fOMSlMDl
jonen van 40 jaren, die er dan uitzien als
of zij 60 of 70 jaren oud zijn.
Dan is do verkalking beslist een zieke
lijke afwijking die voor deze betrekkelijk
jeugdige personen dezelfde stoornissen
meebrengt als wanneer bet voorkomt bij
den grijsaard. Deze patiënt is werkelijk
zoo oud te noemen, als zijn slagaderen zich
voordoen. Vandaar de typische Fransche
uitdrukking: „l'homme a l'age de ses artè-
res". De leeftijd van den mensch komt
overeen met den toestand waarin zijn
bloedvaten verkeeren.
Door het verkalk',igsproces in de bloed
vaten gaal ten slotte ook bet hart zelf lij
den.
Misschien omdat de ziekelijke veroude
ring van de groote lichaamsslagader, de
aorta, zich op het hart voortzet, misschien
ook omdat de bloedvaten die het hart zelf
moeten voeden, dit onvolledig doen. Maar
de grootste factor is wel deze dat het
hart, door de verminderde elasticiteit der
vaten, meer en meer werk moet verrichten,
omdat vermindering der elasticiteit van
de bloedvaten een grootere bemoeilijking
beteekent in de voortbeweging van het
bloed.
Die meerdere arbeid van het hart gaat
gepaard met een vergrooting van het hart,
en waar dit vergroole en, zooals boven is
gezegd, onvolledig gevoed hart, meer ar
beid moet produceeren, kunnen verschil
lende stoornissen in de hartwerking niet
uitblijven.
De oorzaken der bloedvatenverkalking
zijn vele
De meeste beteebenis hebben zekere stof
fen, die als giftige besfanddeelen een
schadelijken invloed op den vaatwand uit
oefenen Daartoe behooren in de eerste
plaats die vergiftige stoffen, die door het
overmatig gebruik van alcohol of tabak in
bet bloed eirchleeren.
Echter ook andere giftige producten,
van de stofwisseling zelve, kunnen in over
matige hoeveelheid in het bloed voorko
men en dezelfde gevolgen meebrengen.
Niet altijd berust de aanwezigheid dezer
laatste vergiftige bestanddeeten op on
doelmatige voedingswijze, maar moet een
eigenaardige voorheschiktheid om juist die
Stoffen zeer rijkeliik te vormen daarvoor
worden aansprakelijk gesteld.
Ook sommige ziekten, als vetziekte, jicht
chronische, rheumatische aandoeningen,
nierziekten, hebben in dit opzicht groote
beteekenis, en. wiil men voor deze ziekten
een zekere erfelijke aanleg niet kan ont
kennen, houdt men dit ook voor de ader
verkalking vaak een gevolg dezer ziek
ten in 't oog.
Interesseert het U niet, te weten:
Dat In Engeland de toestand der volks
huisvesting veel minder gunstig is dan in
ons land?
Dat voor Engeland en Wales het aantal
woningen, dat noodig is, wordt geschat
op 500.000 tot 800.000 en voor Schotland
BESCHRIJVING DER PLAAT.
Het moderne ondergoed.
De tijd, dat de vrouw haar ondergoed
koos van zware wollen stoffen, jaeger,
flanel en zelfs gebreide wol, is voorbij,
want de tegenwoordige mode heeft daar
tegen groote ernstige bezwaren. Hoepelrok
en keurslijfje toch liggen ver achter ons
en eveneens dus het ondergoed dat daarbij
paste. Daarvoor inplaats hebben we de
bij genoemde dracht vergeleken zeer
eenvoudige costuums van thans. Ze laten
geen lichaamsvormen zien doch stellen
slechts een rechte overal even wijde koker
voor die alleen op de breedste gedeelten
aansluitend is Hiermee in overeenstem
ming zij dus ook het ondergoed. Het mag
niet te wijd zijn omdat het dan zou bobbe
len onder het bovengoed, wat niet mooi
zou zijn Vanzelf sprekend is dus de stof
ook dunner dan vroeger en ziet men zelfs
veel crêpe de chine en japanzijde gebrui
ken, In wit en rose, maar den laatsten tijd
vooral lila. Toch is natuurlijk door de
meeste vrouwen een mooie, zeer fijne ka
toen het meest gewenscht omdat deze ster
ker is. We zien als voorbeeld No. 159, een
broekje en een bijbehoorend daghemd, bei
de van fijne witte katoen. Ze zijn beide ge
garneerd met twee plooien aan weerszij
den: een paar fijne borduurmotiefjos in
fijn borduurkatoen (waarvan men het pa
troon onderaan gedeeltelijk op de teeke-
rJng ziet) verder A-jour randjes pn festons
Veel vrouwen geven er den voorkeur aan
om van het onder- en het nachtgoed een
Compleet stel te hebben; daarvoor zien we
in No. 160 een nachtjapon van dezelfde
witte katoen met Mour randjes, broderie
en festons geheel gelijk aan die van No.
159 In de beide zijden een paar platte
plooien en een doorgeregen lint van rose
zijde.
BESCHRIJVING VAN DEN JUMPER.
Zet den rug op met 149 steken (50 cM.),
brei steeds averechts, echter met dien ver
stande, dat men één steek averechts breit
en do volgende overechts maar op de pen
laat liggen, enz De volgende toeren doet
men betzelfde, doch zoo dat de averecht-
sche steek die men laat liggen, komt op
den steek dien men opnam. Als men een
hoogte heeft van 56 cM. kapt men den
rug af.
Het voorstuk werkt men geheel gelijk
aan den rug, echter tot op een hoogte van
86 c.M. Daarna breit men de beide helften
van de halsopening ieder apart tot een
hoogte van 20 cM. en kapt ze dan af.
Begin de mouwen bovenaan en zot ste-
'ken op tot een lengte van 40 cM. 20 cM.
breit men geheel recht; daarna mindert
men iedere toer 2 steken tot de mouw een
lengte heeft van 44 cM.
De zakjes zijn 10 cM. breed en 8 oM.
hoog. Voor de afwerking gebruikt men or
der langs den jumper een band van 6 cM.
breedte van rechtsche steken en in een
op 131.000, te zamen ongeveer 1 millioen?
dat jaarlijks ongeveer 100.000 woningen
noodig zijn om aad het ontstane tekort te
voldoen?
Dat wanneer alle huizen, die in 1923 ge
bouwd zijn, door pasgehuwden betrokken
zouden zijn, toch nog 23362 paren een
onderkomen elders hebben moeten zoeken?
Dat de Staat voornemens is om gedu
rende de eerstkomende 15 jaren 2% mil
lioen huizen te laten bouwen?
Dat het aantal bioscopen in Engeland
wordt geschat op 4500?
Dat het gemiddeld aantal bezoekers per
bioscoop por dag is 750?
Dat dit is per dag voor geheel Engeland
337500, en per jaar 105637500 of iedere
inwoner 24 maal per jaar?
Dat in „La Presse Medicale" Dr.
Letuili door eenige voorbeelden vertoont,
dat er inderdaad z g. kaukerfamilies be
staan?
Dat men zelfs in sommige families een
groot aantal gevallen aantreft van kan
ker van één orgaan of in één b<»paald ge
bied?
T eenige artsen in Frankrijk bet be
staan van een kaukerdorp hebben gecon
stateerd?
Dat de tweö plaatselijke artsen van dit
dorp (Labastide-Roumauoux) een plaatsje
van 3200 inwoners, het voorkomen van
kankergevallen aldaar nauwkeurig hebben
nagegaan?
Dat aldaar in 1908 14.8 pet. der sterfge
vallen door kanker veroorzaakt werd?
Dat dit cijfers aldaar in .1913 zelfs 16.2
was, terwijl dit cijfer voor Frankrijk
slechts 4.4 pet. was?
w. W.
(Ie helft April).
(Nadruk verboden).
Maart was ,haar karakter getrouw: zij
gaf zomersche dagen sneeuw-, hagel- en
regenbuien, en voorts ook nachtvorsten.
Zij verwende ons nog niet en dat wa9
goed. Immers: „een inhoudende Maart is
goud waard". Was het voortgegaan als in
Februari dan zouden we h-*. allicht straks
hebben moeten" bezuren. In deze maand
zien we graag het lenteweer tegemoet; eon
mildere lucht en malsche regenbuien, dio
leven brengen op den akker en in den hof,
en gras brengen in de weide.
Op den akker komen nu verschillende
zomergewasen in den grond, vooreerst ha
ver en gerst, erwten en boonen, vlas en
contrasteerende kleur wol. Voor de mou
wen heeft men noodig twee stukken van
28 cM. bij 6 cM. breedte en langs de zak
ken twee stukken van 10 cM. bij 40 cM.
breedte.
Langs den kraag haakt men ten slotte
met 6 wollen draden, van dezelfde kleur
als de randen een kcttingsteck waarvan
men tevens het strikje maakt.
EEN BEHAGEUJK KAMERHOEKJE.
Op een bank of divan kan men nooit te
veel kussens hebben!
Hoe knus en gezellig ziet het hoekje der
kamer er uit, waar de divan staat, bela
den met zachte kussens van eiken vorm en
kleur.
Een aardig effect verkrijgt men, door de
divan niet vlak tegen den muur aan te zet
ten, doch schuin in den kamerhoek te
plaatsen, zoodat een driehoek er achter
open blijft. In deze ruimte zet ge b.v. een
laag tafeltje, waarop eenige boeken in
kleurige fraaie bandjes uitnoodigend ge
reed liggen. Ge kunt dan al rustende een
er van grijpen en zoo een aangenaam
oogenblik genieten.
Hoe Oostersch doet een lage bank, waar
op velerlei kussens in donkere nuancen
dooreen liggen! Satijn, zijde en fluweel zijn
de sloffen waarmede ge voor dit doel de
mooiste effecten bereikt.
spurrie. Er is das thans weer bezigheid
voor den boer genoeg buitenshuis en bin
nenshuis, waar hij nu heeft acht te ge
ven op een geleidelijken overgang bij de
voeding van het vee van droog tot groen
voeder, op de verzorging der paarden, ja
ook op het rossen en schoonhouden van
de koeien en varkens, waaraan nog veel
te weinig wordt gedacht en gedaan. Een
enkel woord over de pas genoemde ge
wassen. Haver na haver verbouwt men
zelden, heel vaak teelt men dit gewas na
rogge, tarwe of gerst. Aan te prijzon is dit
evenwel niet, want dit zijn alle granen,
dus nauwverwante gewassen, en de er
varing leerde dan ook, dat dit minder
gewenscht is, daar dit in verschilende stre
ken ziekte in de haver tengevolge had.
Verbouwt men haver na tarwe en gerst,
dus als derde graangewas, dan ziot men
'lier en daar het haveraallje optreden.
Haverleclt na hakvru^bVu is meer aan te
bevelen Veel belangrijker dan de teelt
van zomerlarwe en zomorror.ve is die van
zomergorst, waarmee ir 1920 8165 H A.
werden beiceld. Men kan het gewas met
succes verbouwen daar, waar ook de ha
ver bij een ralioneele bemesting goede en
vrij zekere uitkomsten geeft. Erwten teelt
men op alle grondsoorten, d.w.z. de beste
resultaten verkrijgt men op de klei, die
van nalura voor dat gewas het meest ge
schikt is. Past men echter een oordeel
kundige rooderno bemesting toe, dan kun
nen de uitkomsten ook op zand en veen
zeer bevredigend zijn. Men vermijde land
waar voel onkruid op groeit, en waar
geen goede waterafvoer bestaat, en zorgc
dat kalk, nog beter mergel niet ontbreekt.
Ook boonen (paarde- en duiveboonen)
hébben hun aard op den kleibodem, maar
ook voor deze goldt wat we van de erwten
zeiden. Ruim 21000 bunders warm er in
1920 in ons land mee beteehl. Onder de
genoemde boonen, die gezaaid werden van
eind Februari tot 1 April, wordt nog al
eens karwijzaad en dan b.v. na een bemes
ten klaveretoppel.
Aardappelen of bieten kan men bij boo
nenteelt als voor- of nagewas telen; een
goede vruchtwisseling is: boonen voor en
na een graangewas. Verwisseling van
zaaizaad wordt door de boonentelers gaar
ne toegepast. Als landrassen heeft jnen
de Wierboonen, Paardeboonen en Dui
veboonen; de laatste stellen de minste
eischen aan den grond, zij rijpen echter
hot laatst, en geven het langste stroo. Een
eultuurras is de origineele Mausholt's
Wierboon, die echter om de lagere op
brengst niet voldeed. De vlasbouw nam
van 1913 tot 1920 toe van ruim 14000
H.A. tot ruim 24000 H.A., als gevolg van
de hooge prijzen. Vlas wil goed voort in
nieuwe polders, tiert vooral op zavel
gronden, maar ook op een goeden zand
bodem en waar kleigrond het regenwater
goed doorlaat kan men met succes vlas
telen. Men late het achterwege op on-
Gp den grond kunt ge eenige poefs
plaatsen, welke, wanneer ze stevig gevuld
zijn. lot zitbankje kunnen dienen.
Ge zult zien hoe behagelijk ge gestemd
zijn, wanneer ge na volbrachte plichten,
die wij allen hebben, een rustig oogenblik
kunt mijmeren, omgeven van fleurige, mol-
l'ge kussens.
VOCHTISE HUIZEN.
Om de vocht uit ons huis te verdrijven,
plaatse men in de vochtige kamer of kel
der oen bus me' 1 pond chloorkalk Het
water dat zich vormt in de chloorkali ver
dampt weer, zoodat de chloorkali steeds
bruikbaar blijft. Geruimen tijd zal het
vochtige vertrek droog blijven. Goed is het
later de chloorkali te vernieuwen en dit
vol te houden tot zich gegn spoor van
vocht meer vertoont.
RECEPTEN VOOR DE VASTEN
DAGEN.
Tong met tomatensaus.
Het vel van de tong aftrekken, dan de
visch wasschen en zouten. De tong op een
met boter ingesmeerden, vuurvasten scho
tel leggen, overgieten met de tomatensaus,
het deksel op den schotel leggen en in den
oven 20 a 80 minuten laten sto-
i y e n. - -
doorlatende en natte bodems; wil men
het daar toch ondernemen, dan tele men
het Frieschwi boemvlas. Van half Maart
tot in April zaait men zomer spurrie; op
dit gewas kan men na een flinke bemes
ting, koolrapen telen, of knollcD. Zomer-
of voorjaarsspurrie geeft men geen stal
mest; is het land schraal, dan kan men
licht gieren en daarbij superfosfaat uit
strooien; 400 Kilo por bunder In don
tuin: Men kan met de zaaiing van ver
schillende groenten voortgaan als in
Maart. Om er gergeld van to kunnen oog
sten, in verschen staat, b.v. eaaio men af
en toe kleine strooken of bedjes; dan
heeft men niet nu eens te veol. dan weinig
of niets. Zoo kan men in den zomer steeds
verscheidenheid van verscbe groenten heb
ben. Dat gaat echter niet met raapstelen
"Oï spmazie; deze gaan. bij warm weer
spoedig schieten, waarom velen ze nu
reed» niet meer uitzaaien. Met doperwten
is het anders; hiermee kan men wel tot
Juli voortgaan: als de laatst gezaaide er
op staan, of een paar blaadjes krijgen,
kan men weer nieuwe leggen. Zoo kan men
ook doen met peulen en capucijners. Erw
ten teie men niet twee jaren achtereen
op denzelfden grond. Denk van nu af
er vooral aan om uw bakken g<#egold te
Juchtenl Wordt het eenmaal vergeten, dan
kan er veel verbranden, want de zon heeft
nu vrij wat kracht en dan kan het onder
de ramen warm zijn. Van de wortelen en
bloemkool kan men overdag reeds de ra
men afnemen.
a b.
KALKPOOTEN
Deze ontstaan door een soort van
schurftmijt die zich onder de 6cliubbeu
der poolen invreet. De aangetaste dieren
hebben dikke, harde korsten om de poo
len ;deze voelen heet aan. Geneest men dit
kwaad niet, dan worden de pooten geheel
8tiif en het dier lijdt zeer aan de gevolgen.
Dat is ook geenszins te verwonderen!
Eerstens is die schurftmijt een para
siet; een woekerdier, dat leeft ton koslo
van de kip. Het zuiet het bloed af en
veroorzaakt daarom bloedarmoede bij de
kinpen .Overdag zitten deze ergens lus
teloos op een hoopje, omdat ze geen vol
doende nachtrust hebben gehad. De
schurftmijt toch veroorzaakt eene gewel
dige jeukte, zoowel bij dag als bij nacht.
De aangetaste kin pikt er dan ook voort
durend in, doch het baal baar niet
De uitwerpselen van die schurftmijt
boonen zich op rondom het diertje, onder
de schubben, welke daardoor natuurlijk op
zetten. Ten slotte worden de pooten wa
re knoesten, die niet alleen pijn veroor
zaken, doch ook slecht beweegbaar zijn.
Hieruit volgt, dat deze dieren nimmer
ijverig naar voedsel zui'en zoeken en bij
slecht weer een groot gedeelte van den dag
op de zitstokken doorbrengen. In een heel
vies, donker hok gaat dat echter niet
Stokvischschotel.
De geweekte stokviscb wasschen, met
koud water opzetten en 3/3 uur laten ko
ken, na toevoeging van zout. Dan de gra
ten verwijderen en de visch fijn hakken
De rijst koken in 3 maal zooveel water als
rijst. Eenige uien schillen en in schijven
snijden en licht bruin bakken in de boter
De mostersaus kan bereid worden met
een gedeelte van het stokvischwatcr, ook
een ansjovissaus behoort hierbij. Deze
maakt men van in den handel voorkomen
de fleschjes. Wanneer alle onderdeelen
van het gerecht gaar zijn, doet men ze op
een vuurvasten, met boter ingewreven
schotel. De boveuste en de onderste laag
moet aardappelpurée zijn, daartusscben
ligt dan om en om de stokvisch, (le rijst
en de saus. Als de schotel gevuld is, be-
strooie men hem met paneermeel en legt
hier en daar een stukje boter, waarna ge
hem in den oven plaatst.
ANNIE M. M.
PATRONEN NAAR MAAT.
Papieren patronen op maat gemaakt,
kunnen besteld worden onder toezending
of bijvoeging van het bepaalde bedrag
plus 15 cent porto, aan het Comploir des
Patrons, Molenstraat 4S B, Den Haag. De
goed en daarom hurken ze dan ergens to
gen een schutting, onder een haag of
hooiberg neer, waar ze gemakkelijk het
snot oploopen.
Vaak hebben wij opgemerkt, dat juist
in toojnen, waar vele kippen met kalk-
pooten loopon, de snotziekte het hevigst
optreedt.
Doordat weinig naar voedsel gezocht
wordt, vermageren de patiënten ten slotte
zeer. 't Is gemakkelijk tc begrijpen dat
zulke dieren immer schadeposten zijn en
blijven.
Het ergste is evenwel, dat de" ziekte
overgaat van het eene dier op het andere.
Het meeste ongedierte gedijt het best in
een vieze, warm-vochtige. donkere omge
ving. Dit ia oorzaak, dat kalkpoolen dan
ook het veelvuldigst worden aangetroffen
in donkere, benauwd-warme, vochtige
stallen.
Daar hel ongedierte, dat de kalkpooten
veroorzaakt, zich invreet onder de schub
ben, ligt het voor de hand, dat jonge boen
ders er het minste last van zullen hebben:
de schubben liggen daar te stevig, te vast
aaneengesloten.
Wie werkelijk voordeel uit hoenders
w.il halen moet zorgen, rial zij in alle op
zichten kerngezond jujn.
Kippen met kalkpooten zijn dat bij lan
gen na niet, we zijn dus verplicht, de
kwaal te bestrijden.
Een gemakkelijk en goedkoop middel is,
de pooten le bestrijken met een mengsel
van groene zeep en petroleum. Petroleum
alléén is te straf en zal bij ruime toepas
sing de pooten van streek maken. Daarojn
is aan te raden de petroleum te vermen
gen met groene zeep.
Een ander goed en deugdelijk remedie
is: houtboomcarbolineum. Men penseelt
hiermee de poolen in.
In de apotheek kan men ook herts
hoornolie halen, en daar do pooten meo
bestrijken, 't Is zeer afdoende, doel» den
eersten tüd behouden de pooien eene don
kere kleur. Wie dus vroeg of laat op de
tentoonstellingen wil inzenden, doet daar
om verstandiger, de eerste middelen toe
te passen.
Ik heb wel eens gehoord, dat men een
bak met petroleum neemt en daar de kip
pen mot de pooten in houdt. Dat is beslist
af te raden, wijl het remedie te sterk is:
de petroleum trekt te diep in hel been, en
vooral in het vleesch boven aan 't loop-
been. Dit raakt daarvan doortrokken en 't
zal weer lang duren, voor het dier'nor
maal kan loopen.
Penseelen is goed doch liefst vermengd
met groene zeep en dan niet aan die doe
len van den poot, waai- vleesch zit.
't Eenvoudigste 1 ijkt ons nog pui*c
vruchtboorncarbohneum.
Zijn er reeds knoesten of korsten, dan
zal men de bewerking nog wel eens 'n
paar keer moeten herhalen.'
ou.lerotsani