één
man in Frankrijk is, die in staat is het
land uit den financieel ongunstigen toe
stand te bevrijden, dan is 't Caillaux. Hij
heeft er de capaciteiten en de routine voor
Maar een persona grata is hij niet, noch
hij de socialisten, want hij is een tegen
stander van een heffing op he>t kapitaal
(oen hobby van de socialisten) noch bij
den Senaat. Riep dezer dagen Millerand,
do leider van de oppositie in den Senaat
niet uit, dat het vragen van Caillaux een
uitdaging was van den Senaat?
Men zal zich ongetwijfeld nog wel her
inneren het geruchtmakend proces tegen
madame Caillaux even vóór het uitbreken
van den grooten oorlog in 1914. Mevr.
Caillaux had den redacteur van de „Fi
garo", den hoer Calmette, doodgeschoten,
omdat het blad in z'n strijd tegen de poli
tiek van Caillaux het private loven van
den gehaten staatsman door hot slijk
sleurde. De moordenares .werd toen vrij
gesproken. Tijdens den oorlog werd Cail
laux wegens défaitisme veroordeeld tot
gevangenisstraf en verbanning en 10 jaar
verlies van burgerlijke rechten.
Toch heeft Painlevé het aangedurfd de
zen man in zijn kabinet op te nemen, om
dat hij wel veronderstelde, dat mon er
tenslotte den voorkeur aan zou geven, de
financiën eindelijk eens in orde te krijgen
Do franc huppelde gisteren alreeds mot
sprongetje naar boven. Misschien, dat
dit blijde gezicht de socialisten en sena
toren met den persoon van Caillaux ver
zoenen zal.
Belgische crisis. In België is
men met de kabinetscrisis nog niet zoover
gevorderd als in Frankrijk.
Tot nog toe is de socialistische leider
Vandervelde bezig met het knutselen aan
een kabinet. Maar er schijnt nog weinig
kans te zijn, dat hij vóór het begin van
de volgende week klaar komt. De omstan
digheden zijn in België van dien aard, dat
een socialistische regeering met steun
van andere groepen niet onmogelijk is.
Want de socialisten hebben zelf een groote
partij zij beschikken over 79 zetels, ter
wijl de absolute meerderheid in de Kamer
94 is en bovendien zijn er nog vele ka
tholieke democraten, die zoo'n beetje op
eigen houtje rondscharrelen en alles
behalve disciplinair* geschoold zijn. Het ia
Vandervelde er dan ook om te doen om
dezen op zijn hand te krijgen. Of het hem
gelukken zal, zullen de eerstvolgende da
gen moeten uitwijzen.
Vandervelde mag zich echter wel spie
gelen aan zijn collega Mac Donald, die ook
een' tijdje minister-president is geweest.
Hij regeerde echter niet socialistisch ge
noeg kon het ook niet doen en kreog
er dezer dagen aardig van langs op het
Congres van de Onafhankelijke Labour-
Partij, waar hem verweten werd dat hij
als minister zich niet gedragen had vol
gens de socialistische beginselen. Mac Do
nald antwoordde op deze verwijten zeer
ad rem, dat regeeren nog wat anders was,
dan moties aannemen.
Onrust in Bulgarije Do in-
convenienten van het regeeren ondervindt
ook koning Boris III van Bulgarije. Hij is
dezer dagen op het kantje af aan een
aanslag ontsnapt. Naar men meent, was
deze aanslag niet op zijn persoon gemunt,
maar hidden de aanvallers, die bandieten
waren, meer het oog op een vermeenden
buit. Doch de regeering heeft deze gele
genheid aangegrepen om krachtig te gaan
optreden tegen de communisten en huu
makkers, de oude boerenpartij van wijlen
Stamboeliiski. Het schijnt daar in Bul
garije allesbehalve rustig en veilig te zijn,
want aanslagen en moordpartijon zijn er
aan de orde van den dag.
De laatste aanslag is een ontploffing in
de kathedraal van Sofia geweest, waarhij
een honderdtal dooden zouden zijn te be
treuren en 'n paar ministers gewond zou
den zijn. Vermoed wordt, dat deze aan
slag het sein zou hebben moeten zijn voor
een algèmeene revolutie, beraamd door de
bolsjewieken. De staat van beleg is afge
kondigd in liet geheele land. Het wordt
werkelijk tijd, dat de regeering de be
schikking krijgt over wat gn ^r legei
dan het vredesverdrag toesta u.
De Koerdenopstand. Een be
langrijk bericht kwam dezer dagen uit
Con8tantinopel, Do leider van den Koer-
dischen opstand Sjeik Said, is door do
Turksche troepen gewingen genomen. Dat
is een groote slag voor do rebellen, dio
trouwens naar allen schijn, toch reeds in
kleinere henden waren uiteengevallen en
in het bergland den strijd voortzetten.
Naar allen schijn, want zekerheid omtrent
den toestand in Koerdistan heeft men niet,
daar de berichten omlront den loop der
opstandige beweging nog al eens uiteen
loopen. Dan verneemt men van Koerdische
successen, dan weer heet het dat de Tur
ken do rebellie zoo goed als meester zijn.
Dit laatste zal wat al te optimistisch ge
dacht zijn bij de geografische gesteldheid
van het land, die den bendeuoorlog verge
makkelijkt. Maar in elk geval blijkt uit
do overeenstemmende berichten omtrent
een verplaatsing vai^ do actie der rebellen
in de richting van de Perzische grens, dut
de aotie dor Koorden voor hen ongunstig
verloopt, en het bericht omtrent do gevan
genneming van Saïd, dat niet is tegen
gesproken, bevestigt dat temeer.
Op eenigo schermutselingen na, schijnt
do opstand gebroken te zijn.
LaJCHTtfflilBT,
ONZE LUCHTVAARTDIENST.
Bereikte resultaten en vooruitzichten.
Amsterdam de (woede lucht
havenvan Europa.
Voor een aantal journalisten heeft de
heer A. Plesman, administrateur van de
Koninklijke Luchtvaart Maatschappij voor
Nederland en Koloniën, mededeelingen ver
strekt in verband met de a.s. opening van
den zomerdienst, waarbij tevens de aan
dacht werd gevraagd voor de tot nu toe
bereikte resultaten, welke in 1924 weder
om gunstiger zijn geweest dan voorheen.
De werkzaamheden zijn belangrijk uitge
breid en ook de balans ziet er bemoedigend
uit.
Tevoren werden, naar aanleiding van de
beriohten over het losgeslagen Engelsche
luchtschip R. 33, daarover eenige opmer
kingen gemaakt, waarbij de heer Plosmon
verklaarde dat luchtschepen ver boven het
financieel en technisch kunnen van ons
land gaan.
In 1924 werden er 5849 vlieguren go-
maakt, togen 3990 Ln 1923; er werden
789615 KM. afgelegd tegen in 1923
540.000 K.M., een vooruitgang dus van
50 pet. Daardoor is de kostprijs mei 25
pet. gedrukt. Deze vermeerdering van
prestatie te verkrijgen met dezelfde vloot
was mogelijk doordat het percentage van
hot aantal dagen waarop een vliegtuig niet
voor den dienst beschikbaar was, gOTinger
dan in 1923 was. Op de 100 dienstdagen per
vliegtuig waven in 1923 34 dagen en in
1924 sler-hls 24 dagen waaTop het trtfc de
vaart moest worden genomen voor het on
dergaan van herstellingen. Door oen en
ander komt do K. N. Z. in de goede rich
ting, verklaarde de heer Plesnnn, want de
geheele zaak is een quaesfie van nmzol
Opgemerkt werd dat de gemeenten Am-»
sterdam en Roterdam zelf Toelamo behoor
den te maken voor hun. vliegvelden, reap.
Schiphol en Waalhaven; thans is d:t. over
gelaten aan de K. L. M.
Aan het jaarverslag van de K. 1 M over
1924*is voorts nog het volgende ontleend:
..Het nieuwe vliegtuig, type Fokker F.
VI r. de H.N.A.C.C dat in Juli in dienst
werd genomen op de route naar Londen,
voldeed dusdanig dat besloten werd tot
hestelling van een reeks van drie van dit
type, waarvan de eerste, de H.N.A C.J.
en de HN.ACK. in December worden
afgenomen. B:j den bouw van dit tvne
vliegtuigen was rekening gehouden met alic
eischen, waf betreft veiligheid en ger;of der
paasagiers De vliegtuigen zijn voorzien
van een dubbele besturing en van draad-»
lenze telefonie.
In den t'jd van 1. Juli tot 1 September
heeft de K L. M -vlieger A. N. J. Thomas
sen ti Thaessüik van der Hoop, tezamen
met den le liiit.-vliegonier H. van Weerden
Poelman geregeld'luwhen Amsterdam en
Rotterdam gev^r- c zrch voor I- 1 ei-
den voor de vlucht A ms'erdam 1r1 a.
FEUILLETON.
3)
Wel goede genadel zuchtte de arme
oom Schutz, wat heb ik hem dan toch ge
daan?
Ik weet het niet. Misschien is hij
kwaad dat U niet bij zijn huwelijk tegen
woordig zïjt geweest?
Wel neen. Ik heb hem geschreven, en
hij heeft nog geantwoord. Alles was toen
in orde.
Ik geloof, zeide juffrouw Eulalie,
alsof men haar n' geheim ontfutselde, dat
zijn vrouw niet tevreden was over uw hu
welijksgeschenk.
Maar.
Ik heb gehoord dat zij U uitschold
voor oude vrek.
Ouwe vreklherhaalde oom
Schutz met verontwaardiging.
En mr. Loriot voegde er nog aan toe,
heel hard schreeuwende:
Laat hij nog eens hier komen, die
oude vlegel en ik mag gehangen worden
als ik hem niet de deur uitschop.
Dit getuigenis, dat overeenstemde met
-Ie feiten, liet aan om Schutz geen twijfel
tueer over.
Geef mij pen en papier en een en
veloppe, zeide hij.
Hij schreef:
„Sidolnol"
„Ik heb je niet kunnen zeggen, dat ik
Je onterf. Daarom schrijf ik hot je. En nu,
loop naar den duivel. Schutz".
Op de enveloppe schroef hij den naam
van zijn neef en overhandigde doze aan de
huisbewaarster.
Geef dit aan mijnheer Loriot, en nu
vaarwel juffrouw Eulalie, houd U maar
goed.
En met gebalde.vuisten snelde hij voort.
V.
Allah wist wat hij deed, toen hij
de vrouwen hun ondeugden gaf.
(Marouf le akte)
Na eenige rust genomen te hebben na de
verdwijning van den grijsaard bespraken
Gregorius en Boubou l'Equerre het geval.
De veronderstelling verwerpende, dat een
gek was binnengekomen of de vergissing
van een dronkaard, dachten zij dat de
oude deugniet, zooals zij hem oneerbiedig
noemden, een kennis moest zijn der oude
huurders. Om een terugkeer van een der
gelijk geval te voorkomen, belde mr. Gre
gorius. Juffrouw Eulalie verscheen en
trok een onnoozel gezicht
Zij vertelde, dat zij niets gehoord of
gezien had. Gregorius vertelde haar toen
het geval in geuren en kleuren en verzocht
haar goed op te letten, dat niemand meer
boven kwam.
Hij vroeg haar de kamer weder in orde
te brengen en vertrok met Boubou
l'Equerre op zoek naar een muziekhande
laar om nieuwe muziek te koopen.
Juffrouw Eulalie, die hem een sleutel
der voordeur had medegegeven hoorde
hem de tTap afgaan en de voordeur slui
ten.
Dan verzekerd van niet gestoord te wor
den, uam zij uit haar zak den brief van
oom Schutz, hield deze tegen het licht,
doch kon niets anders bemerken dan het
adres „Mr. Sidoine Loriot".
Juffrouw Eulalie nam uit haar haar
wrong een speld, bevochtigde deze met
speeksel en werkte om de enveloppe open
te krijgen zonder deze te scheuren.
Dit werkje ging niet vlug, ofschoon zij
het meer dan eens gedaan had; zij was
er nog druk mede bezig, toen do deur
plotseling als door een windvlaag geopend
werd on Mr. Sidoine binnentrad.
Nauwelijks een uur geleden had hij zijn
woning verlaten, maar, als de muren had
don kunnen spreken, zouden zij hem aar
dige dingen hebben kunnen vertellen.
Hij trad binnen, mompelende:
De parapluie's de handschoenen en
de parfum.
Hij bleef staau, terwijl hij do huisbewaar
ster bemerkte, die hem met open mond
stond aan te gapen, terwijl de haarspeld
tusschen de enveloppe bleef steken en
duidelijk haar misdrijf verried.
Op drie passen afstand bemerkte Si
doine het adres van den brief, en ver
maakte zich met de verwarring der huis
bewaarster.
Ik zie, zeide hij, dat je mijn bevelen
getrouw opvolgt en mijn brieven opent.
Maar nu ik toch teruggekomen ben, be
spaar ik je die moeite en geef hier dien
brief I
Hij nam hem uit hare handen, want
juffrouw Eulalie was op dit oogenblik
niet in staat te denken of te handelen. Zij
dacht niet aan den brief maar zonder
volgorde of wilskracht, dacht zij aan de
anderen, die ieder oogenblik konden we-
derkeeren, aan den huiseigenaar die haar
ging wegjagen eu aan alles, wat kon ge
beuren.
Intusschen zei mr. Sidoine droogjes:
Ga mijn parapluie's halen! Hoor je
niet? De parapluie's staan in den para-
pluiebak op het portaal, haast je, je klets
praatjes hebben mij daarstraks den trein
doen missen en ik wil den volgende weer
niet misloopen.
Juffrouw Eulalie zag in de verte eenige
höop gloren.
Sidoine ziende, dat juffrouw Eulalie
haar verstand terugkreeg, zag met verwon
dering de omvergeworpen stoelen en ging
naar de slaapkamer om de handschoenen
en do fleschjes met reukwerk te halen.
Terwijl zij naar de parapluies zocht, be
gon zij haar verwarde gedachten in orde
te brengen. Sidoine had gezegd, dat hij don
volgenden trein niet wilde missen, hij zou
dus weer spoedig vertrekken, ohl wolk een
geluk als het waar was, maar het moest
waar zijnt hij had zelfs zijn hoed niet af
gezet.
Wel jufrouw Eulalie, heeft u ze?
Ik wil vertrekken.
Wat klonken die woorden heerlijk in de
ooren van juffrouw Eulalie.
Ja! Ja mijnheer, ziedaarl
Maar Sidoine had den brief weer ter
hand genomen.
Maar dat is het schrift van mijn
ooml
Hij las en herlas het brutale schrijven
van dien zeer geliefden oom, en begreep
er niets meer van.
Wel bliksems, wat moet dat beteeke-
nen?
Juffrouw Eulalie voelde dat hij iels
ging zeggen. Een gedachte drong tot haar
hersens r. 111 -- '<ien «n Sidoine
wegkrij.ee
Hij is daar sir.li. ;.i w»v.,t. zeide
zij, juist toen u vertrokken waart. Tlij is
in mijn kamer gekomen en heeft mij dit
papier gegeven met de woorden: Geef dat
aan dien schurk van een neef van mij.
Hij was woedend en zeide dat hij naar do
„Monico" ging en vandaar met den eer
sten trein naar Bordeaux.
Zoo vervalt de leugenaar van de eene
leugen in de andere. En do zorg om niet
gestraft te worden drijft de schuldigen
tot nieuwe misdaden en de ondeiigd ver
menigvuldigt zich sneller dan do konijnen
en de schildpadden.
Naar do Monico? zeide Sidoine, tor-
wijl hij in de hem gespannen val li'
Naar de Monico? dat is geloof ik bi» do
Beurs
Hij eindigde dezen volzin op den tr.-p.
De taxi, die hem gebracht had, wa- 0
nog steeds voor de dour; hij sprong or n
en verzocht den chauffeur hem naar <lȕ
Beurs te brengen.
Onderweg dacht hij aan zijn avontuur.
Een misverstand had er stellig plaats <•-
had, dat natuurlijk zijn oplossing zou vin
den. Tot zoolang behoefde hij cr zijn Imr-
sena niet over te vermoeien. ITij veati"<le
zijn aandacht op een aangenamer on-i'T-
werp, hij stelde zich Jeanne voor op b-m
wachtende aan het station, terwijl zij al
sluimerende aan hem dacht. Hij moeat
haar een Geinig laten wachten, maar nam
zich voor zoo weinig mogelijk tijd te ver
liezen.
In do Monico ging hij do zaal rond zon
der zijn oom te vinden. Hij ondervroeg de
kellner en vernam dat er in de stad vier