Ar» ecdoten.
,.2oo da-'s goed," zei hij. 'loonde of-ie
ïle i^ondo blikken van vrouw on dochters
i; int opmerkte.
Kr word niet vorder over gesproken.
<i.n negen uur werd er w.--r gescheld.
..He. wie zou dat zijn?" verwonderde
Unaraa. _r
..'a-Zal eons gaan kijkon." zei hij nu.
]i)lij dat io wog kon, haastig de kamer uit,
om niols te laten merken.
1 Mot con zak op don rug stapte de melk
boer de gang in.
..G'n avond, meneer, hier bin ik met 't
Tiar-hic," laat den zak van z'n schouder
glijden, legt 'm voor zich op den vloer.
Ken zacht geknor in den zak protest
■tegen te harde behandeling of verzoek om
or uitgelaten te worden melkboer
•negcort dit, Bertell kijkt met ietwat ang
st igon blik naar den zak, als 't varken
maar niet al te veel loven maakt om de
l)uren boven. „Dat valt nie-moo, zwaarder
a.s-'k dacht, je het-'r 'n koopio an, meneer,
effectief 'n koopio, 't zit 'r vast an, ,'A ken
'ai goeie worden.Als uwes nou mar 'ns
zeegon wil waar-ie woze mot."
Meneer aarzelt even of io V doen zal,
wilde z'n vrouw en dochters er mee ver
rassen. 't varken eerat even laten zien in
de kamer. Als ie 't zoo in 't hokje zette,
zou 't geen aardigheid zijn.
..Hij moet hierin, Jansen handbe
weging naar 't hok onder do trap maar
eerst zou-'k 'm even binnen willen laten
zien."
,.Dat kèn, meneer, met alle soorten van
genocge. mevrouw zal d'r effectief plezier
in hebbe, 't is 'n roo beesie, reikt den
zak over voorzichtig, meneer, de krop
goed dichthoue, niet Ae wijd opedoen. Zoó
laat nou mevrouw en de jongedames
mar 'ns zien. zal ric-r wel cffe wnehte."
Meneer gaat naar binnen, de melkboer
blijft in de*gang slaan, kijk intusschen
met 'n gezicht van wat-kenno-dio-stads-
mense-toch-in-d'r-hoofd-liale de toekom-,
sligo verblijfplaats van 'l varken eens aan.
„Veel te. klein," oordeolt-ie, good om
knijne in Ie mes-te."
Een paar gillen, luide gillen, doordrin
gende gillen, gillen, die 'm door merg en
been drongen, onderbraken z'n beschou
wing.
"Meneer in de kamer komend, had voor
zichtig den zak op 't tapijt gelegd. Met 'n
geheimzinnig lachjo keek-io naar do ver
wonderd-nieuwsgierig© gezichten van
1 vrouw en dochters.
„Hè, pa!" „Wat is dat?" ,,'t Loeft, 't
lé-é-é-eft" elkaar kruisende uitroepeD
door vader genoten in 't leuk gevoel, 't
alleen to wéten, dat ze nooit raden zouden
„Wat denk jullie?" vroeg-ïe, nieuwsgie
righeidspanning verhoogend.
„Laat 'ns zien," wedervroeg vrouwekoor.
Voorzichlig-geheimzinnig hurkte hij bij
den zak neer, futselde 't ilouwtjo los.
maak to voorzichtig den zak een cmdjo
open. 't Varken voelend, dat z'n vrijheid te
heroveren viel, stak zijn spitsen kop door
do opening, slingerde hem oen paar maal
varkensachtig licen en weer om ruimte to
maken. Meneer, daarop niet rekenend, viel
achterover. de zak ontschoot 'm. 't Vol
gend oogenblik holde 't varken door de
kamer, z'n varkenskop blijkbaar kwijt ge
raakt door 't gegil van ma en dochters,
door 't hartig woordje dat pa hem op zijn
uitstapje meegaf.
Een half uur later verliet de melkboer
met z'n zak op z'n rug de woning.
In dien zak droeg-ie 't varben.
Do ruimte onder do trap ligt nog altijd
onbenut.
GEETJE
Het kind en de telefoon.
Kleine zu9 luisterde voor 't eerst nieuws
gierig aan de telefoon en hoorde haar va
ders stem.
Plotseling barstte zij in tranen uit.
Wat is r nu kindje, vroeg de moeder
bezorgd.
O. moeder, snikte het kind. vader zit
in dat gaatje, hoe halen we hem er uit.
ïri ee" restauratie.
Bezoeker: Zeker een abuis, kellner. Ik
heb kalfslever besteld en ge brengt kalfs
leer.
Hij had er voor betaald.
Een spoorwegwachter ziet een man over
den spoorweg loopen. Maak dat je daar
vandaan komt! Daar mag je niet loopen)
roept hij hem toe.
Nu. dat is wat moois! antwoordt de
man, ik heb een plaatskaartje en zou over
den weg kunnen rijden, als ik niet een
oogenblik te laat was gekomen.
Waar 't hem om te doen is.
Bij een stillen overweg wordt een auto
door de locomotief van een sneltrein ge
grepen en totaal vermorzeld. Een voorbij
ganger, die even later op het terrein van
Let ongeluk verschijnt ziet de gewonde
chauffeur tusschen de stukken en brokken
van den auto zich bewegeu.
Is hier 'n ongeluk gebeurd? vraagt hij,
Ja, fluisterde de gewonde.
Haakte de locomotief den auto?
Ja.
Floot de machinist bij den overweg?
Neen
Is er al een inspecteur der spoorweg
maatschappij geweest om de schade op te
nemen?
Neen
Dank je, ik kom naast je liggen-
Tenor: Toen ik mijn oersta ©oac.
hier in de muziekzaal gaf moesten y\
menschen bezwijmd worden weggedragca
Vriend: O, maar je stem is in di
tijd ongetwijfeld veel verbeterd.
Gemoedelijk.
Struikroover: Uw gGld of uw leven!
Tourist: Ja, ziet u, op 't oof
heb ik toevallig geen geld bij me, ma*
ik zal u legaatje maken
H Arme kind.
Waarvoor -is uw man zoo aan hi
brullen, buurvrouw?
Mijn man? Hij zingt de kleine
slaap.
Nou, als ik dat wurm was, zou ik i
gauw houden of ik sliep.
De verstrooide professor.
In een dar straten van Leiden onfmoj
mijnheer K. professor S
D© professor liep met z'n rechterbeen o
het trottoir en met zijn linkerbeen in
goot.
Mijnheer Iv Hoe maakt u het profe
sor?
Prof.-: Ik weet het waarachtig
Toen ik van huis gang was ik volkom*
gezond, maar het laatste half uur loop
kreupel.
EEN KABOUTERSPROOKJE.
V. Prins Wichtel staat verbaasd.
Wicht cl heeft £oi>n oogen genoeg.
Niets ontgaat- hem.
Harl hij gedurfd en was het oirbaar ge-
werst in bet Kaboulerland dan bad bij het
uitgeproest van het lachen. burgemees
ter bad iets weg van een dikken kikker. En
dan die roodc neus. veel te dik voor dat
kleine ronde hoofdje. Die lange baard,
sneeuwit die lot op den borst viel; die
staalblauwe nogen. zoo diep weggezonken
in '1,. kassen, dat er maar een paar spleet
jes zichtbaar waren maar die vuur konden
schieten, wanneer bij van woede de vuist
balde cn op gevoelige wijze recht sprak
over <lo zijnen; had hij gedurfd, dan was
er gelegenheid te over geweest, om zijn
vol gemoed uit te storten in lachbuien,
want grappig was dit tooneel en was deze
heele omgeving.
Het scheen, daf alleen de Burgemeester
hel recht van spreken had: dG anderen le
ken meer op doodbidders zoo ernstig cn
sirak 'stond hun aller gezicht; zelfs de
twee kanaries in hun gouden kooi, zwegen
stil on zaten als vol eerbied op hun stokje
Jc luren, naar dat" stelletje kleine menseli
jks, gezeten aan die lage tafel, op pvenlage
stoeltjes, bedekt met rood, zacht fluweel.
Rood scheen de lievelingskleur dezer aard
mannetjes te zijn
Rood was het behang dpzGr kamer: rood
waren de. stoeltjes en de fauteuils; rood
was het laken, dal de lange tafel dekte;
was het puntje aller neuzen zelfs. En nog
Tuc,.r scheen Prins Wichtel belachelijk,
maar gedachtig aan bet voord van.de Fee,
bedwong hij iedorGn lach, die om zijn
mondhoeken kwam spelen en met een ern
stig gezicht, zoo ernstig als dat van den
Burgemeester zelf luisterde hij naar wat
ei." t lclpine manneke zooal te beweren had.
En hoe bevalt het Zijne Hoogheid
hier''
Zeer goed Burgemeester.
En zou nu Zijne Hoogheid niet wen-
sclien wat tc gebruiken?
Hepl gaarnp Burgemeester.
Dan zal ik mijn bevelen geven?
En weer zweeft een kleine Fee als op
donzen voetjes lot voor den Burgemeester
en na zijn bevplen te hebben gehoord, ver
dwijnt zo weer, zelfs zonder een blik te
hebben geworpen op Prins Wichtel. die vol
bewondering haar nastaart, en zich reeds
pi heugt bij de gedachte dadelijk voor die
vriendelijke, lieve nymfjes te zullen worden
bediend.
De tafel is gedekt Zijne Hoogheid;
vilt U zoo goed zijn mij te volgen
En Prins Wichtel volgt dat dikke kikker
tje. met roode neus en neemt plaats aan de
tafel, waarop alles schittert cn blinkt en
fonkelt van goud pn zilver en Irrisl&l
Kleine Fccties met zilveren schalen bedie
nen Prins Wichtel. Lpkker vindt hij de
kleine broodjes niet ongelijk van vorm
aan onze „kaakjes": heerlijk de frïssche
melk in kristallen bekers rondgediend en
fiin vooral de vruchten, zoo kcrsvpvsch ge
plukt en dan<lat vroolijke- gezicht dier
kleine meisjes in kleurige dunne pakjes
gestoken cn van de wonderlijke muziek, die
klonk als engelenzang. Alles, alles, was
even treffend als mooi!
En smaakt het onzen gast nog al?
Uitstekend Burgemeester! Uitstekend!
Tk had nipt gedacht-, dat hier in dit won
dere land zonder zon en zonder licht, dan
alleen kunstlicht, alles te krijgen is wat de
kabouters noodig hebben voor hun levens
onderhoud
- Ja, Zijne Hoogheid! Hier is alles aan
wezig, oin ons te voeden Pn te klceden. We
kennen geen gebrek;' geen armoede en
honger»
Zijn hier geen armen Burgemeesterf
ftegfi, Prins Wichtel! Hier is werk in
overvloed en hier wordt gewerkt door ieder
een En wie werkt, verdient voldoende om
sicli alles aan te schaffen, wat- noodig ia
It© leven. En dit alles zal ik Zijne Hoogheid
Haten zien. Ik zal u wijzen onze werkplaat
sen, waar het gond en het zilver en andera
metalen worden verwerkt tot kostbare en
•ehitterpnde voorwerpen
Lk ral u laten zien onze groeven waar
onze edele metalen worden gedolven en ge
zuiverd en naar de smederijen worden ge
bracht.
Ik zal u laten zien, waar onze hamers
worden gesmeed en andere ijzeren gereed
schappen worden pasklaar gemaakt.
Ik zal u laten zien, hoe de kleine kabou
ters zich vermaken en op school hun best
doen om te leeren, wat hun door de mees
ters met zachtheid cn liefde wordt inge
studeerd.
Ik zal u laten zien, hoe wij ons weten te
vermaken en hoe onze rustdag wordt door
gebracht in sppl cn zang Gn kaluie rust of
dartele blijheid en vroolijke uitgelaten
heid.
In één woord: ik laat u zien, het leven
dGr Kabouters, zooals het is en zooals
slechts weinige menschcnkinderen liet ooit
Ivom nu mijn edele Gast; komt het rij
tuig staat klaar; mijn bevelen zijn gege
ven Voor het uur van slapen slaat, kunt u
nog zien: het wondere eiland, c*en tochtje
dat u wel ten genoege zal zijn.
Ik zal niet van de partij zijn. Regeerings-
raken houden ons terug
Ik dank u, Vader aller Kabouters. Ik
dank u, bij voorbaat. Nooit werd mij vrien
delijker ontvangst bereid
De Redacteur.
(Wordt vervolgd).
CORRESPONDENTIE.
Robbedoes. Dezen keGr was het
mis, hé? Dat viel je niet mee, is het wel.
Maar, wie kan het toeval dwingen? Dus
was A11 e r z i e 1 e n" eigen gemaakt
werk! Laat ik je dan de hand drukken en
mij zelf felicitceren, dat ik'n medewerkertje
heb, die zulke mooie versjes, met vaders
hulp kan maken Dat lange verhaal ver
wacht ik nog. En nu veel groeten thuis,
vooral aan Vader, die ook een vriend van
dichten is. Dag!
Margaret ha W armerdam. Ze
venhoven Heb jij dat zelf geschre.
ven mijn kind, of is Moedertje zoo goed
geweest de pen in jouw plaats te hantec-
ren. En dan wat. een keurig velletje papier
heefiz moeder daarvoor gebruikt! Het was
haast te mooi en bijna had ik het briefje
in d© papiermand gedeponeerd, waar liet
eigenlijk hoorde. Dag Margaretha! Een
volgenden keer beter!
Jo Krabbel. Ik zal heusch je ver
haaltje laten afdrukken Gndat schuil-
naampje vind ik zeer goed. En dan
hoop ik dat we elkaar vaker ontmoeten,
want ik geloof, dat jij nog meer pijlen op
je boog hebt. Of vergis ik me! Stuur maar
in, maar altijd zelf maken, hoor Joke.
Groetjes thuis!
Ellen Boertée. Wat een keurig
verhaaltje is dat! Kijk vandaag eens! Ik
zal het in vieren laten plaatsen, dan wor
den het artikeltjes van gewone lengte. Jam
mer dat Fortuna jou niet gunstig was.
Maar daarom niet getreurd Ellen en denk
maar als Uilespiegel: hierna beterGroe
ten aan vader en moeder pn de zusjes van
me! Zal je? Dag Ellen! Nogmaals dank
voor verleende hulp. Tot wederdienst
steeds bereid!
Arnold Duindam. Zoo mijn jon
gen, had jij zooveel moeite gehad met de
raadsels? Nou, zq waren voor B ook niet
zoo gemakkelijk, maar des te meer voldoe
ning heeft men, als men ze dan vindt, hé.
Het verhaaltje laat ik plaatsen, temeer,
omdat jij het leuk vindt als iets van je in
de krant- komt. Daarom ook schrijf ik de
zen briGf. Maak veel groeten aan alle huis-
igenooten! Hef verhaaltje van Kitty laat
ik ook plaatsen.
Jo van Rijn en Marie Ver-
hart-, K a t w ij k. Welkom beiden in
ons midden! Zeker vriendinnetjes, kunnen
jullie doen als Annie Godijn en Miep Grim
bergen. Waarom ook niet? Saampjes ver
haaltjes maken on versjes dichten, gaat
immers veel beter, dan alles alleen te
mogten doen Ik -v©rwaohfc dan ook heel
wat van mijn „Katwijker-Duo" Dag jon
gens!
E m i 1 Duym Jr.. Kooipark!
Jij bent een van mijn beste medewer-
kertjes en jij verdient een pluimpje apart.
Zeker Emil laat ik Vrede plaatsen en zoo er
ruimte is vandaag komt er de helft nu al
in, anders Zaterdag. Ga zoo door mijn
\ricnd, niet om spinazie te eten, zooals de
volksmond zegt, maar om een goed schrij
ver te worden. Ik geloof dat jij aanleg
hebt Dag mijn vriendje! VeGl groetjes aan
je ouders, broertjes en zusjes.
Gerard Griindcma n n. Witte
Singel. En had jij in Utrecht zoo
veel pleiz.ier gehad? Dat vind ik pleiziorig
voor je. En toch had je nog tijd om mij
Cpu mooi briefje te schrijven. Flink zoo,
mijn jongen! Jij weet hoe het hoort en hoe
ik het graag heb. De raadseltjes waren
goed Gn hpt prijsje wacht op jo tot-
Paschen Maak veel groetjes aan Vader cn
Maatje pa de broertjes. Dag Gerard!
Tilly v. d. Kallen. Wel Tilly,
als jij no 1 was van de dertig, dan moet ik
je even de hand drukken. Dan ben jij een
flink kind Gn verwondert bet me niets, dat
jij al zoo keurig werken kunt. Als ik cr om
denk, zal ik 16 Maart jou komen felicitce
ren, ben ik er niet, neem dan den wil voor
de daad: dat doe ik ook zoo dikwijls!
Maalc eens een verhaaltje, Tilly! Zal jc?
Dag kind
De volgende week ga ik door met het be
antwoorden der brieven.
De Redacteur.
Arme Moeder.
Slot.
Hoezeer zij ook oen afschuw heeft voor
den moordenaar, nu men haar niets
vraagt, kan zij het niet over zich krijgen
hem to verraden, wien zij een schuilplaats
verleend heeft.
Zoodra echter de gerechtsdienaars ver
trokken zijn en ook de menigte zich ver
wijderd heeft, begeeft zij zich naar zijne
schuilplaats, geeft liem een paar stukken
geld en zonder een woord le spreken cf
acht te geven op do dankbetuigingen, die
hij stamelt, wijst zij hem met een enkel
gebiedend, gebaar ccn achterdeur, waar
door hij zich kan verwijderen, zonder
door het stadje to moeten gaan
Maar de edele vrouw wacht nog zwaar
der beproeving, want een oogenblik na
zijn vertrek hoort zij opnieuw rumoer op
den weg naar haar woning. Op een draag
baar brengt men het lijk van den ver
moorde cn bij liet huiveringwekkend wal
mend licht der fakkels en lantaarns,
schouwt de ongelukkige moeder in het
door woede cn pijn vertrokken gelaat van
haar zoon.
Welk een vreeselijke ontdekking voor
het tceder minnend moederhart, dat
slechts eenige oogenblikken geleden in
zalige verwachting de terugkcercnde te-
gcnsloeg. De met- zulk een groot verlangen
verwachtte zoon wordt vermoord in haar
huis gedragen en hem, die hem van het
leven beroofde, heeft zij onder haar dak
opgenomen en een schuilplaats verleend,
hem aan de handen van de bevoegde
macht, misschien wel aan het gerecht ont
trokken.
Met een ontzettende kreet, een jammer
klacht uit het diep geschokte hart. valt
zij op liet ontzielde lichaam van het ge
liefde kind neder
Bittere overwegingen doorpriemen als
scherpe martelwerktuigen haar ziel Zij
-is moeder, ja! haar ecnigste zoon ligt le-
\cnloos voor haar, vermoord door een el
lendeling. Maar zij is ook Christin en God
verbiedt den christen wraak to nemen
zelfs op zijn biltersten vijand. Vreeselij
ke tweestrijd voor het zwaar getroffen
moederhart. Mag zij do straffende hand
van het gerecht weerhouden of moet zij
den dienaars daarvan den weg wijzen
waarlangs zij den misdadiger liet ontko
men? Maar dan zou zij wraak nemen, die
alleen .God toekomt-, in zijn plaats treden,
dat hij verboden heeft.
Welk een foltering, die overwegingen
voor d© zwaar beproefde!
In hare radeloosheid werpt zij zich op
do knieën en. met- de gevouwen handen
naar boven uitgestrekt, bidt zij:
Barmhartige God, lieve Jezus, Gij die
aan het kruis, uw beulen, zoo grootmoedig
vergiffenis schonk en voor lien bad, die
ons leert, uw voorbeeld le volgen en onze
vijanden lief te hebben, geef mij de
kracht, mijn naamloos leed als Christinn©
moedig te verdragen .Wees mijn ongeluk-
kigen zoon, die zich thans voor .Uwen
rechterstoel te verantwoorden heeft-, een
genadig rechter en.vergeef ook hem,
die hem van het leven beroofde, breng
hem, door berouw en boete tot u terug en
sta ook mij bij. dat ik hem vergeef, wat
hij misdeed.
Zoo bleef zij in gebed verzonken tot- het
middernachtsuur sloeg en hoewel hare
oogen door tranen verduisterd waren, ge
voelde zij zich gesterkt door volledige
overgave van Gods heiligen wil, in het
vast© vertrouwen, dat Hij haar smeekge
bed en zuchten zou verhooren en de ziel
van den vermoorde, die, zooals zij later
vernam en waarvoor zij gevreesd had in
de laatste maanden in slecht gezelschap
geraakt, en diep gevallen was, ter wille
liarer oneindige smart en hare moedige
zelfopoffering om den misdadiger vergif
fenis te schenken, een genadig rechter te
zijn.
Onnaspeurlijk zijn Gods wegen, want
ook de moordenaar ontkwam het aardsche
gerecht niet Uit vrees voor ontdekking,
had hij zicl\ in struikgewas verborgen,
waaruit hij het niet waagde te voorschijn
le komen; dagen achtereen lag hij daar,
totdat hij door wroeging verteerd en door
den honger gemarteld het veege uitgeput
te lichaam voortsleepte naar Piaseuiza,
waar hij zich aan het gerecht overgaf.
Tante Elise.
De Guiter.streken van Han en Kees.
door
ELLEN.
Ze zaten in 't prieeltje! Vader las de
krant, moeder naaide en Jetty schonk
thee in. Buiten in den tuin zat Han aan
zijn bloemetjes te prutsen terwijl Kees in
een luien schommelstoel een Indianen
boek zat te verslinden. Miesje speelde een
eindje verder met haar pop. 't Was een
warm herfstdag, do bijtjes zoemden nog
vroólijk in 't rond. Han keek eens in de
richting van den boomgaard. Jongens wat
hingen die takken al zwaai*, de peren zou
den zeker al rijp zijntoch fijn zoo'n
boomgaard bij je huis.... ja, maar hij
mocht er niet aankomen, hij vond het
doodjammer. Maar hij zou wel eens een
plannetje beramen rne-b Kees, zijn twee
lingbroer en dan zouden ze wel eens een
flinke bres in die groote voorraad slaan!
Juist las Kees hoe AVinnetou, de hoofd
man der apachen, zijn vijand bij de keel
greep en niet één slag van 'zijn bijl den
schedel spleet-, toenhij gestoord werd
door Bctje, de oude dienstmeid die op
haar sloffen het tuinpad afkwam.
,,Hier mijnheer, do post" zei ze tot va
der en gaf hem een brief Vader scheurde
hem dadelijk open., ook moeder en Jetty
waren nieuwsgierig. De jongens gingen
echter door met hun bezigheden. „Er ko
men zoo dikwijls brieven" dacht Kees, ,,'t
is misschien voor zaken, als 't wat voor
ons is zal vader 't wel vertellen", en hij
verdiepte zich weer in zijn boek. Maar
lang duurde het niet want plotseling klonk
vader's stem. „Zeg jongens; Han, Kees en
Miesje, komt- eens hier ik heb jo wat te
vertellen, too Han roep Leni eens, zo zit
in de huiskamer haar werk te aken,
maar gauw wat hoor! Toen ze nu even
later allemaal in het priöltje zaten begon
vader Jullie weten allemaal dat tante
Jeanne gaat trouwen cn nu heeft ze ge
vraagd of moeder en ik naar de bruiloft
komen, jullie allemaal méevragen kon ze
niet-, T is toch al zoo druk.er zijn zoo
véél gasten, maar dan moeten we min
stens een week blijven heeft tante ge
vraagd, moeder kan haar zoo heerlijk een
handje helpen. Zeg Jetty, vervolgde vader
tot zijn oudsco. „jij kan wel zoolang moe
ders plaats vervangster zijn nietwaar?"
„O best Pa", antwoordde Jet blozend.
„Ze is al 19" kwam Leni ter bevesti
ging.
„Ja, ja ik geloof liet best", zei vader
lachend en kneep Leni in het dikke wan-
getje.
„Maar nu jullie bengels, zal je niet ic
veel kattokwaad uithalen en het moeder
tje Jclty niet te lastig maken, 'b is jammer
dat hot vacantia is, op school zou je juist
zoo goed geborgen zijn!" Gedwee en met
schijnheilige gezichten beloofden de jon
gens hun best te doen. maar teen vader
zich weer tot moeder wendde gaf Han
Kees een trap onder tafel en glunderde
schuin naar den boomgaard Kees begreep
en een ondeugende flikkering kwam in
zijn oogen.
„Reuzig, jol" fluisterde hi/
,,En" vervolgde vader jullie spreekt al
lemaal je spaarpot eens aan en dan geef
je samen een mooi cadeau aan Oom en
Tante, wij zullen hot wel meenemen
De dagen die volgden waren erg drul
Jet liiclp moeder trouw met pakken
Woensdagmorgen zouden zo yerbrekkè
Moeder zag er toch wat tegen op,
twijfelde wel eens of Jet tegen haar taa
opgewassen was cn de jonaens waren zs
ondeugend! Maar Jetty zelf was vol mm
ze praatte moeder al die muizenissen n
het hoofd.
„Foei meisje" zei dan „waarom zuil
zwartgallig© gedachten, u gaat nog
feestvieren cn de jongens stuur ik na
builen als ze me t.e lastig worden!"
„Zeg Jetje" kwam nu vader met zi
lioofd om de deur, kom eens meo, ik moi
eens wat met je bepraten".
Jet- ging mee, vader liep voorop, hij li<
de trap af de gang door en stond plots
ling voor de provisiekamer. „Vreemd
dacht Jetty, wat zou vader hier moetei
Vader deed de kast open en daar sto
den flesschcn limonade, wijn. likeur, ee
paar trommels koek enz. Verbaasd blö
Jet voor al die lekkernijen staan „Ja"
vader di© stilletjes van liaar verbazing
noot. „Dab hebben moeder en ik zoo s
men geregeld, als wij aan het feestvier*
zijn. moeten jullie hier ook mee kun»
doen, ik heb het maar hier gezet, ma
je moet niets aan de anderen vertelli
voor de groote dag daar is, 'n leuke ve
rassing, hé kind?"
„Eenig vader! dolletjes! u denkt to
ook aan alles!"
Z© stonden alle» op 't perron, d© tre
was in do verte al zichtbaar, een dik
rookpluim kondigde zijn komst aan. Mo
der gaf Jet nog eenig© vermaningen, d
ze goed voor Miesje zorgen moest
Juist was ze hiermee klaar, toen de tre
dampend cn gillend Let station inreed.
(Wordt vo.vcb!
Van mijn Kerstboompje.
Ik heb een prachtig boomnj».
Waarvan ik u vertel.
Hij liangt vol goed cn zilvc*
En boven in een ster.
Dat mc^ie dunr© boompje,
Met engelenhaar versierd.
Bracht Christus Kind op aarde,
In kerstnacht hier gevierd
En d'onlcibaar schoon© kaarsjes
Die flikkeren hel on schoon,
Ter eere van Gods Kindje
Dat daalde van Gods troon.
Do lichtjes van mijn boompje.
Vertellen u 'n gedicht
Van 't stalleken en de kribbe
En van Maria's goddelijk wicht.
Gij spraakt van liefde en vrede,
En kwaamt daarvoor op aard.
Maar heel veel booze menschen,
Zijn zooveel liefde niet waard.
Ik verlicht nu weer mijn boompje
Ter eer van Bethlehem's Kind
En zingt hem mijn schoonste liedj'
Die mij zoo heeft bemind.
Dat boompje in mijn kamer,
Staat tot Driekoningen-dag.
Want dan moet het Kindje vluchteB
Voor helsch Herodes macht.
Dan gaat alles van mijn boompj®,
Goud, ster en engelenhaar,
Tes&men in 'n doo«
Weer tot het volgend jaar.
Jan Röhioy,
Oude Vest 1'
De Sneeuwman.
Buiten in het park,
Stijgt dc vreugd' in top.
Dansen blij de kind'ren
Om de witte pop.
Al die kleine handje©
Hebben meegedaan
Eer die groote sneeuwman
Hier zoo fier kon staan.
Al die kleine handje#
Werkten mot veel vuur,
Hielpen sneeuw aandragen
O, zoo menig uur.
Maar de zon gaat schijnen
Warmer wordt de lucht
En de brave sneeuwman
Ergert zich geducht
Door zijn warme stralen
Smelt de witte heer,
En de tranen dropp'len
Langs zijn wangen neer
Cecrv v. d,